HET VOGELKOOR
Austin Montego: grote
broer van de Maestro
veel gastzangers
al aangekomen
Dacia is weer terug
HENGELEN
Ail
'RIJDAG 27 APRIL 1984
PZC/ varia
Liefst een maand moest het duren voordat de lente een échte lente werd. Maar al liet de
temperatuur het die eerste maand afweten, de vogelwereld trok zich daar niet zo heel
veel van aan. Sommige dingen gingen er zelfs erg voorspoedig. Zoals het paartje merels, dat
ik in een Vlissingse tuin al op 31 maart wormen naar het nest zag aandragen. Op 8 april hipte
daar het eerste mereljong al rond! Als we terugrekenen moet het vrouwtje omstreeks 11
maart al met broeden zijn begonnen. Een zanglijster in mijn eigen tuin had een dag leter op
12 maart z'n nest van binnen keurig met klein afgestreken, maar wachtte nog anderhalve
week met het leggen van eieren. Maar toch: ook die had op 6 april jongen! Nu zijn stadsvogels
meestal wel wat eerder 'in bedrijf dan hun collega's uit het vrije veld. De nesten liggen op
wat meer beschutte plaatsen en het microklimaat van de stad is toch altijd wat warmer dan
daar buiten. Maar dan nóg was het vroeg!
Nu we de tijd van de jonge vogels weer
gaan krijgen, nog maar eens even de
gebruikelijke waarschuwingen. Aller
eerst aan de eigenaren van honden en
katten. Let de komende maanden
(nog) wat meer op uw huisdier en op
omgeving. Hoort of ziet u zenuw
achtige of alarmerende vogels haal de
poes dan binnen, houd de hond aan de
jjn en het klinkt onvriendelijker
lan ik het bedoel maak zelf ook dat
wegkomt! En laat vooral jonge
vogels met rust. Pak ze niet op en
neem ze niet mee. Jonge vogels wor
den zelden 'vergeten' of 'in de steek
gelaten' door de ouden. Als u echt ooit
in de problemen raakt met een vogel:
niet zelf aan dokteren maar naar een
vogelasiel ermee. De adressen daar
van xijn bekend bij de politiekorpsen
of de vogelwachten in uw buurt.
missen, zoals de tuinfluiter, de spot
vogel, de wielewaal en de gierzwa
luw. Maar ook die zijn geheid op weg
naar ons land. Nog even geduld en
het vogelcircus is weer compleet.
Ja, en andere gasten zijn nog 'aan 't
pakken'; die moeten nog op weg naar
de in noordelijker streken gelegen
broedgebieden. Zo zag ik volop beflij-
sters, grote lijsters en goudhaantjes.
Vier blauwe reigers trokken hoog over
met luide, rauwe kreten. Er is nog
volop beweging in het vogelwereldje!
Tot slot nog enkele terugmeldingen
van geringde vogels. In het Zuid-Sloe,
bekende verzamelplaats van meeu
wen en daardoor ook vindplaats van
veel dode vogels, werden twee zilver
meeuwen aangetroffen. Een ervan
bleek op 7 juli 1982 als nestjong te zijn
geringd in de Westerduinen op Texel;
ogelkoor
ie staat het er inmiddels voor in
vogelwereld? Het vogelkoor re-
jtecrt weer elke ochtend. In de stad
ijn het de zanglijsters die nog voor
'isopgang beginnen. En allengs val-
andere soorten in: de merels,
tóggemussen, winterkoningen, rood-
(ttrstjes, houtduiven en turkse tor-
Iels. Tijdens een vroege wandeling
op paasmorgen door het duingebied
bleken al heel wat gastzangers aan
gekomen: de tjiftjaf, fitis, zwartkop,
braamsluipcr en nachtegaal. De koe
koek is volop terug en is bezig het
gebied 'in kaart' te brengen. Die
houdt nu al in de gaten waar en dooi
er gebroed zal worden. De rate
lende zang van de springhaanrietzan-
ger, de blèrende roep van de groen-
ling, de altijd imponerende zang van
de nachtegaal en de wat minder
gemakkelijk te omschrijven zang van
de gekraagde roodstaart en de boom
pieper: de voorjaarsstemming zat er
al helemaal in. Er zijn er nog die we
de vogel werd op 18 februari 1984
slachtoffer van de hoogspanningska
bels in het Vlissingse industriegebied.
De tweede zilvermeeuw was van Bel
gische afkomst. Deze vogel werd op 25
december 1979 als eerstejaarsvogel
gevangen op een gemeenschappelijke
slaapplaats en van een ring voorzien.
De computer van het vogeltreksta
tion liet weten dat de vogel tussen
tijds ook nog een keer niet broedend
uit een kolonie was gemeld. Deze
vrijgezel werd drieën half jaar later
dood aangetroffen. De afstand tot de
ringplaats bedroeg voor de eerste vo
gel 190 kilometer, voor de tweede
bijna tachtig. Ook deze meldingen
bevestigen nog eens dat zilvermeeu
wen in de lage landen rond de Noord
zee standvogels zijn, die hooguit wat
langs de kusten rondzwerven. Dat ligt
wel wat anders bij de kokmeeuw, die
op 27 november 1983 werd terugge
meld door Manuel Joao Peralta. Deze
met een klinkende naam uitgeruste
Portugees liet trots weten de vogel op
die datum in Aveiro aan de Atlanti
sche kust van Portugal te hebben
geschoten. Het schieten op al wat
vliegt is daar een nog niet uitgeroeid
folkloristisch gebeuren. Hoe dan ook.
de meeuw was op 12 juni 1979 op de
Soelekerkeplaat in het Veerse Meer
als kuiken geringd. Volgens het vogel
trekstation waren er inmiddels 1629
dagen verstreken en vertoefde de vo
gel 1541 kilometer van de plaats waar
hij werd gering. Uit terugmeldingen
als deze is komen vast te staan, dat
het merendeel van onze eigen kok
meeuwbevolking 's winters in zuid
westelijke richting en over soms niet
onaanzienlijke afstanden wegtrekt.
Hun plaats wordt hier dan ingenomen
door kokmeeuwen uit noordelijker
gebieden.
Tot zover de ringvondsten. U weet:
het ringen van vogels (maar vooral
de terugmelding daarvan) helpt mee
nog tal van geheimen uit het vogelle
ven te ontraadselen. Vindt u een
geringde vogel, haal dan altijd de
ring er af. Weet u niet wat u daarmee
aan moet, zend 'm dan aan de heer A.
Joosse, Willem Alexanderstraat 21,
4388 HZ Oost-Souburg. Hij zal u na
(enig) verloop van tijd informeren
over de gegevens die het computerbe
stand van de ringstations van de
vogel bevat. Een aantal door lezers
ingezonden ringen is momenteel nog
'in bewerking'. Ik hoop u daar te
zijner tijd over te berichten.
Marolle.
De hengelaars en de wandelaars
die in mei aan de zeekant komen
zullen geconfronteerd worden met
een groot legioen van hengelaars. Het
is een leger van hengelaars die hun
sport beoefenen door het vissen op
geep. Tot op heden was het vissen op
geep voor veel hengelaars aan het
binnenwater een welkome noodop
lossing voor de gesloten tijd. Nu de
gesloten tijd is komen te vervallen is
het de vraag of de aktiviteiten op het
gebied van geepvissen zullen vermin
deren. De sport wordt er in ieder
geval niet minder spectaculair door.
Tot heden was het juist voor de
hengelaars van het binnenwater een
goede en aangename afwisseling. Hun
materiaal is beter op het vissen op
geep afgestemd dan dat van de door
snee zeehengelaar. Geepvissen vraagt
licht materiaal en geen zware zeehen-
Geepvissen is een verfijnde vorm
van zeehengelsport. Door de hengel-
bouwers is er dan ook op ingespeeld,
door het vervaardigen van speciale
werphengels voor geepvissen. Een
speciale werphengel voor geepvissen
natuurlijk niet direct noodzakelijk.
De hengelaar die over een lichte werp
hengel beschikt kan de geep ook met
succes belagen.
Vaste hengel
Het vissen met de vaste hengel op de
geep is een stukje verleden tijd. In het
verleden waren de vaste hengels nog
bamboe met een gewicht dat veel
arder was dan de tegenwoordige
hengels van kunststof. Bij het
met een vaste hengel ging
jewicht na een paar uur geepvis-
meespreken en de top van de
(el kwam dan nog wel eens op het
:r te rusten. Het is dan ook menig-
1 gebeurd dat de geep over de
hengel sprong. De opkomst van de
werphengel heeft de vaste hengel bij
het geepvissen naar de vergeethoek
verhuizen. Toch moet het ook nu
nog mogelijk zijn om met de vaste
hengel geep te vangen. Het gedrag
van de geep is nog steeds niet veran
derd en is nog even speels als vroeger.
Voorts zijn de vaste hengels nu veel
ilchter en gemakkelijker hanteerbaar.
De geep komt nog steeds vlak onder
de oever. Probeer het daarom eens
ouderwets en vis eens op geep met de
vaste hengel. Het is één van de weini-
kansen om met de vaste hengel,
met succes aan de zeekant te vissen.
De vaste hengel heeft het voordeel dat
men een lichte lijn (zonder voorslag)
van b.v. 0.20 mm kan vissen. Voorts
een klein dobbertje en het aas 2 a 3
meter onder de dobber, In het begin
van het seizoen, zodra de geep op de
kust arriveert, zwemt deze nogal diep,
Door de geep op 2 a 3 m diepte te
zoeken kan dit tot betere resultaten
leiden
Het Nederlands record van de geep is
een ijzerstuk record. Het is dit jaar 10
jaar geleden dat M. W. v. d. Garde uit
Schoorl een geep wist te vangen van
950 gram zwaar en 80,5 cm lang. Dit
record is voordien één keer overtrof
fen door de vangst van een geep van 1
kilo. Toen was er nog geen Neder
landse Commissie Record Zeevissen.
Gezien het feit dat er eenmaal een
geep van 1 kilo is gevangen is de kans
niet uitgesloten dat dit nog eens zal
gebeuren. In Ierland en Engeland zijn
gepen van 3 pond gevangen, maar 1
kilo lijkt voorlopig hier nog de grens.
h. van schelven
De bewuste geep van 1 kilo werd in
1965 gevangen vanaf een sportvis
boot, op de Zeeuwse wateren. Een
geep van 91,5 cm lang. Over begin-
nersgeluk gesproken, de geep werd
gevangen door een verpleegster die
nog nooit gevist had en dan nog wel
aan een paternoster, met. als aas een
zager.
Aas en kunstaas
Het aas voor het vissen op geep levert
geen enkel probleem op. De in het
verleden ingewortelde gewoonte om
de eerste geep aan een stukje spek te
vangen is achter de rug. Het zit hem
niet direct in het soort aas maar in de
vorm van het aas. Hengelaars die met
een stukje aas visten in de vorm van
een dobbelsteen hadden dan ook wei
nig succes. Door ervaring wijs gewor
den gaat men niet meer naar de dijk of
strand met een stukje spek. Nee, de
hengelaar maakt nu een keus uit een
reepje zalm of vis, zandspiering, gar
naal enz. Mijn voorkeur gaat uit naar
een soort zagertje. Bij het wormen-
spitten komt men wel eens witte
zandzagertjes tegen. Deze zandzager-
tjes bewaar ik in een pot zeewater
waarin ik in een pot zeewater waarin
ze (mits op een koele plaats bewaard)
minstens een week blijven leven. Bij
het vissen bevestig ik de kop van het
zagertje op de punt van de haak. Een
zagertje dat leeft maakt een natuurlij
ke beweging in het water. Deze bewe
ging van dit aas is voor de geep
onweerstaanbaar. De geep zal dan
ook niet nalaten om het te pakken.
Een voordeel van zo'n zagertje is dat
het altijd de juiste afmeting heeft met
een grote aantrekkingskracht op
geep. Het aas behoeft men niet steeds
te verplaatsen om de aandacht van de
geep te trekken. Het aas of zagertje
doet zelf zijn werk.
De geep is een vreemde vogel onder
de vissen. Hij is een beenvis en
behoort tot de Atheriniformes waar
toe ook de vliegende vissen behoren.
Het gedrag van de geep is van dien
aard dat men het verwantschap van
de vliegende vissen er goed in kan
herkennen. De geep is een zichtvis
die zijn prooi niet ruikt maar herkent
aan de beweging. Als men weet dat 's
morgens vroeg, bij het ontwaken van
de dag, of's avonds bij het vallen van
de duisternis de geep erg aktief kan
zijn dan denkt men dat het onder
scheidingsvermogen van de geep uit
stekend is. Als men weet dat geep
naar alles pakt wat beweegt dan gaat
men aan dit onderscheidingsvermo
gen twijfelen. De geep is dan ook niet
afkerig van kunstaas en menig hen
gelaar heeft zijn eerste geep aan een
stukje zilverpapier gevangen. Zelf
heb ik wel eens geep aan kunstaas
(een verenpaternoster) gevangen tij
dens het makreelvissen.
Echt goed kunstaas voor geepvissen
is er nog niet. Het vissen met kunst
aas op geep levert meer slachtoffers
onder de gepen op dan dat er worden
gevangen. Met de huidige materialen
en technieken moet het volgens mij te
doen zijn om goed kunstaas voor
geepvissen te vervaardigen. Een soort
kunstaas van 4 a 5 cm lang en 3 mm
breed. In het water moet dit een
golvende of kronkelende beweging
maken en bovendien voorzien zijn van
een klein haakje of misschien een
uiterst kleine dreg.
De geep is een smakelijke vis en het
vlees is iets droger dan van paling. Als
consumptievis is de geep sterk onder
gewaardeerd en in al de kookboeken
die ik er op heb nageslagen (zelfs met
speciale visrecepten) heb ik geen re
cept voor het bereiden van geep kun
nen ontdekken. Zou het misschien de
groene graat of de snavelbek zijn die
een zekere afkeer tegen deze vis als
consumptievis teweeg brengt? Wat
het ook moge zijn, voor mij is het een
smakelijke vis. Gebakken geep met
tomatenketchup en citroensap is
heerlijk op de boterham of bij de
warme hap met aardappelen en sla.
Gestoofde geep biedt volgens mij ook
allerlei mogelijkheden tot een culinair
avontuur. Tenslotte is geep ook heer
lijk als deze gerookt is. De geep vraagt
wel de nodige aandacht bij het
schoonmaken. Goed alle bloedresten
verwijderen en vooral ook de schub
ben van de vis afkrabben.
Vangplaatsen
De geep kan men bij voorkeur vinden
op plaatsen met veel stroom. Op
plaatsen waar neren en stroomnaden
ontstaan. Deze plaatsen zijn langs de
gehele Nederlandse kust te vinden
zoals rondom de Zèeuwse eilanden,
Hoek van Holland, Brouwersdam,
IJmuiden, Afsluitdijk. Harlingen enz.
Gezien de ervaringen met de afslui
ting van de Grevelingen is het niet
uitgesloten dat dit voorjaar goed
geep te vangen zal zijn bij de mond
van de Oosterschelde. De verhoogde
stroomsnelheden wijzen op een
soortgelijke ontwikkeling als des
tijds bij de aanleg van de Brouwers-
dam.
Makreelgeep
met viruietjet
Een familielid van de geep is de
makreelgeep die langs de Nederland
se kust sporadisch voorkomt. Van een
beroepsvisser verneem ik ieder jaar
weer dat hij makreelgepen in zijn
fuiken heeft gevangen. Van henge
laarszijde is echter nog nooit een
mededeling ontvangen dat ze een
makreelgeep hebben gevangen. Zou
het echt zo zijn dat er aan de Belgi
sche of Nederlandse kust nooit een
makreelgeep aan de hengel is gevan
gen, of is het de hengelaar door onop
lettendheid ontgaan? Op de afbeel
ding is duidelijk het verschil tussen
geep en makreelgeep te zien. De ma
kreelgeep is voorts een stuk kleiner
(max. lengte ca. 50 cm) dan de gewone
geep. In tegenstelling tot de geep
bezit de makreelgeep geen groene
graat. Dus attentie voor de makreel-
geep.
r* - "Ci -
T - jt?'
A --'v
v'
'4:*
-|L .A
ij
ïÉftiüÜ
*&S»S r "v
Austin Montego
(Door Jan de Vos)
Austin Rover heeft deze maand een nieuwe grote middenklasser
voorgesteld: de Montego van bijna vier en een halve meter en rond
de duizend kilo. Een loot eigenlijk van dezelfde stam als waaraan de
Maestro geént is, de kleine middenklasser, die vorig jaar op de markt is
verschenen. Want de totale investering in '83 en '84 van ongeveer 750
miljoen gulden was echt niet bedoeld om alleen maar een Maestro te
maken. Dezelfde machines en robots maken zowel de vijfdeurs Maestro
als de fraaie sedan saloon Montego.
Meer dan vijftig procent van de ke uitvoeringen zullen er hier ko-
Maestro koetswerk-persstukken men? Hoe zullen de prijzen hier
zijn in de Montego verwerkt. Boven- zijn? Want pas in oktober is de
dien werd de Volkswagen-schakel- komst van de eerste Montego ge
bak voor beide modellen gebruikt, pland.
De Britten geven, sinds de bezem Bij die eerste kennismaking is wel
door de autofabrieken is gegaan, duidelijk gebleken dat de 1.3 ltr-
grif toe dat er in het „buitenland" motor een heel goede motor blijkt
ook goede, soms wel eens betere te zijn; hij trekt zowel de lichtere
autocomponenten gemaakt kunnen Maestro als deze zwaardere Monte-
worden dan op hun dierbare eiland., go. En de technichi hebben ge-
Er bestaat tenslotte ook een (wat meend dat alleen de 1.6 broodnodig
flauwe) samenwerking met Honda voor een nieuw concept in aanmer-
(vijfbakken voor de twee-liter en de king kwam.
bouw van de Acclaim) die echter Overigens kan men erop rekenen
wel uitgebreid zal worden. dat volgend jaar in de nieuwe reeks
ook een diesel onder de kap komt,
Mee? techniek een machine van Perkins, de diesel
specialist waarmee Austin Rover al
Austin Rover heeft zeker niet de zovele jaren zaken doet. Er zullen
Montego als een Maestro met een straks ook bijv. stationswagens ko-
kontje willen maken, hoewel er veel men. Zoals het er nu allemaal uit-
autotechniek uit de Maestro terug ziet om een scherpe concurrentie
te vinden is in de Montego. Aller
eerst is de styling toch heel wat
anders dan die van de Maestro, en
voorts zijn er bij deze sedan met
grote kofferruimte nog eens veel 1
meer technische nieuwigheden in- aan te gaan met de mededingers op
gebouwd, vooral op gebied van de de markt, zoals onder andere de
elektronica. Ascona en de Sierra.
Op het ogenblik maakt de Cowley-
fabriek acht verschillende uitvoe- fPnhntv
ringen van de Montego, de vier-
dcurs-saloon met voorwielaandrij- Er zijn voorts nog enkele heel goede
ving. Dat programma omvat onder dingen te melden over de Montego.
andere drie verschillende motoren, wiens naam overigens „niets voor-
Allereerst de 1,3 liter van 69 pk, stelt" en alleen gekozen is om te
verder de nieuw gebouwde 1,6 liter beginnen met een ,,M" en te eindi-
van 86 pk en ten slotte de twee gen met een „O zoals ook al Metro
2-literversies, die 104 pk of 117 pk en Maestro die lettergreep verwerkt
(voor de MG-versie) levert, met hadden.
maximumsnelheden vanaf 154 km De sedan heeft erg grote ramen met
per uur tot 165, 175 en 185 km per dus bijzonder goed uitzicht, zelfs
uur al naar gelang van het vermo- nog beter dan dat van de Maestro,
gen. Het benzineverbruik ligt lus- Voor- en achterruit zijn gelijmd en
sen de 1 op 13 en 1 op bijna 20. vlak geplaatst omwille van de aero-
Kennismakingsritten met de nieu- dynamica. Een robot voert dat pre-
welingen lieten nog veel open: wel- cisiewerk van plaatsen in de spon-
autovaria
ning uit, zonder enige afwijking. De
ruitenwissers zijn verzonken onder
de voorruit omwille van de betere
luchtstroming. Verder „zacht aan
voelende" autogordels met vier be
vestigingspunten boven in de stijl,
om die gordel op maat van de
betrokken persoon af te stellen.
Ook nog even vermelding van de
sleutel-grap. De Montego heeft twee
sleutels, namelijk een voor alle slo
ten (contact, portieren, tankdop,
koffer, handschoenkastje etc.) en
een voor alleen de portieren en het
contact. Wie zijn auto achterlaat,
bijvoorbeeld bij een parkeerwach
ter om de auto te kunnen verzetten,
geeft alleen die „beperkte" sleutel
af.
Wiel-band
Tenslotte nog iets over de gemon
teerde „TD" wiel-band-combinatie,
die het eerst is geintroduceerd bij
de Metro. Dit systeem is ontstaan
uit een bijzondere technologische
uitwisseling tussen Dunlop en Mi-
chelin. „TD" biedt het voordeel
van lage rolweerstand (dus zuinig
heid) en heeft het systeem van
Dunlop voor het vasthouden op de
velgen van defecte banden en Mi-
chelins „TR"-systeem slaat op de
constructie van de zijwanden van
de banden, waardoor deze doelma
tiger kunnen doorbuigen, vooral in
bochten, vergeleken met standaard
radiaalbanden. En zo krijgt men
weer een betere wegligging, al is
het een band met laag profiel,
terwijl toch het comfort van de
conventionele band wordt behou
den.
Het Dunlop-systeem (Denloc ge
naamd) omvat ronde groeven in de
wielvelgen die voorkomen dat een
lekke band van de velg afloopt.
„TD". de benaming van het nieuwe
systeem band-velg bij deze Austin-
modellen, is afgeleid van ,.TR" 1M1-
chelins bijdrage) en Dunloc (Dun-
lops inbreng). Het is evenwel niet zo
dat men voorlopig nog kan doorrij
den na een lekke band. Het is wel de
beveiliging dat men bij een lekke
band niet gaat schuiven of slingeren
en even door kan rijden tot een
veilige plek om van wiel te wisselen.
(Door Siem Leeuwenkamp
Nederland heeft een nieuwe importeur voor het merk Dacia. De firma
Primacar in Prinsenbeek heeft onder de directie van F. P. Luiken de
draad weer opgepakt die sinds 1978 was blijven liggen. De laatste
Dacia's werden via Englebert-Voorschoten gcimporteerd.
Het model dat nu op de markt te maken", zegt directeur Luiken,
wordt gebracht is de Dacia 1310, „Vergelijkbare auto's zoals bijvoor
een in licentie in Roemenië gebouw- beeld Corolla. Sunny zijn niet meer
de Renault 12. Momenteel worden te betalen. Verder denken we vooral
er tegen de 100.000 per jaar ge- rijders van Hyundai. Lada en Skoda
bouwd in Colibasi Pitesti (ruim hon- te zullen aanspreken. We leggen het
derd kilometer van Boekarest). Van accent op de lage prijs en het grote
dat aantal denkt Primacar er vol- comfort. Want voor 12.995 gulden
gend jaar zo'n 2000 te kunnen ver- bieden we een heel betrouwbare
kopen in Nederland. Momenteel is auto, die qua vormgeving en tech-
men druk doende om een dealernet niek nog heel best mee kan in deze
op te bouwen. Het is de bedoeling tijd",
dat er tussen de 100-125 dealers
komen, daarvan zijn er nu al dertig Ontwikkelingsland
serieus gegadigde.
Die lage prijs is met name een
„We denken met de Dacia op dit gevolg van de 10.5 procent invoer-
moment toch een behoorlijke kans rechten die niet betaald hoeven
worden omdat Roememë als een
ontwikkelingsland geldt. De Dacia
1310 standaard heeft een motor van
1239 cc met een vermogen van 54
pk, een gemiddeld verbruik van 1
13 en een topsnelheid van 140 kilo
meter per uur.
Er is nog een sterkere 1,4 liter motor
in de types 1310 MS en MLS, met
een vermogen van 65 pk. Uiterlijk
zijn die te herkennen aan een niet zo
fraai ogende zwarte gril die met lak
optisch is doorgetrokken op een
deel van de carrosserie. Datzelfde is
aan de achterzijde met de spoiler
gedaan. De Dacia 1310 wordt ook
geleverd in pick-up en VAN (9995
gulden exclusief btw). De naam
Dacia is overigens nog ouder dan
dit licentiemodel. De Romeinen ga
ven 1700 jaar geleden na een inval
de naam aan dit land dat nu Roe
menië heet