treurig hè,
het is één
koekoek
eenzaam
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
IPZC^
PAGINA 17
ZATERDAG 14 APRIL 1984
nieuwbouwwijken in Zeeland waar
van U zegt: dat is nu eens aardig
aangepakt, daar hebben creatieve ar
chitecten de kans gekregen om hun
gang te gaan. Kempe schudt na lang
aarzelen tenslotte het hoofd: „da's
toch eigenlijk wel treurig hè, het is
één koekoek eenzaam".
hemelschreiend
Wie op zoek gaat naar de oorzaken
van de inflatie-architectuur in de wo
ningbouw zal het herhaalde malen te
horen krijgen: de schuld ligt ook voor
een niet onbelangrijk deel bij de grote
opdrachtgevers zoals pensioenfond
sen en woningbouwverenigingen; de
woningen moeten zo goedkoop moge
lijk en als ze daarnaast nog een beetje
leuk ogen ook, is dat alleen maar
meegenomen. De Terneuzense archi
tect W. Audenaert zuigt aan zijn pijp
en zegt: „Grote opdrachtgevers kij
ken alleen maar naar de financien.
hoe het er uit komt te zien dat zal hun
een zorg zijn". Architect Ben Gillissen
uit Biggekerke: „Het is ten hemel
schreiend dat een architect precies
wordt'voorgeschreven wat voor mate
rialen hij moet gebruiken". De naam
van de Vlissingse woningbouwvereni
ging Basco (met zo'n 5500 woningen in
beheer één van de grootste woning
bouwverenigingen in Zeeland) valt.
Gillissen: „Voordat er ook maar een
plan, een schets of wat dan ook is,
staat al vast dat er baksteen gebruikt
moet worden, dat het houten kozijnen
moeten zijn, hoe de dakrand er uit
moet zien, de kleur... Als een architect
op zo'n manier moet beginnen, kan er
geen sprake zijn van enige creativi
teit".
Directeur A. Raas van Basco knikt.
Hij begrijpt die verwijten wel. En geeft
volmondig toe dat de nieuwbouwpro
jecten die Basco heeft gerealiseerd
niet allemaal voor een schoonheids
prijs in aanmerking komen. Maar ja.
Tpcht nieuwe dingen op het gebied van architectuur kunnen nauwelijks meer, zeggen veel
Cj architecten. Ze voelen zich vaak roependen in de betonwoestijn. Door de vele
^beperkingen die hen worden opgelegd, kunnen ze hun ideeën niet meer kwijt, is het voor hen
vrijwel onmogelijk geworden om vernieuwingen tot stand te brengen. Een enkele keer komt
er nog wel eens een plan van de tekentafel van een architect die strijdlustig genoeg is om een
nieuw ontwerp te maken. Ontwerpen van architecten, die zich realiseren dat het misschien
toch niet zo handig is om in de woestijn te blijven roepen en ondanks alles proberen hun
ideeën aan de man te brengen. Vaak krijgen zij te maken met veel onbegrip en tegenwerking.
Wat gebeurt er met de plannen van de volhouders? Blijft het bij leuke alternatieve
ontwerpen rijp voor de prullemand? Of hebben zij toch een kans van slagen?
Soms, als Kempe door een nieuw
bouwwijk rijdt, denkt-le wel eens:
'sjonge, sjonge, wat jammer toch dat
ze de mogelijkheden om daar iets
meer van te maken niet hebben aan
gegrepen'. Herengracht 3 Terneuzen.
Het kantoor van het architectenbu
reau De Bruijne BV. Tekeningen uit
gerold op het bijzettafeltje. Halverwe
ge het vorig jaar haalde de Terneuzen
se architect F. Kempe de krant met
een - in ieder geval op het eerste
gezicht - aardig, speels opgezet plan
[voor de bouw van een aantal wonin
gen en garages rondom de vroegere
rooms katholieke kerk in het Pasters-
bos in Terneuzen. De eerste reacties
op het plan waren, zegt Kempe, zeer
gunstig. Maar desondanks is het plan
niet veel verder dan de tekentafel
gekomen. „Het plan zou te laat zijn
ingediend, het zou niet passen in de
bestemmingsplanvoorschriften - het
is altijd hetzelfde verhaal". Kempe
zegt het een tikkeltje mismoedig.
Twee koppen koffie later verzucht hfj
zucht hij: „sorry hoor, misschien heb
ik me een beetje laten gaan. Maar het
is wel eens prettig om over dit soort
dingen je hart te luchten". Hij heeft
een bijna drie kwartier durend
requisitoir gehouden tegen de regel
neven en de dorknopers - een betoog
over hoe moeilijk het is geworden om
plannen door te drukken die ook
maar een klein beetje afwijken van
het geijkte recept, de starre opstelling
van bestuurders, de willekeur van
welstandscommissies. Vertelt hoe een
plan van zijn hand voor de verbou
wing van één school door een en
dezelfde welstandscommissie eerst
werd goedgekeurd, in tweede instan
tie werd afgewezen en uiteindelijk -
zonder dat er ook maar één potlood
streepje werd gewijzigd - toch weer
werd geaccepteerd. „Dat de creativi
teit van de meeste architecten om
zeep geholpen wordt door allerlei re
gels, verordeningen en voorschriften,
staat voor mij vast. Je hebt als archi
tect nauwelijks nog enige vrijheid.
Voordat je aan de tekentafel gaat
zitten is alles eigenlijk al bepaald: de
nokhoogte, de goothoogte, de kleur
van het dak, de breedte, de diepte, de
grootte van de berging. En zie daar
dan nog maar eens iets leuks van te
maken".
Voorbeeld. „Ik kreeg", zegt Kempe.
„de opdracht voor de bouw van een
bungalow. Je kijkt naar het bestem
mingsplan, de bebouwingsvoorschrif
ten en wat zie je dan: het huis mag
maar zoveel kubieke meter inhoud
hebben, het type dakpan ligt vast, alle
kappen moeten in dezelfde richting
liggen, ga zo maar door. Dat is moor
dend. Het enige wat je dan nog kunt
doen is - ik zeg het nu misschien een
beetje erg zwart-wit - de voordeur een
snder kleurtje geven dan die van de
buurman. Dat is zo ongeveer de enige
speelruimte die je als architect nog
hebt".
Stilte. De vraag was: kunt U nu eens
ten paar voorbeelden geven van
de opdracht die de woningbouwver
eniging te vervullen heeft is er voor te
zorgen dat er voldoende woningen
met betaalbare huren zijn. En dat
betekent dat de kosten nauwlettend
in de gaten gehouden moeten worden,
er materiaal gebruikt moet worden
dat weinig onderhoud vergt.
Architect Audenaert weet het ook
wel: het zou niet helemaal fair zijn om
de woningbouwverenigingen alle
schuld toe te schuiven. Er spelen, zegt
hij, ook andere factoren een rol. De
gemiddelde Nederlander heeft te wei
nig over voor het wonen. En: „de
politici moeten om hun kiezers den
ken, zij moeten zorgen voor genoeg
huizen met zo laag mogelijke huren.
En dat leidt tot massabouw"
willem j. van dam
en kiki goedee
Beunhazerij - Audenaert wil dat
woord niet in de mond nemen. Maar
aan het eind van het gesprek zegt hij:
„het percentage werkelijk gekwalifi
ceerde architecten is gering, zeer ge
ring. misschien vijf procent". De ar-
chitectentitel is nog steeds onbe
schermd. Het betekent dat iedereen
zich architect mag noemen. Volgens
de criteria van de Bond van Neder
landse Architecten <BNA) is iemand
pas architect wanneer hij of zij de
Technische Hoge School of de HTS
met daaraan gekoppeld de Academie
voor Bouwkunst heeft gevolgd. Vijfen
negentig procent van de architecten
voldoet daar niet aan, schat Aude
naert. „En als je dat weet - kun je dan
de erkende architecten de schuld ge
ven dat het zo'n rotzooitje is?".
Zijn alle verniewiningen vernieu
wingen op het gebied van de woning-
bouwarchitectuur dan gedoemd te
mislukken? Nee, het zou onzin zijn
om dat te beweren.
Al een paar jaar heeft industrieel
ontwerper Kreykamp uit Vlijmen in
zijn achtertuin een model op ware
grootte van zijn bolwoning staan. De
bolwoning is bestemd voor een- of
tweepersoonshuishoudens en heeft
een doorsnee van 5,5 meter. In het
onderste deel van de bol een slaapka
mer en werk- of hobbyruimte met
toilet en douche, het woonvertrek
bevindt zich op het breedste niveau
van de bol. Dankzij een verwar
mingssysteem dat op hete lucht
werkt, bedragen de energiekosten
volgens Kreykamp niet meer dan 26
gulden per maand. De ronde vorm
speelt hierbij een belangrijke rol: die
is gemakkelijker te verwarmen dan
een hoekige woning.
De gemeente Den Bosch wilde zijn
huizen als eerste bouwen en de be
langstelling van de woningzoekenden
voor het niet alledaagse huis viel niet
tegen. De Nederlandse Bouwmaat
schappij uit Rotterdam heeft bere
kend dat zij de bollen bij een bouw-
stroom van 400 stuks per jaar voor
67.000 gulden kan bouwen.
Den Bosch krijgt voorlopig vijftig van
die bolwoningen Het worden huur
huizen met een huurprijs van rond de
350 gulden. Ook andere gemeenten
(zoals Rotterdam en Heerlen) hebben
al van hun belangstelling blijk gege
ven, maar zij wachten nog even af hoe
de bollen in de praktijk bevallen.
iat-woning
paalwoning
Architect Piet Blom zag in 1975 zijn
ontwerp van de paalwoning
werkelijkheid worden. In Helmond
werden drie 'proefwoonbomen' neer
gezet. Het experiment viel positief
uit en er werd een 'mini-woonboom-
woud' gebouwd. Ook die proef viel
goed uit; de bewoners waren tevre
den en hoewel heel futuristisch pas
ten de woningen qua architectuur
goed lussen de traditionele huizen.
In Rotterdam worden 36 paalwonin
gen van Blom gebouwd De interesse
is groot. In het beginstadium van de
bouw waren ze op twee na al verkocht.
De prijzen van deze woningen liggen
tussen de 115.000 en 150.000 gulden.
De kubusvormige woning bovenop
een paal bevat drie kamers: een woon
kamer op de benedenverdieping, twee
slaapkamers op de eerste en een klei
ne zolder in de bovenpunt. In de paal
onder de woning is de ingang. Naast
de paalwoningen wordt een flatge
bouw met dertien verdiepingen ge
bouwd. zeskantig van vorm met bo
venop een soort torentje. Geluidwe-
rende voorzieningen en een glazen
Peter Loerakker uit Amsterdam ont
wierp samen met D. Bruijne uit Delft
een LAT-woning; geen huis met één
woonkamer en verdere wat kleinere
slaapkamers, maar een woning met
een aantal gelijkwaardige ruimten.
Hij won daarmee een prijs en hem
werd voor de duur van vijf jaar een
stuk grond in Almere ter beschikking
gesteld. Bedoeling was dat de ontwer
pers het huis zelf zouden (laten) bou
wen en ook voor de financiering zou
den zorgen. Loerakker kon zelf 50
procent van de bouwkosten, die hij
laag hield door de uitvoering voor een
groot deel in eigen handen te nemen,
opbrengen. De andere helft van de
kosten namen bedrijven, die wel enige
reclame konden gebruiken, voor hun
rekening. De totale kosten. 80.000
gulden.
koepel-paneelhuis
Het koepel-paneelhuis van Jos Abbo
uit Amsterdam staat ook in Almere.
Met het ontwerp voor dit huis won
Abbo een prijsvraag die werd uitge
schreven door de Stichting Fantasti
sche Architectuur. De naam voor dit
huis verduidelijkt het idee achter het
ontwerp De buitenkant bestaat uit
een koepel van gelijkzijdige driehoe
ken. De binnenconstructie werd opge
bouwd uit losse panelen die niet aan
de buitenconstructie zijn opgehan
gen. Door deze manier van bouwen is
dit huis bijzonder licht geworden
waardoor heien overbodig is. Abbo
"neeft het huis door een «aannemer
laten bouwen Het bedrag dat met de
bouw gemoeid was, ligt rond de 50.000
gulden.
dood spoor
Het kan dus wel. Maar, zegt Aude
naert: „het is niet echt leuk meer om
dit vak uit te oefenen. Je krijgt te
weinig mogelijkheden om je uit te
leven. We zullen via de politiek meer
vrijheid moeten krijgen om wat te
doen. de ambtenaren die meewerken
in dit gebeuren stellen zich veel te
star op, zij gaan uit van de gevestigde
belangen. Bij veel architecten is de
strijdlust verdwenen. We zullen op
zere tenen moeten trappen, we zullen
moeten proberen om van de plat
getreden paden af te wijken. Maar
dat dat geen gemakkelijke weg zal
zijn is duidelijk".
Kempe: „als je er niet voor blijft
vechten, dan raak je op een dood
spoor Wij zullen als architecten moe
ten blijven doorduwen".
Mooi gesproken Maar hoe gaat het
vaak in de praktijk? Door de proble
men in de bouw is het voor veel
architecten steeds moeilijker gewor
den om zich staande te houden. En
dat heeft er toe geleid dat veel archi
tecten op safe spelen; ze laten het wel
uit hun hoofd om met een gedurfd
ontwerp te komen omdat ze het risico
niet durven lopen dat het niet geac
cepteerd wordt. Architect Ben Gillis
sen: „Veel architecten zijn bang om
nieuwe dingen te proberen uit angst
om moeilijkheden te krijgen. Stel dat
een architect volhardt in een plan dat
niet wordt goedgekeurd door de wel
standscommissie, dan moet-ie een
paar man ontslaan. Dus wat doet zo'n
architect - die zegt: dan teken ik maar
een plan waarvan ik zeker weet dat
het zo gebouwd kan worden".
Foto's Wim Riemens
Hele nieuwe wijken, complete nieuwe dorpen - er is
wat afgebouwd de laatste jaren. Recht-toe-recht-
aan-straten. Allemaal dezelfde huizen met dezelfde
voor- en achtertuintjes, dezelfde schuttingen, dezelfde
ramen, dezelfde dakpannen, dezelfde deuren in hetzelf
de verfje. En in een desperate poging om er toch nog
iets van te maken hier en daar een plantsoentje en - als
het er tenminste afkan - een vijvertje. Huisje-boompje-
beestje-architectuur.
Bestaan ze nog creatieve architecten? Of wellicht moet
de vraag anders geformuleerd worden: al die bestem
mingsplanvoorschriften, bouwverordeningen, regel
tjes en bepalingen - hoeveel speelruimte hebben archi
tecten nog om met iets aardigs voor de dag te komen?
„Dat de creativiteit van de meeste architecten om zeep
geholpen wordt door allerlei regels, verordeningen en
voorschriften, staat voor mij vast".
Een requisitoir uit de tekenkamer.