jan sorensen AD VERSLUIJS 'ik heb het voetbal wat te bieden regelmatig in de clinch met arbiters IK HEB M'N BENEN MAAR OOK M'N KOP MEEGEBRACHT PZC/ weekendkrant 21 eindhoven - fc twente werkelijkheid. „Ik mag er niet meer uit en dat vind ik heel vervelend", zegt hij pruilend. provocerend Maar Versluijs kan zijn energie toch wel kwijt. Dagelijks werkt hij aan de mentale hardheid van zijn spelers Uitdagend, provocerend, maar soms ook voorzichtig als een artiest op het slappe koord. Hij heeft ook 'ingele verd'. „Ik tel wat sneller tot tien. In het begin wist ik niet wat ik mee maakte Dan wonnen we met 3-1 en dan zat er één met zo'n lang gezicht m de kleedkamer. En toen ik vroeg wat er aan de hand was zei-ie dat hij zo'n rotwedstrijd had gespeeld omdat hij met een keer een tegenstander door zijn benen had kunnen spelen. Op zulke momenten moet ik me heel snel omdraaien Een paar jaar geleden had zo'n knul z'n schoenen kunnen pak- koen mijnheer ken en hij had nooit meer terug hoeven komen. Ik moet er bij die jongens dingen inbrengen waarvan ze nog nooit gehoord hebben. Dat heeft allemaal met het verleden te maken Ze zijn hier altijd teveel verwend geweest. Altijd is er met de haren meegestreken Bij de jeugd speelden ze twee keer per jaar een belangrijke wedstrijd tegen PSV. De rest wonnen ze met 14-0 of zo. Die jongens zijn niet gewend onder druk te spelen, te bik-, kelen, voor publiek te spelen". ziek „Ik zeg altijd tegen die knapen: „Jul lie komen nog niet tot aan mijn knieèn". Op de training draai ik alle oefeningen op m'n gemak mee. Dat vind ik absurd. Op mijn leeftijd moe ten die gasten mij er uit lopen. Tech nisch gezien heb ik fantastische voet ballers, maar daar win je geen wed strijd mee", verzekert Versluijs. Hij neemt zijn eigen spelers op de korrel maar hij waakt ervoor collega-trai ners op de persoon af verwijlen te maken. Hij constateert echter wel: „Die systemen, daar word ik ziek van. Al die ploegen komen hier ver dedigend spelen. Er zijn van die trainers die beweren dat ze altijd met drie spitsen spelen. Ja. zo ken ik er nog wel een paar. Drie spitsen op hun eigen zesticn-meterlijn zullen ze be doelen. Een soort handbalsysteem. Dat vind ik verderfelijk. Het is toch absurd dal wij 89 minuten aanvallen en de tegenpartij wint met 1-0. Dan wordt die trainer ineens een groot takticus genoemd, maar dat is wel een van de mensen die het voetbal kapot maken. Van Eindhoven zullen ze.nooit kunnen zeggen dat het laf voetbal speelt. Wij voetballen met drie echte spitsen en daar krijg ik alleen maar complimenten voor. Daar zit ik trouwens niet op te wach ten. Ik ben verantwoordelijk voor de resultaten en daar ben ik op dit moment hoogst ontevreden over". En Versluijs is niet de enige In be stuurlijke kringen werd bij Eindhoven de afgelopen week hardop gemom peld dat de Zeeuwse trainer nu maar eens met successen moest komen. „De trainer krijgt altijd de schuld. Ik zit er als paal waar tegenaan geschopt wordt. Als we verliezen, of als bepaal de spelers slecht spelen, dan ken ik de achtergronden Niet de mensen van het bestuur Zij kunnen mij niet op tekortkomingen wijzen, want ze ko men nooit naar een training. Drie weken geleden heb ik het bestuur gezegd dat ze maar eens naar de spelers moesten gaan luisteren. We waren met achttien man. ook spelers van het C-team en wisselspelers en dat zijn toch niet vaak de gemakke- lijksten Ze stonden unaniem achter me. Kijk. ik werk keihard, dus maak ik ook veel fouten en bij de meesten Het is al meteen dolle pret in het spelershome van FC Twente. „Klasse van de trainer, hij heeft een bonus verdiend", schatert Epi Drost vanuit de deuropening als hij Jan Sorensen achter de bar ontdekt. Want als bij toverslag herinnert de ooit zo vermaarde libero zich de uitspraak van Fritz Korbach in een voetbalweekblad. „In wezen is Jan nog te lui om schoenen met veters te kopen, hij heeft liever instappers". A3s de verspreider van dat 'nieuws' een uur later met slaperige ogen binnenstapt, legt de aanvoerder van FC Twente onmiddellijk een voet demonstratief op de barkruk. „Zie je dat trainer, schoenen met veters" Om er meteen spottend aan toe te voegen: „Maar natuurlijk wel vast geknoopt door mijn vrouw". In die ontspannen sfeer is de vooral de laatste weken veelvuldig gepre zen Deen weer helemaal opgebloeid en verwierf hij ook in een mum van tijd het predikaat 'beste voetballer van de eerste divisie'. Het klimaat daarvoor werd geschapen door Fritz Korbach. voor wie het verleden niet bestond en die het presteerde van een totaal uigebluste spelersgroep weer een swingend geheel te maken. speldeprikken Als geen ander weet Korbach echter ook dat hoge bomen veel wind van gen en dat voetballers van nature geneigd zijn in tijden van voorspoed buiten hun schoenen te gaan lopen Daarom deelt de succestrainer ook regelmatig speldeprikken uit om de spelersgroep wakker te houden. Ook Jan Sorensen. gemakzuchtig van aard als hij is. ontkomt daar niet aan. De prikkelend bedoelde opmer king m Voetbal International heeft zijn uitwerking op de anders toch zo flegmatieke Deen ook niet gemist. „Natuurlijk raak je door zulke op merkingen geprikkeld", erkent hij grif. „en daarmee heeft de trainer dus precies zijn doel bereikt, Toch ben ik zeker niet lui", verweert Jan Sorensen zich. „Als dat zo was zou ik geen tachtig meter met de bal lopen. Aileen fysiek ben ik wat minder dan een Lcrb>. Maar ik heb er andere kwaliteiten dan hij. Je moet van mij niet verwachten dat ik van de ene penaltystip naar de andere ren. dan heb ik na twintig meter kramp". „Ik ben nu eenmaal geen loper", benadrukt Jan Sorensen, „en zal dat ook nooit worden. Aan dat lopen heb ik ook een verschrikkelijke he kel. Maar vergeet niet. dat ik altijd spelers om me heen heb gehad die dat loopwerk voor me deden, ik zorgde wel voor creativiteit. Ik voel me ook pas lekker wanneer ik vanaf het begin veel wordt aangespeeld Dan krijg ik het gevoel dat ik de wedstrijd naar mij toe kan trekken. Dat loopt bij Twente nu ook steeds beter doordat de spelers mij hebben geaccepteerd zoals ik ben" vuile werk „Eerlijk, ik zou er niet aan moeten denken dat ik negentig minuten achter een vent aan moest lopen. n ga ik net zo lief voor de televi sie zitten. Toch heb ik ontzettend veel respect voor spelers als Van Benthem en Birkcdal die dat wel kunnen en bereid zijn voor mij het vuile werk op te knappen. Maar het lijkt me wel knap vervelend", zegt hij met een dromerige blik in de ogen. „voor dat soort spelers wan neer hun directe tegenstander scoort. Dan moet je toch behoorlijk de pest in hebben". onnax-olgbaar Voetbal betekent voor Jan Soren sen, 28 inmiddels, ook aanzienlijk meer dan het verplaatsen van de bal. Je hoeft hem niet eens wekelijks aan het werk te zien om een vurig bewonderaar te worden van een speler met zijn klasse, de beste die ooit het shirt van FC Twente droeg, en die een aanwinst zou betekenen voor elke topclub in Nederland. Zijn fluwelen balbehandeling, de subtiele traptechniek en zijn uitstekend in zicht, waardoor hij de situatie in een oogwenk overziet, tillen hem ook ver uit boven het gemiddelde niveau in het vaderlandse profvoetbal. De vaak onnavolgbare manier waar op hij van zijn tegenstanders weg draait en de individuele actie met versnelling die daarop volgt, is niet alleen voer voor fijnproevers maar bewijst bovendien dat hij nog wel degelijk over snelheid beschikt. Een liefhebber van voetbal als hij is, beleeft ook Jan Sorensen daar het nodige plezier aan. „Het ligt gewoon in de beweging die je maakt", is de simpele verklaring van de Deen. „Maar het geeft me wel een heerlijk gevoel als ik op die manier twee of drie spelers het bos instuur In 99 van de 100 gevallen weet ik ook precies wat ik ga doen als ik de bal krijg. Daarom heb ik ook niet zoveel balverlies" „Hel plezier in het voetbal", bekent Jan Sorensen eerlijk, „staat bij mij albert geesing voorop. Ik ben nooit een type ge weest dat ten koste van alles moet winnen. Het zal nooit in me opko men iemand een doodschop te ver kopen. dat verwacht ik ook van anderen. Maar door mijn manier van spelen loop ik wel een gerede kans neergehaald te worden als ik twee man heb gepasseerd en ook de derde voorbij vlieg. Als je daar tegen in opstand komt. krijg je onmiddellijk een kaart. Maar de vent die jou al zes keer omver heeft geschopt, krijgt hooguit een repri mande. Waar zijn we dan in hemels naam mee bezig?" „Maar het is misschien wel waar dat ik niet zo'n winnerstype ben als Lerby. Of dat de reden is dat ik nooit een echte topper ben geworden Misschien heeft Korbach wel gelijk dat ik het veel verder had kunnen schoppen wanneer ik wat beter be geleid zou zijn. Maar wat wil Je. Happel was mijn eerste toptrainer Taktisch is hij de beste, menselijk zeker niet Hij heeft me elk jaar 365 keer goedemorgen en tot zien ge zegd. maar voor de rest hebben we nooit een woord met elkaar gespro- ken".fNog minder waardering heeft Jan Sorensen voor Georg Kessler, die hem regelrecht bij Club Brugge wegpestte door hem eerst de aan voerdersband af te nemen en hem vervolgens naar de reservebank ver wees. „Die man heeft werkelijk van alles geprobeerd om mij kapot te maken Wat hij zei was wet. bij bepaalde hoe je moest denken en spelen Hij bedacht van alles om je persoonlijkheid weg te drukken Maar na zo'n lange tijd laat ik mij door geen enkele trainer degraderen tot een jeugdspeler Ik heb toch ook mijn kop meegebracht en niet alleen mijn benen". Morgen zondag i staat in de eerste divisie het duel tussen Eindhoven en FC Twente op het program ma. Eindhoven, de club van de Zeeuwse trainer Ad Versluijs, hangt on derin de eerste divisie. FC Twente voert derang- lijst aan. Ad versluijs is er desondanks van over tuigd dat Eindhoven dit cruciale duel wint. „Dat heb ik er de hele week bij de jongens ingepompt", zegt Versluijs. „Ik heb ze alle informatie over Twente gegeven. Ze zul len het nu moeten laten zien". Op deze pagina een dub belportret van Ad Ver sluijs en Jan Sorensen, wiens ster bij FC Twente dit jaar snel gerezen is. ZATERDAG 10 DECEMBER 1983 Het steekt Versluijs bovendien enigs zins dat het hem nog met gelukt is om met Eindhoven iets uit de schaduw te kruipen, die PSV over de club werpt. „Het schijnt die jongens ook niet te prikkelen als PSV eens verliest op zaterdag. Ik zeg dan altijd tegen de jongens op zondag dat we juist dan moeten winnen. Dan staan wij eens bovenaan de sportpagina's. Maar dat heeft nauwelijks effect. Ik ga trou wens zelf vaak naar PSV kijken. Door naar de top te kijken leer je verschrik kelijk veel. Ook dat verwijt ik de spelers. Het merendeel gaat niet naar PSV De betrokkenheid van de semi- profs is erg matig Bij mij komt m'n gezin op de eerste plaats en dan het voetbal Bij die jongens zou het voet- bal op z'n minst op de tweede of derde plaats moeten komen, maar dat komt vaak op de vierde of vijfde plaats en dat is een heel eind weg". Op de vraag hoe lang hij nog te gaan heeft bij Eindhoven antwoordt Ver sluijs: „Misschien nog een uur" Een glimlach glijdt over zijn gezicht. „Nee. zonder gekheid. Ik heb nog een con tract tot 30 juni 1984, maar als ze denken dat ze iemand hebben waar van ze denken dat hij beter is dan ik. dan moeten ze die gelijk nemen Ik heb geen enkele sentimentele binding met de club". Maar het zou Versluijs desondanks pijn doen. want ambities heeft hij volop. „Ik heb het voetbal wat te bieden", zegt hij onomwonden. „Alles wat ik nu bereikt heb, heb ik aan mezelf te danken. Ik heb me altijd voor honderd procent gegeven". belachelijk Tot slot we hebben dan al afscheid van elkaar genomen moet de Eind hoven-trainer nóg iets kwijt. „De com petitie begon en wij waren de eerste ronde vrij. Daarna speelden we twee keer uit Dat kunnen we helemaal niet. dus moesten we voor eigen pu bliek spelen in de vierde ronde terwijl we nog nul punten hadden Dan zeg gen ze in Zeist dat je die uitwedstrij den later terug krijgt als je wat meer thuis speelt, maar zo werkt het niet.- Het zit dan hier (wijst naar zijn hoofd). Als je in de winning-mood zit dan kan er bijna niets fout Ik heb zelf ook vaak genoeg versteld van mezelf gestaan als ik had ge scoord en niet eens wist hoe de bal erin gegaan was. Met Eindhoven za ten we helemaal niet in de winning- mood. We zaten in de loosing-mood en dat speelt heel erg moeilijk. Je begint al met een achterstand. Bela chelijk natuurlijk". die mij beoordelen ontbreekt de des kundigheid" drank en vrouwen Teleurstellingen („ik heb drie stalen platen voor m'n kop") kunnen Ad Versluijs niet uit zijn evenwicht brengen, ook al stuit hij bij Eindho ven op weerstanden. Het zijn tegen polen: Ad Versluijs en de Eindhoven- selectie, maar die contrasten vormen vaak de basis voor een goed 'huwe lijk'. „Ik heb er geen problemen mee als het niet loopt zoals ik dat wil. Dat brengt het vak met zich mee. Dat moet je in je eentje verwerken. En ik vlucht nooit in drank, vrouwen en roken, maar alleen in spa. Wat dat betreft heb ik het dubbel zwaar, maar ik wil per se gezond leven. Nee, ik word er nog niet moe van, maar ik weet dat het eens ophoudt. Soms vraag ik me wel eens af wanneer ik dat punt bereik. Ik pleeg roofbouw op mezelf. Elke dag weer. Ik loop al vanaf m'n negentiende in het betaald voetbal. Ik was vroeger spits (Ver sluijs is ooit topscorer geweest in de Belgische eerste klassei en ik moest me irtler jaar weer bewijzen". Ondanks de tegenvallende resultaten is hij er van overtuigd dat hij bij Eindhoven op de goede weg zit. „Er worden successen verwacht, ondanks datje geen kampioen kan worden met deze ploeg. Dat kan niet en dat moet niet. Dat zou in de eredivisie een afgang betekenen voor deze ploeg. Er moet een planning op veel langere termijn zijn Anders ben je met pa niekvoetbal bezig. Nu zeggen ze tegen me dat het vorig jaar wel lukte met deze ploeg. Maar ik wist al lang dat de jeugd nu een klap zou krijgen In de sportwereld werkt dat veel anders dan m de burgermaatschappij, maar daar kun je bestuursleden met van overtuigen kritiek Hij vraagt tijd. want Versluijs „weet zeker dat het er uit zal komen bij deze ploeg". Maar Eindhoven is nog niet klaar voor het grote werk. „Die jon gens kunnen mij nog niet volgen. Ik kan nog niet kwijt wat ik kwijt zou willen. De meesten beginnen nu pas te wennen aan het beiaald voetbal. Ik lever ze ongezouten kritiek. Ik zeg dat ik vaak helemaal ziek van ze ben, dat er een slechte mentaliteit is, dat er geen leiders zijn. Dat is ook iets wat ik mis. Er is geen verlengstuk van mij in het veld. Dat verwijt ik de ouderen. Zij laten zich inpakken door de jeugd". clinch met een scheidsrechter een wedstrijd. ..Van een trai- t wordt verwacht dat hij erbij zit °f hij bij iemand op de koffie is". Hier zaten ze", zegt Ad Versluijs, wijzend op de lege stoelen in de bestuurskamer van de voetbalvereniging Eindhoven. „Al die opgewekte spelers, die wel even zouden luisteren naar wat die boer uit Zeeland ze te vertellen had. Ik was nog geen vijf minuten bezig of ze hingen al bijna onder tafel": Versluijs zegt het niet met trots. Hij constateert slechts dat zijn visie niet met handgeklap ontvangen werd bij Eindhoven. „Kijk", zegt hij even later aan een tafeltje in de kantine. Zijn blik richt zich naar buiten. Een vinger priemt beschuldigend in de richting van de voetbalaccomodatie buiten. „Die kant. Dat noemen ze de amateurkant (bij Eindhoven. Wat daar al niet vandaan is gekomen. Prachtige voetballertjes. Voor in het circus, maar niet op het voetbalveld. Jongens die een bal wel tienduizend keer hoog kunnen nghouden en meer geïnteresseerd zijn in het vier of vijf keer door de benen spelen van de tegenstander, dan het met 4-0 of 5-0 winnen. Hopeloos". Ad Versluijs ten voeten uit. Buiten het veld een boeiend causeur, met zijn hart op het puntje van zijn tong. Beleefd in de omgang, maar aller- •'l minst een takticus. Incasseren en tiitdelen. De Eindhoven-trainer is nooit anders gewend geweest. In Bel gië, waar hij twaalf jaar actief was als betaald voetballer („in Zeist kenden e me niet eens"), ging hij harde confrontaties niet uit de weg en sinds hij anderhalf jaar geleden bij Eindho uten in dienst trad is de weerbarstige trainer al op allerlei manieren in de nibliciteit geweest. Dat wordt hem liet vaak in dank afgenomen. Want - sen trainer die met zijn ploeg geen esultaten boekt wordt geacht zijn - cond te houden. Dat valt de clownes ke Versluijs echter moeilijk. „Boven dien". zegt hij, „ik zoek de publiciteit niet, maar ze zoeken mij". - Het is niet verwonderlijk dat Versluijs 131) een prooi vormt voor de klauwen a ysn de media. De uit het Zccuws- Vlaamse Biervliet afkomstige oefen- meester kruipt nimmer in zijn schulp en hij raakt bovendien nooit uitge- praat over zijn vak. „Die mentaliteit ^hierbij Eindhoven. Daar word ik niet igoed van, Ze hebben niet wat ik wel ■heb. Het niet kunnen verliezen, het altijd willen winnen De bereidheid om door een muur te gaan. Dat is er met in te pompen. Die jongens zijn -hier op die manier opgevoed. Er moest hier vorig jaar rigoureus ver- y, jongd worden. Voor een trainer is dat eenmooie taak, maar die jonge gasten - waren totaal niet voorbereid op het betaalde voetbal. Daar wordt op dit j, moment aan gewerkt en dan ben je gedwongen tegen schenen te schop- Jper,. maar daar kan ik niet mee zit ten". 1 Wervelwind Nog altijd raast Ad Versluijs als een wervelwind over het Gemeentelijk Sportpark in Eindhoven. Bezeten van het voetbal in al zijn facetten. Jk heb in die anderhalf jaar nog geen training gemist en dat kunnen niet veel trainers zeggen". Ondanks dat blijven de sportieve successen uit. Eindhoven draait kleurloos mee in de eerste divisie. Dat valt hem tegen. .Jk sta vaak van half tien 's ochtends tot half tien 's avonds op het veld en daar zie ik op zondag te weinig van terug. Door de week krijgen die jom regens geen kans bij me om uit hun rol fc vallen, maar in het weekend ont- glippen ze me". Jn het weekend raak je je grip op het gebeuren kwijt. Dat ligt ook aan de G scheidsrechters. Het is absurd wat zij ut Zeist meekrijgen. Ze letten niet op ie buitenspelval. maar op de trainer. I kleef geweldig mee tijdens een wed- strijd, maar van scheidsrechters hoor alleen: „Terug in je hok". Helaas, 'aas, helaas kan je je vak niet voor honderd procent uitoefenen. Als coach zit je er maar bij. Dat is de - merkelijkheid, maar het is te gek om los te lopen. In de burgermaatschap- - 'I t°ch met tegen iemand" .Kom jij maar met naar je werk", v'an xn trainer wordt verwacht dat hij •rbij zit alsof hij bij iemand op de toffie is". 11.' gaat daarom herhaaldelijk in de clinch met de heren arbiters. Als smateurtrainer bouwde Versluijs al •enreputatie op als show-man. „Daar Joud ik van. Ik wil het publiek iets bieden. Het kan mij in het weekend I Met gek genoeg zijn". Moeiteloos kan bi] het publiek dan ook bespelen om vervolgens als een ondeugende klcu- er terug naar zijn 'kamer' gestuurd je worden door de scheidsrechter, an de plaatselijke carnavalsvereni- Wg kreeg Versluijs onlangs een dug out met tralies. Een grap. die hij kan 'aarderen, maar hij ziet tegelijker- 'W een vleug van de bittere

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1983 | | pagina 21