CENTRUMPARTIJ Een moeilijke dialoog over de waarheidswaar Rijnzoutverdrag eindelijl in het Frans parlement Stemmen ter bestrijding nemen toe VRIJDAG 7 OKTOBER 1983 PZC/opinie en achtergrond (Door Gys Korevaan De gemeenteraadsverkiezingen in Almere zijn het keerpunt geworden. De grote partijen lieten tot op dat moment de Centrumpartij zoveel mogelijk 'rechts' liggen. Zij negeerden de nieuwkomer in de Tweede Kamer, terwijl op straat ook al zo weinig mogelijk werd gereageerd. Dat lijkt nu definitief voorbij. De partijen lijken een wedloop te zijn aangegaan. De inzet: wie is het felst in de afwijzing van de Centrumpartij. VVD-partijleider Jan Kamminga begon. D'66 volgde al snel met een oproep aan iedereen om samen tegen de CP op te treden Max van den Berg iPvdA-partijvoorzitteri kondigde za terdag op de PvdA-partijraad aan. dat hij alle ..democratische partijen" een brief zou sturen met een zelfde oproep als de Democraten eerder deden. Intussen zit drs Hans Janmaat voor de racistische Centrumpartij in de Tweede Kamer. Hy heeft het nog steeds niet zover kunnen brengen, dat hij door zijn collega-parlementarièrs serieus wordt genomen. Ondanks her haalde provocaties aan het adres van CDA en PvdA is hem nog geen enkele keer het woord ontnomen. Het bleef bij vermaningen van kamervoorzitter Dick Dolman, die bepaalde woorden en zinnen uit de Handelingen van de Kamer liet schrappen. Misschien droomt Janmaat er wel eens van ook een soort martelaar voor zijn partij te worden, maar die kans is bijzonder klein. De andere partijen in de Kamer zwijgen hem zoveel moge lijk dood en negeren hem in de verga derzaal en in de wandelgangen. Zelfs zijn plaats in de groene bankjes moest met zorg gekozen worden. Nie mand wilde naast hem zitten. Ten slotte koos de dagelijkse leiding van de Kamer voor een plaats in de ka merbankjes naast die van voorzitter Dolman.. Zo heeft Janmaat een bank voor zich, omdat zijn eigenlijke buur man in de voorzittersstoel zit. Die tactiek van de partijen tegenover de Centrumpartij we doen net of hij niet bestaat, dan gaat het vanzelf over is geen succes geweest. In de opi niepeilingen staat Janmaats partij steevast op winst, maar de partijen reageerden daar niet op. Tot Almere. ambtenarenverbod moeten echter in het kader van die tijd geplaatst wor den. In Duitsland was Hitier aan de macht en Mussolini zwaaide al een aantal jaren de scepter over Italië. De vele Duitse vluchtelingen die ons land binnenkwamen ondanks de restric ties van de regering verspreidden de verhalen over terreur. De linkse partijen liepen in de strijd tegen de NSB voorop. Het waren immers vooral hun politieke vrienden die in Duitsland meedogenloos wer den bestreden. Niemand wilde dat Nederland dezelfde weg als Duitsland op zou gaan en men bestreed uit alle macht de NSB. Korte tijd ging het de beweging voor de wind. In 1935 behaalde de partij bij de provinciale verkiezingen landelijk gezien 8 procent van de stemmen. Bij de Kamerverkiezingen van 1937 bleek de wind gedraaid. Nu haalde de NSB nog slechts vier procent van de stem men en verwierf vier zetels. Boerenpartij Crisisjaren Bij de oproepen die nu van nagenoeg alle partijen te horen zijn. wordt te pas en te onpas gewaarschuwd voor een herhaling van de gebeurtenissen tijdens de grote crisis in jaren '30. Juist daarom willen ze nu een harde aanpak van de Centrumpartij. Deze houding doet denken aan de reacties die de Nationaal Socialisti sche Beweging van ir. Anton Mussert vanaf de oprichting in 1931 opriep. Ook hij moest rekening houden met een krachtig verweer van de politieke partijen en de samenleving. „Er vormde zich een nieuwe politieke kracht, die een beroep deed op de gevoelens van agressieve ontevreden heid die bij velen leefde", zo beschrijft prof. L. de Jong in zijn levenswerk 'Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog' de NSB De woorden kunnen zo worden gebruikt voor de Centrumpartij, die evenzeer profiteert van die onvrede zoals dat eerder de Boerenpartij lukte. De weerstand in de samenleiyng navenant aan de snelle groei die de beweging m de begiiyaren doormaak te. De NSB'ers moesten het ontgelden tijdens straatgevechten. De straatver kopers van het weekblad Volk en Vaderland waren geliefkoosde subjec ten voor de mensen die NSB'ers te lijf wilden gaan. Ook in gesprekken in de kring van bekenden en tijdens het werk werd op NSB'ers druk uitgeoe fend. Verboden De overheid trad al snel op. Nadat eerder het lidmaatschap van ex- treem-linkse partijen voor ambtena ren verboden was verklaard, werd dit uitgebreid tot het lidmaatschap van de NSB. Zo verloor 'leider' Anton Mussert zijn baan als ingenieur bij de provincie Utrecht. De partij zorgde verder voor het salaris van Mussert. De stemming tegen de NSB en het Na de wereldoorlog had Nederland het een decennium te druk met de wederopbouw om zich over vreemde, nieuwe partijen druk te maken. Maar al gauw kreeg de kiezer weer de kans op dergelijke splinterpartijen te stemmen. Sommige daarvan hadden duidelijk het karakter van protest-partijen. Zo richtte boer Koekoek uit onvrede met de gevestigde poütiek, die geen aan dacht zou hebben voor boer en mid denstander. zijn Boerenpartij op. De ze kreeg echter ook veel stemmen van mensen die het bij de „echte" politiek niet meer zagen zitten Bij verkiezingen in 1963 haalde deze partij dne zetels. Daarna steeg de aanhang snel, maar interne ruzie over de deelname van oud-NSB'ers brak de partij op. In 1967 haalde Koekoek zeven zetels. Na een nieuwe ruzie vier kamerleden vormden een eigen fractie die zij Binding Rechts noem den verdween de Boerenpartij lang zaam uit beeld. De Boerenpartij werkte nog het meest op de lachspieren en is daarom nooit serieus bestreden Zij is nooit als een gevaar voor de democratie gezien. Misschien had dat wel te maken met het gevoel voor show en humor van Koekoek. Over het algemeen maken splinter partijen in Nederland nauwelijks een kans tot méér uit te groeien. Vooral nieuwkomelingen hebben het moei lijk. Alleen DS'70. PPR en D'66 die aan het eind van de jaren '60 opkwa men en sindsdien aan diverse kabi netten hebben deelgenomen boek ten betere resultaten, maar konden uiteindelijk hun successen niet hand haven. Zwe\'ende kiezer De opkomst en neergang van derge lijke partijen bewijst dat er steeds een aanzienlijke groep zwevende kie zers is. mensen die niet weten waar op zij zullen stemmen en die hun keuze aan de hand van actuele onder werpen en problemen bepalen. Het is deze groep die vatbaar is voor zich als 'nieuw' aandienende partijen. Kenmerkend voor deze tijd is dat delen van deze kiezers voor het eerst sinds de Boerenpartij sterk trekt naar extreem-rechts. De tijden zijn er naar: een inzakkende economie, hoge werk loosheid, slechte woonomstandighe den in het centrum van de grote steden en de aanwezigheid van vele buitenlanders in juist die wijken. In dat 'gat' is de Centrumpartij geval len. De traditionele partijen hebben de problemen van de mensen in de achterbuurten van de steden en de werklozen verwaarloosd. De mensen daar voelden zich door de politiek in de steek gelaten. De Centrumpartij was er als de kippen bij om een eenvoudig antwoord op de problemen te geven. De buitenlanders eruit en Nederland is uit de problemen Blijk baar in deze tijd een aansprekende leuze. De politieke partijen zitten er nogal mee in hun maag. Het eerste jaar werd de tactiek van het doodzwijgen toege past. Dat blijkt niet te werken. De aanhang van de partij stijgt nog steeds De kleine linkse partijen PSP. CPN en PPR hebben altijd de Centrumpartij actief willen bestrijden, zowel binnen als buiten het parlement Daartoe zien zij extra reden na de verkiezings winst van de CP. Wakker Maar intussen zijn ook de grote par tijen wakker geschud. De nieuwe houding bleek volgens Schelto Patijn (PvdA) voor het eerst dit voorjaar. Janmaat hield weer eens een tirade tegen buitenlanders, die tot Neder lander genaturaliseerd willen wor den. Daarbij putte hij uit de dossiers, die het departement van justitie aan T, feiT' f../I"" Demonstratie in Almere tegen de komst van de Centrumpartij in de gemeenteraad. de Kamer zendt. Achter de groene gordijnen luisterden de leden van de kamercommissie voor de naturalisa ties. Janmaat liegt, was het algemene gevoelen van de kamerleden. Bij de eerstvolgende gelegenheid nam Ineke Haas-Berger (PvdA) namens de kamercommissie het woord. Zij be streed de zienswijze van Janmaat en stelde diens leugenachtige praktijken aan de kaak „Op dat punt zullen wij weinig last meer van Janmaat heb ben Overigens hebben we hélemaal weinig last van hem in het parlement, omdat hij bijna nooit het woord voert", aldus Patijn In de toekomst zal de PvdA geen confrontatie met de Centrumpartij zoeken, maar ook zullen debatten met Janmaat niet langer uit de weg ge gaan worden. Vooral wanneer de Cen trumpartij feiten verdraait en mis bruikt voor propaganda moet in de Kamer worden opgetreden. „Niet in paniek, maar röstig en zakelijk de argumenten van Janmaat bestrij den", vertolkt Patijn de mening van meer dan alleen zijn partij. Ook CDA en WD vinden dat het doodzwijgen van de Centrumpartij niet meer genoeg is. Binnen, maar vooral buiten de Kamer, moet het fenomeen bestreden worden. In de Tweede Kamer zullen alle partijen zich agressiever tegenover de Cen trumpartij opstellen. Het optreden tegen misdragingen in de Tweede Kamer kan gevoeglijk aan kamer voorzitter Dolman overgelaten wor den. Het accent van de actie tegen de Centrumpartij moet liggen bij de poli tieke partijen, menen Patijn en VVD- partijvoorzltter Kamminga. Bij de kiezers langs gaan en hen erop wijzen dat ze met de Centrumpartij echt op de verkeerde weg zijn. De klachten van de „wanhopigen in de samenle ving, die aan alle kanten vast zitten", zijn misschien wel terecht, maar de Centrumpartij biedt daarvoor geen enkele oplossing, aldus Patijn. Dat wil hij de kiezers duidelijk maken De politieke partijen moeten weer meer aandacht hebben voor de pro blemen aan de onderkant van de samenleving. Daarmee worden de wortels van de Centrumpartij aange vallen. de enige manier om het ver schijnsel effectief te bestrijden, aldus de grote partijen. Geïsoleerd Met deze tactiek hopen de politieke partijen zich te ontdoen van de Cen trumpartij. Omdat het zwaartepunt van de actie buiten het parlement ligt, zal er in het kamergebouw zelf weinig veranderen. Janmaat blijft geisoleerd in de Kamer, waar tussen de debatten door CPN'ers wel vrolijk keuvelen met hun tegenpolen van de VVD, Maar de Centrumpartij is meer dan alleen een modeverschijnsel. Zij stoelt op een duidelijk aanwezig gevoel van onmacht bij de bevolking. Grote de len van de bevolking hebben de afge lopen jaren het gevoel gekregen dat 'de politiek' voor hun dagelijkse sores (bijvoorbeeld de vele buitenlanders in juist hun wijken) geen oog heeft ge had. Dat maakt bestrijding van de Cen trumpartij door de burgers des te belangrijker. Dat gebeurde ook bij de NSB. Er is nog een overeenkomst tussen NSB en Centrumpartij. De Nederlandse nationaal socialisten zijn nooit verder gekomen dan vier ivan de honderd) zetels m de Tweede Ka mer. De kracht van de beweging lag vooral op straat, waar ook het ont staan van de NSB zich afspeeldeOok de Centrumpartij is zo ontstaan. Voor zover de geschiedenis een les kan zijn voor de toekomst, toont zij één ding De nieuwigheid van dergelij ke partijen is er vrij snel af en dan keren de zwevende kiezers terug naar het oude vertrouwde (of naar weer iets anders). De traditionele stromingen in de politiek hebben het niet voor niets al een eeuw in Nederland uitgehou den. Glastuinbouw ondervindt veel hinder van verzilting van het Rijnwater. xTLan de lijdensweg van het Rijnzoutverdrag komt vandaag mogelijk een eind als het Franse parlement, de Nationale Vergadering, besluit zijn fiat te geven aan ondertekening van het zgn. Verdrag van Bonn. Daarmee kan, zeven jaar nadat de Rijnoeverstaten (Frankrijk, West-Duitsland, Zwitser land en Nederland) het eens werden over de verdragstekst, een begin worden gemaakt met beperking van de zoutlozingen van de Franse kalimijnen in de Elzas. De Franse minister van buitenland se zaken, Claude Cheysson, zal in eigen persoon het voorstel tot ratifi catie komen verdedigen. Het kabinet van eerste-minister Mauroy had de afgelopen weken al het nodige voor werk gedaan, want er bestaan in het Franse parlement grote bezwaren tegen de ratificatie, vooral van de zijde van afgevaardigden uit de El zas. Dat is ook de reden waarom sinds 1976 geen Franse regering het aandurfde met het Verdrag van Bonn naar het parlement te stappen Maar ditmaal lijkt de weg geëffend voor een soepele parlementaire be handeling. Weliswaar zal de opposi tie tegenstemmen en is de houding van de communistische coalitiepart ner onzeker, maar in het ongunstig ste geval onthouden de parlementa riërs van de PC zich van stemming en zal de ratificatie worden doorge voerd dank zij de absolute meerder heid van de socialistische fractie in de Assemblée. Het is niet zo dat de socialistische afgevaardigden geen problemen zien ..in het Verdrag van Bonn. Maar het is de uitdrukkelijke politieke wil van de regering om de ongelukkige poli tieke erfenis uit het tijdperk Giscard d'Estaing te aanvaarden en op het diplomatieke vlak met Nederland in het reine te komen. De kwestie van het Rijnzoutverdrag wordt sinds een aantal maanden op het hoogste politieke niveau in Pa rijs behandeld. Het is nauwelijks een geheim dat er van het Elysée instruc ties zijn uitgegaan naar de regering om de ratificatie op korte termyn door het parlement te slepen. De persoonlijke vriendschap tussen pre sident Francois Miterrand en de hui dige Franse ambassadeur in Den Haag. Claude Kemoularia, zouden daaraan niet vreemd zijn. De ambas sadeur lijk: de opvatting te huldigen dat het Rijnzout de betrekkingen tussen Nederland en Frankrijk ver galt en dat dit nadelige gevolgen heeft voor de positie van de Franse export naar de Lage Landen. In politiek Den Haag wordt het evenwel aan de „zorgvuldig opge bouwde Nederlandse druk" toege schreven. dat de Fransen na zeven jaar trameren eindelijk hun handte kening willen gaan zetten. Die druk, zo meldt een welingelichte ambtelij ke zegsman, bestond niet alleen uit politieke pressie van regeringszijde, maar ook uit de vele perspublikaties en het voor de rechter slepen van de kalimijnen door een stichting Rein- water. Of de Westlandse tuinders er nu echt veel wijzer van worden? Zij immers klagen al jarenlang steen en been over het verzilte Rijnwater, en door strikte naleving van het verdrag zou het zoutpercentage van het Rijnwa ter pas in 1988 met rond 20 procent kunnen dalen. Tegen die tijd. zo zeggen milieu-activisten, zijn de ka limijnen vrijwel uitgeput en heeft het verdrag geen zin meer. Maar in politiek Den Haag is men zo pessimistisch niet. De Nederlandse regering, zo wordt beklemtoond, ziet in de nu ophanden zijnde Franse ondertekening een „doorbraak" in de stryd tegen verzilting van het Rijnwater Het verdrag richt zich weliswaar op het terugdringen van de zoutlozingen in de Elzas. maar in een later stadium dienen ook de andere „verzilters" van de Rijn, voor al de Westdultse industrieën, te wor den aangepakt. Dat voornemen al thans is in de verdragstekst vastge legd, maar er zullen nieuwe onder handelingen in de Internationale Rijncommissie nodig zijn om daar overeenstemming over te bereiken. Het verdrag behelst dne fasen. In de eerste, die twee maanden na de ratificatie in moet gaan en in totaal anderhalfjaar mag duren, moeten de zoutlozingen in de Elzas met 20 kg per seconde worden terugge- bracht.'Rn de tweede fase, waarvoor twee jaar is uitgetrokken, moet een vermindering met 60 kg zijn bereikt. De kalimijnen lozen nu 130 kg zout per sec. en nemen daarmee bijna de helft van het totale aantal zoutlozin gen (300 kg per sec.) voor hun reke ning. Over de derde fase. het aanpakken van de overige vervuilers, is in de verdragstekst nog niets vastgelegd. In tegenstelling tot de kalimijnen, één grote vervuiler die het zout in vaste vorm loost, storten talrijke, ko mi voornamelijk Westduitse bediiÈ11 hun zoutafval in opgeloste voiivo het Rijnwater. Door het indamp*— effect is dan veel moeilijker vJ steilen welk bedrijf precies vooi ke mate van vervuiling zorgt (en de bestrijding ervan moet opd en). Overigens zijn nog steeds ..technische details" niet opp vastgesteld moet nog worden neer de fasen precies moeten ii en op welke plaats de kalim hun zout gaan lozen. Aanvai was daarvoor Rheiningue in zas aangewezen. Maar daar* kwam de plaatselijke bevolki het geweer, terwijl ook fabrilu van bronwater vreesden dat produkt door zoutinjecties li bodem een zilte smaak zou ko krijgen. j Vanweghet hevige verzet i ijl Elzas i waar de noodlijdende kt 11 nen de enige grote industriële) gever zijm besloot de Franse ring tot het instellen van een ins tionale commissie van deskunc Die wees Chalampé, aan de 1 Duitse grens, aan. Maar vanl duitse zijde stuitte dit op gree zwaren, omdat werd gevreesd zoutinjecties een bedreiging zo kunnen vormen voor de drinkt voorziening in de deelstaat Bi Wuerttemberg. Ap De kwestie is uiteindelijk opg door de briefwisseling hierover de Franse regering tot onderdet het verdrag te verklaren. J. wordt daarin de mogelijkheid: den alsnog een andere plaats w zoutinjecties vast te stellen. Dzi y| echter pas gebeuren na overleg nen de Internationale RijncoriBF sie en als onomstotelijk vas: ag< dat de zoutinjecties geen gevaar Oo het milieu van de buurstaten ktfBr opleveren. aa nu Overigens is een opmerkelijke L van het verdrag dat het (ook r Europese recht verankerde) pir van de vervuiler betaalt is la ten Het verdrag behelst een ve qi: sleutel, waarbij Nederland 34,?*^ rijk en Duitsland 30 en Zwitseii) frg procent van de kosten voor rekening nemen. De Nederland) lastingbetaler levert derhalvt (je bijdrage aan de bestrijding va: vulling die door een Frans bed da veroorzaakt. op In 1976 heeft de Nederlandse Tê; ring als „eenzijdige stap" o: inwerkingtreding van het verdr versnellen al ruim 20 miljoen? aan Parijs overgemaakt 1! Wie durft te zeggen, wie kan zeggen dat hij met uitsluiting van anderen de waarheid kent, over de waarheid beschikt? Is een mens die dit beweert niet mateloos arrogant? Tegenover andersdenken den en andersgelovenden moet zo iemand onver draagzaam zijn, op het onuitstaanbare af. In toene mende mate stellen aanhangers van niet-christelij- ke godsdiensten aan christenen de vraag w aar zij de pretentie dat zij over de waarheid beschikken vandaan halen. De vraag wordt steeds indringender in een tijd waarin de ontmoetingen op kleine en op grote'schaal in omvang en in intensiteit toenemen. Afstanden lijken verdwenen; de massamedia infor meren ons dagelijks over leven, denken en geloven van mensen aan de andere kant van de wereld. Niet vaak maken zij de indruk dat zij zitten te wachten op ónze waarheid. Het onderwerp is niet nieuw Eigenlijk is het zo oud als het christendom. De christelijke kerk heeft er in de loop van de eeuwen nooit twijfel over laten bestaan: niet alle godsdiensten zijn gelijk Als het standpunt anders zou hebben geluid zou er van zending en missie geen sprake zijn geweest: je gaat 'blinde heidenen' niet bekéren als je van mening bent dat hun religie een variatie is op je eigen religie, dat er sprake is van principieel gelijkwaardige religies. Je kunt dan ook niet spreken van ongeloof, hoog stens van een wat andere manier van geloven. Waar we elkaar vinden is in het geloof aan een hogere macht die de een god noemt en de ander een andere naam geeft, maar die in elk geval boven ons uitstijgt, troost biedt en bescherming voor een klein mens tegenover onbekende machten Deze opvatting, aangeduid als een oeverloos relati visme, doet in ernstige mate tekort aan de werkelijk heid in verleden en heden. Zij neemt in feite de aanhangers van andere godsdiensten niet serieus Toch wordt nog dikwijls als het einde van alle wijsheid verkondigd: ieder moet op zijn manier maar zalig zien te worden of nog erger alle godsdien sten zijn één pot nat. Met zo'n redenering wordt elk zoeken naar de waarheid een van de meest menselijke activiteiten en behoeften bij voorbaat afgekapt. Waar het in dit artikel om gaat is de vraag of het christendom de pretentie van de 'ware godsdienst' mag voeren, of er gesproken mag worden van iets als een meerwaarde in vergelijking met andere wereld godsdiensten zoals het jodendom en de islam. Aanmatiging Hoe scherp en fel de vragen op een gegeven ogenblik worden geformuleerd en hoe mensen tot in het diepst van hun wezen bij de waarheidsvraag betrokken zijn toont een discussie die in juli van dit jaar in Hervormd Nederland is gevoerd tussen professor dr J. Verkuijl. emeritus hoogleraar in de zendingsweten- schappen aan de VU en Dick Houwaart. die in de Tweede Wereldoorlog als Joods jongetje bij christe nen ondergedoken en gedoopt, zich jaren daarna scherp bewust geworden is van zijn Jood-zijn en daar voortdurend in woord en geschrift blijk van geeft Verkuijl had volgens Houwaart opgeroepen Joden te gaan bekéren tot het christendom en die oproep betitelde Houwaart als 'anti-Judaïstisch, misschien wel anti-semitisch'. Voor zijn-opvatting had Houwaart ook een aankno pingspunt gevonden in Verkuijls boek 'Inleiding in de nieuwe zendingswetenschap'. Daann had hij onder andere geschreven dat christenen niet mogen vergeten dat de imago van Christus door de christ41ijke geschiedenis zó bezoedeld is voor de ogen van de Joden dat een Jood hem niet in zijn eigenlijke gedaante ziet. Dat nu noemde Houwaart een pijnlijke aanmatiging „Hoe komt u er bij dat wij Jezus niet In zijn legenlijke gedaante zien? Wij zien hem in een andere gedaante dan u wenst. Maar waarom kan dat niet de juiste zijn?" En hij besloot zijn artikel als volgt; „Staak uw zending onder de Joden. Roep anderen daartoe ook niet op. Zending is een vorm van anti-Judaïsme. Ik voel het als een bedreiging. Zoals anti-semitisme mij bedreigt". Dwang demonisch Professor Verkuijl antwoordde onder andere dat bij de communicatie van het evangelie elke vorm van dwang demonisch is. maar ook dat liefdevol en geduldig wederzijds getuigenis een onnalaatbare roeping is: Joden en christenen bewijzen elkaar geen dienst als ze de dieptste verschillen tussen hen ontwijken of camoufleren. Christenen hebben niet stemmen uit de kerken alleen de roeping tot luisteren, maar ook de taak vragen te stellen, bijvoorbeeld over het paaslam, over de betekenis van het ritueel van de zondebok, over de boodschap van Jesaja 53 Ze hebben boven dien de roeping de boodschap van en over Jezus aan de orde te stellen, de boodschap van de gekomen en van de komende Christus, aldus professor Verkuijl Zo'n discussie blijft onbevredigend. Ten diepste ontmoet men elkaar niet. Ik denk dat we ook niet moeten proberen op de één of andere manier op dezelfde lijn te komen. Bij de gereleveerde discussie heeft drs .1. Slomp, predikant in algemene dienst van de gereformeerde kerken om voorlichting te geven over de ontmoeting met moslims in de samenleving, enkele behartenswaardige opmerkin gen gemaakt: christenen moeten in hun contacten met Joden de bekeringsintentie laten varen. Wel blijft het gesprek nodig, en het van elkaar leren; de rest moeten we aan God overlaten. Het lijkt een dooddoener, maar ik denk dat we er niet meer van kunnen zeggen. Wereldraad De verhouding tussen Jodendom en christendom heeft een heel eigen karakter. Maar er zijn méér wereldgodsdiensten tussen welke gesprekken nood zakelijk zijn (en die in toenemende mate ook worden gevoerd). Een overzicht van de stand van zaken wat betreft de dialoog tussen de in de Wereldraad van Kerken gebundelde kerken en andersgelovenden en anders denkenden heeft professor dr D C. Mulder gegeven in het boekje 'Gerechtigheid, eenheid en vrede', naar aanleiding van de agenda van de Wereldraadbijeen komst in Vancouver afgelopen zomer Professor Mulder herinnert eraan dat de impuls tot die dialoog is uitgegaan van de vierde assemblee van de Wereld raad te Uppsala m 1968 Drie jaar later is de afdeling voor dialoog opgericht In 1974 waren er in Colombo gesprekken met hindoes, ooeanisten. Joden en mos lims. In 1975 gaf de Wereldraad met enige moeite 'groen licht' voor voortzetting van het werk het verslag van de gesprekken uit 1974 had veel kritiek uitgelokt. Brandpunten Professor Mulder zelf groot voorstander van de dialoog zegt onder andere dat er van twee brandpunten kan worden gesproken. Aan de ene kant (thema van Vancouver) dat Jezus Christus het leven van de wereld is, aan de andere kant dat het gaat om het leven voor de wereld. Wetend bijvoor beeld dat het overgrote deel van de armen buiten kerk en christenheid valt is het aldus professor Mulder eenvoudig onmogelijk als christenen' der elkaar over de grote noden van vandaag spreken. „We geven ons dan over aan de illusie ongegronde pretentie alsof wij christenen alleen noden aan kunnen dan wel van ons alleen oplossing of vermindering ervan afhangt. Hoogs» kunnen wij hier een bijdrage leveren, maar sanx werking met anderen is bitter nodig" Nu zullen sommigen zeggen dat de 'waarheidsvm toch bezwaarlijk kan worden beantwoord vanuite feitelijke situatie, hoe verschikkelijk die ook m» zijn. Misschien is het goed er aan te hemneren ds: christelijke kring heel lang de opvatting werd geb digd: alleen wat aan de armen wordt gedaan: liefde tot Jezus is échte hulp. wat andersdenkend doen is natuurlijk toe te juichen, maar het kan ia nooit halen bij wat gebeurt uit christelijke bewogi heid. Het ernstig nemen van de dialoog kan christen eraan ontdekken dat alle arrogantie en zelfverheffi maar beter snel kunnen worden afgelegd. Maar cc hiermee is zelfs het voorlaatste woord bepaald gezegd Een uiterst moeilijke vraag betreft bijv» beeld de verhouding tussen dialoog en getuigd Zijn die twee met elkaar in overeenstemming brengen'' Getuigenis kan een gesprek voortijdig- een einde brengen. Dat zal het geval zijn als art menten gaan ontbreken en terug wordt gevallen: stellingen die voor verdere discussie geen ente ruimte over laten. Maar getuigenis kan ook zijn, namelijk uiting geven in volstrekte erkenrë van de beweegredenen van de ander aan watci ten diepste bezig houdt, welke de wortels zijn ons geloven. Dat kan voor de dialoog een waardew le bijdrage betekenen. J. J. TeK

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1983 | | pagina 4