en grote revolutie in iet brave meubelvak 4 i CARAVAGGIO, LECARAVAGE IMcebert en de waardering IE STOEL VAN RIETVELD sfe Nieuwe film 'Ciske de Rat' H TENTOONSTELLINGEN andré oosthoek NAPELS - IN - PARIJS JDAG 5 AUGUSTUS 1983 PZC/ku nst/cultuur errit Kouwenaar vond dat hij hard was, maar hij had een goede zitstand. Volgens Jan TSierhuis zit hij lekker, hoewel een heleboel mensen dat niet geloven. Jan Willem Sbergen zat er wel eens in als hij even rustig wou nadenken en Carel Visser vond dat hij cies de juiste steun geeft als iemand moe is of last van zijn rug heeft. Alleen Jan Venema id he( een kreng om in te zitten „en mensen die zeggen dat hij lekker zit, liegen". j nu voor uzelf wilt uitmaken hoe Het leven van meubelmaker Rietveld j mstoel van Gerrit Rietveld zit, loopt merkwaardig parallel met dat jjkan dat, want in het Centraal van de Groningse drukker Werkman. i in Utrecht staat een exem- Beiden waren handwerkslieden die van de 'roodblauwe' waarop door hun ontmoeting met de nieuwe Jten mag worden, sterker nog: kunst een fantastische ontwikkeling tekers van de tentoonstelling doormaakten. Beiden hebben juist tveld als meubelmaker, wonen door de combinatie van ambaehte- "j experimenten 1900-1924' in de izaal worden door middel van een j|e vriendelijk uitgenodigd het if te proberen. lijkheid en kunstenaarschap onver moede toppen bereikt en enorme in vloed gehad. Rietveld werkte Hij is zelfstandig met de produktie doorgegaan tot 1971, in welk jaar de rechten op de 'rood blauwe' werden aangekocht door de Italiaanse fabriek Cassina, die de stoel nog altijd in serie vervaardigt. Er is voorts een informatieve catalogus met tekst van Marijke Kuper, be kwaam gelay-out door Daan Out. (Rietveld als meubelmaker, wonen met experimenten 1900-1924Cen- In de tuinzaal kan men op video een traal Museum Utrecht, tot en met 11 interview volgen met Gerard van der september. Openingstijdendinsdag Groenekan, die boeiende herinnerin gen ophaalt aan de tijd dat hij bij tot en met zaterdag 10-17 i dags 14-17 i idere stoelen deze tentoonstelling allereerst is dat het eigenlijk onzin is te 0edifn over 'de' Rietveldstoel, want cZaf leeft er in zijn meubelmakcrstijd IQ (jl wat meer gemaakt. Men vindt v ook huiskamerstoelen, kinder- len en stoelen ontworpen voor militair tehuis. Voorts tafels, ijes, kastjes, een wieg en een adwagen. Heel merkwaardig is Rietveld ook voor het buffet, dat isbare pronkstuk van alle Hol- se huiskamers, een eigen vorm ri gevonden waarin de praktische en zijn behouden en alle 'pronk' fcggelaten. it Rietveld werd geboren in 1881 e zoon van een Utrechtse meubel- er. In de jaren '20 ontwikkelde hij tot architect en in 1924 deed hij werkplaats over aan zijn meester- tht Gerard van der Groenekan. jjm' het eerst wordt nu aan de meu- 0p jlakerstijd van Gerrit Rietveld af- terlijke aandacht besteed. Veel het materiaal op deze expositie is studentenwerkgroep van het Instituut onder lei- van mevrouw S. J. Konijn en Heti Eddy de Jong uit particuliere t«icties bijeengebracht, vod is ook in de loop der jaren noetKen gegaan want ach, ook meu rt. C hebben niet het eeuwige leven. =én foto's geven ons dan nog een uk. maar ik denk dat de mensen l *Meze te loor gegane stukken in hun .Jet hebben gehad, zich nu wel de Oji uit het hoofd trekken. van de interieurs die door Theo Doesburg zijn ontworpen en door weid gemeubileerd, is weinig meer De nog niet helemaal vergeten ■jjfster Til Brugman had zo'n inte- ren een arts had zelfs een behan- amer, waarvoor Rietveld het bilair had geleverd. -het-zelvers kunnen op deze expo- hun hart ophalen, want de vaar- eid waarmee deze meubelen tot «d zijn gebracht, ligt door de Wezige werktekeningen binnen Maar vooral spreekt dit -k tot ons door de eerlijkheid van de eenvoud van de ctj®jiur en de soberheid van het re- ïUltW. Het moet een mooie tijd zijn est toen deze Rietveld-meube- ieuw en revolutionair waren, en dam met de opnamen van zijn nieuwe speelfilm Ciske de |eg wezen naar een nieuwe ma- Rat- naar de gelijknamige roman van Piet Bakker. Het is J[ff[van wonen, een nieuwe manier de tweede verfilming van dit boek, maar volgens de :ven. regisseur gaat deze „Ciske" er totaal anders uitzien dan eeks 1920 is deze Utrechtse de versie die gemaakt werd in de jaren '50. ilmaker onder invloed van de Guido Pieters: „Het is zeker geen remake. De oude film .oep, waarvan hij deel uitmaak- was opgezet vanuit het perspectief van de onderwijzer, in produkten gaan kleuren met deze filrri gaat helemaal uit van Ciske zelf. Ik heb de oude limaire kleuren van de Stijl: rood, film. die in 1955 onder regie van Wolfgang Staudte met in en geel. De rood-blauwe stoel de hoofdrollen Kees Brusse en Rijk de Gooyer (die overigens ook in Pieters Ciske een belangrijke rol speelt) pas gezien toen ik het scenario, geschreven in samenwer king met Karin Loomans, klaar had. Persoonlijk vind ik trouwens dat de reputatie van die oude film groter is dan de film zelf'. „Mijn Ciske speelt zich af in 1934. de tijd waarin Piet Bakker zijn verhaal ook plaatste. Er zitten in die tijd ook veel overeenkomsten met de tijd van nu". Door Hein Koopman) Regisseur Guido Pieters (Vlimmen, Kort Amerikaans, Te gek om los te lopen) begint zaterdag in Amstcr- en geel. De rood-blauwe stoel ■M,nog een niet-gekleurde voorlo- il'oÊn ziet, door de kleur herkende iin de stoel opeens een kunst- Izïj, een sterk sprekend stuk plas- i.MiWie de 'zit' als al te Spartaans 'sï'ïr, had altijd nog een mooi ding uoHaar te kijken. Ciske de Rat, die meer dan twee miljoen gulden gaat kosten, wordt grotendeels in Amsterdam opgenomen. Veel straatscènes, met veel figuranten. Zo moet regisseur Guido Pieters voor bepaalde scènes meer dan tweehon derd kinderen op laten draven. De film gaat met Pasen '84 in première. Belangrijke rollen naast die van Danny de Munk en Rijk de Gooyer worden gespeeld door Willeke van Ammelrooy, Peter Faber, Herman van Veen en Josine van Dalsum. Cameraman is Frans Bromet en voor de produktie tekende Matthijs van Heijningen. De hoofdrol van Ciske wordt gespeeld door de 13-jarige mavo-scholier Danny de Munk. Danny, erg klein voor zijn leeftijd, met zijn krap 1.40 meter, werd gekozen uit honderden jongens die op de twee audities waren afgeko men „Ik had nog nooit eerder van Ciske gehoord, ben dus meteen het boek gaan lezen en toen wist ik dat ik de hoofdrol zou krijgen. Ik vmd Ciske best een aardige jongen, een lekker schoffie, en dat ben ik eigenlijk ook nog wel een beetje". 2?a (Door Hans van Straten) JJie Prijs der Nederlandse is-fLetteren, die deze week is blekend aan de dichter Lu- i®rt, is niet alleen de hoog- ïssj literaire onderscheiding nïjhet Nederlands-Vlaamse '^iuurgebied, het is ook de '||e (grote) prijs die geen i62|ijver tot dusver heeft ge- Jgerd. i22jians weigerde de P.C. Hooftjirijs, {.JWolkers wees de Constanten mjgensprijs af. Allicht dat enige '"fling ontstond over de vraag wat si|bert zou doen. Intussen heeft hij {oil weten dat hij de prijs zal aan bijten. maar hij wilde toch ook wel dat hij het geldbedrag dat aan 2uirijs is verbonden, achttiendui- 48; gulden, als eerbetoon van de ïffiinkrijken Nederland en België sa- wel een bedroevend schijntje „„^kunnen we met hem eens zijn, 3,ial als men bedenkt dat er straks ^"Tussel bij de prijsuitreiking door 2i3?e'der regeringen op een koopje i5"* weer wordt gespeeld, terwijl het !"3de cultuur zelf bijzonder slecht uJblijft. Ms?en van de financiële kant mag 'siisd worden, dat het de dichter i«®ert in zijn leven (hij 'wordt vol ui jaar zestig) niet aan officiële leering heeft ontbrokefi. In 1953 hij de poézieprijs van de 22t3ente Amsterdam, in 1965 de ^jensprijs en in 196U de P.C. oprijs. De Keizer der Vijftigers, zoals hij al vroeg werd genoemd, is dus rijkelijk met lauweren overdekt. Het lijkt we of al die jury's en overhe den gemeend hebben iets goed te moeten maken, want toen hij in het begin van de jaren vijftig bij de ge meente Amsterdam aanklopte om steun, omdat hij broodgebrek leed. liet men hem van hogerhand weten dat men een baantje voor hem had bij de... gemeentereiniging. Het leven van Lucebert zijn ware naam is Lubertus Swaans- wijk, hij is Amsterdammer van ge boorte heeft zich op verschillende niveau's bewogen. Hij begon als schilder, maar heeft in die kwaliteit niet deel genomen aan de korstondi- ge revolutie van Cobra (1948-'51). Wel schreef hij in die tijd enorme hoe veelheden poezie. Toen hij eens op een literaire bijeen komst verzen voordroeg, gekleed m enkele over elkaar aangetrokken truien, merkte A. Roland Holst op: „Ik begrijp niet waarom jonge dich ters zich zo warm aankleden, ais zij poezie voordragen" Hij wist niet dat deze dichter, bij gebrek aan een on derkomen, 's nachts in het Vondel park sliep. Ook in latere jaren hebben de poëzie en de schilderkunst afwisselend zijn leven beheerst, afgezien van een korte periode in dejaren vijftig, toen hij zich met fotografie bezighield Er bestaat overigens een hechte overeenkomst tussen zijn picturale werk en zijn gedichten. Als dichter is Lucebert trouwens steeds zichzelf gebleven Wie zijn laat- se bundel leest „De moerasruiter uit het paradijs", verkeert in dezelfde wereld als in de bundels van dertig jaar geleden. Er is ook mets te merken van kwaliteitsverschil Het werk van nu schittert nog even zeer als dat van toen. Waardoor wordt die fascinatie te weeggebracht? Dat is een bijzonder moeilijk te beantwoorden vraag. Lu cebert. gaat door voor een duister dichter, ook al heeft hij glasheldere gedichten geschreven die, naar de ervaring uitwijst, een kind van tien jaar kan begrijpen en waarderen. Maar er zijn ook heel wat verzen bij die voor een lezer die gewend is te begrijpen wat hij leest, niet te achter halen zijn. Soms ook loopt de schei dingslijn tussen begrijpelijk en onbe grijpelijk dwars door het gedicht. Ik denk hierbij aan het dramatische vers „Aan Lesbia" uit de bundel Amulet, dat begint met de regel: „De oude meepse barg ligt..." Goed. een gesne den beer om mee te beginnen, een ziekelijke nog wel. Toch blijft dit vers voor mij een van de toppen uit Luce- berts werk. Wie moeite heeft met deze poèzie, kan het beste „De moerasruiter uit het paradijs" kopen, want daar zit een grammofoonplaatje bij waarop de dichter twaalf gedichten voorleest. Er zit in zijn voordracht bezwerende kwaliteit die de kracht van deze poëzie in niet geringe mate versterkt. Hier is een tovenaar aan het werk. Caravaggio. de Zeven Werken van Barmhartigheid (detail), Napels 1607. T%/richelangeIo Merisi schildert zijn atelier zwart en bezweert de IvJLspotters dat hij het licht in de duisternis wil volgen en vangen. De spotters blijven nog even spotters en de schilder schildert verder. Lux in tenebris: het staat letterlijk en figuurlijk voor het werk van de schilder Mèrisi die men, naar zijn geboorteplaats Caravaggio is gaan noemen. Het licht gevolgd en gevangen, ontkomt de jonge schandaalschilder Caravaggio aan de klamme greep van de Manieristen en ontketent een stilistische revolutie die ongekend is in de schilder kunst. Zeker, men kent vele perioden en hun overgangsgebieden maar een zo abrupte breuk met de heersende stijlopvattingen is niet eerder geno teerd. Caravaggio schildert God en Alle Heiligen hun veilige wolken uit en zet ze neer aan de tafel van dobbe laars en kaartspelers, leden van het natte gilde, volkslui op doortocht. Hij geeft zijn naakten de beschik king over hun lijf terug en zet zijn hoerenjongens m het prachtige, overweldigende licht dat zijn kracht aan het tenebroso de donkerte ontleent. Revoluties kennen stormlopen. Vanuit alle streken van Italië, uit Duitsland en de Nederlanden trekt de Lombardische schelm leer gierigen, navolgers, copiisten aan en zo ontstaat de School der Cara- vaggisten, adepten die hun vaak kleine talent verstoppen achter het waarmerk van de meester. In het Noorden ziet men later Rem brandt. wat zuidelijker Velasquez, leerpenningen betalen. Caravaggio staat aan het begin van de vrijere schilderkunst, op de overgang naar de barok die van alle starheid bevrijd andere uitersten zoekt. Het is als een snelle film waarin van opgaan, blinken en verzinken wordt gesproken: de barokke vrijheid ver keert in de wetmatigheden van een ander manierisme dat de wereld doopt in een phantasmagoric van kleuren, uitzinnig in de vleespotten roert en dat het clair obscur inlevert voor de vrije val van het licht. Caravaggio lijkt er haast ingetogen bij. Hij geraakt enigszins op de achtergrond en het duurt in het licht der eeuwigheid éven voor de erkenning weer zo duidelijk wordt als ze nog tijdens zijn leven was. Dat leven nu heeft velen gegrepen, bol en stijf als het staat van de verhalen over .roekeloosheid, uit spattingen, moord en doodslag. Michelangelo Merisi wordt op 28 september 1573 in Caravag gio (Bergamo) geboren. In zijn ze venendertigste levensjaar (18 juli 1610) sterft hij allerellendigst al leen in Porto Ercole. Daartussen liggen zijn verblijf in Milaan. Vene tië waar hij onder de indruk en invloed van Giorgione komt. zijn beruchte tijd in Rome en na zijn verbanning het vluchtig opont houd in Napels, de eilanden Malta en Sicilië. Men neemt algemeen aan dat de centrale figuren van zijn jeugdwer ken zelfportretten zijn en men kan dan Caravaggio kennen als een niet onknappe, hardlevende jongen die de herberg moeiteloos als zijn na tuurlijk milieu heeft aanvaard. Die jongeheer mag zich verheugen in de koesterende aandacht van Innozenzio kardinaal del Monte, de jongensprelaat. Del Monte is. zijn ziel Gode en het onderlijf den duivel bevolen, zeer jeugdig aan het pause lijk hof gekomen. Hij krijgt er de niet onaanzienlijke opdracht 's pau sen apen te hoeden, maar de zorg voor het dekbed gaat die voor de makakken verre te boven. Waar liefde heerst gebiedt de opperherder zijn zegen en zo laat Innozenzio al op zijn zeventiende naar de aapjes kijken en wordt kardinaal De erger nis van de overige prinsen der kerk ten spijt, wordt hij een invloedrijk man wiens huis gaarne bezocht wordt en wiens deur wijd open gaat voor de jonge Caravaggio. Diens levenswandel maakt de aan wezigheid van een dergelijk machti ge beschermheer niet overbodig. Caravaggio schuimt de straten, pleinen en feestweiden af Overal waar hij verschijnt wachten herrie, ruzie en handgemeen, ruist de jonge aanplant, scheuren kleren en sneu velt glaswerk. rntussen rijst de ster van de schil- tegelijkertijd, de doomroos te zien bloeien temidden van hetsprietgras en de kaardebollen der puinen. Men heeft er. daarom wordt het verteld, het levensverhaal van de man uit het land van Bergamo bij nodig. Het is een dwaasheid te beweren, zoals een van de inleiders doet. dat er in Napels zonder Caravaggio niet geschilderd zou zijn. Het is juist te zeggen dat hij net als in Rome - der in wie men een bijzonder de korte tijd die hi, aan werken kon kunstenaar heeft ontdekt. Het ,s beateden^yelen air zich heeft ver- onbegrijpelijk dat iemand met dergelijk snelle manier van leven nog in staat is geweest de wereld enkele tientallen werken te schen ken die men thans tot de absolute top moet rekenen. plicht. In Napels groeide op zeer korte termijn een Caravaggistencomplex dat uitdijdde tot een 'Napolitaanse school'. Dat werk nu is te zien in het Grand ?n*K£! Piais opgaar., bSen vemn iS ken Df hand van de meester doet synoniem met de kringen waann ach voe, als het knuistje aan kunst werd gedaani - doorge- van de volgetlngen het slapje drongen en gevestigd, Caravaggio handje van tér%e„ meuwe Ujd. knjgt grote opdrachten voor kerken ^,^5 duifle5 dp het spaniel en kapellen, voor meer wereldlijk speidt ingestelde verzamelaars en hij is zich goed van zijn waarde bewust, flaravaggio heeft niet lang in Zo weten we uit de stukken dat hij V^Napels kunnen werken. Op zijn zich uitzonderlijk hoog liet betalen vlucht uit Rome waar hij betrok- en weigerde concessies te doen Dat ken was bij de moord op dë jonge- leidde verschillende malen tot bot- man Rannucio Tommasoni vond singen. Was zijn slempgang door de hij nauwelijks rust. stegen de in fijne kant gestoken De drie grote schilderijen die hij in machthebbers al een doom in het Napels maakte, zijn in Parijs te moede oog, men vond zijn manier zien: De Zeven Werken van Barm hartigheid, de Geseling en de Mar teling van de Heilige Ursula. Het is een alleszins boeiend drietal dat de tentoonstelling middagen- lang de moeite waard maakt. Wie daarnaast het Napolitaanse kielzog volgt, zal nauwelijks worden ge sticht. De glans van de meester doet veel verbleken en wat blijft, hangt tussen de bleekblauwe krachteloos heid van Giordano en het wat hoe kige choqueren van De Ribera in. van schilderèn vaak stotend, zijn In het middengebied vindt men een Jezuskind al te naakt, zijn heiligen bont, niet altijd even vrolijk gezel- te aards voor een hemelvaart. Maar, schap rond Caravaggio, Napels en al dat voor het gebruik der heilige de Heiligen van de stad vereend: hallen werd afgekeurd belandde in Andrea di Lione, Didier Barra, A.n- de collecties van met pausen en drea Belvedere. Battistello, Cavalli- prelaten vermaagschapte connois- no. Codazzi, Do. Falcone, Finoglia, seurs (Lois 1 Finson(ius), Forte. Fracanza- Werken die vernietigd dreigden te no, Gentileschi, Guarino, Palumbo, worden, werden door collega-schil- Porpora, Preti. Recco. Rosa. Ruop- ders (o.a. Rubens en Finsonius) polo.Russo, Selhtto. Solimena. Spa- 'ontvoerd' en zo kunnen we ook nu dora. Stanzione. Vitale. nog leven met het 'Wonder' dat Het is een zoals gezegd bonte Caravaggio heet. erfenis die naar de erflater doet verlangen. De inrichters van de ten- Het Parijse Grand Palais heeft toonstelling hebben Wellicht van daar een speciale manier voor wege het effect dat mooie begin gevonden die men elders niet ten ook bij de entrée gelaten en ze laten onrechte als boerenbedrog zal de bezoeker verder over aan Napels, omschrijven. de stad die Laravaggio in 1610 voor- In stad en museum wijzen affiches goe'd achter zich liet. Weinige weken en borden temidden van véél clair later sterft hij in Porto Ercole. ver- obscur naar het machtige werk van moeid en opgebrand net vóór de Le Caravage dat er tot september Romeinse koerier die het bericht te zien is. Wie de cataloog koopt, van zijn begenadiging moet over ziet al op de eerste bïnnenpagina brengen zijn boodschap heeft kun- dat het evenwel om Napolitaanse nen afgeven schilderkunst gaat uit de penode Hij sterft de dood der armen. Men Caravaggio-Giordano. En wie dan tracht hem te eren in een grand nog wat stapjes verder zet en de palais. tentoonstellingszalen betreedt, ont- Parijs. Galeries Nationales du moet welgeteld dne Caravaggio's Grand Palais. Le CaravageLa en een hele stoet, niet altijd even peinture napolitaine de Carvage a verkwikkend opererende Caravag- Giordano'Tot 29 augustus Andere ingang: Edouard Manet. tot 8 sep- Hoe jammer nu. Hoe aardig ook, tember. Giuseppe de Ribera, Dronken Silenius, Napels 1626.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1983 | | pagina 7