FALKLANDS De kwaliteit van onze krijgsmacht Een jaar na de oorlog Uw Gasbedrijf adviseertr Beschermen en benutten PZC/°Pinle en achtergrond 'n Geiser of 'n boiler? DINSDAG 29 MAART 1983 (Van ome correspondent Henk Damt Wat moeten we eigenlijk met de Falklandeilanden? Die vraag viel in Engeland medio vorig jaar steeds meer te beluisteren naarmate duidelijker werd dat de Britse troepen op de eilanden het karwei zouden klaren, en de Argentijnen zouden verdrijven. Nu, een jaar na de Argentijnse inval van 2 april, wachten die vragenstellers - hun gelederen zijn inmiddels danig versterkt - nog steeds op een antwoord. Inderdaad, wat moeten de Britten nu toch eigenlijk met die kale eilanden, 12.000 kilometer ten zuiden van de Big Ben? We moeten ze houden, we moeten ze tot een onneembare vesting maken en we moeten er geld in stoppen om de economie op gang te helpen. Dat is bet plan van premier mevrouw Thatcher en de haren, en niet ontkend kan worden dat er vaart achter die voorne mens is gezet. Er zit op de Falklandeilanden nu een garnizoen van 4000 tot de tanden bewa pende Britse militairen, die de beschik-" king hebben over geavanceerde radar systemen die alles en iedereen zien aankomen- Phantom straaljagers pa trouilleren in de lucht, en door nucleai re energie aangedreven Hunter-Killer duikboten in het water. Effectievere verdediging is nauwelijks denkbaar. Het ministerie van defensie heeft eind vorig jaar een miljard pond (vier mil jard gulden) extra gekregen om de bij de oorlog opgelopen verliezen weer goed te maken. Minister Pym (buiten landse zaken) maakte verder in decem ber bekend dat er in de komende zes jaar 31 miljoen pond (124 miljoen gul den) in de economie van de archipel zal worden gepompt. Alles bij elkaar, aldus een schatting van het dagblad The Times, zal het heroveren en Brits houden van de Falklandeilanden tot begin 1986 het verbijsterende bedrag van 2,5 miljard pond (10 miljard gulden) kosten. Dat betekent dat dan aan elk van de 1800 eilandbewoners meer dan 5,5 miljoen gulden zal zijn uitgegeven! Alleen al op deze wijze, cijfermatig dus. gezien, wordt het probleem van de regering-Thatcher, en de regeringen daarna, duidelijk. Dergelijk hoge uitga ven zijn op den duur niet meer aan het electoraat te verkopen, zeker niet, ge zien de dalende levensstandaard die de meeste Britten zelf de afgelopen jaren hebben moeten doormaken. Meer dan eens De Britten waren het, gemiddeld ge nomen, vorig jaar zomer nog meer dan eens met Margaret Thatcher, dat de Argentijnen niets op de Falklandei landen te maken hadden. Ze liepen rond met t-shirts waarop stond De junta kan verrekken. De Falklandei landen zijn van ons', en ze zongen met tranen in de ogen het 'Rule Brittannia' toen bekend werd dat generaal Me- nendez de overgave had getekend. Die dagen - de dagen dat het portret van mevrouw Thatcher in de 'V van 'Victorie' in de kranten stond - zijn voorbij. De patriottische roes is uitge werkt, de harde realiteit heeft weer bezit van de Britse eilanden genomen. Onthullend is de enquete in het zon dagsblad The Observer, onlangs, waar uit blijkt dat nu een meerderheid van de Britten vindt dat er over de eilanden met de Argentijnen onderhandeld moet worden. Bij de politieke partijen is de situatie zo dat de Labour-partij en de SDP menen dat in de toekomst onderhande lingen onvermijdelijk zijn. Dat bleek m januari tijdens het Lagerhuis-debat over het Franks-rapport, dat de voor geschiedenis tot de Falklandoorlog be handelt. en in dat verband de regering- Thatcher vrijspreekt van schuld aan de vatbaar is, de Argentijnen zijn tevre den, en de 650.000 schapen grazen toch wel door, of er nu een Union Jack of het Argentijnse blauw-wït-blauw in Port Stanley wappert. Maar zover is het dus nog lang niet. De eerste jaren (zeker als de regering- Thatcher wordt opgevolgd door een regering-Thatcher-II. zoals de opinie peilingen week in week uit voorspellen) zal de naam 'Falklandeilanden' vooral in de kranten te lezen zijn, als er weer eens wat te herdenken valt. Zoals nu ook het geval is. The Times, van 26 maart: 'Keith Mason, een steen houwer, is onlangs gereed gekomen met zijn monument voor de helden van de Falklandoorlog. Het 30 ton zware eerbewijs is gisteren aan de lange reis naar de Zuidelijke Atlantische Oceaan begonnen.' Mevrouw Thatcher zei tijdens datzelf de debat dat onderhandelingen met Buenos Aires geen zin hebben, omdat de Argentijnen slechts uit zijn op over dracht van de souvereiniteit. 'En dat is absoluut niet te accepteren voor ons. en voor de eilandbewoners'. Inderdaad, ons en de eilandbewoners, in die volg orde. Te vers Dergelijke onderhandelingen kunnen op dit moment ook niet worden ge voerd. De herinnering aan de oorlog, met z'n 250 doden aan Britse kant en z'n vele honderden gewonden, van wie menigeen nog steeds revanuaiicu.,- ningen moet ondergaan, is daarvoor te vers. Ook een ander dan mevrouw Thatcher kan nu niets anders doen dan de Falklandeilanden behouden. Gegeven het feit, dat de Argentijnen nooit en te nimmer hun aanspraken op souvereiniteit over de Malvinas zullen opgeven, en gegeven het feit dat de eilanden vrijwel geen economische waarde hebben, maar slechts een gelei delijk afnemende symbolische waarde, zal echter uiteindelijk soevereiniteits overdracht niet uit kunnen blijven. De beste oplossing zou zijn, dat de Britten de soevereiniteit aan Argenti nië schenken, met daaraan gekoppeld de voorwaarde, dat zij het voor een bepaalde tijd - zeg 25 jaar - huren. In die tijd sterven de oude Falklanders langzaam uit. en wordt jongeren geld, huisvesting en een baan in good old England aangeboden. Het gezicht van alle partijen is op die manier gered, de Britten hoeven geen duur garnizoen erop na te houden, ze hoeven geen miljoenen in een econo mie te pompen die nauwelijks levens- Weggesleept En The Guardian, van 28 maart: 'Het door vuur vervormde wrak van de Sir Tristram (een van de twee schepen die door de Argentijnse luchtmacht in brand werden geschoten tijdens de landing van de Britten bij Bluff Cove. Daarbij vielen 51 doden. HD.) zal uit het zicht worden weggesleept vóór de 544 ouders, vrouwen en kinderen van de Britse oorlogsdoden op 12 april in de haven van Port Stanley aankomen.' Als die 544 Britten, die naar het graf van hun zoon, man of vader komen kijken, in Port Stanley zijn, dan zullen ze daar onder andere begroet worden door David Hawksworth (35). Hij emi greerde in februari met z'n vrouw van uit Engeland naar- de Falklandeilan den om er een 'fish and chips' winkel (de Britse tegenhanger van onze patat zaak) te openen. Hawksworth kan als symbool gelden voor de Falklandeilanden van na de oorlog. Maar datzelfde geldt voor Don en Margaret Davidson, die binnenkort terug zullen gaan naar Engeland nadat ze elf jaar geleden vanuit datzelfde Engeland naar de Falklandeilanden waren getrokken. Ze hadden er een goedlopend hotel en deden er prima zaken met de verbouw van groenten. Daar hebben ze nu een punt achter gezet. Margaret daarover: „We hebben onze hoop verloren. Engeland is bezig hier een hele dure ivoren toren te bouwen, maar je moet je afvragen hoe lang dat de moeite waard blijft. Ik geloof niet zo erg lang". En Don: „We hebben geen zin meer hart en ziel in ons bedrijfje te stoppen, om na vijfjaar of zo te ontdekken dat Londen het beleid veranderd heeft, en met de Argentijnen is gaan praten". IADVERTENTIEi Warm water. Haast een vanzelf sprekendheid. Kraan open en het is er. Maar misschien gaat u binnen kort verbouwen of verhuizen. Wat is dan in uw geval het beste? Een geiser of een boiler? Er zijn trouwens ook toestellen die in combinatie met een C.V.-ketel werken. Informeert u eens bij uw Gasbedrijf. een publikafie van dc in VEGIN (Door M H. von Meijenfeldt, generaal- majoor bd.) De krijgsmacht worstelt in deze tijd met niet geringe problemen. Laat ik er enkele noemen. Er zijn klachten over de tanks (Leopard I en II) van de landmacht. De opheffing van onderde len van de land- (onder andere drie afdelingen luchtdoelartillerie) en luchtmacht (een Nike-squadron) en het uit de vaart nemen van schepen (Van Stralenklasse ondiepwatermij- nenvegers l leiden tot hiaten in de luchtverdediging en bij de mijnoprui- mingsdienst. De Leopard I-tanks en de gepantserde personeelsvoertuigen YPR 765. zijn ze ker tot 1986 beperkt inzetbaar door het ontbreken van nachtzichtapparatuur. Het Nederlandse Legerkorps mist de nodige middelen voor de elektronische oorlogsvoering, een goede luchtverde diging, de bestrijding van vijandelijke artillerie die in de diepte van het gevechtsveld staat opgesteld en voor een snelle verplaatsing van rupsvoer tuigen naar de oorlogsopstellingen. De inzetbaarheid van de onderdelen van de krijgsmacht wordt verder nade lig beïnvloed door een tekort aan reser veonderdelen en munitie en een beper king van de oefenmogelijkheden. Het aantal vlieguren per vlieger van de luchtmacht blijft in 1983 10 procent onder de minimum NAVO-norm van 240 uren per jaar. Optimistisch Functioneert onze krijgsmacht nog wel doeltreffend? De politieke leiding is redelijk optimistisch. Zij erkent dat er problemen zijn. Er is de laatste tijd veel geld uitgegeven voor de aankoop van nieuw materieel. Mede daardoor is er een grote druk ontstaan op de uitgaven in de exploitatiesector (on derhoud, oefeningen, enz.). Maar zo zei de minister onlangs tijdens de debatten in de Tweede Kamer over de defensiebegroting 1983 „we verrich ten een redelijke defensie-inspanning, ook ten opzichte van de bondgenoten". Wie echter zijn oor te luisteren legt aan de basis van de organisatie, hoort andere geluiden. Sommige eenheden beschikken over met meer dan 30 procent van hun pantservoertuigen. Kritiek is er ook op het functioneren van dienstplichtige bemanningen van gecompliceerde wapensystemen als de Leopard PRTL (pantserrups tegen luchtdoelen). Top en basis uiten zich dus verschil lend over de kwaliteit van onze krijgs macht. De waarheid zal wel ergens in het midden liggen. Een vraag is of de minister voldoende op de hoogte is van de situatie bij de onderdelen. Veel commandanten komen niet graag met hun problemen bij de baas. Zij lossen die liever zelf op. Bovendien vrezen zij persoonlijk verantwoordelijk te wor den gehouden voor de moeilijkheden die er zijn. Nu staat Nederland binnen de NAVO met deze problemen bepaald niet al leen. De berichten over de toestand bij het Belgische leger zijn in sommige opzichten nog somberder. Volksverte genwoordigers die tot de oppositiepar tijen behoren, spreken van een failliete boel. Er is peperduur en hypermodem materieel gekocht, maar het geld ont breekt om de 'apparatuur' te beman nen en te gebruiken. Het aantal vliegu ren per piloot is zelfs teruggebracht tot 134. Nu is de gangbare opvatting dat veel van de problemen, waarmee de krijgs macht worstelt, opgelost kunnen wor den door meer geld voor onze defensie ter beschikking te stellen (in plaats van een reèle groei per Jaar van 2 procent bijvoorbeeld een toename met 3 pro cent). Mijns inziens zijn er nog andere oplossingen denkbaar Technologie De vraag die de defensieleiding zich in de huidige situatie moet stellen, is of binnen de krijgsmacht wel op de juis te wijze gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden die de moderne technologie biedt. Een belangrijk deel van de financiële middelen wordt van daag de dag gebruikt voor de moderni sering van traditionele wapensyste men als tanks, vliegtuigen en schepen. Is dat nu wel verstandig? Immers, de praktijk leert dat dergelijke systemen niet alleen erg kostbaar en kwetsbaar zijn, maar ook moeilijk te bedienen door dienstplichtigen. In 1951 werd in Amerika voor de produktie van 6300 gevechtsvliegtuigen een bedrag van 17,5 miljard gulden (prijzen 1983) uitge trokken. Nu betaalt Amerika voor de produktie van 322 gevechtsvliegtuigen rond 28,6 miljard gulden De gevechten rond de Falkland eilanden in 1982 hebben duidelijk ge maakt dat schepen groter dan een paar honderd ton, in de toekomst voor de Een Leopard II-tank oorlogvoering nauwelijks meer beteke nis hebben. Zij zijn te kwetsbaar In het boekje 'Defensie zonder kernwa pens' (uitgegeven bij Meulenhoff Infor matief BV, Amsterdam) wijzen Frank Barnaby en Egbert Boeker op de moge lijkheden die de toepassing van bij voorbeeld de miniaturisering van de elektronica voor militaire doeleinden biedt. Zij denken aan o.a. het verzamelen van informatie door sensoren en onbeman de vliegtuigjes: de automatisering van de bevelvoering en het vervangen van alle tanks en een deel van de vliegtui gen en oorlogsschepen door raketsys temen met een doelzoekende lading Als platforms voor de op het land opererende raketsystemen wijzen zij rupsvoertuigen af. mede omdat West- Europa beschikt over een uitgebreid en uitstekend wegennet. De huidige technologie biedt huns in ziens de politieke leiding van defensie goede mogelijkheden om de organisa tie van de krijgsmacht te vereenvoudi gen (meer overzichtelijk te maken), de afstand tussen top en basis te verklei nen en een effectieve verdediging te organiseren bmnen financieel haalbare en verantwoorde grenzen. Natuurlijk is de overgang op een ande re toepassing van de technologie niet eenvoudig. Het gaat tenslotte om in grijpende veranderingen. Rekening houdend met de problemen waarvoor de krijgsmacht in deze tijd staat, lijkt het mij zeker verantwoord snel met deze veranderingen te beginnen. Toen ik het boekje van Bamaby en Boeker las, moest ik denken aan de Spaanse Armada die in 1588 een opera tie van Spaanse troepen op Engels grondgebied mogelijk moest maken en ondersteunen. Deze trotse Spaanse vloot van ongeveer 130 logge, moeilijk wendbare en grote schepen werd ver slagen door enerzijds slechte weersom standigheden. anderzijds de veel klei nere, snellere en gemakkelijk wendba re Engelse en Hollandse oorlogssche pen, die bovendien in staat waren hun taak uit te voeren in ondiepë kustwate ren Een nieuwe visie op het gebruik van militaire middelen had gezegevierd over traditionele opvattingen. )ook als titel kunnen gebrui ken. Dat geeft evengoed als wat er nu boven staat aan wat de bedoe ling is. Maar 'bouwen en bewaren' is een wat geladen en vooral tijd gebonden uitdrukking afkomstig uit de woordenschat van de calvi nisten tussen ruwweg 1920 en 1945. De bedoeling van dit artikel: aan geven dat de landbouw tenminste twee functies heeft anno 1983. Pro duceren van goede en veelsoortige landbouwprodukten maar tevens het beheren en beschermen van natuur en landschap. Kunnen die twee functies samen gaan? Ja, dat kan, ze worden al sinds de prehistorie gecombineerd. Toen de mens overschakelde van het nomadenbestaan naar de eer ste primitieve landbouw, begon die dubbelfunctie. Het natuurlijke landschap werd aangetast toen de rondzwervende jager zijn hol waar hij beziüoos met de horde had ge huisd de rug toekeerde en zich een hut bouwde op een plek met rede lijk vruchtbare grond. Vanaf het moment dat hij bomen èn bossen ging omhakken, ontstond er een kunstmatig - dus cultuur - land schap. Op het ogenblik dat hij met behulp van de oer-schop of -hark de grond openlegde om er zaden van het eerste graan (een soort pelt) te zaaien, verbrak hij het natuurlijk evenwicht. Een Duitse professor heeft eens gezegd dat het maar goed was dat er in die barre tijd nog geen ecologen waren, anders had zo'n verregaande ingreep als het in cultuur brengen van woeste grond, nooit gemogen. Het runnen van een agrarisch be drijf betekent per definitie een in grijpen in het natuurlijk (ecolo gisch) evenwicht. Het zaaien en tot produktie brengen van cultuurge wassen als bijvoorbeeld granen en suikerbieten betekent dat die ge wassen heel doelbewust bevoor recht worden ten koste van andere planten. Die laatsten noemen we onkruiden. Een onkruid is geen ver keerde plant, het staat alleen - landbouwkundig gezien - op de verkeerde plaats. Weiden met een schat aan veelkleurige bloemetjes en kruiden zijn schilderachtig om te aanschouwen voor burgers en toeristen, voor de boer en vooral voor de koeien zijn ze nadelig want ze verdringen het gras dat hier, als cultuurplant en voedsel voor het vee, een strikt bevoorrechte positie moet innemen. Het is onmiskenbaar dat land bouwbedrijven op de moderne ma nier - grootschalig, gemechani seerd en met behulp van gewasbe schermingsmiddelen en bemesting enige risico's met zich meebrengt voor ons milieu en voor wat nog rest van het landschap. Landbouw is wat dat betreft aangepast aan het moderne leefpatroon. indus trie. verstedelijking, wegenbouw, recreatievoorzieningen brengen op dezelfde, meestal intensievere wij ze. risico's en gevaren mee voor het landschap. Wat landbouw betreft is het voor de huidige bevolking maar goed ook dat ze is meegegroeid in techniek met de rest. Anders heer ste er hier al lang hongersnood. Zonder moderne landbouw, dus zonder bemesting en zonder me chanisatie en nieuwe teeltmetho des zou de bodem al uitgeput zijn en waren de opbrengsten erg laag gebleven. En dat in een tijd (vanaf 1900) dat de bevolkingsgroei enorm is toegenomen. De huidige land- bouw-produktiewijze heeft het mo gelijk gemaakt dat de consument beschikt over een weergaloos over vloedig voedselpakket. Technisch gezien is onze landbouw ook in staat dié delen in de wereld waar tekorten zijn en honger heerst, ook van voedsel te voorzien. Dat zal waarschijnlijk nodig zijn als de hui dige rampzalige trend zich voort zet. In ieder geval is er voor onze landbouw - evenals voor andere modem werkende industrieën en dienstensectoren geen weg terug. En die andere functie dan voor het beschermen van het landschap? Dat kan nog steeds - mits men geen ongebreidelde eisen stelt. Als je na tuurbehoud uitsluitend ziet als een zo 'natuurlijk' mogelijk beheer van het landschap met de grootst mo gelijke verscheidenheid aan dieren en planten, kom je vroeg of laat in botsing met de boer die mono-cul tures kweekt. Compromissen zijn onvermijdelijk. Wil de maatschap pij, hoe dan ook, de landbouw op sommige plaatsen dwingen op min der rationele wijze te produceren om het landschap, het milieu en de natuur (nog) meer te beschermen en negatieve milieu-effecten tegen te gaan. dan zullen daar volledige vergoedingen tegenover moeten staan. Het is voor een heleboel boe ren al erg genoeg om extensiever - dus in hun ogen op ouderwetse of achtergebleven wijze hun land of weiden te moeten bewerken, zon der redelijke tegenprestaties is het helemaal ondankbaar. Dat zijn zo voor de hand liggende conclusies dat ze overbodig lijken. In tijden waarin ieders rechten zo tot op de millimeter van de CAO zijn vastgelegd dat de geringste verschuiving al mensenmassa's protesterend en/of taartsmijtend op de been brengt, blijkt toch ie dere keer weer dat men het even vanzelfsprekend vindt dat de boe ren zich kosteloos moeten aanpas sen aan de eisen van het milieu. Nogmaals: het is volstrekt onrede lijk de boeren (die door de bank ge nomen stukken lager zitten in inko men dan het merendeel van onze bevolking) te laten opdraaien voor de kosten voor een zo natuurlijk mogelijk ogend landschap. D'r is ook geen sprake van dat het land- bouwbedrijfsleven zulks ook maar enigszins zou nemen. De zorg voor milieu, natuur en landschap moet opgebracht worden uit de belas tinggelden die we met z'n allen op brengen. Voor het voedsel dat we met z'n allen nuttigen en genieten, zullen de boeren en tuinders graag blijven zorgen. Mits ze daartoe in staat worden gesteld zonder al te veel bemoeienissen. mr Gerard W. Smaüegange. ADVERTENTIE Op donderdag 31 maart verwelkomen wij u graag in onze zaak aan het Plein 1940 te Middelburg Op die dag is er in ons bedrijf een doorlopende presentatie-van de voorjaarscollectie 1983. Onze mannequins en dressmen tonen u graag wat wij dit seizoen voor u hebben ingekocht. Naast de merken die wij al voeren zult u kunnen kennismaken met de nieuwe collecties van o.a: De shows worden de gehele dag gehouden en duren ongeveer 20 minuten. Wij zijn op 31 maart open van 9-21 uur, een heerlijk kopje koffie staat voor u klaar! Tot donderdag dus! Plein 1940, Middelburg tel 01180-12560

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1983 | | pagina 4