zomer '83 DE MAN STAAT ER GEKLEURD OP KINDERMODE van romantiek tot super-sportief PZC/ voorjaar '83 VRIJDAG 25 MAART 1983 De Nederlandse man wordt mode-bewuster, heeft niet meer zijn vrouw nodig om koopbeslissingen te nemen, wil sneller met een mode-item meedoen dan voorheen. De nadruk in de mannenmode ligt op het 'alternatieve' pak, pakken met een elegante chique en een soepele 'make'. Dit 'nieuwe' pak, verschilt van de vroegere sportcombinatie door het minder voor de hand liggende beeld. Het wordt gekocht als een geheel, maar biedt vele mogelijkheden.... Op combi neren komt het aan, niet alleen in kleur maar ook in het stofgebeuren. De man nengarderobe wordt als een soort bouwpakket samengesteld en is zo aantrekkelijk dat menig anti-pakman nauwelijks weerstand zal kunnen bie den aan het 'nieuwe' pak. Accessoires zijn uiterst belangrijk en fungeren als het zout in de modepap. Hemden, dassen, bonnetterie, ja zelfs sokken bepalen mede het gezicht van de mannenmode. Zoals elke seizoen het geval is heeft het Nederlands Mode Instituut ook nu weer de styling aangegeven voor de mannenmode en daarbij gaat ze uit van de trendgevoelige man, de mode- actief-volgende man en de mode- passief-volgende man. ongevoerd De trendgevoelige man houdt van soepele, unconstructed (ongevoerde) jasjes en colberts en deze vormen voor hem het uitgangspunt voor het meer formele gedeelte van zijn garderobe. Met die 'losse' jasjes kan hij heel wat kanten op: in gecoördineerde stoffen voor shirts, vestjes, colberts en panta lons ontstaat er een spel van structu ren en dessins in diverse laagjes die een zeer interessant modebeeld laten zien. Inspiratiebronnen voor de jasjes vor men de artiesten uit Parijs rond de eeuwwisseling, die toen al 'nonchalan te' colberts droegen. Deze jasjes (schil dersjasjes) zijn hoger gesloten, soms zelfs double-breasted, hebben korte, brede revers en kunnen gecombineerd worden met smokingshirts, shirts met een staander, gekleurde vestjes, striks- jaals en brede stropdassen. Jasjes met een peasant-achtige belij ning in vrij korte lengtes horen ook tot het meer formele gedeelte van de gar derobe van de trendgevoelige man. Zijn regenjas daarentegen heeft een ruim, lange silhouette. De lengte is ruim over de knie. Pellerine-kragen. grote jukstukken, brede staanders en verlaagde taille-accenten door middel van een bindceintuur of een tunnel met een koord zorgen voor een trendy belijning. De jockeymode, kleurige kleding ge dragen door paardrij-jockeys en base- ballsport zijn inspiratiebronnen voor taille-bewuste jacks die kleurige vlak verdelingen en passepoiles hebben, brede, soms elastische taillebanden en 'onechte' dubbele mouwen (korte mouw over lange bijvoorbeeld.) Belijningsinvloeden uit het Verre Oos ten zien we voor hoog-zomerkleding bij kampong-achtige shirtjasjes en staan der-shirts. gedragen op ruim aange- plooide of aangerimpelde pantalon- vormen. Ook hier zien we zomerse laagjes over elkaar gedragen korte mouwshirts over lange-mouwshirts. Een zomer 1983 'aanzicht krijgen de shirts door passen, deelnaden. staande kragen, rolmouwen en diverse klepzak- variaties. Grof gebreide truien met geometrische motieven en kleurcontrasten vinden we in de bonnetterie-sector. Pantalon: vernieuwde vormen door diagonale deelnaden, hoog opgesneden taillebanden en contrast materialen voor aangestikte ceintuurs. Terug zijn ook de strakke jeans-modellen uit de roek-periode van de jaren '60. sportief Zorgvuldig op elkaar afgestemde stof fen voor colbert en pantalon, maar zelfs voor de bijbehorende stropdas en shirt zorgen samen voor het 'kostuum' van deze man. Een combinatie-pak, waar van de 'make' van het colbert soepel moet zijn, helemaal wanneer het gaat om een los sportcolbert dat vrij infor meel gecombineerd kan worden met bijvoorbeeld een los vest en een staan der-shirt. Elementen als Norfolk- de tails, schouderplooien, klepzakken en schuingeplaatste borstzakken geven een extra sportief uiterlijk. De casual-wear omvat onder meer heu plange jasjes met schouderpassen op vorm, dubbele mouwnaden, zakken met nestel-details en staande kragen. Deze man houdt ook van de leger- en burgerkleding van Europeanen die lan ge tijd in een tropisch- of subtropisch klimaat verkeerden, de zogenaamde Coloniale-mode, vandaar dat we jasjes zien met een belijning die hiervan is afgeleid. Verder zijn er jacks in een iets kortere lengte met tncotvoeringen, tricot de tails bij kragen en manchetten, druk knopen en ntsen als sluitingen. Baseball en jockey invloeden vinden we eveneens in jacks terug, zij het in een vertaalde versie. Sportief zijn ook de regenjassen van de mede-actief-volgende man met een iets langere lengte als nieuwste modeten dens. Pantalons hebben nieuwe details als contrastheupstukken, deelnaden op vorm, veel verschillende zakvormen en lummels en nestels bij de voet voor het verkrijgen van een taps silhouet. Bonnetterie: gladde breisels als on derdeel van de laagjesmode: grove structuurbreisels en kleurige vlakken voor truien en vesten met een handbrei-look. Kleur en stof beeldbepalend voor mo- de-passief-volgende man De man die in deze groep hoort heeft wat langere tijd nodig om aan alle veranderingen in het modebeeld te wennen. 'Kat-uit-de-boom-kijken', want tenslotte kun je je niet overal voor laten lenen. De mode met al z'n grillen en grollen laat hij voorzichtig over zich heen komen en pikt er van tijd tot tijd iets uit wat hem aanstaat. Het kostuum bijvoorbeeld durft hij al te verwisselen voor een sportcombina tie en moet hij echt 'gekleed' ten tonele verschijnen dan kiest hij zelfs al vooi een los colbert dat te combineren valt met een keurige pantalon. Erbij een dress-shirt en stropdas en er ontstaat een vlotte combinatie die bij veel gele genheden gedragen kan worden. Het polo-shirt gedragen op een panta lon met bijvoorbeeld een ticket-zakje en bandplooien heeft ook grote aan trekkingskracht op hem. Zijn jas is een mooi gemaakte trench coat of een type redingote in een normale lengte. In de auto draagt hij het liefst een jas op driekwart-lengte.' het zogenaamde auto-coatje. Deze minder modisch ingestelde man bekent steeds meer kleur, met name in zijn vrijetijdsgarderobe die is opge bouwd uit taille-blousons en heuplan ge blousonvormen in combinatie met een vlotte ribbroek. De broeken hebben belijningskenmer- ken als opgestikte zakken, strook- steekzakken, deelnaden, ritsen en over het algemeen een iets ruimer silhouet. Zijn sportshirt heeft een staander naast de meer traditionele boordvor- men algemeen Geraffineerde kleuren, sprekende des sins, meer gewaagde kleurcombina ties, aangebrande warme donkere to nen zorgen voor een kleurbekennende mannenzomer. Daar doet de sportieve sector nog een schepje bij op met een 'verwassen' kleurenpalet voor broeken en jacks en felle katoentinten voor shirts, polo's en t-shirts. Wat 'behoudender' lijn toont een sym fonie van lichte gewichten in stoffen, kleuren, zonder al te sterke contrasten en fijnere, kleinere dessintekeningen. Stoffen: Onder meer denim, seersuc ker, badstof-variaties, ünnen- en zijde- look. zomertweeds, panama's, cham- brays, poplins. Dessins: Ruitthema's. visgraten, dia gonalen maar ook diverse streepthe- ma's. Ongevoerd streepcolbert in combinatie met uni pantalon. Het overhemd is een button-down. Rechts een uni colbert en lichtgeuhcht pantalon gedragen met een hemd met opstaand boordje. (V&D) Vrijetijdsmode. Links een jack in kleurige vlakverdeling en met dubbele mouw, eronder een gestreept t-shirt en witte katoenen pantalon. Rechts een slanke bandplooibroek gedragen onder een sportieve trui. (V&D) Wat voor type kind u ook heeft, romantisch, stoer, brutaal of verlegen, broek- of rokkenfan, diverse kledingstijlen zorgen er voor dat ieder aan zijn of haar trekken komt wat betreft de zomerkleren. Dames- en herenmode wordt altijd gekenmerkt door diverse sferen waarbinnen men de garderobe kan opbouwen, ook de jeugd kan kiezen uit meerdere 'looks' De jeugd wegwijs maken in modeland is tegenwoordig niet meer nodig: het kind weet precies wat het wil en is daar vaak moeilijk nog van af te brengen. Onnodig ook, want je kunt een kind met ongelukkiger maken dan het kleren aan te geven waarin het zich niet plezierig voelt. Komende zomer kunnen ze zich inleven in uiteenlopende levensstijlen, zich vereenzelvigen met diverse idolen en zelfs kunnen ze kiezen voor verschillende periodes van nostalgie. Shirley Temple en De Kid bijvoorbeeld met, hoe kan het ook anders, romantiek in optima forma voor de meisjes. Feestelijke jurkjes voorzien van veel kant, ruches, dubbele rokken, onderrokken en -broeken; pofmouwen, lieve kraagjes, hoge boordjes, ronde passen en passen op vorm. Alles gemaakt van delicate batist, voile en satijn in de tinten die snoepjes ook hebben en in zoete pastels. We zien volop geprinte stoffen: kleine lingerie- bloempjes en nopjes, grotere chintzbloemen en provencc-bloemen De jongens gaan een beetje stoer, crisisachtig gekleed in salopettes. broeken met bretels, t-shirts en sweatshirts of losse bloesjasjes. Iets te grote kleren worden met behulp van een touw in de taille bijeengehouden, om imet een knipoogje) de 'crisis-pituatie' extra in de verf te zetten Als stoffen gebruikt men echte stevige basisweefsels als denim en twill in afgewassen kleuren, tijk en bakkderdrill, gespikkelde hemdenweefsels en breisels. De Gigi-lijn is een eenvoudige, preppy-achtige belijning voor jongens- en meisjesmode. Nettel schoolkleding die bestaat uit overgooiers. bloesjes en jurken met pofmouwen, ronde kraagjes, schouderpassen en smokingfrontjes. De blazer scoort in deze groep hoge ogen. Rokpartijen hebben altijd ruimte dankzij plooien of aanrimpeltngen. Aan broekvormen zijn er natuurlijk de bermuda en de gladde of bandplooi- pantalon, maar er zijn ook te korte, kuitlange modellen. Opvallende details bij Gigi zijn de vele rugsluitingen die geïnspireerd lijken op de ouderwetse schorten. De stoffen: poplin en piqué, chambray, hemdenstreepjes en kleine vichy-ruitjes. De strandmode is opgebouwd uit vrolijke, blote kinderkleding in speelse zomerkleuren. Veel blote buik-tops en halterbelijningen, bolle bloomers, dubbele mini rokjes, shorts en bermuda's. Details: afknoopbare passen en panden, dubbele mouwen, contrastpassen. kleurig tegenbeleg, strikken en ruches, asymmetrie, fantasievormen voor knopen en zakken, bretels. Stoffen: piqué, poplin, seersucker, gecoate materialen en dit alles in geprinte en bontgeweven dessins. Talloze mogelijkheden biedt de sport-groep met name op het gebied van de sweatshirts en t-shirts. Tuniekvormen hebben een tussengezet boord, losse boorden, singlets, ook gedragen over t-shirlmodellen, kleurige inzetstukken. Voor de meisjes korte mini-rokjes met een aangezette volant- rok, verder sweatpants met vernieuwingen in de vorm van constrastbanen en contrast stukken. korte shorts, tunnel- tailles met een koordje. Het allernieuwste zijn ballet-inspiraties: korte overslag-vestjes en mini- dansjurkjes. Verder nog altijd volop inspiraties uit de actieve sportwereld als baseball, jockey, skating. Stoffen: dunne jerseys, poplin, canvas, denim, delavés, badstof. Voor de mode krijg je vast een tien! Op de voorgrond twee setjes 'ballerina'mode van katoenen tricot. De beide pakken in uni met een streep ofuni met een ruitje zijn gemaakt van tricot en een geweven materiaal Rechts een katoenen broek, t-shirt met rolmouwtjes en mouwloos vestje. (C&Ai

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1983 | | pagina 57