JO
EVERAERT
Succesvolle eenling
in de volleybalwereld
Al vijftien jaar unieke samenwerking
tussen judo- en volleybalclub in Qinge
Eerste officiële training
voor
PATRICK VAN PASSEL RUILT
HET ASFALT VOOR DE MODDER
VRIJDAG 4 MAART 1983
HULST „Volleybal is een sport voor tijgers. Ze moeten de reflex hebben van Pim Doesburg en
bovendien moet die bal dan goed functioneel verwerkt worden, zodat een medespeler er iet mee
kan doen. Vanuit een zuivere beweging en met een juiste voeding kan je vervolgens een heel eind
komen". Jo Everaert, man achter de grote successen van volleybalvereniging Morres/,Hulst,
herhaalt op de valreep de basisprincipes van zijn betoog. Een invalshoek overigens, die sterk
afwijkend is van wat in de volleybalwereld gebruikelijk is. Een daarvan is hij zich terdege
bewust.
Voor de tweede keer in een vrij kon,
tijdsbestek leidde de aanpak van de
Hulster oefenmeester tot het behalen
van een Nederlands kampioenschap.
Nadat aan het eind van het vorig
seizoen de jongens-adspiranten van
Morres/,Hulst erin waren geslaagd om
tydens het gesloten kampioenschap de
titel te behalen, bereikte de jongens
brigade van vv Morres onlangs in
Utrecht opnieuw een hoogtepunt met
het behalen van de eerste plaats bij de
open kampioenschappen. Daarmee
werd nogmaals onderstreept dat de
stijgende lijn over de hele linie bij de
Hulstenaren voorlopig nog aanwezig is.
„Toch zijn ze niet op het topniveau dat
vorig seizoen bereikt werd", weet Jo
Everaert. „Je weet hoe dat gaat met die
jonge gasten. Ze zijn op een leeftijd (tot
16 jaar, red.) waarop ze behoorlijk
eigenwijs, ik-gericht en arrogant kun
nen zijn. Ze waren tenslotte al kam
pioen van Nederland en dat ontaardde
in geweldig slecht spel. Vier weken
voor de titelstrijd heb ik dan ook
gesteld dat er met volle inzet gespeeld
moest worden". „Je kunt je er voor
inzetten, of je gaat maar naar huis",
werd de jonge Hulstenaren in duideUj-
TERNEUZEN Op enkele weken
van het einde zijn de kaarten in
het Terneuzense bedrijfsvolleybal
een heel eind geschud en dat is
goed te merken. Ploegen die Veilig
staan, geen promotiekansen meer
hebben of waarvoor geen degra
datiegevaar bestaat, beginnen
moeite te krijgen de teams voltal
lig binnen de lijnen te krijgen.
In de hoofdklasse was dat het
geval met Dees dat daardoor met
0-3 van Dow verloor. Dow blijft
door die overwinning in de top
meedraaien, maar moet er serieus
rekening mee houden dat Zelden-
rustcollege wel heel dicht bij de
titel is gekomen nu het naaste
concurrent Promenade met 2-0
versloeg: 16-14 en 14-12. Het kam
pioenschap is slechts een kwestie
van tijd. Roelofs was te sterk voor
V&V (3-0), PSV had met Promena
de II meer moeite dan verwacht
(2-1).
In de tweede klas steekt Douane
met kop en schouders boven de
rest uit. Het bewijs daarvoor werd
nog eens geleverd tegen de num
mer twee. Gemeente, dat na de 0-3
nederlaag ineens PZEM en PSV III
in de buurt moet dulden. Om die
tweede promotieplaats zitten ge
noemde drie teams nu volop in de
slag. PZEM won met 3-1 van V&V
II. Meyer won van Dees n (2-1),
Juliana pakte belangrijke winst
(3-0) tegen Belastingen dat degra
datie nu nog moeilijk kan ontlo
pen. Voor de tweede degradatie-
plaats komen Juliana en V&V II in
aanmerking.
In de derde klas zijn de hoofdprij
zen vergeven: B en Sterbanden
gaan naar de tweede klas, Philips
en Promenade III zullen een stap
terug moeten doen. Kint TC-Dow
H 2-2 (Dow daardoor een heel eind
in veiligheid). Wiekslag-
Sterbanden 1-3. B-PSV II 3-0:
Zeldenrustcoll. II-Philips 3-0. Ra-
bo, MTS/.MEAO n, Gemeente II
en PZEM II zijn de gegadigden die
in de vierde klas een gooi doen
naar de plaatsen van Philips en
Promenade III.
De onderlinge verschillen zijn zo
gering dat de beslissing waar
schijnlijk moet komen uit de wed
strijden Gemeente II-PZEM II (22
maart) en MTS/.MEAO II-PZEM II
(5 april). Rabo lijkt een wat gemak
kelijker eindprogramma te heb
ben, kan het eerstejaars optreden
daardoor mogelijk met promotie
afsluiten.
Uitslagen: Douane n-Rabo 0-3: Dees
IH-MTS/.MEAO II 0-3: Promenade IV-
Bram 0-3, Gemeente II-Elopak 3-0.
Standen
Eerste klas: Dow 34; Zeldenrustcollege
33; Promenade 32, Dees 28, PSV 22,
Roelofs 18; V&V 18; MTS/.MEAO 15;
Promenade II 10; De Hoop 4.
Tweede klas; Douane 42. Gemeente 28;
PZEM 25; PSV III 23; Dees KK 23; De
Meyer 20; Roelofs H19; Juliana 14, V&V
n 14; Belastingen 10.
Derde klas: B 39; Sterbanden 35.
wiekslag 30; Kint TC 25. PSV n 19, V&V
IH 17, Zeldenrustcollege II 16; Dow II
14, Promenade ID 10; Philips 1.
Vierde klas: Gemeente n 36. Rabo 36;
PZEM n 35; MTS/.MEAO H 33. Bram
19. Douane n 19; Dees III 17; Gemeente
ITI 16, Elopak 12; Promenade Iv 4.
ke taal te verstaan gegeven en dat
miste zijn uitwerking niet.
„Ze zijn weliswaar nog niet op topni
veau, maar we zijn op de weg terug.
Maar eigenlijk mag dat natuurlijk niet
gebeuren. Je bent in een ontwikkeling,
die normaal gesproken alleen maar
vooruit mag gaan". Er is gedurende die
laatste weken dan ook hard getraind,
waarbij 's-woensdags, vrijdags en 's-
zondags trainingsarbeid op het pro
gramma stond.
Zuivere beweging
De principes van Everaerts training
zijn vrij uniek in de volleybalwereld.
„Ik ben eigenlijk begonnen met niks",
kan hij zich herinneren. „Als 19-jarige
kwam ik van de kweekschool. En al
doende leert men. We waren in die tijd
zeer enthousiast bezig en ik weet nog
goed dat wc toen aan een toemooitje
meededen en alles werd afgefloten op
techniek". Het peil werd echter onmis
kenbaar beter en gedurende een groot
aantal jaren alweer is Morres/,Hulst
een van de toonaangevende clubs in
Zeeland.
De ommekeer in de trainingsmetho
diek is een aantal jaren geleden geko
men toen Everaert in aanraking kwam
met een Belgische methode voor bewe
gingsonderwijs, die hij in handen kreeg
op de LTS in Hulst, waar hij als leraar
lichamelijke opvoeding werkzaam is.
bewegingsonderwijs door volleybal,
heette de methode, en ik ben daar op
voort gaan borduren, los van alle
bestaande methodes. Op school be
steedde ik er erg veel aandacht aan,
waardoor er een kern gekweekt werd,
hetgeen er toe leidde dat de adspiran-
ten op een gegeven moment bijna
geheel uit LTS-ers bestonden. Dat was
ongehoord voor die tjjd. Met een
grondige begeleiding en scholing werd
het eerste kampioenschap van Neder
land behaald".
Gesteund door dat succes en met de
overtuiging van zijn eigen gelijk, zette
Jo Everaert de ingeslagen weg op basis
van diezelfde b wegingsscholing voort.
„Ik ben er van overtuigd dat die
zuivere beweging ook 'de basis van alle
andere sporten is", klinkt het gedre
ven. Aan de hand van een aantal
vergelijkingen maakt hij duidelijk wat
hij bedoelt. „Een bal moet behandeld
worden volgens het karateprincipe.
Dat wil zeggen dat de kracht van je
lichaam door die bal moet gaan. Zo
gauw de kracht langs de bal gaat, gaat
er erg veel verloren. Een voetballer
schiet ook het hardst als de bal voluit
geraakt wordt, Daarbij aansluitend
ben ik ervan overtuigd dat elke bewe
ging een totaalbeweging moet zijn. Pak
simpel het bovenhands spelen. Het is
niet voldoende als alleen maar de
handen boven het hoofd komen, nee,
de beweging moet vanuit de benen
komen".
Daarnaast huldigt de trainer het prin
cipe van de spelvastheid, die volgens
hem helemaal bepaald wordt door het
evenwicht Een voetballer moet bij het
koppen van een bal goed in balans zijn
en een basketballer moet bij het doelen
goed in evenwicht zijn. Dat geldt ook
voor de volleyballer. Bij de stop moet
de romp rechtop zijn. Kijk eens naar de
echte topvoetballers als Cruijff en Krol,
die bewegen zich voort met de romp
rechtop. Een voorwaarde voor die
juiste balans is de stand van de voeten.
Een volleyballer moet staan als een
judoka. Van daaruit kun je tot vecht-
volleybal komen. Sta je niet op twee
benen, dan raak je uit balans en kom je
te laat". Tenslotte is Jo Everaert
geporteerd van een goede sportvoe
ding. „Ik ben ervan overtuigd dat we
mede daardoor open kampioen van
Nederland zijn geworden. We zijn daar
gestart met twee setnederlagen uit
dne. Maar in de loop van het toernooi
zag je dat de andere ploegen vermoeid
werden, statischer, terwijl wij juist
steeds beter gingen draaien. Voor een
belangrijke wedstrijd houden de jon
gens zichzelf aan die voedingsprinci
pes. waarbij ze in de gaten houden wat
ze wel en niet mogen eten. De combina
tie van al die factoren leidt er toe datje
er in de wedstrijd kunt zijn als dat
nodig is. Een wielrenner kan zich
terdege voorbereiden op een wedstrijd.
maar in de wedstrijd zelf zal hij er
moeten zijn. Zo is het bij volleybal ook.
't Is de kunst om ze te laten vliegen".
De Hulster trainer is zich ervan bewust
dat hij een eenling is met zijn trainings-
opzet „In veel dingen wel ja. Maar ik
weet wat ik wil: een zuivere bewegings
houding meegeven We moeten ze iets
meegeven, waar ze in het latere leven
ook nog iets aan hebben. Ik vind het
belangrijker dat iemand later fijn met
zijn kinderen een spel op het strand
kan spelen, dan dat ik hem tijdens de
lichamelijke opvoeding een aantal
kunstjes aanleer, waar hij later niets
meer aan heeft. Ik experimenteer heel
veel en ik zie dan wat er van komt. Zijn
de resultaten goed, dan is het prima.
Gaat het niet. dan heb ik het fout
gedaan, zo eenvoudig ligt dat. 't Is
beslist geen prestigekwestie voor mij".
Voortbordurend op zijn principes
werkt hij met de jongens-adspiranten
naar het gesloten Nederlands kam
pioenschap dat in mei zal worden
gehouden. Nadeel daarbij Is dat een
beetje tegenstand van niveau in Zee
land niet voorhanden is. Door het
wegvallen van de jongens-
adspirantencompetitie zou bovendien
een tekort aan wedstrijdritme kunnen
ontstaan, maar dat wordt gedeeltelijk
ondervangen door het laten meespelen
van de jongens in drie teams in de
bedrijscompetitie te Hulst. „Als team
spelen we dan als laatste voorbereiding
nog wel eens tegen ons eerste dames
team, maar verder houdt het ook op".
Een derde nationale titel binnen een
jaar lijkt tot de mogelijkheden te
behoren. „De capaciteiten zijn er voor
aanwezig, maar het is en blijft sport.
Wie echter van ons wil winnen, moet
duidelijk beter zijn, anders gaan ze het
schip in. Zijn ze gelijkwaardig, dan
redden wij het met vechtvolleybal".
Chris Mijnsbergen gooit een balletje voor de jeugd.
CADZAND „Het is jammer, dat er in
de rest van Zeeland geen jeugdbow-
ling is. Dat zou voor onze jeugdafde
ling veel aantrekkelijker zijn, omdat
wij nu veel meer op onszelf zijn
aangewezen", aldus Wilma Valk, be
stuurslid van bowlingbond Cadzand.
De jeugdafdeling van Cadzand bestaat
uit vijfentwintig leden, variërend in
leeftijd van negen tot zeventien jaar.
Iedere zondagmorgen wordt op de vier
bowlingbanen van het plaatselijke
hotel 'De Schelde' een onderlinge
competitie gespeeld.
Deze zondagmorgen verloopt echter
anders dan normaal voor de enthou
siaste jeugdleden. Er staat namelijk
een training op het programma van
niemand minder dan bondscoach
Chris Mijnsbergen uit Goes. Door de
goede connecties, die de uit Goes
afkomstige trainer met Cadzand heeft,
is de voormalig open Nederlands kam
pioen bereid gevonden de techniek van
de Cadzandse jeugd wat bij te schaven.
„De aanloop en het voetenwerk is bij
bowlen het belangrijkste onderdeel
van de hele techniek. Velen hebben in
de loop van de tijd een eigen, meestal
niet correcte, techniek ontwikkeld. Als
deze er eenmaal inzit, is het moeilijk
om het weer af te leren, al moet ik wel
stellen dat er bij jongeren gemakkelij
ker te schaven is, dan bij seniorenle
den", legt de trainer uit.
Hij is één van de dertien B-trainers in
ons land, terwijl er ook nog zesentach
tig A-trainers rondlopen. „Dit is een
zeer gering aantal. De eerste trainers
cursus startte pas vier jaar terug. Ik
denk dat dit het kleine aantal ver
klaart. Een bowler is daarom voor het
overgrote deel op zichzelf aangewezen.
Enkele afdelingen huren wel eens een
enkele maal een trainer voor een paar
uur, maar dat is zeer sporadisch".
Vakman
Het bestuur van bowlingbond Cad
zand is er dan ook erg gelukkig mee
dat Chris Mijnsbergen enkele van zijn
zondagmorgens wil opofferen om wat
aandacht aan de jeugd te besteden.
Wilma Valk: „Normaliter trainen wij
dus nooit. Je geeft wel eens een enkele
aanwijzing aan iemand, maar dat is
dan ook zowat alles. Chris is een
vakman. Hij dwingt respect af en weet
onze jeugd wat extra te stimuleren en
te activeren. Ik weet zeker dat ze in
die trainingsuurtjes veel van hem
zullen opsteken en dat komt de club
alleen maar ten goede".
Het bestuur is dan ook van mening dat
het niveau van hun jongste leden nog
wel wat zal stijgen: „We weten eigen
lijk niet hoe het niveau zich verhoudt
met dat van de rest van Nederland.
Het zou daarom een hele verbetering
zijn als er in bijvoorbeeld Breskens,
Biggekerke en Sas van Gent ook
gestart zou worden met een jeugdafde
ling. Het is voor ons financieel prac-
tisch onmogelijk om regelmatig bui
ten de provincie te vertoeven en ons
op die manier te meten met andere
clubs. Dit gebeurt alleen maar bij
toernooien. Toch streven wij ernaar
om in de toekomst meer buiten Zee
land te gaan spelen", besluit Wilma
Valk.
SLUISKIL Slechts één jaar is
Patrick van Passel actief geweest als
juniorwielrenner op de weg. Voor hem
betekent dat ene seizoen meteen ook
het einde. Dit houdt overigens niet in
dat de jonge coureur uit Sluiskil nu
reeds de pijp aan Maarten geeft.
Integendeel zelfs, in de afgelopen
maanden probeerde Van Passel het
regelmatig als veldrijder bij wedstrij
den in België. Hij ontwikkelde zich
daar met de week nadrukkelijker als
een enorm talent, door zich steeds bij
de eersten te klasseren. Vandaar dat
hij zijn toekomst in de wielersport
niet op de weg ziet liggen. Van Passel
heeft definitief gekozen voor het veld
rijden.
Patrick van Passel etaleerde zich in
zijn eerste wegwedstrijden bij de junio
ren als één van de grootste vechtjassen
uit het peloton. De beslissende ont
snapping wist hij regelmatig te force
ren, maar zodra de uitslag opgemaakt
moest worden kon Patrick van Passel
toch nimmer naar een hoge klassering
reiken. Zelf kwam hij er dan ook zeer
snel achter, dat hij zich wel regelmatig
in de kijker wist te rijden, maar dat hij
bepaald niet met een vlijmschermpe
eindsprint bedeeld was. „Omdat ik
geen goede spurt heb, bleef ik altijd
zowat rond de tiende plaats hangen.
Geen toekomst
Soms was dat wel eens teleurstellend.
Achteraf begrijp ik ook wel dat ik in
het begin dikwijls teveel met mijn
krachten gooide. Altijd weer trachtte
ik er vandoor te gaan öf wilde ik vanuit
de ene groep weer naar de andere toe
rijden. Dat brak me uiteraard op den
duur op", beseft Patrick van Passel
achteraf maar al te goed.
Als wegrenner leek er voor Patrick
van Passel, ondanks een nimmer
aflatende werklust, geen toekomst
weggelegd. Daarom deed hij aan het
einde van het wegseizoen tijdens één
van de eerste veldritten van de win
termaanden een poging. Door zijn
geringe lichaamsbouw leek hij ge
schikt als veldloper, dus 'waarom dit
niet eens geprobeerd'.
De tengere Zeeuws-Vlaming vervolgt:
„Ik had al aan verschillende prestatie
lopen meegedaan en dat ging mij echt
wel goed af. Dus dacht ik bij mezelf, dat
ik in een sport, waar ook bij gelopen
dient te worden mijn mogelijkheden
veel hoger zouden liggen. In mijn
eerste wedstrijd lukte het uiteraard
nog niet al te best. Ik werd negentien
de, maar de volgende koers eindigde ik
al op de negende plaats. Een hele
vooruitgang dus". De resultaten wer
den steeds beter en voor Patrick van
Passel was dit meteen de reden om met
CLINGE Een bepaalde vorm van
samenwerking tussen twee of meerde
re sportverenigingen komt soms voor,
maar dan betreft het vaak verenigin
gen, waarin dezelfde tak van sport
centraal staat. Dat een volleybalver
eniging en judovereniging ook met
elkaar kunnen samenwerken wordt
bewezen in Clinge waar de plaatselij
ke volleybalvereniging, Clingse Vol
leybal Combinatie, en de Judovereni
ging Clinge al vijftien jaar 'lief en
leed' met elkaar delen. Niet alleen het
vijftienjarig bestaan van elke vereni
ging afzonderlijk zal worden gevierd,
maar vooral de langdurige samenwer
king van beide verenigingen zal dit
jaar centraal staan bij de viering van
het derde lustrum.
In 1968 zagen beide verenigingen in
Clinge het 'levenslicht'. De judovereni
ging in het voorjaar en de volleybalver
eniging in het najaar. De samenwer
king tussen beide verenigingen ont
stond vrijwel direct. Vooral de goede
persoonlijke contacten tussen de be
stuursleden van beide verenigingen
vormde de basis voor de hechte samen
werking. Judovoorzitter Eugène Ver-
straeten, vanaf de beginperiode de
hoogste functie vervullend in de ju
dovereniging: „Ik heb het begin meege
maakt van beide verenigingen. De Judo
trok mij vooral als sport terwijl ik in de
volleybalvereniging een aantal goede
kennissen had. De basis voor de
samenwerking was dus vlug gelegd".
Ondanks de ups en downs die de
verenigingen hebben meegemaakt
loopt de samenwerking als een rode
draad door de geschiedenis van beide
verenigingen.
De judovereniging heeft wel de meest
stabiele bestuursbezetting. De huidige
bestuursleden hebben vrijwel allemaal
de beginperiode meegemaakt. Iets
woeliger verging het de Clingse Volley
bal Combinatie. Vele bestuursmutaties
kenmerken het woelige leven van de
volleybalvereniging. Desondanks heeft
de volleybalvereniging steeds een vas
te plaats bekleed binnen de Clingse
gemeenschap, die overigens zeer veel
verenigingen kent.
Maar toch springt zowel judovereni
ging als de volleybalvereniging er in
positieve zin uit vanwege de unieke
samenwerking. Om deze samenwer
king extra te benadrukken, zullen
beide verenigingen dit jaar een aantal
festiviteiten gezamenlijk organiseren.
Volleybalvoorzitter Jan de Poorter:
„Wij hebben gezamenlijk een feestpro
gramma samengesteld, dat is geba
seerd op het programma, zoals we dat
kenden bij het tlepjarig bestaan van de
beide verenigingen. Het accent van de
viering van het derde lustrum ligt op
verschillende terreinen. In de eerste
plaats op sportief gebied, daarnaast op
informatief terrein en als derde, maar
zeker niet op de laatste plaats op
feestelijk gebied".
Op sportief gebied zijn de prestaties
van de judovereniging, vooral dit jaar
en vorig jaar, opvallend geweest. Den
nis Lansu en Maddy van de Brande
behaalden onlangs bij het Zuidneder
lands kampioenschappen een zilveren
medaille. Voor Maddy van de Brande
was de zegereeks nog niet voorbij, want
korte tijd later werd nog even de open
Zeeuwse titel meegenomen. Het accent
bij de judovereniging ligt dan ook
vooral bij de prestaties van de jeugdle
den. Het merendeel van de judoleden
bestaat uit jeugdleden, zodat deze
ontwikkeling niet zo vreem is. Een
belangrijke bijdrage levert trainer
Hanny Sijs. Zijn enthousiasme voor de
judosport weet hij op een juiste wijze
over te brengen op zijn jeugdige
pupillen.
Jeugdafdeling
Minder florissant vergaat het de jeugd
afdeling van de volleybalvereniging.
Het ledental is tot een minimum
gedaald en niets wijst erop dat dit op
korte termijn drastisch zal wijzigen.
Het eerste herenteam komt uit in de
eerste klas van de NEVOBO, district
Zeeland, maar neemt daar slechts een
bescheiden klassering in. De overige
vier teams, twee dames- en twee
herenteams, nemen deel aan de be-
drijfsvolleybalcompetitie in Hulst. De
prestaties zijn hier uiteenlopend, zon
der dat ze opvallend genoemd kunnen
worden.
De activiteiten, die dit jaar zullen
Judovoorzitter Eugène Verstraeten (linksen Volleybalvoorzitter Jan de Pooter.
worden gehouden in het kader van het
15-jarig bestaan beginnen met een
demonstratie-avond op vrijdag 18
maart. Beide verenigingen zullen zich
dan op het sportief vlak tonen aan de
belangstellenden. De bedoeling van
deze demonstratie-avond is om meer
mensen warm te maken voor één van
beide sporten.
Op 28 mei zal de Zuidnederlandse
judojeugd in Malpertuus aanwezig zijn
voor het jeugdjudotoemooi, terwijl een
week later, op 4 juni het jeugdvolley-
baltoemooi zal worden gehouden. Het
grote volleybaltoernooi zal dit jaar
worden gehouden op 27 augustus. Een
saillant detail in de viering van het
jubileum, mis dat het volleybaltoer
nooi dit jaar zijn tiende aflevering kent.
Het seniorenjudotoemooi wordt op 29
oktober gehouden, terwijl de gezamen
lijke feestavond van beide verenigin
gen op 10 december het jubileumjaar
zal besluiten.
Judo voorzitter Eugène Verstraeten en
volleybalvoorzitter Jan de Poorter zijn
unaniem van mening dat het sportieve
karakter van de derde lustrumviering
de boventoon moet voeren, maar voor
het feestelijk gedeelte zal ook zeker
ruimte zijn.
Op 1 oktober staat er nog een extra
evenement op het programma, maar
de beide voorzitters willen hier nog
weinig over loslaten. Eugène Ver
straeten: „Wij willen op 1 oktober iets
speciaals brengen. Dit in navolging
van vijf jaar geleden, bij het tienjariog
bestaan. Toen hadden we een catchga-
la. Dit jaar moet het iets bijzonders
worden. Maar we willen deze verras
sing nog even in petto houden".
het veldrijden door te gaan. Op dat
moment kwam hij in contact met
Hulstenaar Rudie van Gijssel, die
sindsdien zijn trainer is, want Van
Passel kwam er al spoedig achter dat
zomaar een eindje fietsen en wat lopen
toch ook niet de meest optimale
voorbereiding was voor een veldrijder
zonder ervaring. Via de trainingen van
Van Gijssel bleek Van Passel steeds
meer een klasserijke veldrijder te
worden, die in de C-categorie in België
(waarin de nieuwelingen en de junioren
uitkomen; hij rijdt daar bijvoorbeeld
dikwijls samen met Freddy de Muynck
uit IJzendijke) steeds met de eersten
mee wist te komen.
Crosstraining
„Met Rudie van Gijssel zijn we speci
fiek op het crossen gaan trainen. De
wallen rond Hulst vormen een ge
schikte plaats daarvoor. Bovendien
heeft hij mij de kneepjes van het
crossvak bijgeleerd en vanaf dat
moment heb ik bijna steeds bij de
eerste vijf gereden", weet Van Passel.
Desondanks wil Patrick van Passel
zich dit jaar ook nog wel eens op de weg
laten zien. In het begin van het seizoen
zal hij met de juniorenploeg van de
wielervereniging Zeeuws-Vlaanderen
aan enkele klassieke wedstrijden deel
nemen („zelf had ik dat liever niet
gedaan, maar op verzoek van de club
doe ik er wel aan mee"). Maar met
ingang van het volgende seizoen wil hij
zich toch volledig toe gaan leggen op
het veldrijden. Dat nieuwe jaar zal
overigens voor hem wel moeilijk gaan
worden, want dan mag hy zich in de
grote Belgische wedstrijden gaan me
ten met de 'groten' ui dit specifieke
onderdeel van de wielersport. In juli I
maakt Patrick namely k de overstap l
naar de amateurs.
„Dan zal ik nog aan enkele wedstrij
den op de weg meedoen om alvast in
het ritme te komen voor het dan
volgende veldritseizoen en als het tot
de mogelijkheden behoort wil hij dan
ook eens mee gaan doen aan het
Nederlands kampioenschap, „want",
zegt hij, „nu ik steeds bij de eersten
mee kwam in België, stond er in de
Wielersport (het officiële orgaan van
de KNWU, red.) dat ze mij graag aan de
start hadden gezien bij het kampioen
schap. Daarom zal ik dat komend
seizoen trachten te realiseren".
Met Patrick van Passel biykt dus dat j
er wel degelijk talent zit in Zeeuwsch-
Vlaanderen. Een bevestiging mis
schien van de successen, die in het
verleden werden behaald door onder
meer Bennie Tieleman (inmiddels
amateur) en uiteraard Freddy de
Muynck, die onlangs nog deelnemer
was aan het WK in het Engelse
Birmingham. De wielervereniging
Zeeuws-Vlaanderen beschikt in ieder
geval over een drietal talentvolle veld
rijders, die de opvolgers moeten gaan
worden van Guïdo Paridaen, die jaren
lang op eenzame hoogte stond in de
Zeeuwse crosswereld, maar inmiddels
gestopt is met het actief beoefenen van
de wielersport.