ORANJEBOOM
RADAR
terug van weggeweest
'er
worden
weer
boompjes
rotterdam over
drie jaar de
veiligste haven
PZC/zaterdagkrant
ZATERDAG 26 FEBRUARI 1983
25
i:
Bij mij roept de blikvanger aan de Ko
ningshaven nostalgische herinnerin
gen op aan vakantiefietstochten over
de Zuidhollandse eilanden naar Zee-
zenbier' omdat het veel wordt verkocht
in Chinese restaurants. Die drie jaar
dwaling hebbem kennelijk veel schade
aangericht. De Verenigde Bierbrouwe-
land. Het was in het begin van de jaren rijen geven het toe: als horecabier heeft
Sinds een tijdje prijkt op het dak van Rotterdams enige brouwerij aan de Nassaukade in
metershoge letters weer het oude vertrouwde 'Oranjeboom'. Een naam in neon die hardnekkig
op het netvlies blijft kleven wanneer je via de nieuwe Willemsbrug de metropool aan de Maas
verlaat en die op heldere avonden volgens trotse brouwers zelfs is te zien vanaf de Van Brie-
nenoordbrug.
men we dan direct actie op. Door die
snelle afzet van betrekkelijk kleine hoe
veelheden is het produkt steeds vers,
wat de smaak ten goede komt".
paarden
Markanter dan de Oranjeboomtrucks
is de terugkeer in de Rotterdamse stra
ten van de 80 jaar oude gerestaureerde
bierwagen die 36 fusten kan vervoeren
en die getrokken wordt door twee
achtjarige Zeeuwse paarden in origi
neel. rijk van koper voorzien. Hollands
brouwerstuig. een attractie vooral
voor toeristen.
Vroeger waren die door Zeeuwse knol
len getrokken bierkarren een alledaags
verschijnsel in Rotterdam en er doen
nog verscheidene anecdotes de ronde
over. In het rustiek betimmerde ont
vangstzaaltje van Oranjeboom, dat
Beierse invloeden verraadt maar tege
lijk doet denken aan de interieurs van
vaderlandse rederijkantoren anno
1920. vertelt field-manager Van Nijna-
teen nog eens het verhaal van de legen
darische bierbezorger: de man stapte 's
morgens fris en monter op de bok van
zijn bierkar om zijn vaste rondje langs
de café's te vangen Dat waren er nogal
wat en in ieder café werd een zwakalco-
holische versnapering genoten. Het on
vermijdelijke effect van dit gestage in
nemen was dat de man aan het eind van
zijn ronde wat minder gemakkelijk de
bok besteeg dan aan het begin en een
vijftig en Zeeland was nog een land zon
der dammen. Om het laatste veerbootje
van Sint-Maartensdijk naar Yerseke
niet te missen moest een strak schema
worden aangehouden en flink worden
doorgetrapt. Eén keer gingen we in de
fout; het was een snikhete dag en de
verlokkingen van een koele gelagka
mer in de buurt van Numansdorp wa
ren te sterk. Toen we de fietsen uit het
Oranjeboomfietsenrek pakten wisten
we het al: dat bootje halen we nooit. Die
nacht, waarin een hevig onweer los
barstte, bracht ik door op een geïmpro
viseerd bed tussen de bedsteden in de
woonkamer van gastvrije Tholenaars.
Sedertdien associeer ik Oranjeboom
met een uitspanning met fietsenrek in
de Hoekse Waard en een veerbootje dat
in het donker verdwijnt tussen de ban
ken van de Oosterschelde.
Nostalgische herinneringen aan een
biermerk moeten er bij veel meer men
sen zijn. Fieldmanager C. van Nijnatten
van Verenigde Bierbrouwerijen Breda-
Rotterdam BV die sedert eind oktober
de terugkeer van het Oranjeboombier
op de Nederlandse markt commercieel
begeleidt zegt dat dagelijks te kunnen
merken. Door Rotterdammers die hem
spontaan feliciteren met de terugkeer
van een oude vriend aan stapels brie
ven en zelfs een huilende vrouw aan de
telefoon, die haar ontroering over de
wedergeboorte van het Oranjeboom
pilsje met de baas kan.
„Rotterdammers zijn enorme chauvi
nisten" zegt Van Nijnatten, „dat ver
klaart ook waarom Skol nooit een door
slaand succes is geworden in de Maas
stad en omgeving: maar dat het oude
Oranjeboombier zo enthousiast zou
worden ontvangen hadden we toch niet
durven hopen".
drie eeuwen
Rotterdam en Oranjeboom zijn sinds
drie eeuwen niet elkaar verbonden. In
1611 koopt de Rotterdamse koopman
Hendrik Struyckersbergde brouwerij
mouterij Den Dissel aan de Coolvest
bij de Delftse Poort. In 1682 doet hij het
bedrijf van de hand en de nieuwe eige
naar, nir Francois Waerts. bedenkt de
naam 'd'Orangienboom'. Sedertdien is
de brouwerij menigmaal van eigenaar
veranderd en in 1889 is het de firma
Baartz Zoon die besluit te verhuizen
naar wat de huidige vestigingsplaats
is: de hoek van Nassaukade en Oranje
boomstraat.
De oude brouwerij aan de Coolvest
bleef tot 1902 in gebruik als opslag
plaats en mouterij. Nu staat op bijna
dezelfde plek de bekende nachtclub
'Bristol'.
Oranjeboom slokte in een periode van
voorspoedige groei tal van kleinere
brouwerijen op tot het bedrijf in 1967
zelf het slachtoffer werd van de naoor
logse expansie in de brouwerswereld
die gepaard ging met de 'Grote Pils-
golf. In genoemd jaar kwam Oraiye-
boom in handen van de Skol Brouwerij
en NV, onderdeel van de in 1964 opge-
naal begrip moeten worden zoals Coca
Cola dat is als frisdrank.
Maar de consument reageerde niet zo
als men had verwacht. Allied ontwik
kelde een bier van het Engelse lagerty-
pe en de Nederlandse bierdrinker
pruimde dat met: door de markt ge
dwongen verhollandste Skol m 1973
zijn pils. Skol is nu weer een pils van
Nederlands type maar ondanks een in
tensieve reclamecampagne onder het
motto 'Holland Skolland' blijkt niet ie
dereen bekeerd te zijn. Sommigen noe
men Skol een beetje smalend 'Chine-
Skol terrein teruggewonnen maar op de
thuismarkt is het concern daarin niet
geslaagd; de thuisdrinker heeft Skol
nog niet vergeven.
mythe
Nu voelt men zich bij Skol wel een
beetje het slachtoffer van mythevor
ming. Verhalen doen zelfs de ronde van
Skol-café's waar vreemde bieren van
onder de toog worden verkocht.
Voor het concern is dat wellicht mede
aanleiding om voortaan wat minder de
nadruk te leggen op de naam Skol. Skol
Brouwerijen heten sinds 1 januari
Jongstleden Allied Breweries Neder
land NV en de bierdivisie is omgedoopt
in Verenigde Bierbrouwerijen Breda-
Rotterdam BV met produktiebedrij ven
in Rotterdam en Breda. Skol is voor
taan alleen nog maar één van de bieren
die de Verenigde Bierbrouwerijen pro
duceren. Daarnaast brouwt men voor
de eigen markt Classe Royale, Keiler en
sinds kort dus weer Oranjeboom, ter
wijl voor de exportmarkt (uitvoer naar
65 landen) nog Breda Royal, Royal
Dutch Posthom en Three Horses (De
Drie Hoefijzers) worden gebrouwen
naast verscheidene winkelmerken.
De naamswijziging is gevolgd op een
interne reorganisatie nadat fikse verlie
zen waren geleden, die in het boekjaar
1981'82 konden worden teruggebracht
tot 1.9 miljoen. In december sprak
de directie op grond van de eerste half
jaarcijfers over 1982 de verwachting uit
dat het boekjaar 1982/'83 met positiei
resultaat zal worden afgesloten en dat
zou dan een jaar eerder zijn dan op
grond van studies werd verwacht.
Meer dan in deze cijfers zal de bierlief-
hebber geinteresseerd zijn in de pro-
duktieplannen van de Verenigde Bier
brouwerijen. Dat men belang is gaan
hechten aan een grotere verscheiden
heid van bieren blijkt uit de wederge
boorte van het Oranjeboombier voor de
thuismarkt en de presentatie afgelopen
herfst van het nieuwe Skol Bokbier. Be
moedigend is ook de verklaring dat
„het commercieel beleid er op is gericht
een eigen plaats in de biermarkt te ver
overen met tal van biermerken".
Met de herintroductie van Oranje
boombier in Groot-Rotterdam heeft
men duidelijk in de roos geschoten.
Fieldmanager Van Nijnatten, zelf ook
brouwmeester, is speciaal voor de
Oranjeboompromotie in Rotterdam ge
stationeerd. Hoewel hij sinds eind okto
ber dagen maakt van veertien uur is hij
de opgewektheid zelve gebleven; hij
heeft er duidelijk veel plezier in dat zijn
pils er zo grif ingaat bij de Rotterdam
mers. De promotie is vooral gericht op
de thuismarkt en niet zozeer op de hore
ca. al is de Oranjeboomstraat en naaste
omgeving - binnen reukafstand van de
brouwerij als het ware - duidelyk spra
ke van een Oranjeboomrenaissance in
de aankleding van de café's wat resul
teert in een kleuriger straatbeeld.
Wat het 'nieuwe' Oranjeboombier zo
gewild maakt is volgens Van Nijnatten
naast de smaak de versheid. Een zoge
naamde 'merchaniser-verkoper' be
werkt met de uitruksnelheid van een
brandweerman de klanten. Hij ver
koopt. levert af en verzorgt ook de re
clame in de winkel. Daarvoor beschikt
hij over een speciale Oranjeboom-
truck.
Van Nijnatten ..we zijn eind oktober
begonnen met eén auto en nu rijden er
al vier. Het gebeurt dat iemand belt met
de vraag: „ik heb een feestje, kan ik wat
kratjes Oranjeboom krijgen" of een
winkelier zit plotseling zonder, daar ne-
rien van reems
maal gezeten prompt in slaap viel. Voor
de Zeeuwse paarden was dat geen pro
bleem want die liepen de route elke dag.
Misschien gingen ze wel op de mout-
lucht van de brouwerij af; in ieder geval
leverden ze aan het eind van elke ronde
trouw een duttende voerman aan de
brouwerijpoort af. Zoiets komt nu na
tuurlijk niet meer voor. Het grote stads
verkeer laat dergelijke avonturen met
meer toe.
Als blijvende herinnering aan de we
dergeboorte van Oranjeboom is op 29
oktober een 25 jaar oude en 15 meter
hoge Koningslinde uit Limburg ge
plant op de Van Oldenbarneveltplaats
tussen Amrobank en Bijenkorf, een ge
schenk van de brouwerij aan de stad.
Voortbordurend op het begrip boom als
symbool van de brouwerij hebben de
reclamemakers van Oranjeboom een
gelagkamerjargon geintroduceerd dat
men zich eigen kon maken aan de hand
van tekeningen en teksten op de ach
terkanten van bierviltjes. Zo heet een
Oranjeboomverkoper - de caféhouder
incluis - voortaan een boswachter en is
een krat met 24 flesjes pils een 'bos bier'.
Een biertje drinken dient aangeduid
met 'boompje planten' en wanneer je
het met z'n tweetjes doet heet het 'een
boompie opzetten' Indien de status
wordt bereikt waarin het beter is de au
to te laten staan verkeert men 'boven
de boomgrens' Misbruik zal er uitein
delijk toe leiden dat men 'door de bo
men het bos niet meer ziet'.
Of het nu komt doordat de 'herplan
ting' van Oranjeboom in het Rotter
damse vorig jaar of dat de bodem daai
zo vruchtbaar is, is niet bekend, maai
feit is dat de wortelvorming optimaal is.
Binnen de eerste vier weken, zo vertelt
de heer Van Nijnatten. was een verkoop
gerealiseerd die overeenkwam met de
prognose voor een half jaar en een
maand later waren de cijfers verdub
beld Rotterdam reageert enthousiast
Een voor de brouwers bijzonder pretti
ge constatering is dat het Oranjeboom
succes niet ten koste gaat van het bier-
richte Britse dranken- en voedingsmid
delengigant Allied Lyons PLC
Tot omstreeks 1970 handhaafde Allied
Lyons de produktie van Oranjeboom-
bier voor de Nederlandse markt om het
vervolgens te vervangen door Skol. een
thans grif toegegeven fout.
De jaren zestig werden gekenmerkt
door economische groei: handel noch
industrie kenden limieten. Van Nijnat
ten: „het was de tijd van groot denken,
de tijd dat iedereen naar de supermarkt
ging".
Tegen die achtergrond moet het besluit
van Skol worden gezien om een interna
tionaal bier op de markt te brengen, een
bier dat de smaakpapillen van iedereen
op de wereld zou strelen en dat in iedere
supermarkt met kratten tegelijk moest
wegvliegen. Skol had een intematio-
merk Skol. Dat betekent dat Oranje
boom vooral aanslaat bij de thuisdrin-
kers.
Mogelijk dat de herkenning van een
smaak uit het verleden de verklaring
voor dat succes is. Het 'nieuwe' Oranje
boom wordt gebrouwen volgens het ou
de recept en smaakt anders dan andere
bieren
smaak
„De smaak van bier luistert heel
nauw", verzekert brouwmeester Hop
van Oranjeboom. Hoewel de produktie
bij Oranjeboom grotendeels is geauto
matiseerd blijft het brouwen er toch
een ambachtelijke bezigheid.
Het proces is er nog herkenbaar en
wordt voor een deel nog met 'de hand'
uitgevoerd. Het is er een aangenaam
aandoende mengelmoes van oud en
modem. Eigentijdse controlepanelen
naast tanks waarin het brouwen ver
loopt zoals het al eeuwen geschiedt.
Geen computer in een klinische, ge
koelde ruimte, maar een alweer bijna
antieke voorloper ervan die vanwege
uiterlijke gelijkenis 'de jukebox' wordt
genoemd. Het gebouw zelf ademt nog
altijd de sfeer van vroeger en dat niet
alleen door het door iedereen gekoes
terde museum met interessante brou-
wersrelikwieèn maar ook doordat niet
rigoureus alle produktiemiddelen uit
het verleden zijn afgedankt. Naast oude
werkruimten worden nieuwe ingericht,
maar aan die laatste activiteit zal
straks een einde komen omdat het
brouwerijcomplex gebouwd is op pa
len. die grenzen stellen aan de belas
ting.
Brouwmeester Hop, een echte Braban
der. vertelt vlot over eesten, vergisten
en lageren. Brouwen lijkt eenvoudig en
is dat in principe ook, maar in de prak
tijk komt er veel kennis van de micro
biologie en chemie aan te pas. Toch is
de brouwmeester geen chemicus; hij
blijft de ambachtsman, ook al weet hij
alles af van de werking van enzymen,
die in het brouwproces zo'n grote rol
spelen. Ook de moderne brouwmeester
gaat in laatste instantie nog altijd op
zijn smaak af.
„Het gaat wel ten koste van de lijn",
zegt brouwmeester Hop met een gebaar
in de richting van het middenrif, „maar
ik proef de hele dag vah het brouwsel.
Bier kent een samenstelsel van meer
dan achthonderd smaken. Je kunt die
afzonderlijk allemaal analyseren, maar
zelfs met de meest geavanceerde labo-
ratorium-apparatuur is het niet moge
lijk om exact aan te geven wat die sma
ken samen allemaal doen. Dat resul
taat is alleen op de tong te testen".
De terugkeer van Oranjeboom op de
vaderlandse markt en het voor het
eerst verschijnen van Skol Bokbier ina
het eerste brouwsel van 72.000 flesjes
werd wegens enorm succes een tweede
brouwsel geproduceerd) heeft de Ver
eniging Promotie Informatie Traditio
neel Bier (PINT) nieuwe hoop gegeven.
PINT propageert een herwaardering
van de aloude biercultuur en wil het
genieten van echt bier uit de sfeer van
'het zuipen' halen.
Eind januari heeft het PINT-bestuur in
een gesprek met de directie yan de Ver
enigde Brouwerijen aangedrongen op
het weer in produktie nemen van een
aantal oude biersoorten bij brouwerijen
die het concern heeft overgenomen. Pu
blic relations officier Marijke Nienliuis:
„We hebben nieuwe plannen kunnen
aankondigen voor de komende lente
maar tot april, mei blijven die geheim;
overigens stonden ze er bij Pint ver
baasd van hoe Hollands Skol tegen
woordig smaakt."
PINT-bestuurslid Nico van Dyk: „Skol
is op de goede weg. maar er is veel meer
mogelijk. De grote brouwerijconcems
in dit land hebben een heleboel kleine
brouwerij tjes opgeslokt en helaas opge
heven. Artois heeft het Dommelsch en
Hengeloos gehandhaafd, maar Heine-
ken heeft een heel slechte naam en
heeft nu weer brouwerij De Ridder in
Maastricht opgekocht We moeten
maar weer afwachten of die bier met
een eigen Limburgse identiteit zal blij
ven maken. Ook bij Skol ligt een be
langwekkende receptuur.m de archie
ven. In Breda wordt een uitstekende
stout gebrouwen, uitsluitend voor ex
port. We willen Skol vragen om die weer
op de Nederlandse markt te brengen. In
de jaren vijftig waren vooral Den Haag
en Alkmaar echte stoutsteden. Het is
bijna niet te geloven dat in die tijd pils
maar 50 procent van het totale bierver-
bruik uitmaakte, terwijl dat nu 99,3 pro
cent is".
Het marktaandeel van de speciale bie
ren bedraagt niet meer dan 0,3 procent.
Die markt is dan nog geconcentreerd
in gebieden waar nog een beetje sprake
is van een biercultuur, zoals bet Bour
gondische zuiden en Amsterdam. Het
noorden, met name Groningen, moet
het speciale bier vrijwel totaal ontbe
ren. Nico van Dijk spreekt in dit ver
band van een woestijn waarin alleen
pils (van Amstel en Heineken) de dorst
kan lessen. Skol zou hierin verande
ring kunnen brengen door het Barha-
rossa-bier terug te brengen. De brou
werij in Groningen die dit bier vroeger
brouwde is nog volkomen intact.
Nico van Dijk denkt dat de brouwerijen
wel een nieuwe strategie zullen moeten
ontwikkelen. Het pilsverbruik stag
neert. niet alleen in Nederland maar
ook in de omringende landen. In West-
Duitsland gaan jaarlijks dertig brouwe
rijen dicht en in Belgié is het niet veel
anders. De mensen ontdekken m steeds
grotere aantallen de speciale bieren.
Op de jongste Bokbierfestival van
PINT in de Koningszaal van Artis ihet
vijfde) werden het afgelopen najaar
maar liefst zeventien Nederlandse bok-
bieren gepresenteerd, waaronder drie
nieuwe. Twaalfhonderd bierliefhebbers
kwamen dit heuglijk feit vieren. Mi
chael Jackson, de schrijver van de
Spectrum Bieratlas die het festival
opende, was juist teruggekeerd van een
bezoek aan de Verenigde Staten. Ook
daar, zo vertelde hij, groeit de belang
stelling voor bijzondere bieren. „De
eenmansbrouwerijtjes schieten er als
paddestoelen uit de grond", zei hij,
„voor een deel een uitvloeisel van de
inmiddels op apegapen liggende hip
pie-cultuur".
Die kleine brouwerijtjes, die met name
aan de westkust van de Verenigde Sta
ten te vinden zijn, brouwen bieren van
hoge gisting die het heel goed doen.
De hoofdstad - en het Groot Amster
dams Kroegenboek bevestigt dat - telt
een toenemend aantal café's die Belgi
sche specialiteiten. Trappisten, paters-
en abdijbieren schenken Steeds meer
keus dus in Amsterdam. Reden voor
het twee jaar bestaande en achthon
derd leden tellende PINT om te overwe
gen het zesde Bokbierfestival komend
najaar buiten Amsterdam tè organise
ren, in Utrecht bijvoorbeeld of in Den
Bosch.
Nico van Dijk heeft inmiddels het Oran
jeboom-bier ook al m Den Haag gesig
naleerd. Van een expansie in zuidelijke
richting is voorlopig nog geen sprake
Oranjeboom heeft de handen vol aan
Groot-Rotterdam. Maar dat m de toe
komst ook de liefhebbers op de Zuid-
hollandse en Zeeuwse eilanden weer
'een boompje' zullen kappen is niet uit
gesloten.
Over drie jaar. in het voorjaar van '86. zal Rotterdam over de doelmatig
ste en vooral veiligste haven ter wereld beschikken. Tegen die tijd zal
de laatste hand worden gelegd aan een nieuw radarstysteem waarmee de
haven, van de binnenstad, langs de Nieuwe Waterweg tot 50 kilometer in
zee. wordt toegerust. Kosten: tenminste 230 miljoen gulden.
De bedoeling van dit walradarpro-
ject of verkeersbegeleidingssysteem
is om het steeds drukker wordende
scheepvaartverkeer in de haven in
vlugge en veilige banen te leiden.
Weliswaar gebeuren er nu. met het
oude radarsysteem, nauwelijks echte
ongelukken in de ha ven. Maar de mo
menten van „bijna-rampen" zijn nog
steeds talnik.
Niet alleen de olie- en benzinetankers
leveren daarbij gevaar op. ook het
omvangrijker wordende transport
van chemische stoffen over water
brengt steeds meer risico met zich
mee, Zo hielden de Rotterdammers
een paar jaar geleden de adem in.
toen een benzinetanker werd aange
varen en een groot deel van de stad
gevaar liep door de dampen.
De afgelopen jaren hebben tientallen
mensen zich het hoofd gebogen over
een veiliger scheepvaartverkeer-sys-
teem. Het project is nu in de uitvoe
rende fase. dat wil zeggen: eerste pa
len worden geslagen en radars en
computers draaien proef. In het voor
jaar van 1986 moet het allemaal klaar
zijn.
Het belang voor de industrie is met
gering. Behalve een paar kleine toe
leveranciers zijn voor de produktie
van hei walradarproject drie grote
Nederlandse bedrijven gecontrac
teerd. PTT. voor de communicatie
systemen Boskalis Westminster met
dochter Christiaan Huygenslabora-
tonum. voor de gebouwen en de ra
darantennes en Philips-dochter Hol
landse Signaal voor de geautomati
seerde radar-apparatuur. Innovatie
vanen voor Nederlandse bodem
waar men in het buitenland nu al gro
te belangstelling voor toont.
Het walradarproject in de praktijk:
een schip. laten we zeggen de Neelt je
Jacoba, laat tenminste 24 uur van te
voren aan het Havencoordinatie-
centrum haar verw achte aankomst
weten. Gevaarlijke lading en ge
wenste ligplaats zijn daarbij ver
meld. De centrale verkeersleiding
en de afdeling gevaarlijke stoffen
controleren een en ander en gaan na
of er spec iale voorzorgsmaatregelen
moeten worden genomen. (Bijvoor
beeld schepen met veel diepgang
kunnen alleen bij hoog tij de Nieuwe
Waterweg binnenvareni.
Alle informatie plus de waarneming
van radar in het hele havengebied,
wordt in de computer gestopt en ge
koppeld aan gegevens over voor
gaande bezoeken van het schip. De
computer waarschuwt alle betrok
ken instanties over de verwachte
aankomst van het schip. Twee uur
voor tijd laat Neeltje Jacoba weten,
dat zij zich aan het begin van het ha
vengebied bevindt. De waarnemer
aan de wal kan haar nu op zyn
scherm lokaliseren Het schip krijgt
nu een eigen echo.
De echo en de identiteit worden aan
elkaar gekoppeld En zo kan de Neel
tje Jacoba op het scherm van hetwal-
personeel worden gevolgd. Dan kun
nen de betrokken haveninstanties
worden gewaarschuwd; zoals loods,
sleepboten en roeiers (mensen die de
trossen van de schepen halen i. Op
deze manier kan Neeltje Jacoba vei
lig en efficient de haven binnenlopen.
drukker
In het begin van de jaren zeventig
ging het de Rotterdamse ha\en dik
voor de wind. De scheepvaart werd
steeds drukker en gevarieerder. Zo
wel var. zee als het binnenland
stoomde het vrachtverkeer op. Olie-
en benzinetankers, niaar ook dc la
dingen vloeibaar gas en chemische
produkten krioelen nu door het
dichtbevolkte Rijnmond-gebied.
Voor de verkeersbegeleiding, zoals
dat ook in de haven heet. is er een -
beperkt - radarsysteem aanwezig,
dat vooral bij slecht zicht wordt ge
bruikt. Bovendien zijn er de haven
loodsen voor de navigatie vanaf de
schepen zelf.
Ondanks strenge vaarvoorschriften
en veiligheidsreglementen nam het
risico toe. De gemeente Rotterdam
besloot toen (samen met de over
heid). dat het uit 1956 daterende ra
darsysteem moest worden vervan
gen door een verkeersbegeleidings-
systeem voor het hele Rotterdamse
havengebied
De Noordwijkse radarspecialist
Christiaan Huygenslaboratonum
(CHLi kreeg de opdracht voor een
ontwerp. CHL houdt zich bezig met
de ontwikkeling en de produktie van
verfijnde radarantennes en biedt
werk aan ongeveer 40 mensen. Sinds
1972 is het laboratorium een werk
maatschappij van de bouw- en bag-
gerglgant Boskalis Westminster.
onbemand
CHL toog aan het werk. Een jaar
lang werd het hele havengebied af
gestruind voor hel zogenaamde „lo-
katie onderzoek". Een radarantenne
nuu ju niet zomaar ergens neerzet
ten. De omgeving moet zo „schoon"
mogelijk zijn. Een radar in de bunrt
van hoge gebouwen en torens geeft
onzuivere informatie. Uiteindelijk
kwamen 26 lokaties voor onbeman
de posten uit de bus.
Onderwijl bleek dat het project onge
veer 230 miljoen gulden zou gaan
kosten. (De overheid neemt tweeder
de van de kosten voor haar rekening.
De rest betaalt de gemeente Rotter
dam». Het blijft niet alleen bij een
nieuw radarsysteem. Computer- en
communicatieapparatuur is brood
nodig voor de verwerking van de ge
gevens. Er moeten nieuwe gebouwen
worden neergezet, het personeel
moet worden opgeleid voor de bedie
ning van de apparatuur enz.
Zoveel hoofden, zoveel zinnen. Car
gadoors. scheepvaartagenten, sleep
diensten en loodsen dachten er het
hunne van. Maar in Rotterdam staan
de beste stuurlui zeker niet aan wal.
De toekomstige gebruikers werden
via enquetes en inspraakprocedures
gehoord. Na gesprekken over en weer
kwam het tot een akkoord.
voorspelbaar
Heel belangrijk in het nieuwe sys
teem is de voorspellende eigenschap
van de computer aan de wal (de ver-
keerscentrale). Door in principe ge
woon een rekensommetje te maken,
kan hij op verzoek de toestand in de
haven bijvoorbeeld over vijf minu
ten geven. Blijkt dan dat er gevaar
bestaat voor aanvaring, dan worden
de betrokken schepen gewaar
schuwd via de loods aan boord en
moeten zij langzamer of juist sneller
gaan varen.
Zo kan het verkeer ruim van te voren
worden ingelicht over de situatie bij
verschillende kruisingen en „bottle
necks" in de haven. Dit is vooral van
groot belang voor mammoettankers.
anneloes timmerije
die niet door een eenvoudige zwaai
aan het roer van koers kunnen veran
deren. Vanaf 50 kilometer voor de in
gang van de Nieuwe Waterweg kun
nen zij op de hoogte worden gesteld
van de aard en de drukte van het ver
keer in de haven.
Eerst in de zomer van 1981 lag het
plan bij het ministerie van verkeer en
waterstaat. Na goedkeuring kon men
aan de slag. Tweederde van het be
grote bedrag van 230 miljoen wordt
opgeslokt door radar- en communi
catieapparatuur. Respectievelijk
voor rekening van (Philips-dochter)
Hollandse Signaal en PTT.
De 26 antennes (kosten ruim vier mil
joen guldenvoor de onbemande pos
ten in de haven, worden geleverd
door het Christiaan Huygensiabora-
torium. De gebouwen voor de centra
le havencoordinatie en dergelijke
neemt Boskalis Westminster voor
zijn rekening. Behoudens enkele
kleine toeleveranciers is de ontwik
keling en totstandkoming van dit
project een zuiver Nederlandse aan
gelegenheid.
geen verlies
Een logische gedachte in deze tijd is,
dat automatisering wel moet leiden
tot verlies van arbeidsplaatsen. Van
de ongeveer 500 mensen, betrokken
bij de havencoordinatie, hoeft on
danks de efficiëntere manier van
werken niemand te worden ontsla
gen. Er komen weliswaar geen ba
nen bij, maar het personeel zal een
speciale opleiding krijgen voor het
werken met de nieuwe apparatuur,
zodat de werkzaamheden hoogstens
een ander karakter krijgen.
Een veel serieuzer gevaar dreigt er
voor het loodswezen. Vakmensen,
die de schepen met kennis, inzicht en
routine de haven in of uit manoeuvre
ren. De Abva-Kabo. waarbij de bon
den voor het loodswezen zijn aange
sloten (loodsen zyn voor het grootste
gedeelte in overheidsdienst), ziet
voorlopig geen gevaar. Ook het nieu
we systeem steunt mede op de infor
matie aan de loods op het schip. Bo
vendien blijft hij zijn navigerende
functie behouden.
De bond is zich wel bewust van het
feit dat na de eerste grote stap van
automatisering in de haven, een vol
gende veel minder groot en dus ge-
makkelij ker zal zijn. De plaats van de
loods zou dan kunnen worden over
genomen door de computer.
Maar eerst moet in het voorjaar van
1986 het nieuwe systeem in werking
worden gesteld. Het buitenland
volgt de ontwikkelingen met meer
dan normale belangstelling. En de
Nederlandse industrie zit reeds
klaar om eventuele orders in de
wacht te slepen.
fGegevens voor dit artikel zijn ont
leend aan gesprekken met prof. ir. E
Goldbohm. directeur van het Chris
tiaan Huygenslaboratonum in
Noordivijk. en ir. J. U. Brolsma. me
dewerker van het Projectbureau
walradar van het Gemeentelijk Ha
venbedrijf in Rotterdami.