ernstige nadelen uitstel
ompartimenteringswerken
Het tweede
pakALL
voorde
halveprijs.
OVERLEVEN
'Veiligheid is een
geestesgesteldheid'
HOORT
ZIET d
Ruilverkavelingen begin van de
tegenstelling natuur-landbouw
De was schoner bij 601 Alleen ALL met TAED kan dat I
0M s
PZC/provincie
PPORT IN OPDRACHT DELTADIENST:
studiedag boer, burger, milieu in kapelle
lammen volgens
luidige plannen
i '86 klaar
mm
JJJDAG 4 FEBRUARI 1983
ssn
allelic
nsior.
LivotJ
OP ZOOM - Uitstel van de compartimenteringswerken in het oostelijk deel van de
am nsterschelde heeft grote tot (in een ongunstig, nat jaar) zéér grote nadelige gevolgen. Met name
^ijieu, visserij, land- en tuinbouw, werkgelegenheid (vooral in de bouw) en wegverkeer gaan er
I. EMnzjenlijk op achteruit. In feite is alleen de scheepvaart gebaat bij het later afsluiten van de
wa alipsdam en de Oesterdam, omdat er dan één sluispassage minder is. Het vertragen van de
™^npartimenteringsdammen levert voor het ministerie van verkeer en waterstaat tijdelijk een
App^gavenverlichting op. Het uitstel als zodanig kost echter wél extra geld.
en ander blijkt uit een concept-rap- tie mét en zónder rondstroming op de wat zijn precies de gevolgen van een
Oosterschelde, om de zoutgehalten op
peil te houden. Die rondstroming kan
vanuit het Grevelingenmeer en daar
naast vanuit de Oosterschelde via de
sluitgaten in de compartimenterings-
dammen, het Zoommeer en het Bathse
van de Samenwerkende Instituten
anïe'jir Bedrijfs-Analytisehe Studies (SI-
uadéjs), dat in opdracht van rykswater-
Deltadienst is gemaakt. Aanlei-
otte'ig was een suggestie van de raad voor
1 2 «waterstaat. Het rapport moet hal-
i^wege februari '83 definitief worden Spuikanaal naar de Westerschelde. Dat
en Baat dan naar minister
^ACiSmlt-Kroes. Naar verwachting zal zij
de dtfies vragen aan de provinciebestu-
2 ti| van Zeeland, Noord-Brabant en
smaijd-HoUand, de raad voor de water-
ir hf-at en de commissie compartimente-
Oosterschelde. Bij het uitkomen
het nieuwe voortgangsrapport over
;rscheldewerken (mei/juni aan-
CAR*ande) moet er over het al dan niet
tragen van de compartimenterings-
rken worden beslist,
t SIBAS heeft gekeken naar drie mo-
jjkheden: de huidige planning; uit-
i Philipsdam; uitstel Philipsdam én
——sterdam. Alleen vertragen van de
sterdam is vanwege waterloopkun-
|§j(e en scheep va ar ttechnische redenen
t mogelijk. Er is gestudeerd op de
van één. twee. drie en vier jaar
=||6tel. Onderzocht zijn de effecten
milieu, visserij, scheepvaart,
ld- en tuinbouw, beveiliging, wegver-
tr en -vervoer, bouwnijverheid en
fsbegroting. Als er uitstel komt is
>rleg met Belgiè noodzakelijk, gezien
invloed op de Schelde-Rijnverbin-
ook daar gaat de studie van het
is wel een dure zaak, die de tijdelijke
financiële verlichting met zo'n 35^0-
joen gulden per jaar vermindert.
Zoutgehalten
'en) is uitgegaan van een netto door-
joomopening van de stormvloedke-
gin de monding van de Oosterschel-
[van 16.500 vierkante meter, waar-
pr het tijverschil bij Yerseke 3,05 me-
i is. Als scenario is gehanteerd een
t voorjaar, met een kans van optre-
n van éénmaal per tien jaar. Onder
heid is nog gemaakt tussen een situa-
Uitstel van dc compartimenterings
werken heeft - afgezien van water
staatkundige en andere 'technische'
gevolgen - in elk geval twee belangrij
ke effecten, zo meldt het nog niet open
bare ontwerp-rapport van het SIBAS.
In de eerste plaats is er de invloed op
de waterstanden, omdat het Ooster-
scheldebekken groter blijft. Het tijver-
schil is derhalve kleiner. In de tweede
plaats is er sprake van verlaging van
de zoutgehalten. Juist een bepaald ge-
tijverschil en prima zoutgehalten zijn
voor met name milieu en visserij van
groot gewicht; vooral ook daarom
moeten de compartimenteringsdam-
men er komen. Overigens wordt duide
lijk dat de makers van het rapport nog
al wat onzekerheden en onbekendhe
den zijn tegengekomen. Bijvoorbeeld:
nat jaar; hoe groot is de herstelkans bij
schade aan milieu en visserij; zullen de
berekeningen over de zoutgehaltes
kloppen. Eén conclusie staat wel als
een paal boven water; uitstel van de
compartimenteringswerken heeft, ook
in het gunstigste geval, negatieve ef
fecten.
Op basis van acht alternatievenmet en
zonder rondstroming, is geprobeerd
een zogenaamde 'scorekaart' te maken,
met daarop de financiële gevolgen en
de kwalitatieve invloed. Het 'zwaarste
Opnieuw inbraak in
school Vlissingen
VLISSINGEN - Onbekenden hebben in
de nacht van woensdag op donderdag
ingebroken in de Jacob Catsschool aan
de Verlengde Bonedijkestraat in Vlis
singen. Zij drongen de school binnen
door een ruit te forceren.
De daders van de inbraak gingen aan de
haal met een bandrecorder, drie caset-
terecorder, een dia- en een filmprojec
tor en een geluidsbox. De waarde van
de gestolen spullen was gisteravond
niet bekend bij de Vlissingse politie.
alternatief, vier jaar uitstel van sluiting
Oester- en Philipsdam, levert de vol
gende gegevens op, ervan uitgaande
dat rondstroming achterwege blijft:
milieu: afname soortenrijkdom (met
namebodemdieren)met35 en een
zeer ongunstig kwalitatief effect;
visserij: financieel nadeel van 30,8
miljoen gulden en een zeer ongun
stig kwalitatief effect;
scheepvaart: een voordeel van 6 mil
joen gulden en kwalitatief onscha
delijk;
land- en tuinbouw: een financieel na
deel van 13,5 miljoen (zoute Greve-
lingen) of 19.4 miljoen (zoete Greve-
lingen) gulden en overigens zeer on
gunstige kwalitatieve effecten op de
waterhuishouding;
beveiliging: voor de handhaving van
de veiligheid treden geen schadelij
ke effecten op;
wegverkeer en -vervoer' een finan
cieel nadeel van 24 miljoen gulden;
bouwnijverheid: een afname op
drachtenpakket aannemerij van 277
miljoen gulden en een afname van
de werkgelegenheid van 1530 man
jaren.
Het 'zwaarste alternatief levert op de
rijksbegroting in de periode 1983-1986
een kasdrukverlichting op van 277 mil
joen gulden. Voor Philipsdam en Oes
terdam is tot en met 1982 reeds 568 mil
joen uitgegeven, zonder uitstel is er nog
eens 552 miljoen gulden nodig. Vertra
ging van de werken ofwel uitstel van de
bestekken na 1 juli 1983) kost wel extra
geld aan conserveringskosten (wat er al
ligt mag niet verloren gaan) en appa
raatkosten: 45 miljoen gulden.
SRGEN OP ZOOM - Volgens de hui-
je planning zijn de twee comparti-
tnteringsdammen in het oostelijk
el van de Oosterschelde in 1986
cht. Er is dan een nauwe afstemming
'de datum waarop de stormvlocdkc-
)g operationeel zal zijn: 1 oktober
86. Uitgangspunt is dat de sluiting
n de Oesterdam in steen en die van
Philipsdam in zand wordt uitgc-
lerd. Overigens wordt nog bekeken
de Oesterdam ook in zand kan wor-
D gesloten. De Philipsdam moet op
bnd van waterloopkundige overwe-
igen later dicht dan de Oesterdam.
i basis van de besluitvorming tot nu
zal de Oesterdam worden gesloten
(istreeks het tijdstip dat de getijbewe-
jig op de Oosterschelde door de aan-
van de stormvloedkering zover is
minderd, dat bij Yerseke een gemid-
(d getijverschil van circa 2,70 meter
treedt (juli-augustus 1986). De slui-
ig van het Krammer en daarmee het
tstaan van de Philipsdam wordt uit-
voerd nadat de kering in bedrijf is.
in kan met behulp van de schuiven
jurende enkele weken op de Ooster-
ïelde een gerekt getij ingesteld wor-
n (met een tweemaal langere periode
n normaal). De compartimenterings-
rken omvatten naast de Philipsdam
it Krammersluizen en Oesterdam
et Bergschediepsluis. ook de Markie-
-atskade en het Spuikanaal Bath. De-
twee werken worden normaal afge-
nd. De compartimenteringswerken
in nodig omdat: in het tractaat tussen
Iderland en België is vastgelegd dat
i Schelde-Rijnverbinding in de toe-
)mst getij-vrij zal worden; het voor de
ïterhuishouding van het noordelijk
eltagebied van belang is. dat aan de
iutinfiltratie via de Volkeraksluïzen
n einde komt, door verkleining van
:t Oosterscheldebekken een groter
Itljverschil kan worden bereikt.
KAPELLE - De dramatische verande
ringen in het destijds bestaande even
wicht tussen natuur, landschap en
agrarische produktie zijn ingezet bij
het begin van de ruilverkavelingen.
Daar zijn bijgekomen het massale ge
bruik van meststoffen (waardoor over
voeding en verstikking van het opper
vlaktewater) en het massaal gebruik
van bestrijdingsmiddelen (gevolgd
door grote vogelsterfte). Eén en ander
leidde tot de huidige, schier onover
brugbare, tegenstellingen tussen na
tuur en landbouw. Het feit dat land
bouw en natuurbescherming al vele ja
ren opereren vanuit de eigen, afgepaal
de belangen, maakt het er niet makke
lijker op.
Dit bleek donderdag uit opmerkingen-
van dr. ir. H. J, van Oosten, voorzitter
van het Zeeuws Coördinatieorgaan, tij
dens een studiedag over boer(in), bur
ger en milieu van de CBTB en CPB in
Kapelle. Hij erkende dat de natuurbe
scherming vaak geen oog heeft voor de
problemen van de boer en ook niet al
tijd heeft ingezien dat boeren hechten
aan de kwaliteit van de leefomgeving.
„Maar de boer ziet de natuurbescher
mer als een indringer, meestal uit de
stad. die wel even komt vertellen hoe
het zit", aldus Van Oosten. Hij bestreed
dat deze zienswijze op het Coórdina-
tieorgaan van toepassing is, onder meer
wijzend op in inbreng bij de voorberei
ding van verkavelingen (Yerseke, Moer.
Walcheren).
De voorzitter van het Coordinatieor-
gaan ging in dit verband nader in op de
zogenaamde relatienota (waarin uit
gangspunten voor behoud van mt een
oogpunt van natuur- en landschapsbe
houd waardevolle agrarische cultuur
landschappen). Hij zei de nauurbe-
scherming zich kennelijk alleen nog
maar druk mag maken over de relatie
nota-gebieden en over de rest moet
zwijgen. „Het scherpst komt dit in Zee
land tot uiting bij de voorbereiding van
de ruilverkaveling Yerseke Moer. Na
het vaststellen van de begrenzing van
het relatienota-gebied valt nauwelijks
over andere aspecten van natuur en
landschap, te praten", betoogde Van
Oosten. Hij vond dat zoiets bij een her
inrichting van Walcheren niet mag ge
beuren. De voorzitter van het Coördina
tieorgaan stelde vast dat de relatienota
de tegenstelling tussen natuur en land
bouw verscherpt en (in ruilverkavelin
gen) wordt gebruikt om natuur- en
landschapswaarden buiten relatieno-
tagebieden te vernietigen.
Stellingen.
In zijn inleiding kwam dr. ir. Van Oos
ten verder tot de volgende stellingen.
- het verhogen van de grondwater
stand is gunstig voor het natuurlijk
milieu en past goed in gebieden waar
aan water gebrek is;
- de 'gangbare' land- en tuinbouw kan
milieuvriendelijker, door gebruik te
maken van een combinatie van nor
male en biologische teeltmethoden;
- in natuurgebieden en agrarische ge
bieden met grote natuurwetenschap
pelijke en landschappelijke waarden,
dienen alle vormen van vrij kampe
ren verboden te worden;
- de kracht waarmee de landbouwor
ganisaties in Zeeland zich tegen in
trekking van de akkerdistelverorde-
ning verzetten, staat in geen verhou
ding tot de werkelijke schade die dit
onkruid (bij de huidige effectieve be-
strijdingsmethode) zal kunnen aan
richten;
- men kan niet verwachten dat natuur
beschermers na keer op keer verket
terd te worden door fruitteeltvoor-
mannen, in de rij staan om een soepe
le houding aan te nemen tegenover
de fruitteelt.
ken in net landschap, zoals torensilo's.
Ir. Sanders constateerde dat het ver
gunningenstelsel te ingewikkeld en
daardoor te duur is geworden. „De uit
voerende ambtenaren van wetten en
verordeningen betreffende milieuza
ken, zouden in gemeenten met een re
delijk aantal agrarische bedrijven een
agrarische achtergrondkennis moeten
bezitten of hiertoe bijgeschoold wor
den. om al te onpraktische bepalingen
te voorkomen". Sanders geloofde dat
goed overleg tussen landbouw en na
tuurbescherming voor beide winst op
levert.
Meer contact
Oog
De oud-hoofdingenieur voor de be
drijfsontwikkeling in de Landbouw in
Zeeland, ir. M. Sanders, merkte op dat
de boeren oog hebben voor het land
schap, gezien hetgeen ze tot stand heb
ben gebracht, niet alleen in vroege eeu
wen. maar ook recent, zoals op Walche
ren na de inundatie. „Ze vormen in feite
een gerichte milieugroep, maar zijn dit
- politiek - te weinig bewust", meende
hij. Sanders beklemtoonde dat een sta
tisch, niet-functioneel agrarisch land
schap ten dode is gedoemd. „Ook al
wordt het met goud belegd. Zeker zoals
het nu gaat is het een heilloze weg". Hij
keerde zich tegen het taboe dat lijkt, te
rusten opnieuwe landbouwkundige za-
Ook mevrouw G. W. van Montfrans-
Hartman, burgemeester van Veere, be
pleitte meer contact tussen milieugroe
pen en agrariërs. Ze onderstreepte het
belang van de landbouw voor een goed
milieu en achtte het voor milieugroepe
ringen een plicht mee te zorgen voor het
behoud van een gezonde agrarische
structuur. Mevrouw Van Montfrans zei
dat boeren in hun bedrijfsvoering met
gehinderd mogen worden door recrea
tie. Ze wees erop dat boeren en recrean
ten elkaar in sommige gevallen best we
ten te vinden (kamperen bij de boer).
„Het lijkt me wel noodzakelijk om dui
delijk onderscheid te houden in onze
gedachtenwereld en in de bedrijfsvoe
ring, tussen inkomsten uit het agra
risch bedrijf en die uit de recreatie. Het
zijn twee volstrekt verschillende za
ken", aldus Van Montfrans.
Vice-voorzitter W. J. Sanderse van de
CBTB West-Nederland trok aan het
slot van de studiedag enkele conclu
sies: in het buitengebied moet de land
bouw nummer één blijven: procedures
rond allerlei vergunningen moet een
voudiger; aankoop van natuurgebied
zonder het te kunnen onderhouden
leidt tot verloedering van het land
schap; ook de boer heeft een eigen ver
antwoordelijkheid ten aanzien van
landschap en milieu; misdragingen
van enkelen kunnen de hele groep in
diskrediet brengen. Sanderse vond dat
het inslaan van nieuwe wegen moge
lijk moet zijn. „Dat geldt voor de in
richting van het landschap, voor het
natuurlijk milieu en ook voor overleg
structuren".
ADVERTENTIE
Profiteer mee! Het tweede pak All kost u nu
maar de halve prijs. Lees op de achterkant
van het pak hoe u uw geld terugkrijgt. Doen!
X-.
Met de voeten onder de oksels van degene die volgt, ploeteren de cursisten bij de overlevingstraining gehuld in speciale
pakken heen en weer tussen het opblaasbare reddingsvlot en de 'survival capsule', een motorsloep met polyester
overkapping.
De niets vermoedende voorbijganger zou kunnen denken dat er druk
geoefend wordt voor een zeskamp of een stedenspel. De oranje sliert die
met enige regelmaat door het water van de Vlissingse Buitenhaven ploetert
heeft echter niets met enige vorm van volksvermaak, maar alles met de
serieuze zaak van lijfsbehoud te maken. De sliert wordt gevormd door
deelnemers aan het onderdeel 'overleven' van de veiligheidscursus die het
Maritiem Instituut De Ruyter in samenwerking met de Vlissingse brand
weer geeft aan werknemers uit de off-shorc. Gehuld in felgekleurde overle-
vingspakken voeren zij, bijgestaan door instructeurs, een aantal opdrach
ten uit. 'Overleven' is niet het enige onderdeel van de cursus. Deze wordt
gecompleteerd met de onderdelen 'brandbestrijding' en 'eerste hulp'. Totale
duur van de cursus: een week; kosten: 650 gulden per deelnemer voor de
eerste cursus en 1200 gulden voor de vervolgopleiding.
Het Maritiem Instituut in Vlissingen
werd in 1981 benaderd door Ocean
Wide Nautical Services met de vraag
of het instituut kans zag een veilig-
heidscursus samen te stellen ten be
hoeve van een maatschappij die zich
onder meer bezig houdt met het leg
gen van pijpleidingen voor uit Noord
zee gewonnen olie en gas. Het insti
tuut en met name onder-directeur
A, C. de Kubber, reageerde enthou
siast en binnen enkele maanden ging
de eerste cursus van start. Steun van
de rijksoverheid komt daarbij met
aan te pas. Alles wordt bekostigd uit
de opbrengst van de lesgelden. „In
deze tijden van bezuinigingen is het
vrijwel uitgesloten dat een school
geld krijgt voor een nieuwe oplei
ding. Bovendien zou dat allemaal te
lang hebben geduurd- Nu was het al
lemaal binnen een paar maanden ge
regeld", aldus de heer De Kubber.
'Een incidentele zaak' dacht men
eerst, maar de opleiding bleek aan te
slaan en sinds de eerste week is de
opleiding steeds volgeboekt. „We
hebben tot nu toe ongeveer 1500 op
leidingen afgerond", aldus de betrok
kenen.
De opleiding, behalve in Vlissingen
worden gelijksoortige cursussen ge
geven in Aberdeen, Stavanger en
Den Helder, is inmiddels erkend door
overheidsinstanties van verschillen
de landen. Belangrijkste daarvan is
Noorwegen dat hoge eisen stelt aan
bemanningen van booreilanden en
-schepen die op het Noors plat
werken. Veiligheidscertificaten zijn
daar een vereiste voor iedereen die
met de oliewinning zijn of haar brood
verdient. De Vlissingse cursus is af
gestemd op die eisen. Wat begon als
een incidentele zaak groeide in twee
jaar uit tot een volwaardige oplei
ding die erkenning vond in binnen-
en buitenland. Inmiddels heeft het
Mantiem Instituut werknemers van
96 bedrijven opgeleid.
De cursus valt in drie delen uit
een: overleven, brandbestrij
ding en eerste hulp. Met name bij die
laatste twee onderdelen is dc Vlis
singse brandweer nauw betrokken.
Bij de brandbestrijding spreekt dat
vanzelf, bij eerste hulp denkt men
eerder aan een dokter als leraar. De
Vlissingse brandweer verzorgt ech
ter ook de lessen reanimatie, waar
voor men over uitgebreide appara
tuur beschikt.
De deelnemers vormen een mengel
moes. niet alleen van nationaliteiten,
maar ook waar het de werkkring be
treft. Het meren deel werkt voor een
oliemaatschappij, maar ook werkne
mers van Dosbouw worden in Vlis
singen ingewijd in de geheimen van
het 'veiligheidsvak'. Zo ook de zes be
manningsleden van de Ostrea, het
schip dat de peilers voor de Ooster-
scheldedam op hun plaats zet Zij
zijn bijzonder te spreken over de in
tensieve manier waarop ze zijn aan
gepakt Afgepeigerd zijn ze na zo n
dagje oefenen op het brandweerter
rein aan de Buitenhaven. Ze hebben
met verschillende blusmiddelen
evenzovele verschillende soorten
branden geblust. Maar zijn het nu
volwaardige brandweerlieden gewor
den die tegen elke calamiteit zijn op
gewassen? „Nee", zegt D. G Murre,
ondercommandant van de Vlissingse
brandweer. „Nee", zeggen ook de zes
Dosbouwmensen. „maar je loopt nu
niet meer weg als er iets gebeurt. Je
weet nu watje het eerst moet doen en
je pakt de goede blusmiddelen" Uit
de reacties blijkt dat ook een dosis
angst is verdwenen door de oefening.
De martelgang dooreen veertigvoets
container vol rook. waar boyendien
allerlei gangetjes, kamertjes, deuren
en niveauverschillen zijn aange
bracht, is daar een goed voorbeeld
van. „Ik was best bang toen ik erin
moest met zo'n persluchtmasker op
m'n snufferd", vertelt een van de cur
sisten, „maar nu weet ik wat me in
zo'n geval te wachten staat en is de
angst ook weg".
Tijdens de oefeningen blijkt volgens
de heer Murre wel vaker dat iemand
bang is. Bij de oefening met de lek
kende flens bijvoorbeeld. „Dat is een
hele mooie", aldus de heer Murre.
„Dan spuit de brandende benzine
vaak meters omhoog. De enige ma
nier waarop je het uit kunt krijgen is
door de afsluiter dicht te draaien. En
dat is teamwork. Dat moet met vier
man gebeuren en ieder heeft z'n taak.
Dan blijkt op het laatste moment
nog wel eens dat iemand niet goed
durft". De cursisten zijn het erover
eens; de lekkende flens, dat was een
goeie.
Binnenkort wordt dc brandbe-
strijdingscursus uitgebreid met
een oefening voor de bestrijding van
een helicopterbrand. Brandweer en
Maritiem Instituut leggen deze
week de laatste hand aan een model
op ware grootte, bekleed met plaat
staal. „Hij hoeft niet te vliegen,
maar moet wel een tijdje meegaan"
is de overweging bij de materiaal
keuze. Vrijdag wordt het toestel
voor de eerste keer gebruikt en de
inventiviteit van de brandweer
staat er borg voor dat bijna elke
soort brand in de helicopter nage
bootst kan worden.
Bedrijven die hun werknemers een
cursus in Vlissingen willen laten vol
gen kunnen die geheel aflaten stem
men op de behoefte binnen het be
drijf. Waar mogelijk gaat de Vlis
singse brandweer eerst zelf een kijkje
lemen, zodat het oefenschema kan
worden aangepast.
Als het met de brandbestrijding
helemaal niet meer lukt en de
bemanning van het booreiland daar
door, of om welke reden dan ook. het
eiland moet verlaten, is de kans
groot dat zij in het koude water van
de Noordzee terecht komen. De kans
op overleven zonder enige uitrus
ting is nihil. Daarom hebben de
booreilanden zogenaamde overle-
vingspakken aan boord. Het aan
trekken van zo'n pak is één ding, je
er dan nog in bewegen weer iets heel
anders. Ook dat wordt de cursisten
in Vlissingen bijgebracht.
Het pak bestaat uit een overall van
kunststof met daaraan waterdicht
bevestigd een kap, schoenen en
handschoenen. Het geheel is fel-
oranje van kleur om de zichtbaarheid
van de drenkeling te vergroten. Op
kap en schouders zijn speciale strips
aangebracht die ervoor zorgen dat
degene die het pak draagt ook op ra
dar is te zien. Door de isolerende wer
king van het pak kan men het uren
uithouden in water van een paar gra
den en is het. zo blijkt uit de reactie
van de cursisten, zelfs in februari
goed toeven in het water van de Bui
tenhaven. De zes cursisten die die
mid dag wat onbeholpen door de ha
ven ploeteren zijn allen werknemers
van de oliemaatschappij MoblL Drie
Nederlanders, een Duitser en twee
Amerikanen uit de welbekende olie-
stad Dallas zijn onder begeleiding
van de instructeurs C. Wiessner en R.
Vermeulen druk in de weer. „Het is
erg belangrijk dat de mensen eens
met zo'n pak hebben gewerkt", aldus
Wiessner, „Door de training leren ze
de mogelijkheden en onmogelijkhe
den van zo'n pak kennen". De overle-
vingspakken kosten ongeveer 2000
gulden per stuk. Na twee tot drie
maanden moeten de pakken die bij
de cursus gebruikt worden alweer
worden vervangen. Het dagelijks ge
bruik zorgt voor een versnelde slijta
ge Maar veiligheid is niet te betalen,
zo redeneert men. Ook niet te leren,
blijkt uit een opmerking van een van
de organisatoren: „Veiligheid is een
geestesgesteldheid". Maar dan in het
Engels, zoals alle communicatie tij
dens de cursus in het Engels gaat.
Hans Verbeek
Het helicoptermodel in aanbouw. Vrydag wordt het model voor het eerst
gebruikt bij de oefening, waarbij met behulp van een leidingstelsel verschil
lende branden kunnen worden nagebootst.