SCHELDE verkeersdienst ieder schip mag de rivier op, tenzij staat. Een andere dienst dus en de pro blemen die daaruit voortvloeien zitten de belde heren behoorlijk dwars. Maar daarover straks meer Helemaal aan het emd van de Westha- vendam zitten met z'n tweeën, regelma tig afgewisseld door twee collega's van een andere ploeg. Op die vooruitge schoven post bijna op het vaarwater, werken ze nagenoeg tussen de schepen. En Nico van der Meer voelt dat ook wel een beetje zo: „Zodra je contact hebt met een schip, dan sta je als het ware aan boord. Natuurlijk hebben de kapi tein en de loods wel de verantwoorde lijkheid, maar ze zyn daarbij afhanke lijk van de adviezen die je geeft" Nu is het helemaal niet zo vreemd dat Van der Meer dat voelt, want hij heeft net zoals Anthonisse jarenlang op de bin nenvaart gezeten en weet dus wel iets van het klappen van de zweep Meteen al uit het contact dat Van der Meer via de marifoon met de schepen heeft, blijkt dat er sprake is van een zekere gemoedelijkheid. Niet zelden kent hij de schippers met naam en toe naam en kennen de schippers hem. Die gemoedelijke sfeer wil niet zeggen dat er zo maar wat aan gerommeld wordt. Hij is zich er terdege van bewust dat er heel wat belangen op het spel staan. „Het komt vaak genoeg voor dat er een binnenschip in dichte mist langskomt, zonder radar. Zo'n schipper vraagt dan of hij goed gaat en verlaat zich helemaal op Jouw antwoord. Dat moet hij ook wel, want zelf ziet hij soms niet eens zijn voorsteven. En hij heeft wel vrouw en kind in het vooronder zitten. Dan sta je wel eens met het water in je handen" „Maar", zo voegt hij er aan toe, „in je eentje doe je niets. Ze moeten op de schepen wel hun medewerking geven, anders kun je wel op het dak gaan zit ten". Formeel geven de mensen van de verkeersposten alleen maar adviezen. De beslissingen zijn voor de loods en de kapitein. En het gebeurt ook wel eens dat een schipper het vaarwater over wil steken, tegen een advies van de post in. Maar dan klinkt het vaak genoeg over de marifoon, 'hé. heb je die schuit ach ter je ook gezien?' En dan blijkt dat er een of ander groot zeeschip achterop is gekomen waar die schipper nog geen erg in had gehad. Dat is ook het voor deel van de verkeersposten; die hebben een totaal-overzicht. Nico van der Meer zou het verschrikkelijk vinden als er in het blok Hansweert een aanvaring ge beurt: „Dan is de reactie die we keer op keer te horen krijgen: 'Jullie zaten er toch met je neus bovenop' Nee. het mooiste vind ik het, als we iemand met z'n schip van een zandplaat af kunnen praten". bijspringen Van der Meer en Antbonisse kunnen erg goed met elkaar opschieten. Ze hebben aan een half woord genoeg om elkaar te begrijpen. En dat is vaak ge noeg maar goed ook. Somds is het een kakafonie van stemmen die elkaar op de marifoon toeroepen. Het ene schip na het andere meldt zich en allemaal hebben ze haast. Dan gebeurt het ook wel eens dat Anthonisse Van der Meer bijspringt, of omgedraaid. Maar dat mag dus feitelijk niet. Want, zoals ge zegd, Anthonisse is van een andere dienst. Hij is van rijkswaterstaat en mag zich formeel alleen maar met het kanaal door Zuid-Beveland en de slui zen bemoeien. Op 1 maart 1982 is dat allemaal zo begonnen, zeer tot verdriet rené schrier van de mensen in Hansweert. Vóór die tijd stonden ze allemaal onder rijks waterstaat. maar daarna viel een aan tal onder DGSM. Vóór 1 maart 1982 mochten ze wel el- kaars werk doen, nu moeten ze ieder op een apart radio-kanaal met de schip pers communiceren. Van der Meer: „Die schippers krijgen er wat van als ze steeds moeten omschakelen. Het werk vloeit gewoon in elkaar over Als ie mand het vaarwater moet oversteken moet ik kijken of er niet toevallig 10 schepen uit het kanaal komen zetten. Maar dat is juist weer de afdeling van Anthonisse". Het woord 'flauwekul' komt niet uit zijn mond. maar die om schrijving past volgens Van der Meer wel. En dan te bedenken dat Hansweert als enige met die scheiding zit. Maar er zijn meer ongenoegens. Bij voorbeeld het feit dat de Roeierswacht in Vlissingen en de verkeerspost Hans weert beide op marifoonkanaal 14 zit ten. Dat betekent dat ze elkaar regel matig overstemmen en een het onder spit moet delven, zodat er opnieuw aan de schipper gevraagd moet worden wat die zei. Ieder blok een eigen kanaal, dat is het gemakkelijkst, volgens Van der Meer. Daar komt nog eens bij dat de veerboten van Kruinmgen-Perkpolder (op zijn minst vaste klanten op de Wes terschelde te noemen) weer wél een ei gen apart kanaal hebben. Terwijl die nu PZC/zaterdagkrant 17 De verkeersdienst Westerschel- de bestaat uit de voormalige Tijkshavendienst (radardienst) van het voormalige loodsivezen. Er werken 70 personen bij de ver keersdienst Westerschelde. Aan het hoofd staat A. Hartog met als plaatsvervanger R van der Werff. De taak van de verkeersdienst is het vlot en veilig afwikkelen van het scheepvaartverkeer op de Wes terschelde. (Op de Oosterschelde houdt rijkswaterstaat nog wel een oogje in het zeil). Het scheepvaartgebeuren op de Westerschelde was betrokken bij een ingrijpende nationale maritie me reorganisatie die op 1 maart 1982 haar beslag kreeg Sinds die tijd functioneert het Directoraat Generaal Scheepvaart en Maritie me zaken (DGSM). De hoofddoel stellingen van DGSM zijn: zorgen voor de niet-militaire vei ligheid en voor de milieu-vriende lijkheid van de scheepvaart, het bevorderen van de bijdrage van de scheepvaart aan de econo mische ontwikkeling en aan de so ciale ontwikkeling en het bijdragen aan de defensiever- plichtingen in tijd van oorlog en on der buitengewone omstandighe den. Onder de directeur-generaal van DGSM vallen twee hoofddirecties, want er mag dan op 1 maart van het vorig jaar veel veranderd zijn, een omvangrijke ambtelijke struc tuur is het gebleven. Die twee hoofddirecties hetenhoofddirectie scheepvaartverkeer (HDSV) en hoofddirectie scheepvaartpolitiek HDSPInde HDSV zitten in grote lijnen het voormalig rijkslooQswe- zen en de betrokken onderdelen van rijkswaterstaat, te weten de di recties loodswezen en scheepvaart verkeer, materieel en logsitiek en vier maritieme districten, waaron der het Zeeuwse maritiem district Scheldemond. En al zijn we al heel wat stapjes op de lange ladder van het Nederland se maritieme gebeuren afgedaald: er zijn er nog meer. Het maritiem district Scheldemondkannamelijk weer verdeeld worden in de afde ling scheepvaartzaken en de afde ling materiele zaken. De afdeling scheepvaartzaken bestaat vervol gens weer uit drie aparte gelijk waardige diensten: de loodsdienst. de vaarwegmarkeringsdienst en de verkeersdienst Westerschel de. juist voor het gemak het beste op het zelfde kanaal als Hansweert zouden kunnen zitten. En dan is er nog iets waar Van der Meer - overigens een vlotte prater als het over zijn werk gaat - grijze haren van krijgt. Dat zijn in de zomermaanden de ple ziervaartuigen: „Dan vraagje, waar ga je naar toe? en dan is het antwoord: Vlissingen. Maar mooi dat ze dwars door het hoofdvaarwater richting Antr werpen tuffen. Het gebeurt wel eens dat ik een praatje met die lui maak en dan vraag ik of ik hun kaart mag zien. Dan zie je twee verbaasde ogen. een kaart? Die hebben ze dan helemaal niet. Nee wat die jachten betreft, daar heb je maar twee categorieën in; een groep he le goede en een groep hele slechte. Een tussengroep bestaat niet" Wat die pleziervaartuigen betreft, daar is ri viermeester Ko Pckaar van de RHD 87 (ofwel Avesant) het roerend mee eens. Samen met gezagvoerder A. E. M. van Bom, bootsman P. C. Baaij en machinist C. F. Wieland, behoort Pe- kaar tot een van de ploegen die de twee patrouilleschepen van de verkeers dienst bemannen. Hun werkgebied is de gehele Westerschelde, omdat de Avesant en de Stuvesant meestal om de beurt varen. De taak van de beman ning is sinds de verandering van de dienst op 1 maart 1982 niet veel gewij zigd. Het blijft voornamelijk patrouil leren op de Westerschelde, met alle bij komende klusjes. Over het algemeen wordt er niet nega tief gedacht over DGSM. Pekaar. ,,In het begin waren we wel wat bang om naar DGSM te gaan. Er waren er die zeiden dat we beter bij rijkswaterstaat konden blijven. Zo'n nieuwe dienst, dat zou toch niks worden, zeiden ze. Maar dat valt allemaal best mee". Pekaar ziet zijn werk als dat van een wegenwacht op het water. Net zoals Van der Meer in Hansweert is hij een fervent voorstander van een goed con tact en een goede verstandhouding met de schippers. „Als je er gelijk met de botte bijl op los gaat, dan pest je daar een ander alleen maar mee. Je hebt el kaar op het water toch gewoon nodig". Het wil wel eens gebeuren dat ze hem bijvoorbeeld bij de controle van een tanker iets wijs proberen te maken, maar dan gaat Pekaar alleen maar la chen. Hij heeft zelf jaren op een tanker gevaren, dus hij weet heus wel wat er aan de hand is. Naast het controleren of alles in orde is op de schepen - met name wat de lading betreft - houdt de riviermeester aan boord van de patrouilleschepen een oogje in het zeil bij de scheepvaartbe wegingen. Dat zijn er jaarlijks op de Westerschelde tegen de 100.000 alles (veerboten, visserijvaartuigen, bin nenvaart en zeevaart) meegerekend. Een andere taak is het begeleiden van gevaarlijke schepen en optreden als er wat gebeurt, bijvoorbeeld een aanva ring of een schip dat vast loopt. Een beetje een politietaak dus, die er in gro te lijnen op neerkomt dat het scheep vaartverkeer geregeld moet worden. Het werk is erg afwisselend, zoals op die dinsdag dat het cementschip Donckey bij Hansweert zonk. De Avesant was rond een uur of acht 's morgens vertrok ken van Hansweert. richting Everin- gen. Het was een rustig tochtje zonder moeilijkheden, zodat Pekaar op zijn ge mak over zijn werk kon vertellen. Ter hoogte van Temeuzen kwam echter de melding binnen dat de cementspits was omgeslagen en dus was het rechtsom keert naar Hansweert. Nu is het echter niet zo dat de Avesant dan plotseling de boeg opricht en wegspuit Dat kunnen we wel vergeten. De topsnelheid van het schip is zo'n 20 kilometer per uur of in scheepvaarttermen 11 mijl. Eer dat het schip in Hansweert was, lag de Donckey al lang in een zijhaven op zijn kop en kon de Avesant alleen nog maar blijk geven van een gezonde belangstel ling. Een beetje vreemd eigenlijk, na al le verhalen in Vlissingen en Hansweert over het snel en regelend optreden bij de afhandeling van het scheepvaartver keer. Als er zich calamiteiten voordoen dan is het maar te hopen dat een van de patrouillevaartuigen toevallig in de buurt is. Toch zijn Pekaar en Van Bom niet ontevreden over het schip. Alleen zouden ze er nog graag een zogenaamde schrijver bij willen hebben. Dat is een apparaat dat bij een dieptepeiling de gesteldheid van de bodem op tekening vastlegt. Nu moeten ze het doen met een 'vonker', waarop de diepte alleen maar afgelezen kan worden. Maar er zal wel, zo luidt de verwachting aan boord, geen geld meer voor zijn, dat is ondertussen natuurlijk al lang in de Oosterscheldewerken verdwenen. Zoals gezegd, Pekaar is niet ontevre den. Hij doet zijn werk graag en zoals het er nu uitziet zal hij dat ook nog wel enige tijd blijven doen. „Het is zoals Nico van der Meer vertelt, er moet op gepaste tijd ruimte zijn voor een gein tje. Je kunt wel gaan zwaaien met pro cessen verbaal, maar iedereen kan wel eens een fout maken". Foto's: Lex de Meester IflftTERPAG 15 JANUARI 1983 et is wel eens voorgekomen, zo weet men aan boord van het patrouillevaartuig Avesant van de verkeersdienst Westerschelde te vertellen, dat een schip op een zandplaat liep. Toen de "h manning van de Avesant een kijkje kwam nemen, was er aan boord van het omhooggelopen thip geen mens te zien. Pas bij een nader onderzoek bleek de bemanning zich verzameld te ebben in de kombuis. Daar zaten de heren met de gordijntjes dicht en rode hoofden naar een imo-filmpje te kijken. En dat het schip op een plaat vast zat, ach dat was van later zorg. ent »r alle duidelijkheid, dit voorval üjnt niet tot de alledaagse verschijn- len op de Westerschelde te horen. gesproken houden de heren Juurlui zich keurig aan de regels en Br» anoeuvrercn zij hun schepen behoed- tussen de groene en rode lichtjes, werden daarbij nauwlettend in de |rBèien gehouden door mensen van de Sipkeersdienst Westerschelde. Vanaf posten in Vlissingen, Temeuzen, nsweert en v anaf de twee patrouille- tnéiruiigen staat het scheepvaartver- ivaak met behulp van radar) onder ortdurende controle. Dag en nacht, n vlotte en veilige afwikkeling van scheepvaartverkeer op de Wester- le. Die term wordt op verschillen- niveaus nogal eens gebruikt om uit ;n wat de verkeersdienst Wester- ide doet. Het hoofd van die dienst. ig, voegt daar aan toe dat dat tornt op het voeren van een toela- sbeleid voor schepen op de Wester- •1de, de verkeersplanning, de ver- igeling en de verkeerscontrole, even doet hij het voorkomen alsof .allemaal niet zo streng geregeld is: der schip mag de Westerschelde op, 4 En dan komt het, Een heel Je met beperkende maatregelen, aruit blijkt dat er toch nogal wat it kijken voor een schip de zeearm g opvaren. Wat de Nederlandse ha ns betreft worden er eisen genoeg ge- Vooral aan de zogenaamde ver- mingschepen, de LPG-tankers. Die len een hele controle-lijst doorlo- voordat toestemming wordt ver- i om de Westerschelde op te sto- En die lijst is voor alle Nederland havens hetzelfde. Maar dan komt het emde in deze situatie. Als hetzelfde ïpnaar een Belgische haven wil, dan Egde verkeersdienst géén voorwaar- istellen. Er wordt over deze zaak wel erleg gevoerd met België, maar nog tmand kan zeggen wanneer dat resul- itzal opleveren. irtog: „In principe krijgen we van alle hepen alle noodzakelijke informatie oor. We hebben gewoon te maken met i scherpe wetgeving, die we evenwel epelmoeten kunnen toepassen". Wat gevaarlijke stoffen betreft doet de rkeersdienst er alles aan om bij te liven. Zo volgen momenteel 6 man specialistische cursus over die stof- o En natuurlijk bevinden zich op de itrouilleboten van de dienst, de Ave- at(Hansweert) en Stuvesant (Vlissin- mensen die de schepen regelmatig Kroleren Zij bekijken niet alleen of t gegevens juist zijn opgegeven, ar zij letten ook op de toestand van schepen. Als iets niet in orde lijkt wit dat onmiddellijk doorgegeven ode scheepvaartinspectie, "tog: „Eigenlijk klinkt onze taak te- Htstrijdig: het scheepvaartverkeer "I en veilig afhandelen. We moeten roberen tussen die twee begrippen te iddelen. Wij moeten ook economisch «denken. Onze dienst is er niet om 'schepen te vertragen of om bepaal- thavens te benadelen". En hoe goed Isrtog met zijn medewerkers ook zijn Kt doet, wat hem betreft staat één (tiling centraal; De meest veilige ri- «is een rivier zonder schepen. wacht. De hoofdverkeersleider zit nog op de bovenste verdiëping van het ge bouw met een riant uitzicht over het blauwe sop. De mensen die verder voor de begeleiding van een schip zorgen zit ten daar een vloer onder. Een van hen is de communicatie-ambtenaar. Die maakt van alle ETA's een papieren strip. Dat is een smalle strook papier waarop de gegevens van een schip staan die voor de verkeersdienst van belang zijn. Zodra deze ambtenaar doorkrijgt dat het schip 'beloodst' is gaat de strip naar de verkeersdienst- ambtenaar. Die legt de strip op een groot bord dat is verdeeld in kleinere vakken. Ieder vak stelt een zogenaamd blok van de Westerschelde voor. De ver keerspost Vlissingen heeft een apart blok, Temeuzen heeft er een. Hans weert een en Zandvliet een. Iedere post wordt geacht de scheepvaart in zijn blok te begeleiden. Uit regelmatig ra diocontact met de schepen krijgt de verkeersdienst-ambtenaar te horen waar de schepen zich bevinden. Steeds als een schip een bepaald blok verlaten heeft, verhuist de strip naar een vol gend blok. Op die manier is in één oog opslag te zien waar welk schip zich be vindt op de Westerschelde. Een zelfde handelswijze wordt in Temeuzen en Hansweert gevolgd. Voor schepen die uit Antwerpen komen wordt de omge keerde volgorde doorlopen. De mensen in de Roeierswacht (dat is overigens een historische naam die niets meer met de huidige werkzaam heden te maken beeft) hebben nogal wat taken. Ze moeten niet alléén de in- en uitgaande schepen registreren en doorgeven aan de instanties die met die informatie aan de slag moeten. Er is ook het werk dat op iedere regiopost verricht moet worden, namelijk het per radar volgen van het scheepvaart verkeer. Daarnaast wordt in de Vlissingse Roeierswacht ook het lichtschip Noordhinder in de gaten gehouden. Sinds enige tijd is dat schip onbemand op de Noordzee. Via een scherm is in Vlissingen exact te zien waar de Noord- hinder zich bevindt en als het te ver uit koers loopt, wordt vanuit de Roeiers wacht ingegrepen. Op' een paneel met lampjes staat precies wat er op de Noordhinder aan de hand is. Als er ma chinepech is gaat er een lampje bran den. Is er een drenkeling aan boord ge klommen dan gaat er een lampje bran den. Drenkelingen kunnen zich ook via een rechtstreekse verbinding melden bij de Roeierswacht, zodat een red dingsactie op touw gezet kan worden Een andere taak is het doorgeven van een scheepvaartbencht, ieder uur. met daarin informatie over bijvoorbeeld wind- en stroomsnelheid en andere bij zonderheden die zich op de Wester schelde voordoen. Dat doen ook Ter- neuzen, Hansweert en Zandvliet. Verder worden alle gesprekken via de marifoon (scheepsradio) gevoerd wor den met een bandrecorder opgenomen. Die banden worden geruime tijd be waard, zodat ze gebruikt kunnen wor den als zich op de Westerschelde bijzon derheden hebben voorgedaan, bijvoor beeld een aanvaring. Een verzekerings maatschappij of de rechter kunnen voor de juridische afwikkeling van de zaak een beroep op die banden doen. verkeerspost Na Vlissingen komt voor het scheep vaartverkeer dat de Westerschelde op vaart, de verkeerspost Temeuzen. Ver volgens de post Hansweert en tenslot te de Belgische post Zandvliet. Deze laatste post houdt eveneens voor een bepaald deel van de Westerschelde de scheepvaart in de gaten en gebruikt daarbij de gegevens die via een straal verbinding worden doorgeseind vanaf de onbemande walradarposten Waar de en Saeftinge. Een van de mensen die op zo'n ver keerspost werken is Nico van der Meer uit Kruiningen. Samen met zijn collega Rinus Anthonisse van rijkswaterstaat brengt hij zijn werktijd door op de post Hansweert. Z'n taak is het begeleiden van de scheepvaart in het blok Hans weert van de Westerschelde. Zijn colle ga Anthonisse houdt het kanaal door Zuid-Beveland in de gaten en dan voor al de schepen die in- en uit de sluizen van Hansweert komen. Maar zoals ge zegd: Anthonisse is van rijkswater wierswacht ingen zit, in het gebouw de Merswacht aan de Boulevard, de öfdverkeersleider van de dienst. eet wordt alle informatie van de sche- i verzameld en verwerkt. De bal gaat nbet rollen met een melding van een ap dat zich nog op de Noordzee be- 4 De kapitein van zo'n schip ver baan de hoofdverkeersleider van de ®st dat hij van plan is de Wester- «lde op te varen en geeft de verwach- aankomsttijd door. Zo'n melding van a kapitein wordt een ETA-bericht ge told (ETA is expected time of arrival) I Koet uiterlijk 4 uur voor de aan- ®st van het schip op Vlissingen rede, toen zijn. Die 4 uur moet de mensen 111 de wal de gelegenheid geven om de ^bereidingen te treffen om het schip 0 %over de Westerschelde te loodsen. 815het waarschuwen van alle betrok ken. het optrommelen van een loods Eetregelen van een boot die de loods vervoeren. «alleen de begeleiding van een schip II trapsgewijs, dat is ook het geval 1de werkzaamheden in de Roeiers-

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1983 | | pagina 19