het deed me goed te zien dat 't publiek zich geneerde ALLES LIEVER DAN DIT HEDEN GERRITKOMRIJ \hoe laat begint het schilderij? léon de winter tentoonstelling - gertjan evenhuis in vlissingen 'de mooiste zijn het open- en van het doek' VRIJDAG 14 JANUARI 1983 PZC/kunst/cultuur 17 (Van ome kunstredactie) Er is - na tijden - weer een toneelproduktie in omloop die 'een datum in theater' genoemd wordt. Gerrit Komrij schreef in opdracht van Globe 'Het Chemisch Huwelijk'. Hij baseerde het op 'Die Wahlverwandtschaften' van Goethe (1809). Daarin wordt het proces van elkaar aan trekken en afweren tussen twee mannen en twee vrouwen vergeleken met een chemisch proces. Komrij koos voor vier mannen: een graaf en zijn vriend, een jeugdvriend van de laatste en een zoon van de graaf. Dan is er nog een bediende, die buiten de verhoudingen tussen de vier mannen staat, maar daar wel het nodige commentaar op levert. Globe bracht 'Het Chemisch Huwelijk' vorige maand in première en de reacties waren vrijwel zonder uitzondering posi tief. Er wordt bij herhaling gesproken van een historisch gebeuren in de Ne derlandse toneelwereld. In 'Pierewaaien' van Tom Stoppard, dat bij Toneelgroep Theater op 1 ja nuari in de Arnhemse schouwburg in première ging. vervult Komrij de rol van vertaler. Hier gaat het in tegen stelling lot zijn eigen stuk om een ech te komedie. Een bediende en zijn leer jongen gaan de bloemetjes buiten zet tenen lopen tot hun niet geringe verba zing in de armen van hun baas, die juist dezelfde avond had uitgekozen om aan de boemel te gaan. Een algehele ge daanteverwisseling is het gevolg. Komrij: ..Het is natuuriyk prettig, dat men begrepen heeft, waar mijn stuk om draait. Maar ook de reacties van het pu bliek geven me geen reden tot klagen. Tenslotte verwacht men van mij waar schijnlijk ook scherts en satire. Wat réén Jdtjgt voortgezet is drieëneenhalf uur drama, verbeeld door vijf personen. Het deed me goed, te merken, dat er vele momenten waren waarop het pu bliek zich geneerde om in kuch- en ro chelsalvo's los te barsten. Ze waren dus geboeid". VLISSINGEN - In het stedelijk mu seum aan het Beilamypark te Vlissin gen wordt morgen - zaterdag - om twee uur de tentoonstelling van Gert- jui Evenhuis geopend. Evenhuis woont in Vlissingen en stu deerde in '80 af aan de academie Sintr Joost te Breda in de richting audio-vi- suele technieken en fotografie. In '80 had hij een tentoonstelling in ga lerie Perspektief in Rotterdam en in '81 een driemans expositie in de Jürgen textielfabriek te Tilburg. Half februari is in Bordeaux een ten toonstelling van deze kunstenaar ge pland met als thema Avant-garde foto grafie'. Centraal in deze tentoonstelling staat een gipsbeeld, een afgietsel van de kun stenaar zelf. gezeten op een stoel in de verduisterde ruimte van Bellamy 19. De openingsperformance is niet in het museumgebouw, maar wordt - 14.00 uur - gehouden in de jeugdherberg Scheldestroom aan de Hellebardier- straat (hoek Breestraatj. - Wat is voor een auteur, die zijn eerste toneelstuk ziet opvoeren de belangrijk ste sensatie? „De mooiste momenten zijn toch het open en dicht gaan van het doek. Tus sen die twee momenten voltrekt zich een ontroerend spel. Toen ik ernaar keek zag ik, hoe hecht de compositie is en voelde ik me een vreemde, die uit een perfect gesloten kring gestoten is". „Je schept - snorkend gezegd - een theatrale ruimte in je hoofd. Door de eerste opvoering van het stuk is dat beeld terstond verzwolgen. Het ab stracte idee valt dan samen met het concrete. De manier waarop regisseur Rijnders en de spelers bet een en ander hebben vorm gegeven is moeilijk te overtreffen Door de betrokkenheid van spelers, regisseur en ontwerper Paul Gallis heeft er van het begin af aan een magie op het stuk gerust. Tot de diep ste draad hebben zy er met elkaar aan gewerkt. Er is zelfs geen komma aan veranderd. Emotioneel is het een hele gebeurtenis als er zoiets van jezelf wordt opgevoerd". - Bevindt een schrijver zich niet in een merkwaardig spanningsveld als hij in dezelfde periode bezig is met het verta len van de komedie 'Pierewaaien' en het schrijven van het drama 'Het Che misch Huwelijk „Ik werk graag in tegenstellingen zo als het tegel i jkertijd bezig zijn met een volstrekt treurige gedichtencyclus en een hoofdstuk van een kolderieke ro man. Op die manier kan ik ook altijd op de vlucht zijn voor hen, die me wil len vastpinnen. Als ze denken, dat je eindelijk serieus bent geworden ver nietig ik die gedachte weer. Het werkt ontregelend en dat is mijn lust en mijn leven". - 'Pierewaaien' is van de Engelsman Tom Stoppard. Moet je er als Neder lands vertaler dikwijls een speciale draai aan geven om het ook voor ons leuk te houden? „Om te beginnen ben Ik geen vriend van de klompenleut, die bij ons voor geestig wordt aangezien. De Engels man is verzot op woordspelingen. Wij doen dat ook wel. maar voornamelijk in carnavalsliederen en dan in obscene zin. Ik houd niet zo van woordspelin gen. Als vertaler zitje dus met de moei lijkheid het toch aanvaardbaar weer te geven. Ik ben op die punten dus ver plicht, van de tekst af te wijken. Dat is voor een gewetensvol vertaler een pijn lijk moment". „Derderangs dichters uiten hun creati viteit juist en vooral in vertalingen. Zij zullen het origineel wel eens even verbe teren. Ik ga echter van het standpunt uit, dat ik me hoor te gedragen als de dienaar van de auteur". - Zijn er contacten geweest met Stop pard? „Nee, ik heb hem niet gesproken. Ove rigens kan je vaak beter te maken heb ben met dooie fiuteurs."Die kan je ten minste nog eens wat in hun schoenen schuiven, zonder dat je kritiek hoeft te verwachten. Levende auteurs, die het om wat voor reden ook niet eens zijn met jouw bewerking gedragen zich soms als ijdele ouwe wijven. Ik heb met de produktie van 'Pierewaaien' bij Theater toneel geen bemoeienis gehad. Ik weet alleen, dat de vertaling heel bruikbaar blijkt te zijn. Maar ik ga wel kijken, wat ze ervan gemaakt hebben". - Gaf het feit, dat Stoppard zich baseer de op 'Nestroy' een vrijbrief om eigen interpretaties in te voegen? „Stoppard heeft 'Nestroy' onbe schaamd geplunderd. Zodoende kon ik me ook wat vrijer opstellen en voor bru talere oplossingen kiezen". „Als ik met een komedie bezig ben zit ik nooit te lachen. Het vertalen van rela- tiegeleuter - een driehoeksverhouding bijvoorbeeld - is veel eenvoudiger, dan het goed weergeven van toegespitste taal, die humor altijd is. Timing en nog eens timing is het devies. Je bouwt je eigen timing er bij in. En dan maar ho pen, dat de spelers de hoogte en de val van de toon ook zo aanvoelen". vertalen „Als een stuk mis gaat ligt het aan de schrijver, als het goed gaat aan de ver taler,.. Als ik niet zou kunnen vertalen, dan kan niemand het. Dat is geen valse bescheidenheid en ik twijfel heus wel eens. Maar een mens is voorzichtiger met zijn eigen kinderen dan met die van een ander. Ik maak me niet zo druk achteraf. Als het af is is het af. Het gaat bij vertalingen tenslotte om koekoek seieren en die kan je toch niet je hele leven met je mee torsen". „Ik doe het ook om den brode Het is geen schande als een schrijver in leven probeert te blijven. Maar daar komt bij, dat ik vertalen voor toneel heel stimule rend vind. Er duiken steeds nieuwe pro blemen bij op. Als ik er met de pet naar zou gooien en een slechte vertaling zou afleveren dan heeft dat direct zijn weer slag op mijn andere literaire werk". - Vertalen is dus literair werk? „Als je een goed schrijver bent kan je een goed vertaler zijn. Maar het is wel een vak apart. B$n je een. slecht schrij ver dan lijken alle vertalingen op elkaar omdat slechte schrijvers zoals ik al eer der zei daar hun creativiteit in proberen af te reageren. Het wordt dan één pot nat". „Mensen zijn het veel eerder eens over wat treurig is dan over wat humoris tisch is. Wat er in Nederland aan caba ret wordt gedaan is op enkele uitzonde ringen na heel droevig van kwaliteit. Mensen lachen dierlijk om dingen, die niet echt leuk zijn. Ik voel me soms als vechter tegen de bierkaai. De zielloze leegheid heerst overal. Ik probeer me nog met de laatste beetjes menselijk heid te bemoeien. Ik schud de laatste resten op van een gevoelloze wereld". - Een moedeloos man? „Soms wel een beetje. Als je maar niet echt verbitterd raakt. Ik ben af en toe wel cynisch, maar dat is maar een stuk je van me. Dat moet af en toe ook. Ik ben echter geen teleurgesteld mens maar ook bepaald niet hoopvol ge stemd over onze samenleving" „Ja, mensen reageren op wat ik schrijf. Ze willen iets verwoord zien wat ze zeil eigenlijk al wisten. Ik ben degeen, die het verwoord. Maar tegelijkertijd ben ik er niet op uit om mensen te bekeren". - Voel je je wel eens bedreigd? „Dat hangt er vanaf, hoe je je voelt. Wie zich bedreigd voelt wordt altijd, zijn hele leven bedreigd. Afgezien hiervan is het vervelend, te zien. dat er zo veel akelig extremisme de kop opsteekt in de maatschappij. Hel komt, vrees ik. tot uitbarstingen. Het Nederlandse volk is erg onverdraagzaanm al heb ben we niet die naam. Dat is schijn. Ons land is opgedeeld in honderden sectes en belangengroeperingen. Het houdt elkaar een beetje in evenwicht, maar in feite is het een vulkaanland schap waarin we leven. Het kan elk moment ergens tot een uitbarsting ko men". Het Chemisch Huwelijk speelt vrijdag 28 januari in de schouwburg te Middelburg (20.00 uur). Voor 'Pierewaaien' gelden dezelfde plaats en dezelfde tijd maar een andere datum: maandag 28 februari. (Door Chris Kijne) Hoe laat begint het schilderij?" is de titel van wat door de AVRO wordt omschreven als een informatief kinderprogramma, dat de komende zes weken iedere zondagmiddag wordt uitgezonden. Zoals de titel al doet ver moeden, wordt in de serie een poging gedaan kinderen van rond de tien jaar te interesseren voor beeldende kunst in het algemeen en schilderijen in het bijzonder. Uitgangspunt van de makers is daarbij dat beeldende kunst te veel de bijklank heeft van Iets verhevens, van iets dat bulten de dagelijkse werkelijkheid C Daarom komen veel mensen, en zeker kinderen, er niet toe naar musea 8 te gaan of zich met kunst bezig te hou- tf, °en- In de serie wordt voortdurend ge- n probeerd het verband duidelijk te ma il tussen kunst, bijvoorbeeld afbeel- J dingen op een schilderij, en de dagelijk- 3 se werkelijkheid van kinderen. A Wanneer op die manier de eerste inte- j j*®®® van kijkende kinderen is gewekt. Jfi beoogt het programma verder kinderen 0 te leren kijken naar kunst. Bumy Bos. C een van de samenstellers en presenta- J tor van „Het schilderij": „Het is beslist niet de bedoeling dat we allerlei feiten 5 aandragen die kinderen moeten ont- 1 nouden. Wanneer wij het bijvoorbeeld 0ver Van Gogh hebben, noemen we die wel even, maar dat mag best weer ver geten worden. Dat is alleen maar inte ressant voor de handel, niet voor de wandel. Het gaat ons erom dat kinde ren leren met andere ogen naar kunst te kijken. Wanneer ze dan vanuit zichzelf meer over een bepaalde schilder of school willen weten, zijn er wel andere methoden om daar achter te komen". verrassing Om die reden is de figuur van Bumy Bos als presentator ook bewust zo ge construeerd dat zijn eigen interesse en verrassing bij het zien van kunstwer ken leidraad is voor het programma. In de eerste uitzendingen is daartoe vooral aangesloten bij motieven van schilders uit verschillende scholen om een bepaalde stijl te gebruiken of be paalde voorstellingen te maken, en wordt de relatie gelegd met motieven die aan het eigen gedrag van kinderen ten grondslag liggen. Later, wanneer de schilders in surrealistische en abstracte scholen wel meer afstand nemen van de werkelijkheid, wordt bijvoorbeeld aan geknoopt bij het materiaal dat ze ge bruiken en dingen die kinderen daar mee doen. De ene keer lukt het overigens beter dan de andere om de relatie met de we. Daarnaast is er wel een zekere kunst historische lijn aangebracht, van krot- schilderingen via impressionisme naar expressionisme, surrealisme en ten slotte abstracte kunst, maar voor op staat de kijkende kinderen via het tonen van de relatie tussen schilderij en en de omgeving waar ze uit voort kwamen Ieren te kijken naar kunst als iets gewoons dat je mooi vindt of niet reld van kinderen tot stand te brengen, zoals de makers zelf toegeven. Wat dat betreft is aan de serie af te zien dat er eigenlijk nauwelijks voorbeeldmate riaal was. In Nederland helemaal niet en in het buitenland ook weinig, zodat de creativiteit van de programmama kers zwaar aangesproken moest wor den. Een ander bezwaar Is dat toch nog erg veel informatie per aflevering van 25 minuten wordt toegediend. Ook daar aan viel bij zo'n eerste keer moeilijk te ontkomen en de hoop bestaat bij de sa menstellers, naast Burny Bos. Jan Kel der, Henk Renou, en Dan Golberdinge, dat zij volgend jaar verder kunnen gaan met de serie, zodat dan op bepaal de details dieper ingegaan kan wor den. Voorlopig zy n ze al biy dat het gelukt is de zes afleveringen op zes achtereenvol gende zondagmiddagen uit te zenden. Omdat de AVRO niet Iedere zondag zendtijd heeft, en het gezien de ontoe- gankeiykheld van het programma raadzaam leek de programma's met een hoge frekwentie uit te zenden, is driftig met zendtyd geruild om zes op eenvolgende zondagen vry te maken. Per uitzending worden de kijkende kinderen tenslotte opgeroepen om hun visie op een gegeven thema, aanslui tend bij het onderwerp van dat pro gramma. uit te beelden. Deze inzendin gen zullen gebruikt worden in een ze vende deel van de serie. Ook proberen de samenstellers van „Hoe laat begint het schilderij?" een expositie samen te stellen waar de hele serie samen met het ingezonden werk te zien zal zijn. Of dat lukt, is echter nog niet zeker. IZondag Ned. 1.16.05 uur). Het jongerencentrum Midgard in Middelburg houdt volgende week een evenementencyclus die is opgebouwd rond het werk van Léon de Winter. 'Ernstige literatuur'. Zo noemde Tom van Deel in 1978 het, toen nog beperkte, oeuvre van de Joods-Ne derlandse schrijver Leon de Winter. Ernstige literatuur, dat is literatunr waarin wordt nagedacht over de werkelijkheid. JLeon de Winter stelt nogal expliciet die verhouding tus sen ik en de wereld problematisch", schreef hij in Trouw van 24 juni van dat jaar. Van Deel kwam tot deze kwalificatie naar aanleiding van de roman 'De (ver)wording van de jongere Dürer', het tweede boek dat De Winter schreef en waarvoor hy een jaar later de Reina Prinsen Geerligsprijs kreeg. In 'De (ver(wording' confron teert hy zyn lezers met de negentien jarige werkloze jongere Dürer, die na twee maanden gevangenis op weg Is naar huis en dan plotseling bemerkt dat de wereld om hem heen tot een onsamenhangend geheel van ver- sclfijnselen uiteenvalt. Dit gevoel van vervreemding zet zich door tot In de taal: er ïykt geen of slechts een verwrongen relatie tussen woord en ding te bestaan. Daarmee is Dürers werkeiykheid een probleem gewor den. Terug by zijn ouders ziet hy hoe leeg hun bestaan is: te midden van een Bylmerachtige entourage bewonen ze een onpersoonlijke flat. ze druk ken zich uitsluitend in clichés uit en zyn de hele dag bezig met geestdo dend werk. Aanvankelyk is dromen zyn enige verweer tegen de leegheid om hem heen, maar langzamerhand leert hy zyn angsten en verwarring te beteugelen door het schryven in zyn dagboek. Onder invloed van de ne- gentiende-eeuwse novelle 'Aus dem Leben eines Taugenichts', zyn favo riete boek tijdens zijn gevangen schap. besluit hy uiteindeüjk te vluchten voor een toekomst, die uit sluitend verveling, grijsheid en be rusting ïykt te beloven. Hy wil naar Italië, het land waar de 'Taugenichts' van het ene paracfijs in het andere belandde, maar hy komt niet verder dan München. Daar dringt de reali teit zich weer onafwendbaar aan hem op:..Italia nicht gut", vertelt een Ita liaanse gastarbeider hem. Het para- dyseüjke land uit de Duitse novelle biykt niet te bestaan. Opnieuw vlucht Durer, maar vluchten bhjkt zinloos. De roman 'Die Angst des Tormanns beim Elfmeter' van Peter Handke leert hem. dat deze wereld geen nieuwe mogely kheden biedt om te overleven en daarom neemt hy tenslotte definitief afscheid van de wereld, een afscheid dat hy bekrach tigt door de moord op een taxichauf feur. In het psychiatrisch ziekenhuis waar men hem opsluit, verzinkt hy dan in een diepzinnig zwijgen. In deze roman blijken al alle ken merken aanwezig die in het latere werk van De Winter tot constanten ontwikkeld worden. De belangrijk ste problematiek waarmee hij zich in zijn werken bezighoudt, is de ver vreemding en de identiteitsproble matiek die daaruit voortvloeit. „Ik creëer fictieve personages. Maar uit eindelijk blijft die vraag naar iden titeit overeind", vertelde hij in een vraaggesprek. Identiteit beschouwt hy negatief: „Het gaat over dingen niet hebben, over dingen niet zijn", zegt Johans vader in het toneelstuk 'Junkiever driet'. Daardoor wordt bepaald wie je bent. De twyfel is de essentie. Die twyfel gaan De Winters persona ges te lijf met behulp van mythen. „De mythe is elk verhaal, zonder één uitzondering, elk verhaal dat jouw gedrag legitimeert. Alles is zinloos en betekenisloos en daarom verzin je verhalen, waarin dat tydeUjke enige zin heeft. Maar echte zm bestaat niet". Dürer blijft lange tijd op de been door de mythe van het schrijven. Wanneer hy steeds dieper in de put raakt door het besef dat alles om hem heen slechts schynbaar een harmo nieus geheel vormt, ontdekt hU het schrijven als een mogelykheid tot or denen, rangschikken, situatie verhel deren: „Hy hoefde niet bang meer te zyn, hield Dürer zich voor, er beston den zinnen waarmee hy de wereld kon bedwingen". Ook de mythe van het paradyselyk Italië geeft hem een tydje moed. De ik-verteller uit 'Zoe ken naar Eileen W.', De Winters door- braakroman uit 1981, houdt het hoofd boven water via de Eileen-my- the. Op een dag versclüjnt een Jonge vrouw met een kind in zyn boekenan- tiquariaat, die een exemplaar zoekt van het oude liefdesverhaal van Tris tan en Isolde. Hy raakt geboeid door deze vrouw. Eileen, en probeert dan via het reconstrueren van haar leven het houvast te vinden dat hij in het leven zoekt Ook Paul de Wit, hoofd persoon in 'La Place de la Bastille' (1981). voelt zich ontworteld Als (Joods) kind van twee maanden al werd hy wees. waardoor hem in feite een persoonlyke voorgeschiedenis ontbreekt. Hy beeldt zich daardoor in, niets te betekenen. Noch In zyn gezin, noch in zyn werk vindt hy zich zelf terug. Hij schept zich dan de my the van zijn tweelingbroer. Op een foto. gemaakt in Parijs, staat onder meer een man, in wie Paul zyn 'ver dwenen' tweelingbroer meent te her kennen. Hy gaat dan naar Parijs om te proberen deze man terug te vin den In het werk van De Winter wordt veel gereisd: Dürer gaat op weg naar Italië, de ik-verteller uit "Eileen W.' reist naar Noord-Ierland en Paul de Wit gaat dus naar Parys. Dergeiyke zoektochten dragen in zich altyd een element van hoop. maar in wezen biykt iedere reis een vlucht: „Ik pro beer ergens een vlucht te creëren", vertelt de schrijver over dit motief in zyn werk, „omdat er na alles wat in de jaren zestig gebeurd is, alleen maar desillusie kan bestaan". Iedere mythe blijkt dan ook op den duur nooit meer dan een luchtballon die doorgeprikt wordt. Voor Dürer heeft dit verregaande consequenties: hy eindigt in een krankzinnigenge sticht; Paul de Wit ontdekt, dat hij in feite steeds naar zichzelf op zoek Is geweest: „Stond ik daar niet zelf, la chend naar de onbekende fotograaf, huilend om alles dat ik niet was maar wilde zyn?" films Behalve schrijver is Leon de Winter ook filmer. Samen met René Seegers en Jean van de Velde, met wie hij zich in 1980 officieel verenigde in de 'Eerste Amsterdamse Filmassocia tie', maakte hij onder meer de televi- sieproduktie 'Junkieverdriet' en de speelfilms 'De afstand' en De ver wording van Herman Dürer'. In tegenstelling tot wat cinefiel Ne derland gewend is, ls de film geen verfilming van de roman, maar werd het boek Juist geschreven op basis van de filmidee. Er zyn dan ook be langrijke verschillen tussen film en léon de winter bij 'midgard' Behalve een uiteenzetting over ei gen werk op zaterdag 22 januari (20.00 uur) de volgende activiteiten: Donderdag 20 januari wordt De Win ter's film 'De Afstand' vertoond. De film, over een persoon die fotografie en filmen als hobby heeft, begint om 20.30 uur. Met deze film wil de maker de afstand tussen filmer en het te filmen onderwerp aangeven. Vrijdag avond wordt vanaf 16.00 uur de (vi- deo)film 'Junkieverdriet' gedraaid. Deze film gaat over de op jonge leef- tyd. aan een overdosis heroine, overleden Vlaamse dichter Jotie 't Hooft. Vanaf 20.30 uur wordt de film 'De verwording van Herman Durer" gedraaid. Deze film is gemaakt naar het boek van De Winter met een byna geiy kluidende titel. De film gaat over een jonge werkloze, pas uit de gevan genis ontslagen, die zyn leven zin wil geven. En tot slot van deze avond wordt vanaf 23.00 uur de film 'De Af stand' nogmaals gedraaid. Na het ge sprek van Léon de Winter wordt za terdag vanaf22.30 uur de film 'De ver wording van Herman Durer' nog eens gedraaid. roman aan te wijzen. In de roman heeft De Winter geprobeerd de vórm van de roman zélf te benadrukken. Daarin is een belangrijke rol wegge legd voor de vertellersfiguur. Tot hal verwege Ujkt het verhaal in de hy- vorm verteld te worden duur Dürer zelf, maar vanaf pagina 105 bfijkt dat er een verteller is die óver de werklo ze jongere vertelt In de allerlaatste alinea treedt deze verteller zelfs per soonlijk voor het voetlicht: ..Maar volgens my keerde Dürer, na zich verlost te hebben van een laatste leu gen, deze wereld in triomf de rug toe". Met deze ingreep probeert de schrij ver de groter wordende afstand tus sen Dürer en de wereld uit te druk ken. Voor de lezer wordt het hierdoor steeds moeilijker zich met Dürer te vereenzelvigen: hy moet nu zelf ant woord geven op de vragen die op hem afkomen. Een dergelyke vormveran dering is in een film onmogeUjk zon der dat de kyker deze als een onover komelijke breuk ervaart. Daarom heeft de vertellersflguur in de film meer de functie gekregen sommige tljds- en plaatsovergangen simpel en snel te vertellen dan uit te beelden hoezeer er geprobeerd is Dürers ge dachten te doorgronden. Verder ont breekt in de film de reflectielaag. In de roman citeert de verteller uit Dü rers dagboek wanneer hy dat nodig acht by zyn pogen de gedachten van de jongen te doorgronden. Beelden zyn echter voor een dergeüjke verba le overdracht niet geschikt Toch is ook in de film het dagboek gebruikt namely k ter verduideiyking van Dü rers emoties en verwachtingen. Als de inneriyke-monoloogstem klinkt hy terwyi hy aan een tafeltje zit te schrijven. Hy rafelt in de film echter niets uiteen, hy voelt slechts aan. De roman-Dürer wéét en besèft, en dat is waarschynUjk het meest in het oog springend verschil tussen roman en film. Voor De Winter is film duldeiyk een medium dat, in vergelijking met lite ratuur, beperkt is. ,Mijn grootste probleem blijft het nadrukkelijke realisme van film dat inherent is aan het medium. Al die vormproblemen die mij intrigeren bij literatuur, val len bij film weg. De eis tot realisme is en blijft heel sterk, omdat het de charme van het medium is". Litera tuur heeft daarom voor hem altyd voorop gestaan: ,Jk voel me meer schrijver dan filmer". Toch heeft hy met zyn compagnons in 'De afstand' naar mogelijkheden gezocht om enkele van die literaire vormproblemen naar film over te brengen. De hoofdpersoon met een aantal conflicten oplossen en doet dat met behulp van film. Vanaf zyn zestiende heeft hy een dagboek op 8-mm film by gehouden. Per schip on derweg van Port Said naar Sou thampton bekykt hy deze beelden van zijn jeugd; als hy daarna de boot verlaat, sluit hy een periode van zUn leven af. Als je je bewust büjft van vormtechnische en thematische pro blemen, kun je ook voor een groot publiek een goede film maken, wy zyn nu ook commercieel bezig. 'Dü rer' was in die zin een commerciële film dat het een open verhaal was, voor iedereen te volgen. We werken niet aan experimenten, we maken speelfilms waarvan we hopen dat zo veel mogelijk mensen ze zien".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1983 | | pagina 17