het deed me
goed te zien
dat 't publiek
zich geneerde
ALLES LIEVER
DAN DIT HEDEN
GERRITKOMRIJ
\hoe laat begint het schilderij?
léon de winter
tentoonstelling
- gertjan evenhuis
in vlissingen
'de mooiste
zijn het
open- en
van het doek'
VRIJDAG 14 JANUARI 1983
PZC/kunst/cultuur
17
(Van ome kunstredactie)
Er is - na tijden - weer een toneelproduktie in omloop die 'een datum in theater' genoemd
wordt. Gerrit Komrij schreef in opdracht van Globe 'Het Chemisch Huwelijk'. Hij baseerde
het op 'Die Wahlverwandtschaften' van Goethe (1809). Daarin wordt het proces van elkaar aan
trekken en afweren tussen twee mannen en twee vrouwen vergeleken met een chemisch proces.
Komrij koos voor vier mannen: een graaf en zijn vriend, een jeugdvriend van de laatste en een
zoon van de graaf. Dan is er nog een bediende, die buiten de verhoudingen tussen de vier mannen
staat, maar daar wel het nodige commentaar op levert.
Globe bracht 'Het Chemisch Huwelijk'
vorige maand in première en de reacties
waren vrijwel zonder uitzondering posi
tief. Er wordt bij herhaling gesproken
van een historisch gebeuren in de Ne
derlandse toneelwereld.
In 'Pierewaaien' van Tom Stoppard,
dat bij Toneelgroep Theater op 1 ja
nuari in de Arnhemse schouwburg in
première ging. vervult Komrij de rol
van vertaler. Hier gaat het in tegen
stelling lot zijn eigen stuk om een ech
te komedie. Een bediende en zijn leer
jongen gaan de bloemetjes buiten zet
tenen lopen tot hun niet geringe verba
zing in de armen van hun baas, die juist
dezelfde avond had uitgekozen om aan
de boemel te gaan. Een algehele ge
daanteverwisseling is het gevolg.
Komrij: ..Het is natuuriyk prettig, dat
men begrepen heeft, waar mijn stuk om
draait. Maar ook de reacties van het pu
bliek geven me geen reden tot klagen.
Tenslotte verwacht men van mij waar
schijnlijk ook scherts en satire. Wat
réén Jdtjgt voortgezet is drieëneenhalf
uur drama, verbeeld door vijf personen.
Het deed me goed, te merken, dat er
vele momenten waren waarop het pu
bliek zich geneerde om in kuch- en ro
chelsalvo's los te barsten. Ze waren dus
geboeid".
VLISSINGEN - In het stedelijk mu
seum aan het Beilamypark te Vlissin
gen wordt morgen - zaterdag - om
twee uur de tentoonstelling van Gert-
jui Evenhuis geopend.
Evenhuis woont in Vlissingen en stu
deerde in '80 af aan de academie Sintr
Joost te Breda in de richting audio-vi-
suele technieken en fotografie.
In '80 had hij een tentoonstelling in ga
lerie Perspektief in Rotterdam en in '81
een driemans expositie in de Jürgen
textielfabriek te Tilburg.
Half februari is in Bordeaux een ten
toonstelling van deze kunstenaar ge
pland met als thema Avant-garde foto
grafie'.
Centraal in deze tentoonstelling staat
een gipsbeeld, een afgietsel van de kun
stenaar zelf. gezeten op een stoel in de
verduisterde ruimte van Bellamy 19.
De openingsperformance is niet in het
museumgebouw, maar wordt - 14.00
uur - gehouden in de jeugdherberg
Scheldestroom aan de Hellebardier-
straat (hoek Breestraatj.
- Wat is voor een auteur, die zijn eerste
toneelstuk ziet opvoeren de belangrijk
ste sensatie?
„De mooiste momenten zijn toch het
open en dicht gaan van het doek. Tus
sen die twee momenten voltrekt zich
een ontroerend spel. Toen ik ernaar
keek zag ik, hoe hecht de compositie is
en voelde ik me een vreemde, die uit
een perfect gesloten kring gestoten is".
„Je schept - snorkend gezegd - een
theatrale ruimte in je hoofd. Door de
eerste opvoering van het stuk is dat
beeld terstond verzwolgen. Het ab
stracte idee valt dan samen met het
concrete. De manier waarop regisseur
Rijnders en de spelers bet een en ander
hebben vorm gegeven is moeilijk te
overtreffen Door de betrokkenheid van
spelers, regisseur en ontwerper Paul
Gallis heeft er van het begin af aan een
magie op het stuk gerust. Tot de diep
ste draad hebben zy er met elkaar aan
gewerkt. Er is zelfs geen komma aan
veranderd. Emotioneel is het een hele
gebeurtenis als er zoiets van jezelf
wordt opgevoerd".
- Bevindt een schrijver zich niet in een
merkwaardig spanningsveld als hij in
dezelfde periode bezig is met het verta
len van de komedie 'Pierewaaien' en
het schrijven van het drama 'Het Che
misch Huwelijk
„Ik werk graag in tegenstellingen zo
als het tegel i jkertijd bezig zijn met een
volstrekt treurige gedichtencyclus en
een hoofdstuk van een kolderieke ro
man. Op die manier kan ik ook altijd
op de vlucht zijn voor hen, die me wil
len vastpinnen. Als ze denken, dat je
eindelijk serieus bent geworden ver
nietig ik die gedachte weer. Het werkt
ontregelend en dat is mijn lust en mijn
leven".
- 'Pierewaaien' is van de Engelsman
Tom Stoppard. Moet je er als Neder
lands vertaler dikwijls een speciale
draai aan geven om het ook voor ons
leuk te houden?
„Om te beginnen ben Ik geen vriend
van de klompenleut, die bij ons voor
geestig wordt aangezien. De Engels
man is verzot op woordspelingen. Wij
doen dat ook wel. maar voornamelijk in
carnavalsliederen en dan in obscene
zin. Ik houd niet zo van woordspelin
gen. Als vertaler zitje dus met de moei
lijkheid het toch aanvaardbaar weer te
geven. Ik ben op die punten dus ver
plicht, van de tekst af te wijken. Dat is
voor een gewetensvol vertaler een pijn
lijk moment".
„Derderangs dichters uiten hun creati
viteit juist en vooral in vertalingen. Zij
zullen het origineel wel eens even verbe
teren. Ik ga echter van het standpunt
uit, dat ik me hoor te gedragen als de
dienaar van de auteur".
- Zijn er contacten geweest met Stop
pard?
„Nee, ik heb hem niet gesproken. Ove
rigens kan je vaak beter te maken heb
ben met dooie fiuteurs."Die kan je ten
minste nog eens wat in hun schoenen
schuiven, zonder dat je kritiek hoeft te
verwachten. Levende auteurs, die het
om wat voor reden ook niet eens zijn
met jouw bewerking gedragen zich
soms als ijdele ouwe wijven. Ik heb
met de produktie van 'Pierewaaien' bij
Theater toneel geen bemoeienis gehad.
Ik weet alleen, dat de vertaling heel
bruikbaar blijkt te zijn. Maar ik ga wel
kijken, wat ze ervan gemaakt hebben".
- Gaf het feit, dat Stoppard zich baseer
de op 'Nestroy' een vrijbrief om eigen
interpretaties in te voegen?
„Stoppard heeft 'Nestroy' onbe
schaamd geplunderd. Zodoende kon ik
me ook wat vrijer opstellen en voor bru
talere oplossingen kiezen".
„Als ik met een komedie bezig ben zit ik
nooit te lachen. Het vertalen van rela-
tiegeleuter - een driehoeksverhouding
bijvoorbeeld - is veel eenvoudiger, dan
het goed weergeven van toegespitste
taal, die humor altijd is. Timing en nog
eens timing is het devies. Je bouwt je
eigen timing er bij in. En dan maar ho
pen, dat de spelers de hoogte en de val
van de toon ook zo aanvoelen".
vertalen
„Als een stuk mis gaat ligt het aan de
schrijver, als het goed gaat aan de ver
taler,.. Als ik niet zou kunnen vertalen,
dan kan niemand het. Dat is geen valse
bescheidenheid en ik twijfel heus wel
eens. Maar een mens is voorzichtiger
met zijn eigen kinderen dan met die
van een ander. Ik maak me niet zo druk
achteraf. Als het af is is het af. Het gaat
bij vertalingen tenslotte om koekoek
seieren en die kan je toch niet je hele
leven met je mee torsen".
„Ik doe het ook om den brode Het is
geen schande als een schrijver in leven
probeert te blijven. Maar daar komt bij,
dat ik vertalen voor toneel heel stimule
rend vind. Er duiken steeds nieuwe pro
blemen bij op. Als ik er met de pet naar
zou gooien en een slechte vertaling zou
afleveren dan heeft dat direct zijn weer
slag op mijn andere literaire werk".
- Vertalen is dus literair werk?
„Als je een goed schrijver bent kan je
een goed vertaler zijn. Maar het is wel
een vak apart. B$n je een. slecht schrij
ver dan lijken alle vertalingen op elkaar
omdat slechte schrijvers zoals ik al eer
der zei daar hun creativiteit in proberen
af te reageren. Het wordt dan één pot
nat".
„Mensen zijn het veel eerder eens over
wat treurig is dan over wat humoris
tisch is. Wat er in Nederland aan caba
ret wordt gedaan is op enkele uitzonde
ringen na heel droevig van kwaliteit.
Mensen lachen dierlijk om dingen, die
niet echt leuk zijn. Ik voel me soms als
vechter tegen de bierkaai. De zielloze
leegheid heerst overal. Ik probeer me
nog met de laatste beetjes menselijk
heid te bemoeien. Ik schud de laatste
resten op van een gevoelloze wereld".
- Een moedeloos man?
„Soms wel een beetje. Als je maar niet
echt verbitterd raakt. Ik ben af en toe
wel cynisch, maar dat is maar een stuk
je van me. Dat moet af en toe ook. Ik
ben echter geen teleurgesteld mens
maar ook bepaald niet hoopvol ge
stemd over onze samenleving"
„Ja, mensen reageren op wat ik schrijf.
Ze willen iets verwoord zien wat ze zeil
eigenlijk al wisten. Ik ben degeen, die
het verwoord. Maar tegelijkertijd ben ik
er niet op uit om mensen te bekeren".
- Voel je je wel eens bedreigd?
„Dat hangt er vanaf, hoe je je voelt. Wie
zich bedreigd voelt wordt altijd, zijn
hele leven bedreigd. Afgezien hiervan
is het vervelend, te zien. dat er zo veel
akelig extremisme de kop opsteekt in
de maatschappij. Hel komt, vrees ik.
tot uitbarstingen. Het Nederlandse
volk is erg onverdraagzaanm al heb
ben we niet die naam. Dat is schijn.
Ons land is opgedeeld in honderden
sectes en belangengroeperingen. Het
houdt elkaar een beetje in evenwicht,
maar in feite is het een vulkaanland
schap waarin we leven. Het kan elk
moment ergens tot een uitbarsting ko
men".
Het Chemisch Huwelijk
speelt vrijdag 28 januari in de
schouwburg te Middelburg
(20.00 uur).
Voor 'Pierewaaien' gelden
dezelfde plaats en dezelfde tijd
maar een andere datum:
maandag 28 februari.
(Door Chris Kijne)
Hoe laat begint het schilderij?" is
de titel van wat door de AVRO
wordt omschreven als een informatief
kinderprogramma, dat de komende zes
weken iedere zondagmiddag wordt
uitgezonden. Zoals de titel al doet ver
moeden, wordt in de serie een poging
gedaan kinderen van rond de tien jaar
te interesseren voor beeldende kunst
in het algemeen en schilderijen in het
bijzonder.
Uitgangspunt van de makers is daarbij
dat beeldende kunst te veel de bijklank
heeft van Iets verhevens, van iets dat
bulten de dagelijkse werkelijkheid
C Daarom komen veel mensen, en
zeker kinderen, er niet toe naar musea
8 te gaan of zich met kunst bezig te hou-
tf, °en- In de serie wordt voortdurend ge-
n probeerd het verband duidelijk te ma
il tussen kunst, bijvoorbeeld afbeel-
J dingen op een schilderij, en de dagelijk-
3 se werkelijkheid van kinderen.
A Wanneer op die manier de eerste inte-
j j*®®® van kijkende kinderen is gewekt.
Jfi beoogt het programma verder kinderen
0 te leren kijken naar kunst. Bumy Bos.
C een van de samenstellers en presenta-
J tor van „Het schilderij": „Het is beslist
niet de bedoeling dat we allerlei feiten
5 aandragen die kinderen moeten ont-
1 nouden. Wanneer wij het bijvoorbeeld
0ver Van Gogh hebben, noemen we die
wel even, maar dat mag best weer ver
geten worden. Dat is alleen maar inte
ressant voor de handel, niet voor de
wandel. Het gaat ons erom dat kinde
ren leren met andere ogen naar kunst te
kijken. Wanneer ze dan vanuit zichzelf
meer over een bepaalde schilder of
school willen weten, zijn er wel andere
methoden om daar achter te komen".
verrassing
Om die reden is de figuur van Bumy
Bos als presentator ook bewust zo ge
construeerd dat zijn eigen interesse en
verrassing bij het zien van kunstwer
ken leidraad is voor het programma.
In de eerste uitzendingen is daartoe
vooral aangesloten bij motieven van
schilders uit verschillende scholen om
een bepaalde stijl te gebruiken of be
paalde voorstellingen te maken, en
wordt de relatie gelegd met motieven
die aan het eigen gedrag van kinderen
ten grondslag liggen. Later, wanneer de
schilders in surrealistische en abstracte
scholen wel meer afstand nemen van de
werkelijkheid, wordt bijvoorbeeld aan
geknoopt bij het materiaal dat ze ge
bruiken en dingen die kinderen daar
mee doen.
De ene keer lukt het overigens beter
dan de andere om de relatie met de we.
Daarnaast is er wel een zekere kunst
historische lijn aangebracht, van krot-
schilderingen via impressionisme
naar expressionisme, surrealisme en
ten slotte abstracte kunst, maar voor
op staat de kijkende kinderen via het
tonen van de relatie tussen schilderij
en en de omgeving waar ze uit voort
kwamen Ieren te kijken naar kunst als
iets gewoons dat je mooi vindt of niet
reld van kinderen tot stand te brengen,
zoals de makers zelf toegeven. Wat dat
betreft is aan de serie af te zien dat er
eigenlijk nauwelijks voorbeeldmate
riaal was. In Nederland helemaal niet
en in het buitenland ook weinig, zodat
de creativiteit van de programmama
kers zwaar aangesproken moest wor
den.
Een ander bezwaar Is dat toch nog erg
veel informatie per aflevering van 25
minuten wordt toegediend. Ook daar
aan viel bij zo'n eerste keer moeilijk te
ontkomen en de hoop bestaat bij de sa
menstellers, naast Burny Bos. Jan Kel
der, Henk Renou, en Dan Golberdinge,
dat zij volgend jaar verder kunnen
gaan met de serie, zodat dan op bepaal
de details dieper ingegaan kan wor
den.
Voorlopig zy n ze al biy dat het gelukt is
de zes afleveringen op zes achtereenvol
gende zondagmiddagen uit te zenden.
Omdat de AVRO niet Iedere zondag
zendtijd heeft, en het gezien de ontoe-
gankeiykheld van het programma
raadzaam leek de programma's met
een hoge frekwentie uit te zenden, is
driftig met zendtyd geruild om zes op
eenvolgende zondagen vry te maken.
Per uitzending worden de kijkende
kinderen tenslotte opgeroepen om hun
visie op een gegeven thema, aanslui
tend bij het onderwerp van dat pro
gramma. uit te beelden. Deze inzendin
gen zullen gebruikt worden in een ze
vende deel van de serie. Ook proberen
de samenstellers van „Hoe laat begint
het schilderij?" een expositie samen te
stellen waar de hele serie samen met
het ingezonden werk te zien zal zijn. Of
dat lukt, is echter nog niet zeker.
IZondag Ned. 1.16.05 uur).
Het jongerencentrum Midgard in
Middelburg houdt volgende
week een evenementencyclus die is
opgebouwd rond het werk van Léon
de Winter.
'Ernstige literatuur'. Zo noemde
Tom van Deel in 1978 het, toen nog
beperkte, oeuvre van de Joods-Ne
derlandse schrijver Leon de Winter.
Ernstige literatuur, dat is literatunr
waarin wordt nagedacht over de
werkelijkheid. JLeon de Winter stelt
nogal expliciet die verhouding tus
sen ik en de wereld problematisch",
schreef hij in Trouw van 24 juni van
dat jaar.
Van Deel kwam tot deze kwalificatie
naar aanleiding van de roman 'De
(ver)wording van de jongere Dürer',
het tweede boek dat De Winter
schreef en waarvoor hy een jaar later
de Reina Prinsen Geerligsprijs
kreeg. In 'De (ver(wording' confron
teert hy zyn lezers met de negentien
jarige werkloze jongere Dürer, die na
twee maanden gevangenis op weg Is
naar huis en dan plotseling bemerkt
dat de wereld om hem heen tot een
onsamenhangend geheel van ver-
sclfijnselen uiteenvalt. Dit gevoel
van vervreemding zet zich door tot In
de taal: er ïykt geen of slechts een
verwrongen relatie tussen woord en
ding te bestaan. Daarmee is Dürers
werkeiykheid een probleem gewor
den.
Terug by zijn ouders ziet hy hoe leeg
hun bestaan is: te midden van een
Bylmerachtige entourage bewonen
ze een onpersoonlijke flat. ze druk
ken zich uitsluitend in clichés uit en
zyn de hele dag bezig met geestdo
dend werk. Aanvankelyk is dromen
zyn enige verweer tegen de leegheid
om hem heen, maar langzamerhand
leert hy zyn angsten en verwarring te
beteugelen door het schryven in zyn
dagboek. Onder invloed van de ne-
gentiende-eeuwse novelle 'Aus dem
Leben eines Taugenichts', zyn favo
riete boek tijdens zijn gevangen
schap. besluit hy uiteindeüjk te
vluchten voor een toekomst, die uit
sluitend verveling, grijsheid en be
rusting ïykt te beloven. Hy wil naar
Italië, het land waar de 'Taugenichts'
van het ene paracfijs in het andere
belandde, maar hy komt niet verder
dan München. Daar dringt de reali
teit zich weer onafwendbaar aan hem
op:..Italia nicht gut", vertelt een Ita
liaanse gastarbeider hem. Het para-
dyseüjke land uit de Duitse novelle
biykt niet te bestaan. Opnieuw
vlucht Durer, maar vluchten bhjkt
zinloos. De roman 'Die Angst des
Tormanns beim Elfmeter' van Peter
Handke leert hem. dat deze wereld
geen nieuwe mogely kheden biedt om
te overleven en daarom neemt hy
tenslotte definitief afscheid van de
wereld, een afscheid dat hy bekrach
tigt door de moord op een taxichauf
feur. In het psychiatrisch ziekenhuis
waar men hem opsluit, verzinkt hy
dan in een diepzinnig zwijgen.
In deze roman blijken al alle ken
merken aanwezig die in het latere
werk van De Winter tot constanten
ontwikkeld worden. De belangrijk
ste problematiek waarmee hij zich
in zijn werken bezighoudt, is de ver
vreemding en de identiteitsproble
matiek die daaruit voortvloeit. „Ik
creëer fictieve personages. Maar uit
eindelijk blijft die vraag naar iden
titeit overeind", vertelde hij in een
vraaggesprek.
Identiteit beschouwt hy negatief:
„Het gaat over dingen niet hebben,
over dingen niet zijn", zegt Johans
vader in het toneelstuk 'Junkiever
driet'. Daardoor wordt bepaald wie je
bent. De twyfel is de essentie.
Die twyfel gaan De Winters persona
ges te lijf met behulp van mythen.
„De mythe is elk verhaal, zonder één
uitzondering, elk verhaal dat jouw
gedrag legitimeert. Alles is zinloos en
betekenisloos en daarom verzin je
verhalen, waarin dat tydeUjke enige
zin heeft. Maar echte zm bestaat
niet".
Dürer blijft lange tijd op de been
door de mythe van het schrijven.
Wanneer hy steeds dieper in de put
raakt door het besef dat alles om hem
heen slechts schynbaar een harmo
nieus geheel vormt, ontdekt hU het
schrijven als een mogelykheid tot or
denen, rangschikken, situatie verhel
deren: „Hy hoefde niet bang meer te
zyn, hield Dürer zich voor, er beston
den zinnen waarmee hy de wereld
kon bedwingen". Ook de mythe van
het paradyselyk Italië geeft hem een
tydje moed. De ik-verteller uit 'Zoe
ken naar Eileen W.', De Winters door-
braakroman uit 1981, houdt het
hoofd boven water via de Eileen-my-
the. Op een dag versclüjnt een Jonge
vrouw met een kind in zyn boekenan-
tiquariaat, die een exemplaar zoekt
van het oude liefdesverhaal van Tris
tan en Isolde. Hy raakt geboeid door
deze vrouw. Eileen, en probeert dan
via het reconstrueren van haar leven
het houvast te vinden dat hij in het
leven zoekt Ook Paul de Wit, hoofd
persoon in 'La Place de la Bastille'
(1981). voelt zich ontworteld Als
(Joods) kind van twee maanden al
werd hy wees. waardoor hem in feite
een persoonlyke voorgeschiedenis
ontbreekt. Hy beeldt zich daardoor
in, niets te betekenen. Noch In zyn
gezin, noch in zyn werk vindt hy zich
zelf terug. Hij schept zich dan de my
the van zijn tweelingbroer. Op een
foto. gemaakt in Parijs, staat onder
meer een man, in wie Paul zyn 'ver
dwenen' tweelingbroer meent te her
kennen. Hy gaat dan naar Parijs om
te proberen deze man terug te vin
den In het werk van De Winter wordt
veel gereisd: Dürer gaat op weg naar
Italië, de ik-verteller uit "Eileen W.'
reist naar Noord-Ierland en Paul de
Wit gaat dus naar Parys. Dergeiyke
zoektochten dragen in zich altyd een
element van hoop. maar in wezen
biykt iedere reis een vlucht: „Ik pro
beer ergens een vlucht te creëren",
vertelt de schrijver over dit motief in
zyn werk, „omdat er na alles wat in
de jaren zestig gebeurd is, alleen
maar desillusie kan bestaan".
Iedere mythe blijkt dan ook op den
duur nooit meer dan een luchtballon
die doorgeprikt wordt. Voor Dürer
heeft dit verregaande consequenties:
hy eindigt in een krankzinnigenge
sticht; Paul de Wit ontdekt, dat hij in
feite steeds naar zichzelf op zoek Is
geweest: „Stond ik daar niet zelf, la
chend naar de onbekende fotograaf,
huilend om alles dat ik niet was maar
wilde zyn?"
films
Behalve schrijver is Leon de Winter
ook filmer. Samen met René Seegers
en Jean van de Velde, met wie hij
zich in 1980 officieel verenigde in de
'Eerste Amsterdamse Filmassocia
tie', maakte hij onder meer de televi-
sieproduktie 'Junkieverdriet' en de
speelfilms 'De afstand' en De ver
wording van Herman Dürer'.
In tegenstelling tot wat cinefiel Ne
derland gewend is, ls de film geen
verfilming van de roman, maar werd
het boek Juist geschreven op basis
van de filmidee. Er zyn dan ook be
langrijke verschillen tussen film en
léon de winter
bij 'midgard'
Behalve een uiteenzetting over ei
gen werk op zaterdag 22 januari
(20.00 uur) de volgende activiteiten:
Donderdag 20 januari wordt De Win
ter's film 'De Afstand' vertoond. De
film, over een persoon die fotografie
en filmen als hobby heeft, begint om
20.30 uur. Met deze film wil de maker
de afstand tussen filmer en het te
filmen onderwerp aangeven. Vrijdag
avond wordt vanaf 16.00 uur de (vi-
deo)film 'Junkieverdriet' gedraaid.
Deze film gaat over de op jonge leef-
tyd. aan een overdosis heroine,
overleden Vlaamse dichter Jotie 't
Hooft. Vanaf 20.30 uur wordt de film
'De verwording van Herman Durer"
gedraaid. Deze film is gemaakt naar
het boek van De Winter met een byna
geiy kluidende titel. De film gaat over
een jonge werkloze, pas uit de gevan
genis ontslagen, die zyn leven zin wil
geven. En tot slot van deze avond
wordt vanaf 23.00 uur de film 'De Af
stand' nogmaals gedraaid. Na het ge
sprek van Léon de Winter wordt za
terdag vanaf22.30 uur de film 'De ver
wording van Herman Durer' nog eens
gedraaid.
roman aan te wijzen. In de roman
heeft De Winter geprobeerd de vórm
van de roman zélf te benadrukken.
Daarin is een belangrijke rol wegge
legd voor de vertellersfiguur. Tot hal
verwege Ujkt het verhaal in de hy-
vorm verteld te worden duur Dürer
zelf, maar vanaf pagina 105 bfijkt dat
er een verteller is die óver de werklo
ze jongere vertelt In de allerlaatste
alinea treedt deze verteller zelfs per
soonlijk voor het voetlicht: ..Maar
volgens my keerde Dürer, na zich
verlost te hebben van een laatste leu
gen, deze wereld in triomf de rug toe".
Met deze ingreep probeert de schrij
ver de groter wordende afstand tus
sen Dürer en de wereld uit te druk
ken. Voor de lezer wordt het hierdoor
steeds moeilijker zich met Dürer te
vereenzelvigen: hy moet nu zelf ant
woord geven op de vragen die op hem
afkomen. Een dergelyke vormveran
dering is in een film onmogeUjk zon
der dat de kyker deze als een onover
komelijke breuk ervaart. Daarom
heeft de vertellersflguur in de film
meer de functie gekregen sommige
tljds- en plaatsovergangen simpel en
snel te vertellen dan uit te beelden
hoezeer er geprobeerd is Dürers ge
dachten te doorgronden. Verder ont
breekt in de film de reflectielaag. In
de roman citeert de verteller uit Dü
rers dagboek wanneer hy dat nodig
acht by zyn pogen de gedachten van
de jongen te doorgronden. Beelden
zyn echter voor een dergeüjke verba
le overdracht niet geschikt Toch is
ook in de film het dagboek gebruikt
namely k ter verduideiyking van Dü
rers emoties en verwachtingen. Als
de inneriyke-monoloogstem klinkt
hy terwyi hy aan een tafeltje zit te
schrijven. Hy rafelt in de film echter
niets uiteen, hy voelt slechts aan. De
roman-Dürer wéét en besèft, en dat is
waarschynUjk het meest in het oog
springend verschil tussen roman en
film.
Voor De Winter is film duldeiyk een
medium dat, in vergelijking met lite
ratuur, beperkt is. ,Mijn grootste
probleem blijft het nadrukkelijke
realisme van film dat inherent is aan
het medium. Al die vormproblemen
die mij intrigeren bij literatuur, val
len bij film weg. De eis tot realisme is
en blijft heel sterk, omdat het de
charme van het medium is". Litera
tuur heeft daarom voor hem altyd
voorop gestaan: ,Jk voel me meer
schrijver dan filmer".
Toch heeft hy met zyn compagnons
in 'De afstand' naar mogelijkheden
gezocht om enkele van die literaire
vormproblemen naar film over te
brengen. De hoofdpersoon met een
aantal conflicten oplossen en doet
dat met behulp van film. Vanaf zyn
zestiende heeft hy een dagboek op
8-mm film by gehouden. Per schip on
derweg van Port Said naar Sou
thampton bekykt hy deze beelden
van zijn jeugd; als hy daarna de boot
verlaat, sluit hy een periode van zUn
leven af. Als je je bewust büjft van
vormtechnische en thematische pro
blemen, kun je ook voor een groot
publiek een goede film maken, wy
zyn nu ook commercieel bezig. 'Dü
rer' was in die zin een commerciële
film dat het een open verhaal was,
voor iedereen te volgen. We werken
niet aan experimenten, we maken
speelfilms waarvan we hopen dat zo
veel mogelijk mensen ze zien".