5? hoe zeere vallen ze af m ZATERDAG 30 OKTOBER 1982 fotografie wim riemens \\r Grote Koedoe. SpoorwiekgansLady Gray's water bok. Knobbeleend. Alpaca en Caracara. Prachtige dieren, die allemaal zijn te vinden in het Dierenpark Wassenaar. Nog eventjes trouwens. Want als de over heid niet besluit drie miljoen gulden per jaar in het park te stoppen is het volgend seizoen afgelopen met. de bijna vijftig jaar oude dierentuin. „Ik ben geschokt", reageert J. Baars, directielid van het Ouwehands Dierenpark in Rhenen op het nieuws, „Ik weet dat het overal terugloopt, We kunnen moeilijk con curreren tegen kapitaalkrachtige bedrijven als Walibi en Slagharen, die met televisiespots de mensen bij ons wegzuigen. Tja, en dan de mentaliteit van de bezoeker die is veranderd. Daar kunnen we niet omheen. Vaak is het een emotieloos gebeuren. Dat was vroeger anders. Toch ben ik niet bang voor de toekomst We zullen ons nog meer moeten richten op het behoud van met uitster ven bedreigde diersoorten. Ook hebben we een belangrij ke opvoedkundige taak". Terwijl de dierentuinen Artis en Blijdorp jaarlijks een subsidie van het rijk van tien miljoen gulden krijgen moeten alle andere dierentuinen het zonder financiële middelen van de overheid doen. Baars: „Ik had dit echt niet verwacht in Wassenaar. De vraag om subsidie is heel reëel. In Den Haag roepen ze altijd dat dierentuinen levende musea zijn. Nou, een mu seum wordt gesubsidieerd. Wil Nederland zo rijk aan dierentuinen blijven dan moet de overheid toch een handje helpen. Zeker voor zo'n enorm mooie collectie als Wassenaar heeft". De telefoon heeft niet stilgestaan de afgelopen dagen in het Dierenpark Wassenaar. De telefonis te werd hartstikke dol: „Heeft u misschien een aapje voor ons te koop?". Of: „Kunt u ons helpen aan een ooievaar?". En: „We zoeken nog een mooie papegaai". Honderden mensen belden de met sluiting bedreigde dierentuin op nadat ze in een uitzending van het NOS-journaal hadden gehoord dat alle dieren te koop werden aangeboden. „Verkeerd overgekomen", zegt directeur Jan Louwman. „Het is begrijpelijk dat onze dieren niet zomaar aan Jan en alleman kunnen worden verkocht. Zo simpel ligt dat niet". De directeur maakt zijn zoveelste ronde door het Dierenpark Wassenaar. Legt nog eens precies uit waar de meest be zienswaardige dieren te vinden zijn. Want lang zal het dierenpark, dat in 1937 werd opgericht, niet meer bestaan. Met een triest gezicht zegt de dieren tuin-directeur: „Zoals de zaken er nu voorstaan, zijn de poorten volgend jaar gesloten. De kosten zijn niet meer op te brengen. We komen per jaar drie mil joen gulden te kort. Dat geld hebben we nodig voor het inhalen van achterstal lig onderhoud en wat nieuwbouw. Van die drie miljoen gulden is de helft ex ploitatietekort. Eenvoudig gezegd: de kosten worden steeds maar hoger ter wijl de inkomsten dalen. Dat is niet meer vol te houden". Het dierenpark tussen de Wassenaarse bossen maakt een trieste indruk. Don kere wolken doen gestaag de regen druppels naar beneden komen. „Zoo boemel", met een stuk of vijf kinderen in de wagonnetjes, tuft langzaam over de modderige paden. Alleen een chim pansee vertoont wat acrobatische kunstjes. De andere dieren lijken het zat. Alsof ze weten dat ze volgend jaar ergens anders zullen wonen. Een groot bord in het midden van het park maakt de dierentuin-bezoeker duidelijk hoeveel geld moet worden uit gegeven om een paar dieren te kunnen verzorgen. Een greep: voor de ruim drie duizend inwoners van het park is 500.000 kilo voedsel per jaar nodig. Een gorilla heeft een dieet dat bestaat uit drieëntwintig gerechten, terwijl de ver zorging van één olifant per jaar 30.000 gulden kost. De bezoekers kijken er nauwelijks naar om. maar sjokken rustig voort door het vijftien hectare grote park. zie ik echt niet zitten, zo'n achtbaan naast ons dierenpark". Louwman noemt meer oorzaken De mensen geven minder geld uit. Econo mische recessie. Dat merken wij goed Dit jaar hebben we zo'n 240.000 bezoe kers binnen gehad. Acht jaar geleden waren dat er nog 325.000. Dat scheelt wel wat De mensen betalen nu negen gulden per persoon. Een kind kan naar binnen voor zes gulden. Maar eigenlijk gerard dielessen vermaak „Weet jc wat het is", gaat Jan Louw- man verder, „er is meer vermaak geko men de afgelopen jaren. Al die pretpar ken bijvoorbeeld. Walibi, Slagharen, noem maar op. Dat heeft zeker mensen bij ons weggetrokken, Er zijn wel tui nen die ook een pretpark naast hun die rentuin hebben gebouwd. Maar dat is tegen onze doelstellingen. Bovendien hebben we hier in Wassenaar al zoiets. Bij Duinrel. Een sprookjestuin met een gigantische speeltuin erbij. Nee, dat zouden we twintig gulden voor iedereen moeten rekenen om er uit te springen. Maar dan komt er helemaal niemand meer". „Bovendien zijn de onkosten de laatste jaren natuurlijk ook fors gestegen, Denk maai' 's aan het warmstoken van alle verblijven. Als wij het koud hebben in de winter willen we nog wel eens een vest aantrekken of in eén warmge- stookt kamertje gaan zitten, maar dat kan hier natuurlijk niet". De enige kans op behoud van het Die renpark Wassenaar is subsidie van de overheid. Drie miljoen per jaar, zoals al eerder duidelijk werd. „Kijk, met een gift van een paar duizend gulden begin nen we niets. Daar kunnen we niet van bestaan". Weer komt het boemeltje langs. Ring- ring. D'r zitten wat meer passagiers in, ondanks het druilige weer is het park toch nog redelijk bezet. motregen Louwmans stapt rustig door, hier en daar eens wijzend naar weer een bij zondere diersoort: „Tja, dit weer is voor ons het best. Het moet natuurlijk niet hozen, maar een beetje motregen is niet erg. Van het warme weer moe ten we het juist niet hebben. Gaan de mensen naar het strand. Geef ze 's on gelijk. met die paar schaarse zonnige dagen die wij in dit land hebben. We zeggen hier wel eens: eigenlijk moeten we elke dag beestenweer hebben, pas dan gaat het ons goed". Hij moet er zelf om lachen. Zijn collega J Baars van het Ouwe hands Dierenpark kan daar over mee praten. Aan het einde van dit mooie zo merseizoen moest de dierentuin in Rhe nen het werknemersbestand inkrimpen van zestig naar vijftig werknemers, bat was een direct gevolg van het langduri ge mooie zomerse weer. Het bezoekers aantal in Rhenen liep met ongeveer tien procent ten opzichte van vorig jaar terug naar 50.000. Baars: „Het bezoek loopt overal terug. Van de zomerse dagen moeten we het niet hebben, dal zal wel duidelijk zijn. Waar bet precies aan ligt kan ik moei lijk zeggen. Deze week bijvoorbeeld hebben we niet te klagen. Ik denk dat er zeker zo'n 15.- tot 17.000 mensen door de poort zijn gekomen. Dat is heel wat op een jaartotaal van 500.000". De 46-jarige directeur die samen met zijn vrouw Hanneke en broer Evert het Wassenaarse park runt blikt nog eens even kort in het verleden: „Het Is eigen lijk de moeder van mijn vader geweest die is begonnen. Zij was al verzot op dieren. Op vogels vooral. Later is de vo gelhal ook naar haar genoemd. Ik kan me nog herinneren dat heteen paarjaar voor de oorlog slecht ging met de Haag se Dierentuin. Dal was een aflopende zaak. Mijn vader was toen al druk bezig hier op dit terrein dieren te verzamelen. In eerste instantie vooral vogels Zo nu en dan kwamen er wel eens wat belang stellenden, maar het was nog geen park. Totdat er van alle kanten bij mijn vader op werd aangedrongen dat hij zijn collectie moest openstellen voor ie dereen, Dat gebeurde vlak voor de oor log. Naast die vogels hadden we twee tijgers en een olifant". oorlog De oorlog liet niet veel heel van het dierenpark, waar zelfs raketinstalla ties van de Duitsers hebben gestaan. Een lama. sneeuwuil en kcizersarend overleefden de strijd. Daarna moest opnieuw worden begonnen met de op bouw van de tuin. In 1953 vond de eer ste grote nieuwbouw plaats. Toen werd de „Louisehal" gebouwd. Trots zegt Louwman: „Daar kwamen de vogels dus in. Maar het bijzondere was dat de hal een kas was. waar allerlei tropische en exotische vogels konden worden gehuisvest. We hebben daar wel dertig vogelsoorten gefokt. Dat had ons op dat moment nog geen dierentuin na gedaan. Veel tuinen hebben later dat voorbeeld gevolgd. Louwman gaat het Gorillahuis binnen Dit verblijf werd tien jaar geleden ge bouwd. Gek is de directeur met Vip. de eerste gorilla die ruim driejaar geleden in een Nederlandse dierentuin werd ge boren. De kooi is afgescheiden door een glazen wand. Louwman: „Dat is wel nodig zo'n con structie. Want het zijn net kinderen, die beesten. Ze willen spelen, dus smij ten ze met drollen. Dan is een kooi met een glazen wand wel nodig. Stel je voor dat we dat niet zouden hebben, hadden we hierachter wel een paar wasbakken neer mogen zetten. Alleen een glazen wand voldoet ook niet goed, want dan smeren ze die drollen tegen het raam. Kunnen de mensen niets zien". Een paarjaar geleden is het laatste ver blijf gereedgekomen: het junglehuis. Leunend over de balustrade waar een stuk of drie krokodillen rondzwemmen zegt Louwman: „Die zijn echt niet. af komstig uit oerwouden. Dat wordt wel vaak gedacht. Maar de meeste dieren komen uit andere dierentuinen of wor den hier gefokt. Dat is goedkoper. Bo vendien is het niet eenvoudig om een beest uit de tropen hier ingevoerd te krijgen. Op de vraag of de dierentuin de laatste tien jaar wel met de tyd is meegegaan antwoordt Louwman volmondig ja: „Vroeger was het inderdaad een dagje uit voor de mensen Er was niet veel meer dan de dierentuin. Dat is bekend. Maar nu komen hier toch veel groepen scholieren. Ook belangrijk is dat we de tuin zo natuurgetrouw mogelijk heb ben aangepast. Een voorbeeld: Zebra's leven in het wild vaak in groepen van acht tot tien. Dat gebeurt hier nu ook. Datzelfde geldt voor giraffen die in een groep van vijf of zes moeten leven". In de hoek van de dierentuin, waar gie ren rustig op een tak naar beneden zit ten te staren, pikt een koolmees onder in de kooi wat eten weg van die grote roofvogels. Louwman kan er niets van zeggen: „Je ziet het, daar moeten we ook voor beta len Kijk daar maar eens wat een een den die hier niet thuis horen. Maar ze vinden hier wat om te bikken, 's Winters is het zo erg dat we onze eigen eenden onder een kap moeten plaatsen, want anders wordt al het voedsel opgegeten door die zogenaamde wtldeeenden. Dat kunnen we allemaal niet betalen".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1982 | | pagina 19