BRUNA
verslaafd
opkomst en
ondergang
van een
familiebedrijf
BOEKEN VOL
JUNKIEVERDRIET
WOENSDAG 13 OKTOBER 1982
PZC/k unst/cultuur
VO
naar later bleek, een gesprekje van een
kwartier zou worden. Daarna was het
feestvieren geblazen. Ja. A. W. leefde
joyeus en royaal, maar het werd hem
graag vergeven. Het hoorde bij het feno
meen en het kon allemaal in die tijd,
dank zij deze levensgenieter.
Onder het beheer van H. M. Bruna (de
vader van A. W.) en zijn jongste zoon
Henk. kwam de Algemeene Spoorweg
boekhandel, zoals het kioskenbedrijf
heette, na de oorlog tot buitensporige
bloei. De eerste jaren waren kalm en
bedaard (al ontstond er met name in
het Zuiden veel rumoer over het etale
ren van "De Lach' in de kiosken), maar
met de verbreiding van de welvaart en
het pocketboek kwam de gang er in.
Bruna introduceerde al gauw zijn ILA-
winkel (Internationale Lectuur Asso
ciatie). de kijkgrijp-boekhandel. Het
was een soort revolutie in de vanouds
statige boekenbranche.
heertjes
Maar het was ook slim bedacht: popu
laire werkjes zó te koop aanbieden, dat
het bijna onvermijdelijk werd ze mee
te nemen. Pockets moesten een aan
trekkelijke omslag hebben (daar stond
Dick Bruna borg voor) en ze stonden
niet langer rug aan rug in de rekken,
maar ze werden 'plat' geètaleerd.
Mede in de hausse van de Zwarte Beer
tjes bleef het bedrijf maar groeien. La
ter kwamen de 'contractboekhandela
ren' er bij, zelfstandige winkeliers die
hun voorraden vanuit de Bruna-maga-
zijnen (Brigittenstraat, later Hollant-
laan) betrokken. Aldus schiepen de
Bruna's de in deze branche grootste
winkelketen van Nederland. Het bedrijf
waarin sinds enkele jaren ook Elsevier-
NDU en Buhrmann-Tetterode deelne
men, (samen 48 procent van de aande
len), heeft nu ruim 4uö verkooppunten.
930 arbeidsplaatsen en een omzet van
230 miljoen gulden.
Die geweldige expansie is mede het
werk geweest van Henk Bruna. 'meneer
H.'. Hij was 30 jaar lang de boekverko
per van de familie met speciale gaven
op het gebied van inkoop, winkelinrich
ting en dergelijke. Een man van plichts
besef en koopmanschap, veel zuiniger
dan zjjn broer, dat spreekt.
Hij dacht misschien een beetje patriar
chaal. zoals alle Bruna's, maar verder:
hij had een warm hart voor zijn perso
neel. Wie problemen had. kon altijd bij
'meneer H.' terecht. In het begin van de
jaren '70 ging hij ook de uitgeverij erbij
doen. Het zouden niet zijn beste jaren
worden.
friesch
Vorig jaar verkocht de Bruna-uitge-
versmaatschappij haar hele Zwarte
Beertjes-produktie aan de Friesche
Pers. Dat leverde 3,8 miljoen gulden
op, maar het bleek niet voldoende om
het bedrijf te redden. De schuld was
opgelopen tot rond 17 miljoen gulden.
In februari van dit jaar werd surséance
van betaling aangevraagd, in april
kwam het verlossende bericht dat de
Friesche Pers - zij het na grote aarze
ling - het bedrijf overnam. Het kostte
wel de helft van de 30 personeelsleden
hun baan. Het betekende meteen het
afscheid van 'meneer H.', die inmid
dels 65 was geworden.
De oorzaken van het drama? Heel in het
kort: het ontbreken van een nieuwe
Ivans of een nieuwe Havank. Al in 1973
zei de grote A. W. Bruna dat hij zat te
springen om een Nederlander die in rap
tempo bestsellers kon schrijven. Bruna
had weliswaar Koos van Zomeren en
vooral Jan Willem van de Wetering
('Gnjpstra en De Gier' en 'De Vlinderja
ger' die begin dit jaar als 2000e Zwarte
Beer verscheen) en het scoorde ook
goed met klassiekers als 'Vlimmen' en
de 'Forsyte Sage', maar toch - de echte
toppers zaten elders. Ze waren trou
wens toch onbetaalbaar geworden voor
een kleinere uitgeverij als Bruna.
In februari dit jaar stelde H. Bruna
vast: „Het uitgeversvak wordt wel
eens als romantisch omschreven, maar
het is gewoon keihard. Er is een hevige
strijd onderling om auteurs aan te
trekken of te kunnen behouden. Op de
Frankfurter Buehmesse worden
werkelijk gevechten geleverd. Er
wordt met geld gesmeten. Het is ab
surd wat daar allemaal gebeurt".
Nu is dus de winkelketen aan de beurt.
Er moet 140 man uit. Van de laatste
actieve Bruna's. F. H. (zoon van A. W.i
en M. J. (zoon van H.), blijft de eerste als
adviseur aan het bedrijf verbonden, dat
wel. maar in feite is alleen M. J. (met de
'andere taken') nog over Waarschijn
lijk zal het bedrijf binnen enkele jaren
ook uit Utrecht vertrekken.
Het is toch een beetje het einde van een
tijdperk.
(Door Jaap Ottenl
September 1966 beleefde de firma Bruna zo'n dag waarvoor de kroniekschrijver z'n mooiste
sierletter bewaart. Uit Amsterdam vertrok die morgen de 'Zwarte Beertjes Expres', een
sneltrein speciaal afgehuurd om honderden genodigden in Delfzijl een feestje te laten vieren.
Bruna had namelijk zojuist zijn duizendste Zwarte Beer uitgebracht - een Simenon natuurlijk.
Dat verklaart de wat zonderlinge reisbestemming van het gezelschap. Was inspecteur Maigret,
Simenons vermaarde speurder, niet in Delfzijl geboren?
En zo gebeurde er opeens iets in Delfzijl: door de straten stapte George Simenon en naast hem
Rupert Davies, Heinz Ruhmann - even overgewipt per helikopter - en Jan Teulings, acteurs die
door film en televisie inmiddels grote bekendheid hadden verworven als Maifjret-vertolkers. In
een park werd een door de Utrechtse beeldhouwer Pieter d'Hont vervaardigd beeld van Maigret
onthuld en daarna ging het naar een salonboot, waar directeur A. W. Bruna zijn gasten, onder wie
tal van binnen- en buitenlandse uitgevers, onthaalde op spijs en drank, een vlootshow en een
spirituele speech, want speechen was A. W. wel toevertrouwd.
Het werd uiteindelijk een driedaags
feest dat het gezelschap van Delfzijl via
Amsterdam naar de Lage Vuursche
bracht en het had, ja, het had allure. De
kreeft was voor deze gelegenheid over
gevlogen uit Maine (VS) en zo waren er
nog wat verrassingen. Het moet de fir
ma iets van een half miljoen hebben ge
kost, in die tijd een vermogen, maar in
de eerste plaats kon het eraf en in de
tweede plaats leverde het een enorme
hoeveelheid 'free publicity' op en dat
was ook wat waard.
goud
Ja, als er bij Bruna wat te vieren was,
en dat was in die tijd vaak het geval,
deden ze dat met de zwier en de fanta
sie waarmee ze nieuwe winkels open
den of een nieuwe Havank of Fleming
op de markt bracht. In '68 bestond de
firma 100 jaar - Tivoli werd een dagje
afgehuurd, het personeel schoof er aan
voor een uitgebreide maaltijd en het
Utrechts Symfonie Orkest speelde er
de Bruna-mars, speciaal voor die gele
genheid gecomponeerd.
Het waren gouden jaren. Bruna telde
iets van 73 kiosken, tien stadskiosken,
50 ILA-winkels en 96 contractboekhan
dels; het was in deze branche de groot
ste van Nederland. De uitgeverij, die in
een aparte NV was ondergebracht, had
zojuist de Bond-rage achter de rug. Ad
junct-directeur Buis: „De eerste Fle
mings haalden met pijn de 12.000, maar
toen kwam de film dr. NO. We drukten
er in 14 dagen 1 miljoen exemplaren uit,
verdeeld over 13 titels, 75.000 exempla
ren per titel".
Het was het grootste kassucces in de
Zwarte-Beertjes-reeks, de pocket-serie
die in 1955 begon met *De dood van apo
theker Dekkinga' van Tjeerd Adama.
Elf jaar later waren er 20 miljoen Zwarte
Beren verkocht, een fantastische score,
maar Bruna had dan ook alle grote de
tective-schrijvers in huis: Havank, Van
den Broek, Charteris (de Saint), Chey-
ney. Jean Bruce (OSS 117), Durbridge
(Paul Vlaanderen), Simenon, Fleming,
noem maar op. Dick Bruna, de zoon van
directeur A. W., ontwierp de omslagen
van de boekjes en werd een beroemd
tekenaar. In deze euforie kon het gebeu
ren dat de directeur gehuld in berenpak
op een personeelsfeest verscheen.
top
En nu? Nu is Albert Willem Bruna
('Abs' voor zijn vrienden) alweer 80
jaar en een heer in ruste. Hij woont aan
de Co te d'Azur; zoon Dick, geruime tijd
directeur en art-director geweest,
heeft zijn eigen tekenbedrijfje; de uit
geverij werd dit jaar overgenomen
door de Friesche Pers en onlangs bleek
ook de winkelketen waarin H. Bruna
(een broer van A. W.) zo lang de stuwen
de kracht is geweest, aan een reorgani
satie toe: er verdwijnen 140 arbeids
plaatsen. Wat meer is: vorige week
werd bekend dat van de twee nog lei
dinggevende Bruna's in het bedrijf, F.
H. (zoon van A. W.) en M. J. (zoon van H.)
de eerste zijn directiezetel had opgege
ven, terwijl aan M. J. „andere taken
zijn toebedeeld", zoals het op het
hoofdkantoor wordt geformuleerd.
Dat gebeurde nadat het organisatiebu
reau Horringa en De Koning (bij Bruna
meteen 'Horror en De Koning' ge
noemd) een volgens de vakbondpn mis
troostig rapport had uitgebracht over
het functioneren van de bedrijfstop.
Van het familiebedrijf als zodanig is dus
weinig meer over.
coupé
Het huis Bruna dateert van 1868. In dat
jaar begon Albert Willem Bruna een
boek-, papier- en muziekhandel in de
St.-Janstraat in Haarlem. Hij deed in
kantoorbehoeften, leesportefeuilles,
kranten en tijdschriften en hij begon
ook uit te geven: zijn eersteling was
een theologisch werkje van zijn vader,
die Nederlands Hervormd predikant
was in Hasselt. In 1890 vestigde Bruna
zich in Utrecht (Mgr. v.d. Weterings
traat, later Maliebaan) en daarna ging
A. W. Bruna
het sneleen jaar later nam hij de pacht
ter hand van een groot aantal stations
kiosken.
In in 1893 deed hij een werkje verschij
nen dat, naar zijn inhoud en afmetin
gen, in de kiosken voortreffelijk paste.
'Boete' van Louise Stratenius, het was
het eerste pocketboek en het begin van
een serie die 'Voor den Coupé' heette.
De naam zegt het al: ze was bedoeld ter
verstrooiing van de treinreiziger van
wie in die tijd geduld en volharding wer
den verlangd. Bruna had dat goed door,
de boekjes vlogen de kiosken uit. In
1917 waren er 2,5 miljoen exemplaren
verkocht.
Zo werd A. W. Bruna en Zoons dé uitge
ver en verkoper van reis- en ontspan
ningslectuur. Na 'Voor den Coupé'
kwam de serie 'De Speurhond' ('Herin
neringen van de beroemdste Ameri
kaanse detectives en avontuurlijke ver
halen uit de prairiën') en daarna volgde
'De Vrije Bazuin'. Rond 1908 bevat de
Bruna-lyst titels als: „Het leven op de
locomotief. Avonturen en onthulling
van een oud-leerling-machinist' en van
de hand van ene Rudolf Felseck: 'Het
dagboek eener gevallen vrouw, ook van
eene doode'. In die tijd duikt echter ook
de eerste grote crime-schrijver op: Mau
rice Leblanc, een Fransman wiens held
Arsène Lupin heette.
De literatuur (Top Naeff) kon bij Bruna
toen nog gemakkelijk op één plankje;
later werd het beter (Clare Lennart, C.
J. Kelk. Maurits Dekker en buitenlan
ders als Gide, Faulkner, Baldwin en
Sartre), maar erg veel literatuur heeft
het nooit in huis gehad. Letterkunde
verkoopt dan ook slecht aan treinreizi
gers.
detective
Op 4 februari 1902 overleed Albert Wil
lem Bruna, de stichter van het huis,
een half jaar later werd zijn eerste
kleinzoon geboren, ook een Albert Wil
lem. Een geboren uitgever, naar later
zou blijken. Hij werd een persoonlijke
vriend van Ivans, hij haalde Havank
en Charteris bij Bruna binnen en bij
was heel goed met Simenon, kortom:
deze A. W. Bruna, 'meneer A. W.' voor
het personeel, zou het huis zijn naam
en faam als detective-uitgeverij bezor
gen.
Als 21-jarige kwam hij het bedrijf bin
nen, 12 jaar later werd hij enig direc
teur, anderhalve maand later overleed
Ivans, Nederlands eerste grote crime-
schrijver. Ivans (pseudoniem voor mr.
Jacob van Schevichaven) debuteerde
in 1917 met 'De man uit Frankrijk, een
avontuur van Geoffry Gill'. Het boek
haalde een oplage van ruim 20.000. in
die tijd een wonderbaarlijk aantal.
Daarna schreef hij in betrekkelijk korte
tijd nog eens 34 Geoffry Gill-boeken.
Zijn dood was een klap voor het uitge
vershuis.
havank
Wat Bruna toen bewoog om ene H. F.
van der Kallen uit Leeuwarden te ont
bieden, is nooit helemaal duidelijk ge
worden. Zeker, de man had eens een
manuscript gestuurd, maar dat was ge
weigerd. Maar een feit is dat binnen
enkele maanden de eerste Havank in
de kiosken lag: „Het mysterie van St.-
Eustache" met Charles C. M. Carlicr,
alias De Schaduw, in de hoofdrol. Het
werd een daverend succes.
Havank werd er ingeheid met de histo
rische geworden reclamekreet: „Ren
als de Weerlicht: de nieuwe Havank is
uit", een campagne waaraan de schrij
ver zelf trouwens een bijzondere bijdra
ge leverde. Toen A. W. Bruna dacht vol
doende reclame te hebben gemaakt
voor zijn nieuwe troef, bekende minis
ter-president Colijn in een dagbladin
terview graag detective-romans te le
zen. Havank pakte vervolgens de tele
foon en sprak tot zijn uitgever op geste
ven toon: „U spreekt met Colijn. Kuntu
mij zeggen wanneer de volgende Ha
vank verschijnt?". Onmiddellijk beval
A. W. Bruna de reclamecampagne met
onverminderde kracht voort te zetten
en nog bij zijn afscheid in 1973 vertelde
hij met graagte de anekdote van zijn
telefoongesprek met de minister-presi
dent.
Havank was de eerste gouden greep
van A. W. Er kwamen 30 titels uit die
stuk voor stuk goed waren voor een ho
ge oplage. In '64 overleed Van der Kal
len. De serie werd (en wordt) voortgezet
door Pieter Terpstra
reizen
In een grove schets van A. W. Bruna
mag zijn reisdrift niet ontbreken. Ha
vank trof hij bij voorkeur in Italië en
Charteris placht hij te ontmoeten in
het Zuidfranse St. Jean-Cap-Ferrat, hij
was altijd 'on tour'. Bij Bruna circu
leerde dan ook de grap: „A. W.? Die is in
Londen een pakje sigaretten kopen".
Maar toch - A. W. genoot groot respect.
Een slagvaardige, vindingrijke en ai
mabele man met slechts één ondeugd:
hij smeet met geld. Het is gebeurd dat
hij uit Nice belde en aldaar spoorslags
een medewerker ontbood. De man stap
te gehaast op het vliegtuig voor wat,
Yvonne Keuls
(Door Inge van den Blink) bOllke
Boeken over aan heroine verslaafde kinderen verkopen als patat met
mayonaise. 'De moeder van David S.', van Yvonne Keuls bijvoorbeeld,
dat in 1980 uitkwam, is inmiddels aan zijn twaalfde druk toe. Hetzelfde
geldt voor 'Christiane F., verslag van een junkie', dat onder scholieren in
West-Duitsland tot een waar cult-boek is uitgegroeid.
Van de hand van Yvonne Keuls is inmiddels ook 'Het verrotte leven van
Floortje Bloem' verschenen, waarin het leven van een heroinehoertje wordt
beschreven. In dc meeste boekenwinkels zijn deze boeken te vinden op de
afdeling jeugdliteratuur. Eén overeenkomst valt meteen op, en dat is dat het
in bijna alle gevallen niet om fictie gaat. maar om op zijn minst op de
werkelijkheid gebaseerde verhalen; dagboeken, brieven of persoonlijke le-
vensgesch iedenissen.
Al in 1972 verscheen 'Het onkruid en
de bloem', een oorspronkelijk Ameri
kaans boek. bestaande uit dagboe
ken van een 15-jarig meisje dat ver
slaafd raakte aan verdovende midde
len. Het boek (vertaald door Remco
Campert) is inmiddels aan zijn 14e
druk toe.
In zekere zin is 'Het onkruid en de
bloem' een verouderd boek, want het
speelt in de periode van eind zestiger,
begin zeventigerjaren, en het betref
fende meisje gebruikte geen heroine,
maar voornamelijk LSD, een middel
dat in de huidige drugscène nauwe
lijks nog een rol speelt. Uit het boek
wordt heel duidelijk hoe het meisje
uit onzekerheid en angst om niet aan
de verwachtingen van haar ouders en
medescholieren te kunnen voldoen,
aan de drugs raakte.
Het toont hiermee de negatieve in
vloed die het Amerikaanse denken
(keep smiling, be positive) op jonge
mensen kan hebben. Dit is een thema
datje ook veel in andere Amerikaan
se jeugdboeken tegenkomt, en wat
dat betreft heeft 'Het onrkuid en de
bloem' nog niet veel aan actualiteit
verloren.
In tegenstelling tot 'Het onkruid en
de bloem' loopt 'Christiane F., ver
slag van een junkie' goed af. Mis
schien is dat wel een gedeeltelijke
verklaring voor het succes van dit
boek, dat op dit gebied tot nu toe
zeker het beste is. Het geeft jonge
mensen zowel mogelijkheden zich te
identificeren met de hoofdpersoon,
als inzicht in de uitzichtloze ellende
die een heroïneverslaving met zich
meebrengt.
floortje bloem
Beter, en ook beter geschreven dan
T)e moeder van David S', is het boek
'Het verrotte leven van Floortje
Bloem'. Het is de (fictieve) levensge
schiedenis van een jong heroine
hoertje, alweer gebaseerd op feiten.
Met dit verhaal heeft Yvonne Keuls
een aanklacht willen schrijven te
gen de bestaande toestanden in kin
dertehuizen.
Het leven van Floortje Bloem is een
aaneenschakeling van ellende. Vanaf
het moment dat haar moeder haar
afstond: tehuizen, internaten, obser
vatiehuizen. pleeggezinnen en ga zo
maar door. Het open einde doet niet
veel goeds vermoeden.
Ondanks alles is er in dit boek af en
toe toch nog een (wrang) humoristi
sche noot, die in David S. geheel ont
breekt. Zo is één van de personages
een grove, maar lachwekkende kari
katuur van 'de' welzijnswerker die
wel goede bedoelingen heeft, maar
geheel verstrikt zit in zijn vakjargon
en niet te vergeten in zijn eigen pro
blemen.
'Bouke, leven en dood mtlhg
is gemaakt naar het VARA,
programma 'Popdonder Pit;,
de hand van interviews nut
staanden wordt een beeld oh
pen van 'Bouke', een Aim),
mer die aan heroine o verlet^
de Amsterdamse heroinesca
als uit het radioprogranun
nit dit boek de jongere nat;
als een onaangename, et
balf-crimineei, die sommige;
voor zich innam, maar
uiteindelijk door haast
werd betreurd.
Als enig mogelijke oorzaak
kes heroïneverslaving wordti
fascineerdheid met de
penosejongens en de pi
noemd. Het lijkt me dan
kwalijk soort romantisering:
'Bouke' als 'slachtoffer' te
ken, zoals op de omslag van!
wordt gedaan. Wellicht is dit'
offerschap' voor de samt
manier om hun gefascint
de zelfkant te verantwc
erg fris vind ik het niet
effect
david s.
Nu naar Yvonne Keuls. 'De moeder
van David S.' gaat over een vrouw
die, doordat haar zoon aan de heroi
ne gaat, zelf in een uitzichtloze situa
tie terecht komt, en haar gezin naar
de knoppen ziet gaan. Uiteindelijk
komt ze in een praatgroep van ou
ders van verslaafde kinderen te
recht, waar ze leert dat ze, om haar
eigen leven te redden, haar zoon los
moet laten.
Alle goedbedoelde bemoeienissen en
de hulp die zij haar kind wil geven,
blijken toch niets uit te halen en ei
genlijk een negatief effect te hebben,
omdat de jongen moet ervaren dat
hij zelf de verantwoordelijkheid
draagt voor zijn eigen leven. Deze
boodschap heeft Yvonne Keuls niet
zomaar bedacht, maar het is haar
conclusie na jarenlange ervaring in
de begeleiding van dergelijke ouder-
groepen. Haar boodschap komt in
het boek heel duidelijk over.
Dat neemt niet weg datje wel bepaal
de bedenkingen tegen 'De moeder
van David S.' kunt hebben. David is
al vanaf het begin een probleemkind.
Als baby huilt hij dag en nacht, zodat
zijn moeder er bijna gek van wordt.
Er is iets mis met dat kind. De moe
der reageert daar echter op zo'n ma
nier op datje als lezer geneigd bent te
denken dat er ook aan haar een
steekje los is: „Dat David mijn straf
is, maar ook mijn kans. Mijn straf om
dat ik niet in staat was met mijn ei
gen moeder om te gaan... en ergens
diep in me natuurlijk ook dat bom
bardement. Ik ben in 1939 geboren,
misschien was ik in mijn vorige leven
wel een fascist en David een slachtof
fer van mij".
Dergelijke 'psychologie' maakt de
persoon van de moeder er niet over
tuigender op, en de combinatie met
de heftige emoties die op elke pagina
het boek uitknallen, maken dit tot
vermoeiende lectuur.
Vervelender is nog. dat vooral in dit
boek door Yvonne Keuls geen enkel
onderscheid wordt gemaakt tussen'
hasj en heroine en allerlei andere
middelen. In de inleiding tot het
boek zegt de schrijfster: „Ik heb het
ook geschreven voor allen die op de
een of andere manier met jongeren te
maken hebben en die zich tolerant
opstellen ten opzichte van de soft
drugs. Want met Tom (een personage
uit het boek) zou ik hen willen toeroe
pen: „Er is nog nooit iemand aan de
heroine gestorven, die niet met hasj
begonnen is!"
Deze stepping-stone-theorie is al ja
ren achterhaald, en Yvonne Keuls
zou toch moeten weten dat er in Ne
derland duizenden brave burgers zijn
die in het weekeinde hun stickie ro
ken zoals een ander zijn glas wijn
drinkt. Dat iedere alcoholist begon
nen is met één glas bier of wijn is
tenslotte ook geen reden om ons land
dan maar droog te leggen.
de cirkel
'De Cirkel' van Maria Meynen, dat
verscheen in 1979, biedt eveneens
weinig opwekkende literatuur. In
middels is er een vervolg uit: 'Dc Ge
broken Cirkel'. De schrijfster doet in
de twee boeken verslag van de heroï
neverslaving van haar zoon, aan de
hand van (haar eigen) dagboeken en
van brieven.
Een overeenkomst met David S. is,
dat ook in dit boek de gebeurtenissen
geheel door de ogen van de moeder
worden gezien. Het is onmogelijk om
als lezer enige sympathie te voelen
voor de Paul waar alles om draait, en
dat doet het boek geen goed. Naar
mate het boek verder vordert, ga je je
bovendien ergeren aan de eindeloze
opofferende liefde van de moeder, die
haar zoon meer gaat nalopen en ver
troetelen naarmate het slechter met
hem gaat. Haar 'definitieve' af
scheidsbrieven zijn al even weinig de
finitief als de goede voornemens van
haar verslaafde zoon om met de he
roine op te houden.
Het boek geeft een beeld van een de
gelijk katholiek gezin uit de buurt
van Roermond, waarin 'samenwo
nen' nog steeds niet geoorloofd is. en
een jongen met een ringetje in zijn
oor welhaast in de goot terecht móet
komen.
Tot slot nog dit: de meestei
hierboven genoemde boekenp: 18
deren geen'literatuur'tc zijn 18
teraire vormgeving is dan ooi: 19
afwezig, of nauwelijks interr
De voornaamste functie is
schijnlijk dat ze een afschri
kend effect hebben. Het is inde
nauwelijks voorstelbaar di
mand die meer van dezefo,^
heeft gelezen ooit naar dc te
zal grijpen.
Een andere functie van deze!»
en waarschijnlijk een belq
oorzaak van de popularitelten
het bevredigen van nieuws
heid. En hoewel het onmogd
aan te geven waar 'gezonde'd
gierigheid overgaat in 'ongezo
je de makers van de boekend
kwade trouw hoeft te verdenk
ven met name 'Bouke' en de!
van Yvonne Keuls de lezer nas
smaak te veel gelegenheidtej
in de ellende van anderen.
Wie geïnteresseerd is in feita
waarschijnlijk het bestemetl
schaf van een voorlichtinpt
bijvoorbeeld 'Druggebruik a
bruik' van F. Hacker, of'Veni
van Ivan Wolffers. Het eenï
informatieve, boek is geschn
tamelijk wetenschappelijk)
het tweede in populaire tul
op bet kleuterachtige af. Bdi
schenen bij uitgeverij Ambt
'Het onkruid en de bloem'
Becht; 'Christiane F., veni
een junkie', uitgeverij Becht;)
Keuls. 'De moeder van Dandl
geverij Ambo; Yvonne Kal
verrotte leven van Floortjt
uitgeverij Ambo; Maria Utrfl
Cirkel', uitgeverij Sijtkoj.
Meynen, 'De Gebroken CtrY.6,
verij Sijthoff; 'Bouke, terenflj
met heroine' (Peter d
Dijk, Bert Molenaar), i