ZOETEMELK RIJDT DOOR TOT DE TANK HELEMAAL LEEG IS tour de france 1982 'het was leuker geweest als hinault giro had verloren' de dag dat ik niet langer de beste ben, stop ik er mee Plotseling hangt er die aparte sfeer van geheimzinnigheid. Wantrouwig kijkt hij om zich heen in de verder lege hotelkamer: een snelle controle of er toch echt niemand achter het nachtkastje zit mee te luisteren. Het ideale klimaat I voor een onthulling. Toch nog die mededeling dat hij het voor gezien houdt? Zenuwachtig bibbert het pennetje al boven de blocnote. „Dat hotel van mij", klinkt het dan op samenzweerderige toon, daar zie ik me nog niet in staan. Ik ben er laatst nog geweest, maar de manier waarop ze je zitten aan te gapen: da's niks voor mij. Wij hebben als coureur dan misschien wel een hard leven, maar ook een goed leven. En als je deze vrijheid dan gewend bent. is het niet meer mogelijk om dat soort werk als in een hotel staan te gaan doen". Niet die ene mededeling dus, waar al zolang naar gevist wordt. Bijna weke lijks krijgt Joop Zoetemelk de vraag of hij aan zijn laatste seizoen als profren- I ner bezig is. Na zijn Tour-zege in 1980 was er namelijk een kans dat hij op het hoogtepunt van zijn loopbaan van het podium zou verdwijnen. Verder opende hij in de Parijse voorstad Meaux hotel Richmond en leek een zakelijke toe- I komst hem breed toe te lachen. Maar de Franse Nederlander wordt niet vrolijk van die blik in de toekomst. Als coureur heeft hij zijn halve leven doorgebracht in hotelkamers, maar er is één hotel I waar hij eigenlijk voorlopig liever maar 1 even niet wil zijn: dat van zichzelf. Geen afscheid in zijn dertiende seizoen. De 35-jarige Zoetemelk piekert daar voorlopig niet over. Natuurlijk houdt I hij een slag om de arm en zegt dat er altijd een kans in zit, dat hij van de ene I op de andere dag zal stoppen. Alleen wanneer dat moment zich aan zal die nen blijft in het ongewisse. „Ik heb trou wens nooit gezegd dat dit j aar mijn laat- ste zou zijn. Die dingen weet je niet van 1 tevoren. Als ik nu een hele slechte Tour de France zou rijden, zou ik zeker stop- pen. Maar wat is slecht? Dat hangt van zoveel factoren af'. meedogenloos De ex-Tourwinnaar heeft dus besloten door te rijden tot de tank leeg is. Een prijzenswaardige instelling, die be wijst dat hij ondanks zijn indrukwek kende loopbaan zuinig is geweest op zijn lichaam. Maar er kleeft echter wel het levensgrote risico aan van een af gang. Immers, ook voor de meest com plete en succesvolste renner die de Ne derlandse wielersport ooit heeft ge kend, zal het publiek op zulke momen ten meedogenloos zijn. Zoetemelk lijkt er zich niet druk om te maken. Voor het geld. zo heet het al thans, hoeft hij het niet meer te doen. Maar hij is sportman en dat telt „Als ik naar die jongeren kijk, zie ik wel dat er bij zijn die niet leven als een sportman Als je alleen prof wordt voor het geld, lukt het niet. Je moet er plezier in heb ben. Fietsen voor je liefhebberij en pas op de tweede plaats voor het geld". in memoriam Toch heeft ook de soms introverte Zoe temelk niet altijd die zekerheid gehad. Vooral de laatste twee seizoenen is er volop ruimte geweest voor twijfel. Vo rig seizoen bijvoorbeeld, toen nog on der de vleugels van Peter Post in de Raleigh-ploeg, zag het ernaar uit dat zijn sportieve „in memoriam" kon worden geschreven. In de Dauphiné Libéré (de op een na belangrijkste etappewedstrijd van Frankrijk) werd hij in één rit op drie kwartier van Bernard Hinault gereden. Hij hield de schijn op dat die afgang hem niet raakte en kon zijn echte ge voelens blijven verbergen omdat hij daama in de Ronde van Zwitserland enigszins herstelde en uiteindelijk toch nog vierde en beste Nederlander werd in de Ronde van Frankrijk. Maar Zoetemelk geeft nu toe dat hij - ondanks zijn tegenover de buitenwe reld zo onverstoorbare houding - in ver warring is geraakt ..Het was in die Dau phiné rampzalig. Op dat moment, toen ik voor de bezemwagen had gereden, heb ik wel gedacht was ik nu maar ge stopt. Alleen ging het in de Tour toch weer wat beter Ik miste niet. zoals zo veel anderen, al meteen de slag tijdens de rit in de omgeving van Nice en hoe wel het in de Pyreneèen niet goed ging. kwam ik toch aardig terug". Aardig ge noeg in elk geval om zijn carrièe voort te zetten en na twee jaar Nederlandse dienst („maar ook in een Franse ploeg voel ik me Nederlander, hoor") weer voor de formatie van Jean-Pierre Dan- guillaume te tekenen. quartz-horloge Terug op het oude nest, maar anders. Tot hij toetrad tot de ploeg van Post was Zoetemelk als renner even regel matig als het duurste quartz-horloge. Hij was een renner voor alle seizoenen. Zonder tegenslag reed hij een heel jaar door constant. In 1980 veranderde dat. Hij won dc Tour. maar reed opvallend genoeg ongekend slecht in de Grand Prix des Nations. Onder de wuivende palmen van het in september nog al tijd zonovergoten Cannes werd hij in die tijdrit 18e en laatste. „Die had ik nooit meer moeten rijden", zegt Zoete melk nu. maar over de reden van die anti-climax van dat seizoen tast hij nog altijd in het duister. „Een geeste lijke kwestie, dat is de enige verkla ring die ik er voor heb kunnen vinden. Omdat ik de Tour had gewonnen was de spanning net iets te veel weg". Hij sust zich met die gedachte. Be schouwde het ln elk geval niet als een signaal om zijn carrière af te gaan bou wen Maar het feit blijft dat hij niet meer zijn vroegere stabiliteit heeft Vorig jaar reed hij een matig voorseizoen en be leerde hij de afgang in de Dauphiné. De geschiedenis herhaalde zich enigszins al was zijn optreden in de laatste Dau phiné niet zo blamerend als het jaar er voor Zoetemelk heeft zo'n rijk verleden dat hij voldoende voorbeelden voorhanden heeft om duidelijk te maken dat een slechte voorbereiding nog geen slechte Tour is En bij die gedachte kan hij rus tig wegdoezelen. Die kalmte redt hem dikwijls, want als geen ander weet hij dat een onrustige inborst voor een etap perenner fataal kan zijn. Anders dan de specialist voor de eendagskoers. die op de toppen van zijn zenuwen moet pres teren en vervolgens de tijd heeft om de spanning af te reageren, heeft de klasse mentsrenner behoefte aan gelijkmatig heid. Gemoedsrust is daarbij van groot belang. leuker „Daarom", grinnikt hij, „was het leu ker geweest voor de Tour wanneer Hi nault in de Ronde van Italië verloren zou hebben. Natuurlijk gun ik het hem wel. maar hij zou dan de Tour per se hebben moeten winnen, omdat hij dan dit jaar nog geen grote overwinning op zijn naam had staan. Dat betekent een extra druk en in nervositeit komt een renner sneller tot fouten. Aan de ande re kant zal hij toch wel nerveus zijn, omdat hij ze dit keer wél allebei wil winnen. Hij zal toch willen afrekenen met de kritiek dat hij het twee jaar geleden niet kon". De ambitie van Zoetemelk zelf reikt, zegt hij, niet verder dan „nog een keer een goed klassement in de Tour rijden. En zolang dat gaat. blijf ik doorgaan. Angst om af te gaan? Pff, ik hoop ge woon dat het niet zal gebeuren Daar is trouwens geen reden voor Mijn leef tijd? Ach, Poulidor is tot zijn veertigste doorgegaan. Van Looy en Post hebben ook lang gereden. Net als Merekx. Ik ben op een bepaald punt begonnen en helemaal gegroeid in die sport. Het is erg moeilijk om er afscheid van te ne men". En daarom kiest hij voorlopig nog voor dat nomadenbestaan. Trek ken van hotel naar hotel. Als hij er maar niet te lang hoeft te blijven bernard hinault Het Luxemburgse Kurort Remich dommelt nog wanneer Ber nard Hinault in hotel Bon Accueil van de ontbijttafel komt. Vrijdag start in het Zwitserse Basel de 69- ste Ronde van Frankrijk. De op één na kortste aflevering uit de rijke historie van deze wielerwedstrijd voert een record aantal deelnemers (170) van Basel via België en de atlantische kust naar de Pyre neeën, waar de grote strijd naar verwachting half juli echt zal ontbranden. Peter de Jonge, sportredacteur van de PZC, en Peter Heerkens, chef sport van het Haar lems Dagblad, zullen de Tour de France voor deze krant volgen. In deze bijlage blikken ze met de hoofdrolspelers van de komende ron de al vooruit. Verder treft u informatie over de historie van de Tour, het routeschema en de televisieprogramma's. Hij heeft er juist een paar duizend kilometer Giro d'Italia opzit ten, maar het is hem niet aan te zien. „Ik begon met 65 kilo en op het eind woog ik het nog. Ik ben in conditie". Zijn ploegleider Cyrille Guimard drong hem de Ronde van het Groothertogdom op. „Hij zei dat het beter was om meteen na Italië dit te doen dan te gaan rusten voor de Tour en later nog een kleine ronde mee te pakken". Zijn bereidheid voor een interview is groot, maar hij vindt gesprekken met journalisten niet de meest amusante bezigheden van een werkdag. „Enfin. Het hoort erbij...". In de hal treft Ma rianne Hinault voorbereidingen voor een uitstapje joggen langs de Moezel, samen met Mar tine Guimard. Ze heb ben allebei hun echtgenoot ruim een maand niet gezien. „Luxemburg" is een uitje Hinault: „Zo'n situatie is een lo gisch gevolg van mijn beroep, maar ik vind datdatnietalte lang moet duren' - Hij heeft altijd gezegd dat hij op zijn 32e zal stoppen. Nog vier seizoenen dus. „Daar blijf ik bijEr is een bekend grap je waarin een kind naar de vader wijst en tegen de moeder zegt: wie is die mijn heer...? Dat wil ik nooit meemaken. Ik hecht erg aan mijn gezin en mijn fami liaire banden. Thuis zijn betekent voor mij heel veel. De mooiste plek ter we reld vind ik de twintig vierkante meter tuin waar ik artisjokken kweek. Ik zal later beslist geen baantje nemen dat me veel van huis houdt. Ploegleider wil ik daarom nooit worden". sukkelen - Er zijn er geweest, die moeilijk af scheid konden nemen van de top-wie- lersport. Eddy Merekx bijvoorbeeld. „Dat zal mij niet gebeuren. Eerder stop ik vóór m'n 32e dan dat ik daarna door ga. Wanneer er jongeren komen die mij kloppen, dan houd ik er meteen mee op. De dag dat ik de beste niet meer ben. zal mijn laatste dag zijn. Ik wil niet naar een einde sukkelen zoals Merekx dat heeft eedaan". - Zijn prestatiedrang is anders dan die van anderen. Vorige vedetten waren ambitieuzer. „Ik vind het ronduit walgelijk om mij resultaten van anderen op te dringen. Waarom moet ik meer winnen en waar om moetik betere tijden maken...?! An- quetil was Anquetil en Merekx was Merekx Zij deden het op hun manier en ik wil het doen op de mijne. Zou ik mij spiegelen aan wat zij bereikten, dan sliep ik geen nacht meer rustig. Ik heb het al vaak gezegd: ik ben niet iemand die het hele jaar door op zijn maximum vermogen werkt. Men hoeft van mij geen inspanningen te verwachten die zich laten vergelijken met die van bij voorbeeld Coppi, Bobet, Anquetil, Merekx en noem ze maar op. Ik wil niets forceren. Als ik makkelijk kan winnen, zal ik het niet moeilijk doen". - Met die instelling behoort een aanval op het werelduurrecord van Eddy Merekx Mexico25-10-1972: 49 km 431,95 m) tot de onmogelijkeden. Ter wijl het er een paar jaar geleden naar uitzag dat zo'n poging gewaagd zou worden. „Ik heb leren relativeren. Een recordpo ging kost erg veel geld, wat gezien de economische situatie steeds minder verantwoord is voor een dergelijke on derneming. Bovendien zou het ten kos te gaan van mijn na-seizoen - want dat is de beste tijd daarvoor - en dat wil ik niet. Bovendien is het zo, dat ik op de baan minder ervaren ben dan Merekx het was, wat betekent dat ik veel moet oefenen. Ik ga er vanuit dat als ik dat wereldrecord wil verbeteren, ik twee jaar voorbereiding nodig heb. Het is tenslotte niet niks: de 50-kilometer- grens doorbreken. Ik heb uitgerekend dat ik, als ik het ook in Mexico zou pro beren, in één uur 110 ronden moet rij den met een versnelling van 52x14. Ik schaam me er niet voor om te zeggen: dat vind ik te problematisch". tegenslag - Voor deze Tour de France staat het behalen van „de dubbel" Oiro en Tour in één seizen) centraal. Twee jaar gele den, toen het mislukte, werd een derge lijke poging afgezworen. „Ik heb toen inderdaad gezegd dat ik die twee nooit meer in hetzelfde seizoen zou rijden, maar ik ben het anders gaan zien. Een kwestie van rijper worden. Het kan, heb ik vastgesteld, mits je je met laat meeslepen in de drang om in beide wedstrijden voluit te gaan. Je moet je krachten verdelen. Vroeger vond ik dat niet zo. Nu heb ik me in de Ronde van Italië betrekkelijk rustig ge houden omdat dat qua koersverloop kon. Als men zegt dat dat passief is, moeten daar anderen op aangekeken worden. Het was niet aan mij om aan te vallen. Overigens geloof ik nog steeds niet dat twee jaar geleden mijn Tour mislukte omdat ik in Italië teveel gege ven had. Dat was toen domweg tegen slag. Mijn knieblessure onstond vanwe ge het slechte weer in de Giro en ner gens anders door. Dat soort pech maakt je sterker. Een goed coureur leert van dergelijke situaties..." - Voor de Tour de France wordt getwij feld aan de kracht van zijn ploeg. Die had sterker kunnen zijn wanneer in de transfertijd niet een aantal goede aan biedingen was afgehouden. „Het gezeur over mijn ploeg begint me de keel uit te hangen. Zo lang ik aan de top sta zijn er aanmerkingen en ze blij ken steeds niet terecht. Ik had inder daad de kans om sterke renners aan te trekken, maar die vroegen veel te veel geld. Jostein Willman bijvoorbeeld ei ste vijf keer zoveel als wat redelijk is... Er zitten nu veel jonge renners in mijn ploeg, maar dat vind ik geen probleem. Een coureur die serieus voor zijn vak leeft en die zich niet vergooit met crite riums rijden, kan met mij de koers in. Natuurlijk: in de bergen sta ik er alleen voor, maar welke kopman heeft wél vol doende steun in de cols?! Het gaat erom dat ze je fit aan de voet van een klim brengen en wat dat betreft heb ik alle vertrouwen in mijn knechten". benieuwd - Op papier ziet de tegenstand er voor deze Ronde van Frankrijk niet drei gend uit. De top is smal. „Toch onderschat ik de Tour niet. De geringste fout kan fataal zijn. Van al mijn tegenstanders ben ik het meest benieuwd naar wat Peter Winnen gaat doen. Hij maakte vorig jaar een enor me indruk, maar dit voorseizoen heb ik hem nergens gezien. Voor mij is hij hét grote vraagteken van deze ronde. Theoretisch kan hij mij op achterstand fietsen in het hooggebergte, maar ik heb al berekend dat ik dan in de tijdrit ten op hem kan inlopen. Dat werk kan ik beter dan hij. Daarom ben ik niet bang...".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1982 | | pagina 13