CHARTA-77 dubbel karwei voor romeinse ambtenaren 'vrijheid kan alleen van de mensen zelf komen, niet van de koude oorlog' WOENSDAG 3 FEBRUARI 1982 PZC/opinie en achtergrond (Van onze medewerker De dramatische onderdrukking van de vrije vakbond Solidariteit in Polen staat internationaal in de belangstelling. Ook in andere Oosteuropese landen waar de oppositie op hardhandige wijze wordt onderdrukt. Vaclav Maly, woordvoerder van het Tsjechoslowaakse Charta-77, kan daarover meepraten. Maly is al enige tijd woordvoerder van Charta en ondertekenaar van enkele Charta-publikaties. Hij zat zeven maanden in een gevangenis en heeft de laatste tijd opnieuw te maken met een hard repressief optreden. Maly vertelt daar liever niet over, maar van anderen hoorde ik dat hij om de paar weken opgepakt wordt. Tijdens de verhoren wordt hij geschopt en geslagen. Laatst dreigde men hem van een brug af te gooien als hij niet bekende, maar Maly bleef weigeren. ment. al is dat een te veel op zichzelf staand voorbeeld, goed is gelukt. Kijk, we kunnen niet alleen blijven zeggen dat de gevangenen vrijgelaten moeten worden en dat er vrijheid van menings- uitingmioet zijn. De meeste mensen in teresseren zich veel meer voor een aan tal sociale problemen; de prijsverhogin gen waar ik over sprak, de lage pensioe nen en de slechte medische verzor ging". We zitten in een donker keukentje er gens in een buitenwijk van Praag. Hij ziet er moe uit, maar vertelt vol vuur omdat hij het ontzettend belangrijk vindt dat de activiteiten van Charta in het Westen bekend worden. Maly: „Voordat we verder praten wil ik eerst iets over de positie van Charta-77 zeggen. We worden vaak omschreven als een oppositiegroep, maar eigenlijk moet men Charta niet zo zien. Een op positiegroep of partij heeft een politiek programma met daarin een aantal ei sen die haaks staan op het heersende beleid van de machthebbers. In deze zin is Charta geen oppositie. We zijn een vrije groep van mensen, die nu al enige jaren opkomt voor een naleving van de mensenrechten in Tsjechoslowakije. Rechten die hier behoren te gelden, om dat de regering zich daar, ook interna tionaal, aan heeft gebonden. We probe ren een ruimte te creëren waarin de mensen in vrijheid kunnen kiezen en op zijn minst hun mening kunnen uitspre ken". politiek - Ik begrijp dat Charta zich bezighoudt met het verwezenlijken van een aantal voorwaarden hiervoor? ,4a. Charta heeft geen oppositioneel programma, maar het probleem is dat we worden bestempeld als een politie ke oppositie. De machthebbers voelen zich door Charta bedreigd, omdat men begrijpt dat de consequente invoering van een aantal burgerrechten hun machtsuitoefeningen aantast". - Toch komt Charta ook met een aan tal eisen. Jullie hebben geen politiek programma, maar de politiek van Charta is toch heel duidelijk? „Ja. Charta heeft natuurlijk politieke invloed. Vanaf het begin hebben we de regering opgeroepen tot een dialoog. In deze zin is Charta politiek bezig. We be- soort beslissingen in overleg met de be volking genomen moeten worden. We hebben ons onlangs uitgesproken over het milieuprobleem. De vervuiling in Tsjechoslowakije neemt zeer ernstige vormen aan. We publiceren onze opvat tingen over ontspanningspolitiek en de westerse vredesbeweging. Daarin staat centraal dat de ontspanningspolitiek samen moet gaan met mensenrechten politiek en dat deze twee nooit los van elkaar mogen komen te staan. Iets dat je in de reacties op de gebeurtenissen in Polen wel ziet gebeuren. Natuurlijk blij ven we ons ook bezighouden met de ver volgden in ons land. Dat blijf onvermin derd doorgaan. Van daaruit is Charta ontstaan. We kunnen ons niet laten iso leren door arrestaties". intellect - Ik denk dat Charta in het Westen vooral gezien wordt als een groep van oppositionele intellectuelen? „Misschien zijn we dat ook wel een beetje, maar vanaf het begin waren het toch ook arbeiders die op de voorgrond traden. Het is zelfs zo dat op dit mo ment onze verklaringen vooral door arbeiders ondertekend worden. Onder de eerste groep van 240 onderteke naars in 1977 waren veel intellectue len. Inmiddels is het aantal onderteke naars gegroeid tot 1100 en de meesten daarvan zijn arbeiders". - Is jullie situatie te vergelijken met die van KOR, de illegale oppositiegroep die vóór het bestaan van Solidariteit in Po len het verzet organiseerde? Zij werkte in het begin nogal geisoleerd, maar wist aan het eind van de jaren '70 de bevol king toch voor te bereiden op het ont staan van een grote sociale beweging? „Dat zit bij ons gecompliceerder in el kaar. Er bestaat bij ons een kloof tussen intellectuelen en arbeiders. Dat is een groot probleem. De machthebbers pro- conflicten Worden erop dit moment sociale con flicten uitgevochten, misschien ook los van Charta? „Die conflicten zijn er wel, maar die informatie daarover blijft schaars. Er zijn bijvoorbeeld problemen bij de mijnwerkers. Zij eisen betere werkom standigheden en willen een hogere be loning voor hun ongezonde en gevaar lijke werk. Zij hebben georganiseerde acties gevoerd. Onafhankelijk van Charta, omdat we weinig contacten in bedrijven hebben. Veel Charta-onder tekenaars werken zeer geisoleerd. In stookkelders of als nachtwachten. De machthebbers weten heel goed dat on ze invloed zich anders snel uit zou brei den". - Het organiseren van een sociale be weging verloopt dus erg moeizaam? „Ja. en de vergelijkingen met Polen gaan voorlopig niet op. In Polen was sprake van een andere situatie. Bijna alle Polen zijn katholiek en het katholi cisme was nauw verbonden met het Poolse nationalisme. Daardoor leefden bijna alle Polen op gespannen voet met de officiële ideologie. Dit verbindende element is er bij ons niet. Wat de men sen hier verbindt is de slechte economi sche situatie en de onvrijheid, maar dat moet meer gearticuleerd worden. Daar uit moet een programma voortkomen waarin velen zich kunnen vinden, al blijft het natuurlijk zo. dat er op zeer uiteenlopende manieren op de proble men gereageerd kan worden". - In Polen waren het vooral sociaal democratisch getinte ideeën die als ba sis dienden voor het programma van de oppositie? „Hier heerst bij de meeste mensen een primitief anti-communisme; wat de Bolsjewieken doen is slecht". - Er worden geen duidelijke ideeën te genover gezet? „Door de meeste mensen niet. Het gaat ze vooral om een verbetering van de le vensstandaard, om een materiële ver goeding van de situatie. De vrijheidsi- Vaclav Maly dealen leven wel onder de bevolking, maar als gevolg van de repressie ont breekt het geloof daarin". -Een gedwongen „eerst komt het eten en dan de moraal"? „Tot nu toe wordt de bevolking in Tsje choslowakije door middel van materië le beloften aan het lijntje gehouden. De Poolse arbeiders zagen zoiets goed in en kwamen erachter dat nationaal gezien een groot deel van de macht in hun han den lag. De mensen wachten hier op een vrijheid die van buiten komt. Ze ver wachten iets van de internationale si tuatie. Dat de Verenigde Staten de Sowjet-Unie kan dwingen hun politiek te veranderen. Dat lijkt me een foute beoordeling zonder perspectief. De te genstellingen worden er door aange wakkerd. De vrijheid zal alleen van de Tsjechoslowaken zelf kunnen komen". - Hoe werd er hier op Polen gerea geerd? „Na de machtsgreep waren de mensen erg teleurgesteld, want de Poolse si tuatie bracht hoop. Het was immers voor het eerst dat een volksbeweging in Oost-Europa de machthebbers tot vergaande concessies dwong. Die hoop is nu natuurlijk vervlogen. De mach thebbers reageerden vanaf het begin zeer negatief op de activiteiten van So lidariteit. De repressie breidde zich uit en men probeerde de bevolking te la ten geloven dat er tien miljoen luie contra-revolutionairen aan het werk waren". - Kan je iets zeggen over de perspectie ven in Tsjechoslowakije en de ideeën die daar in Charta over leven? „Het debacle in Polen heeft die perspec tieven er niet rooskleuriger op ge maakt. Klaarblijkelijk is het tot op dit moment onmogelijk om de machts vraag in Oost-Europa aan de orde te stellen. Daar hebben we rekening mee te houden. Toch denk ik dat een politie ke pluriformiteit de enige garantie is voor sociale veranderingen in Tsjecho slowakije. Charta zal dus op moeten ko men voor die pluriformiteit. En tegelij kertijd zelf ook antwoorden moeten for muleren op de politieke en sociale pro blemen. We zullen met een heel duide lijk programma moeten komen, geba seerd op de ideeën die er bij de bevol king leven. Charta en andere kritische groeperingen zijn daarom gedwongen uit te groeien tot volksbewegingen. Maar het zal lang kunnen duren en zon der twijfel persoonlijke offers vragen. Het spijt me, nu ik mezelf zo hoor pra ten, dat ik niet duidelijker kan zijn. Dat brengt de situatie nu eenmaal met zich mee". „Tot slot wil ik zeggen dat onze activi teiten en de reacties daarop geen aan leidingen mogen geven tot nieuwe Oost-West-conflicten. We zullen uitein delijk een ontspannende invloed moe ten hebben, en nieuwe dynamische ideeën over de Oost-West-verhoudin- gen moeten oproepen, want nieuwe koude oorlogen brengen ook hier de vrijheid niet! moeien ons met het klimaat waarin hier beren deze kloof te verdiepen, omdat ta geleefd en gewerkt wordt. Charta pro beert de omstandigheden te creëren waarin het voor de mensen mogelijk wordt om hun meningen duidelijk naar voren te brengen. Onder de bevolking leven oppositionele ideeèn, maar die kunnen tot nu toe alleen heimelijk geuit worden. Men klaagt en spot tij dens het bierdrinken, maar in de open baarheid is het nog steeds Charta die voor de mensen spreken moet". - Wat zijn op dit moment jullie belang rijkste eisen? „Op dit moment interesseren de men sen zich vooral voor de verhoging van de prijzen van eerste levensbehoeften. Charta legt er de nadruk op dat dit begrijpen dat een coalitie tussen deze twee groepen, iets dat in Polen wel luk te. wel eens heel bedreigend voor ze zou kunnen zijn. In Polen lukte het die kloof te overbruggen, en dat is op dit moment de hoofdopgave voor Charta. We zullen onder de mensen moeten komen te werken. En ondanks de repressie zullen de mensen toch moeten leren hun ideeën uit te spreken. In de documen ten die we uitgeven zullen we. meer dan dat tot nog toe het geval is geweest, de wensen van de arbeiders uit moeten drukken. Hun taal spreken. Dat ont breekt er nog wel eens aan". - Zijn daar al voorbeelden van? „Ik denk dat het ons bij het milieudocu- Van onze correspondent Anton Koene Blijft de kerk in Polen op eigen ter rein of pleegt zij overspel met de politiek? Heeft de Poolse kerk, zoals de Oostenrijkse bondskanselier dr. Bru no Kreisky vorig week heeft gezegd en wat bij de hoogste Oostenrijkse kerke lijke autoriteiten en de Oostenrijkse christen-democratische oppositie al gemeen verontwaardiging wekte, de arbeiders in Polen in eerste instantie opgehitst om ze nu in deze moeilijke tijden te laten vallen? Of is de kerk in Polen, zoals hun kerkelijke verdedi gers buiten het Oostblok beweren, al leen bezig te doen wat het evangelie eist? Als vaststaand kan worden aangeno men dat de Poolse rooms-katholieke kerk met volledige instemming van Ro me in volle vaart tegen het militaire re gime is ingegaan over de schending van de mensenrechten. Van meet af aan hebben de Poolse bisschoppen twee ei sen op tafel gelegd. De eerste is de on middellijke vrijlating van de geinter- neerden en de tweede is het normaal laten functioneren van de vrije vakor ganisatie. De eisen zijn zondag na het uitroepen van de staat van oorlog (noodtoestand) op 13 december 1981 in alle kerken schriftelijk onder de gelovigen ver spreid. De bisschoppen stellen nu ook dat alle Polen de beperkingen van hun vrijheid als pijnlijk en onrechtvaardig ervaren. Zij hebben gewaarschuwd dat dergelijke beperkingen alleen maar kunnen leiden tot protesten, oproer, re bellie en misschien zelfs tot een burger oorlog. De bisschoppen hebben nog eens extra benadrukt dat de arbeiders recht heb ben op een vnje vakbeweging met een eigen bestuur en dat deze vorm zoals die van voor de 13e december wordt hersteld en dat bovendien de jeugd het recht krijgt een eigen onafhankelijke organisatie op te richten. De studenten vakbond 'Solidariteit' is de enige die tot nu toe officieel verboden is en ontbon den. Na deze sterke taal op papier klonk de preek van aartsbisschop Josef Glemp, die rechtstreeks via de Poolse radio werd uitgezonden, wat zwakjes. Maar een nadere analyse van de kan selrede leert anders. De Poolse pri maat weet beter dan wellicht wie ook aan welke zijden draad het recht van de kerk op welk radioprogramma dan ook hangt. En het is een niet te verwaarlozen teken van hoeveel gewicht de Poolse militaire regering aan goede betrekkingen met de kerk hecht, dat zij de kerkelijke uit zendingen op zijn minst via de radio na het uitroepen van de oorlogstoestand heeft hersteld en zelfs enige mate heb ben uitgebreid. Iedereen, zei Glemp. heeft onder deze bmstandigheden een bijzondere christelijke plicht. Iedereen heeft in de turbulente periode sinds augustus 1980 fouten gemaakt en zich aan het maken van zonden schuldig gemaakt. Wat Glemp in wezen van de over weldigende rooms-katholieke meerderheid in Polen eist, is dat zij niet meer tegen haar geweten handelt en dat de gelovigen niet meer liegen. Dat zij namelijk niet meer hun lid maatschap van de vakbond opzeggen omdat ze bang zijn hun baan te verlie zen. Dat ze niet meer liegen tegen hun bazen of in het andere geval tegenover hun ondergeschikten over hoe hun op vatting is over de staat van oorlog. Geen compromis meer, heeft Glemp over de hoofden van de gelovigen aan het militaire regime laten weten. De media zowel in binnen- als buiten land, zo heeft de primaat in zijn predi katie geëist, moeten eerlijke informatie krijgen over de stand van zaken in het land. Mensen die hun vrijheid kwijt zijn of hun baan verloren hebben, hebben ook het recht te weten waarom dat is gebeurd en waarom zij op deze manier gestraft zijn. Het kruis, aldus de primaat, heeft zijn plaats op het werk en in het klaslokaal. Hij refereerde verder aan onderhande lingen met de regering. Eenheid, zei hij, is alleen te bereiken door dialoog en dialoog moet berusten op waarheid. Uit uitlatingen van Poolse bisschop pen evenals die van aartsbisschop Glemp kan worden afgeleid dat de rooms-katholieke kerk een harde koers vaart al is de indruk naar buiten anders. De gesprekken tussen kerk en staat hebben tot nu toe tot concessies geleid die per millimeter vast te stel len zijn. zoals betere omstandigheden voor geïnterneerden en het recht van kerkelijke autoriteifèn hen te bezoe ken. Het probleem van de Poolse rooms-ka tholieke kerk is hoever zij de zaak op de spits kan drijven zonder dat het tot geweld of tot een burgeroorlog komt. (Van onze correspondent Hein ten Kor- tenaar) Een bar in de binnenstad van Rome, die bij voorkeur door buitenlandse journalisten wordt bezocht, werd tot voor enkele jaren gedreven door een ambtenaar van het ministerie van landbouw. Wat daar precies zijn func tie was, is nooit geheel duidelijk ge worden. Kennelijk was hij een soort manusje van alles, met verstand van electriciteit en telefoons. Af en toe stond hij 's morgens achter zijn toog met een wat verfrommeld uiterlijk, waarvoor hij dan als verklaring gaf dat hij "nachtdienst" had gedaan. In ieder geval besteedde hij niet meer dan een fractie van zijn tijd aan zijn openbare fünctie. Wanneer hij daarvoor een paar uur afwezig moest zijn. liet hij zich vervangen door een schoonzoon, werkzaam op het ministerie van bin nenlandse zaken. Geen van belden maakte ooit een geheim van deze dub bele en officieel grotendeels gelijktijdi ge werkzaamheden. De schoonvader geniet nu al enkele jaren van zijn amb- tenarenpensioen. dat hem kennelijk ook in staat stelde afscheid te nemen van zjjn taplokaal. Het aardige van deze situatie was de volslagen openheid en vanzelfspre kendheid waarmee dit alles gebeurde. Italiaanse ambtenaren behoren tot de slechtst betaalde groepen in het land, maar niettemin heeft de overheids dienst altijd een grote aantrekkings kracht uitgeoefend. In feite is het een soort openbare werkverschaffing; bij voorkeur gebruikt door politici om er hun beschermelingen in onder te bren gen. Het is dan ook geen wonder dat een onevenredig groot aantal ambte naren voortkomt uit achtergebleven gebieden als Sicilië, Calabrië en Na pels. Zij huizen in de troosteloze en verwaar loosde gebouwen die ln zuidelijke lan den onafscheidelijk met overheidsdien sten verbonden zijn. De ongastvrijheid van deze onderkomens weerspiegelt de geest van hen die er werken. Zij wensen zo weinig mogelijk van doen te hebben met het publiek en behandelen dege nen die tot hen weten door te dringen als lastige onderdanen, die zo spoedig mogelijk en onder welk voorwendsel dan ook verwijderd dienen te worden. Aan hun lage salarissen en weinig aan trekkelijke werkomgeving ontlenen zij een aantal voorrechten: langdurige bezoeken aan het in ieder overheidsge bouw gevestigde café; het uitvoerig doornemen van de ochtenbladen; het boodschappen doen in kantoortijd; het opnemen naast - en meestal in aanslui ting op - de normale vakantie, van een jaarlijks ziekteverlof. Ook hun werktijden zijn aangepast aan een rustig leven. Vaak tot grote veront waardiging van zakenlieden uit Milaan of Turijn, die aan een 'noordelijker' tempo gewend zijn, wordt er op Ro meinse ministeries slechts van half ne- gen 's morgens tot twee uur's middags (overigens wel zes dagen per week) ge werkt. Wie na afloop van de middag- siesta nog enkele uurtjes op kantoor wil doorbrengen, krijgt daarvoor overuren betaald en laat zich in geen geval door het publiek storen. Het hier beschreven schema geldt voor de plichtsgetrouwe ambtenaar. Maar aangezien de controle miniem placht te zijn, werd er ook op grote schaal de hand mee gelicht. Wie ook maar enigs zins te maken heeft met ministeries en andere overheidsdiensten, kent het standaardantwoord; „Meneer zus en zo is met op zijn kamer". En een van de redenen van de aantrekkingskracht van de overheidsdienst was dat wie er eenmaal in zat. ook praktisch niet meer ontslagen kon worden. in bed In het afgelopen jaar begon het Ro meinse dagblad II Messaggero een uit gebreide enqu'te over het 'absentisme' op overheidksanooren. De uitkomst was opzienbarend. Tenslotte begon een officier van justitie in Rome zich ermee te bemoeien en de eerste politie controles brachten al merkwaardige zaken aan het licht. Zo bleken bij de postsortering op het internationale vliegveld Fiuraicino van de 42 ambte naren die in de nacht dienst geregi streerd stonden, er vier aanwezig. De rest lag rustig thuis in bed. In de afgelopen weken volgden de eer ste arrestaties. Een ambtenaar die het vorig jaar 150 dagen met ziekteverlof was geweest, had in die tijd dienst ge daan als portier in een Romeins hotel. Een ander bleek, met behoud van zijn ambtenarensalaris uit Rome. een café te drijven in Palmi, in het uiterste zuid puntje van Italië. Een personeelschef, die weliswaar iedere dag controleerde of iedereen wel op kantoor was, had daarvoor het laatste halfjaar zelf nooit langer dan anderhalf uur per dag aan zijn bureau gezeten. Ook werd proces verbaal opgemaakt tegen de artsen die lichtvaardig ziekteverklaringen had den uitgeschreven. gewoonterecht De verontwaardiging op de ministe ries was groot. Hoe haalde de justitie het in haar hoofd zich te gaan be moeien met zaken die al sinds mensen heugenis tot het gewoonterecht be hoorden? De vakbonden reageerden schuchter. Natuurlijk moest misbruik bestreden worden, maar men diende ervoor te waken een karikaturaal beeld van de ambtenarij aan de publie ke opinie te presenteren. Het justitie-onderzoek gaat intussen door en heeft een begrijpelijke paniek onder de ambtenaren verspreid. Op alle ministeries zijn strenge maatregelen af- gekondig om de aanwezigheid van alle ambtenaren te garanderen. De gevol gen zijn overal merkbaar. Zo is het ie dereen opgevallen dat het chaotische ochtendverkeer in Rome plotseling on gewoon rustig is geworden. Bij alle scholen staan 's middags om half een bosjes hulpeloze kinderen, die niet lan ger door papa of mama van het ministe rie afgehaald mogen worden. Op de overheidskantoren daarentegen is de chaos compleet. In geen enkel kantoor zijn genoeg lessenaars be schikbaar door de ongewone tGeloop van werkwilligen. Door alle gangen waren, als schimmen, wanhopige amb tenaren op zoek naar iemand die hun werk kan verschaffen. De hervorming van de overheidsdienst, die in zijn hui dige organisatie nog uit de rustiger tij den van Italië's eenwording (1860) stamt, staat al sinds de Tweede We reldoorlog op het programma van alle opeenvolgende regeringen, maar tot nu toe heeft men het altijd te druk ge had met andere, schijnbaar dringen der zaken. Misschien zal de een mansactie van de Roemeinse officier van justitie regering en parlement dwingen er nu eindelijk de nodige aan dacht aan te besteden. Zeg eens eerlijk: vond u het érg smakeloos? Of alleen maar een beetje saai? Dat laatste lag dan niet aan Hier en Nu van de NCRV, want die had er nog twintig minu ten uitgeknipt, zodat de resterende veertig minuten van,f,et Poland be Poland" een beetje meer vaart had den gekregen. Omdat ik wel eens wilde weten wat er zoal was uitge knipt, heb ik Hier en Nu gebeld en mij het rijtje laten voorlezen: beel den van demonstraties in Japan. Rome en Lissabon; de toespraken van de premiers van Japan, Noor wegen, IJsland, Australië, Portu gal, Spanje, Luxemburg, Canada en Italië; de heren O'Neül, Baker en Ruraz, van wie de identiteit niet zo snel achterhaalbaar bleek; de Poolse jazzpianist Adam Makowicz en de Poolse Nobelprijswinnaar voor literatuur 1980, Czeslaw Mi- losz (Charles Wiek, de organisator van Let Poland be Poland, had eer der op de avond in BGTV tegen over Emile Fallaux niet zonder trots de culturele medewerkers aan zijn programma opgesomd, onder wie de Polen Czeslaw en Mi- losz...) tijdwinst Waarom, vroëü ik Renê Eybersen verbaasd, is uitgerekend de be roemdste Pool, die een door hem geschreven gedicht over de op stand in Gdansk had voorgedra gen, eruit geknipt, terwijl alle Ame rikaanse filmsterren erin gebleven zijn: Frank Sinatra, Orson Welles, Henry Fonda, Bob Hope, Kirk Douglas. Twee Poolse artisten, alle twee geknipt! Vreemde keus, als je bent gaan knippen omdat je het zo'n typisch Amerikaanse, onge paste glittershow vond! Het was, antwoordde René Eyber sen, in eerste instantie natuurlijk een Amerikaanse shoio voor de Po len, bovendien zat er al een flink brok cultuur in en hij moest tijd zien te winnen. Tja, wat heet tijd winnen? Of ik nou om 5 over 12 naar bed kon of om 10 over 12, dat maakte me niet zoveel uit, heb ik geantwoord. Je haalt toch niet uitgerekend de Poolse No belprijswinnaar voor literatuur met een gedicht over Gdansk uit een progamma dat ,J.aat Polen Po len zijn" heet? brand Bovendien, waaraan werd de tijd besteed die met het weglaten van Czeslaw Milosz werd gewonnen? Aan Arbatow, de alomaanwezige woordvoerder van de Sowjetrussi- sche regering! Over smakeloos ge sproken. In het huis van de gehan gene spreekt men niet over de beul, maar je interviewt hem nog wel even, terwïlle van de heilige objecti viteit. Ik vond dat net zo smakeloos als het IKON-programma over de herdenking van Boedapest-1956, waarin Nederlande communisten mochten namopperen over de rui ten die toen bij De Waarheid en Pe gasus waren ingegooid. Michel Korzec, die gelukkig ook nog om commentaar was gevraagd na mens de Polen, zei verbaasd te zijn over de drukte rond de ,J*olen- show". Het was, zei hij, alsof ie mand bij een uitslaande brand niet de brandweer belde, maar de poli tie om te klagen over burenge rucht! smakeloos Of is het soms niet smakeloos om een programma over de ellende in Polen te beginnen met even ellendi ge beelden uit El Salvador en Tur kije? Vanwaar die plotselinge be hoefte aan tegengas? Afghanistan en de Russische concentratiekam pen werden toch ook niet getoond? Je hoeft op je spandoek tegen Ar gentinië toch ook niet op de achter- kant tegen Tsjechoslowakije te protesteren, op straffe van onge loofwaardigheid? Toen we tegen de oorlog in Vietnam demonstreer den, dus tegen Amerika, is de tele- visie vóór het tonen van de beelden toch ook niet koortsachtig op zoek gegaan naar kwalijke activiteiten van de Soujet-Unie? Let Poland be Poland, zou ik zeggen. Nu wordt er even gepoold, straks gaan we tur- kijen, zoals we in het verleden heb ben gechili'd en gehongarijd. Alles op zijn beurt, er is nog genoeg te doen! stel dat In maart 1939 bezette Duitschland Tsjechoslowakije. Televisie was er toen nog niet, behalve als mogelijk- I heid, maar er was wel radio. Stel, I dat iemandinEngeland op het idee was gekomen een internationaal radioprogramma te maken over de I bezetting van Tsjechoslowakije, en daarvoor politici uit een vijftiental landen had weten te strikken, nog afgezien van bekende filmsterren f als Vivian Leigh en Laurence Oli vier. En dat onder de uitgenodigde I premiers ook die van Nederland was, dat een nogal dubieus kolo- maal bewind voerde in Indiè en Su riname. Ofisu dat niet erg genoeg, vergeleken met Turkije? Zoudt u het dan een goed idee van de Deen- I se radio hebben gevonden dat zij, alvorens die „show" voor Tsjecho slowakije uit te zenden, eerst nog even de woordvoerder van Hitier zijn bedenkingen had laten spuien Ik niet.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1982 | | pagina 4