CODE endlösung DE WAANZIN VAN WANNSEE fraude per computer PZC/ zaterdagkrant Een nieuwe vorm van misdaad heefl zijn intrede gedaan, de „computer crime", ofte wel de computerfraude. Ongemerkt bent u er misschien al het slachtoffer van geworden. Toegegeven, die kans is (nog) klein, maar hij bestaat. Want het kan bijvoorbeeld best gebeuren dat u met tussenpozen twee keer een acceptgirokaart hebt ontvangen en betaald, bijvoorbeeld voor een abonnement, terwijl één betaling voldoende was geweest. Die tweede argeloze overboeking is dan wellicht terechtgekomen bij een han dige systeemprogrammeur die misbruik heeft gemaakt van een adressen bestand. „Zoiets zal mjj nooit gebeuren, zult u zeggen. Maar het is anderen wel degelijk overkomen. De ervaring heeft geleerd", zegt prof. dr. L S. Herschberg. hoogleraar informati ca aan de Technische Hogeschool te Delft, die grote bekendheid heeft gekregen door zijn colleges in com- puterveligheid, „dat veel mensen zonder controle alle acceptgiro kaarten betalen die ze ontvangen". De directe aanleiding tot dit ver haal vormt het ronkende persbe richt van een adviseur voor compu- terboekhouden in het centrum des lands, die „als eerste" een vierdaag se cursus voor boekhouders, admi nistrateurs en automatiseringsspe cialisten gaat organiseren met als uitgangspunt de bestrijding van computermisdaden. „Onzin, dit is niet de eerste cursus", zegt prof Herschberg. „Ik ben bij voorbeeld zelf als adviseur verbon den aan Computer Security Con sultants in Rotterdam, een bedrijf dat al drie jaar bestaat, zeer actief is op het terrein van de bestrijding van computerfraude en daar ook cursussen over geeft". Verder zijn er in Nederland nog ten minste twee clubs die zich hiermee bezighouden: de Computer Securi ty Association, een genootschap waarvan computermerisen lid zijn die hun ervaringen met elkaar uit wisselen en de sectie beveiliging van het Nederlands Genootschap voor Informatica Nee, op dit ge bied gebeurt al heel veel in Neder land". nadeel De „computer crime" is sterk in opmars. „Niet alleen in Nederland, maar over de hele wereld en voor al ook in Europa", zegt prof. Herschberg. Steeds meer bedrij ven gebruiken computers die snel, feilloos en goedkoop allerlei al dan niet vertrouwelijke handelingen verrichten. Computers hebben ten henk kuipers minste één groot nadeel: ze zijn erg kwetsbaar. Tegen fysiek geweld zijn ze niet opgewassen, maar meestal ook niet tegen fraude. „Het is werkelijk onvoorstelbaar hoe luchthartig er met computers wordt omgesprongen. Er is veel meer fraude denkbaar dan zelfs de mensen uit het vak zich realiseren. Vandaar dat de noodzaak voor het nemen van tegenmaatregelen steeds groter wordt", aldus prof. Herschberg. Gemakshalve neemt onze hoogge leerde zegsman even de computer van een dagbladbedrijf als voor beeld. „Journalisten werken hun verhalen op terminals (beeld scherm met toetsenbord) uit die op de bedrijfscomputer zijn aangeslo ten. Met dezelfde computer worden ook andere handelingen verricht. Het abonneebestand zit er bijvoor beeld in. Het is voor een journalist dan helemaal niet zo moeilijk om via zijn beeldscherm een gratis abonnement te versieren", zegt prof. Herschberg. Minstens zo eenvoudig, aldus de Delftse hoogleraar in computervei ligheid (zijn studenten noemen het computervuiligheid...), is het mis bruiken van computertijd. „Een operator of een systeemprogram meur die 's nachts toegang tot de computerruimte heeft, kan er heel gemakkelijk een privé-computer- bedrijfje op na houden door simpel weg de computer van zijn baas een paar uur in te schakelen. Daar hoeft memand achter te komen" chantage Heel bekend in de sector van de super-witteboordencriminaliteit is volgens prof. Herschberg het stelen van (meestal vertrouwelih ke) gegevens die doorverkocht worden aan de concurrent of die gebruikt worden als chantagemid del. Zo heeft een paar jaar geleden een ex-medewerker van het chemi sche concern ICI computerbanden gestolen die hij alleen tegen een ferme betaling wilde retourneren. „Maar die man deed dat zo dom, dat hij tegen de lamp liep. Zoiets kan elk bedrijf overkomen dat een computer heeft. Bij een dagblad bijvoorbeeld kan het hele abonnee bestand worden gekopieerd zonder dat iemand het merkt", zegt prof. Herschberg. In New York zou eens een bankbe dlende het computerprogramma zodanig hebben gewijzigd dat hij van elke cliënt maandelijks één cent op zijn privé-rekening bijge schreven kreeg Dat leverde deze fraudeur drie miljoen gulden op. Prof. Herschberg heeft dit verhaal ook gehoord. Hij zet er een paar vraagtekens bij. „Ik weet niet of het wel precies zó is gegaan. Maar het ls wel degelijk mogelijk om, als je bij een bank werkt, bedragen naar de verkeerde en voor jou voordelige kant af te ronden en het verschil door een manipulatie met de com puter op je eigen rekening te stor ten. Het is riskant, maar het kan". Volgens prof. Herschberg zijn er rond de computer drie functiona rissen die kunnen frauderen. „Mensen die in dat opzicht gevaar lijk kunnen zijn, zijn de operator, de werkvoorbereider en de sys teemprogrammeur". Door de inge wikkeldheid van het systeem zijn deze deskundigen meestal nogal oncontroleerbaar. Drs. B. J. J. Huesmann, adjunt-directeur van een verzekeringsbedrijf, zei vol gens Elseviers Weekblad onlangs: „De enige manier om te zien dat er wat fout is, is als de systeempro grammeur zijn Porsche inruilt voor een Jaguar". Als een computerfraudeur tegen de lamp loopt, hoort de buitenwereld er meestal niets van. „De betrokke ne", zegt prof. Herschberg, „wordt zo geruisloos mogelijk ontslagen. Want het bedrijf heeft er geen enkel belang bij om via de publiciteit in zijn hemd te worden gezet. Toch zijn er vele honderden gevallen van computerfraude bekend. De Amerikaanse deskundige Don Parker bijvoorbeeld reist de hele wereld af met honderden goedge- documenteerde fraudegevallen. Daar geeft hij voorlichting over. Het is een versleten uitdrukking, maar ik gebruik 'm toch maar: het is slechts het topje van de ijsberg waar Parker over spreekt". reputatie Parker mag dan een bekende naam hebben opgebouwd, ook prof. Herschbergs reputatie op het ge bied van de computer-„vuilig- heid" mag er wezen. Hij is er al diverse keren in geslaagd, meestal tot grote schrik van de betrokke nen, om in te breken in computer systemen. Zijn studenten lukt dat ook al heel redelijk. „Als wij en aardige student mogen sturen, geef ik u bijna de garantie dat hij de computer binnen veer tien dagen de baas is en naar harte lust wijzigingen in de gegevens kan aanbrengen". Actie leidt tot reactie. Dus heeft de computermisdaad tot gevolg dat er tegenmaatregelen komen. Volgens prof. Herschberg is het van groot belang dat bijvoorbeeld computer bestanden worden versluierd. .Al leen iemand met de juiste sleutel, letterlijk of figuurlijk, of de juiste code zou toegang tot het bestand moeten hebben. Als dan iemand anders ten onrechte aan het snuffe len gaat komt er allen maar abraca dabra uit het systeem". Zestien december 1941. In Krakau (Polen) is de regering bijeen van Duitslands bezette gebieden in het oosten, onder voorzitterschap van Hans Frank, gou verneur-generaal. Frank (later in Neurenberg terechtgesteld) bespreekt de toe- L Volgens de notulen zegt hij onder meer: „De joden moeten allemaal ver dwijnen. Ze moeten weg. Er komt in januari in Berlijn een grote bespreking over dit onderwerp. We hebben er hier in het gouvernement-generaal 3,5 miljoen. Die kunnen we niet allemaal neerschieten of vergiftigen. We moeten grootscheepse maatregelen nemen". Hans Frank vaardigt naar de „grote be- jpreking" zijn staatssecretaris dr. Josef Buhler af. Op 20 januari ontmoet Buh- ler In het statige pand Am Grossen Wannsee in Berlijn, met uitzicht op het ige meer, veertien andere Duitse topambtenaren Voorzitter van de ver gadering is Reinhard Tristan Eugen Heydrich, 37 jaar oud. sinds 1932 lid van deNSDAP, Hitiers partij. In 1933 werd hij al hoofd van de politieke politie in Munchen, drie jaar later kwam hij aan de top van de Duitse SicherheitspolizeL Als de oorlog begint is hij chef van de «I Slcherheltspolizei en van de Sicher- heitsdienst. Bovendien had Hitler hem ln september 1941 protector van Bohe- men-Moravië gemaakt: zetbaas van de ftar dus in een provincie van het Duitse rijk. Op die manier had de fana tieke Heydrich rechtstreeks toegang tot Hitier. er was niets dat hij liever wil- Heydrichs waanzinnige jodenhaat wordt wel toegeschreven aan het feit dat hijzelf voor een klein deel van jood se afkomst was. Die sporen heeft hij steeds proberen uit te wissen: niet in hetminstdoor al zijn energie te investe ren in de jodenvervolging. Wie zjjn er nog meer uitverkoren deze belangrijke bespreking bij te wonen? Het ministerie voor de bezette gebieden !n het oosten stuurde dr. Alfred Meyer en dr. Leibbrandt; er waren liefst vier staatssecretarissen (dr. Stuckart, Ernst Neumann, dr. Freisler en Josef Buhler), van buitenlandse zaken kwam onder staatssecretaris Marten Luther, na mens de partij zat er SS-OberfUhrer Klopfer, de rijkskanselarij had topamb tenaar Kritzinger gestuurd, en dan nog een hele rij vooraanstaande SS'ers, zo tlsGruppenfuhrer Hofmann, Gestapo- ehefHelnrich Muller, dr. Schongarth en dr. Lange. En bovendien, wat onopval lend maar zeer goed ingevoerd in de materie, SS-Obersturmbannfuhrer Adolf Eichmann, hoofd van bureau IV B 4 van het Reichssicherheitshaup- tamt, op papier een onbenullig onder geschikt bureau, in de praktijk het cen trale punt van de jodenvervolging. Adolf Eichmann had zelfs de speech ge schreven die Heydrich aan het begin van de vergadering zou afsteken, hij had de convocaties voor de vergadering laten versturen. Geen onduidelijkheid liet Heydrich be staan over de verantwoordelijkheid voor de operatie. In het begin ze hij al: „De organisatorische leiding bij het realiseren van de definitieve oplossing van het jodenvraagstuk moet, on geacht geografische grenzen, centraal berusten bij de Reichsfuhrer SS en de chef der Duitse politie". Ofte wel: Hein- rich Himmler en Reinhard Heydrich hadden volledige bevoegdheden om overal in het Duitse rijk de maatregelen te nemen die zij nodig achtten. Heydrich zei een paar dingen over de ontwikkelingen tot dan toe. Hoe de Duitsers de joden hadden verdrongen uit de afzonderlijke sectoren van het maatschappelijk leven in Duitsland en hoe zij ze hadden verdreven uit de leef ruimte van het Duitse volk. Tot dan toe was „emigratie" naar het westen in feite de enige gerichte maat regel, zo betoogde Heydrich, maar dat hielp weinig; In negen jaar waren er hooguit 537.000 joden geëmigreerd, meldde hij. Maar dat was nu afgelo pen: Himmler had verdere emigratie in oorlogstijd verboden. wacht, hooguit in Noord-Europa, maar daar zou men nog enige tijd mee kun nen, wachten. In het „Wannsee-proto- koll" staat daarover: „In het bezette en onbezette Frankrijk zal het oppakken van de joden voor evacuatie naar alle waarschijnlijkheid zonder grote moei lijkheden kunnen geschieden. Onder staatssecretaris Luther deelde in dit verband mee, dat bij een grondige aanpak van dit probleem in sommige landen, zoals in de noordelijke staten, er moeilijkheden zullen opduiken, re den waarom het aanbeveling verdient deze landen voorshands ongemoeid te elf miljoen Heydrich tot de topambtenaren: „In de plaats van emigratie is thans als ver dere oplossing - na dienovereenkomsti ge voorafgaande toestemming door de Fuhrer - de evacuatie van de joden naar het oosten gekomen". En hij voegde er aan toe dat voor evacuatie ongeveer elf miljoen joden in aanmerking kwamen. ad van liempt Uit de lijst die Heydrich voorlas bleek dat hij daarbij ook de gebieden meetel de die Duitsland niet in bezit had (En geland, Zwitserland, Sowjet-Unie) maar waarvan toen werd aangenomen dat dat wel zou gebeuren. Heydrich na derde nu de kern van zijn, zoals gezegd door Eichmann geschreven, verhaal. Deze passage uit het Wannsee-Proto- koll (met stempel „Geheime Reichssa- che") bevat het programma van de Endlösung, zonder terughoudendheid. Hier volgt de onverkorte vertaling: laten. Gezien het geringe aantal joden dat hier in aanmerking komt vormt de ze opschorting dus geenszins een we zenlijke beperking. Daarentegen voor ziet het ministerie van buitenlandse za ken geen grote moeilijkheden in het zuidoosten en westen van Europa". onrust vermijden Het is volstrekt zeker dat tijdens de Wannsee-conferentie ook meer gede tailleerd over de voorgenomen joden moord is gesproken. In het verslag van de vergadering is dat weggelaten. Op ééu plaats is er iets van te merken, aan het eind: „Ter afsluiting werden de verschillende mogelijkheden tot de de finitieve oplossing besproken, waarbij zowel van de zijde van Gauleiter dr. Meyer als van de zijde van staatssecre taris dr. Buhler het standpunt werd in genomen. dat men bepaalde voorberei dende werkzaamheden in de desbetref fende gebieden dadelijk zelf ten uit voer moet brengen, waarbij echter het veroorzaken van onrust onder de be volking vermeden zou moeten wor den". Daarmee was de bespreking ten einde. Sommige spoedden zich weer naar hun kantoor voor een volgende bespreking, anderen bleven nog even napraten. „Am Kamin (bij de open haard), zo schrijft prof. Presser in een stuk over de Wannsee-conferentie. hebben Hey drich. Muller en Eichmann nog wat ge keuveld. „Wat er tijdens die vriend schappelijke kout-bij-de-haard bespro ken is kan men met zeer grote mate van waarschijnlijkheid vermoeden, name lijk dat toen Eichmann alleszins ge machtigd werd tot en op de hoogte ge steld van de taak waarvan hij zich met zoveel toewijding zou kwijten". heet hoffelijk Eichmann zelf hield zich tijdens zijn proces in Jeruzalem (na zijn spectacu laire ontvoering vanuit Argentinië) op de vlakte. Tegen zijn rechters zei hij in het verhoor over de Wannsee-conferen tie: „Ik kan me voorstellen dat een van de aanwezigen het woord nam en zoals dat gaat - ik was voor het eerst in mijn leven bij zo'n conferentie, waaraan der gelijke hoge functionarissen als staats secretarissen deelnamen - dat gaat heel rustig, heel vriendelijk, heel hoffe lijk en netjes, er werden niet veel woor den gesproken, het duurt ook niet lang, er wordt door de ordonnansen een cog- «TERDAG 16 JANUARI 1982 119 jeertigjaar geleden, op 20 januari 1942, kwamen ln de Berlijnse vüla Am Grossen Wannsee 56-58 vijftien Duitse topambte- Inaren bijeen. Op de agenda van deze eendaagse vergadering stonddie Endlösung der Judenfrage, de definitieve tossing van het Joden-vraagstuk. tbespreking verliep gladjes Er ivas grote overeenstemming, korte tijd later begonnen de vergassingen. s ie vergadering praatte men aan de open haard, cognacje in de hand, nog even na. ije verslaggever Ad van Liempt reconstrueert de gruwelijkste vergadering uit de wereldgeschiedenis. Heydrich nac aangereikt en dan is de kwestie voorbij". Presser over Eichmann: „Hij heeft zich er in Jeruzalem op beroepen dat hij op de bijeenkomst van Wannsee maar een klein mannetje was geweest; eigenlijk op één na de laagste in rang, zodat hij zich van alle schuld vrij had gevoeld. Wat had hij kunnen doen, toen de boog- sten „de pausen", zei hij) hem het bevel gaven? Inderdaad zat hij daar tussen een stel fijne meneren, zeer hoge staats ambtenaren, het neusje van de zalm, deels met universitaire titels, echte pro minenten, beschaafde lieden, die hun klassieken kenden en de keurigste ma nieren ten toon wisten te spreiden. Wij weten echter dat die kleine Eichmann slechts klein in rang was geweest, maar groot, zeer groot, monsterachtig groot in macht. Macht over leven en dood. machtiger dan de meeste van de „pau sen" in elk geval". De schrijver Abel J. Herzberg typeerde de Wannsee-conferentie nog wel het raakste toen hij schreef: „Heydrich voerde het woord, niemand heeft zich verzet, er was geen enkel probleem ten aanzien van de competentie. Misschien waren ze wel bfij dat iemand gevonden was voor het vuile werk". Heydrich heeft het vuile werk overigens maar kort opgeknapt. Op 27 mei 1942 werd hij in de buurt van Praag in een bocht van de weg opgewacht door een groep partisanen, die een handgranaat in zijn auto wierpen. Ongeveer een week later overleed hij aan zijn verwon dingen. Als wraak moordden de nazi's de dorpen Lydice en Lezaky uit. Hey- drichs werk werd voortgezet door SS'er Kaltenbrunner. uitvinder Was er zonder Heydrich, zonder Eich mann geen Wannsee-conferentie en zelfs geen massale jodenmoord ge weest? Herzberg schreef in een com mentaar op het Eichmann-proces: „Hij was niet de centrale spil in de Endlö sung, hooguit de ontwerper, de initia tor, de organisator, de uitvinder. Zon der hem was het ook gebeurd. Ook Hey drich was niet onmisbaar, de enige is Hitier". Over die vraag is in historische kring nogal eens geredetwist. In het beroem de Hitler-boek van David Irving wordt de stelling bepleit dat Hitler van de uit roeiing van de joden maar weinig afwist en dat die min of meer buiten hem om plaats had. Een volstrekt onhoudbare stelling, zo toonde de Duitse historicus Martin Broszat in 1977 aan met een aan tal citaten. Zo schreef Goebbels in no vember 1941 in zijn dagboek: „De Fuh rer wil een energieke politiek tegen de joden, die ons echter geen onnodige problemen oplevert". En op 23 januari 1942, drie dagen na de Wannsee-confe rentie, zei Hitler, in aanwezigheid van onder anderen Heydrich, over het jo denvraagstuk: „De oplossing moet ra dicaal zijn, een tand trekje er in één ruk uit, dan is de pijn snel voorbij". De Nederlandse auteur Harry Mulisch volgde ln 1961 in Jeruzalem het proces tegen Adolf Eichmann als verslaggever. Geïntrigeerd door de Wannsee-confe rentie bezocht hij kort erna de villa in Berlijn waar de vergadering plaats vond. Er was toen, in 1962, een soort vakantiekolonie voor kinderen in ge vestigd. In zijn boek „De zaak 40-61" schrijft Mulisch: „Ik kijk door de open tuindeuren naar het terras, naar de marmeren vaas in het gras, naar de bo men en het meer daartussen, waar zei len te zien zijn en de plezierboten met muziek langsvaren. Twee ranke Koryntische zuilen schra gen het plafond. De deuren zijn Inge legd met mozaïeken uit Pompei. Eich mann verzond de uitnodigingen. Op 20 janauri 1942, op dit parket, een glas cog nac in de hand, deelde Heydrich aan de hoogste betrokken autoriteiten mee, dat de Fuhrer had besloten tot de End lösung der Judenfrage Iedereen be greep onmiddellijk wat daarmee be doeld werd, al kon niemand het dade lijk vatten. Eichmann had Heydrichs rede voorbereid; hij stond als twaalfde op het protocol" In 1975 deed de joodse geschiedkundi ge Josef Wolf, die zelf Auschwitz over leefde, aan de Berlijnse autoriteiten het verzoek om het pand Am Grossen Wannsee 56-58 in te richten als docu mentatiecentrum over de nazi-periode 1933-1945. Iedereen, zo wilde Wolf, zou daar terecht moeten kunnen om infor matie over die periode op te zoeken. Het antwoord was negatief: geldge brek. op één lijn Waarom moesten al die duurbetaalde topambtenaren bijeen komen? Hey drich zei het al in de aanhef van zijn toespraak. De rijksmaarschalk (Her mann Goering) had de wens geuit dat er een plan zou worden opgesteld waarin de organisatorische, zakelijke en materiële aspecten stonden opge somd van de Endlösung der Judenfra ge, de definitieve oplossing van het jo denprobleem. En zo zei Heydrich, daartoe moesten alle betrokken in stanties bijeenkomen met het oog op kan alleen een Duitser het zeggen) -die Parallelisierung der Linienfuh- Te vertalen met: de noodzaak met z'n allen op één lijn te komen. Het woordgebruik in het verslag van de vergadering is, zoals steeds in nazi-do cumenten, uitermate versluierend. Prof. dr. j. Presser, die in „De Onder gang" het lot van de Nederlandse joden «schreef. merkte daarover op: „Er zijn allerlei soorten misdadigers, maar het weerzinwekkendst daaronder zijn nog altijd de schijnheiligen, de lafaards, de aaghartigen, die hun daden bemante- an met mooie, althans als ondoorzlch- ug bedoelde woorden. Deze schavuiten niet van ••uitroellng" maar van Endlösung, niet van „vergassing" maar van „Sonderbehandlung", niet van -wegvoering in de dood", maar van -Evakulerung", Er was een klein woor denboek te maken van zulke camoufla ge-termen; dat is intussen gemaakt. Wn afgrond van huichelachtigheid, de ontnenselijkheid gemaskerd met woor den, woorden, woorden...". „Onder daarvoor geschikte leiding moeten nu de joden in het kader van de definitieve oplossing op passende wijze in het oosten te werk worden gesteld. In grote arbeidskolonnes, de geslachten gescheiden, zullen de joden die tot werken in staat zijn, onder het aanleg gen van wegen, deze gebieden in ge voerd worden, waarbij zonder twijfel een belangrijk deel op natuurlijke wijze zal uitvallen". ,Jiet tenslotte eventueel overblijvende gedeelte moet, daar het hier ongetwij feld om het deel met de meeste weer stand gaat, dienovereenkomstig wor den behandeld, daar dit, een natuurlij ke selectie vertegenwoordigend, bij vrijlating als de kiem van een nieuwe joodse opbouw dient te worden be schouwd. Zie de ervaring van de ge schiedenis Jn het kader van de praktische tenuit voerlegging van de definitieve oplos sing ivordt Europa van het westen naar het oosten uitgekamd. Het rijksgebied zal inclusief Bohemen en Moraviè, reeds alleen om redenen van het huis vestingsprobleem en andere sociaal- politieke noodzakelijkheden, als eerste aan de beurt komen. De geëvacueerde joden worden eerst, trein voor trein, in zogenaamde doorgangsghetto's sa mengebracht om van daaruit verder naar het oosten te worden getranspor teerd". Waarna Heydrich overgaat op de vraag wat er moet gebeuren met half-joden, met kinderen van halQoden en meer van dat soort vragen, die met afgrijselij ke grondigheid worden bestudeerd. Veel moeilijkheden werden er bij het af voeren van de joden trouwens niet ver- Heydrich

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1982 | | pagina 23