)PERATIE
ien jaar wachten op
lestuurshervorming
D e drie grote politieke partijen in de Tweede Kamer, PvdA,
CDA en VVD, zullen het ontwerp voor de nieuwe bestuurlijke
indeling van Nederland niet zomaar accepteren. De bezwaren
tegen het ontwerp van minister Wiegel lopen echter nogal uit
een van verzet tegen bepaalde taakoverdrachten van de ge
meenten naar de provincies toe tot bezwaren tegen het aantal
nieuwe provincies dat gevormd moet gaan worden.
20 OKTOBER 1979
,ystuurltjke reorganisatie van Nederland - de hergroepering van de
nou en van de taakverdeling t ussen rijk. provincies en gemeenten - is
iilroomversnelling terechtgekomen. Wanneer eenmaal bekend is hoe
otffictoie indeling er uit zal zien. gaat de Kamer beginnen met de
eitling van het eerste reorganisatie-ontwerp over de taakverdeling,
iiinstap waar nu al bijna tien jaar op gewacht wordt.
ter. behoorlijke aandrang om de hervorming van ons uit het midden
l!vorige eeuw daterende bestuursstelsel door te zetten. Rijnmond en
y staan te dringen om van gewest verheven worden tot provincie. Dat
noodzaak waar veel kamerleden ernstig van doordrongen zijn. Ook
fa Wegel wil spoed achter de zaak zeiten. maar hij is afhankelijk van
8liMfn(7 van de ministerraad over het aantal provincies dat gevormd
/aan worden.
^belangstelling voor de reorganisatie gaat toenemen, is een goede
llenslotte gaat het om een ingrijpende en geldverslindende operatie -
flf en miljard gulden ineens en enkele miljoenen guldens op jaarbasis -
hNederlanders rechtstreeks raakt.
AfrdciMnrf in
yfcmint provincie*
"tftlprnt hrl t'txtrtlrl
•an minuter Wirpel
1. Groningen
I. Frirtlai
(jaar nadat een eerste poging werd gedaan om de kwalen van ons openbaar bestuur (rijk,
bcies en gemeenten) te genezen, is het laatste woord hierover nog steeds niet gesproken. De
ssevan wat er allemaal aan schortte, was nog niet eens zo vreselijk moeilijk. Deskundigen
beter al snel over eens dat onze historisch gegroeide bestuursorganisatie de problemen
nemoderne tijd niet aan kon. Het vinden van een geneesmiddel kost echter heel wat meer
tDaarover bestaat zoveel onenigheid, dat er steeds weer andere wetsontwerpen kwamen,
x èmeest opvallende facet het steeds dalende aantal provincies-nieuwe stijl dat gewenst
"J van 44 gewesten zoals in 1974 werd voorgesteld tot 17 provincies in de huidige versie-
1 van het reorganisatie-ontwerp uit 1977.
bleven echter bestaan.
*j ibetaDgriJk gebrek dat in onze
j wganisatie geconstateerd
Bdetr>enemende macht van
nerheid en de afnemende
«de gemeenten. „De reorga-
xoogt dan ook de verplaatsing
Bt'aldus drs. L. C. Brinkman,
nan minister Wiegel en toe-
J directeur-generaal Bin-
Is Bestuur van het ministerie
L, Külandse zaken.
ipiaatsing ls volgens hem ook
e0 todlg, omdat de bureaucra-
(nj !j|ksnlveau bezig is zichzelf te
,l m. „De procedures worden zo
iHkeld ingewikkeld, dat men
u seer aan kan. Dat iets regelen
lkost. zijn we wel gewend. Dat
•elatlef begrip. Dat het ook nog
«lkost, wordt wel een pro-
Dat geldt ook voor de beman-
rjjk vindt er geen terugkeer
aulpunt plaats, maar we heb-
vreselijk ingewikkeld sys-
a e regeltjes en subregeltjes met
^fschapen dat het ene voor-
fel andere oproept- Je krijgt
nteeds toenemend aantal con-
i« inspecteurs, hoe je ze maar
oen, met allerlei ingewikkelde
fcgen van informatiestromen
J tttsrelaties."
kivingen
«alkkfling is een steun In de
«mensen die ook om prin-
redenen decentralisatie van
fea naar (onder meer) de ge-
^lllen. De macht van de ge-
b is de laatste decennia
„ij 'jen afgenomen en verscho-
ar bet rijk, meestal dus met
n|( jaan van de provincies die
litMerbij" liggen,
tolman: „Zo'n tien jaar gele-
rden twee belangrijke ontwik-
'm 3geconstateerd. Niet alle ge-
:,rd stonden meer alle taken goed
jjs ra, waar het ging om concrete
lai rtenlng. Een andere zaak was
ta cn gevolgen hadden
3 san buiten een bepaalde ge-
Die ordeningstaken lagen
0 de sfeer van economische
isiag en ruimtelijke ordening.
,;vS tEeeD enorme discussie ont-
p Staken ïntergemeenteiyk of
'a «entefijk behartigd moes-
>3 Ka
JM me st p was of die zaken
3. of provinciaal behandeld
iwrden. Politiek is er wat dit
de '""eenstemming: een sys-
gj Kregios's en provincies die
Wenend optreden, is te veel
i goede uit het oogpunt van
Mkheld. kosten demo-
*Ptlpbaarheid. Tenslotte be
ier bestuurslagen een gewel-
raucratie."
Bij het bepalen van de omvang is op
binnenlandse zaken altijd gekeken
naar gebieden die bestuurlijk en
maatschappelijk enige samenhang
hebben. De zeventien provincies
waarvan nu wordt uitgegaan, is echter
geen heilig getal, maar wel is daarmee
aangegeven welke richting men uit
wil. Je kunt natuurlijk wel een mooie
theoretische constructie bedenken
dat een bepaald Inwonertal nodig is
voor bepaalde taken, maar de provin
cie moet toch wel bij de bevolking le
ven.
Een provinciaal gebied moet qua ver
zorgingspatroon, bestuurlijke samen
hang en maatschappelijke en organi
satorische samenwerking een duide
lijke afbakening hebben. Dat ls een
duidelijke indicator om van een be
paald gebied een bestuursgebied te
maken. De beslissing zal natuurlijk
ook afhangen van het politieke ge
wicht dat zo'n streek in de schaal kan
leggen. Als bijvoorbeeld Twente een
politieke lobby kan organiseren en de
politieke ruimte ervoor aanwezig ls.
dan zou Twente sterker staan dan bij
voorbeeld een gebied als de Achter
hoek, waar dit veel minder leeft. Zo'n
gebied maakt dan ook duidelijk min
der kans om een provincie-nleuwe-styi
te worden.'"
De vraag hoe Nederland moet wor
dend ingedeeld, is volgens drs.
Brinkman echter niet alleen maar een
technocratisch vraagstuk. „Er zit ook
een duidelijke gevoelsmatige kant
aan". Hij vindt overigens wel dat de
aandacht de laatste jaren wat erg
eenzijdig gericht is geweest op het
kaartje van de proinciale grenzen.
„Nu de Kamer eenmaal gaat beginnen
met de behandeling van het functio
nele gedeelte, zie je tegelijkertijd wel
een ontwikkeling waarbij de hele be
voegdhedenverdeling politiek in de
aandacht komt".
„Toch is de hele discussie erg sterk ge
richt geweest op de negatieve lijst bij
de gemeentewet en het provinciaal
beleidsplan. Daarnaast speelt echter
ook het hele vraagstuk van de finan
ciële verhouding, de werking van ons
toezichtssysteem en het complemen
tair bestuur en de gemeentelijke her
indeling. Alles bij elkaar wordt de
structuur van ons binnenlands be
stuur daardoor bepaald en niet alleen
door bijvoorbeeld de negatieve lljsl,
hoe belangrijk die ook mag zyn."
De vierde bestuurslaag - gewesten
met verordenende en coördinerende
bevoegdheden - kan en moet volgens
drs. Bripkman worden voorkomen.
„Wanneer je met zeventien provincies
komt tot een duidelijk betere aanpak
van de regionale problematiek, dan
wordt het probleem van het regionale
gat (de bevoegdheden op het niveau
tussen gemeenten en provincies) min
der. Misschien zal die niet in alle pro
vincies uit te bannen zijn. maar de
nieuwe Wet Gemeenschappelijke Re
gelingen biedt best wat mogelijkhe
den".
„Een regio of gemeentekring kan best
wat bevoegdheden krijgen die het mo
gelijk maken om aan de regionale or-
dcningsproblematiek enige inhoud te
geven. De samenwerkende gemeenten
kunnen op eigen iqitiatlef een regio uit
de verf laten komen. Ze kunnen im
mers best zelfstandig hun eigen in
vloed mobiliseren en organiseren als
de provincie met ideeën over de orde
ning voor hun gebied komt".
kosten
Er worden nogal eens wat bezwaren
gemaakt tegen de hoge kosten van de
reorganisatie-operatie. Drs. Brink
man: „Mijn schatting Ls dat men op
den duur toch aanzienlijke besparin
gen zal weten te realiseren. Wij den
ken dan wel telkens aan zeventien
provinciehuizen en zeventien Com
missarissen der Koningin, maar er
staat tegenover dat je onder meer als
gevolg van decentralisatie op den
duur minder procedures hebt. Dat is
toch wel degelijk een echte bespa
ring".
Bij decentralisatie speelt nog een an
der verschijnsel mee. Ook door be
paalde vormen van toezicht komen
gemeenten nogal eens in de tang. Vaak
wordt niet zomaar financiële steun
verleend, maar komt daar een vrij
zware vorm van toezicht bij. „Meestal
gaat het niet om toezicht van de pro
vincies. maar van het rijk. Dit is een
extra handicap, omdat het rijk niet al
tijd gehinderd wordt door al te veel
kennis van plaatselijke omstandighe
den. Niettemin wordt het vaak geacht
daar toch een oordeel over te geven".
„Heel vaak gebeurt dit niet eens in de
vorm van toezicht, maar door het ver
binden van voonoaarden aan een sub
sidie. Dat zijn wat oneigenlijke voor
waarden die leiden lot centralisatie
Het is op zich dus met onbegrijpelijk
dat gemeenten zich verzetten tegen
uitholling van hun taken. Je kunt ook
zien dat er andere factoren zijn die be
perking van de macht van gemeenten
veroorzaken".
„Er is een geweldig, nogal eenzijdig,
informatiesysteem ontstaan. Daarbij
worden gemeenten gedwongen allerlei
beleidsvoornemens aan een hogere in
stantie door te spelen, zonder dat die
instanties gedwongen worden daarop
een antwoord te geven. Alles wordt in
een grote doos gestopt en naar belie
ven gaan rijk en provincies daar iets
mee doen. De gemeenten moeten
maar wachten en worden steeds af
hankelijker van het hogere niveau".
„Vandaar dat het beleidsplan van de
provincies een belangrijk instrument
kan wordenJe kunt nu eenmaal in een
ingewikkelde maatschappij als de on
ze niet blijven uitgaan van eenzijdige
beslissingen op korte termijn. Alles
moet wat meer in onderlinge samen
hang en toekomstgericht worden ge
zien".
financiën
igit "If van deze ontwikkeling
al *IB8om de provincies meer
ai «Men te geven. „Niet alle
^zljn echter in de huidige
«rol de meest geëigende in-
die ordeningstaken te
rat Dus kwam de vraag aan de
(dl ®de omvang van de provin-
r, l a*» te lein, dan krijg je te
pi «twrentie tussen die kleine
Er is ook gezegd dat
*jvincies de decentralisatie
zal bemoeilijken en
'e dicht bij de gemeenten
Uaen te staan.
Wiegel
De financiële structuur die wordt ge
kozen, is volgens drs. Brinkman een
van de belangrijkste punten van de
reorganisatie. „Het gaat er niet om de
gemeenten er meteen miljarden bij te
geven, maar je kunt er wel naar stre
ven binnen een gegeven budget de
gemeenten meer vrijheid en zeker
heid te geven bij de besteding van hun
budgetten. Het moet niet zo zijn dat ze
mooie plannen maken en maar moe
ten afwachten wat ervan terecht
komt. We willen toe naar een systeem
van afspraken, waarbij iedere ge
meentebestuurder beseft dat er enige
flexibiliteit inzit, maar er moet een
beetje wederkerigheid inzitten en
niet een eenzijdige informatiestroom
van beneden naar boven".
„Datzelfde geldt voor de grotere be
leidsvrijheid die de gemeenten vragen.
Het gaat niet aan om op rijksniveau
steeds maar te zeggen: we stellen een
miljard beschikbaar voor gezond
heidszorg en nu moeten we dat van
arts tot arts en van bed tot bed uitme
ten. Geef toch eens wat verantwoor
delijkheden aan provincies en ge
meenten. waarbij die dan ook bepaal
de dingen kunnen afwegen"
„Dan mag je er als rijk best de voor
waarde aan verbinden dat het geld
ook echt aan gezondheidszorg wordt
besteed en niet aan bijvoorbeeld
volkshuisvesting. Er zijn natuurlijk
altijd mensen die vrezen dat er dan
mei gouden operatietangen geope
reerd zal worden, maar de gemeenten
en provincies hebben heus wel enig
verantwoordelijkheidsgevoel om
zoiets te Voorkomen".
Dit blijkt uit een serie gesprekken met
woordvoerders van de drie partijen
over de plannen met de bestuurlijke
reorganisatie, die na tien jaar voorbe
reiding nu eindelijk op het parlemen
taire platform zijn aangeland.
Dat het allemaal zo lang geduurd
heeft, ls volgens CDA-woordvoerdei
dr. Sytze Faber vooral het gevolg van
het lange uitblijven van het ontwerp
voor de provinciegrenzen. „Dit wach
ten op het plaatje heeft voor mijn ge
voel de discussie telkens geweldig
verduisterd Er is tot nu toe veel te
weinig gesproken over bestuurlijke
opvattingen over zaken als decentrali
satie van rijkstaken naar de lagere
overheden toe en over complementair
bestuur"
„Elke keer keek iedereen bij wijze van
spreken achterin het boek om te zien
hoe het kaartje er uitzag Hopelijk
kunnen we echter toch op korte ter
mijn een voorlopig verslag maken over
het eerste wetsontwerp, waarin de
taakverdeling tussen de verschillende
bestuurslagen geregeld wordt. Daama
zal er een aparte procedure moeten
worden vastgesteld met betrekking
tot het tweede wetsontwerp over de
provinciale indeling".
verlammend
Volgens PvdA-woordvoerder Piet
Stoffelen beeft de onzekerheid over
de vraag hoe ons openbaar bestuur
eruit moet gaan zien, verlammend
gewerkt. „Alles wacht op alles en al
les wacht op iedereen. Zo suddert de
bestuurlijke zaak maar verder. In
middels gaat de centralisatie, de ver
schuiving van macht naar enkelen
(ambtenaren en externe deskundigen)
maar door. De slagvaardigheid en het
democratisch gehalte van het bestuur
worden verder teruggedrongen".
..Als het nog een paar jaar duurt voor
dat regering en parlement knopen
hebben doorgehakt en heel concrete
duideüjkheid hebben geschapen over
de bestuurlijke reorganisatie, dan is de
tyd voorbij dat het nog kan. Ook de
laatst overgebleven geïnteresseerden
zijn dan inmiddels iets heel anders - en
nuttigers - gaan doen".
De bezwaren van het CDA richten zich
onder meer op de beperking van de
gemeentelijke taken en bevoegdheden
zoals die staan in de negatieve lijst bij
de gemeentewet. Dr. Faber: „Die lijst
is als principe overeind blijven staan.
De eerste vraag zal dan ook moeten
zijn of we die lijst uit het ontwerp moe
ten weg-amenderen. Als dat zo is. dan
hoeven we ook niet meer te praten
over allerlei concrete onderwerpen die
in zo'n lijst geregeld moeten worden".
„Mocht iedereen vinden dat de nega
tieve lijst wel moet blijven (daar ziet
het momenteel niet naar uit. gezien de
stemming in de Kamer bij de begro
tingsbehandeling van binnenlandse
zaken. red.)..dan kom je op de vraag
welke onderwerpen erin geregeld moe
ten worden. Daarbij denk ik in de
eerste plaats aan het verplaatsen van
de zorg voor de brandweer van de ge
meenten naar de provincies. Juist
daarvan is niet meteen duidelijk
waarom die taak bij de gemeer\ten weg
moet".
positieve lijst
Persoonlijk ziet de heer Faber liever
een positieve dan een negatieve lijst
voor de gemeenten. „Je moet dat zo
zien, dat we zeggen dat op bepaalde
tuakvelden iets van de gemeenten
wordt verwacht. Een actueel punt
bijvoorbeeld is het hele welzijns
beleid. Gemeenten moeten bijvoor
beeld welzijnsplannen op tafel leg
gen. Als een gemeente op dat terrein
iets wil doen, dan kan op tamelijk
simpele wijze worden aangegeven
hoe dat moet gebeuren".
In de Kamer heeft de WD voortdu
rend principieel geageerd tegen het
stelsel van de negatieve 'lijst. Op dat
punt hebben de liberalen inmiddels
steun van het CDA gekregen. WD-
woordvoerder Albert Jan Evenhuis:
..Wij hebben als fractie eigenlijk nogal
raar aangekeken tegen het handhaven
van de negatieve lijst in het ontwerp
van minister Wiegel. Het past niet in
ons systeem. Wij hebben een open
stelsel van bestuur. De wetten geven
een aantal bevoegdheden aan provin
cies en gemeenten, maar daarnaast
horen ze te kunnen doen wat ze in het
belang van provincies of gemeenten
achten Het stelsel van de negatieve
lijst is met dit uitgangspunt van de au
tonomie van provincies en gemeenten
in strijd".
discussie
Iedere burgemeester is een klein beet
je een pyromaan en wil graag hoofd
van de brandweer blijven".
„Voor wat de politie betreft, heb ik wel
begrip voor het meer aanhaken by de
provincie. Er zyn daar een groot aantal
grensoverschrij dende activiteiten
Bovendien is met de gemeenteraad
hoofd van de politie, maar de bur
gemeester en gaat die bevoegdheid
dus - bij verschuiving van de gemeen
te naar de provincie - naar de Com
missaris van de Koningin", aldus de
heer Evenhuis.
De problemen by de PvdA met het
wetsontwerp betreffen vooral het aan
tal nieuwe provincies dat gevormd
moet worden In het ontwerp zoals dat
nu op tafel ligt. is gekozen voor zeven
tien provincies. De PvdA is echter
voorstander van. vorming van tussen
de twintig en dertig mini-provincies.
Die moeten in de opvatting van de so
cialisten ontstaan door het in elkaar
.schuiven van de gewesteüjke en de
provinciale bestuurslaag.
„Deze oplossing houdt in dat de be
staande provincies van karakter ver
anderen en worden versterkt tot een
volwaardig bestuursniveau, onder
meer belast met regionale planning en
coördinatie De nieuwe provincies met
hun plannende, coördinerende en
zware uitvoeringstaken treden op als
pleitbezorger van de regio bij het rijk.
Verder vertaler, zij het rijksbeleid
naar de regio, rekening houdend met
de specifieke situatie en behoefte in de
regio"
„De gemeentebesturen moeten en
kunnen ook bij deze oplossing in staat
blyven om. rekening houdend met de
landelyke en regionale beleids
doeleinden. vorm te geven aan de
plaatselyke samenleving volgens ei-
Stoffelen (PvdA)
De discussie over de over te brengen
taken volgens het gewijzigde wets
ontwerp van minister Wiegel zal zich
volgens de WD-woordvoerder voor
eerst gaan toespitsen op de positie
van de brandweer, de politie en de
burgerlijke beschermingsdiensten.
„Het regionalisatiestreven is op die
terreinen heel sterk. Ik kan me wel
voorstellen dat gemeentes vooral wat
betreft de brandweer graag de huidi
ge bevoegdheden willen behouden.
Evenhuis (WD)
gen inzichten. De gemeenten hebben
een behoudend integraal samenhan
gend takenpakket, dat niet uitgehold,
maar juist versterkt wordt
ineenschiving
De oplossing van ineenschuiving van
de gewestelijke en provinciale be
stuurslaag is volgens de heer Stoffe
len wel gebonden aan een aantal es
sentiële voorwaarden. De eerste is dat
de provincies-nieuwe-stijl niet zo
groot mogen zijn dat ze door hun om
vang de noodzaak tot vorming van
gewesten oproept. Bovendien moeten
er zoveel en zulke provincies ge
vormd worden, dat de burgers die be
stuurlijke eenheden als logisch en
reëel ervaren kunnen.
Ook het CDA vindt dat voorkomen
moet worden dat een vierde be
stuurslaag - op het niveau tussen pro
vincies en gemeenten in - voorkomen
moet worden. Daarby zyn er. aldus de
heer Faber, wel zorgen over het func
tioneren van de gewesten in de toe
komst. „Je maakt nu toch keer op keer
mee dat er afspraken worden gemaakt
in gewestelyk verband door de men
sen die daar van de kant van de ge
meenten inzitten. Dan heeft een ge
meenteraad eigeniyk niet eens meer
zoveel te vertellen, omdat men het in
gewestelyk verband al eens ls gewor
den"
„Ik moet zeggen dat ik dit eigenlijk
geen leuke ontwikkeling vind. Het
moet niet zo worden dat we altijd met
verve een vierde bestuurslaag afgewe
zen hebben om dan toch via een ach
terdeurtje alsnog een verkapte vierde
bestuurslaag te krijgen, die niet ge
controleerd wordt door een vertegen
woordigend lichaam en waarbij de
zaken zich in beslotenheid afspelen. Ik
vind dat zoiets niet kan Dat moeten
we heel goed onder ogen zien".
„Het zal voor my een heel belangrijk
punt zyn by het beoordelen van het
geheel. Anders zou Je een sluipende
centralisatie krijgen van het gemeen-
telyk naar het bovengemeentelyk ni
veau. Dat zou toch echt uitholling van
een stukje gemeentelyke autonomie
betekenen Je kunt natuuriyk wel het
verhaal ophangen dat de gemeenten
er zelfbij zyn als er zaken gedelegeerd
worden, maar zoiets gaat toch een ei
gen leven leiden en ondoorzichtig
worden. Ik wil dus glashelder op tafel
hebben hoe deze ontwikkeling er gaat
uitzien".
decentralisatie
Decentralisatie van rijkstaken is een
pont bij de reorganisatie dat in alle
beschouwingen van politieke par
tijen een belangrijke plaats inneemt.
Dr. Faber: „Dat decentralisatie op
zich goed is, zai niemand bestrijden.
Maar daarmee houdt de overeen
komst wel zo ongeveer op. Dat alles is
te weinig operationeel om mee te
werken. Nu wordt decentralisatie ge
bruikt als dat zo uitkomt, bijvoor
beeld ais er voor iets anders geen geld
is. Bovendien doet iedereen maar wat
goed is in zijn ogen".
„Decentralisatie is overigens niet zo'n
eenvoudige zaak als iedereen wel
denkt. Je hebt als rijksoverheid by-
voorbeeld ook de verplichting tot be
scherming van minderheden. Maai
wat gaat er gebeuren als er gedecen
traliseerd wordt? Wat by voorbeeld als
de polarisatie om zich heen blijft grij
pen met meerderheidscolieges? Daar
zal een politieke barrière komen te lig
gen om op een aantal terreinen tot de
centralisatie te komen"
..Het lijkt me glashelder dat als bij
voorbeeld in provincies en grote ste
den in onze ogen linkse meerderheids-
colleges komen, zich velen nog wel
even zullen bedenken alvorens allerlei
zaken door te schuiven naar de pro
vincies en de gemeenten. Dan zou je
namelijk per provincie een afwijkend
beleid kunnen krijgenbijvoorbeeld
voor de sectoren welzijnsbeleid en on
derwijs. Bijvoorbeeld zou wat verwor
ven is door de schoolstrijd als gevolg
van decentralisatie wel eens verloren
kunnen gaan. Je kunt van politieke
partijen die op dat terrein gewerkt
hebben niet verwachten dat ze maar
rustig gaan toezien xn hoeverre hun
wensen in de toekomst gehonoreerd
zullen worden".
De PvdA vindt decentralisatie van
rijkstaken een pure noodzaak, mede
omdat de grenzen van de groei van de
rijksoverheid zyn genaderd. „Behalve
de decentralisatie is ook de onderlinge
coördinatie en samenhang-tussen de
departementen een steeds groter pro
bleem. De conclusie moet zyn dat er
zelfs gedecentraliseerd moet worden
zelfs als provincies en gemeenten niet
zouden willen
Voor de VVD is de hele decentralisatie
een kernpunt voor de reorganisatie
operatie. Vandaar dat de liberale
woordvoerder Evenhuis dan ook tij
dens bet begrotingsdebat bin
nenlandse zaken een motie indiende
om alle departementen te onderzoe
ken op concrete decentralisatie-mo
gelijkheden. De resultaten daarvan
zal de regering aan de Kamer moeten
meedelen, opdat er meer zicht komt
op taken die van het rijk kunnen wor
den doorgeschoven naar provincies
en gemeenten. „Het onderzoek dat de
Raad voor de Territoriale Decentrali
satie (RTD) verricht op het gebied van
volkshuisvesting cn onderwijs naar
mogelijkheden tot decentralisatie,
betreft maar hele kleine onderdelen.
Vandaar ook de motie om het onder
zoek tot alle departementen uit te
breiden".