)PERATIE ien jaar wachten op lestuurshervorming D e drie grote politieke partijen in de Tweede Kamer, PvdA, CDA en VVD, zullen het ontwerp voor de nieuwe bestuurlijke indeling van Nederland niet zomaar accepteren. De bezwaren tegen het ontwerp van minister Wiegel lopen echter nogal uit een van verzet tegen bepaalde taakoverdrachten van de ge meenten naar de provincies toe tot bezwaren tegen het aantal nieuwe provincies dat gevormd moet gaan worden. 20 OKTOBER 1979 ,ystuurltjke reorganisatie van Nederland - de hergroepering van de nou en van de taakverdeling t ussen rijk. provincies en gemeenten - is iilroomversnelling terechtgekomen. Wanneer eenmaal bekend is hoe otffictoie indeling er uit zal zien. gaat de Kamer beginnen met de eitling van het eerste reorganisatie-ontwerp over de taakverdeling, iiinstap waar nu al bijna tien jaar op gewacht wordt. ter. behoorlijke aandrang om de hervorming van ons uit het midden l!vorige eeuw daterende bestuursstelsel door te zetten. Rijnmond en y staan te dringen om van gewest verheven worden tot provincie. Dat noodzaak waar veel kamerleden ernstig van doordrongen zijn. Ook fa Wegel wil spoed achter de zaak zeiten. maar hij is afhankelijk van 8liMfn(7 van de ministerraad over het aantal provincies dat gevormd /aan worden. ^belangstelling voor de reorganisatie gaat toenemen, is een goede llenslotte gaat het om een ingrijpende en geldverslindende operatie - flf en miljard gulden ineens en enkele miljoenen guldens op jaarbasis - hNederlanders rechtstreeks raakt. AfrdciMnrf in yfcmint provincie* "tftlprnt hrl t'txtrtlrl •an minuter Wirpel 1. Groningen I. Frirtlai (jaar nadat een eerste poging werd gedaan om de kwalen van ons openbaar bestuur (rijk, bcies en gemeenten) te genezen, is het laatste woord hierover nog steeds niet gesproken. De ssevan wat er allemaal aan schortte, was nog niet eens zo vreselijk moeilijk. Deskundigen beter al snel over eens dat onze historisch gegroeide bestuursorganisatie de problemen nemoderne tijd niet aan kon. Het vinden van een geneesmiddel kost echter heel wat meer tDaarover bestaat zoveel onenigheid, dat er steeds weer andere wetsontwerpen kwamen, x èmeest opvallende facet het steeds dalende aantal provincies-nieuwe stijl dat gewenst "J van 44 gewesten zoals in 1974 werd voorgesteld tot 17 provincies in de huidige versie- 1 van het reorganisatie-ontwerp uit 1977. bleven echter bestaan. *j ibetaDgriJk gebrek dat in onze j wganisatie geconstateerd Bdetr>enemende macht van nerheid en de afnemende «de gemeenten. „De reorga- xoogt dan ook de verplaatsing Bt'aldus drs. L. C. Brinkman, nan minister Wiegel en toe- J directeur-generaal Bin- Is Bestuur van het ministerie L, Külandse zaken. ipiaatsing ls volgens hem ook e0 todlg, omdat de bureaucra- (nj !j|ksnlveau bezig is zichzelf te ,l m. „De procedures worden zo iHkeld ingewikkeld, dat men u seer aan kan. Dat iets regelen lkost. zijn we wel gewend. Dat •elatlef begrip. Dat het ook nog «lkost, wordt wel een pro- Dat geldt ook voor de beman- rjjk vindt er geen terugkeer aulpunt plaats, maar we heb- vreselijk ingewikkeld sys- a e regeltjes en subregeltjes met ^fschapen dat het ene voor- fel andere oproept- Je krijgt nteeds toenemend aantal con- i« inspecteurs, hoe je ze maar oen, met allerlei ingewikkelde fcgen van informatiestromen J tttsrelaties." kivingen «alkkfling is een steun In de «mensen die ook om prin- redenen decentralisatie van fea naar (onder meer) de ge- ^lllen. De macht van de ge- b is de laatste decennia „ij 'jen afgenomen en verscho- ar bet rijk, meestal dus met n|( jaan van de provincies die litMerbij" liggen, tolman: „Zo'n tien jaar gele- rden twee belangrijke ontwik- 'm 3geconstateerd. Niet alle ge- :,rd stonden meer alle taken goed jjs ra, waar het ging om concrete lai rtenlng. Een andere zaak was ta cn gevolgen hadden 3 san buiten een bepaalde ge- Die ordeningstaken lagen 0 de sfeer van economische isiag en ruimtelijke ordening. ,;vS tEeeD enorme discussie ont- p Staken ïntergemeenteiyk of 'a «entefijk behartigd moes- >3 Ka JM me st p was of die zaken 3. of provinciaal behandeld iwrden. Politiek is er wat dit de '""eenstemming: een sys- gj Kregios's en provincies die Wenend optreden, is te veel i goede uit het oogpunt van Mkheld. kosten demo- *Ptlpbaarheid. Tenslotte be ier bestuurslagen een gewel- raucratie." Bij het bepalen van de omvang is op binnenlandse zaken altijd gekeken naar gebieden die bestuurlijk en maatschappelijk enige samenhang hebben. De zeventien provincies waarvan nu wordt uitgegaan, is echter geen heilig getal, maar wel is daarmee aangegeven welke richting men uit wil. Je kunt natuurlijk wel een mooie theoretische constructie bedenken dat een bepaald Inwonertal nodig is voor bepaalde taken, maar de provin cie moet toch wel bij de bevolking le ven. Een provinciaal gebied moet qua ver zorgingspatroon, bestuurlijke samen hang en maatschappelijke en organi satorische samenwerking een duide lijke afbakening hebben. Dat ls een duidelijke indicator om van een be paald gebied een bestuursgebied te maken. De beslissing zal natuurlijk ook afhangen van het politieke ge wicht dat zo'n streek in de schaal kan leggen. Als bijvoorbeeld Twente een politieke lobby kan organiseren en de politieke ruimte ervoor aanwezig ls. dan zou Twente sterker staan dan bij voorbeeld een gebied als de Achter hoek, waar dit veel minder leeft. Zo'n gebied maakt dan ook duidelijk min der kans om een provincie-nleuwe-styi te worden.'" De vraag hoe Nederland moet wor dend ingedeeld, is volgens drs. Brinkman echter niet alleen maar een technocratisch vraagstuk. „Er zit ook een duidelijke gevoelsmatige kant aan". Hij vindt overigens wel dat de aandacht de laatste jaren wat erg eenzijdig gericht is geweest op het kaartje van de proinciale grenzen. „Nu de Kamer eenmaal gaat beginnen met de behandeling van het functio nele gedeelte, zie je tegelijkertijd wel een ontwikkeling waarbij de hele be voegdhedenverdeling politiek in de aandacht komt". „Toch is de hele discussie erg sterk ge richt geweest op de negatieve lijst bij de gemeentewet en het provinciaal beleidsplan. Daarnaast speelt echter ook het hele vraagstuk van de finan ciële verhouding, de werking van ons toezichtssysteem en het complemen tair bestuur en de gemeentelijke her indeling. Alles bij elkaar wordt de structuur van ons binnenlands be stuur daardoor bepaald en niet alleen door bijvoorbeeld de negatieve lljsl, hoe belangrijk die ook mag zyn." De vierde bestuurslaag - gewesten met verordenende en coördinerende bevoegdheden - kan en moet volgens drs. Bripkman worden voorkomen. „Wanneer je met zeventien provincies komt tot een duidelijk betere aanpak van de regionale problematiek, dan wordt het probleem van het regionale gat (de bevoegdheden op het niveau tussen gemeenten en provincies) min der. Misschien zal die niet in alle pro vincies uit te bannen zijn. maar de nieuwe Wet Gemeenschappelijke Re gelingen biedt best wat mogelijkhe den". „Een regio of gemeentekring kan best wat bevoegdheden krijgen die het mo gelijk maken om aan de regionale or- dcningsproblematiek enige inhoud te geven. De samenwerkende gemeenten kunnen op eigen iqitiatlef een regio uit de verf laten komen. Ze kunnen im mers best zelfstandig hun eigen in vloed mobiliseren en organiseren als de provincie met ideeën over de orde ning voor hun gebied komt". kosten Er worden nogal eens wat bezwaren gemaakt tegen de hoge kosten van de reorganisatie-operatie. Drs. Brink man: „Mijn schatting Ls dat men op den duur toch aanzienlijke besparin gen zal weten te realiseren. Wij den ken dan wel telkens aan zeventien provinciehuizen en zeventien Com missarissen der Koningin, maar er staat tegenover dat je onder meer als gevolg van decentralisatie op den duur minder procedures hebt. Dat is toch wel degelijk een echte bespa ring". Bij decentralisatie speelt nog een an der verschijnsel mee. Ook door be paalde vormen van toezicht komen gemeenten nogal eens in de tang. Vaak wordt niet zomaar financiële steun verleend, maar komt daar een vrij zware vorm van toezicht bij. „Meestal gaat het niet om toezicht van de pro vincies. maar van het rijk. Dit is een extra handicap, omdat het rijk niet al tijd gehinderd wordt door al te veel kennis van plaatselijke omstandighe den. Niettemin wordt het vaak geacht daar toch een oordeel over te geven". „Heel vaak gebeurt dit niet eens in de vorm van toezicht, maar door het ver binden van voonoaarden aan een sub sidie. Dat zijn wat oneigenlijke voor waarden die leiden lot centralisatie Het is op zich dus met onbegrijpelijk dat gemeenten zich verzetten tegen uitholling van hun taken. Je kunt ook zien dat er andere factoren zijn die be perking van de macht van gemeenten veroorzaken". „Er is een geweldig, nogal eenzijdig, informatiesysteem ontstaan. Daarbij worden gemeenten gedwongen allerlei beleidsvoornemens aan een hogere in stantie door te spelen, zonder dat die instanties gedwongen worden daarop een antwoord te geven. Alles wordt in een grote doos gestopt en naar belie ven gaan rijk en provincies daar iets mee doen. De gemeenten moeten maar wachten en worden steeds af hankelijker van het hogere niveau". „Vandaar dat het beleidsplan van de provincies een belangrijk instrument kan wordenJe kunt nu eenmaal in een ingewikkelde maatschappij als de on ze niet blijven uitgaan van eenzijdige beslissingen op korte termijn. Alles moet wat meer in onderlinge samen hang en toekomstgericht worden ge zien". financiën igit "If van deze ontwikkeling al *IB8om de provincies meer ai «Men te geven. „Niet alle ^zljn echter in de huidige «rol de meest geëigende in- die ordeningstaken te rat Dus kwam de vraag aan de (dl ®de omvang van de provin- r, l a*» te lein, dan krijg je te pi «twrentie tussen die kleine Er is ook gezegd dat *jvincies de decentralisatie zal bemoeilijken en 'e dicht bij de gemeenten Uaen te staan. Wiegel De financiële structuur die wordt ge kozen, is volgens drs. Brinkman een van de belangrijkste punten van de reorganisatie. „Het gaat er niet om de gemeenten er meteen miljarden bij te geven, maar je kunt er wel naar stre ven binnen een gegeven budget de gemeenten meer vrijheid en zeker heid te geven bij de besteding van hun budgetten. Het moet niet zo zijn dat ze mooie plannen maken en maar moe ten afwachten wat ervan terecht komt. We willen toe naar een systeem van afspraken, waarbij iedere ge meentebestuurder beseft dat er enige flexibiliteit inzit, maar er moet een beetje wederkerigheid inzitten en niet een eenzijdige informatiestroom van beneden naar boven". „Datzelfde geldt voor de grotere be leidsvrijheid die de gemeenten vragen. Het gaat niet aan om op rijksniveau steeds maar te zeggen: we stellen een miljard beschikbaar voor gezond heidszorg en nu moeten we dat van arts tot arts en van bed tot bed uitme ten. Geef toch eens wat verantwoor delijkheden aan provincies en ge meenten. waarbij die dan ook bepaal de dingen kunnen afwegen" „Dan mag je er als rijk best de voor waarde aan verbinden dat het geld ook echt aan gezondheidszorg wordt besteed en niet aan bijvoorbeeld volkshuisvesting. Er zijn natuurlijk altijd mensen die vrezen dat er dan mei gouden operatietangen geope reerd zal worden, maar de gemeenten en provincies hebben heus wel enig verantwoordelijkheidsgevoel om zoiets te Voorkomen". Dit blijkt uit een serie gesprekken met woordvoerders van de drie partijen over de plannen met de bestuurlijke reorganisatie, die na tien jaar voorbe reiding nu eindelijk op het parlemen taire platform zijn aangeland. Dat het allemaal zo lang geduurd heeft, ls volgens CDA-woordvoerdei dr. Sytze Faber vooral het gevolg van het lange uitblijven van het ontwerp voor de provinciegrenzen. „Dit wach ten op het plaatje heeft voor mijn ge voel de discussie telkens geweldig verduisterd Er is tot nu toe veel te weinig gesproken over bestuurlijke opvattingen over zaken als decentrali satie van rijkstaken naar de lagere overheden toe en over complementair bestuur" „Elke keer keek iedereen bij wijze van spreken achterin het boek om te zien hoe het kaartje er uitzag Hopelijk kunnen we echter toch op korte ter mijn een voorlopig verslag maken over het eerste wetsontwerp, waarin de taakverdeling tussen de verschillende bestuurslagen geregeld wordt. Daama zal er een aparte procedure moeten worden vastgesteld met betrekking tot het tweede wetsontwerp over de provinciale indeling". verlammend Volgens PvdA-woordvoerder Piet Stoffelen beeft de onzekerheid over de vraag hoe ons openbaar bestuur eruit moet gaan zien, verlammend gewerkt. „Alles wacht op alles en al les wacht op iedereen. Zo suddert de bestuurlijke zaak maar verder. In middels gaat de centralisatie, de ver schuiving van macht naar enkelen (ambtenaren en externe deskundigen) maar door. De slagvaardigheid en het democratisch gehalte van het bestuur worden verder teruggedrongen". ..Als het nog een paar jaar duurt voor dat regering en parlement knopen hebben doorgehakt en heel concrete duideüjkheid hebben geschapen over de bestuurlijke reorganisatie, dan is de tyd voorbij dat het nog kan. Ook de laatst overgebleven geïnteresseerden zijn dan inmiddels iets heel anders - en nuttigers - gaan doen". De bezwaren van het CDA richten zich onder meer op de beperking van de gemeentelijke taken en bevoegdheden zoals die staan in de negatieve lijst bij de gemeentewet. Dr. Faber: „Die lijst is als principe overeind blijven staan. De eerste vraag zal dan ook moeten zijn of we die lijst uit het ontwerp moe ten weg-amenderen. Als dat zo is. dan hoeven we ook niet meer te praten over allerlei concrete onderwerpen die in zo'n lijst geregeld moeten worden". „Mocht iedereen vinden dat de nega tieve lijst wel moet blijven (daar ziet het momenteel niet naar uit. gezien de stemming in de Kamer bij de begro tingsbehandeling van binnenlandse zaken. red.)..dan kom je op de vraag welke onderwerpen erin geregeld moe ten worden. Daarbij denk ik in de eerste plaats aan het verplaatsen van de zorg voor de brandweer van de ge meenten naar de provincies. Juist daarvan is niet meteen duidelijk waarom die taak bij de gemeer\ten weg moet". positieve lijst Persoonlijk ziet de heer Faber liever een positieve dan een negatieve lijst voor de gemeenten. „Je moet dat zo zien, dat we zeggen dat op bepaalde tuakvelden iets van de gemeenten wordt verwacht. Een actueel punt bijvoorbeeld is het hele welzijns beleid. Gemeenten moeten bijvoor beeld welzijnsplannen op tafel leg gen. Als een gemeente op dat terrein iets wil doen, dan kan op tamelijk simpele wijze worden aangegeven hoe dat moet gebeuren". In de Kamer heeft de WD voortdu rend principieel geageerd tegen het stelsel van de negatieve 'lijst. Op dat punt hebben de liberalen inmiddels steun van het CDA gekregen. WD- woordvoerder Albert Jan Evenhuis: ..Wij hebben als fractie eigenlijk nogal raar aangekeken tegen het handhaven van de negatieve lijst in het ontwerp van minister Wiegel. Het past niet in ons systeem. Wij hebben een open stelsel van bestuur. De wetten geven een aantal bevoegdheden aan provin cies en gemeenten, maar daarnaast horen ze te kunnen doen wat ze in het belang van provincies of gemeenten achten Het stelsel van de negatieve lijst is met dit uitgangspunt van de au tonomie van provincies en gemeenten in strijd". discussie Iedere burgemeester is een klein beet je een pyromaan en wil graag hoofd van de brandweer blijven". „Voor wat de politie betreft, heb ik wel begrip voor het meer aanhaken by de provincie. Er zyn daar een groot aantal grensoverschrij dende activiteiten Bovendien is met de gemeenteraad hoofd van de politie, maar de bur gemeester en gaat die bevoegdheid dus - bij verschuiving van de gemeen te naar de provincie - naar de Com missaris van de Koningin", aldus de heer Evenhuis. De problemen by de PvdA met het wetsontwerp betreffen vooral het aan tal nieuwe provincies dat gevormd moet worden In het ontwerp zoals dat nu op tafel ligt. is gekozen voor zeven tien provincies. De PvdA is echter voorstander van. vorming van tussen de twintig en dertig mini-provincies. Die moeten in de opvatting van de so cialisten ontstaan door het in elkaar .schuiven van de gewesteüjke en de provinciale bestuurslaag. „Deze oplossing houdt in dat de be staande provincies van karakter ver anderen en worden versterkt tot een volwaardig bestuursniveau, onder meer belast met regionale planning en coördinatie De nieuwe provincies met hun plannende, coördinerende en zware uitvoeringstaken treden op als pleitbezorger van de regio bij het rijk. Verder vertaler, zij het rijksbeleid naar de regio, rekening houdend met de specifieke situatie en behoefte in de regio" „De gemeentebesturen moeten en kunnen ook bij deze oplossing in staat blyven om. rekening houdend met de landelyke en regionale beleids doeleinden. vorm te geven aan de plaatselyke samenleving volgens ei- Stoffelen (PvdA) De discussie over de over te brengen taken volgens het gewijzigde wets ontwerp van minister Wiegel zal zich volgens de WD-woordvoerder voor eerst gaan toespitsen op de positie van de brandweer, de politie en de burgerlijke beschermingsdiensten. „Het regionalisatiestreven is op die terreinen heel sterk. Ik kan me wel voorstellen dat gemeentes vooral wat betreft de brandweer graag de huidi ge bevoegdheden willen behouden. Evenhuis (WD) gen inzichten. De gemeenten hebben een behoudend integraal samenhan gend takenpakket, dat niet uitgehold, maar juist versterkt wordt ineenschiving De oplossing van ineenschuiving van de gewestelijke en provinciale be stuurslaag is volgens de heer Stoffe len wel gebonden aan een aantal es sentiële voorwaarden. De eerste is dat de provincies-nieuwe-stijl niet zo groot mogen zijn dat ze door hun om vang de noodzaak tot vorming van gewesten oproept. Bovendien moeten er zoveel en zulke provincies ge vormd worden, dat de burgers die be stuurlijke eenheden als logisch en reëel ervaren kunnen. Ook het CDA vindt dat voorkomen moet worden dat een vierde be stuurslaag - op het niveau tussen pro vincies en gemeenten in - voorkomen moet worden. Daarby zyn er. aldus de heer Faber, wel zorgen over het func tioneren van de gewesten in de toe komst. „Je maakt nu toch keer op keer mee dat er afspraken worden gemaakt in gewestelyk verband door de men sen die daar van de kant van de ge meenten inzitten. Dan heeft een ge meenteraad eigeniyk niet eens meer zoveel te vertellen, omdat men het in gewestelyk verband al eens ls gewor den" „Ik moet zeggen dat ik dit eigenlijk geen leuke ontwikkeling vind. Het moet niet zo worden dat we altijd met verve een vierde bestuurslaag afgewe zen hebben om dan toch via een ach terdeurtje alsnog een verkapte vierde bestuurslaag te krijgen, die niet ge controleerd wordt door een vertegen woordigend lichaam en waarbij de zaken zich in beslotenheid afspelen. Ik vind dat zoiets niet kan Dat moeten we heel goed onder ogen zien". „Het zal voor my een heel belangrijk punt zyn by het beoordelen van het geheel. Anders zou Je een sluipende centralisatie krijgen van het gemeen- telyk naar het bovengemeentelyk ni veau. Dat zou toch echt uitholling van een stukje gemeentelyke autonomie betekenen Je kunt natuuriyk wel het verhaal ophangen dat de gemeenten er zelfbij zyn als er zaken gedelegeerd worden, maar zoiets gaat toch een ei gen leven leiden en ondoorzichtig worden. Ik wil dus glashelder op tafel hebben hoe deze ontwikkeling er gaat uitzien". decentralisatie Decentralisatie van rijkstaken is een pont bij de reorganisatie dat in alle beschouwingen van politieke par tijen een belangrijke plaats inneemt. Dr. Faber: „Dat decentralisatie op zich goed is, zai niemand bestrijden. Maar daarmee houdt de overeen komst wel zo ongeveer op. Dat alles is te weinig operationeel om mee te werken. Nu wordt decentralisatie ge bruikt als dat zo uitkomt, bijvoor beeld ais er voor iets anders geen geld is. Bovendien doet iedereen maar wat goed is in zijn ogen". „Decentralisatie is overigens niet zo'n eenvoudige zaak als iedereen wel denkt. Je hebt als rijksoverheid by- voorbeeld ook de verplichting tot be scherming van minderheden. Maai wat gaat er gebeuren als er gedecen traliseerd wordt? Wat by voorbeeld als de polarisatie om zich heen blijft grij pen met meerderheidscolieges? Daar zal een politieke barrière komen te lig gen om op een aantal terreinen tot de centralisatie te komen" ..Het lijkt me glashelder dat als bij voorbeeld in provincies en grote ste den in onze ogen linkse meerderheids- colleges komen, zich velen nog wel even zullen bedenken alvorens allerlei zaken door te schuiven naar de pro vincies en de gemeenten. Dan zou je namelijk per provincie een afwijkend beleid kunnen krijgenbijvoorbeeld voor de sectoren welzijnsbeleid en on derwijs. Bijvoorbeeld zou wat verwor ven is door de schoolstrijd als gevolg van decentralisatie wel eens verloren kunnen gaan. Je kunt van politieke partijen die op dat terrein gewerkt hebben niet verwachten dat ze maar rustig gaan toezien xn hoeverre hun wensen in de toekomst gehonoreerd zullen worden". De PvdA vindt decentralisatie van rijkstaken een pure noodzaak, mede omdat de grenzen van de groei van de rijksoverheid zyn genaderd. „Behalve de decentralisatie is ook de onderlinge coördinatie en samenhang-tussen de departementen een steeds groter pro bleem. De conclusie moet zyn dat er zelfs gedecentraliseerd moet worden zelfs als provincies en gemeenten niet zouden willen Voor de VVD is de hele decentralisatie een kernpunt voor de reorganisatie operatie. Vandaar dat de liberale woordvoerder Evenhuis dan ook tij dens bet begrotingsdebat bin nenlandse zaken een motie indiende om alle departementen te onderzoe ken op concrete decentralisatie-mo gelijkheden. De resultaten daarvan zal de regering aan de Kamer moeten meedelen, opdat er meer zicht komt op taken die van het rijk kunnen wor den doorgeschoven naar provincies en gemeenten. „Het onderzoek dat de Raad voor de Territoriale Decentrali satie (RTD) verricht op het gebied van volkshuisvesting cn onderwijs naar mogelijkheden tot decentralisatie, betreft maar hele kleine onderdelen. Vandaar ook de motie om het onder zoek tot alle departementen uit te breiden".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1979 | | pagina 25