Andriessen SEP kan (nog) eigen gang gaan 'HET MOET EEN KEER OVER TE BRENGEN ZIJN' Landbouw, wetenschap gelijk of alternatief PZC/°Plnie en achtergrond 4 Wij Nederlanders gebruiken 450.000 postcodes. PTT Post helpt met adressenboekjes. Gratis op het postkantoor. POSTCODE ZATERDAG 29 SEPTEMBER 1979 MJos Goos) nister Frans Andriessen van financiën haalt na een uur praten even diep adem en zegt opeens, uit de grond van zijn hart:„Het kabinet had het gevoel, en ik heb dat nog, dat 't toch een keer over te brengen moet zijn dat er echt iets moet gebeuren. Ik hoop dat het overkomt wat ik nu zeg, daarom zit ik hier: nu moet een jaar lang handhaving van de koopkracht genoeg zijn, dat kan echt wel een jaar en dan krijgen de laagstbetaalden er nog wat bij". En met een boze frons: „En als men dat niet wil, dan moet men maar eens ophouden met praten over solidariteit. Basta, uit". Een dreigende waarschuwing, dat het kabinet impopulaire maatregelen zal moeten nemen met de sociale uitke ringen, als de inkomens boven modaal in 1980 niet op de nullijn of daar even onder blijven? Ja. dat kan en wil Andriessen niet ont kennen. Hij is op dreef, en niet zo droog-technisch als we hem van tele visie-interviews kennen. Ter gelegen heid van Prinsjesdag heeft de minister van financiën al uit de doeken gedaan, wat er naar zijn mening met gebeuren als de inkomensmatiging niet aan slaat. Hij noeme, in deze volgorde: een verdere ombuiging van de rijksuitga ven, belastingmaatregelen, of een op gelegde loonmatiging. V iervijfde Andriessen nu: „De rijksbegroting voor 1980 heeft tot gevolg dat in dat jaar viervijfde van de groei van het nationale inkomen naar de col lectieve sector gaat, en eenvijfde naar de particuliere. Als de inkomens vol gend jaar meer st i jgen dan wij hebben gepland, dan betekent dat dus dat die verdeling viervijfde-een vijfde niet wordt aanvaard door de mensen. Als men dat niet accepteert, dan moet het aandeel van de overheid in die groei worden omgebogen". „We kunnen het ook aanpakken door de belastingen en de sociale premies te verhogen, maar iedereen weet dat die verhogingen worden afgewenteld om dat men die vorm van matiging ook niet accepteert. Ombuiging van de uitgaven van het Rijk is een veel fun damenteler en blijvender aanpak". „Een gedwongen inkomensmatiging? Ach. daar hebben we ervaring mee. We moeten ons afvragen of een opgelegde matiging, die niet wordt geaccepteerd wel blijvende effecten heeft, of dat die later net weer wordt ingehaald. Ook hier geldt, dat een ombuiging van de overheidsuitgaven veel blijvender ge volgen heeft". De „ombuiging van de overheids uitgaven" die Andriessen bedoelt, slaan op meer dan 10 miljard die het Rijk jaarlijks in de verschillende so ciale fondsen stopt. Het kabinet vond in juli dat daar wel een miljard vanaf kon Dat ging door verzet van minister Albeda niet door. Hij was tegen een verdere aantasting van de koopkracht als gevolg van hogere sociale premies die dan onvermijdelijk zouden zijn, wil je de uitkeringen niet aantasten. Ach teraf volgde het kabinet Albeda hierin. Maar van de baan is dat plan niet, dat bijkt wel duidelijk uit Andriessens mededelingen: „President Zijlstra van de Nederlandsche Bank is begonnen erop te wijzen, dat die subsidies niet leiden tot het beoogde doel, namelijk tot vermindering van de premiedruk en dus inkomensmatiging, en meer armslag voor het bedrijfsleven. Daar naast is het nu eenmaal zo. dat er op andere overheidsuitgaven niet zo bar veel bezuinigd kan worden, die zijn in de loop der j aar reëel maar heel weinig gestegen". Wetsontwerp „Maar de groei van de sociale uitke ringen gaat zo snel, dat zelfs een hoogontwikkelde economie als de on ze dat niet kan volhouden. Bin nenkort komt het wetsontwerp uit, dat de stijging van de sociale uitke ringen zuivert van systeemfouten die daarin zijn geslopen. Dat moet al een miljard opleveren. Daarnaast zijn we bezig met maatregelen om het aantal uitkeringstrekkers terug te dringen, maar dat neemt veel tijd, tijd die we misschien niet hebben als het dit na jaar met de inkomens misgaat. Dan moeten we dit najaar al nieuwe be slissingen nemen. Het kabinet heeft daar echter nog geen plannen over behandeld of besluiten genomen". „Je moet de bereidheid tot matigen niet overdrijven. het is al moeilijk ge noeg de plannen zoals die er nu liggen uit te voeren. De problemen die nu rij zen. de eisen van de Shell-stakers zijn nogal ingrijpend, maken wel duidelijk dat we het punt waarboven de nullijn geldt, niet lager hadden moeten leg gen; dan was het nóg moeilijker ge worden". Andriessen is er helemaal niet van overtuigd, dat de matigingsbereidheid van de lagere inkomens groter zou zijn als de hogere inkomens maar een beter voorbeeld zouden geven. „Als het trouwens materieel iets wil voorstel len, dan moeten veel mensen eraan meedoen, en moet de grens dus wel laag liggen. Maar het is nooit bewezen dat de lagere inkomens daartoe bereid zijn als de hogere maar flink inleve ren". - En als de ministers nu zelf eens het voorbeeld gaven? U verdient twee ton Vndriessen: „O, is dat zo? Wij stijgen de laatste jaren al bijna niet meer, maar eerlijk gezegd volg ik dat niet zo goed. Ik zie alleen dat wat ik elke maand op de giro krijg al heel lang het zelfde is". - Terug naar wat hij doet voor dat sala ris. Wat is precies de situatie waarin het kabinet zal moeten besluiten de hoogte en de stijging van de sociale uitkeringen aan te pakken? Andriessen: „In de discussie over het zuiveren van de sociale uitkeringen is gezegd, dat we de koopkracht van de minima garanderen tenzij zich een calamiteit voordoet. Een loonexplosie zou op zichzelf zo'n calamiteit kunnen zijn, ja. Maar ik kan niet zeggen, wat. hoe en wanneer het kabinet dan iets onderneemt. Het zal wel een snelle reactie moeten zijn. Maar er is nu geen actieplan in geval van een loonex plosie. nee". Beklaagd - Premier Van Agt heeft zich beklaagd over het te geringe sociale en poli tieke draagvlak dat dit kabinet heeft voor een drastische vrijwillige inko mensmatiging. U doet nu uw best in duidelijke taal over te brengen wat het kabinet te doen staat. Wordt het niet eens tijd tegen de premier te zeg gen: lever jij ook eens je bijdrage aan een campagne om het kabinetsbeleid duidelijk uit te dragen? Andriessen schiet hartgrondig in de lach. Hij bedoelt waarschijnlijk: ik geef het je te doen. Maar het zegt wat anders: „Iedereen heeft zijn eigen toon. neenee. niet: iedereen fietst zijn eigen koers. De premier heeft zijn ei gen onnavolgbare manier om dingen uit te drukken". „Als de premier heeft trachten te zeg gen, dat het niet met een simpel machtswoord van de zijde van het ka binet is te regelen dat we nu met z'n allen met iets „minder meer" genoe gen moeten nemen, dan ben ik het daarmee eens. Hij heeft bedoeld, dat de oplossing van dat probleem door de samenleving gedragen moet worden. Dat is geen defaitisme, zoals hem is verweten, maar realisme. Dat pro bleem is niet blijvend met dwang te regelen, hoewel je in een situatie te recht kunt komen dat dwang toch moet". - Maar als dit kabinet niet voldoende overtuigingskracht heeft en onvol doende sociale en politieke steun ge niet om het zonder machtswoord te stellen, dan lukt het mét dwang toch evenmin? Andriessen, enigszins onzeker kij kend: „Misschien ook niet, nee". Hoewel de minister van financiën nogal zorgelijk tegen de bereidheid tot matiging van de kiezers aankijkt, is hij niet zo ontevreden over het afge lopen jaar. En Bestek '81 „is helemaal niet van tafel, o nee". Andriessen: „Ondanks de hogere be lastingen en sociale premies, ondanks de te geringe matiging, ondanks het te grote financieringstekort, sturen we grote geldstromen naar het bedrijfsle ven om de rendementen te verbeteren. Dat was de opzet. Ja. ik weet wel dat de mensen niet meer geloven dat verbe-. tering van de rendementen meer werkgelegenheid oplevert. In de han- ves hoorde je zeggen, dat ondanks al dat matigen er niet een mannetje ex tra bij is gekomen. Die garantie is ook niet te geven. Maar de mensen zien heus wel in, en PvdA-wethouder Riesenkamp van Rotterdam heeft dat dan ook durven zeggen, dat zonder matiging zelfs de bestaande werkgele genheid ernstig gevaar loopt. Ons land is in de laatste zeven jaar behoorlijk achteruitgeboerd, en dat los je niet even met één jaar matiging op, dat is velen niet duidelijk". Gematigd „Er is gelukkig de afgelopen jaren gematigd, hoewel niet genoeg. Bij die matiging heeft de overheid zelf niet stilgezeten, kijk naar de ambtenaren en de trendvolgers. Daar wordt de matiging, en meer dan dat, ook omge zet in meer arbeidsplaatsen, en we hebben voor de ambtenaren een VUT- regeling gemaakt die ook nieuwe Gebruik'm goed. werkgelegenheid schept" (VUT is vervroegde'uittreding- red.). Andriessen erkent overigens, dat die werkverrulmende maatregelen van de overheid nu niet direct passen in zijn beleid tot matiging van de overheids uitgaven, maar wel in het algemene beleid tegen de werkloosheid. „Want wat Bestek '81 verder betreft: we halen die 150.000 werklozen in 1981 niet, dat is waar. Maar hoe komt dat? Door de internationale ontwikkeling krijgen we er zo'n 20.000 bij. Zonder dat aantal zouden we ergens in de 180.000 zitten, een heel eind in de goe de richting dus. Als we Bestek aanpas sen, dan doen we dat niet omdat het mislukt is. maar omdat we niet willen leven met de geïmporteerde werk loosheid". „Een aantal andere doelstellingen is niet mislukt, juist niet: de uitvoer ligt hoger, de betalingsbalans gaat voor uit, onze concurrentiepositie is ook verbeterd. Onze inflatie is de laagste in Europa, daar zijn ze in andere landen jaloers op. Dat waren de doelstellin gen. We zijn op de goede weg, maar we moeten doorgaan". Waarna we weer terug zijn bij „af": als dat niet lukt, dan gaan de collectieve uitgaven onder het mes. Andriessen laat wel blijken dat een eventuele be slissing daartoe niet met de meetlat wordt genomen, maar als het er dan toch van moet komen, niet te lang mag uitblijven: „Impopulaire maatregelen moet je niet te dicht bij de verkiezin gen nemen, inderdaad. Ik ben genoeg politicus om dat te begrijpen". - De politicus Andriessen - hoe ziet die trouwens zijn eigen toekomst? Minister van financiën spelen lijkt niet zo'n lekker baantje, geliefd maak je je zelden. Zou hij het weer willen worden? Andriessen: „Dit kabinet zit nog twee jaar, dat geloof ik stellig. Als ik dan weer minister zou mogen en willen worden, dan kom ik door afstrepen van alle andere departementen, toch weer op financiën, dat heeft mijn voor keur bij een negatieve selectie, zou je kunnen zeggen. Het is zwaar, het ls niet leuk, maar wel een boeiende uit daging. Minister-president? Nee, dat onder geen beding". - Bestaat de kans dat Andriessen, net als zijn voorgangers Nelissen en Duisenberg, in het bankwezen ver dwijnt? Andriessen houdt nu de boot af. hoewel hij eerder in het gesprek let vallen dat „er geen sprake van is dat ik de commercie inga, daar ben ik niet geschikt voor als ik afga op de gelui den". Nu zegt hij: „Ik heb er geen en kele behoefte aan te speculeren over wat ik doe in de periode na dit kabinet, dat immers nog twee jaar zit". Waarbij hij wel olijk kijkt. Evenzeer op de vlakte houdt hij zich bij bespiegelingen over de mogelijk heid van een hernieuwde samen werking CDA-PvdA. en zijn rol daar in. Met Van Agt als lijsttrekker van het CDA, en Andriessen als minister van financiën uit een WD-CDA-ka- binet, lijkt zijn rol niet zo groot te kunnen zijn. Andriessen: „Nou, de onderhan delingspartner heeft het natuurlijk1 niet voor het zeggen welke ministers wij leveren, dat maakt uiteindelijk het CDA zelf uit. Stel je voor dat wij zou den zeggen, die Den Uyl, die heeft ons zo bevochten, daar willen we niet mee regeren. Dat kan toch helemaal niet! Als de ene partij mensen van de andere partij persé niet wil, tja, dan moeten ze de onderhandelingen maar staken en loopt de formatie daarop vast". On ex-premier. Den Uyl is, zoals we alle gezien, gehoord, en gelezen hebben, op bezoek getoeest in China. Uit één van de vraaggesprekken die hi) tijdens dat bezoek met een Neder landse journalist had. hier het volgen de citaat: ..Ik vind het voorzover mijn kennis reikt, erg verstandig van de Chinezen dat ze een aantal grote pro jecten - havens, staalfabrieken, nieuwe chemische bedrijven etc. - op een laag pitje hebben gezet en streven naar een veel geleidelijker ontwikke ling met als eerste prioriteit landbouw. Nederland moet zich daardoor niet la ten ontmoedigen. Nederland is een land dat op het terrein van de land bouw, met name de wetenschappelijke landbouw, grote prestaties heeft ver richt. Nederlanders kunnen wat dat betreft hier zeer nuttig zijn. Nederland heeft hier grote exportmogelijkheden, misschien niet in de eerste plaats op het terrein van de geavanceerde indu strie, maar wel op het terrein van de landbouw, waar Nederland zich te recht een wereldfaam verworven heeft". Een Interessante opmerking van onze ex- (en toekomstige?) eerste minister. Interessant naar verschillende kan ten; waarderende woorden voor onze agrarische bedrijfstak door een zeer prominent Nederlander, die zich tij dens zijn regeringsperiode niet veel aantrok van de land- en tuinbouw. In teressant ook vanwege de vermelde landbouw-exportkansen naar China (Frau Antje op de Chinese tour - Pe- king-eend a la meunière gegratineerd met Hollandse kaas). Interessant en daar gaat het ons deze maal om, vanwege de uitspraak dat de land- en tuinbouw in Nederland ge grond is en bedreven wordt op basis van de wetenschap. Den Uyl heeft naar onze mening volkomen gelijk hièrin. Aan zijn opmerking moesten we denken toen we deze dagen naar bepaalde gegevens zochten in het Landbouw-Economisch Bericht (LEI). Technische, landbouwkundige en economische gegevens, uitvindingen en ontioikkelingen worden vrijwel op timaal toegepast in de Nederlandse land- en tuinbouw. Op zodanige wijze heeft dat de arbeidsproduktiviteit in dc landbouw omhoog gejaagd dat wij daardoor eenzaam aan de top van de wereld staan. Dat de inkomensstijging ver achter is gebleven bij die sterk ge stegen produktiviteit is ook een vast gegeven en een pu nt waarover men als ondernemers terechtboos is, maar da's een ander verhaal vooreen ander artikel. De produktiemethoden die in de mo derne land- en tuinbouw worden toe gepast, worden niet altijd zonder kri tiek door de samenleving aanvaard. Da's loei begrijpelijk als je de stedelij ke woonomgeving een beetje kent. De (grote) stad is er niet prettiger op ge worden de laatste jaren. Als je bij voorbeeld door Amsterdam loopt dan kun je je niet aan de indruk onttrek ken dat er een langzaam proces van verloedering bezig is. Het walmend en lawaaimakend verkeer neemt nog steeds toe, de onveiligheid ook. Hele oude stadsivijken raken steeds ont- heemder en uitgewoonder. Een niet al te prettige omgeving om thuis te ko- men van je werk, dat ook al niet zo vaak prettig en geestverrijkend is. Als je dan eindelijk in het weekeinde of in de vakantie die stedelijke beton- en asfaltmassa achter je laat en naar het platteland vlucht om je te vermelen in de schoot van de natuur en je ontdekt dat ook daar de techniek niet heeft stilgestaan, dan ben je allicht teleur gesteld. Om met prof Van Dobben te spreken - vooral voor de stadsmens roept de traditionele landbouw het beeld op van een volkomen natuurlijk bedrijf, cds het ware ingebed in de harmonie der sferen, een element van stabiliteit in de turbulente historie van de mens. - Oftewel, Sien in de bedstee (Qfnog liever in de hooibergen Klom- pertje druk bezig met vlegel of sikkel. Het is begrijpelijk dat bij de echte ken nismaking met de moderne land- en tuinbouw de stedeling (en de meeste Nederlanders wonen in een stedelijke omgevingal gauw geplaagd wordt door nostalgie. Het ideaal van een verloren pastorale, het bucolische pa radijs van het platteland is even on uitroeibaar in de verbeelding als Uto pia. Verhalen over kleinschalige al ternatieve landbouw vallen in zo'n nostaligsch klimaat in beste aarde. Zeker als ze worden overgoten met een trendmatig sausje of kleurtje. Kunst mest, bestrijdingsmiddelen en grote werktuigen worden dan al gauw als boemannen afgeschilderd. En iedere keer weer duikt dan in lezingen en ge sprekken met stedelingen de een of andere vorm van alternatieve land bouw op al dan niet bio-dynamisch of zgn. natuurvriendelijk. Eigenlijk zouden al de mensen die het heil verwachten van alternatieve landbouw eens een keertje mee moe ten reizen met Den Uyl naar China oj met minister De Koning naar een wil lekeurig ontwikkelingsland. Want in al die landen wordt de landbouw puur alternatief bedreven. Zonder kunst mest of bodemverbeteraard, zonder door technisch vernuft voortgedreven machines, zonder geavanceerde zaai en kweektechnieken. Maar wel klein schalig, alleen met pure mankracht (vrouwkracht is het meestal trouwens), met een hak of houten ploeg uit het jaar nul, met zaken die ndch ziekteresistent, noch erg kiemkrachtig zijn. Alternatief land bouw bedrijven is een leuke hobby voor verwende Westerlingen die al een overvloedig voedselpakket ter be schikking staat en dan zo nodig eens op een ludieke manier in vrije tijd be zig zijn in de natuur - dat is ze best gegund. Als echter landbouwmetho den, erop gericht om een nog steeds groeiende wereldbevolking voldoende voedsel te geven, is alternatieve land bouw zoiets als vloeken in de kerk. Terecht zijn een groot aantal landen bezig met hun landbouw te modelleren naa bijvoorbeeld Nederlands model d.wz. op grond van wat weten schappelijke resultaten een land- en tuinbouw vorm te geven die op we reldniveau opgewassen is tegen het nog steeds groeiende voedselp robleem. Een ieder die ooit weten schap heeft geoefend weet dat zulks betekent: stap voor stap, kritisch on derzoekend, met pijn en moeite een geheel, een systeem, opbouwen. Vluch ten naar alternatieve landbouw is in dat licht gezien de verkeerde kant op gaan. Den Uyl heeft o.i. in China zijn ogen en mond goed gebruikt toen hij constateerde dat de Chinese land bouw nog veel profijt kan trekken van de Nederlandse, die één grote vrucht is van wetenschapstoepassing. mr Gerard W. Smallegange. )door Arnold Fortuin) De SEP, het machtige orgaan waar in onze elektriciteitsbedrijven sa menwerken. neemt op 4 oktober een belangrijke beslissing. Op de agenda voor de vergadering in Arnhem staat het voorstel in principe te besluiten tot uitbouw van het 380 kV-koppelnet in de richting van het oosten. Er moet een dikke 275 miljoen gulden voor op tafel komen (ruw geschat), maar dan loopt er ook een ringsluiting van Do- dewaard naar Dodcwaard via M aasbracht-E i ndhoven-Diemen-Ens- Twente en de Achterhoek en staan er weer twee nieuwe schakelstations. Daarmee lijkt, wat de verbindingen betreft, de elektriciteitsvoorziening in heel Nederland aardig verzekerd. Re den dus om de SEP vriendelijk toe te lachen. Alleen wordt dat bij het bestu deren van wat achtergronden wel een grimmig lachje van de bekende boer. Het heeft er namelijk veel van weg dat de SEP, nauwelijks geremd door Haagse obstakels, zijn gang kan gaan. Er is wel zo'n rem maar die is van pa pier. Al sinds juli 1975 ligt er bij de Tweede Kamer een structuurschema electriciteitsvoorziening. Daar wordt niets mee gedaan. Reacties Even een stukje parlementaire ge schiedenis. Op dat structuurschema, waarin de toenmalige minister Lub bers (economische zakeni het rege- ringsbeleidsvoomemenuiteenzette. regende het reacties die door de Raad van Advies voor de Ruimtelijke Orde ning niet alleen gebundeld, maar ook verwerkt werden tot een advies. Dat gebeurde in Juli 1976 en sindsdien stond niet alleen op de ministeries de machinerie stil, maar begon ook een speciale kamercommissie die zich met deze zaak bezig moest houden, aan een lange slaap. „Hoe het precies zit weet ik niet, we zijn sinds de laatste verkie zingen niet meer bij elkaar geweest. We wachten eigenlijk op een defini tieve nota van de regering" .verdedigt commissie-voorzitter Van Dis zich. Op het ministerie van economische zaken blijkt de zaak al even diep ach ter in de ijskast te zijn opgesloten. Verdediging daarvoor: „Sinds het uit- komen van het beleidsvoornemen heeft de afdeling die er aan werkte nogal wat medewerkers met pensioen zien gaan. terwijl anderen overleden". Hier en daar beluistert men dat het wachten ls op het derde deel van de Energienota of op de aangekondigde Brede Maatschappelijke Discussie, maar dat lijkt flauwekul. In beide ge vallen gaat het in ieder geval niet om aanleg van voor de centrales (kolen of kernenergie) benodigde hoogspan ningslijnen en koppelstations, zoals die wel in de structuurschets aan de orde kwamen. Slaap Diepe slaap dus in Den Haag, die on bedoeld wellicht, nu door de SEP ver stoord wordt. In het structuurschema en het advies van de Raad voor de Ruimtelijke Ordening zijn een aantal aspecten naar voren gebracht die het de electriciteitsbedrijven bij de ver wezenlijking van de plannen niet ge makkelijker op zal maken. Zo wordt in het schema gewezen op maatregelen om vogelaanvaringen te voorkomen en om storende horizon vervuiling tegen te gaan. Erkend wordt daarin dal hoogspanningsver bindingen een ernstige belemmering vormen voor de boeren en dat daar mee rekening moet worden gehouden. Er wordt, om nog maar een andere suggestie te noemen, een analyse no dig geacht van de relatie tussen elek triciteitsvoorziening en landschap evenals een inzicht in de beleving van het landschapsbeeld. Verder wordt een ruwe schets bepleit van de belang rijkste vliegroutes en weidevogelge- bieden. Bij een wakker Haags beleid was mis schien ook al ingegaan op het advies van de Raad voor de Ruimtelijke Or dening. Daarin wordt verbetering van de masttypen wenselijk geacht en waar mogelijk verkabeling (in de grond). Er staan nog wel meer behar tigenswaardigs in dat advies, maar omdat er toch niets mee gedaan is, be hoeft de SEP zich ook daarover geen zorgen te maken. Men ontwerpt en bouwt rustig voort, alleen geremd door ministeriële goedkeuringen, hoorzittingen, bestem mingsplanwijzigingen en kroonberoe pen. Als die er tenminste komen, want als men zich realiseert datzelfs actieg roepen de zaak op z'n beloop lijken te laten, moet er van een dreigende slaapziekte worden gesproken. Het oosten In het oosten van het land zal daarin toch verandering moeten komen. De SEP ls inmiddels bijna klaar met de vaststelling van de tracering Zwolle- Almclo. dat, als alles loopt zoals de SEP zich dat voorstelt, in 1985 gereed kan zijn. Omdat die tracering naar verluidt vrijwel gelijk loopt met de bestaande 110 kV-lijn (er komen wel hogere masten en zwaardere lijnen) kan het verzet hier nog meevallen. Veel belangwekkender wordt de voortzetting van Twente naar Doetinchem. Daar zal. werd ons meegedeeld, een nieuw tracé nodig zijn, met het grote risico dat vluchtroutes van vogels worden geblokkeerd. De SEP. die voor Twente naar nu blijkt een 380 kV-fljn wil (in het structuurschema wordt ge zegd dat zo'n lijn zelfs in het Jaar 2000 nog te zwaar lijkt) rekent erop dat de hele zaak, tot aan Dodewaard, in 1985 klaar is. Zelfs als ministeries en par lement blijven slapen, lijkt dat een on haalbare datum, al zijn er waarschijn lijk wel lagere overheden die desnoods via noodgrepen voor de druk der elek triciteitsbedrijven bezwijken. Het zou van belang kunnen zjjn dat behalve landelijke ook regionale politici daar van wat meer dan nu het geval ls. doordrongen worden. Men mag niet verwachten dat de SEP daartoe zelf het initiatief zal nemen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1979 | | pagina 4