EXECUTIE
IN DE DUINEN
Reconstructie van
een oorlogsdrama
IE, aaw
zbn]
betreurd)
lid £m vrienjw
luitenant
Robert
PZC/ zaterdagkrant
SPELEN Dj
ZATERDAG 29 SEPTEMBER 1979
Een overzicht van de plaats waar in de duinen bij Valkenisse de vijf burgers het leven lieten en onder het duinzand iverden
bedolven. Deze foto is gemaakt kort nadat de plaats was ontdekt waar de executie had plaatsgevonden.
Zelfs de sportvissers laten zich op deze grauwe septemberdag niet zien bij de dijk. De zeemeeu
wen hebben het rijk alleen. Krijsend scheren zij over de schorren. De schelle klanken verbreken
de stilte. Het water is ver weg. Het geluid, dat duidt op menselijke bewoning al evenzeer. Van
achter de dijk klinkt alleen, heel vaag, het gegrom van een tractor, ingezet bij de aardappeloogst
in het polderland. De bloemen ter weerszijden van de, in een laagte van de dijkkruin opgerichte
marmeren steen, wiegen zachtjes in de wind. Een bescheiden muurtje geeft de begrenzing aan
van het perk. Het heeft de vorm van een graf. Toch ligt er niemand begraven. Het gaat hier om een
gedenksteen, door Belgische sporters aangebracht, zoals de in het marmer gekapte woorden
vertellen, ter ere van 'zijn betreurd spelend lid en vriend luitenant Robert de Prez".
Die gedenksteen op de dijk bij Hoede-
kenskerke biedt, vijfendertig jaar na
het gebeurde, vrijwel het enige zicht
bare aanknopingspunt met het begin
van een oorlogsverhaal, dat maanden
later, elders in Zeeland, op Walcheren
zou eindigen met de executie van
mannen. Op elf september 1944 werd
in de duinen bij Valkenisse het dood
vonnis voltrokken. De documen-
tatiegroep, Walcheren 1939-1944 is ja
ren bezig geweest met de reconstructie
van deze bij slechts weinigen tot in de
tail bekende affaire. Zeer onlangs kon
het particuliere onderzoek naar het
dramatische gebeuren worden afge
sloten. En daarmee werd tevens een
diepmenselijk stukje Zeeuwse oor-
logsgeschiedschrijving afgerond.
Toevallig
Het begint eigenlijk allemaal heel
toevallig met een onderzoekje naar
het neerstorten van een Spitfire die in
1943 ergens in Zuid-Beveland terecht
zou zijn gekomen. Bij nadere navraag
blijken die gegevens echter niet te
kloppen. Het is geen Spitfire die er
neer stortte, maar een Halifax bom
menwerper. De Halifax LL 287, code-
letters NF-S (Sugar) maakte deel uit
van het 138 ste Squadron van de
Royal Air Force. „In de namiddag van
donderdag 30 maart 1944 worden op
vele vliegvelden in Groot Britannie
uitgebreide voorbereidingen getrof
fen voor een zware nachtelijke aanval
op de Beierse stad Neurenberg. De
vier motorige Halifax bommenwer
pers die eveneens in gereedheid wor
den gebracht hebben een andere taak
dan de 'raid' op Neurenberg.
Zij moeten bijzondere vluchten uit
voeren, worden gedirigeerd naar een
zame plaatsen voor het uitvoeren van
'droppingen': bevoorrading vanuit de
lucht van de vele verzetsgroepen, die
met smart wachten op de 'goede ga
ven'. Wapens, munitie, medicamen
ten, agenten. Een van de vijf Halifax
bommenwerpers, die op die avond
vanaf de basis Tempsford starten voor
het uitvoeren van een bijzondere
vlucht, koerst op het doelgebied aan:
een bebost terrein in de buurt van
Antwerpen. Men passeert de Bevelan-
den. Plotseling opent een flakbatterij
bij Hansweert het vuur. De eerste sal
vo's zijn al meteen raak. Twee motoren
van het laagvliegende toestel vliegen
in brand en een voltreffer doet de neus
ontploffen. Dan stort het toestel in het
water van de Biezelingse Ham.
Van de tien personen die zich aan
boord bevinden komen er vijf om. De
stoffelijke overschotten van de vijf
slachtoffers moeten zich nog steeds op
diezelfde plek in het vliegtuigwrak be
vinden. Het wrak werd nooit geborgen,
zou veel te diep liggen.waardoor de be
rging een te kostbare zaak zou worden.
Tot de slachtoffers behoorde ook een
Belgische agent: luitenant Robert
Deprez uit Deerlijk Sportvrienden uit
zijn woonplaats richtten ter nage
dachtenis van hem een gedenksteen
op, op de dijk tegenover de plek waar
het toestel in het water stortte.
Rubberboot
Uit officiële stukken, via gesprekken
en aan de hand van correspondenties
hebben de Walcherse onderzoekers
Hans Tuynman, C. A. van de Weel en
Piet Eekman kunnen nagaan dat de
vijf overlevenden in het toestel kans
hebben gezien om meteen rubberboot
richting kust te varen, waar ze door het
water wadend de vaste kant wisten te
bereiken. Besloten werd om in twee
groepjes verder te gaan. Drie mannen
gingen richting 's-Gravenpolder. Daar
zijn ze. waarschijnlijk door Armeniërs
gevangen genomen, naar
Woensdrecht gebracht om via Am
sterdam naar Duitse gevangen kam
pen afgevoerd.
Speciale gedeelten
Piloot W. B. Mill en de coopiloot Den
nis Beale van de verongelukte. Hali
fax, gingen een andere kant op. Ze be
landden bij de boerderij van Vermue
aan de Biezelingsedijk, waar de on
dergrondse werd ingeschakeld. En
die zorgde voor een onderduikadres.
Vanuit dat onderduikadres werden
de piloten later naar Zeeuwsch-
Vlaanderen gebracht vanwaaruit ze
via de ontsnappingsroute wilden zien
te ontkomen. Maar de spoorweg
bombardementen van mei 1944 gooi
den de plannen in de war. Mill en Bea
le raakten verzeild in Zelzate.
Daar werden ze opgevangen door de
families Colvenaer en Pierets. De Col-
venaer's hadden him huis en garage
beschikbaar gesteld voor Engelse en
Amerikaanse vliegers, die naar Enge
land moesten worden overgebracht.
Op dat adres daar in Zelzate werden
niet minder dan zevenenveertig vlie
gers opgevangen en verder geholpen.
Terug naar die zomer van 1944. In de
loop van de weken dat Mill en Beale er
verblijven raken ze aardig ingebur
gerd. Ze gaan zelfs regelmatig zwem
men met de leden van de Zelzaatse
zwemclub. Kwam het door die onvoor
zichtigheid of werden ze verraden? De
Walcherse onderzoekers hebben in elk
geval aan de hand van gesprekken met
getuigen in hun reconstructieverhaal
vastgesteld dat er op 7 september
plotseling een huiszoeking plaats
vond bij de families. Piloot Mill en
twee andere onderduikers weten op
het nippertje via het dak te ontsnap
pen. Dennis Beale wordt opgemerkt
als hij op de bovenverdieping een ruit
inslaat
De bevelvoerend Feldwebel wil met
een alle vrouwen, kinderen en man
nen die het huis bewonen en ook toe
vallige voorbijgangers neer schieten
om een voorbeeld te stellen. Tot een
uitvoering van dat voornemen komt
het echter niet, hoewel er even later
inderdaad een vuurpeloton van zes
tien man verschijnt.
Door tussenkomst van zekere luite
nant Hoffmann worden de toevallige
voorbijgangers en de vrouwen en de
kinderen uit het huis uit de groep ver
wijderd van mensen die tegen de muur
staan. Over blijven tenslotte Albert de
Colvenaert. eigenaar van de boerderij,
smid Pierets, de zeventienjarige zoon
van Colvenaer. Yvon genaamd en de
Britse coopiloot van de boven de Be-
velanden neergeschoten Hallfax:
Dennis Beale
Van een garagehouder uit Borssele
wordt een auto gekonfiskeerd om de
vier gevangenen af te voeren naar
Breskens. De rit verloopt met hape
ringen. De bestuurder van de gekon-
fiskeerde wagen had kans gezien om
de moeren van een wiel los te draaien.
In de buurt van IJzendijke loopt een
wiel eraf en moest er voor de nacht
ergens onderdak worden gezocht Op 8
september 1944 komen de gevangenen
met hun bewakers in Breskens aan
waar tot in de avond moet worden ge
wacht voor het maken van de over
steek naar Vlissingen, omdat op dat
moment de overtocht van het Duitse
leger over de Westerschelde in volle
gang is. Aangekomen in Vlissingen.
worden de drie Belgen en de piloot in
de Bomvrije kazerne gevangen gezet.
De volgende dag verhuist Beale naar
een Duits gevangenkamp waar hij de
oorlog overleeft.
Twee Zeeuwen
De drie Belgen blijven achter in de
'Bomvrije'. Daar zijn inmiddels ook
twee Zeeuwse burgers terecht geko
men. Het gaat hier om de loondorser
A. P. Dieleman uit Wissenkerke. on
gehuwd, 36 jaar oud. Na Dolle Dins
dag, 6 september 1944 hadden eiland
bewoners de vlaggen uit gestoken,
veerboten onklaar gemaakt en
Duitsers gevangen genomen.
Bij de daarop volgende represailles
van de Duitsers wordt de LO-er An-
dries Dieleman opgepakt en naar de
Bomvrije Kazerne in Vlissingen over
gebracht Ook Wim Niesthoven. een
28-jarige loodgieter uit Middelburg is
daar terecht gekomen. Hij had samen
met een andere buurtbewoner, zekere
Koppejan. zo meent mevrouw
Niesthoven zich nu te herinneren, in
Middelburg de Poelendaeleweg ter
hoogte van de Melkfabriek open ge
broken in de hoop dat er voertuigen in
de daarbij ontstane kuil zouden rijden
en onklaar zouden raken.
Dezelfde nacht nog halen Duitse sol
daten links en rechts in de buurt bur
gers van him bed om de gaten in het
wegdek weer te dichten. De volgende
morgen wordt een willekeurig aantal
burgers uit de omgeving gevankelijk
uitgevoerd. Meer uit angst, zo meent
mevrouw Niesthoven hebben toen an
dere buurtbewoners de bezetter laten
weten dat ze loodgieter Wim die avond
op straat hadden gezien. Daarop wor
den de anderen weer vrijgelaten.
Niesthoven blijft gevangen Medesa
boteur Koppejan duikt onmiddellijk
onder
Standgerecht
Oberst Reinhardt houdt daagsdaarop
een soort standgerecht. De com
mandant van Vlissingen komt tot een
ter dood veroordeling van de drie
Belgen en de twee Zeeuwse mannen.
Nog diezelfde dag laat hij plakkaten
drukken en in elke stad of dorp op
Noord en Zuid-Beveland en Walche
ren ophangen. Er staat op dat P. A.
Dieleman, Willem Niesthoven, Albert
en Ivon Colvenaer en André Pierets
ter dood zijn veroordeeld 'wegens da
den van terreur en sabotage'. De te
rechtstelling grijpt echter eerst da
gen later plaats. Een Vlissingse pas
toor die zich voor het verlenen van
geestelijke bijstand bij de gevangenis
vervoegt worde de toegang gewei
gerd.
Op maandag 11 september 1944 rijden
twee vrachtwagens naar de duinen bij
Valkenisse. In de ene wagen zitten de
vijf ter dood veroordeelden. In de an
dere wagen heeft het executiepeloton
plaats genomen. Aan de hand van de
getuigenis van een later naar de gealli
eerden overgelopen Poolse soldaat in
Duitse dienst hebben de Walcherse
onderzoekers het verdere verloop
kunnen terug draaien. De gevangenen
moeten nog een emd door de duinen
lopen voor men op de plaats van de
executie aan komt Ze krijgen het be
vel de duinen te beklimmen. Aan de
zeezijde wordt halt gehouden.
De vijf mannen worden, staande met
de rug naar de zee gekeerd, elk afzon
derlijk aan een paal gebonden. De
handen geboeid op de rug. Een Duits
officier gaat naar de zeventienjarige
Yvon Colvenaer toe en doet hem de
belofte zijn leven te zullen sparen als
de jongeman bijzonderheden bekend
zou maken De jongen zwijgt Een
laatste kreet van André Pierets: 'Leve
ons Vaderland. Leve België. Onmid
dellijk daarna geeft de officier het
executiepeloton bevel om te vuren.
Schoten in de borst maken een einde
aan vijf mensenlevens.
Schetsje
De Pool die ooggetuige was van het
fusileren maakt later een schetsje
van de plaats waar de executie plaats
vond en waar - op dezelfde plaats- ook
de vijf burgers zijn begraven. Dat
schetsje laat hij achter bij een Vlis-
singer met de boodschap het papier
over te dragen aan de geallieerden au
toriteiten.
De families van de doodgeschoten Bel
gen weten Intussen van niets. Als men
enige tijd later op onderzoek uit gaat
stuit men in Goes op een aanplak
biljet, waarop de uitvoering van het
doodvonnis wordt gemeld. Aan de
hand van het achtergelaten schetsje
wordt later gepoogd om de plaats te
rug te vinden waar de burgers de dood
vonden. Vergeefs. Op een later tijdstip
komt de Poolse soldaat zelf naar Wal
cheren om de plaats aan te wijzen waar
de mannen werden begraven. Vlak bij
deze plaats wordt ook nog het stoffe
lijk overschot gevonden van een jon
geman Het betreft hier waarschijnlijk
het lichaam van de negentienjarige J.
van de Wey uit Middelburg, die was
gearresteerd wegens sabotage en het
wegnemen van Duitse wapens. Enkele
dagen na de executie van de vijf man
nen werd in de duinen bij Valkenisse
op soortgelijke wijze een einde aan een
jong leven gemaakt
Bidprentje
Door deze reconstructie weet de Vlis-
singer Muller, verzamelaar van oor
logspamfletten. nu ook de achter
gronden van de tekst op het bidpren
tje dat hij jaren geleden eens kreeg
toegeschoven. Het prentje maakt ge
wag van de dood van de Belgen. „Door
den terugtrekkende vijand op 7 sep
tember 1944 van hun families weg
gesleurd en laffelijk gefusiljeerd in de
duinen te Vlissingen".
In huize Niesthoven aan de Nachte
gaalstraat in Middelburg bewaart
een oorlogsweduwe naast de af
scheidsbrief van haar man ook een
bidprentje met deze tekst: Wim
Niesthoven, „Hij had zich afzijdig
kunnen houden maar meende mee te
kunnen werken aan de bevrijding van
het vaderland door daden die de
vijand als misdaden zou bestraffen".
Jacques Cats
Op de dijk bij Hoedekenskerke geeft, een gedenksteen enig houvast aan een oorlogsgeschiedenis.
Een Halifax van dit type stortte in 1944 neer in het water van de Biezelingse Ham nadat een Flakbatterij bij Hansweert het toestel had getroffen.