VACUUM
Ontwikkelingslanden steeds sterker
Holocaust
Margareth Thatcher
als 'bovendrijfster'
De zes zetels van Luxemburg
Sh
Él
EUROPA STEM T
DE VOORSTELLING
- GELUKKIG - VOOR
Het
UNCTAD IN MANILLA
ZATERDAG 5 MEI 1979
opinie en achtergrond
(Van onze correspondent tn Londen, Henk Lejfelaan
LONDEN - Natuurlijk zal Margaret Thatcher de annalen nu ingaan als de eerste vrouwelijke
minister-president van het Britse koninkrijk. Dat is echter niet het unieke van haar verkiezing.
Het werkelijk bijzondere ervan is dat zij het zover heeft weten te brengen, zonder dat zij voort
kwam uit de exclusieve kring van de conservatieve partij-elite, die tot nog toe altijd heeft wie de
mantel van het partijleiderschap zou worden opgehangen.
Het had veel meer voor de hand gelegen
wanneer Labour een vrouwelijke pre
mier had voortgebracht. Tenslotte
heeft Labour in het verleden aan vrou
wen meer kansen gegeven, zowel in het
parlement als in het kabinet. De Tory's
hebben altijd meer de naam gehad van
een herenclub. Labour heeft in de afge
lopen campagne er dan ook geen ge
heim van gemaakt dat het spijtig is dat
de oppositie met de eer van een
vrouwelijke premier of première gaat
strijken.
Het fenomeen van Thatcher's verkie
zing is een „desondanks-verschijnsel".
Om te beginnen, en dat klinkt onhar
telijker dan de werkelijkheid die de
omstandigheden heeft gedicteerd,
werd zij de leidster van de conserva
tieven, omdat er een gezagsvacuüm
was. Dat vacuum was al ontstaan met
de benoeming van Edward Heath als
partijleider.
Heath was, als zoon van een tim
merman, een doorbraak in de partij van
Balfour. Baldwin, Churchill. Eden.
McacMillan en Sir Douglas-Hume. Hij
was „the boy who had made good" - de
jongen van eenvoudige afkomst die
dank zij de juiste kostscholen, beurzen,
goedgeplaatste contacten en bevoog-
ders, en niet in het minst dank zij eigen
grote begaafdheden, het ver had ge
schopt. Maar na vier jaar als premier,
liberaler dan de conservatieven eigen
lijk wensten, legde Heath in 1974 ten
slotte het loodje.
In de daarop volgende machtsstrijd
binnen de conservatieve partij diende
zich geen vanzelfsprekende opvolger
aan. Daarvoor was Heath een te geslo
ten, op zichzelf aangewezen man ge
weest, een man zonder wezenlijke
vrienden. In dat vacuum rees Margaret
Thatcher als een kurk naar boven.
Want wat was voor de herenclub van de
Tory's onder omstandigheden waarin
men het niet over een andere heer eens
kon worden, een betere uitweg dan om
haar naar voren te schuiven?
De opiniepeilingen gedurende de afge
lopen verkiezingscampagne maakten
verder duidelijk dat de conservatieven
niet gewonnen hebben dank zij That
cher, maar ondanks haar. In alle peilin
gen werd de voorkeur gegeven aan
Callaghan als premier, zelfs wanneer de
ondervraagde voor de Tory's zou
stemmen.
Revanche
Dat de Tory's gewonnen hebben, bete
kent minder een doorbraak voor het
Britse feminisme dan een voorkeur om
op bescheiden wijze het roer om te
gooien en te zi
Groot-Brittannié werd ingevoerd.
Thatcher's verkiezingstoespraken wa
ren doorvlochten met een zekere nos
talgie naai- het verleden, naar het alou
de individualisme van de Britten, naar
een maatschappij waarin werkloos
heidsuitkeringen als aalmoezen' aan
bedelaars worden beschouwd, en
waarin de testamentische „deugden"
van ijver, trots, eigen waarde en noeste
arbeid als bijbelse waarheden werden
opgehouden.
Waarin de socialistische samenleving,
met zijn welvaartsuitkeringen, wel
iswaar niet helemaal meer weg te den
ken was, maar dan toch minder te pre
fereren viel dan een land waarin een
ieder verantwoordelijk is voor zichzelf.
Het was dit verlangen onder de con
servatieven om naar hun oorsprong te
rug te keren, om de klok terug te draai
en, die Margaret Thatcher aan de
macht bracht als partijleidster.
Thatcher is dan ook beduidend con
servatiever dan Edward Heath. Zij
behoort tot de rechtervleugel van haar
partij. Zij is voor de herinvoering van
sympathie heeft voor persoonlijke
moeilijkheden, kan zij opmerkelijk on
gevoelig zijn voor collectieve tegensla
gen". Veel zal dan ook afhangen van de
mannen die zij in haar kabinet zal op
nemen (vrouwen die daarvoor in aan
merking komen, zijn er weinig of bijna
niet).
Thatcher heeft duidelijk gemaakt de
vakbonden hardhandig te zullen aan
pakken (maar volgens opiniepeilingen
heeft maar 19 procent van de onder
vraagden er vertrouwen in dat zij erin
zal slagen de geharde vakbondsleiders
een lesje te leren), regeringsuitgaven te
willen besnoeien (maar niemand weet
nog waar en met hoeveel), en indirecte
belastingen te willen opvoeren, terwijl
de inkomstenbelastingen omlaag zou
den gaan.
Thatcher heeft in de afgelopen cam
pagne geen opmerkelijke nieuwe
ideeën verkondigd. Het lijkt er eerder
of er misschien onder de doodstraf, een vastgesteld loonbe-
de conservatieven meer van het land te
maken valt dan onder Labour. That
cher spitste haar campagne dan ook
toe (ook al zei zij dat niet met zoveel
woorden) op het heroveren van wat zij
als de toekomst van het glorieuze ver
leden van het Verenigd Koninkrijk
zag.
Deze visie is als een revanche te be
schouwen op het democratisch-so-
cialisme, dat sinds het einde van de
Tweede Wereldoorlog onder Labour in
leid en voor drastische ingrepen in het
imigratiebeleid.
Het typeert de manier waarop in mo
derne maatschappijen verkiezings
campagnes worden gevoerd dat That
cher juist over deze punten in de cam
pagne zo vaag mogelijk bleef, omdat
zulke uitspraken alleen maar stemmen
kunnen kosten.
Simon Jenkins, een gerespecteerde
Britse journalist, heeft van haar ooit
eens gezegd: „Hoewel zij emotioneel
VERKOOP en SERVICE
AUTO-HENDRIKS
Westwal 25 GOES 01100-16210
Callaghan, de verliezer
(Door onze correspondent Jan Gerritsen
Zuiver rekenkundig gezien zal het groothertog
dom Luxemburg het best vertegenwoordigd zijn in
het nieuwe Europese Parlement. De ongeveer
280.000 Luxemburgers - de stad Utrecht heeft meer
inwoners - mogen zes van de 410 Europese afge
vaardigden aanwijzen. De kiesdeler bedraagt dus
circa 47.000. de laagste in de negen EG-landen (afge
zien misschien van die ene „Europeaan" die de be
volking van Groenland naar Straatsburg mag af
vaardigen).
Voor die zes zetels staan maar liefst 84 Luxemburgers
kandidaat, hetgeen waarschijnlijk ook een record be
tekent. Deze grote belangstelling illustreert de Euro
pese gezindheid van de Luxemburgers, die meer dan
enig ander volk uit de Europese Gemeenschap
„Europeaan uit noodzaak" zijn. Het kleine groother
togdom ontleent immers veel van zijn betekenis aan
het lidmaatschap van de Europese Gemeenschap.
In Luxemburg zyn enkele Europese instellingen ge
vestigd, zoals het Eruropese Hof van Justitie, het
Eropese Rekenhof en enige diensten van de Europese
Commissie, het „dagelijks EG-bestuur" dat in Brus
sel zetelt. Belangrijkste EG-vestiging is misschien
wel het secretariaat van het Europese Parlement met
zijn 1800 ambtenaren. De grote droom voor
Luxemburg blijft ooit nog eens definitief plaats van
vestiging van dit Europese Parlement te worden.
De Europese verkiezingen vallen in Luxemburg sa
men met nationale verkiezingen: dc Luxemburgers
kiezen ook een nieuw parlement dat hier uit een
Kamer van 59 afgevaardigden bestaat. Evenals in
België bestaat in Luxemburg opkomstplicht, maar
wat de Europese verkiezingen betreft is dat feitelijk
overbodig. Europa is hier zo dicht bij huis - in de
vorm van grote gebouwen en talrijke Europese
ambtenaren uit alle EG-landen - dat de Luxembur
gers geen aanmoediging behoeven.
De 84 Luxemburgers die een gooi naar een zetel in het
Europese Parlement wagen, zijn kandidaat gesteld
door acht partijen. De vijf grote partijen die nu in het
nationale parlement vertegenwoordigd zijn, hebben
elk twaalf kandidaten gesteld, Het gaat om de Chris-
tefijke Sociale Volkspartij, de grootste partij m
Luxemburg, de Socialistische Arbeiderspartij, de
Democratische Partij (liberaal), de Communistische
Party en de Sociaal-Democratische Party, de vroege
re rechtervleugel van de Arbeidersparty,
Daarnaast zijn er nog drie kleine groeperingen die
kandidaten hebben gesteld, maar die kansloos zyn:
de Revolutionaire Communistische Liga. de
op dat zij, als de zuinige huishoudster
waarvoor zij zich zo graag uitgeeft, aan
de status quo dc voorkeur zal geven.
Dat zij meer bezorgd zou zijn over het
handhaven van haar positie als
vrouwelijke premier, dan over
baanbrekend werk op nationaal of in
ternationaal gebied.
Margaret Thatcher, zo ziet het ernaar
uit. is een doorbraak, voor zover het een
vrouwelijk eersteministerschap be
treft, maar geen vernieuwer, geen pre
mier die nieuwe bakens zal uitzetten
voor de conservatieve party, noch in
Groot-Brittannië, noch in EEG-ver-
band. zy zal ontdekken dat de Britse
politiek nog steeds bepaald wordt door
mannelyke impulsen, mannelyke ad
viseurs en mannelyke vooroordelen. Zy
zal ook ontdekken waarom wylen Gol-
da Meir. Israels premier, destyds door
een van haar collega's „de enige man m
het kabinet" werd genoemd.
Luxemburgse Liberale Party en een alternatieve mi-
- lieuiyst, „Wiertlech" (Weert U). Waarschynlyk zullen
de drie grootste partyen, die nu respectievelijk 18.17
en 17 zetels in de Luxemburgse Kamer hebben, elk
twee Europese zetels behalen. Mogelyk is ook dat de
Luxemburgse communisten (vyf zetels) een man
naar Straatsburg zullen kunnen sturen.
De liberalen zijn met een zware Europese ploeg aan
getreden: minister-president Gaston Thorn is aan
voerder op de lijst die de namen telt van negen mi
nisters, parlementsleden en afgevaardigden naar
het huidige Europese Parlement. Thorn is in de Be
nelux ongetwijfeld de politicus met regeringsver
antwoordelijkheid die de beste betrekkingen on
derhoudt met bondskanselier Helmut Schmidt, de
Franse president Giscard en andere EG-groten. De
Luxemburgse christen-democraten worden geleid
door oud-minister Pierre Werner, ook al een man
met een grote Europese reputatie,
in Luxemburg wonen 90.000 buitenlanders - een der-
de van de totale Luxemburgse bevolking - van wie
een groot deel afkomstig is uit andere EG-landen,
met de Italianen als verreweg de grootste groep Deze
buitenlanders mogen niet meestemmen, noch by de
Europese noch by de nationale verkiezingen. Er
wordt in Luxemburg al wel geruime tyd gediscus
sieerd over plannen om buitenlanders aan de verkie
zingen voor gemeenteraden te laten meedoen.
G' Door Abel Herzbergl
elukkig, de voorstelling is af
gelopen. En opnieuw heeft de
TROS na de uitzending van het
vierde deel van Holocaust enkele
documentaire beelden gegeven die
de vraag doen rijzen of de film en
de uitzending daarvan wel aan
hun doel hebben beantwoord. Het
gebeurde was, zoals ik trouwens
reeds uit eigen ervaring wist, an
ders. het was ook eindeloos veel
indringender dan blijkbaar door
de weergave van het lot der fami
lie Weiss weer te geven was.
Wat my het meest van alles getrof
fen heeft, was de afbeelding van het
met hakenkruis besmeurde ge
denkteken over de massale mis
daad die wjj een kleine veertig jaar
geleden hebben meegemaakt. Zy
stond trouwens al in de kranten.
Als je dit ziet. voel je de vraag in je
oprijzen of er geen verband bestaat
tussen de met de beste bedoelingen
uitgezonden filmen de tekenen van
jodenhaat, waaraan sommigen
zich kennelijk gedrongen hebben
gevoeld hiernieuwde uitdrukking
te geven. Hoevelen waren dat en uit
welke kringen waren zy afkomstig?
Met niet geringe bezorgdheid ben
je geneigd je af te vragen of de ver
toning van Holocaust sluimerende
of bewust levende haatgevoelens
met heeft geactiveerd in plaats van
de dragers van deze gevoelens tot
enige bezinning te brengen.
In gedachten terugroepend wat er
in de vier uitzendingen aan ons
oog voorbij gegaan is, blijft ons
verder, veel meer dan het gebrek
aan ontroering die toch van ons
verwacht werd, de weerzin bij die
ons op vele momenten ook tijdens
de vertoning van het vierde deel
heeft vervuld. Weerzin tegen aller
lei kitsch die de makers van de
film blijkbaar niet in staat waren
achterwege te laten.
Meer dan eens heb
ben ze ons wee gemaakt, wee om
dat we aan kitsch op het tv-scherm
langzamerhand wel gewend zijn
geraakt, maar kitsch invlechten in
een zo ernstig onderwerp als de
Endlösung der Judenfrage is ons al
te gortig.
Ook de door de leiding van de
TROS gevraagde reacties uit het
publiek hebben ons tot nadenken
gebracht. Opvallend was, als we af
gaan mogen op de verslagen die we
daarvan gelezen hebben, dat-
voortdurend en zelfs in hoofdzaak
de vraag is gesteld waarom eigen-
lyk zoveel byzondere nadruk ge
legd wordt op de jodenvervolging,
terwijl toch rassendiscriminatie en
andere veelal bloedige conflicten
tussen bevolkingsgroepen in onze
huidige wereld aan de orde van de
dag zijn. Dient er eigenlyk niet
front te worden gemaakt tegen dis
criminatie in het algemeen, waar
van die tegen de joden slechts een
symptoom vormt in plaats van de
Endlösung als een afzonderlijk op
zichzelf staand verschynsel te be
schouwen.
Een afdoend antwoord op deze be-
langry ke vraag heb ik niet gehoord,
noch ergens gelezen
INC
s waar dat Holocaust heel
wat bevat waarvan men moeilijk
inzien kan wat het met de joden
vervolging te maken heeft. Ais
hijvoorbeeld in het eerste deel dei-
uitzending ons voorgeschoteld
wordt dat een joods meisje op
straat wordt verkracht, ligt de ge
dachte voor de hand of dit haar
Arisch buurmeisje niet even goed
had kunnen gebeuren. En als de
film ons een halfdronken SA-man
als de snodaard aanwijst die zich
aan dit misdrijf is te buiten ge
gaan, kan je evenmin de idee on
derdrukken dat dat ook door ieder
bedreven had kunnen zijn.
Verkrachting komt zonder onder-
scheld van ras of geloof overal voor.
Je behoeft er bepaald geen nazi
voor te zyn Met de Endlösung
houdt dut dus hoegenaamd geen
verband. En ook de vergassing die
daarop volgt van het geesteiyk to
taal ontredderde slachtoffer is be
paald geen privilege dat het joodse
volk in Duitsland te beurt a D?
len Integendeel, de
heeft zich In de eerste plaats,] P"j
geheel, gericht op zogenaarj
sche debielen en andere per '.nf
van geiyk bloed, die de zond tie'
den begaan geesteiyk en lk,r' e,
lijk niet te kunnen voldoena s-c'
een gezond Duits national's
heet. bou
Al even ongelukkig wordt *°S
denvervolging getekend do |be
verhaal over de Scharfueh: W
een gevangene een beter b. !a§'
weet te verschaffen tegen bt D'el
door diens vrouw met haaro i-^1
miteerde liefdesgunsten. E? Por
gelyke gebeurtenis kan zichip311
goed afspelen als die gevang 8'
plaats van een jood een gt Pp
Ariër is. Ook dit heeft dus nle
de Endlösung te maken fejPf
Het is best mogelyk datd
lekeurigheld om de grote t ,r.
op de rug van een joodse c
vrouw te doen neerkomen: ?P
vraagsteller ertoe heeft gt)'aa:
het verschil uit het oog te vet
dat bestaat tussen een get ac'
als de Endlösung en nietn ra
betreurenswaardige vervolg !®®j
van andere groepen dan jod»fSCl
Dit verschil bestaat
wel degelijk en is zelfs y:
sentièle betekenis. Vergee! 1
dat er geen enkel conflict i jp
groepen bestaat zonder eet1'1?1
wijsbare en in elk geval eencs
lijk herkenbaar onderscheli
sen hen. Dat kan besta:, b
huidskleur, in nationaiiu
taal, het kan van geografis cr
godsdienstige aard zijn, ofi jP'
dag treden in onderling af* "F
de levensgewoonten. En da
schillen leiden nooit tot tU w
barsting als zij niet worden 'P1
leid door belangentegens P
gen. Een enkele keer leiden:
achterdocht en tot vrees. Denir^
dit betreft aan het lot
geuners.
Hoe stond het nu met de joc PP
Duitsland, tot wie wy onsnu;e^
uitvoerig bepalen. Bestond 1
waarlijk tussen joden en rue' RC
verschillen. Men kan dat nk
ledig ontkennen, maar war. jw
ook van zodanige aard dat}
vermydelyk tot vervolging :C1
ten leiden. Geenszins. gjj;
De UUitse joden ware; 1Zi
cfes dezelfde toegewyde e^nr
thousiaste vaderlanders also bn
van de bevolking.
Belangrijker echter, ja bes!
is intussen dat de verschl"
zover ze hebben bestaan, a
leiding tof de vervolging v;
den niet hebben gevormd. 2i
beschuldigd en vervolgd, a
nog wel officieel en van de zij
regering, op grond van ven
en leugens. De belangxyksttj
van was dat zy streefden m
wereldheerschappy. Ja, dief
lyk al in handen hadden. Dedf
volgende verwy ten diezy ai
moesten, waren al even b
en zyn desondanks door
geloofd.
De jodenvervolging was wi"
politiek van een regering dilgP
heeft doorgevoerd in een obP®
met een gewetenloosheid (F'
grond van overwegingen, diij
weerga niet vinden in YvelklT-
flict tussen bevolkingsgn Ui
waar en wanneer dit ook t.
plaatsgehad. !I
Alle discriminatie is te vero lts
len. maar de Endlösung de El
denfrage vertoontfaetorenda il
een uitzonderlyk en een bys
ernstig karakter in de geschie D
verlenen. I
Holocaust maakt dit niet d
lijk, en als hier en daar een ik
in die richting waarneembi
geschiedt dit op een wijze die Al
ken doet aan een brochure U
slaagt er dan ook niet in, zo;! ui
gerezen vragen bewijzen.
om deze reden al dient te *o
gezegd dat Holocaust niet dei
vermoedelijk niet veel invlon
goede zal hebben. Misschieni
hier en daar anders voorkorlt
maar zeker niet blijvend.
(Door Theo Ruyter)
Laten we het nog één keer proberen.
Misschien gaan de rijke landen toch
nog inzien dat ook zij belang hebben
bij een ingrijpende hervorming van de
wereldeconomie. Maar als ze moeilijk
blijven doen, dan kunnen ze het heen
en weer krijgen en zoeken we het zelf
wel uit.
Dat is de stemming waarin heel wat
delegaties van ontwikkelingslanden
maandag beginnen aan de vy fde zitting
van de Conferentie van de Verenigde
Naties over handel en ontwikkeling
(TJNCTAD) in de Filippynse hoofdstad
Manilla. Ze drukken zich natuurlyk wat
diplomatieker uit, maar dat ze teleur
gesteld zyn over de geringe inschikke-
lykheid van de machtige rijke landen
hebben ze de laatste tyd niet onder
stoelen of banken gestoken.
De UNCTAD is een speciaal orgaan van
de Verenigde Naties dat zich bezig
houdt met allerlei problemen in de ver
houding tussen ontwikkelingslanden
en geïndustrialiseerde landen en in het
byzonder met de handel tussen de twee
groepen landen. Alle landen van de VN
zyn er lid van en daarnaast ook landen
die alleen by een van de gespecialiseer
de organisaties van de VN zyn aange
sloten.
De UNCTAD werd in 1964 opgericht.
Vooral jonge onafhankelyke staten
hadden erop aangedrongen, omdat ze
vonden dat allerlei toen bestaande in
stellingen onvoldoende waren afge
stemd op de beharting van hun belan
gen. De grote beslissingen over het rei
len en zeilen van de wereldeconomie
waren voorbehouden aan de ryke lan
den en vooral aan de grote mogendhe
den en de ontwikkelingslanden wilden
nu ook een vinger in de pap/
Nieuwe orde
Aanvankelijk kregen de arme landen
nauwelijks een poot aan de grond. Ja,
ze konden ontwikkelingshulp krijgen,
maar die gold vooral als doekje voor
het bloeden. Pas toen een groep ont
wikkelingslanden zes jaar geleden een
vuist maakte door gezamenlijk de
prijs van ruwe olie aanzienlijk te ver
hogen, begonnen de regeringen van
geïndustrialiseerde landen beter te
beseffen dat ze er misschien verstan
dig aan deden de verlangens en plan
nen van de ontwikkelingslanden ern
stig te nemen. Dat leidde onder andere
tot speciale vergaderingen van de VN,
waar men het op papier eens werd over
de wenselijkheid van een „Nieuwe In
ternationale Economische Orde".
Voor de ontwikkelingslanden betekent
zo n nieuwe orde niets meer of minder
dan een herverdeling van de macht op
wereldschaal. Zoiets gaat niet vanzelf.
Daar zyn harde onderhandelingen voor
nodig en die vinden, vooral de laatste
jaren, voor een groot deel plaats onder
de vlag van de UNCTAD. Zo wordt by-
voorbeeld onderhandeld over overeen
komsten tussen de leveranciers en de
afnemers van grondstoffen als koper en
rubber.
Daarbij gaat het er vooral om dat de
ontwikkelingslanden diezo'n grondstof
uitvoeren kunnen rekenen op stabiele
Om te beginnen zal men nagaan, welke
vorderingen er gemaakt zijn sinds de
vorige zitting in 1976 in Nairobi. Er is
in de tussentijd heel wat vergaderd,
maar de concrete resultaten zijn in
hoofdzaak beperkt gebleven tot een
beslissing over de verlichting van
schulden voor de armere ontwik-
prijzen en in nauw verband daarmee op-
min of meer stabiele inkomsten. Verder
wordt onder auspiciën van de UNCTAD
overlegd over uiteenlopende zaken
zoals het optreden van multinationale
ondernemingen, de steeds hoger oplo
pende schulden van vele ontwik
kelingslanden, de manier waarop ont
wikkelingslanden de beschikking kun
nen krijgen over moderne technieken
en de speciale positie van de armste
ontwikkelingslanden
Balans
Eens in de zoveel jaar maakt men een
tussentijdse balans op van het overleg
en de onderhandelingen op ver
schillende terreinen. Dat gaat nu ge
beuren in Manilla. Men heeft vier we
ken de tijd om een agenda af te werken
waar vrijwel alle hete hangijzers in de
verhouding tussen Noord en Zuid op
staan.
kelingslanden en een akkoord over een
Gemeenschappelijk Fonds om de posi
tie van ontwikkelingslanden als pro
ducenten van grondstoffen te verbete
ren.
Dit grondstoffenfonds is hier en daar
nogal kritisch ontvangen, omdat het
slechts een slap aftreksel lijkt van de
oorspronkeiyke plannen. Binnen de
UNCTAD zyn velen er echter wel tevre
den mee Secretaris-generaal Gamani
Corea gaf me kort na de totstandko
ming van het akkoord, op 20 maart, de
verzekering dat het fonds wel degelyk
aan zyn oorspronkeiyke doel kan
beantwoorden, omdat het de eerste in
ternationale organisatie is die zich be
zighoudt met een hele reeks grondstof
fen tegeiyk.
Hy vond overigens dat de buitenwereld
en niet op de laatste plaats journalisten
vaak veel te gauw resultaten verwach
ten van onderhandelingen op dit ge
bied.
Ook over afeonderiyke grondstoffen is
de afgelopen jaren druk onderhandeld.
Akkoorden zyn tot nu toe evenwel uit
gebleven, al schynt er in sommige ge
vallen (koper en rubber) schot in te zit
ten. Naast de problemen rond grond
stoffen komen in Manilla ook de pro
blemen rond de uitvoer van industriep-
rodukten en halffabrikaten door ont
wikkelingslanden ter sprake.
Naarmate meer ontwikkelingslanden
ertoe overgaan hun grondstoffen zelf te
verwerken, wordt het steeds belangrij
ker voor ze dat ze afzetmarkten vinden
in het buitenland. Wat dat betreft be
staat in de Derde Wereld grote onge
rustheid over neigingen tot protectio
nisme in de geïndustrialiseerde landen,
die vooral worden veroorzaakt door ge
ringere economische groei en groeiende
werkloosheid.
Programma
In februari hield de Groep van 77 een
voorbereidende vergadering in de
Noordtanzaniaanse stad Aroesja. In
deze groep hebben meer dan 110 ont
wikkelingslanden zich georganiseerd.
Zij stelden zich daar op het standpunt
dat de ontwikkelde landen hun indu
strie maar moesten herstructureren,
als deze in moeilijkheden kwam door
de opkomst van bepaalde industrieën
in ontwikkelingslanden. Het zou vol
gens de Groep indirect ook voordelig
zijn voor de ontwikkelde landen dat ze
hun grenzen openhouden voor produk-
ten uit ontwikkelingslanden. Hoe
meer ze in de Derde Wereld aan onze
uitvoer verdienen, des te groter wordt
onze koopkracht en des te meer pro-
duktcn kunnen we afnemen van de
ontwikkelde landen, aldus de redene
ring van de Groep.
De Groep van 77 aanvaardde in Aroesja
een „Programma voor gezamenlyke
ontwikkeling op eigen kracht en kader
voor onderhandelingen" Daaruit bleek
dat de Groep voorlopig nog op twee
paarden wilde wedden: op onderhan
delingen met de geïndustrialiseerde
landen, in de hoop dat er toch nog be
langrijke concessies van die kant in het
vat zitten en op uitbreiding van de on
derlinge samenwerking tussen ontwik
kelingslanden waardoor de economi
sche afhankeiykheid van met name
Noord-Amerika, West-Europa en Japan
verminderd kan worden.
Opstelling
Hoe de rijke industrielanden zich in
Manilla gaan opstellen is nog niet erg
duidelijk. Aan de ene kant zijn er teke
nen dal ze willen proberen de Groep
van 77 zo gunstig mogelijk te stemmen.
Zo hebben de Westduitse en de Japanse
regering al te kennen gegeven dat ze op
de eis van meer ontwikkelingshulp,
die in Aroesja aan haar adres werd ge
steld. willen ingaan.
Aan de andere kant zyn er aan» 3
gen dat de ryke landen meer dan -
heen geneigd zyn hun eigen taela v
op korte termyn veilig te stellen.! '8
by voorbeeld gebleken in recentov
in New York over een ontwikte
trategie voor de jaren tachtig, c.; H
gend jaar in een speciale vergad d
van de VN aan de orde zal korre, s
Dat de Nederlandse regering het-: m
moeilyk mee heeft, bleek wel uit b J
harrewar binnen het kabinet oven 6
structie die de Nederlandse dele 11
naar Manilla meekrijgt. Ministe: zc
Aardenne (economische zaken) e
nister De Koning (ontwikkelli 1
menwerking) waren in hun gei
lyke persconferentie over UNC t
uiterst yaag over de Nederlands
stelling.
Waarschijnlyk zoekt de regeringv
aansluiting by het standpunt vï
dere EEG-landen Het overleg in!
verband over UNCTAD schijnt 0
gens nog niet erg gevorderd te
want op 8 mei moet er nog oven
derd worden in Brussel.
Overleg van Nederland met
naamde gelijkgezinde landen, d»
westerse landen die min of me«
tief staan tegenover de Derde Vf<
heeft tot nu toe ook niet tot afsp
over gezamenlijke standpunten? j
Het enige dat voorlopig vaststl jj
dat de Nederlandse delegatie in M g
la een eigen verklaring zal aflegt