VACUUM Ontwikkelingslanden steeds sterker Holocaust Margareth Thatcher als 'bovendrijfster' De zes zetels van Luxemburg Sh Él EUROPA STEM T DE VOORSTELLING - GELUKKIG - VOOR Het UNCTAD IN MANILLA ZATERDAG 5 MEI 1979 opinie en achtergrond (Van onze correspondent tn Londen, Henk Lejfelaan LONDEN - Natuurlijk zal Margaret Thatcher de annalen nu ingaan als de eerste vrouwelijke minister-president van het Britse koninkrijk. Dat is echter niet het unieke van haar verkiezing. Het werkelijk bijzondere ervan is dat zij het zover heeft weten te brengen, zonder dat zij voort kwam uit de exclusieve kring van de conservatieve partij-elite, die tot nog toe altijd heeft wie de mantel van het partijleiderschap zou worden opgehangen. Het had veel meer voor de hand gelegen wanneer Labour een vrouwelijke pre mier had voortgebracht. Tenslotte heeft Labour in het verleden aan vrou wen meer kansen gegeven, zowel in het parlement als in het kabinet. De Tory's hebben altijd meer de naam gehad van een herenclub. Labour heeft in de afge lopen campagne er dan ook geen ge heim van gemaakt dat het spijtig is dat de oppositie met de eer van een vrouwelijke premier of première gaat strijken. Het fenomeen van Thatcher's verkie zing is een „desondanks-verschijnsel". Om te beginnen, en dat klinkt onhar telijker dan de werkelijkheid die de omstandigheden heeft gedicteerd, werd zij de leidster van de conserva tieven, omdat er een gezagsvacuüm was. Dat vacuum was al ontstaan met de benoeming van Edward Heath als partijleider. Heath was, als zoon van een tim merman, een doorbraak in de partij van Balfour. Baldwin, Churchill. Eden. McacMillan en Sir Douglas-Hume. Hij was „the boy who had made good" - de jongen van eenvoudige afkomst die dank zij de juiste kostscholen, beurzen, goedgeplaatste contacten en bevoog- ders, en niet in het minst dank zij eigen grote begaafdheden, het ver had ge schopt. Maar na vier jaar als premier, liberaler dan de conservatieven eigen lijk wensten, legde Heath in 1974 ten slotte het loodje. In de daarop volgende machtsstrijd binnen de conservatieve partij diende zich geen vanzelfsprekende opvolger aan. Daarvoor was Heath een te geslo ten, op zichzelf aangewezen man ge weest, een man zonder wezenlijke vrienden. In dat vacuum rees Margaret Thatcher als een kurk naar boven. Want wat was voor de herenclub van de Tory's onder omstandigheden waarin men het niet over een andere heer eens kon worden, een betere uitweg dan om haar naar voren te schuiven? De opiniepeilingen gedurende de afge lopen verkiezingscampagne maakten verder duidelijk dat de conservatieven niet gewonnen hebben dank zij That cher, maar ondanks haar. In alle peilin gen werd de voorkeur gegeven aan Callaghan als premier, zelfs wanneer de ondervraagde voor de Tory's zou stemmen. Revanche Dat de Tory's gewonnen hebben, bete kent minder een doorbraak voor het Britse feminisme dan een voorkeur om op bescheiden wijze het roer om te gooien en te zi Groot-Brittannié werd ingevoerd. Thatcher's verkiezingstoespraken wa ren doorvlochten met een zekere nos talgie naai- het verleden, naar het alou de individualisme van de Britten, naar een maatschappij waarin werkloos heidsuitkeringen als aalmoezen' aan bedelaars worden beschouwd, en waarin de testamentische „deugden" van ijver, trots, eigen waarde en noeste arbeid als bijbelse waarheden werden opgehouden. Waarin de socialistische samenleving, met zijn welvaartsuitkeringen, wel iswaar niet helemaal meer weg te den ken was, maar dan toch minder te pre fereren viel dan een land waarin een ieder verantwoordelijk is voor zichzelf. Het was dit verlangen onder de con servatieven om naar hun oorsprong te rug te keren, om de klok terug te draai en, die Margaret Thatcher aan de macht bracht als partijleidster. Thatcher is dan ook beduidend con servatiever dan Edward Heath. Zij behoort tot de rechtervleugel van haar partij. Zij is voor de herinvoering van sympathie heeft voor persoonlijke moeilijkheden, kan zij opmerkelijk on gevoelig zijn voor collectieve tegensla gen". Veel zal dan ook afhangen van de mannen die zij in haar kabinet zal op nemen (vrouwen die daarvoor in aan merking komen, zijn er weinig of bijna niet). Thatcher heeft duidelijk gemaakt de vakbonden hardhandig te zullen aan pakken (maar volgens opiniepeilingen heeft maar 19 procent van de onder vraagden er vertrouwen in dat zij erin zal slagen de geharde vakbondsleiders een lesje te leren), regeringsuitgaven te willen besnoeien (maar niemand weet nog waar en met hoeveel), en indirecte belastingen te willen opvoeren, terwijl de inkomstenbelastingen omlaag zou den gaan. Thatcher heeft in de afgelopen cam pagne geen opmerkelijke nieuwe ideeën verkondigd. Het lijkt er eerder of er misschien onder de doodstraf, een vastgesteld loonbe- de conservatieven meer van het land te maken valt dan onder Labour. That cher spitste haar campagne dan ook toe (ook al zei zij dat niet met zoveel woorden) op het heroveren van wat zij als de toekomst van het glorieuze ver leden van het Verenigd Koninkrijk zag. Deze visie is als een revanche te be schouwen op het democratisch-so- cialisme, dat sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog onder Labour in leid en voor drastische ingrepen in het imigratiebeleid. Het typeert de manier waarop in mo derne maatschappijen verkiezings campagnes worden gevoerd dat That cher juist over deze punten in de cam pagne zo vaag mogelijk bleef, omdat zulke uitspraken alleen maar stemmen kunnen kosten. Simon Jenkins, een gerespecteerde Britse journalist, heeft van haar ooit eens gezegd: „Hoewel zij emotioneel VERKOOP en SERVICE AUTO-HENDRIKS Westwal 25 GOES 01100-16210 Callaghan, de verliezer (Door onze correspondent Jan Gerritsen Zuiver rekenkundig gezien zal het groothertog dom Luxemburg het best vertegenwoordigd zijn in het nieuwe Europese Parlement. De ongeveer 280.000 Luxemburgers - de stad Utrecht heeft meer inwoners - mogen zes van de 410 Europese afge vaardigden aanwijzen. De kiesdeler bedraagt dus circa 47.000. de laagste in de negen EG-landen (afge zien misschien van die ene „Europeaan" die de be volking van Groenland naar Straatsburg mag af vaardigen). Voor die zes zetels staan maar liefst 84 Luxemburgers kandidaat, hetgeen waarschijnlijk ook een record be tekent. Deze grote belangstelling illustreert de Euro pese gezindheid van de Luxemburgers, die meer dan enig ander volk uit de Europese Gemeenschap „Europeaan uit noodzaak" zijn. Het kleine groother togdom ontleent immers veel van zijn betekenis aan het lidmaatschap van de Europese Gemeenschap. In Luxemburg zyn enkele Europese instellingen ge vestigd, zoals het Eruropese Hof van Justitie, het Eropese Rekenhof en enige diensten van de Europese Commissie, het „dagelijks EG-bestuur" dat in Brus sel zetelt. Belangrijkste EG-vestiging is misschien wel het secretariaat van het Europese Parlement met zijn 1800 ambtenaren. De grote droom voor Luxemburg blijft ooit nog eens definitief plaats van vestiging van dit Europese Parlement te worden. De Europese verkiezingen vallen in Luxemburg sa men met nationale verkiezingen: dc Luxemburgers kiezen ook een nieuw parlement dat hier uit een Kamer van 59 afgevaardigden bestaat. Evenals in België bestaat in Luxemburg opkomstplicht, maar wat de Europese verkiezingen betreft is dat feitelijk overbodig. Europa is hier zo dicht bij huis - in de vorm van grote gebouwen en talrijke Europese ambtenaren uit alle EG-landen - dat de Luxembur gers geen aanmoediging behoeven. De 84 Luxemburgers die een gooi naar een zetel in het Europese Parlement wagen, zijn kandidaat gesteld door acht partijen. De vijf grote partijen die nu in het nationale parlement vertegenwoordigd zijn, hebben elk twaalf kandidaten gesteld, Het gaat om de Chris- tefijke Sociale Volkspartij, de grootste partij m Luxemburg, de Socialistische Arbeiderspartij, de Democratische Partij (liberaal), de Communistische Party en de Sociaal-Democratische Party, de vroege re rechtervleugel van de Arbeidersparty, Daarnaast zijn er nog drie kleine groeperingen die kandidaten hebben gesteld, maar die kansloos zyn: de Revolutionaire Communistische Liga. de op dat zij, als de zuinige huishoudster waarvoor zij zich zo graag uitgeeft, aan de status quo dc voorkeur zal geven. Dat zij meer bezorgd zou zijn over het handhaven van haar positie als vrouwelijke premier, dan over baanbrekend werk op nationaal of in ternationaal gebied. Margaret Thatcher, zo ziet het ernaar uit. is een doorbraak, voor zover het een vrouwelijk eersteministerschap be treft, maar geen vernieuwer, geen pre mier die nieuwe bakens zal uitzetten voor de conservatieve party, noch in Groot-Brittannië, noch in EEG-ver- band. zy zal ontdekken dat de Britse politiek nog steeds bepaald wordt door mannelyke impulsen, mannelyke ad viseurs en mannelyke vooroordelen. Zy zal ook ontdekken waarom wylen Gol- da Meir. Israels premier, destyds door een van haar collega's „de enige man m het kabinet" werd genoemd. Luxemburgse Liberale Party en een alternatieve mi- - lieuiyst, „Wiertlech" (Weert U). Waarschynlyk zullen de drie grootste partyen, die nu respectievelijk 18.17 en 17 zetels in de Luxemburgse Kamer hebben, elk twee Europese zetels behalen. Mogelyk is ook dat de Luxemburgse communisten (vyf zetels) een man naar Straatsburg zullen kunnen sturen. De liberalen zijn met een zware Europese ploeg aan getreden: minister-president Gaston Thorn is aan voerder op de lijst die de namen telt van negen mi nisters, parlementsleden en afgevaardigden naar het huidige Europese Parlement. Thorn is in de Be nelux ongetwijfeld de politicus met regeringsver antwoordelijkheid die de beste betrekkingen on derhoudt met bondskanselier Helmut Schmidt, de Franse president Giscard en andere EG-groten. De Luxemburgse christen-democraten worden geleid door oud-minister Pierre Werner, ook al een man met een grote Europese reputatie, in Luxemburg wonen 90.000 buitenlanders - een der- de van de totale Luxemburgse bevolking - van wie een groot deel afkomstig is uit andere EG-landen, met de Italianen als verreweg de grootste groep Deze buitenlanders mogen niet meestemmen, noch by de Europese noch by de nationale verkiezingen. Er wordt in Luxemburg al wel geruime tyd gediscus sieerd over plannen om buitenlanders aan de verkie zingen voor gemeenteraden te laten meedoen. G' Door Abel Herzbergl elukkig, de voorstelling is af gelopen. En opnieuw heeft de TROS na de uitzending van het vierde deel van Holocaust enkele documentaire beelden gegeven die de vraag doen rijzen of de film en de uitzending daarvan wel aan hun doel hebben beantwoord. Het gebeurde was, zoals ik trouwens reeds uit eigen ervaring wist, an ders. het was ook eindeloos veel indringender dan blijkbaar door de weergave van het lot der fami lie Weiss weer te geven was. Wat my het meest van alles getrof fen heeft, was de afbeelding van het met hakenkruis besmeurde ge denkteken over de massale mis daad die wjj een kleine veertig jaar geleden hebben meegemaakt. Zy stond trouwens al in de kranten. Als je dit ziet. voel je de vraag in je oprijzen of er geen verband bestaat tussen de met de beste bedoelingen uitgezonden filmen de tekenen van jodenhaat, waaraan sommigen zich kennelijk gedrongen hebben gevoeld hiernieuwde uitdrukking te geven. Hoevelen waren dat en uit welke kringen waren zy afkomstig? Met niet geringe bezorgdheid ben je geneigd je af te vragen of de ver toning van Holocaust sluimerende of bewust levende haatgevoelens met heeft geactiveerd in plaats van de dragers van deze gevoelens tot enige bezinning te brengen. In gedachten terugroepend wat er in de vier uitzendingen aan ons oog voorbij gegaan is, blijft ons verder, veel meer dan het gebrek aan ontroering die toch van ons verwacht werd, de weerzin bij die ons op vele momenten ook tijdens de vertoning van het vierde deel heeft vervuld. Weerzin tegen aller lei kitsch die de makers van de film blijkbaar niet in staat waren achterwege te laten. Meer dan eens heb ben ze ons wee gemaakt, wee om dat we aan kitsch op het tv-scherm langzamerhand wel gewend zijn geraakt, maar kitsch invlechten in een zo ernstig onderwerp als de Endlösung der Judenfrage is ons al te gortig. Ook de door de leiding van de TROS gevraagde reacties uit het publiek hebben ons tot nadenken gebracht. Opvallend was, als we af gaan mogen op de verslagen die we daarvan gelezen hebben, dat- voortdurend en zelfs in hoofdzaak de vraag is gesteld waarom eigen- lyk zoveel byzondere nadruk ge legd wordt op de jodenvervolging, terwijl toch rassendiscriminatie en andere veelal bloedige conflicten tussen bevolkingsgroepen in onze huidige wereld aan de orde van de dag zijn. Dient er eigenlyk niet front te worden gemaakt tegen dis criminatie in het algemeen, waar van die tegen de joden slechts een symptoom vormt in plaats van de Endlösung als een afzonderlijk op zichzelf staand verschynsel te be schouwen. Een afdoend antwoord op deze be- langry ke vraag heb ik niet gehoord, noch ergens gelezen INC s waar dat Holocaust heel wat bevat waarvan men moeilijk inzien kan wat het met de joden vervolging te maken heeft. Ais hijvoorbeeld in het eerste deel dei- uitzending ons voorgeschoteld wordt dat een joods meisje op straat wordt verkracht, ligt de ge dachte voor de hand of dit haar Arisch buurmeisje niet even goed had kunnen gebeuren. En als de film ons een halfdronken SA-man als de snodaard aanwijst die zich aan dit misdrijf is te buiten ge gaan, kan je evenmin de idee on derdrukken dat dat ook door ieder bedreven had kunnen zijn. Verkrachting komt zonder onder- scheld van ras of geloof overal voor. Je behoeft er bepaald geen nazi voor te zyn Met de Endlösung houdt dut dus hoegenaamd geen verband. En ook de vergassing die daarop volgt van het geesteiyk to taal ontredderde slachtoffer is be paald geen privilege dat het joodse volk in Duitsland te beurt a D? len Integendeel, de heeft zich In de eerste plaats,] P"j geheel, gericht op zogenaarj sche debielen en andere per '.nf van geiyk bloed, die de zond tie' den begaan geesteiyk en lk,r' e, lijk niet te kunnen voldoena s-c' een gezond Duits national's heet. bou Al even ongelukkig wordt *°S denvervolging getekend do |be verhaal over de Scharfueh: W een gevangene een beter b. !a§' weet te verschaffen tegen bt D'el door diens vrouw met haaro i-^1 miteerde liefdesgunsten. E? Por gelyke gebeurtenis kan zichip311 goed afspelen als die gevang 8' plaats van een jood een gt Pp Ariër is. Ook dit heeft dus nle de Endlösung te maken fejPf Het is best mogelyk datd lekeurigheld om de grote t ,r. op de rug van een joodse c vrouw te doen neerkomen: ?P vraagsteller ertoe heeft gt)'aa: het verschil uit het oog te vet dat bestaat tussen een get ac' als de Endlösung en nietn ra betreurenswaardige vervolg !®®j van andere groepen dan jod»fSCl Dit verschil bestaat wel degelijk en is zelfs y: sentièle betekenis. Vergee! 1 dat er geen enkel conflict i jp groepen bestaat zonder eet1'1?1 wijsbare en in elk geval eencs lijk herkenbaar onderscheli sen hen. Dat kan besta:, b huidskleur, in nationaiiu taal, het kan van geografis cr godsdienstige aard zijn, ofi jP' dag treden in onderling af* "F de levensgewoonten. En da schillen leiden nooit tot tU w barsting als zij niet worden 'P1 leid door belangentegens P gen. Een enkele keer leiden: achterdocht en tot vrees. Denir^ dit betreft aan het lot geuners. Hoe stond het nu met de joc PP Duitsland, tot wie wy onsnu;e^ uitvoerig bepalen. Bestond 1 waarlijk tussen joden en rue' RC verschillen. Men kan dat nk ledig ontkennen, maar war. jw ook van zodanige aard dat} vermydelyk tot vervolging :C1 ten leiden. Geenszins. gjj; De UUitse joden ware; 1Zi cfes dezelfde toegewyde e^nr thousiaste vaderlanders also bn van de bevolking. Belangrijker echter, ja bes! is intussen dat de verschl" zover ze hebben bestaan, a leiding tof de vervolging v; den niet hebben gevormd. 2i beschuldigd en vervolgd, a nog wel officieel en van de zij regering, op grond van ven en leugens. De belangxyksttj van was dat zy streefden m wereldheerschappy. Ja, dief lyk al in handen hadden. Dedf volgende verwy ten diezy ai moesten, waren al even b en zyn desondanks door geloofd. De jodenvervolging was wi" politiek van een regering dilgP heeft doorgevoerd in een obP® met een gewetenloosheid (F' grond van overwegingen, diij weerga niet vinden in YvelklT- flict tussen bevolkingsgn Ui waar en wanneer dit ook t. plaatsgehad. !I Alle discriminatie is te vero lts len. maar de Endlösung de El denfrage vertoontfaetorenda il een uitzonderlyk en een bys ernstig karakter in de geschie D verlenen. I Holocaust maakt dit niet d lijk, en als hier en daar een ik in die richting waarneembi geschiedt dit op een wijze die Al ken doet aan een brochure U slaagt er dan ook niet in, zo;! ui gerezen vragen bewijzen. om deze reden al dient te *o gezegd dat Holocaust niet dei vermoedelijk niet veel invlon goede zal hebben. Misschieni hier en daar anders voorkorlt maar zeker niet blijvend. (Door Theo Ruyter) Laten we het nog één keer proberen. Misschien gaan de rijke landen toch nog inzien dat ook zij belang hebben bij een ingrijpende hervorming van de wereldeconomie. Maar als ze moeilijk blijven doen, dan kunnen ze het heen en weer krijgen en zoeken we het zelf wel uit. Dat is de stemming waarin heel wat delegaties van ontwikkelingslanden maandag beginnen aan de vy fde zitting van de Conferentie van de Verenigde Naties over handel en ontwikkeling (TJNCTAD) in de Filippynse hoofdstad Manilla. Ze drukken zich natuurlyk wat diplomatieker uit, maar dat ze teleur gesteld zyn over de geringe inschikke- lykheid van de machtige rijke landen hebben ze de laatste tyd niet onder stoelen of banken gestoken. De UNCTAD is een speciaal orgaan van de Verenigde Naties dat zich bezig houdt met allerlei problemen in de ver houding tussen ontwikkelingslanden en geïndustrialiseerde landen en in het byzonder met de handel tussen de twee groepen landen. Alle landen van de VN zyn er lid van en daarnaast ook landen die alleen by een van de gespecialiseer de organisaties van de VN zyn aange sloten. De UNCTAD werd in 1964 opgericht. Vooral jonge onafhankelyke staten hadden erop aangedrongen, omdat ze vonden dat allerlei toen bestaande in stellingen onvoldoende waren afge stemd op de beharting van hun belan gen. De grote beslissingen over het rei len en zeilen van de wereldeconomie waren voorbehouden aan de ryke lan den en vooral aan de grote mogendhe den en de ontwikkelingslanden wilden nu ook een vinger in de pap/ Nieuwe orde Aanvankelijk kregen de arme landen nauwelijks een poot aan de grond. Ja, ze konden ontwikkelingshulp krijgen, maar die gold vooral als doekje voor het bloeden. Pas toen een groep ont wikkelingslanden zes jaar geleden een vuist maakte door gezamenlijk de prijs van ruwe olie aanzienlijk te ver hogen, begonnen de regeringen van geïndustrialiseerde landen beter te beseffen dat ze er misschien verstan dig aan deden de verlangens en plan nen van de ontwikkelingslanden ern stig te nemen. Dat leidde onder andere tot speciale vergaderingen van de VN, waar men het op papier eens werd over de wenselijkheid van een „Nieuwe In ternationale Economische Orde". Voor de ontwikkelingslanden betekent zo n nieuwe orde niets meer of minder dan een herverdeling van de macht op wereldschaal. Zoiets gaat niet vanzelf. Daar zyn harde onderhandelingen voor nodig en die vinden, vooral de laatste jaren, voor een groot deel plaats onder de vlag van de UNCTAD. Zo wordt by- voorbeeld onderhandeld over overeen komsten tussen de leveranciers en de afnemers van grondstoffen als koper en rubber. Daarbij gaat het er vooral om dat de ontwikkelingslanden diezo'n grondstof uitvoeren kunnen rekenen op stabiele Om te beginnen zal men nagaan, welke vorderingen er gemaakt zijn sinds de vorige zitting in 1976 in Nairobi. Er is in de tussentijd heel wat vergaderd, maar de concrete resultaten zijn in hoofdzaak beperkt gebleven tot een beslissing over de verlichting van schulden voor de armere ontwik- prijzen en in nauw verband daarmee op- min of meer stabiele inkomsten. Verder wordt onder auspiciën van de UNCTAD overlegd over uiteenlopende zaken zoals het optreden van multinationale ondernemingen, de steeds hoger oplo pende schulden van vele ontwik kelingslanden, de manier waarop ont wikkelingslanden de beschikking kun nen krijgen over moderne technieken en de speciale positie van de armste ontwikkelingslanden Balans Eens in de zoveel jaar maakt men een tussentijdse balans op van het overleg en de onderhandelingen op ver schillende terreinen. Dat gaat nu ge beuren in Manilla. Men heeft vier we ken de tijd om een agenda af te werken waar vrijwel alle hete hangijzers in de verhouding tussen Noord en Zuid op staan. kelingslanden en een akkoord over een Gemeenschappelijk Fonds om de posi tie van ontwikkelingslanden als pro ducenten van grondstoffen te verbete ren. Dit grondstoffenfonds is hier en daar nogal kritisch ontvangen, omdat het slechts een slap aftreksel lijkt van de oorspronkeiyke plannen. Binnen de UNCTAD zyn velen er echter wel tevre den mee Secretaris-generaal Gamani Corea gaf me kort na de totstandko ming van het akkoord, op 20 maart, de verzekering dat het fonds wel degelyk aan zyn oorspronkeiyke doel kan beantwoorden, omdat het de eerste in ternationale organisatie is die zich be zighoudt met een hele reeks grondstof fen tegeiyk. Hy vond overigens dat de buitenwereld en niet op de laatste plaats journalisten vaak veel te gauw resultaten verwach ten van onderhandelingen op dit ge bied. Ook over afeonderiyke grondstoffen is de afgelopen jaren druk onderhandeld. Akkoorden zyn tot nu toe evenwel uit gebleven, al schynt er in sommige ge vallen (koper en rubber) schot in te zit ten. Naast de problemen rond grond stoffen komen in Manilla ook de pro blemen rond de uitvoer van industriep- rodukten en halffabrikaten door ont wikkelingslanden ter sprake. Naarmate meer ontwikkelingslanden ertoe overgaan hun grondstoffen zelf te verwerken, wordt het steeds belangrij ker voor ze dat ze afzetmarkten vinden in het buitenland. Wat dat betreft be staat in de Derde Wereld grote onge rustheid over neigingen tot protectio nisme in de geïndustrialiseerde landen, die vooral worden veroorzaakt door ge ringere economische groei en groeiende werkloosheid. Programma In februari hield de Groep van 77 een voorbereidende vergadering in de Noordtanzaniaanse stad Aroesja. In deze groep hebben meer dan 110 ont wikkelingslanden zich georganiseerd. Zij stelden zich daar op het standpunt dat de ontwikkelde landen hun indu strie maar moesten herstructureren, als deze in moeilijkheden kwam door de opkomst van bepaalde industrieën in ontwikkelingslanden. Het zou vol gens de Groep indirect ook voordelig zijn voor de ontwikkelde landen dat ze hun grenzen openhouden voor produk- ten uit ontwikkelingslanden. Hoe meer ze in de Derde Wereld aan onze uitvoer verdienen, des te groter wordt onze koopkracht en des te meer pro- duktcn kunnen we afnemen van de ontwikkelde landen, aldus de redene ring van de Groep. De Groep van 77 aanvaardde in Aroesja een „Programma voor gezamenlyke ontwikkeling op eigen kracht en kader voor onderhandelingen" Daaruit bleek dat de Groep voorlopig nog op twee paarden wilde wedden: op onderhan delingen met de geïndustrialiseerde landen, in de hoop dat er toch nog be langrijke concessies van die kant in het vat zitten en op uitbreiding van de on derlinge samenwerking tussen ontwik kelingslanden waardoor de economi sche afhankeiykheid van met name Noord-Amerika, West-Europa en Japan verminderd kan worden. Opstelling Hoe de rijke industrielanden zich in Manilla gaan opstellen is nog niet erg duidelijk. Aan de ene kant zijn er teke nen dal ze willen proberen de Groep van 77 zo gunstig mogelijk te stemmen. Zo hebben de Westduitse en de Japanse regering al te kennen gegeven dat ze op de eis van meer ontwikkelingshulp, die in Aroesja aan haar adres werd ge steld. willen ingaan. Aan de andere kant zyn er aan» 3 gen dat de ryke landen meer dan - heen geneigd zyn hun eigen taela v op korte termyn veilig te stellen.! '8 by voorbeeld gebleken in recentov in New York over een ontwikte trategie voor de jaren tachtig, c.; H gend jaar in een speciale vergad d van de VN aan de orde zal korre, s Dat de Nederlandse regering het-: m moeilyk mee heeft, bleek wel uit b J harrewar binnen het kabinet oven 6 structie die de Nederlandse dele 11 naar Manilla meekrijgt. Ministe: zc Aardenne (economische zaken) e nister De Koning (ontwikkelli 1 menwerking) waren in hun gei lyke persconferentie over UNC t uiterst yaag over de Nederlands stelling. Waarschijnlyk zoekt de regeringv aansluiting by het standpunt vï dere EEG-landen Het overleg in! verband over UNCTAD schijnt 0 gens nog niet erg gevorderd te want op 8 mei moet er nog oven derd worden in Brussel. Overleg van Nederland met naamde gelijkgezinde landen, d» westerse landen die min of me« tief staan tegenover de Derde Vf< heeft tot nu toe ook niet tot afsp over gezamenlijke standpunten? j Het enige dat voorlopig vaststl jj dat de Nederlandse delegatie in M g la een eigen verklaring zal aflegt

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1979 | | pagina 4