VERZONKEN DORPEN Aanval van de zee op de zuidkust van Schouwen DE NIEUWE ECHTSCHEIDING Schouwen Duiveland Extra beschouwd DONDERDAG 12 APRIL 1979 «-i 1514 werd weer een inlaag aan de west zijde van Zuidkerke aanbesteed en m 1518 besteedde men een inlaag aan ten zuiden van Brieskerke. In 1526 werd een inlaag bij 's Heer Arendsheven ge maakt, een gehucht waar veel vissers woonden, uit angst voor een dijk val aan de buitendijk. Op 24 juli 1529 vond by Borredamme een grondbraak plaats meteen lengte van 13 roeden, daar waar enkele dagen tevoren nog 10 a 11 vadem vooroever werd gevonden. Een nieuwe ramp vond het jaar daarop plaats toen op 5 november 1530 de St. Felixvloed Schouwen Duiveland. Tholen, St. Philipsland en Noord Be veland byna geheel overspoelde. By Borredamme brak de dyk door en stonden dorp en omringend platteland 18 dagen bloot aan de werking van eb en vloed terwyi ook elders op Schou wen de dyken het begaven. De in 1526 by 's Heer Arendshaven aangelegde inlaagdyk bewees nu zyn nut omdat de toch al twyfelachtige buitendyk het volkomen begaf waardoor Simons- kerke in het water kwam te liggen. In 1532 toen men nauweUjks klaar was met het herstellen van de schade van 1530 liep de boel alweer onder. Reden voor keizer Karei V om in 1533 op ver zoek van het dykbestuur van Schou wen te gelasten de zeedyk tussen Bor- rendamme en 's heer Arendshaven met drie voet te verhogen. Bovendien brak nu ook de pest weer uit. die in Zierikzee alleen al in 3 maanden in 3000 doden eiste oftewel een kwart van de totale bevolking. Door de voortdurende opeenvolging van rampen liepen de in komsten uit landbouw en veeteelt enorm terug. Bovendien verloor Zierik- zee tydens een hevige storm in 1519 wel 18 grote handelsschepen met zo n 400 manschappen. De dykbouw kostte meer geld dan er aan allerlei beslatin- gen geeind kon wordenDit was ook een van de redenen dat de bouw van de Zierikzeese St. Lievens Monstertoren voortydig moest worden beëindigd. In het Zierikzeese Stadhuismuseum hangt nog een copie van een gravure, waarop men kan zien hoe hoog toren oorspronkelyk had moeten worden. Opmars voort Intussen zette het water zyn opmars voort. In 1533 werd besloten een inlaag dyk naby Brieskerke aan te leggen en een jaar later een van 's Heer Arends haven naar Zierikzee welke toen al 50.000 koste. Tussen 1537 en 1541 hadden in dit gebied nog een groot aan tal dykvallen plaats zodat een nieuwe inlaagdyk ten noorden van Brieskerke en Zuidkerke aangelgd moest worden. Deze dorpen waren door het voortdu rend terugtrekken voor het water buitendyks komen te liggen en moes ten worden opgegeven. Door de bewo ners werd toen een eind landinwaarts het dorp Nieuwzuidkerke gesticht. Voor de bouw hiervan zullen ongetwy- feld vele materialen van het oude Zuidkerke gebruikt zyn, die het water niet had weggevoerd en met eb vry ge- makkelyk te bekomen moeten zyn ge weest. Dit Nieuwzuidkerke was waar- schyniyk gelegen in het noordwestelyk deel van de Heertjesinlaag in 1953 is de ze inlaag een deel van de Schelphoek geworden en moest in 1650 worden buitendykt). In 1548 werd weer een enorme inlaag dyk aangelegd en kwam "s Heer Arendshaven buitendyks te liggen. By Borrendamme had men in 1554 een nieuwe inlaagdyk nodig, terwyl tussen 1553 en 1568 een achterdyk van 4200 roeden lopende van Borrendamme tot Burghsluis werd aangelegd. In 1565 werd achter een deel van deze dyk al weer een nieuwe inlaagdyk van 1555 roeden aangelegd Reeds in 1570 tydens de Allerheiligenvloed testte de zee de tegen haar opgeworpen verdedigings werken Het water steeg zelfs nog een voet hoger dan in 1530 en heel Schou wen liep onder water iwordt vervolgd). aangelegd. Dit deed men ook als men de oude zeedyk niet meer vertrouwde b v. door peiligen bleek dat de voor oever ondermynd was. Vaak duurde het niet lang of ook deze nieuwe dyk dreigde te bezwyken waardoor weel een nieuwe dyk noodzakeiyk werd. Na tuurlijk kostte dit voortdurend aanleg gen van inlaagdyken handen vol geld dat door de bewoners zelf grotendeels opgebracht moest worden. Vaak was dat geld niet of slechts tendele aanwe zig, want er moest ook geld opgebracht worden om de dure hofhoudingen en oorlogen van hertogen of vorsten te be kostigen. terwyl ook de ambachtsheren het geld liever voor luxe besteden dan het te gebruiken voor de dykverster- king Bovendien werd het dykgraaf- schap destyds niet gegeven aan de meest ervarene, maar verpacht aan de meestbiedende, die natuurlyk trachtte zoveel mogeüjk winst te maken. Philips de Goede Vroeger was dat wel anders geweest. Philips de Goede had reeds in 1425 de stad Zierikzee het recht gegeven zeven heemraden voor te dragen die door de rentmeester Beoosten-scheld in naam van de graaf zouden worden beëdigd. Deze zeven hadden te samen met de burgemeester van Zierikzee het beheer over de hele dykage van Schouwen, hoewel de colleges van dykgraven en gezworenen in de verschillende delen in functie bleven). Zelfs was bepaald dat wanneer de heemraden op hun inspectietochten wn dijkgedeelte aantroffen dat onvol- S °Ü!re onderhouden was. zy het recht naaden een herberg naar hun keuze op w zoeken en daar te bly ven vertoeven In ii?Sten van desene die verantwoor delijk was voor het onderhoud van dat betreffende stuk dyk. tot het moment aat de dijk in orde gemaakt was Was hitna acht dagen nog niet gebeurd dan moest de burgemeester van Zierikzee opnieuw te bedyken binnen een be paald termyn. terwyl ze by weigering uit hun rechten gezet konden worden Ook mochten er geen beesten meer in de duinen worden geweid omdat die de beplanting wegvraten, wat weer tot verzwakking van deze natuurlyke zeewering leidde. Deed men dat toch. dan werd het vee verbeurd verklaard. Mankracht Een andere factor was het gebrek aan mankracht om de dijken in orde te houden. Pestepidemieën en andere be smettelijke ziekten zorgden soms in korte tijd voor een halvering van de bevolking. Zo overleden alleen in 1518 in Zierikzee al 3200 mensen aan deze gevreesde ziekte. Bovendien waren eventuele werkkrachten van andere steden en dorpen er niet zo erg op ge brand om te werken in een gebied waar de pest heerste. Soms werden de moeilijkheden en kos ten zo groot dat maar besloten werd geen nieuwe dyken meer aan te leggen, vooral wanneer men vermoedde dat dit weer tydelyk succes zou hebben. Dit geschiedde bv. met het tussen Schou wen en Noord-Beveland gelegen eiland Orisant, dat in 1361 ter bedyking was uitgegeven. Het bleek echter niet mo- gelyk dit gebied te behouden en om streeks 1580 was het weer aan de krach ten van de natuur overgelaten, In 1602 werd Orisant echter opnieuw bedijkt, waarby het zelfs tot ambachtsheerlyk- heid werd verheven. Hiervoor moest aan de rentmeester Beoosten Schelde 500 ponden van 40 groten betaald wor den. Toch liep het eiland in 1639 op nieuw onder water, nadat in de voor gaande jaren nog met allerlei kunst en vliegwerk getracht was het te behou den. Hierna werd de strijd gestaakt en alleen een schaapsherder met zyn kud de maakte nog gebruik van het gebied, waar eb en vloed weer vry spel gekregen had. De zandplaat Vuilbaard tussen Zierik zee en Noord Beveland is nog een laatste restant van het verdwenen ei land. dat eertijds slechts door een smalle geul van Schouwen gescheiden was. Door het voortdurend afnemen van de omvang van Orisant viel ook de be scherming van Schouwens zuidkust steeds meer weg met alle nadelige ge volgen vandien. Van de meeste van de vroegere stormvloeden en dykvallen zijn geen exacte gegevens bekend. Men is voor zyn informatie aangewezen op kronieken of op mondelinge overleve ring. Door dit alles staat de be trouwbaarheid van verschillende gege vens natuurlyk ter discussie. Ondanks het feit is het misschien toch de moeite waard om de voor Schouwen meest de- sastreuse stormvloeden en dykvallen hier nog eens de revue te laten passe ren. Weinig bekend Van de overstromingen uit de 14e eeuw is over het algemeen zeer weinig be kend. De St. Nicolaasvloed van 1356 deed het zuiden van Schouwen voor het grootste deel onderlopen maar zorgde vreemd genoeg voor landaanwas by Westerschouwen, terwyl ook de 2e St. Elisabethvloed van 1418 grote schade aanrichtte. In 1472 overstroomde de parochie van St. Jacobskerke en ten gevolge van de Cosmus en Damianus- vloed op 27 september 1477 moest veel land worden buitengedijkt. In 1495 moest een inlaag gelegd worden ten westen van de visserplaats Looxhaven en in 1496 een te Simonskerke. Op 20 april 1498 werd een nieuwe dyk by Looxhaven aanbesteed, lang 260 roe den min 15 voeten, hoog 15 voeten en op de kruin breed 14 voeten. In 1505 moest ten zuiden van Zuidkerke een inlaag gemaakt worden en in 1508 een ten zui den van Brieskerke- Tydens de tweede Cosmus en Damianusvloed in 1509 werden weer grote delen van Schouwen overstroomd, terwyl by de vloed van 14 december 1511 Clauskinderen werd buitengedykt dat met het omringende gebied geheel verloren ging. Op 25 april 4 Is het historische onderzoek naar verdwenen gebouwen en steden toch al met een romantische waas omgeven, het water voegt hieraan nog een dimensie toe. Vaak roept een dergelijk onderwerp bij sommige mensen dan ook 'Atlantischachtige' beelden op. Men denkt aan verzonken schatten en vraagt zich in tweede instantie af welke vreselijke rampen zoal tot de ondergang geleid hebben. Ruwgeschat moet omstreeks het jaar 1000 de kustlijn van Schouwen gelopen hebben op de rechte lijn die men kan trekken van het huidige Westhavenhoofd van Zierikzee naar de zuidpunt van Westenschouwen, met ten zuiden van deze lijn nog wat.schorren. Reeds spoedig daarna begon de aanval van de zee op de zuidkust van Schouwen. Dit alles mede onder invloed van de zich wijzigende stromingen, die met hun eroderende werking vooral in. dit gebied een extra bedreiging vormden. Hoewel van de vroegste stormvloeden en overstromingen maar zeer weinig bekend is, werd hier in de 14e eeuw al heel wat land buitengedijkt Natuurlijk trachtten de bewoners zich zo goed mogelijk tegen het water te verdedigen maar de hulpmiddelen uit die tijd, zoals paard en wagen, kruiwa gens en manden waren niet van dien aard dat men zich effectief te weer kon stellen. Zo kon het ook gebeuren dat hier tus sen 1450 en J650 wel zo'n tien dorpen en gehuchten verloren gingen, terwyl in totaal ruim 3000 hectare land onder wa ter verdween. Daar men niet over vol doende kennis omtrent de oorzaken van dykvallen en ontgrondingen be schikte, beperkte de stryd tegen het water zich tot een geleidelyk aan terug trekken. Was dc dyk doorgebroken en slaagde men er niet in het gat te dich ten. dan werd op enige afstand lan dinwaarts van deze dyk een nieuwe opdracht geven de dyk te maken en werd degene die in gebreke gebleven was op het Gravensteen gevangen ge zet. Tevens werden zyn bezittingen in beslag genomen. Pas als hy het viervoudige van wat de reparatie aan de dyk en de verteringen van de heem raden kostte, had betaald herkreeg hy zyn vrijheid en zyn goederen. Deze controle was echter na de dood van Philips de Goede grotendeels ver dwenen en de dykgraven hadden daar door vry spel gekregen. Het was op een bepaald moment zo erg dat door de Staten van Zeeland aan Karei V een smeekschrift werd aangeboden, waarin gesteld werd dat de verpachting van de dykgraafschappen de ondergang van het land betekende. Ook van samen werking van eilanden of dorpen onder ling was in die tyd nog nauwelyks spra ke. Wel trachtte men elkaar voor de kosten te laten opdraaien. Zo werd aan sommige dijken de naam •kyfdykeri gegeven omdat er voor de totstandko ming meer geruzied dan gewerkt was. Pas tegen het einde van de regering van Karei V begon men van hogerhand meer aandacht aan deze problemen te besteden Zo werden de belastingen m de betrokken gebieden verminderd of zelfs voor kortere of langere tyd kwyt- gescholden en regels uitgevaardigd voor het herstel der waterwerken. De ambachtsheren konden gedwongen worden ondergelopen stukken land OP DE PONTENEUR terstond, een foto in de krant van het verse echtpaar oersma - Oppenheim. Ook de echtscheiding is ge- meenffoed geworden, niet alleen deze zelf. maar ook de nchtgeving erover. Het privèleven van de burger is veel gevallen niet meer veilig voorde openbaarheid iemand die aan de weg timmert heeft veel bekijks vang niet iedereen ook. is daar afkerig van en geen Heti 20 9root °f>iet bloedt in veertien dagen dood din e" 's veel *e enerverend om lang bij sommige gen stil te staan, tenzij men er zelf bij betrokken is. Hoe wist men nu vroeger in heel het land dat een voor- "Mige parlementariër een echtscheiding achter de VU9 had. Dat konden alleen de intimi welen enzj de- n hun neus bloedde. Werd de echtgenoot uit een gezin plotseling opmerkelijk gemist, dan was hij op zakenreis, of hij werkte elders Ja, zo gek deed men vroeger. Ging een getrouwde vrouw er vandoor dan 9 "e uitleg wat moeilijker. Goed. zij, de mindere van een man, ging natuurlijk niet naar een andere streek om de kost te verdienen, maar ze verbleef dan in een gesticht voor zwakbegaafden. destijds onomwonden het gekkenhuis genoemd. Werd er over een voldongen echtscheiding gesproken dan gebeurde dan letterlijk fluisterend, met de hand achter de mond en het gezicht in een meewarige plooi. Toch was echtscheiding altiid een legale zaal, uitgesproken dooreen rechter, al gaal er dan ook vaak roof en diefstal aan vooraf: je man werd gestolen door een ander terwijl je nietsver moedend verder leefde: je vrouw werd geroofd door iemand die zich indrong inje gezin. Er is een rouwpro ces, je wilt de waardeloze beminde terug, ook al is dit onmogelijk. Gaat het altijd zo dramatisch toe? Hele maal niet, er zijn ex-echtgenoten die de verstandigste daad van hun leven begingen met uit elkaar te gaan Ze staan gewoon met elkaar op goede, zelfs soms op betere voet dan voorheen Garantiebewijzen voor het welslagen van een huwelijk worden nooit gegeven. Soms ontmoet de ene mens de andere als een niet te vermijden noodlot. De nieuwe echtscheiding is een publiek geheim, evenzeer ais de nieuwe dronkenschap, ze worden zelfs niet als suc cesvolle heldenfeiten ter openbare kennis gebracht. Een heel verschil met vroeger toen alleen de notoire dronkenlap die met een zwerm kinderen achter zich aan over straat waggelde zich voor de balie moest verantwoorden Hiermee schande over zich en zijn ge zin uitroepend, de man hield er een houten kop aan over en moest achteraf nog een boete betalen ook. Schromelijk onrechtvaardig, een menselijk trekje dat uil de hand liep zo te bestraffen. De beschonkene richt te alleen schade aan by zichzelf en zijn gezin, een ge vaar voor zijn medeweggebruikers was hij beslist niet. Ook hier valt een grandioze kentering te bespeuren, 's Avonds hoor je in het journaal een overbekend ka merlid met naam en toenaam vernoemen, die zich in kennelijk staat - dronkenschap klinkt het eenvoudig wat ook veel duidelijker is - in het verkeer begaf. Niet lopend, maar als automobilist. Hoe „ij hiervoor een stevige - naar veler mening nog veel te lichte boete gezien man's inkomen van de rechtbank opgelegd kreeg, plus een voonvaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid In tegenstelling tot voornoemde no toire dronkaard liggen hier onmiddellijk de veront schuldigingen klaar: stress, oververmoeidheid, het sociale borreltje, je kunt toch met altijd nee zeggen op de vele officiële bijeenkomsten die je ambtshalve bij moet wonen en ga zo maar door. Tussen haakjes, on der de socialisten schijnen de principiële drank bestrijders - destijds hoog in het vaandel! - of stokoud of ter ziele te zijn Een echtscheiding is tegenwoordig in het algemeen geen aangelegenheid meer verborgen in intieme kring. Zijn de betrokkenen slachtoffers van de publiciteit? Ach kom, niemand gelooft toch dat de dagbladfoto van het echtpaar B. - O. met een verborgen camera geno men is. Het commentaar van de bruid was ook zo geestig. Ze hielden het maar allemaal in intieme kring, zei ze. dat kon ook niet anders want ze had het zo verschrikkelijk in haar rug. Mijn condoléance. Als er iets een beletsel kan zijn voor een vlotte beleving van de wittebroodsweken dan is het wel een zere rug. De huwelijksreis moet er voor uitgesteld worden Van de toegevoegde mededeling dat ook de welbekende drs Schmelzer van zijn vrouw afwas? is? was ik verslagen. Opgeruimd, dat wel. met die harmonika en piano, die meneer Schmelzer, huwelijksbreuk, nee, nimmer, hij noch zijn vrouw. 'Vest op prinsen geen vertrouwen' welk een waar en prachtig bijbelwoord! Het is het noodlot van deze stukjes dat ze altijd een week op de actualiteit achterlopen. Maar zó vlug zal er toch weer geen nieuwe echtscheiding op handen zijn! Janneke Dierx Harms

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1979 | | pagina 49