ALCOHOL
Polio
geen land waar het gebruik
zo snel stijgt als hier
GOED
EN
KWAAD
PZC/zaterdagkrant
ZATERDAG 2 DECEMBER 1978
20|
jr. A?
PlM
- iiÉiiili
|K7
lion
In het jaar 1976 dronk de gemiddelde Nederlander 84 liter bier. In vergelijking
met een land als Duitsland, waar het 150 liter waren, lijkt dat niet zoveel. Toch
was het acht keer onze eigen hoeveelheid van 1949. Het geldt voor wijn in nog
sterkere mate. In 1949 dronken we in Nederland 0,6 liter wijn per hoofd van de
bevolking, in '76 was dat al tegen de 12 liter. Dat is weinig vergeleken met
Frankrijk, waar het wijngebruik meer dan honderd liter per hoofd per jaar is.
Toch is er geen Westeuropees land waar het gebruik van alcohol de laatste jaren
zo snel stijgt als.juist in Nederland.
•an Dalen, voorlichtingsdes-
W. E
kundige van de Federatie van instel
lingen voor alcohol en drugs in Biltho-
ven, waaronder de consultatiebureaus
voor alcohol en drugs en de versla-
vingskhnieken vallen, zegt: ..Er zijn
grote aantallen mensen, die dagelijks
te veel drinken zonder dat ze alcoho
listen zijn Maar over vijf a tien jaar zijn
ook die mensen bij de hulpverle
ningsinstellingen te verwachten"
Dekker, Moerkerk en Van de Wal
schrijven in het tijdschrift voor alco
hol. drugs en andere psychotrope
stoffen van september '77 over de „al-
cohollsering van het cultuurpatroon":
..Globaal gesproken werd alcohol tot
1940 voornamelijk buitenshuis ge
bruikt Na de Tweede Wereldoorlog
zien we dat ook het gebruik in huise
lijke kring in zwang komt. Sinds de
zestiger jaren wordt, ook in jeugd- en
buurthuizen alcohol geschonken, ter
wijl de laatste jaren het samengaan
van alcohol en sport naar voren
komt"
Je kan je daarbij alleen maar afvra
gen: wordt het in de toekomst zo dat
drank ook weer een geïntegreerd deel
gaat uitmaken van de werksfeer? We
leven nu eenmaal in een klimaat
waarin het drinken enorm wordt
aangemoedigd. Drs. H. O. Heersma
van Voss, publicist-documentalist
van de Nationale Commissie tegen
het Alcoholisme: „Dat er meer wordt
gedronken is gedeeltelijk een wcl-
vaartsverschijnsel, daar hoef je niet
onmiddellijk van in paniek te raken.
De mensen geven hun extra geld uit
aan een auto. een televisie, drank en
sigaretten. Wie meer dan 25 mille
verdient, begint in die sector uit te
breiden".
„Ik vind persoonlijk kenmerken van
problematisch alcoholgebruik het 's
ochtends vroeg drinken en het betrek
kelijk vaak alleen drinken. Iemand die
na zijn werk met collega's naar een
café gaat en er vier. vijf pilsjes drinkt,
hoeft minder op te passen dan iemand
die - thuisgekomen - in z'n eentje vijf
glazen gebruikt"
Zeker in de Middeleeuwen werd er
ontstellend veel gedronken in ons
land Heersma van Voss: „Kijk eens
naar de schilderijen van Frans Hals.
Als je zo'n schutterij ziet: allemaal la
veloos. rooie neuzen. Zelfs de Spaanse
huurlingen verbaasden zich over de
enorme drankzuchtin de lage landen".
Ook in de tweede helft van de negen
tiende eeuw werd er flink gedronken.
Dat kwam door de sociale ellende. Het
was een armoedeverschijnsel. ..Toe
vader drink niet meer Jenever was
goedkoop in die dagen. Dat het drank
gebruik in het begin van deze eeuw be
gon af te nemen, kwam mede door de
acties van geheelonthouders en mati
gingsbonden Invloeden (toen) vanuit
de linkse hoek In de AJC werd je
geacht niet te drinken Daarna kwam
de verbeterde sociale wetgeving met
medische voorzieningen. pen
sioenrechten. verkorte werktijd, in
spectie in bedrijven In de wereldoor
logen ging het gebruik vanzelf naar
beneden, evenals in de crisisjaren.
Misvatting
Heerma van Voss: „Al die tijd hebben
we in een constant vooruitgangsge
loof geleefd, dat gold zowel voor
communisten als liberalen. Alles zou
beter worden, de agressiviteit zou af
nemen. We waren op weg naar een be
tere. evenwichtiger wereld door de
verbetering van de materiele om
standigheden".
Dat dacht ook de socialistische politi
cus Frank van der Goes in 1907: „Het
drinken is slechts een der kwaden die
aan de economische staat der arbei
ders verbonden zijn. Wanneer zij door
betere arbeidsvoorwaarden zich een
maal aan de macht van de drank ver
minderen".
Heerma van Voss: „Wat zien we nu:
dat ondanks die gestegen welvaart de
verslavingspatronen toenemen.
Doordat het verwachtingspatroon van
de mensen niet is bewaarheid. Er is een
toenemende „stress" in arbeidssitua
ties. de vreugde in het werk wordt
minder. Allerlei samenlevingsverban
den zijn aan het veranderen, waardoor
de onzekerheid-toeneemt'
Het NCA-foldertje „Nee dank u. ik
moet nog rijden" zegt erover- „Na
tuurlijk heeft alcoholgebruik diepere
oorzaken. Onze tijd kent problemen
die niemand onberoerd laten. Of het
nu gaat om de problematiek van hon
ger en oorlogsdreiging in de wereld of
om de onzekere economische toestand
en de veranderende normen hier - het
gaat nooit helemaal aan ons voorbij.
Angst, onzekerheid en eenzaamheid
zijn een vruchtbare bodem voor
drankmisbruik"
Drank in huis
Ook G. Sijlbing (SWOAD) concludeert
in zijn onderzoek naar drink- en rook-
gewoonten (juni '78) dat de houding J0ng6K6n
holgebruik in 1880.1885 zijn top. daar
na ging het dalen. We zijn nu bijna een
eeuw verder. Zal het weer zo gaan0
Maar aan het einde van de vorige eeuw
was er dat duidelijke perspectief, ge
relateerd aan het kapitalisme en aan
de slechte sociale toestanden. De ar-
beidsbeweging zou ervoor zorgen dat
alles beter ging. Zo'n perspectief is er
nu niet".
tegenover stevig alcoholgebruik toe
geeflijker is geworden, dal er niet
meer alleen op feestdagen wordt ge
dronken en dat steeds meer mensen
drank in huis hebben. „Dit is niet
verwonderlijk in een samenleving,
waarom welke reden dan ook. een
grote behoefte bestaat aan spannings-
en angstonderdrukkende middelen.
Wij wijzen slechts naar de sterk toe
genomen consumptie van kalmeren
de middelen als librium en valium en
de enorme vraag naar psychothera
peutische bijstand".
In het zojuist bij Meulenhoff (informa
tie) verschenen boek over alcoholisme
concluderen dr N Kessel en dr H
Walton: „Alleen daar waar de cultuur
het drinken aanmoedigt, vinden we
wijdverbreid alcoholisme. De exces
sieve drinker in 'de westerse samenle
ving drinkt tegen zijn maatschappij.
Excessief drinken wordt haast een
vorm van rebellie. Onder deze om
standigheden kan het gewoon niet
missen of sommige mensen worden al
coholisten"
W E. van Dalen vraagt zich dan ook af
..Zullen de mensen in de nabije toe
komst voldoende gezondheidsbesef
opbrengen om de drank met mate te
gebruiken? Na 1850 bereikte het alco
Hij maakt zich vooral zorgen over het
toenemend aantal jongeren dat met
grote regelmaat alcohol drinkt. „Om
dat daardoor naar mijn mening hun
gezonde ontwikkelingsproces wordt
onderbroken. Je ontwikkelt je met
vallen en opstaan en over een „val"
moet je zonder alcohol heen kunnen
komen. Maar alcohol wordt een
steeds belangrijker schakeltjc in dat
leerproces. Ook de intelligentie
wordt er nadelig door beïnvloed. Het
is niet hard te maken wat ik zeg. maar
kijk eens om je heen. Op feestjes is alle
creativiteit door de drank gedood.
Jonge mensen die te vroeg kennis ma
ken met de alcohol zijn in de toekomst
creatiefloze mensen met minder
weerstand tegen de dagelijkse pro
blemen".
Die zorg van Van Dalen voor jongeren
spreekt ook uit de map „Alcohol", een
uitgave van het Stedelijk Orgaan ter
Bevordering van de Gezondheids
voorlichting en -Opvoeding in Den
Haag „Jonge mensen lopen een extra
risico Zij kunnen bij intensief gebruik
vaak grote hoeveelheden verwerken,
maar pas op latere leeftijd komen de
gevolgen aan het licht
Uit dezelfde map „De kans op geeste
lijke of lichamelijke afhankelijkheid is
groter naarmate men jonger begint
met drinken uit gewoonte Datzelfde
geldt voor het roken van tabak Zware
rokers blijken vaak heel jong met ro
ken te zijn begonnen
Pessimistische woorden ook in het
boek ..Alcoholisme' De lieden die er
belang bij hebben de drank aan de
man te brengen, richten nu hun re
clamecampagnes vooral op tieners
Het toenemende drankgebruik door
jongeren begint nu zijn weerslag te
vinden in het groeiende aantal geregi
streerde alcoholisten in de leeftijds
groep tussen 20 en 30 jaar Velen van
hen zullen vóór him 40e jaar dood
gaan".
Alcohol is vuur
Twee wat meer positieve opmerkin
gen daar tegenover. Op het Neder
landse congres over openbare ge
zondheidszorg in november '77 zei
prof Trimbos: „Alcoholgebruik heeft
steeds een onderdeel uitgemaakt van
het menselijk bestaan, doet dat nog en
zal dat blijven doen. We zullen moe
ten leren leven met alcohol. We moe
ten onze jeugd van het gezin leren
drinken en moeten haar socialiseren
tot een positief gebruik van alcohol.
Alcohol is vuur; vuur biedt gevaren,
maar zonder de gloed van het vuur
ontbeert men warmte".
En op een congres in Mainz zei prof. dr
W. Barsch in Oktober '77 over „ge
zondheidsopvoeding in het onder
wijs" „Deze opvoeding tot. gezond le
ven moet het kmd ertoe brengen later
duidelijke beslissingen te kunnen ne
men die er op gericht zijn z'n gezond
heid te bevorderen en te vermijden
wat die kan schaden Het kind moet
weerstand worden bijgebracht tegen
de manipulatietendensen van de
maatschappij om de consumptie
steeds te vergroten".
Hoewel alcoholhoudende dra nkei^ wat
alcoholgehalte betreft verschillen,
consumeer je over het algemeen een
zelfde hoeveelheid alcohol pee glas: 25
cl bier a 5 procent bevat 1.25 cl alcohol.
10 cl wijn a 12 procent 1.20 cl alcohol en
3.5 cl gedistilleerd a 35 procent 1 22 cl
alcohol.
Er is momenteel een voorlichtlngsac-
tie aan de gang. waann de vraag wordt
gesteld. „Bent u nog wel een gezel-
ligheidsdrinker?". Advertenties wij
zen op de mogelijkheid een boekje te
bestellen dat is getiteld. „Drank,
makkelijk te veel Moeilijk terug". Het
bevat feiten over alcoholgebruik
Daaruit „De lever doet ongeveer an
derhalf uur over tien gram pure alco
hol. Dat is wat ongeveer in een glas
bier. wijn of sterke drank zit. Willen we
de lever af en toe ook nog wat anders
laten doen dan alcohol afbreken en
willen we onder het dagelijks promil
lage blijven dat op korte termijn ver
vetting en op langere termijn verhar
ding van de lever veroorzaakt, dan
komen we uit op een maximum van 40
gram pure alcohol per dag ofwel vier
glazen"
Van Dalen: „Een veilige limiet van vier
glazen per dag? Daar wil ik wel een
opmerking bij maken. Als je iedere dag
vier glazen drinkt, zitje zo weer in een
riskante zone. Het is al te veel om nog
auto te kunnen njden Voor de groep,
waarvoor deze actie is bedoeld, is het
natuurlijk wel gunstig als ze terug
keert naar een kwantum van vier gla
zen per dag"
Levercirrose
Uit hetzelfde boek: „Wie regelmatig
boven vier glazen zit. ontkomt op den
duur niet aan alcohol problemen".
Veranderingen in het leverweefsel
kunnen namelijk, via vettige degene
ratie en bind weefsel woekeringen, re
sulteren in levercirrose: verlies van
levercellen en vervanging daarvan
door bindweefsel. Gedeeltelijke uit
schakeling van de lever heeft ernstige
gevolgen voor hel hele lichaam, want
de lever is een soort chemische fa
briek: het haalt alle giftige stoffen uit
je bloed.
Er wordt wel eens beweerd dat roken
en drinken elkaar „opheft", omd^t. ta
bak de bloedvaten vernauwt en alco
hol verwijdt. Dié redenering gaat ech
ter niet op. omdat de bloedvaten rond
het hart. - waarover het hier gaat- niet
worden verwijd.
Kessel en Walton schrijven dan ook in
„AlcoholAlcoholisme is een dodelij
ke ziekte: levercirrose. ondervoeding,
verkeersongelukken en zelfmoord ei
sen allemaal een zware tol Het sterf
tecijfer bij mensen met in dit opzicht
riskante beroepen ligt veel hoger dan
bij de rest van de bevolking. Zo is de
sterfte van barkeepers aan levercirro
se negen keer zo hoog als voor alle an
dere mannen van vergelijkbare leef
tijd"
Toch kunnen de al zo hoog geschatte
cijfers over drankmisbruik in bns
land nog aan de lage kant zijn als we
ervan uit zouden gaan (de cijfers zijn
immers gebaseerd op de beschikbaar
komende drank in ons land) dat Ne
derlanders in het buitenland meer
drinken dan buitenlanders hier: als
het aantal geheelonthouders groter
zou zijn dan 20 procent- en als we er
rekening meehouden tiat „inactieve
alcoholisten" niet meetellen: zij die
langdurig ziek zijn, in de gevangenis
zitten of ergens worden behandeld.
De laatste jaren is ook het rijden onder
invloed aanzienlijk toegenomen Ver
ontrustend is vooral de houding van
de verkeersdeelnemers ten aanzien
van alcoholgebruik. Uit een enqu'te
bleek dat 43,5 procent van de onder
vraagden meende binnen vijf uur mi
nimaal zes glazen bier te kunnen drin
ken. zonder onder invloed te raken
Normen
In het boekje „Alcohol vandaag" is de
slotconclusie: „Wij kunnen aan meer
alcoholisme ontkomen en misschien
de problemen terugdringen als ieder
een zich een verstandige drinknorm
aanmeet en zich ook aan die drink
norm houdt".
Hel boekje „Drank, makkelijk te veel
Moeilijk terug besluit met: „Bij het
lezen hebt u aan het familielid gedacht
dat met bijna driekwart liter jenever
per dag stralend gezond 93 is gewor
den U hebt aan die collega gedacht, of
die kennis, die tegen alle goede raad in
dit boekje zondigt, maar die helemaal
normaal, goed gezond, altijd opge
ruimd. nooit humeurig is. U hebt aan
die professor gedacht, die volgens de
kranten had gezegd dat drinken hielp
tegen hart- en vaatziekten U hebt aan
die malle man in de buurt gedacht, die
altijd dronken was, altijd piezier had
en ergens voor in de 70 stierf met een
cirrose zonder ooit merkbare last te
hebben gehad of zelfs maar ziek te zijn
geweest U hebt aan de Fransen ge
dacht, die met honderdduizenden te
gelijk ernstige leverproblemen zouden
moeten hebben als alles wat in dit
boekje staat waar is Geeft mets Als u
maar met de fout maakt om aan te
nemen, dat het met uzelf dus ook wel
niet zo'n vaart zal lopen En wat die
Fransen betreft, dat klopt wel onge-
Foto Vfim Riem ens Carlo Nagel
iDoor dr. mr. dr. W Schuurmans
Stekhoven, verzekeringsarts-juristi
Nu van overheidswege is verklaard dat de polio-epidemie bijna is afgelopen,
na het verstrijken van twee maal de zogenaamde incubatietijd (de periode
tussen het "aanslaan" van de besmetting met poliovirus en het eventueel op.
treden van verdachte verschijnselen)zullen zeker ook de vele vragen vanuit df
Tweede Kamer over aantal, leeftijd en ernst van de besmetting moeten worden
beantwoord.
Dan kan de balans van het aangerich
te kwaad min of meer worden opge
maakt. Voorzover bekend was er één
sterfgeval en waren er 70 lichte tot ern
stige verlammingsgevallen op de in to
taal 109 herkende gevallen. De mo
dernste specialisten zullen met de
modernste kunst- en hulpmiddelen
(tot elektronisch bestuurbare appara
ten toe» doen wat zij kunnen om
duurzame schade te beperken In veel
gevallen is men daar al in geslaagd.
Interessant is de verdeling van de ge
vallen over ons land en die naar leef
tijden. De volgende cijfers geven al
vast enig idee (achtereenvolgens her
kende gevallen en verlammingsver
schijnselen:
Gelderland 45-33, Zuid-Holland 39-25,
Utrecht 7-7, Zeeland 12-11. Noord-
Brabant 3-2, Overijssel 3-1.
A.ls deskundige ben ik voorzichtig
met zulke cijfers, maar daarover na
der, nadat ik eerst de leeftijdsverde
ling van de beide categorieën heb
vermeld (achtereenvolgens herkende
gevallen en verlammingsverschijnse
len):
4-4 jaar 19-9. 5-9 jaar 28-19. 0-14 jaar
24-13.15-19 jaar 18-14. 20-24 jaar 12-
10 25-35 jaar 11-7, 35-44 jaar 3-3.
Er is een zogenaamde "zomertop" ge
weest in juni, met 55 herkende geval
len, dat is dus de helft van het totale
aantal "herkende gevallen".
Misverstanden
De nadruk wordt hier met opzet ge
legd op de "herkende" gevallen. Ze
kerheid bestaat alleen wanneer ver
lammingsverschijnselen optreden.
Het vaststellen dat een verdacht ge- V00rSD6lUn2
..„I nAliA„ivnc in viin nf hoor Anfloc.
Thans zal de aandachtige lezer of le-
smetting die ruim 100 herkende ge
vallen - waarvan bijna de helft in de
"Veluwe-haard" - had kunnen voor-1
komen.
Dergelijke vreemde pohovirus-golven1
dreigen elk jaar en het is nuttig zoveel
mogelijk verlammingsgevallen te
voorkomen door de thans beschikbare,
inentingsmethoden. Maar wie vele ja-^
ren achtereen (vóór die vaccins be
schikbaar waren) - in een nu alweer ve:
verleden - systematisch j aar in j aar uit
alle gevallen van kinderverlamming
"in kaart bracht" (een stip voor elk ge
val van week tot week, op een de gren
zen van alle gemeenten van Nederland
aanduidende kaart) en die kaart, trouw
van week tot week bijhield van het be
gin tot het einde van elke kinderver-
lammingsgolf- grillig als die van 1978;
die zich tot een strook van Overijssel
tot Zeeland bepaalde - ervoer door
vergelijking van de "jaarkaarten dat
een jaar nadat in een bepaald deel vai
ons land - zoals ditmaal op de Veluwe-!
een "typische kinderverlam-
mingshaard" was gesignaleerd, heil
volgend jaar nooit meer een dergelijke
haard optrad, maar op zijn hoogst en
kele verspreid voorkomende gevallen
Als men dus die paar verspreide ge
vallen van 1978 in de provincies Over
yssel, Noord-Brabant en Utrecht me:
meetelt, zijn er dus maar twee kin
derverlammingshaardjes geweest: u
Gelderland (meer geconcentreerd op
de Veluwe) en wat verspreider in Zuid-!
Holland. Het Nederlandse poliovin»
simport op zeer bescheiden schaal in
Canada nu buiten beschouwing la
tend, om mijn hooivork niet te overla-i
den
.•al poliovirus in zijn of haar ontlas
ting heeft, zegt niet veel, omdat tij
dens een polio-epidemie - veroor
zaakt door een "virus-golf" - het aan
tal besmetten honderden malen gro
ter pleegt te zijn dan het aantal ver
lamden. Eigenlijk is het onjuist niet-
verlamde "besmetten" als "herkende
gevallen" aan te merken. Er is echter
geen beginnen aan om tijdens een
dergelijke "poliovirus-golf" alle con
tacten van verlammingsgevallen op
de aanwezigheid van virus te gaan
controleren en elke virusdrager als
een potentieel verlammingsgeval aan
te merken.
Een ander misverstand is, te veron
derstellen dat onvatbaarheid voor het
krijgen van kinderverlamming alleen
verkregen kan worden door kunst
matige besmetting, liefst met "levend
virus" Hier wordt even buiten be
schouwing gelaten, dat onvatbaar-
making tegen de gevolgen van be
smetting met het poliovirus ook heel
aardig lukt met dood vaccin.
Maar op ruime schaal kan onvatbaar
heid voor kinderverlamming ook wor
den verkregen door natuurlijke be
smetting Een pnliomyelitis-golf ver
oorzaakt een massale natuurlijke be
smetting, die in een klein aantal ge
vallen tot kinderverlamming leidt (die
gevallen krijgen lichte of ernstige,
maar vaak snel voorbijgaande ver
lammingen en zyn dan meteen
geimmuniceerd). Overigens immuni
seert die golf in ruime omgeving op
grote schaal
Alle verhalen die aan het geisoleerd
leven van bepaalde groepen "gerefor
meerden" werden toegeschreven, dat
de poliogevallen zich tot die kring be
perkten, zagen over het hoofd dat dat
niets met de isolatie van die groepen
had te maken. De groepen zaten mid
den tussen de rest van de bevolking en
de kinderen zaten heus niet altijd op
aparte scholen. De hele omgeving was
besmet, maar het virus had geen vat
op de kunstmatig onvatbaar gemaak
te kinderen; dat was het nut van de
vaccinatie. Belangrijk is de voor de
hand liggende vraag: waarom zijn niet
al die niet kunstmatig onvatbaar ge-
maakten (dus niet tegen polio gevac
cineerde gereformeerden) verlamd ge
raakt als zij wel besmet zijn?
Natuurlijk
Eigenlijk is dat antwoord al gegeven:
de wel degelijk op grote schaal ter
plaatse en mogelijk in ruime omge
ving bij en door de "poliovirus-golf"
besmette niet kunstmatig geimmuni-
ceerde en dus vatbare groep, werd
door de besmetting "natuurlijk
geimmuniceerd" en dus even onvat
baar voor kinderverlamming als de
met of zonder verlammingsresten
"genezen" poliogevallen.
Bij wat wij nu maar de "Veluwe-
haard" zullen noemen is door de po-
liovirus-golf1978. behalve de herkende geweest, die massaal het virus hebben'
gevallen (met en zonder verlam- verspreid en zodoende onder voorheen;
mingsresten genezen gevallen), een niet en voorheen wel tegen polio in-i
ipaar) honderdmaal grotere groep geénten belangrijk tot verhoging van
omngeënten - die dus gevaar liepen - het immuniteitspeil hebben bijgedra-
"natuurlijk geimmuniceerd" gen.
Dat is allerminst bedoeld om het nut IMeraard heeft tot versterking van dt
van de vaccinatie tegen kinderver- immumteitstoestand van de NedeA
lamming twijfelachtig te verklaren landse bevolking elke plaatselijke er
Het ware zeer te wensen geweest in- gewestelijke immumcenngscam-
dien men door tijdige kunstmatige be- pagne bijgedragen.
zeres een aantal dezerzijds getrokken
conclusies en verantwoord geachte
"voorspelling voor 1979" verstaan:
a. zogenaamde inenting tegen kin-:
derverlamming, die met "dood üir«s"|
onschadelijk en voldoende werkzaam
is. blijft dringend geadviseerd, al was
het alleen maar vanwege de grillig-,
heid van de poliovirus-golven die blij
ven dreigen:
b. in de 1978-haardgebieden is in 1979
geen nieuwe haard te venvachten,
zelfs mei als de poliovirus-golf m 1979
opnieuw over ons land mocht zwiepen:
c. alleen door een vrijwel onmogelijke
nauwkeurige registratie van alle noch
kunstmatig, noch natuurlijk dus door
besmetting met levend polioviruste
gen kinderverlamming beschermde
personen - waarbij speciaal wordt ge
dacht aan groepen die uit godsdien
stige overwegingen een dergelijke in
enting verwerpen - zou men een in
druk kunnen krijgen van de kans op:
poliohaarden in de toekomst En dan
staat de overheid nog machteloos
Machteloos, omdat Nederland het;
verdrag van Rome ter bescherming;
van dc Rechten van de mens en dc:
fundamentele vrijheden - waarin de
vrijheid van godsdienst van elke Ne
derlander is gewaarborgd (in artikel 9i
- heeft ondertekend en handhaving
van die supranationale wet zelfs dooi
een beroep op het Internationale Hof
voor de rechten van de mens in:
Straatsburg kan worden afgedwon,
gen
Staatssecretaris Veder-Smit van,
volksgezondheid is dan ook terecht
begonnen met wettelijke dwang-
vaccinatie "niet mogelijk te achten"
Later is zij - ten onrechte - iets ge-,
nuanceerder geworden. Zij kende
blijkbaar de voorgeschiedenis niet. tf
weten de-overeenkomstig een staats-1
commissie-Aalberse - eerst volledig,
opgeheven "koepokinentingsdwang"
toen een te gevaarlijke levende
koepokvirus-stam aan de lopende
band het leven van vele kleintjes (door
hersenontsteking) kostte (zogenaam-;
de "encephalitis vaccinalis"), terwijl in!
Europa toen eigenlijk geen pokkenge
vaar meer bestond. Later is die pok
kenvaccinatiedwang door pokken
vaccinatiedrang vervangen, met vrij
stelling van bezwaarden (thans met;
een bijna onschuldig - voor zover nog
levend - virus).
Het is jammer dat van overheidswege
wordt getalmd met de publikatie van
het aantal poliogevallen met ver
lammingsverschijnselen, dat rest-
verlammingsverschijnselen heeft
overgehouden, en de ernst van dit
restgevallen. Blijkbaar is dat erg
meegevallen.
Wel wordt reeds erkend, dat er een vrijl
aanzienlijk aantal „abortieven (niet
herkende gevallen) speciaal onder de
niet-kunstmatig geimmunlceerden is