Verdere sanering vloot wellicht niet nodig PLO nog steeds de politieke spreekbuis van de Palestijnen PZC/o RMS-ERS IN INDONESIË MET RESERVE ONTVANGEN Koffie Hag probleemloos lekker! MINISTER VAN DER STEE: WHflCmag opinie en achtergrond DONDERDAG 23 FEBRUARI 1978 o (Door Hans de Bruijn en Theo Klein, Den haag - Minister Fons van der Stee is er „diep van overtuigd" dat er nog vóór de zomer een besluit valt over een Europees visserijbeleid, ondanks de tegenwerking van de Engelsen. „Deze situatie kan niet eeuwig duren. Er valt vandaag of morgen een beslissing. En dat is of een comp romis met de Engelsen of een stemming in de Europese Ministerraad", aldus Van der Stee. Sinds het vastlopen van het Europese gesprek, eind januari, wordt er binnen de gemeenschap nog druk overlegd door de acht landen die het met elkaar eens zijn, maar ook met de Engelsen, zij het met hen S an er illg „slechts" op ambtelijk niveau. Men hoopt op die manier de Britten toch nog mee te kunnen krijgen, maar mocht dat niet lukken, dan zullen de Europese visserijministers naar het ui terste middel: de stemming, grijpen waardoor de Engelsen gedwongen zul len worden zich toch bij demeerderheid neer te leggen. „We kunnen niet ac cepteren dat een land het gemeen schappelijk beleid blokkeert. Als we dit toestaan, dan kunnen we de Europese Gemeenschap wel op ons buik schrijven Zeker tegen de achtergrond van een mogelijke uitbreiding van de Gemeenschap van negen naar twaall leden (Spanje. Portugal en Griekenland zijn de nieuwkomers - red.) mag het niet mogelijk zijn dat één land een beslissing een half jaar ophoudt. Als we dat niet uitbannen, dan kunnen we het woord gemeenschap wel vergeten", zegt de minister. Zoals bekend liepen de onderhandelin gen over een gemeenschappelijk vis serijbeleid m Brussel vast op de koppig heid van de Engelsen, die niet mee wil len werken wanneer zij geen exclusieve 50-mijlszone rond Engeland krijgen. Volgens Van der Stee betekent dit niet dat de Nederlandse (en andere Euro pese) vissers nu toch rekening moeten houden met de aanspraken van de Brit ten op die 50-mijlszone. „Er kan", aldus de minister, „geen sprake zijn van die 50-mijl. Die zou niemand ooit erkennen. In de EEG-stukken bestaat alleen een 12-mijlsgrens". Onwettig De acht Europese naties die het wel eens zijn over een gemeenschappelijk beleid zijn sterker komen te staan door de uitspraak van het Europese Hof waarmee de vorig jaar eenzijdig door de Ieren uitgeroepen 50-mijlszone on wettig werd verklaard. Van der Stee: „Met het voorbeeld van de Ieren voor ogen zullen de Engelsen nu wel twee keer nadenken voor ze met nationale maatregelen zullen komen. Het is van belang dat je weet wat je je als lidstaat kunt veroorloven en wat niet". „Van de Ieren vallen nauwelijks meer moeilijkheden te verwachten. De ove rige leden zijn ver tegemoet gekomen aan de andere Ierse visserijwensen. Zij kunnen hun aandeel in de totale vangst verdubbelen. En dat is meer dan ze op dit moment zelfs kunnen vangen met de schepen die ze hebben". Zelfs onder druk van de (vorige week nog) demon strerende Ierse vissers verwacht men in Brussel niet dat de houding van de Ierse regering nu nog zal veranderen. Van der Stee: Wij zijn hetmetde Ieren binnen de EEG wel eens geworden. Zij hebben zich nu ook gebonden". Van der Stee is niet ontevreden over het aandeel dat hij voor Nederland uit het vuur heeft gesleept voor dit jaar. „He lemaal tevreden ben je natuurlijk nooit. Ik zou liever tweemaal zoveel binnen hebben gehaald. Maar waar niet is, ver liest de keizer zijn recht. Gelet op de situatie van de visstapels hebben we toch een redelijke trek gemaakt. Wat de haring op de Noordzee betreft,, die is stilgelegd tot 1 juni. Van de tongvangst hadden we 75 tot 80 procent van het Europese totaal en die hebben we ge houden en ook het scholquotum is on geveer wat we hadden", zegt de minister niet zonder trots Geducht Van der Stee heeft zich de laatste jaren doen kennen als een geducht onder handelaar. Zijn kwaliteiten als Neder lands vertegenwoordiger in Brussel staan ook in visserijkringen nauw elijks ter discussie. De kritiek van de vissers richt zich voornamelijk op de door de regeringen overgenomen be wering van de biologen dat de zee wordt leeggevist en de maatregelen die genomen zouden moeten worden om de gevolgen van de daaraan gekoppelde vangstbeperking op te vangen. Officieel bestaat er al enkele jaren een quotering, maar in de praktijk vinden de vissers zoveel slinkse wegen om hun te veel gevangen vis toch aan de man te brengen, dat er in werkelijkheid eerder meer dan minder vis is gevangen. Vol gens Van der Stee zal daar dit jaar ech ter rigoureus een eind aan worden ge maakt. Hij verwacht veel effect van het harde justitiële beleid (de vissers wor den tot hoge boetes veroordeeld), de controle op zee en een veilplicht, die nu ook in het pakket van Europese maat regelen wordt opgenomen. Het is een publiek geheim dat jaarlijks voor vele miljoenen guldens vis buiten de afslagen om wordt verhandeld. Van der Stee: „Ook in het buitenland weet men daarvan en dat heeft mijn positie als onderhandelaar in Brussel schade berokkend. Ik merk dat in de praktijk duidelijk. Ze zeggen tegen mij: jouw vissers trekken zich toch niets van de maatregelen aan. Mijn positie is daar door aanmerkelijk verzwakt". De minister voelt er echter weinig voor om de vuile was buiten te hangen. Ook in het parlement spreekt hij niet uit eigener beweging over alle trucs van de vissers om hun te veel gevangen vis toch af te zetten. „Je schiet er ook weinig mee op om je positie verder af te brokkelen dan zij al doen, Ik kan het niet billijken, ook niet waarderen, maar ik heb er wel begrip voor. Er staan immers duizenden mensen met de rug tegen de muur. De vissers hebben wel meer verdiend dan anders het geval zou zijn en dat doet mjjn bereidheid om steun te verlenen natuurlijk niet toenemen". Steun nen guldens kost, is het duidelij k dat het hier bij een vloot van 340 schepen om enkele tientallen miljoenen guldens zal gaan. Komt er een gemeenschappelijke Europese regeling, dan neemt de EEG daarvan 25 tot 50 procent voor haar rekening. Van der Stee wil echter nog niet in het openbaai' over cijfers praten. Hij zegt dat te willen bewaren voor de onderhandelingen met de vissers. Ook het verlenen van die steunmaatre gelen is in belangrijke mate gebonden aan het succes van het Europese vïs- serijberaad. Van der Stee: „Ondanks de onwil van Engeland wordt er momen teel toch nog in Brussel doorgepraat over het pakket steunmaatregelen voor de vissers. Ook Engeland is daarbij be trokken". De steunmaatregelen kun nen echter pas in uitvoering worden genomen nadat men in de Belgische hoofdstad een beslissing heeft geno men over een gemeenschappelijk vis serijbeleid. hetzij door overeenstem ming. hetzij door stemming. Een allerlaatste uiterste mogelijkheid kan zijn dat de Negen beslissen om het nemen van maatregelen over te laten aan de nationale regeringen. De Neder landse vissers kunnen er volgens Van der Stee echter hoe dan ook op rekenen dat ze geholpen worden. Hij vervolgt: „Als we er in de EEG uitkomen, dan is dat ook bindend. Dan mogen we geen cent meer of minder betalen. Maar ko men we er niet uit, dan zullen we met een aantal landen tot nationale maatrege len moeten komen. Ik kan niet zeggen: als er geen EEG-regeling is, is er niets, want die zijn ook weer aan vangstbe- Bovendien hebben ook die nationale perkingen gebonden". maatregelen altijd nog de goedkeuring van de Europese Commissie nodig, ik kan niet in het, wilde weg stappen on- v^UOtQ dememen". De bewindsman heeft deze week de quota voor de rest van het jaar vast gesteld. De vissers mogen nu zelf bepa len in welke maanden ze de hun toege wezen hoeveelheden tong en schol op vissen. Het gevaar blijft, dat ze dit zo snel zullen doen, dat ze halverwege het jaar weer in problemen komen. De be reidheid van de vissers om de komende veertien dagen niet uit te varen, doet daar niets aan af. Van der Stee heeft echter geen medelijden met ze. Hij zegt: „Ze kunnen het zelf in de hand houden. Een grote aanvoer in korte tijd bete kent dat ze lage prijzen voor hun vis krijgen. Het is in hun eigen belang dat ze de vangst over het hele jaar uitsme ren. Doen ze dat niet, dan zullen ze het tweede halfjaar moeten leven van de winst uit het eerste halfjaar". Voor de haringvissers is de situatie zo mogelijk nog somberder. Tot 1 juni mag op de Noordzee helemaal geen haring worden gevangen en Van der Stee*zegt „ernstige twijfels te hebben of er na die datum wel haring te vangen valt". In maart verwacht hij een rapport van een internationaal biologengezelschap over Van der Stee is van mening dat de kot- tervloot, die driekwart van de Neder landse visserij uitmaakt, na uitvoering van de huidige saneringsmaatregelen niet verder hoeft te worden ingekrom pen. Het gaat nu alleen nog om de al eerder aangekondigde vermindering met ongeveer 30 van de 340 schepen, een gevolg van het oude sanerings programma. Een verwijt van de vissers was juist dat Van der Stee over sane ring sprak, terwijl de vangstquota steeds verder achteruitging. Zij vrees den datzij daardoor onder de vorig jaar met veel moeite geaccepteerde nul-lijn zouden terechtkomen. Van der Stee: „De verlaging van de vangstquota voor dit jaar heeft geen in vloed meer op het aantal kotters. We hebben vorig jaar op basis van het toen geldende tongquotum (9200 ton) een nullijn gesteld. Dat programma is nog haringstand. Nederlandse biologen niet voltooid. Nu het, tongquotum hebben al laten weten dat er dit jaar 7400 ton is gegaan, hoeft er niet verder gerust, weer 100.000 ton gevangen kan gesaneerd te worden. Dat overlappen - we wel met steunmaatregelen. Die om vang van de vloot is dan wat ze moet zijn". Minister Van der Stee is het niet eens met de kritiek van de vissers op het feit dat in voorgaande jaren weggesaneerde schepen aan Engelsen en Duitsers zijn verkocht, die daarmee nu op de Noord zee weer „op onze vis vissen". Er liggen nog altijd enkele tientallen schepen op verkoop te wachten. Van der Stee: „Het maakt helemaal niet uit of ze door an- Fer VCllt dere Europese landen gekocht worden. worden, maar Van der Stee is daar ui terst sceptisch over. Ook al omdat een relatief klein haringquotum ergmoeilijk over de Europese visserijlanden te ver delen valt. Al deze problemen zullen ook de prijs van de vis beinvloeden. „De vis zal in beginsel in de winkel duurder worden", aldus Van der Stee. „Hoeveel precies valt niet te schatten. Dat hangt af van de vraag of de mensen ook duurdere vis zullen blijven eten". Ondanks alle teleurstellingen en te genwerking blijft Fons van der Stee heilig geloven in de Europese samen werking. Hij beschouwt de viscrisis als een tijdelijke inzinking. „In moeilijke tijden zijn we allemaal geneigd de pro blemen op anderen af te wentelen. Iedereen wil matigen, maar wil vooral eerst zeker weten dat de ander matigt. De EEG is net een krakende wagen, die af en toe stilstaat, maar toch steeds weer op gang komt. Iedereen is binnen de EEG toch wel doordrongen van de noodzaak van samenwerking. Ik ook, ik blijf een fervent Europeaan". Het ontbreken van steunmaatregelen, nodig om de magere jaren met een be perkte visvangst te overbruggen, vor men de belangrijkste grief van de vis sers. Ze vinden dat Van der Stee zelf maar over de brug moet komen, als er in Europees verband geen oplossing mogelijk is. De kottervissers hebben zelf al berekend dat nationale steunmaatregelen de regering op 60 miljoen gulden per jaar zouden komen. Als de voorstellen van de Europese Commissie geheel worden overgeno men. dan krijgen de vissers die in het kader van een stilligregeling een tijd aan de kant moeten blijven, een vergoe ding van 8 procent van de aanschafprijs van hun schip per jaar. Aangezien een moderne kotter al gauw enkele miljoe- y Van onze speciale ve Ak hoop dat u een juist beeld zal ge ven over het onderwijs op de Moluk- ken". Dat zei deze week mevr. drs. En- gko, hoofd van het departement van onderwijs op Ambon aan de RMS-de- legatie die een twee-weeks bezoek brengt aan de Molukken. Mantouw, Kuhuwael, Metekohy, Ma- nuhutu en Rutumalessi mochten zien hoe les wordt gegeven op de Molukse scholen.Zij werden begeleid doordrs. Engko die na afloop van de excursie aan Kuhuwael een vaas gaf als herin nering. In een toespraak zei zij te ho pen dat er meer RMS-gezinden uit Nederland naar de Molukken komen om er „zich persoonlijk een oordeel te vormen over de situatie op de Moluk ken". De groep heeft tijdens zijn verblijf op de Molukken gesprekken gehad met de gouverneur, generaal Hassan Sla- met, zijn staf, docenten van de univer siteit Pattimura en de theologische hogeschool. De gesprekken droegen aanvankelijk een nogal gereserveerd karakter, mede omdat de Molukse au toriteiten argwaan koesterden jegens de bedoelingen van een verzoek van de RMS'ers. Wellicht zijn ze tevoren op de hoogte-' gesteld van de alternatieve nota van de RMS-president Manu- sama en van diens opmerking dat hij de delegatie naar Indonesië heeft ge stuurd met de opdracht het RMS- standpunt zo goed mogelijk te verde digen. Het concept van de alternatieve nota zou zijn opgesteld door Mantouw, co-voorzitter van de commissie-Kub- ben. In Jakarta had Metekohy al ge zegd dat er was afgesproken dat de nota van Manusama zou verschijnen wanneer de groep in Indonesië zou zit ten. Niettemin kregen de gesprekken later op Ambon een ontspannen karakter en werd door beide partijen openhar tig van gedachte gewisseld over hun standpunten. Er deed zich één inci dent voor. dat was tijdens de bespre king van de groep met de functionaris sen van Bappeda, het regionaal plan bureau. Ruud Metekohy pros- testeerde fel tegen het feit dat er foto's werden gemaakt door een fotograaf van Sinar Harapan. De ruzie werd bij gelegd na een kleine woordenwisse ling. De groep heeft ook een kijkje slaggever. Bob Mantiri kunnen nemen op de andere Molukse eilanden. Hun bezoek aan Ambon duurt tot 25 februari. Daarna vertrek ken ze naar Udjung Pandang het vroeger Makassar, waar zij de dialoog zullen hebben met de Molukse ge meenschap, die voor deze gelegenheid bü elkaar is getrommeld. Dialoog Generaal Joost Muskita was in ja nuari daar speciaal voor van Jakarta naar Udjung Pandang gevlogen om de Molukse gemeenschap voor te lichten over de bedoelingen van deze dialoogreis waartoe de radicale jon geren uit Bövensmilde Solissa en Thenu de eerste aanzet hebben gege ven. De RMS-groep zal in Udjung Pandang ook worden ontvangen door luitenant-generaal Leo Lopulisa, sinds kort territoriaal bevelhebber van de Indonesische strijdkrachten in Oost-Indonesiê. Volgens Lopulisa kan geweld noch terreur nu nog de dialoog tussen de Molukse gemeen schap in Nederland en die in Indon esië in de weg staan. Aan beide kanten is duidelijk de behoefte om elkaar be ter te leren begrijpen, aldus Lopulisa. Generaal Lopulisa, de hoogste Am bonees in het Indonesische leger is ervan overtuigd dat er positieve re sultaten zullen komen uit deze ilialoog-ontmoetingen. De aanslag op Kuhuwael, wiens ge zondheid redelijk wordt genoemd, ziet hij als een zwaktebod. „Een minder heid probeert de behoefte bij de meer derheid om een dialoog te beginnen met de Molukkers in Indonesië door geweld te saboteren", zegt hij. Over de verklaring van Manusama in zijn al ternatieve nota dat hij de dialoog en de repatriatie van Molukkers uit Neder land zal tegenwerken wanneer het RMS-streven niet zal worden gehono reerd, zegt Lopulisa. die Ujung Pan dang als hoofdkwartier heeft: „Manu sama heeft het recht niet om Moluk kers die voor toenadering zijn of naar Indonesië willen terugkeren, tegen te houden". Intussen hebben de twee leden van de Nederlandse repatriëringscommis sie, drs. De Jong van buitenlandse za ken en mr. De Winter van CRM hun oriëntatiereis door de Molukken beëindigd. Ze hebben op verschei dene eilanden gesproken met Moluk kers die in de loop der jaren naar In donesië zijn gerepatrieerd. Hun glo bale indruk is dat er alleen bij die Mo lukkers die in de jaren zestig zijn gc- rapatrieerd ontevredenheid bestaat over hun lot. Bij degenen die na 1970 zijn teruggekeerd zouden er geen klachten zijn. De heren Mantquw. Metekohy, Ku huwael. Manuhutu en Rutumalessi gaan na Udjung Pandang naar Bali Het is nog met zeker of zij via Jakarta naar Nederland zullen reizen. De auto riteiten in Jakarta zijn er niet zo hap pig op dat de vijf RMS'ers Jakarta nog eens aandoen. Maar zowel van de kant van de Molukse gemeenschap in Ja karta als van de vijf RMS'ers bestaat de behoefte om in de Indonesische hoofdstad een afrondend gesprek met elkaar te hébben. VAN DER STEE Ligt u wel eens wakker van koffie...? Hag is échte koffie waar gelukkig de coffeine uit is Dat is beter voor hart en zenuwen en je ligt er ook niet wakker van <Van onze correspondent Rienko Wil- Dtom e Palestijnen, hun toekomst en as- pireties vormen de kern van het Mid den-Oostenconflict. Bij de vredes besprekingen in het Midden-Oosten staat de Palestijnse kwestie centraal, bij vliegtuigkapingen en moordaan slagen valt al snel de naam van een Pa lestijnse organisatie (hoewel het ge mak waarmee terroristen met Pales tijnen worden geïdentificeerd onrust barend is), op allerlei manieren wordt de wereld. Arabieren en Israëli's op vreedzame, maar ook op hardhandige wijze duidelijk gemaakt dat de Pales tijnen er zijn en dat ze iets willen, wat hen afgenomen werd: Palestina of een stukje daarvan. De Palestijnse Bevrijdingsorganisatie PLO (opgericht 1965) is. ondanks zijn wisselende invloed op Palestijnen bin nen en buiten Israël, nog steeds dè poli tieke spreekbuis bij uitstek voor het Palestijnse volk. Het is in ieder geval de enige organisatie die consequent de Palestijnse rechten heeft verdedigd en de Palestijnse frustraties politiek en militair heeft gekanaliseerd. De PLO wordt, met name door Israëlische pro paganda die nog al te gemakkelijk in het Westen als juist aanvaard wordt, afge schilderd als een club van terroristen. Politiek Hoewel de organisatie menige terreur daad (of vrijheidsdaad, zoals de Pales tijnen het zelf zien) op z'n geweten heeft, is de PLO eerder een politieke dan een militaire organisatie. Zo'n 20.000 kaderleden vormen de kern van het „verzet" in Israël (in geheime cel len), in de bezette gebieden, en min of meer openlijk onder de Palestijnen in de diaspora, d.w.z. in Jordanië, Syrië, Libanon, de Golfstaten enz. Vanaf het moment dat Palestijnen uit him vaderland verdreven werden of wegtrokken uit angst voor oorlog (1948 en 1967) en zich vestigden in de om Is raël gelegen Arabische staten, hebben zij min of meer op gespannen voet ge staan met de „gastlanden". De Pales tijnen ondernamen sinds 1949 com mando-acties tegen Israël, die meestal door Israëlische „over-kill"-reacties te gen Palestijnse kampen en daarbuiten in Jordanië. Syrië en Libanon werden beantwoord. Hierdoor, en doordat de PLO steeds meer betrokken raakte in binnenlandse politieke aangelegenheden van de gas tlanden en inter-Arabische verhoudin gen. kregen de Palestijnen de naam van „onruststokers". Het gevolg was dat de Arabische regimes de Palestijnen-in hun handelen sterke beperkingen oplegden. Egypte gaf hen nooit de vrije hand. In Syrië werden zij onder streng militair toezicht geplaatst en de elite onder hen door het leger getraind tot speciale aan de regering loyale Palestijnse eenheden Saiqa gehetenIn Jordanië werd de PLO in 1970 en '71 militair uitgeschakeld door koning Hoesseins bedouinenregi- menten. Libanon Alleen in Libanon hebben zo'n 370.000 Palestijnen zich politiek en militair ongestoord kunnen ontplooien. De Pa lestijnse aanwezigheid in het land kan echter niet als enige oorzaak van de Li banese burgeroorlog ('75-'76l be schouwd worden. Beiroet is nog steeds de de-facto-hoofdstad van de Pales tijnen. Hier hebben alle organisaties hun hoofdkwartieren. De PLO is eigenlijk een overkoepelend lichaam van ver schillende ideologische organisaties die het Palestijns nationalisme centraal stellen in hun politieke handelen. Fatah is de grootste (politiek en militair ge sproken) Palestijnse organisatie Yasser Arafat staat aan het hoofd ervan. De ideologie van Fatah is binnen de Palestijnse verhoudingen zeer gema tigd. bijna „burgerlijk". Fatah wordt grotendeels gefinancierd door Saoedi- Arabië en Koeweit, zelf gematigde oliegiganten, die via de geldst room een matigende invloed op het Palestijnse verzet in zijn totaliteit kunnen uitoefe nen Fatali kan bijvoorbeeld door Syrië of Irak gecontroleerde Palestijnse or ganisaties „in de gaten houden". Belangrijker voor het fel anti-com munistische Saoedi-Arabië is de functie van „waakhond" van Fatah over de (quasi) marxistische Palestijnse organi saties. zoals bijvoorbeeld het „Volks front, voor de Bevrijding van Palestina van George Habasj. Het Habasj-front, samen met drie andere in wezen pro- Iraakse splintergroeperingen, vormen het zgn. Palestijnse ..verwerpingsfront". Dit front is het dat de meeste kapingen en dergelijke op zijn naam heeft staan. Het verwerpt (nog steeds, maar er komt heel langzaam verandering in) een poli tiek vergelijk met Israël. Habasj wil heel Palestina, ontmanteling van het zionis tische staatsapparaat (beslist niet de fy sieke uitdrijving van de joden uit Israël en dat alles bij voorkeur via de klassen strijd. Mini-staat Fatah daarentegen wil genoegen ne men met een Palestijnse „ministaat" op de westelijke Jordaanoever en de Ga- zastrook, en het uiteindelijke doel: een dcmocratisch-seeulier Palestina via evolutie, met uitsluitend politieke middelen aan de komende generaties overlaten. Eveneens op de gematigde lijn zitten de pro-Syrische Saiqa-beweging en het Democratisch Volksfront. Vervolgens zijn er veel „onafhankelijke" Palestijnse politici en actievoerders, zijn er syn dicaten en talloze organisaties (vrou wen-, solidariteits- enz. i Ten slotte is in Israël zelf en in de door Israël bezette gebieden het „Palestijns Nationaal Front" actief. Dit geheel, van bommenplanters op de markt in Jeruzalem tot een spinnerij van Palestijnse kleden in een der ach terbuurten van Beiroet, valt onder de directe verantwoordelijkheid van de PLO. De PLO heeft een uitvoerend commité (is gelijk aan regering) onder voorzitterschap van Yasser Arafat (die dus een dubbelfunctie heeft: chef van Fatah en de PLO). Voorts is er een zgn. Nationale Raad (is gelijk parlement! van ruim 250 leden, die op papier elk jaar bij elkaar moet komen. In de Nationale Raad. waarin alle stromingen zijn vertegenwoordigd - de keiharde commandochefs zitten er naast de verwarde professoren - ver loopt de besluitvorming op redelijk de mocratische wijze' het is een kwestie van overreden. Volgende maand moet de Nationale Raad weer bijeenkomen, ditmaal waarschijnlijk in Libië PLA De PLO beschikt ook nog over hel PLA, Hat is het zeer strak georganiseerde Pa lestijnse bevrijdingsleger dat uit en kele brigades bestaat die in ver schillende Arabische landen gestatio neerd zijn. Het PLA moet niet verward worden met de „eigen strijders" van bijvoorbeeld Fatah (in oorlogstijd circa 10.000), Saiqa, Volksfront enz. Dat zijn de echte guerrilla-organisaties. Het is duidelijk dat de verscheidene Arabische landen hun inter-Arabische politiek via de verschillende aan hen „loyale" Palestijnse bevrijdingsorgani saties proberen te voeren. De Iraaks-Sy- rische tegenstelling heeft al tot talloze botsingen tussen het Verwerpingsfront en Saiqa geleid. Het algemeen Pales tijnse streven om zich als politieke fac tor niet door eigen Arabische regimes te laten misbruiken, faalt meestal omdat de Palestijnen sterk afhankelijk zijn van militaire, politieke en economische steun van de Arabische broeders.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1978 | | pagina 4