Molukkers krijgen eigen bureau voor inspraak Donkere wolken boven het hospitaal-kerkschip KERKHERVORMING ZATERDAG 5 NOVEMBER 1977 zaterdagkrant 18 yyDe simpele stelling dat het Molukse probleem is opgelost als wij hen maar eens goed duidelijk maken dat ze dat ideaal van een eigen vrije republiek op moeten geven-dat is helemaal niet waar. Met echte argumenten is hen dat trouwens niet uit het hoofd te praten, en kijk eens naar Israël: dat is toch ook vele eeuwen totaal voor onmogelijk gehouden". „Er moet iets heel anders gebeuren. Wij moeten eindelijk eens een minderheidsbeleid gaan voeren, samen met de Molukkers. Tot nog toe is er een meerderheidsbeleid gevoerd en zijn alle beslissingen óver de Molukkers genomen maar zónder hen en alleen uit ons eigen gezichtspunt". Dat zegt Henk Smeets (34i. die vanal 1 december belast is met het oprichten van een bureau dat de inspraak van de Zuidmolukkers in het overheidsbeleid moet helpen verbeteren De Stichting Bureau Inspraak Orgaan wordt gevestigd in Utrecht en zal as sistentie verlenen aan het Inspraakor gaan Welzijn Zuidmolukkers. een ge heel uit Zuidmolukkers bestaande commissie die enkele jaren geleden is ingesteld om de regering te adviseren in welzijnswerk voor Zuidmolukkers. Omdat de leden van die commissie allemaal vrijwilligers zijn met maar beperkte tijd. is het nodig gevonden deskundige fulltimers in te schakelen. Dat zijn dan Henk Smeets. die straks versterking krijgt van een Zuidmo- lukse beleidsmedewerker, en nog twee 'administratieve krachten Smeets is duidelijk geen hemel bestormer, en weet zeker dat het pro bleem van de Zuidmolukkers veel ge duld gaat vereisen. „Op korte termijn is er weinig haalbaar. We krijgen vast nog grote problemen, conflicten. Wat wil je - een voorgeschiedenis van 27 jaar met een gigantische berg frustra ties aan hun kant, en een geweldig wantrouwen tegen de overheid. Je torst die 27 jaar slecht tot zeer slecht beleid natuurlijk met je mee". De oplossing wordt een zaak van tientallen jaren: ,Op lange termijn be staai de enige mogelijkheid in een breed emancipatiebeleid voor min derheidsgroepen Tot nog toe hebben we het steeds gehad over assimilatie of integratie als doel. Maar dat vergt een veel te grote aanpassing, gelijk schakeling van de minderheden Dat willen ze niet en dat kunnen ze niet Dat is geen minderheidsbeleid. maar wat ik noem een meerderheidsbeleid' Inhoud - Wat kan zo'n emancipatiebeleid dan wel inhouden0 ..Er is te veel m het beleid óver - maar zónder hen gevoeld Dat moet ophou den Ik geloofbij voorbeeld dat het heel goed mogelijk is de Zuidmolukkers mee te laten denken, praten en beslis sen over hun eigen zaken zoals huis vesting en onderwijs. Dat kan plaats selijk De gemeentewet biedt de mo gelijkheid van zogenaamde functio nele commissies Dat zijn commissies uit de gemeenteraad, aangevuld met burgers die belang bij de zaak hebben Eén gemeenteraadslid erbij is al ge noeg. Maar de gemeen ten zijn erg bang voor dat soort commissies, bang voor mislukking Ja, natuurlijk mislukt zoiets als je dergelijke commissies na de installatie maar in hun sop laat gaarkoken. Zeker in het begin moeten ze geholpen worden, maar we hebben toch zo'n uitgebreid welzijnswerk iemand bij een plaatselijke welzijns- stichung kan die assistentie toch wel verlenen? Nee, het moei geen ambtenaar zijn want Zuidmolukkers wantrouwen de overheid Zet er dan ook alsjeblieft duidelijk bij. dat ik niets met CRM te maken heb. Ik ben in dienst van dc inspraakcommissie. allemaal Zuidmolukkers". Smeets hoopt en verwacht, dat de re gering zijn pleidooi zal ondersteunen Binnenkort verschijnt de met span ning verwachte regeringsnota over de Zuidmolukkers. „Een andere manier om de emancipa tie. bewustwording van de Zuidmo lukkers te bevorderen is betere infor matie verspreiden onder hen. Ik zie wel iets in een krant voor Zuidmoluk kers. tweetalig zodat ook de ouderen het in het Maleis kunnen volgen. Ik denk aan een maandelijks huis-aan- huis-blad, dat echt goed en populair wordt gemaakt en niet droog Ze moe ten hef dan ook echt als een eigen krant gaan zien" „Daar is grote behoefte aan. I)c jonge Xiiidmoluksc leider, Noes Solissa, heeft ook al eens gezegd: nog erger dan de generatiekloof is bij ons de kenniskloof. Er leven allerlei ideeën over de oplossing in Zuidmolukse kring, maar die raken niet genoeg verspreid. En met de NOS zijn we be zig over een apart programma voor Zuidmolukkers". Waarbij het overigens niet alleen gaat om het RMS-vraagstuk, maar om de hele positie van dc Zuidmolukkers. Smeets is het eens met Solissa die heeft gezegd: „Bij wie de schuld ook ligt. we moeten er iets aan doen. Aan de oppervlakte zit het RMS-ideaal Het geeft status je daarmee bezig te houden. Maar wat. dieper zit. pak je daarmee niet aan: discriminatie, ar beidssituatie. werkloosheid, woonproblemen. sociaal-culturele problemen. Daarop moeten we ons in de eerste plaats richten. Liefst met de hulp van Nederland, maar zonder dwang of bevoogding". Smeets voegt daaraan toe: „Emancipatie betekent, dat gewerkt wordt aan versterking van de minderheidsgroep, vergroting van de mogelijkheden om zich ver staanbaar te maken, kadervorming, enz. Griezelige dingen in de ogen van de gemiddelde Nederlander („Ze leren kapen van onze centen"), maar de enige mogelijkheid op de lange duur uit de vicieuze cirkel van machteloos heid en geweld te komen". Jos Goos tDoor Thijs Jansen) 99£r is ons geen rustige overstoom beloofd, maar wel een veilige haven" staat in een jaarverslag van de Vereniging Hos pitaal-Kerkschip De Hoop. En van een rustige 'overstoom' is voor De Hoop op het ogenblik geen sprake. Want, zegt voorzit ter van de vereniging A. Thurmer, „als het hospitaal-kerkschip De Hoop moet verdwijnen, betekent dit discriminatie van de visserman ten aanzien van de burgers aan de wal". „De visserman ziet het schip als een verworven recht. Niet als een gunst. En als de overheid 85 procent in de kosten bijdraagt, dan zijn wij uit de zorgen". De Tweede Kamer is momenteel aan het bekijken of het hospitaal-kerk schip De Hoop moet blijven bestaan. De visserijcommissie en die voor volksgezondheid uit de Kamer willen hierover gaan praten met de minister van landbouw en de staatssecretaris van volksgezondheid De doelstelling van het HKS De Hoop is het verlenen van medische, pas torale alsmede technische hulp en bijstand in volle zee aan zeelieden en schepen, ongeacht nationaliteit en ge loofsovertuiging. en dit ïn de ruimste zin van het woord. De moeilijke tijden voor het schip be gonnen in 1975, toen de minister van landbouw en visserij besloot de subsi die voor het hospitaal-kerkschip af te bouwen. De bewindsman had daar voor de volgende redenen. Hij zei o.a.: „Meer verspreid opererende schepen ontnemen De Hoop zijn centrale func tie. De hogere snelheid van vissers schepen maakt dat de schepen (in ge val van medische noodzaak) veel sneller een haven kunnen bereiken dan dat De Hoop ter plaatse kan zijn' Daarbij meende de minister dat medi sche hulp voor op de Noordzee vanaf de wal door helikopters kan worden geboden En. zo wordt gesteld, „cijfers tonen aan dat de betekenis die het be drijfsleven zelf aan het schip hecht, niet tot uitdrukking komt in de finan ciële offers die men zich wil getroos ten". Subsidie De minister wilde mede daarom de subsidie van ruim 1.8 miljoen per jaar voor het schip stopzetten. Dit werd een wat te ingrijpende maatregel ge vonden. en de Tweede Kamer wilde voor 197G nog een subsidie van 1,8 miljoen uitkeren en voor 1977 an derhalf miljoen. Het bestuur van het hospitaal-kerkschip meent dat deze vermindering met 300.000 gulden het schip binnen niet al te lange tijd aan de wal zal brengen. „De vereniging dreigt vast te lopen zegt voorzitter Thurmer. „Tenzij de Kamer natuurlijk alsnog besluit die drie ton toe te kennen" De vereniging heeft daarom een nota naar de vaste commissies van visserij en die voor volksgezondheid gestuurd en die sterk gemaakt met bijlagen. „In die nota wordt de Kamer gevraagd De Hoop voor de vissers op zee te behouden Het belang van het schip is volgens vooratter Thurmer „een stuk li chamelijke en geestelijke volks gezondheid op zee. Dat zijn de pijlers waarop het schip is gebouwd Volgend jaar bestaat de vereniging 80 jaar. „Sinds 1888 varen er hospitaal kerkschepen op zee De schepen zijn door de verenigmg tot 1954 steeds zelf onderhouden. Het werd betaald uit particuliere middelen", zegt Thurmer. Ontwikkelingen „Maar door de enorme ontwikkeling van de visserij sedert de jaren '50 werd De Hoop meer en meereen func tioneel schip, dat onmogelijk meer uit particuliere middelen kan worden onderhouden. De eerste politicus die dat duidelijk werd. was oud-minister van landbouw en visserij Mansholt, die een reis met De Hoop maakte toen de vissersvloot voor Normandië opereerde". Mansholt onderkende toen de nood zaak om het schip te subsidiëren. Hij stelde de zaak ter discussie met col lega Suurhof. toen bij sociale zaken Die was metMansholt van mening dat het werk van De Hoop (gezondheids zorg op zee) diende te worden gesubsi dieerd. Omdat op het departement van so ciale zaken de deskundigheid ontbrak om verantwoorde besteding van sub sidies op zee te kunnen beoordelen, werd deze post op de begroting van landbouw en visserij geplaatst. Daar was die deskundigheid wei. Dat is de reden waarom de subsidie voor De Hoop op de begroting van landbouw en visserij voorkomt. Wij willen die post. juist bij volksgezond heid ondergebracht hebben", zegt voorzitter Thurmer „Wij hebben in de nota aan de Tweede-Kamercommissie gezet, dat het geld voor De Hoop bestemmings- geld is. Vaak wordt hel ten onrechte gezien als geld dat zou zijn getrokken van de post structuurverbetering vis serij. Het zou geld moeten zijn dat niet ten laste komt van dc begroting van visserij. Het moet naar mijn mening van volksgezondheid komen", zegt Thurmer. Dc nadruk moet volgens hem liggen op de gezondheidszorg op zee. „Als iemand op de wal een ongeluk krijgt, dan staan er ziekenhuizen ge reed met bedden en ziekenauto's, enz. Dat moet ook op zee. want de vis serman is ook een Nederlands burger. Behalve deze diensten zijn wij ook een soort van wegenwacht op zee en een bunkerschip dat voor olie en water zorgt voor de schepen in volle zee". Niet alleen Nederlandse schepen wor den door De Hoop geholpen. Er wordt ook hulp verleend aan schepen die tot de Europese Gemeenschap behoren. De EEG beschikt in totaal over vijftien hulpschepen, waarvan er veertien be horen aan de lidstaten en één aan de Vereniging Hospitaal-Kerkschip De Hoop. Met andere woorden, de veer tien schepen zijn civiele staatssche pen, die gebouwd en gerund worden door de regeringen van de lidstaten. De vijftien hulpschepen zijn bedoeld voor een potentieel van 50 000 vissers in volle zee, dus niet voor de kustvis serij. Coördinatie „In ontwikkeling is momenteel een coördinatie van gemeenschappelijke hulpverlening. Het zou te betreuren zijn", aldus Thurmer, „dat op het moment dat een gemeenschappelijk actief sociaal-economisch visserijbe leid tot stand wordt gebracht, Neder land zijn enige schip zou terugtrek ken. En dit omdat enkele tonnen geld niet beschikbaar komen om De Hoop in de vaart te houden. Dat De Hoop geen staatsschip is. komt volgens Thurmer doordat het een hos pitaal-kerkschip is. Alleen Nederland kent zo'n kerkschip voor alle vissers. De mensen op zee stellen daar - dat is gebleken - veel prijs op De vissers uit Den Helder. Texel en Urk hebben tele grammen aan de Tweede Kamer ge stuurd om bij de regering te pleiten voor medische, technische en geeste lijke hulpverlening op zee". De vereniging heeft ondanks alles hel, volste vertrouwen dat. De Hoop in de vaart kan blijven. „De hulpverlening ter zee is voor de vissers een verworven recht". De medische hulpverlening kost de vissers niets, de geestelijke hulp wordt door de kerken betaald, en de technische assistentie komt voor rekening van de betrokken rederijen of kottereigenaren. „De Hoop maakt in het algemeen rei zen van drie en een halve week. maar dat wordt steeds moeilijker omdat de visgronden steeds verder weg komen te liggen. Momenteel bevindt het schip zich ten westen van Ierland op de Atlantische Oceaan. Er zijn daar bijna 800 vissers op veertig schepen aan het werk". Twee schepen Na zo'n reis ligt het schip ruim een week in de thuishaven Scheveningen en kunnen de vissers een beroep doen op de hulp van de veertien andere schepen. „In feite hebben we twee schepen nodig", zegt voorzitter Thurmer. „Want binnen het beleid van de EEG ontstaan nieuwe taken voor de hulpschepen, die zijn van be geleidende en waarnemende aard". Een wapenfeit van De Hoop was on langs de begeleiding van opgebrachte vissers in de Ierse havenplaats Cork. Veertien Nederlandse trawlers werden toen opgebracht naar Cork in verband met het eenzijdig instellen van een 70-mijlszone rond Ierland door dat zelfde land. Ruim 250 vissers zaten op dat moment in arrest. De bemanning van De Hoop heeft toen eveneens de rechtszaak begeleid. „Minister Van der Stoel heeft schriftelijk zijn dank aan het bestuur van De Hoop overge bracht", zegt voorzitter Thurmer. Het schip De Hoop is 13 jaar oud en geeft twintig man werk, inclusief de geestelijke en lichamelijke hulpverle ners. „De bemanningsleden zijn op hun gebied allemaal specialisten", zegt Thunner. „Momenteel vaart het schip bij Ierland op de Atlantische Oceaan. Wat een eenzaamheid moet daar zijn", zegt Thunner. terwijl hij op de kaart het gebied aanwijst. „Het is nu meer dan nodig dat er een dergelijk schip is. De haringgebieden op de Noordzee zijn momenteel gesloten, daarom zoeken de vissers het ver derop". Grote bewondering heeft men bij de Vereniging Hospitaal-Kerkschip voor hulpverlening door de marine middels helikopters. „Maar dat gaat goed vlak onder de kust. Op de At lantische Oceaan moet de hulpverle ning echter per schip gaan. Nogmaals, er is een fantastische samenwerking met de marine, maar ze zijn door NAVO-verplichtingen gebonden niet verder dan 60 mijl uit de kust te gaan. en als er een flinke storm staat, kun- gewondemensen al niet meermet een helikopter van boord worden ge haald. Met De Hoop kan dat nog tot windkracht tien tot elf, zegt Thur- De laatste dag van oktober staat in de agenda's opgetekend als de dag van dr kerkhervorming en dan staat er gewoonlijk nog bij pr. wat zo\ cel wil /.eggen als dat het een protestantse gedenkdag is. Zoals ieder die enigszins in de geschiedenis thuis is weet, is het de dag waarop in 1517 Maarten Luther zijn95 stellingen tegen de aflaathandel heeft aangeslagen, met het verzoek er bij dat ieder die het wilde daarover de volgende dag. op Allerheiligen, met hem daar- over kon discussieren. Of het alles precies zo gebeurd is als later werd beschre ven, is historisch hier en daar een vraag. Maar dat «loet er weinig toe. Die stellingen zijn geschreven. Ze werden overgeschreven en gedrukt en in zeer korte tijd waren ze over West-Europa verspreid en het werd een zeer drukke discussie. aanleiding van een tekst (welke we ten we niet meer) waarin het woord 'bron' voorkwam. De bron van Gods Woord, van het Evangelie, was onder allerlei dat er overheen gegroeid was, onvindbaar geworden. Dc rcformato- ren hebben die bron van het zuiverste water weer teruggevonden en schoongemaakt, zodat we er ons sindsdien weer kunnen laven. Dit was zo ongeveer de korte inhoud. We von den dat toen nogal een indruk wekkende preek. Wisten we toen iets van het feit dat in ons land in 1477 de Delftse Bijbel in druk was versche nen, in onze eigen landstaal? We heb ben dat feit dit jaar herdacht met een facsimile-uitgave van die bijbel, met een tentoonstelling en zelfs met een extra postzegel, zodat het ons nu wel voldoende ingeprent moet zijn dat reeds veertig jaareer Lutherzijn stel lingen aansloeg, een bijbel te krijgen was in eigen taal. In die aflaathandel heeft Luther blijk baar een pun t aangeraakt dat reeds de ergernis van velen had opgeroepen. Om die stellingen is 31 oktober tot hervormingsdag gemaakt Wanneer we die stellingen lezen kan het ons nu verbazen dat zij in het-begin van de 16e eeuw zulk een invloed hebben gehad dat daaruit de Reformatie zou voort komen. Wanneer men ze aandachtig leest, knjgt men niet hel gevoel dat daarin reeds heel de Reformatie zit. Hier wordt de vinger gelegd bij een zieke plek Meer heeft Luther ook niet willen doen Is er reden om die 31ste oktober nu bij uitstek te gaan bestem pelen als de dag van de kerkhervor ming? Merkwaardig is dat je daarvan in de 16eeeuwnietsvindt Enseenbnefvan Luther bewaard aan een van zijn vnenden die liij geschreven heeft op 1 november 1527 Hij eindigt dat schrijven: Te Wittenberg op Allerhei ligendag in het tiende jaar na het on der de voet lopen van de aflaat, tot welker gedachtenis wij in dit uur een waarlijk kostelijke drank hebben ge nomen' Luther denkt hier dus alleen' aan de aflaat en er is geen sprake van. dat het een algemene kerkelijke- feestdag zou zijn. Bovendien schrijft, hij op 1 november. Tien jaar geleden had hij in het geheel niet iets in de gedachten van wat wij nu verstaan onder de kerkhervorming. Maar ach teraf gezien heeft dat feit toch wel een grotere betekenis gekregen door het geen eruit is voortgevloeid. Luther zou er later zelf van zeggen dat God herp sindsdien had voortgedreven zoals men een blind paard voortdrijft. Ma, W ie ie het begin zoekt van een dag voor de Kerkhervorming, zal deze na tuurlijk zoeken In Duitsland en dat te recht. Maar in de 16e eeuw zullen we hiervoor tevergeefs zoeken naar de 31-ste oktober. Duitsland bestond uit een hele verzameling van landen en ieder land had zijn eigen landskerk.! voor zover deze landen protestant wa ren. Toen men de kerkhervorming ging herd enken, heeft men dat gedaan op verschillende data. In de kerkorde van Neder-Saksen van 1585 staat als datum voor herdenking vermeld de zondagnaSt Jan <24junn en ook staat er de reden waarom, 'omdat op St. Jansdag in Neder-Saksen het geopenbaarde Woord begonnen is ge predikt te worden' In Brandenburg vierde men de Reformatie op 8 nov. In Zwitserland op 1 nov Het is pas in de 17e eeuw dat als datum voor de Re formatieherdenking de 31 okt. op duikt Maar algemeen is deze datum niet geworden, zelfs niet in Duitsland. In ons land heeft men van de 16e tot de 18e eeuw in het geheel niet gedacht aan een aparte dag voor de kerk hervorming. Daarvoor was het Cal vinisme hier te doorslaggevend ge weest wat de Reformatie betreft. Bo vendien heeft het Calvinisme, veel meer dan het Lutheranisme, een gron dige afkeer gehad van allerlei aparte kerkelijke feestdagen. De zondag was de enige feestdag. Zelfs de Kerstdagen zijn maar met moeite aanvaard. In de oude kerkorden kan men daarover telkens weer lezen. Maar hoe komen we dan toch aan die kerkhervor- Laar in ieder geval heeft men de Hervormingsdag gehouden, althans in de N.H.-kerk. In de postillen die vóór en na de laatste wereldoorlog verschenen zijn, stond er steevast ook een voor deze dag, ook al viel de vie ring in de kleinere gemeenten dan op de dichtstbijzijnde zondag. In het be gin zal de nadruk gevallen zijn op het hervormd-zijn, het protestant-zijn. Maar er heeft een verschuiving plaatsgevonden sinds een eeuw gele den. Er is veel meer nadruk komen te vallen op de gedachte dat wij altijd weer op- j nieuw hervormd moeten worden; op j de bekering, om het anders te zeggen. De tegenstellingen Rome-Reformatie liggen met meer als in de 16e eeuw en ook niet meer als in de 19e eeuw. De i kerken weten dat zij in deze tijd elkaar j nodighebben. Er is in het verleden niet al te best over Luther en zijn theologie i geoordeeld vanuit de r.-k kerk. Alles wat slecht was, is hem aangewreven, i Tegenwoordig wordt er over deze. kerkhervormer van r.k zijde heel an- Naar mij vroeger eens is verzekerd, hebben we de gedenkdag voor de kerkhervorming te danken aan de z.g.n. April-beweging van 1853. Ik heb dit nergens bevestigd kunnen vinden, maar ik kan mij wel indenken dat dit zo zal zijn. Die April-beweging was de agitatie onder het volk om het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in ons land. die mogelijk was gemaakt door de wetgeving van minister Thor- becke enkele jaren voordien. Het recht van volledige vrijheid van kerkinrich ting werd daarin erkend. In die April beweging hield men bijeenkomsten en verzamelde handtekeningen voor een petitie aan de koning om geen bis schoppen toe te laten. Meer dan 50.000 handtekeningen! Daar kwam bij dat de paus ook niet erg taktisch was ge weest met zijn woorden toen hij herin nerde aan de ketterij na 1559 die de katholieke kerk in Nederland had trachten te vernietigen. Alles wat Geuzen- en Hugenotenbloed in zijn lijf had. kwam daartegen in opstand. Ons land was op weg zijn karakter als pro testantse natie te verliezen. Toen kwam er op het protestant-zijn extra nadruk te liggen en sindsdien zou men in ons land de 31ste oktober als her vormingsdag hebben gevierd. Dit klinkt in ieder geval érg aannemelijk. Vanaf onze jeugd hebben we de vie ring van de 31ste oktober gekend. We herinneren ons nog een preek naar Allerheiligen ders geschreven dan vroeger het geval was. soms met zoveel waardering, dat we wel eens de ogen hebben uitgewre- ven. En van protestantse zijde wordt er sinds het 2e Vaticaans concilie heel anders geschreven en geoordeeld over de kerk van Rome. Er is ook geen kerk zozeer In beweging als deze kerk en telkens weer vragen we wat er uit zal komen. Van beide zijden kunnen we een hernieuwde studie over Luther waarnemen en men heeft leren zien dat die stellingen niet meer zijn ge weest dan een sein voor een beweging die veel dieper en breder was dan het protest tegen de aflaat Niet door op een enkele misstand te wijzen heeft Luther de kerk vernieuwd, maar van uit een andere prediking van het Evangelie die bekerend, hervormend, i werkt, is de hervorming tot stand ge komen. Natuurlijk hebben er ook al lerlei andere factoren meegespeeld, maar die laten we buiten beschou- wing. Luther heeft de grote vraag, voor al wat mens is. gesteld: wat zegt God van mij? Kan God vrede hebben met mij? Wat is rechtvaardig voor God? Hier kunnen de te geven antwoorden nog altijd uiteen gaan. Rome legt een j bepaald accent, waarbij de kerk nog steeds een bepaalde plaats krijgt. En de Reformatie legt ook een bepaald accent, waarbij de Schrift- en het geloof de nadruk krijgen. He, tijd dat wij wonderlijke dingen kunnen beleven, ook kerke lijk. Zo kan het gebeuren dat de kerk hervorming herdacht wordt dooreen protestantse pastor en een rooms-ka- tholieke geestelijke gezamenlijk. We hebben dit persoonlijk wel niet mee gemaakt, maar er over gelezen. Wèl hebben we in een r.k. kerk preken ge hoord waarvan we zo dachten dat hel een protestantse preek zou kunnen zijn. Bepaalde uitdrukkingen en zins wendingen herinnerden er ons aan dat het inderdaad een rooms-katho- liek was die er sprak. En we hebben ook wel eens protes tantse preken gehoord waarbij we dachten: wat is daarin nu van de Re formatie overgebleven? We bedoelen dit dan in de zin zoals Luther ons het Evangelie weer opnieuw heeft leren le zen Het is tegenwoordig een tijd van ver vloeiende grenzen Reformatie van de kerk is nie t ie ts wat een keer voor altijd heeft plaatsgevonden. Wie in de kerk leeft, zal weten dal ze altijd nodig zal zijn. Op, de zondag na I november wordt in veel kerken een gedeelte voorgelezen uit het boek van de Openbaring van Johannes en wel uit Hoofdstuk VII van vers 1 tot, 14. Daar ziel Johannes tn een visioen honderd vier en veertig duizend getekenden staan voor de troon en voor hel Lam, gehuld in witte gewaden en met palmtakken in de hand. Uit iedere stam van Israèl telkens 12 000 getekenden. Daarna zag Johannes een grote menigte, die niemand tellen kon, uit. alle rassen en stammen en volken en talen en aller, riepen met luider stem 'Het heil is van onze God Die op de troon is gezeten en van het Lam' Het zijn al die heiligen waaraan wij denken op die bewuste zondag. Je kunt niet aan iedereen denken. 144.000 en dan nog die grote menigte die niemand tellen kan Heilige afbeeldingen van het Oude en Nieuwe Verbond kom je nogal eens tegen in die prachtig gebrandschilderde ramen in lal van kerken, ook in onze omgeving. Misschien hebt u ooit een bezoek gebracht aan dc kathedraal van Sint Jan in 's-Hertogenbosch of aan de Lieve Vrouwekcrk in Antwer pen of misschien hebt u wel eens die prachtige Kerkramen gezien in Chartrcs Die gebrand schilderde ramen zijn op zijn mooist als er het zonlicht doorheen valt. dan komen ze to! leven Een heilige is als een gebrandschilderd raam, het licht van Gods Geest komt erdoor binnenvallen. Ze laten iets zien van God zelfvan Hem, die zelf woont m het ontoegankelijke licht Zo veel heiligen: dat kun je zo maar ineens niet verwerken Als je dat zou proberen dan lijkje op iemand die in marstempo het Rijksmuseum in Amsterdam of het Frans Halsmuseum m Haarlem of het Vaticaanse museum zou doorlopen Alles bij elkaar heb je dan niets gezien. Als je die grote massa ziet zou je er een uit moeten pikken en hem wat nauwkeuriger bekijken 'j.v Frav.ciscus 750jaar geleden gestorven.Nooit van gehoord' zeggen jonge mensen He', verhaal van Franciscus met de wolf kent men misschien. Toch heeft zo'n heilige ons iets te zeggen Juist in onze tijd Franciscus. een njke jongen gaf alles weg en leefde als een bedelaar. Hij bracht Jezus woord in praktijk dat Christus sprak tot de rijke jongeling 'Verkoop alles wat ge bezit en deel het uit aan de armen - ge zult een schap bezetten in de hemel en kom dan terug om mij te volgen'. Wat leert ons Franciscus in deze tijd"' Niet langs de deur lopen om te bedelen maar zelf doen aan versobering Liefde tot alles wat God schiep du< niet alleen dierenbescherming maar ook denken aan behoud van het milieu. En zo heef- iedere heilige ons iets te leren Alle Heiligen: gebrandscliildere ramen, je moet er het licht van God door laten vallen, hel is leerzaam Pastoor Van Alphen -Hemkenszand

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1977 | | pagina 18