De engel des doods uit
Auschwitz in Paraguay
UIT HET LEVEN Nederlandse naturalisten van het eerste uur
PZG/zaterdagkrant
GEBOEKT
Croiset
Zjivago
Stan Lauryssens op het
spoor dokter Mengele
D,
museum
het prinsenhof
delft
ZATERDAG 15 OKTOBER 1977
22
,.E ster Abramovïci zegt dat zij hem voor het eerst opmerkte, meer dan vijfen
dertig jaar geleden nu, opp het perron naast de dodenrails van Auschwitz, hij
gaf een kort bevel, grijnslachte tegelijk: de SS-ers trokken schreeuwend de
schuttingen van de treinwagons open en meteen walmde er een vreselijke
stank uit op: drek, urine, zweet, menstruatiebloed en lijkenvocht. Uit de wa
gons stuikten de halfnaakte graatmagere doodzieke polakken. Drek liep als
modder langs hun billen. Zijn blik verraadde niet de minste emotie. Een
koudbloedige vis. En altijd dat grijnslachje. Hij zag er goed uit, gladgeschoren,
bijzonder verzorgd. Mengele glimlachte en Ester Abramovici merkte de spleet
op lussen zijn voortanden. Hij wandelde langs het knvooi alsof hij een zon
dagochtendwandeling volbracht. De kampdokters Thilo, Eckhardt, Bliss en
Schumann volgden hem op een paar passen. Ester hield Lilian bi j de hand. Haar
jongste zus. Zij was zestien toen. Een paar rijen verderop stond Ruth. Opeen na
deoudste van dekinderen Abramovici. Lilian keek Mengel smekend aan. Recht
in z'n bruine ogen. Hij zei cynisch: „U bent vermoeid, Fraulein. Schaamt u zich
niet en zegt u het mij. Als u moeilijkheden hebt om u overeind te houden, zet u
zich dan links bij de anderen in de rij, dan zullen wij u naar de vrachtwagens
brengen."
Het staat aan het begin pp 11 en 12)
van Stan Lauryssens' nieuwste boek
'De man in de Chacra', waarin de
auteur die eerder op zoek ging naar de
Eichmann-erfems, 't spoor terug volgt
naar dr Josef Mengele, de 'engel des
doods van het vernietigingskamp
Auschwitz, pleger van vivisectie op
grote schaal folteraar, vijand van de
mensheid.
Ester Abramovici is terug, in Para
guay. op de vlucht voor het verleden
dat haar en de haren enkel kwaad en
onoverkoombare ellende heeft be
zorgd
Josef Mengele is terug, in Paraguay.
op de vlucht voor zichzelf.
Hij helpt er de regenng, zegt Stan
Lauryssens-terug uit Paraguay-met
een geheim project dat de groot
scheepse sterilisatie beoogt van de In
dianenvolkeren die leven m het gebied
dat 'vry' gemaakt dient te worden vooi
de olie-exploitatie
Hij is voorts, zegt Stan Lauryssens, de
directe adviseur van de politieke poli
tie. die m de strijd tegen communisten,
.socialisten en - alweer - Indianen
best een dergelijk 'vakman' die zijn
'klasse' zo overtuigend en afdoend
heeft, bewezen, kan gebiuiken
Waarschuwing in het blad der ex-SS-
ers tegen de onderzoekingen van
Lauryssens De informatie is niet he
lemaal Deutsch-gründlich.
Romantisch
Lauryssens op het spoor van Mengele
tijdens, wat hij zelf noemt, 'een tocht
naar de Poorten der Hel'.
Het klinkt alles, ondanks de bittere
ervaringen aan de basis, wat roman
tisch.
Dat is het niet
De Belgische journalist Stan Laureys-
sens (31 nu) publiceerde in 1975 bij de
Wetenschappelijke Uitgeverij in Am
sterdam 'De opmars naar het Vierde
Rijk', een gunstig ontvangen boek dat
de wereldwijde organisatie van ex-
nazi's en de plaats van voormalige
topfiguren daarin beschreef
Een jaar later volgde, bij Manteau-
Brussel. 'De Eichmannerfenis', het
verslag van een speurtocht in voor
namelijk Argentinië en Nederland.
Gelijktijdig met de tweede druk van
dit Eichmann-boek presenteert Man-
teau nu 'De man in de Chacra' het re
laas van een privé-zoekactie naar
Mengele.
Wiesenthaltje
Men heeft Lauryssens vanwege die be
zigheden al 'het kleine Wiesenthaltje'
genoemd.
Lauryssens „Dat is helemaal fout De
uitgangspunten liggen al anders
Wiesen thai is een jood, ïkniet. Hij weet
wat een kamp betekent, omdat hijn
het zelf heelt meegemaakt, ik niet. Hij
heeft alles, de oorlog en de ellende, aan
den ljve ondervonden, terwijl ik ben
geboren op de dag dat de veroordeel
den uit het Neurenberger proces zijn
opgeknoopt."
Maar de jacht, het. spoorzoeken, de
verslagen?
Lauryssens: „Het grote verschil zit
geloof ik in het feit dat Wiesen thai een
mensenjager is, althans een nazi-jager.
Hij is geïnteresseerd in een justitiële
afronding van zijn werk. Ik heb dat
niet. Ik ben 'n pure feitenjager Die
pluis ik uit en trach t ik te ordenen op 'n
manier die het ieder vrijlaat zijn eigen
conclusies aan die uitkomsten van het
researchwerk te verbinden.
Bij Wieselthal liggen de conclusies van
tevoren vast Hij zoekt-móetdat ook
- samenwerking met allerlei politie- en
justitiediensten. Ik ben een zelf
standig journalist en heb als zodanig
een eenmansbedrijfje. Wiesenthal
schuwt de hulp en aanwijzingen die
nog levende nazi's soms kunnen ge
ven Ik maak daar wel en vrij vaak ge
bruik van bijna elke introductie m die
obscure wereld betekent - voor het
onderzoek - een stap verder
Obsessie
Is het toah niet een soort obsessie, dat
vastgevreten zijn aan juist deze aspec
ten en naweeën van een oorlog?
Lauryssens Het is géén obsessie Ik
ben er mee bezig Voor mij was tot voor
kort de oorlog een afgesloten periode,
waaraan ik eigenlijk geen deel had ge
had. Oorlog kende ik uit de verhalen
Een Antwerpse familie zonder geld ol
bezit Daar was oorlog hetzelfde als
honger als armoe en verder niets.
Toen ik mijn vrouw leerde kennen
bleek evenwel dat de oorlog nog lang
niet was afgelopen Haar ouders waren
wat je noemt 'fout' Haar vader heeft
hier in België vast gezeten, collabora
tie Dat leeft nu nog dat ismet voorbij
Ik ben het met met hem eens We heb
ben er nu nog verhitte gesprekken
over Wie dan - in Belgie is dat toch
sterker dan in Nederland - om zich
heen kijkt, ziet, voelt en weet dat de
zelfde geest, nog levend en vaardig is
De nazi's leven óók nog en ze zijn vaar
dig Daar moet men zich niet in vergis-
I)e drang naar het willen kennen van
de achtergronden brengt Lauryssens
in - soms levensgevaarlijke - contac
ten met figuren in heel Europa, mei
name Duitsland en Oostenrijk, en
Zuid-Amerika: Argentinië en Para
guay. In december vertrekt Laurys
sens naar Brazilië. Het spoor lokt.
Ligt er. dichterbij huis. niet genoeg
achtergrondmateriaal voor het op
scheppen? In de Benelux bijvoor
beeld?
Lauryssens: „Ongetwijfeld Het wordl
ook gedaan Het is de bedoeling dal
volgend jaar - bij Manteau - een boek
verschijnt dat het fascisme in West-
Europa behandelt Ik werk daar aan
mee. maar de uitgangspunten liggen
wat anders Dat boek zal niet verge
lijkbaar zijn met wat ik nu doe Er
wordt gedacht aan een veel breder op
zet met meer auteurs, ook uit Neder
land Daar kunnen ongetwijfeld veel
gegevens in verwerkt worden
Mengele
Terug naar het boek. terug naar Men
gele
Lauryssens- „Ik heb hem niet gezien of
gesproken, ook al ben ik daar dicht bij
geweest Ik zou in contact worden ge
bracht, maar ik werd er door de Veilig
heidsdienst het land uitgezet.
Het onderwerp Mengele is in Paraguay
taboe, helemaal taboe Wie zich met
hem en zijn zaak bezig houdt, speelt
met vuur en het is zeker dat hij zijn
vingers brandt Ik heb dat beproefd en
ondervonden Ik ben vastgezet Men
heeft getracht, mij - toen ik weigerde
het vliegtuig te nemen - op zogenaamd
medische indicatie vast te houden en
het is zeker dat ik maar op het nipper
tje een niet heel plezierige dans ont
sprongen ben In Paraguay brengt al
leen al het noemen van de naam Men
gele onrust en men is er - volgens pre
sidentiële order - alleen gebaat bij
rust En daarom zegt diezelfde Stroes-
sner. een Duitser van afkomst, ook
keihard 'Er zijn hier geen nazi's", ter
wijl het in de Duitse kolonies ronkt
van de Hitlerfoto's en hakenkruis-
vlaggen Ik heb dat alles zelf gezien De
Duitsers en andere gevluchte Euro
pese SS-ers spreken er - anders dan
hun president - graag over
Oppositie
Is er - in het land - dan mets voelbaar
van oppositie?
Lauryssens: „Zeker wel De liberaal-
radicale partij, de enige niet Stroes-
sner-groepering, verzetzich tegen deze
toestanden, maar kan in feite al heel
weinig doen De stelling is daar: „deze
figuur doet het land onrecht aan wij
willen daar een eind aan maken. Het
helpt niet veel. Ik heb er een man ont
moet die vroeger chirurg was Hij heeft
me zijn vingers laten zien Alle nagels
waren er af getrokken. „Dat is de
schuld van onder anderen Mengele
zei die man. De vrucht van oppositie."
Hij heeft me ook gewaarschuwd, elk
contact met doktoren te vermijden
omdat die de handlangers van het re
gime zijn Ik heb dat ervaren toen ze
mij zelf gingen behandelen Er werden
uitsluitend politieke vragen gesteld
Waarom ik in Paraguay was? Waarom
ik een enquête naar nazi's hield
Waarom ik toch zo geïnteresseerd was
in juist Mengele Waarom ik spotte
met de wetten van het land De kliniek
had geen ramen zonder tralies
Boek
Het relaas van de speurtocht naar
Mengele ligt vast in 'De man in de
Chacra'. Het is een boeiende repor
tage die men enerzijds zou kunnen be
titelen als een 'ego-trip' van een am
bitieus jounalist en anderzijds als een
treffende illustratie van het droeve
feit dat het bruine spook nog rond
waart. dat de geest nog levend en
vaardig is. dat de dragers van de idee
nog springlevend en uiterst vaardig
zijn.
Lauryssens heeft geschreven op di
rectheid Kampfhtsen (Auschwitz) én
de realiteit van 1977 lopen zonder
overgang in en door elkaar Het kan
een voordeel zijn maar het werkt hier
en daar ook verwarrend Een oplossing
- zonder de tekst aan te tasten - zou te
vinden zijn in een wat. afwijkende ty
pografie en daarmee zou dan ook een
wat meer documentair uitziend resul
taat worden bereikt. Als dan ook nog
het typisch Zuidnederlands idioom,,
dat hier en daar hardnekkig opduikt,
zou worden vervangen door wat alge
mener klinkend Nederlands, dan zou
de produktie nog beter zijn dan ze nu
al is Ik moet'De man in de Chacra'een
verhaal zonder echt einde, een onder
werp dat - pijnlyk genoeg - blijft, aan
bevelen.
ANDRE OOSTHOEK
i Stan Lauryssens 'De man in de Chacra'. op
het spoor van dr Josef Mengele Uitgave
Manteau ilnfo) Brussel-Den Haagi. -
Utrechtse paragnost Gerard
Croiset heeft autobiografie 'Croiset
paragnost' geschreven. Het 320 pa
gina's tellende boek behandelt de uit
eenlopende gebeurtenissen van
Croisets opmerkelijke leven van 1919
- toen hij op 10-jarige leeftijd zijn
eerste diagnose stelde - tot 1951. In
een later stadium zal uitgeverij
Strengholt, waarschijnlijk in 1979,
het vervolg uitbrengen.
Gezien de opvallende recente ontwik
kelingen rond de in Amerika wonende
George de Mohrenschildt - deze vond
(als zoveelste) op nog onduidelijke
wijze de dood, nadat hij had aange
kondigd een belangrijke getuigenis te
willen afleggen met betrekking tot de
moord op president Kennedy - is be
sloten aan het eind van Croisets auto
biografie een hoofdstuk over Ken
nedy, De Mohrenschildt en Croisets
rol bij de naspeuringen naar de moord
op de Amerikaanse president toe te
voegen.
De paragnost bracht de journalist
Willem Oltmans op het spoor van De
Mohrenschildt Volgens Croiset had
i ADVERTENTIE!
13 okt. t/m 2 nov. 1977
Weekdagen
van 10.00-17.00 uur
Zondags van
13.00-17.00 uur
Bovendien dinsdag
en donderdagavond van
19 00-22.00 uur
De Mohrenschild t. een groot aandeel in
de moord op Kennedy
Bij de presentatie van Croisets auto
biografie deze week waren ver
schillende wetenschappers, voorma
lige patiënten en collega-paragnosten
aanwezig Prof dr W H C Tenhaeff,
de grondlegger van de parapsycholo
gie ui Nederland, vertelde enkele erva
ringen met Croiset Sinds 1945 werkt
deze intemauonaal bekende parap
sycholoog met Croiset samen De
Westduitse prol Hans Bender, direc
teur van het Institut fur Grenzgebiet
und Psycho Hygiene en verbonden
aan de universiteit van Freiburg, be
nadrukte het belang van Tenhaeffs
werk en de inbreng daarbij van
Croiset- „In Utrecht is eigenlijk de pa
rapsychologie. dank zij Tenhaeff en 1 a-
ter Croiset, geboren. Nederland is de
pionier op het gebied van de parap
sychologie"
An februari verschijnen bij Dooble-
day in New York de memoires van
Olga Ivinskaja, de vriendin van Boris
Pasternak die model stond voor
„Lara" in zijn roman „Dr. Zjivago".
Ivinskaja schrijft in die memoires dat
zij Pasternak indertijd hielp bij het op
stellen van de brief waarin hij afzag
van de Nobelprijs Ze betreurt nu dat.
ze de brief wegstuurde. „Het was mijn
schuld. De brief had nooit verstuurd
moeten worden", schrijft zij in „A Cap
tive of our time" In haar boek be
schrijft Olga Ivinskaja de veertien jaar
die zij aan Pasternaks zijde door
bracht en de twaalf die zij moest door
brengen in Siberie. als straf voor haar
intieme vriendschap met de grootste
dichter van Rusland van die tijd. Olga
Ivinskaja schrijft dat zij en Pasternak
onafgebroken afgeluisterd werden en
dat Pasternak het altijd had over de
„onzichtbare deelnemer in onze con
versatie. die lieve kleine micro"
Ivinskaja die nu 62 jaar is en in Moskou
woont met haar moeder, schrijft dat ze
de tekst van de brief bewerkte waarin
Pastemak afzag van de Nobelprijs.De
brief werd geschreven nadat de Rus
sische autoriteiten de schrijver
hadden laten weten dat hij de Sow-
jet-Unie niet meer zou mogen bin
nenkomen. als hij naar Zweden ging
om de prijs in ontvangst te nemen. Dat
was in 1958
Pasternak had volgens Ivinskaja ge
wild dat in de brief zou worden ge
schreven dat hij niet was geboren in
de Sowjet-Unie, „maar in Rusland".
Aan de naam van de hoofdpersoon in
het boek, Zjivago. is Pasternak vol
gens Ivinskaja op de meest prozaïsche
wijze gekomen. Hij liep te wandelen en
zag hem toen staan op het deksel van
een mangat in het wegdek, als de
naam van de fabrikant Het was de
naam die hij zocht: De naam van
iemand die vrijwel onbekend was en
had behoord of tot de wereld van de
handel of misschien tot de semi-intel-
ligentia. Hij zou de held van zijn roman
zijn. De literaire kritiek merkte op dat
de naam Zjivago veel lijkt op het Rus
sische woord voor leven en con
cludeerde dat hij het thema van het
boek weerspiegelde iemand die een
normaal leven probeert te leiden on
gehinderd door de revolutie en bur
geroorlog om hem heen Mevrouw
Ivinskaja geeft in haar memoires ook
de beschrijving die Pastemak gaf van
Joseph Stalin: „een man die eruit ziet
als een krab en die in het halfduister
op mij komt toelopen. Geel en pok
dalig van gezicht, dwergachtig, buiten
verhouding breed en ogenschijnlijk
niet langer dan een jongen van twaalf
jaar. met een oud aandoend gezicht"
Over de r
i die i
schreef, zegt Ivinskaja, dat Pasternak
zijn gedichten slechts zag als voorbe
reiding op een belangrijk werk in
proza. Zelfs Shakespeare, meende hij,
kwam alleen maar tot verzen door het
maken van ruwe schetsen voor
proza./
Het naturalisme in de letterkunde, en speciaal de
Nederlandse variant daarvan, is een stroming waar
niet direct mijn voorkeur naar uit gaat. Het natura
lisme. omstreeks het midden van de vorige eeuw in
Frankrijk ontstaan, waar het voortkwam uit het
nauw verwante realisme (de begrippen overlappen
elkaar vaak) streeft naar een nauwkeurig observeren
en beschrijven van de werkelijkheid. Het natura
lisme doet dit haast op een nog wetenschappelijker
manier dan het realisme, dal minder programma
tisch was, minder woordvoerders had ook.
In de eerste plaats was het natuurlijk een reaktie. en
wel op de romantiek In de tweede plaats was het een
voortvloeisel uit de filosofie en de wetenschap van die
tijd het positivisme van Com te, het determinisme, on
slaan door de onvloed van Darwin's erfelijkheidsleer.
Mendels wetten etc Hogere of bovennatuurlijke
machten werden niet erkend. Afstamming, erfelijk
heid, milieu, die waren bepalend, en als nieuwigheden
kwamen daarbij: grote voorliefde voor pathologische
gevallen en nadruk op de seksualiteit Vooral dat
laatste werd als schokkend ervaren, men was blijkbaar
de libertijnse vrijheden van de achttiende eeuw weer al
volkomen vergeten. In de praktijk komt het erop neer
dat naturalistische romans over het algemeen onge
hoord pessimistisch zijn De negentiende eeuw was
immers ook de eeuw van de grote verpaupering ten
gevolge van de industrialisatie, waardoor arme men
sen er vaak veel erger aan toe waren dan de echte
slaven van weleer In later tijden zal de 19de eeuw
mogelijk als een van de meest duistere en be
schamende tijden bekend staan, een allerpijnlijkste
fase tussen de Verlichting van dc 18de eeuw en de
Chaos van nu
Pessimistisch is het naturalisme, er is geen sprankje
humor, er is geen ironie, er is geen afstand. Uitvoerig en
haast verstikkend komt die sfeer op de lezer over, er
word je immers niets bespaard, Alle kleine en grote
nangheden worden breed uitgesponnen, er is weinig
fantasie, weinig droom, en als die er al zijn. zijn ze vaak
ziekelijk.de voorkeur voor pathologische toest anden
is groot. Uitzicht is er niet. Bij grote schrijvers als
Flaubert of. in mindere mate. bij Zola komt men bo
ven elk „isme" uit in de regionen van eersteklas kunst,
literatuur. Maai- bij de mindere goden (en daartoe be
hoort de hele Nederlandse tak van het naturalisme
Couperus, voorzover hij erbij hoort, incluis) blijft men
vaak in de pure misere zi tten - al wil dat niet zeggen dat
het met belangwekkend is. er uit cultuurhistorisch
standpunt alleen al. kennis van te nemen.
In „Uit het Leven", naturalistische verhalen rond
1885. hebben N'. Maas en M. Stapert-Eggen een
bloemlezing van twaalf verhalen van Nederlandse
naturalisten van het eerste uur bijeengebracht, te we
ten van Marcellus Emants. Arij Prins, Frans Net-
scher. Aug. P. van Groeningen en A. Aletrino.
Al deze verhalen vallen zeker geheel onder de noemer
„naturalisme" en dan zeer speciaal de Nederlandse
varian t. daarvan, die zo mogelijknogwat, somberder en
lichtlozerisdan de Franse Nuzijn, op Emants na. zelfs
voor Nederland al deze schrijvers figuren van het zo
veelste plan. en ik verzeker U dat de lectuur van dit
boek allesbehalve opwekkend is. Dat komt oolc nog
een beetje door de compositie van het geheel hel be-
gmtmethetallerbeste. een novelle van Emants. en het
zakt dan geleidelijk af tot een paar vnjwel onlees-
baar-vervelendc impressies van Aletrino het gaat dus
steeds bergaf En toch is dit een boek dal ik le met veel
belangstelling gelezen heb: 2e graag als haast voor
beeldig aanbeveel Waarom dan wel, en vanwaar deze
tegenstrijdigheid In de eerste plaats omdat dit boek
een educatieve strekking heeft en als zodanig aan zeer
hoge eisen voldoet De samenstellers hebben in hun
algemene inleiding en in korte inleidingen bij elk van
de opgenomen letterkundigen heel wat informatie ge
stopt. en door de uitstekende keuze van de vrijwel
onbekende verhalen een bijzonder goede indruk weten
te geven van dit genre m Nederland Ieder die zich voor
studie of genoegen daarvan een beeld wil vormen, zal
erdanook goed aan doen. van deze bloemlezing kennis
tenemen In de tweede plaats bevatten de verhalen op
zich haast stuk voor stuk boeiende informatie over het
leven omstreeks 1885 Juist door de minutieuze be
schrijvingen zijn hier. zoals op een oude foto, dingen
vastgelegd die men elders nergens vindt, en clle kun
nen helpen, ons een beeld te vormen van het dagelijks
leven van honderd jaar geleden. Wie bijvoorbeeld 'Op
de bewaarschool' van Van Groeningen gelezen heeft is
er bij geweest hoe zo'n d agje verliepm geuren en kleu
ren en geluiden en alle ellende. Je kimt zeggen: voor
mij hoelt het met, maar het is wél een sensatie.
hans warren
LETTERKUNDIGE KRONIEK
Uat geldt voor de meeste verhalen. Ziehier de staal
kaart: 'Een avontuur' van Marcellus Emants is qua
omvang (een zestig bladzijs) en teneur het belang
rijkste verhaal, het dateert uit 1879. Een pas afgestu
deerd student uit een zeer welgesteld milieu heeft een
wat teleurstellende reis door enkele Europese landen
gemaakt, en komt op zijn terugreis in België door een
samenloop van omstandigheden in een klein logement
in contact met een kamermeisje dat hem bevalt en dat
hij dus, gewoontegetrouw, direct in zijn bed wil trek
ken Zij biedt echter veel weerstand, hij gaat zich voor
haar uitzonderlijk ellendige toestand intèresseren en
werpt zich op tot haar beschermer Het meisje gaat
natuurlijk van hem houden. Hij blijft voorlopig in Bel
gië. maakthaartot zijnmaitresse Het meisje past zich
wonderwel by hem aan. maar het grote standsverschil,
een eeuw geleden /o belangrijk, blijft natuurlijk be
staan. Dat wordt hem pijnlijk duidelijk als hij zijn
vroegere vnenden ontmoet die hem er van overtuigen
dat hij deze Hanna nooit aan zijn moeder voor kan
stellen Hij doet haar dan 'over' aan een vioolleraar,
een rechtschapen man die haar redelijk gelukkig weet
te maken Na zestien jaren zien ze elkaar nog eens
terug. Een tekenende zin
'Zij was erg veranderd. De fijne trekken waren grover
geworden, uit liet tengere kind was een gezette vrouw
gegroeid in wie het overgeërfd burgerlijk karakter, dat
nergens meer een tegenwicht vond in al zijn volheid lot
ontwikkeling was gekomen. De sprekende, bruine
ogen waren onbetekenender van uitdrukking gewor-
den'.ipag. 101
'Een Buitenkansje' van Arij Prins verhaalt hoe een
groepje arbeiders op een ijzerfabriek de 88 gulden
verzuipen die zij met z'n vieren inde loterij gewonnen
hadden. Het is een heel knap, goor, uitzichtloos ver
haal. en dat geldt ook voor 'De dood van Jaap
Oliehoek' van Prins. Dat speelt nu wel niet in een
fabriek en in kroegjes, maar tijdens het hooien op het
platteland. Verder verloopt het even ellendig, of nog
erger: de oude boer sterft aan de veretteringen in zijn
been, opgelopen door de trap vaneen paard: de dokter
wordt pas gehaald als hij stervende is.
Van Frans Netscher is een ontzettend somber verhaal
'Stille Waters' over een levenslustig lief meisje uit de
provincie dat volkomen verdort en verkommert als
gezelschapsjuffrouw van een krengig oud wijfje in Den
Haag. Vooral de interieurbeschrijving in dit verhaal is
bijzonder onthullend - verder is het wel erg pietluttig.
Netsehers 'Mijmering' gaatoverde vleselijke aanvech
tingen van een 26-jarige vrouw die al een paar jaar
weduwe is. en die nu lastheeft van kriebels op een hete.
onweersaehtige zomeravond. Het is een akelig, onfris
verhaal, even broeierig als het onderwerp, en er ge
beurt ook niets ui. Lize spnngt helaas niet de eerste de
beste kerel op straat in de armen, maar pakt. als het
onweer voorbij is en haar schroeyende warmte' ook
wal bekoeld, 'in een doffe, dulle mijmering verzonken'
een Tauchmtz-deeltje op Zestien bladzijs over niets,
want dat een keurige weduwe van 26 omstreeks 1880
seksueel volkomen uitgerangeerd was. wist u toch al
lang0
Ejen aparte plaats nemen de verhalen van Aug. P.
van Groeningen in, het pseudoniem van de jong ge
storven onderwijzer A. P. Barendrecht (1866-1894) Hij
had. in tegenstelling tot de andere schrijvers uit deze
bundel, zelf het ellendige leven in Rotterdamse ach
terbuurten gekend, en hij kwam er. door zijn werk. nog
dagelijks mee in aanraking. Zijn twee verhalen 'Op de
bewaarschool' en 'Besmettelijke ziekte' maken indruk
door hun oprechte, eigen toon. ze zijn haast afschuwe
lijk authentiek. Literair gezien zijn 'ze minder dan een
'avontuur* van Emants. maar gewoon menselijk gezien
zijn dit de twee belangrijkste verhalen uit deze
bloemlezing. Ze zijn doordrongen van mededogen en
bewogenheid met het lot van de armzalige mensen die
ze ten tonele voeren. Het eerste beschrijft een dag op
een roomse bewaarschool in een arme volksbuurt,
waar de trots van een jongetje gebroken wordt dat
geen eten van zijn moeder meegekregen had. maar ook
niet de boterham van een welgestelder knaapje dat te
veel heëft. aan wil nemen. In 'Besmettelijke ziekte'
wordt verhaald hoe een water-en-vuur vrouw haar
zoontje zonder enige verzorging aan de pokken laat
sterven, en pas de dokter (te laat) laat roepen als ze
merkt dat ze dan een slaatje kan slaan uit de dood van
het kind. omdat voor alle van gemeentewege ver
nietigde besmette lorren dan vergoeding wordt gege
ven Dit relaas van onvoorstelbare ellende is naar de
werkelijkheid getekend.
De minste in de rij is Arnold Aletrino, van wie maar
liefst vijf verhalen werden opgenomen Daarvan heeft
enkel Een einde' enig belang- een uitbeelding van de
maandenlange martelgang van een meisje dat aan tbc
gaat sterven, door iedereen verlaten, op een zaaltje in
een ziekenhuis U ziet het. misère troef, want ik sla nu
een paar pathologische gevallen en een zelfmoord
over. Het boek is. m samenwerking met de Maat
schappij der Nederlandse Letterkunde, fraai uitgege
ven. geïllustreerd met portretten, handschriften e d in
de reeks 'Klassieken', en het kost 24.50.
N. Maas/M. Stapert-Eggen. Uit het leven, bloemlezing nauira-
listische verhalen rond 1885. Tjeenk WiUink/Noorduijn. Cu-
lemborg 1977, 24.50.
Dr Josef Mengele. foto genomen voor het stamboek van de SS bij Mengeles toetre
den m 1937.
Gerard Croiset