Informatie voor het ILET een staatszaak CARTER EN SCHMIDT ONEENS OVER KWESTIE MENSENRECHTEN Legerromantiek PZC/opinie en achtergrond IDoordrsMax L Snijders) ,,De culturele en politieke dimensies die opgenomen zijn in de huidige communicaties, scheppen de behoefte aan een nieuw stelsel van aanvaarde normen, die het nieuwe besef weerspiegelen van de werel domvattende afmetingen van de ontwikkelingen op communicatie-gebied". Dit is het soort van 'versluier-taal' waarmee het Institute Lati- noamericano de Estudios Transnacionales, het Latijns-Amerikaanse instituut voor transnationale studies in Mexico, afgekort ILET, aan stuurt op een 'nieuwe orde' op het gebied van de internatio nale informatie. Drs. M. L. Snijders, hoofdredacteur van het Utrechts Nieuwsblad, is lid van het dagelijks bestuur van het In ternational Press Institute en van het algemeen bestuur van het World Press Freedom Committee, instellingen die zich bezighouden met de verdediging van de persvrijheid in de wereld. Dit artikel is een reactie op de eerder weergegeven houding van minister Pronk jegens het Mexicaanse insti tuut ILET. Wij hebben weergegeven op welke gronden minister Pronk van ontwik kelingssamenwerking een congres, dat dit Instituut in september in Am sterdam wil houden, subsidieert. Die 'nieuwe orde', waarvan we maar zullen aannemen dat de gebruikers van de term niet beseffen hoe slecht de klank ervan is in een land dat onder Duitse bezetting heeft geleefd, is vooral bedoeld om de zgn. 'culturele dominantie' van de grote westerse persbureaus te doorbreken. Propagandist In minister Pronk heeft deze club een waardig propagandist gevonden. „Een van de gevolgen van het historisch machtsoverwicht van de geïndustria liseerde landen is. dat de internatio nale nieuwsvoorziening, niet alleen van Noord naar Zuid en vice versa. maar ook tussen de landen van de Derde Wereld, vrijwel geheel in han den is van een klein gezelschap multi nationale persagentschappen, die ge wild of ongewild vanuit hun eigen visie bepalen wat nieuws is en welk nieuws wordt doorgegeven, en op de presenta tie daarvan ongewild hun stempel drukken aldus de minister in zijn antwoord op de kritische vragen van de Tweede-Kamerleden Waalkens en Ploeg. Dat die internationale persbureaus - althans de westerse, want het Russi sche bureau TASS wordt in dit ver band merkwaardigerwijs nooit ge noemd - particuliere ondernemingen zijn, vrij van staatsinvloed, wordt voor het gemak maar niet vermeld. Even min dat zy onder de kritische controle staan van hun afnemers, de kranten, die door onderlinge vergelijking en door het sturen van eigen verslagge vers naar landen van de Derde Wereld, behoorlijk in staat zijn de waarde van hun activiteiten te beoordelen. Nee. „de huidige informatiestructuur behoort, een onderhandelingsobject te worden", zegt het ILET. „op interna tionale bijeenkomsten, net zoals han del en financiën, monetaire en econo mische onderwerpen Het ILET wil „een adequaat antwoord geven op het beginsel van de vrije uit wisseling van nieuws" Het wil „een diepgaande herziening leveren van de inhoud en de vorm van het bericht en voorstellen doen voor een andere be- gnppenstructuur van de media, de re geringen en de openbare mening". Er moet hulp worden verleend aan lan den die hierin geïnteresseerd zijn. om praktische instrumenten te ontwikke len die het ontstaan bevorderen van alternatieve informatiekanalen in het verband van collectieve zelfgenoeg zaamheid van de Derde Wereld. Dat refereert aan de stichting van een perscombinatie voor de Derde Wereld, die door uitwisseling van nieuws tus sen nationale persagentschappen ont staat. Centraal punt in die uitwisse ling is het Joegoslavische persbureau Tanjoeg. een zeer professioneel geleid persbureau dat bijvoorbeeld door de eigen positie van Joegoslavië in de communistische wereld vaak waarde volle informatie weet te verschaffen over wat er gebeurt in China. Maar geen bureau dat uitmunt in onafhan kelijkheid in de beoordeling van wat nieuws is. Toch is het bureau vakkundig genoeg om drie kwart van de berichten die door de aangesloten agentschappen uit de Derde Wereld worden aangebo den. in de prullenbak te gooien. Die agentschappen zijn namelijk óf offi ciële regeringsinstanties, óf ze worden door de regeringen van hun landen ge controleerd. En het kenmerk van het nieuws dat zij verschaffen, is dat het niet voldoet aan de maatstaven die westerse kranten aanleggen op het punt van betrouwbaarheid en geloof waardigheid. Slecht nieuws De grote westerse persbureaus wordt wel verweten dat zij alleen over de ontwikkelingslanden berichten als het gaat om opstanden en rampen. De ei gen Derde Wereld-agentschappen kan het tegenovergestelde verwijt worden gemaakt: slecht nieuws komt niet op het net. Als er geen westerse persbureaus en geen onafhankelijke Keniase kranten waren, zou de wereld nooit iets horen van de misdaden die Idi Amin in Oe ganda bedrijft. Toen Indira Gandhi in India terwille van de verkiezingen in maart de oppositie weer vrijheid van spreken verleende, was een van de ei sen die deze oppositie stelde, dat het Indiase persbureau Samachar zou worden bevrijd van de regeringscon trole waaronder mevrouw Gandhi het had gesteld. Dat was geen verlangen van westerse multinationale persa gentschappen „die vanuit hun eigen visie bepalen wat nieuws is", maar van Indiase journalisten en politici zelf. Een van de merkwaardigheden van de huidige discussie over de zgn. cultu rele dominantie door westerse persbu reaus is, dat bij de Unesco in Parys dat versclüjnsel als 'werkhypothese wordt gebruikt voor een vergeiykend onderzoek dat nog lang niet is afgeslo ten. Maar intussen werkt het interna tionale secretariaat van die organisa tie. die door haar grondbeginselen is gehouden de 'vrije stroom van infor matie' te bevorderen, wei mee aan het opstellen van resoluties die de ver- antwoordeUjkheid voor journalistieke activiteiten moet leggen by de over heid in plaats van by de journalist. Een drs. M. L. Snijders, hoofdredacteur van het Utrechts Nieuwsblad, is lid van het dagelijks bestuur i>an het International Press Institute en van het algemeen bestuur van de World Press Freedom Committee, instellingen die zich bezig houden met de verdediging van de pers vrijheid in de wereld. ontwerp-declaratie over het gebruik van massa-media, die de verantwoor delijkheid voor alle journalistieke ac tiviteiten by de staten wilde leggen, ook van buitenlandse journalisten, is op de algemene vergadering van deze organisatie vorig jaar november in Nairobi naar een commissie terugver wezen. Een van de krachtigste uitingen van bezwaar kwam van de negen landen van de Europese Gemeenschap, in een gezamenlijke verklaring, die werd af gelegd door de Nederlandse perma nente delegatievoorzitter mevrouw Marga Klompê. Het is een wonderlijke zaak datde Nederlandse regering - die aan het hoofd van de Westeuropese democratische landen ging by het aantonen van de verderfeiyke koers die Unesco was ingeslagen - een minis ter heeft die het uitdragen van de zelfde koers op een congres in Neder land subsidieert. Maar het is nu eenmaal 'bon ton' in sommige kringen om alle beweringen die uit ontwikkelingslanden komen kritiekloos te aanvaarden, vooral wanneer erin wordt gezegd dat alles wat de ryke landen doen volkomen fout is. Aan het feit dat er in de ont wikkelingslanden zelf heel wat men sen zyn die deze beweringen niet on derschrijven. wordt voorbygegaan met de dooddoener dat dat natuurlijk heden zyn die „door het westers den ken zyn geïnfecteerd". In plaats dat de Nederlandse minister van ontwikkelingssamenwerking zyn best doet universele beginselen van menseiyke vrijheid en waardigheid, die In ons land na eeuwenlange ont wikkeling tot stand zyn gekomen, uit te dragen, neemt hij de kretologie be treffende „ongelijkheid in de interna tionale nieuwsvoorziening" over. Wel zegt hy dat te doen om invloed te kunnen uitoefenen op de dialoog. Maar als die dialoog wordt opgezet en gemanipuleerd door een instelling als het ILET. die uitgaat van vooringe nomen standpunten, klinkt dat niet erg geloofwaardig. Waar het in alle versluierende zins wendingen die het ILET en zyn direc teur Juan Somavia produceert om gaat, is dat in de visie van dat instituut informatie een zaak is die. net als eco nomie en onderwys. door de staat dient te worden gecontroleerd. Radi caal daar tegenover staat de democra tische opvatting over persvrijheid, die informatieverwerving en verstrekking ziet als een recht van de burger, als een middel waarmee de journalist, namens de burger, de over heid controleert. Waar die controle rende functie toe kan leiden, is het meest uitgesproken gebleken by de Watergate- en Lockheed-affaires. Maar in kleinere zaken treedt dat ver schijnsel van het onthullen van mis standen door ze openbaar te maken, dageiyks op. Waar de andere opvatting toe leidt, is gebleken op de juist afgelopen confe rentie van de organisatie voor Afri kaanse Eenheid in Libreville, de hoofdstad van Gabon. Daar werden een week geleden zes westerse journa listen vn de conferentie uitgesloten, onder wie de Afrikaanse correspon dent van deze krant. Een van de be trokken autoriteiten deelde mee dat het niet de taak was van de pers de onenigheid die bestond over de tekst van resoluties wereldkundig te ma ken. De taak van de pers was slechts, zei hy, de resultaten van de discussies weer te geven. Dat er in de ontwikkelingslanden be hoefte bestaat om meer over elkaar te weten dan de westerse persbureaus melden, is best mogelyk. Maai' het is zeker dat de mate waarin journalisten - èn autoriteiten - in die landen ver trouwen zullen stellen in het nieuws uit andere Derde Wereld-landen, af hangt van de vraag in hoeverre die be richtgeving door de overheid wordt gedicteerd of gecontroleerd. Ook in de westerse wereld bestaat die behoefte aan meer informatie over de Derde Wereld. Maar ook daar vraagt de lezer betrouwbaarheid, en geen propagan da. Als minister Pronk er behoefte aan heeft deel te nemen aan de dialoog hierover, zou hij er goed aan doen in de gaten te houden waar de Unesco mee bezig is. Want daar worden, na het mislukken van de muilkorvende declaratie over het gebruik van mas samedia voor allerlei staatsdoelein den, nu activiteiten ontplooid die moeten leiden tot het opstellen van een internationale 'ethische code' voor journalisten en aan een 'massa- communicatiebeleid' dat sterk wor den beinvloed door dc gedachten daarover in Oost-Europa en in autori taire staten elders in de wereld. Waarschuwen tegen het gevaar dat dat oplevert voor de emancipatie van de bevolking van de ontwikkelings landen, is een heel wat nobeler doel dan door subsidies en organisatori sche medewerking steun verlenen aan een instituut dat niet anders wil dan de persvrijheid verkrachten. Ik ben blij dat ik mijn militaire dienstplicht al een kwart eeuw gele den heb mogen vervullen, want de romantiek gaat er, als u het mij vraagt, steeds meer van af. In de eer ste plaats is er. met de huidige jeugdwerkloosheid, voor een jonge man geen beter betaalde baan denk baar dan de militaire dienst, zeker vergeleken met wat ik aan soldij ont ving. Als ik me goed herinner begon ik als recruut met fl.- per dag. dit steeg tot f1,10 toen ik volwaardig soldaat was geworden, als korporaal ontving ik f 1,25 per dag, en als ser geant, als ik mij niet vergis, f 1,50. De romantiek van die kleine 40 gul den soldi) per maand school natuur lijk in de wijze waarop je je ermee wist te behelpen. Je was een Robin son Crusoe in rijksdienst. Je at zoveel mogelijk van wat je opgeschept kreeg in je tinnetjes, om 's avonds zo weinig mogelijk dennekoeken in de kantine te hoeven eten. Mijn vader kon nog verhalen hoe hij en zijn dienstkameraden uit edele veront waardiging over het feit dat zij met margarine werden afgescheept in plaats van met roomboter, de kluiten margarine met de lepel tegen het pla fond schoten, maar zo waren wij he lemaal niet. Wij waren allang blij als we eens in de week nasi goreng kre gen, bereid door onze in de KNIL ge schoolde kok. Weliswaar was de uitdrukking 'kwak van een oude beer' gevleugeld ge worden voor bepaalde, ondefinieer bare, in de grote kookketel tot een grauwe brij samengeperste voe dingswaren. maar daar stond tegen over dat we onze goede wil en ons culinaire optimisme bewezendoorde dagelijkse gekleurde hagelslag als 'feestverlichting' te bestempelen. Met andere ivoorden: zulke overlevings- oefeningen als vorige week nog op de televisie te zien waren van een groepje Engelsen in een afgelegen oord van het Britse koninkrijk, prak tiseerden wij een kwart eeuw geleden al. in de kazerne in Hardenoijk, on der toezicht van enkele geïnteres seerde officieren en onderofficieren. Die romantiek missen die jongens van tegenwoordig, die gewoon met hun geldbuidel de stad intrekken om na een dagje tijgersluipgang lekker te gaan buffelen in een Chinees res taurant met twee sterren... Schouwburg Maar de genadeklap kreeg de leger romantiek toch met de legerorder dat de dienstplichtigen hun com mandant voortaan niet meer om toe stemming hoeven te vragen als zij 's nachts buiten de kazerne willen sla pen. Nachtpermissie wordt een recht. Wij hebben in 1951. in de Oranje Nassau Kazerne in Harder, wijk. nog eens gestaakt wegens wat wij noemden: cursusmoeheid. De de tails laat ik nu maar voor wat zij wa ren, in dit verband is het voldoende te weten dat de garnizoenscomman dant gealarmeerd naar de kazerne kwam. ons 's konings wapenrok uit veegde. en toen tot zijn grote schrik met de vraag overvallen werd of we in plaats van zondagavond niet op maandagochtend van het weekend verlof mochten terugkeren, omdat dit zo remmend werkte op het schouwburgbezoek. 'Schouwburg?', donderde de kolonel, 'daar heb ik schjjt aan!' - 'Pardon, kolonel?', zei vragensteller Eddy van der Poel. en de kolonel was zo goed niet of hij moest zijn antwoord, maar nu toch een toontje lager, nog eens herha len... Later werd ik overgeplaatst naar de kazerne in de Frederikstraat in Den Haag. Daar diende zich de behoefte aan veelvuldig buitengaats te sla pen. Waar ik dan sliep zal ik nu niet onthullen, maar in ieder geval niet in Hotel des Indes, evenmin in een sloopauto, en ook niet bij Haagse fa milie. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit om nachtpermissie heb ge vraagd, ik neem ook aan datje dat in die tjjd alleen kreeg als je zwart op wit kon aantonen dat een familielid in de eerste graad des avonds laat begraven werd. maar desondanks heb ik dikwijls buiten de kazerne ge slapen respectievelijk de nacht doorgebracht. Het systeem was al eeuwen oud: van je kussen en je 'wolletje' en wat over tollige kleren maakte je een slapende figuur onder de dekens, die bij op pervlakkige controle aan dpi. sgt. 30.11.13.139 zou doen denken. Was ik zelf niet in de gelegenheid geweest een dergelijk beeldhouwwerk voor te bereiden, dan deed een van mijn sla pies het wel, op eigen initiatief. Het systeem werkte perfect, ik ben maar één keer gesnapt en toen moest ik een week binnenblijven. Dat was de tol die je dan betaalde voor de roman tiek van je nachtelijke deserties. Dankzij het verfoeilijke drijven van de VVDM, zijn alle dienstplichtigen nu echter tot kantoorbediende gede- j gradeerd die zelfs hun baas niet meer hoeven te groeten... Marga Klompê Indira Gandhi Idi Amin WOtNbÜAb '3 JULI jy/7 PRONK WIL SUBSIDIE VOOR INSTITUUT DAT PERS VRIJHEID VERKRACHT BONN - Regeringswoordvoerder Armin Gruenewald vond het onlangs tijdens een persconferentie in Bonn nodig weer eens te onderstrepen hoe goed toch wel de verhoudingen tussen de Verenigde Staten en de Bondsre publiek zijn. Na de economische top in Londen in mei van dit jaar waren bondskanselier Helmut Schmidt en president Jimmy Carter immers op een heleboel punten nader tot elkaar gekomen, zo heette het in de commu niqués. Voor een deel is dit echter schyn. Ten aanzien van de toekomstige economi sche strategie om uit de crisis te ko men en de export van nucleaire tech nologie hebben de beide supermach ten wat meer begrip voor elkaar ge kregen. dat is waar. Maar juist op het belangrijke gebied van de mensen rechten verschillen de standpunten van Schmidt en Carter opmerkelijk. Vandaar dat Gruenewalds opmerking, net voor het bezoek van Schmidt aan Amerika, niet meer was dan een poli tiek zoethoudertje Hoofdthema van de gesprekken tus sen Helmut Schmidt en Jimmy Carter vormen immers de mensenrechten Carter zet de Sowjet-leiding onver minderd onder morele druk Volgens de geest van Helsinki moet het Krem lin de Russische burgers meer geeste- iy ke vrijheid geven en niet elke ander sdenkende bedreigen met arrestatie of dat ook doen. Het gevolg hiervan ls. dat de aanvallen van Moskou op de Amerikaanse president steeds feller worden. Niet meer alleen vanwege zyn hameren op de mensenrechten, maar nu ook ten aanzien van zyn beslissin gen over nieuwe wapenprogramma's. Schandpaal In principe is Helmut Schmidt het over de mensenrechten met Carter eens. Ook hij vindt dat dc mensen rechten niet moeten worden beperkt tot betere reismogelijkheden, ge makkelijker telefoneren of het bij eenbrengen van uit elkaar geraakte families. Maar de bondskanselier vreest dat deze menselijke 'verlich tingen' in groot gevaar komen als hij, net als Carter, de machthebbers in Moskou of Oost-Berlijn wegens hun aantasting van de mensenrechten openlijk aan de schandpaal vastna gelt. Schmidt en zyn coalitiepartner Hans-Dietrich Genscher (minister van buitenlandse zaken en FDP- voorzitter) zyn er nog steeds van over tuigd dat de door de Oost-verdragen Ingeslagen weg van stapsgewyze ont spanning met de socialistische landen veel heilzamer is dan de harde koers van Jimmy Carter. De voorzichtige politiek van de West- duitse sociaal-liberale coalitie houdt natuuriyk verband met nationale po litieke factoren. Duitsland is Immers een gedeeld land. Naar aanleiding van de discussie over de mensenrechten zyn de oude tegenstellingen tussen aanhangers en tegenstanders van de OosLpolitiek weer opgeborreld. Ook de oude verwijten doen in Bonn weer de ronde: koude-oorlogpolitiek aan de ene. nederige onderwerping voor de dictator uit het Oostblok aan de an dere kant. Als de CDU-CSU-oppositie eist dat Schmidt aan de zyde van Car ter eindelijk eens de 'bloedende' grens met de DDR ter sprake moet brengen, dan vreest de bondskanselier een aan slag op zyn behoedzame onderhande- llngskoers met het oosten. Bovendien weet Schmidt dat een Duitse politicus die zich met de men senrechten bezighoudt, door de 'be- troffenen' onmiddellyk met het Duitse verleden wordt geconfronteerd. Dit zou ook wel eens een gedeelteffjke ver klaring voor Schmidts voorzichtige politiek ten opzichte van de socialisti sche landen kunnen zyn. Uitzichtloos De gesprekken tussen de bondskanse lier en de Amerikaanse president over de mensenrechten zijn belang rijk, met name ook omdat in Bonn juist bekend is geworden dat er in de herfst weer met de DDR wordt onder handeld. De Westduitse minister voor de be trekkingen tussen de beide Duitslan- den. Egon Franke, sloot zelfs niet uit dat op wat langere termy n een gesprek plaatsvindt tussen Helmut Schmidt en SED-partychef Erich Honecker. CDU-CSU-woordvoerder in de Bonds dag. Manfred Abeleln, heeft intussen al gezegd dat de vraag van de mensen rechten niet buiten beschouwing mag worden gelaten. Hoewel de oppositie de regering heeft aangeboden samen te werken by de zogenoemde Deutschland-Politik, verklaarde de sociaal-democraat Kurt Mattick dat een dergeiyke samenwer king 'zogoed als uitzichtloos' is. De CDU-CSU probeert immers, aldus Mattick. ten aanzien van de mensen rechten voortdurend kanselier Schmidt en president Carter tegen el kaar uit te spelen. Daaraan kunnen deze beiden misschien woensdag en donderdag een eind maken.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1977 | | pagina 4