BENNY CARTER
van king tot kingetje
13 "S H
jg if if
Vogels
PZC/.
ia 'm gm i
IN VOLIERES EN KOOIEN
Even puzzelen
oudjaar 1976
19
VRIJDAG 31 DECEMBER 1976
KRACHTDADIG OPTREDEN
Met een daverende 16-4-overwinnïhg
werd door de damclub 's Graven
polder de hoop van de Souburgse
dammers op een Zeeuws kampioen
schap de bodem ingeslagen. Wel
haast symbolisch voor dit kracht
dadige optreden was de wijze,
waarop Jan Blom - als in z'n beste
dagen spelend - aan het tweede hord
het jeugd-talent Heter van Splunler
van het bord speelde. Reeds na 37
zetten zag deze het hopeloze van zijn
stand in en staakte hij de strijd.
Wit: P. van Splunler. Zwart: J. Blom.
1 34-29. 17-22: 2 39-34, 11-17: 3 44-39,
6-11. 4 50-44. 1-6: 5 31-26. 16-21. 6
32-28. 19-23:7 28x19. 14x23: 8 35-30.
11-16: 9 30-24. 7-11: 10 37-31. 10-14; 11
42-37. 5-10: 12 33-32. 21-27; 13 32x21.
16x27 14 43-38. 20-25: 15 24-20.
15x24 16 29x20 14-19: 1720-15.10-14:
18 48-43. 23-28: 19 40-35. 19-23. 20 44-
40. 14-19: 21 37-32. 28x37: 22 41x21.
11-16:23 34-29.16x27: 24 46-4123x34:
25 40x29. 6-11: 26 39-34. 19-23: 27 35-
30.23-28: 2843-38.11-16; 29 47-42, 2-7:
30 30-24. 17-21: 31 26x17, 12x21: 32
31-26, 7-12: 33 26x17, 12x21; 34 45-40,
21-26; 35 40-35, 9-14: 36 59-44,14-20: 37
44-40, 28-32 en wit geeft op. Tegen de
volgende dreiging 18-32 is geen
kruid gewassen,
Zie diagram
Bram Goethart in sterke hekstel-
lingpartij.
Een tweede voorbeeld van krachtig
optreden leverde de Vlissinger A. C.
Goethart in de wedstrijden om het
persoonlijk kampioenschap tegen J.
A. van Akkeren uit St. Maartensdijk.
Deze ondervond aan den lijve, dat
het toelaten van een gunstige hek
stelling door de tegenpartij een zeei
gevaarlijke kwestie kan zijn. Zij het
dammen/I. anderson
een zeer sterke hekstellingformatie
at.
13 32-28'. 23x32: 14 38x27. 19-23; 15
34-30. 25x34: 16 40x29. 23x34; 17
39x30. 20-24.
Bezorgt wit hiermee een nieuw
combinatie-object Beter is 20-25.
13 30x19. 13x24. 19 43-39. 9-14; 20 48
43. 3-9: 21 45-40, 9-13: 22 40-34. 11-17:
23 42-38, 14-19: 24 34-30 zie diagram
16-21? en verloor na nog 18 zetten.
VAN AKKEREN
VAN èPLUNTER
Stand na 3728-32.
wal voorbarig offerde hij bij de 24e
zei reeds een schijf om zich wat lucht
te verschaffen. Maar een schijf ach
terstand tegen Goethart staat prak
tisch gelijk aan partijverlies.... Hij
had daarom beter gedaan in de dia
gramstand met 6-11 te vervolgen.
Wit: A. C. Goethart. Zwart: J A. van
Akkeren.
1 34-29. 19-23: 2 40-34. 14-19: 3 45-40.
10-14; 4 50-45. 5-10: 5 31-26. 17-21; 6
26x17, 11x22; 7 37-31. 20-24?: 8 29x20
14x25?; 9 41-37. 10-14.
In plaats van het zwakke 20-24 en
14x25. waarvoor geen motief is te
vinden, is 20-25 speeibaar. maar toch
gaat de voorkeur eerst uit naar een
aironding van de korte vleugel via
7-11 en 1-7.
1046-41.7-11: .ij -26.14-20? 1237-31.
1-7
Nu blijkt hoe fout de zaak voor zwart
zit. 22-27 kan niet wegens 34-30. Door
het opspelen van schijf 14 is de ver
eenvoudiging door 22-28 enz. uitge
sloten. Wit stevent nu regelrecht op
i§ o .iH.
GOETHART
Stand na 24 34-30.
Dat krachtig optieden niet alleen
aan de mannen is voorbehouden be
wees Michailowskaja in het dames
kampioenschap van de Sowjet Unie
Gligorewa-Mïchailowskaja 0-2
1. 34-29 19-23; 40-34 14-19:45-40 10-14;
50-45 5-10; 31-26 20-25. 6. 37-31 15-20:
41-37 19-24; 47-41 13-19: 31-27 8-13:
37-31 3-8: 11 41-37 17-22: 46-41 22-28:
33x22 24x33: 39x28 25-3035x15 14-20;
16.15x2419x50:28x19 50x17 en zwart
woa
BASISPRINCIPES
Toen het volgende spel werd gespeeld in e<
renwedstrijd verklaarde oost na afloop dat i
der geluk had gehad dat de hartens drie-drie
waardoor hij zijn contract van 3 SA met een
slag had kunnen maken. Dat leek waar. maa
had oost na afloop zijn partner moeten krili
omdat deze één van de basisprincipes in de
diging niet had opgcvolgd.
s 7 5 4 3
h A B 4
r H 9 4
k A 8
bridge/T. Schipperheyn
rtoch
'erde-
s A 6
h H 9 8 2
r A V 3
k H 7 6 5
Zuid als gever (allen kwetsbaar) opende 1 SA,
waarna noord de bieding besloot met 3 SA. West
kwam uit met Sch H en vervolgde, toen de slag hem
bleef, met de vrouw. Zuid nam het aas en speelde
een kleine harten naar de boer. Ha A. waaronder 6
en 10 vielen, nog twee hartens, drieslagen in ruiten
en twee in klaveren bracht het totaal vervoleens op
10.
Watheefi west nu verkeerd gedaan? West'sfoutzat
in het-bijspelen van Ha 10 in de tweede ronde. Een
basisprincipe is nl. dat men. indien dit niets kan
kosten, de kaart moet bijspelen waarvan bekend is
dat men die bezit. Veronderstel dat west dus niet de
tien, maar de vrouw bijspeelt. Zuid zou nu kunnen
denken, en wie zal hem dat euvel duiden, dat oost
nog de 7 en 10 heeft. Hij zal wellicht snijden door
vanuit noord naar HA H 9 te spelen en dan zelfs nog
down gaan ook.
West kan weten dat het bijspelen van de vrouw
niets kost. Uit het spelen blijkt dat zuid de heer
heeft en derhalve vier slagen in die kleur maakt,
behalve dan wanneer hem de kans wordt geboden
het verkeerd te doen.
Een ander (wat moeilijker) voorbeeld:
s A B 8 4 3
h A H
r H V 6 2
k 7 5
Het contract was opnieuw 3 SA. waartegen west
startte met HA 4. Zuid nam en kon al heel makke
lijk concluderen dat hij het van de klaverkleur
moest hebben. Hij speelde de zeven en het die door
lopen. zodat oost moest nemen met de vrouw. Oost
speelde harten terug en zuid had geen andere keus
dan de klaversnit te herhalen. Toen west de zes
speelde legde zuid het aas en oost leverde grom
mend de heer in. iets mompelend dat zuid tegen de
kansrekening speelde. Zuid speelde evenwel cor
rect. Hij mocht niet meer van slaf af en zijn enige
kans was de klaverkleur zondder verder verlies te
incasseren. Zou hij hebben gesneden met de boeren
zou deze hebben gehouden, dan had west van huis
uil KI H10 6 3 gehad en viel erin klaveren toch niets
te beginnen. Het was opnieuw west die de blaam
trof. Deze had in de tweede ronde KI 10 moeten
spelen, de kaart waarvan bekend was dat hij deze
bezat. Zuid zou in dat geval kunnen veronderstel
len dat west was begonnen met KI H10 3 en oostdus
met KI V 6. De grootste kans is nu te snijden ën dat
is dan precies wat west beoogt.
V ele mensen hebben een aver
van vogels in kooien. Een vogel
bool van de vrijheid, en een gekooide vogel ongeveer het
symbool van de gevangenschap, de kerker. Die goedbe
doelende mensen laten eventueel je kanarie los. en ver
geten dat het dier binnen een dag verhongert, als liet dan
al niet lang door een kat gepakt is. En eerder vergaat het
een oorspronkelijk wilde vogel die ofwel hier niet thuis
hoort, ofwel zó lang gekooid is geweest dat bij niet meer
onmiddellijk overschakelen kan, om welke reden dan
ook.
Is een gekooide vogel 'ongelukkig"'
Ik weet het niet. ik zou zeggen: een echte dieren Uefhebber
merkt dat wel. Een vogel die aldoor tegen zijn tralies flad
dert. zijn veren breekt, zich verwondt, die dikke pootjes
krijgt door te harde, nooit meeverende zi („stokjes, niet
zingt- schuw blijft, is heel stellig niet gelukkig.
Maar een vogel die de levenslust zelf is. die aan zijn baas
gehecht is. hem duidelijk begroet, die strak in de veren zit
en lustig kwinkeleert, ach. ik geloof dat die zich niet zo
beroerd voelt. En zeker in ruime, goed beplante volières
met veel wegkruiphoeken en tochtvrije plaatsen hebben
de vogels het best. Een vraagteken zet ik bij papegaaien
die nooit uit hun kooi mogen (en die zijn er nog al wat), die
dus ettelijke tientallen jaren door moeten brengen in zo'n
enge stolp waarin ze hun vleugels nog niet kunnen uit-
slaan. Hoewel ze vaak schitterend strak in de veren zitten.
IINNEN
lUITEN
en je niets aan ze merkt, heb ik toch de gedachte dat die
dieren ontzettend moeten afstompen. Maar verder geloof
ik dat men in het algemeen vogels in kooien tc- zeer ver
menselijkt, Daarbij zelfs vergetend dat heel veel mensen,
al zijn ze dan niet gevangen, zich ook in een uiterst klein
kringetje bewegen en zich daar volkomen wel bij voelen,
en dat vele vrije vogels, zodra ze maar voldoende voedsel
hebben, ook nauwelijks zich verplaatsen. En nogmaals,
naar mijn idee is er van echte kwelling slechts sprake als
de kooi al te klein of ondoelmatig is, als de verzorging te
wensen over laat. of als men merkt dat het dier de gevan
genschap niet verdraagt en zich zichtbaar onbehaaglijk
voelt. In zo'n geval moet men een oplossing vinden om het
voorzichtig, met begeleiding en op een geschikt terrein -
vrij te laten als het een europese soort is. of het ergens
onder te brengen in een grote volière als het een exotische
soort betreft.
Dan is er natuurlijk nog de grote hoeveelheid vogels die.
soms al generaties lang. m gevangenschap geboren zijn.
en die meestal hoegenaamd geen hinder van kooi of vo
lière ondervinden.
Voor liefliebbers van kooi- en volièrevogels wijs ik van
daag op twee boeken: Trachtvïnken houden' van Thijs
Vriends (L. J. Veen, Wageningen, 22,90) en 'Volièrevo
gels in kleur' van de fotograven Dennis Avon en Tony
Tilford, met beschrijvingen van Frank Woolham. (Kos
mos, Amsterdam).
De bioloog Thijs Vriends is een bekende figuur op het
gebied van de vogelfokkelij. Hij heeft de meeste soorten
die hij beschrijft niet enkel gehouden en eventueel ge
kweekt, maar ook in de levende natuur bestudeerd tijdens
zijn buitenlandse reizen. Hij behandelt in dit boek de 125
soorten die 'Prachtvinken' worden genoemd, dat zijn al
lemaal tropische en sub-tropische soorten uit Afrika en
Zuid- en Zuidoost Azië. Bij alle soorten wordt, veelal uit
eigen ervaring, vermeld hoe ze te houden, te voeden, etc.
en dat op een uitvoerige, grondige manier. Ieder, ook een
ervaren prachtvinkenhouder. zal dan ook uit dit werk veel
kunnen opsteken.
Vriends vertelt dat de gemiddelde leeftijd van prachtvin
ken in de vrije natuur slechts twee a drie j aar bedraagt. In
gevangenschap bereiken ze gemakkelijk het dubbele en
meer. Er zijn zelfs gevallen bekend dat zo'n klein diertje
het twaalf a vijftien jaar uithield. Vriend experimenteert
ook met het. loslaten van de paartjes als ze broeden en
jongen hebben. In dat geval dient men natuurlijk wel een
gegarandeerd kattenvrije tuin te hebben, en de vogels
weer tijdig op te sluiten voor ze er met hun kroost van door
gaan. Het boek is geïllustreerd meteen aantal goede kleu
renfoto's. Die werden kennelijk in dezelfde kooi gemaakt,
als de vogel op een bepaald stokje neerstreek. Ze zijn
daardoor wat saai. en de vogels voelen zich niet erg op hun
gemak, maar de belichting was wel goed uitgedokterd.
Volièrevogels in kleur' geeft honderd, voor het merendeel
bijzonder mooie, kleurenfoto's van vogels, gemaakt in een
zo natuurgetrouw mogelijke omgeving. Sommige zijn
werkelijk verrassend fraai, zoals de bandvink. purper
glansspreeuw. turkooisparkieten prachtrosella Onbegrij
pelijk is dan weer dat men geen beter exemplaar van
tijgervink. zebravink. indigovink of mozambieksijs geko
zen heeft! De beschrijvingen zijn beknopt, goed. maar
zonder veel details. De grote aantrekkelijkheid van dit
boek vormen de foto's.
Postduiven
Dr. J. W. E. Stam, hoofdmedewerker aan de afdeling vo-
gelziekten van de kliniek voor kleine huisdieren te
Utrecht, schreef een nieuw boek voor postduivenliefheb-
bers: 'Moderne inzichten in dc postduivensport'. Thieme,
Zutphen, gaf het uit. het kost. gebonden, ƒ22,50. Oor
spronkelijk was dit boek opgezet als een uitvoerige leid-
raad voor de aspirant-keurmeester van postduiven, maar
het groeide uit tot een modem handboek voor alle post-
duivenliefnebbers. De nieuwste inzichten en ontdekkin
gen worden daarin op bevattelijke wijze behandeld. Ach
tereenvolgens: Lichaamsbouw en functies. Erfelijkheid.
Vliegkunst. Oriéntatievermogen. Het Weer. het Duiven
hok. het Moderne vervoer per duivenauto. Ziekten, Voe
ding. Tentoonstellingen. Keuringsreglement, het Keuren.
Organisatie en Voorvallen uit de praktijk.
Ik vermeld deze inhoud omdat de eventuele aspirant
koper ook zou weten wat er niét in het boek behandeld
wordt. Zeer duidelijke afbeeldingen en kleurenfoto's ver
luchten dit graag aanbevolen postduivenboek.
]öenny Carter is een van de aller
grootste altsaxofonisten die het jazz-
wereldje kent. ol gekend heeft. Een
rietblazer van de oude (swing-
istempel. En nog steeds blaast hij zijn
partijtje mee, naast de bekendsten
van deze tijd, al moet gezegd dat het
bekenden van al oudere jazzstijlen
zijn.
Ook vroeger heeft Carter met bekende
musici gespeeld. Op twintigjarige leef
tijd zathij met Coleman Hawkins in de
rietsectie van McKinney's Cotton
Pickers om een voorbeeld te noemen
Overigens moet. gemeld dat Carter
naast een uitstekend altsaxofonist
ook een begenadigd trompetist is, en
een kien zakenman.
In tegenstelling tot zovelen heeft Car
terzijn schaapjes op hetdroge. Als bit
tere tegenstelling daartegenover het
voorbeeld van de bekende jazzmusi
cus van weleer die nu met het rijden
van taxi's door de straten van New
York zijn kosttje» moet verdienen. Een
dergelijk lot is veel jazzmusici bescho
ren geweest en dat zal nog wel een tijd
zo doorgaan. Amerikaanse musici
staan nog steeds te dringen om in Eu
ropa te kunnen spelen. De verdiensten
zijn hier beter per optreden. Wereldbe
roemde jazzmusici moeten in de VS
optreden voor dinerend pubhek. een
weirug cultureel gebeuren.
Maar om op Benny Carter terug te
komen. Hij heeft financieel zijn zaak
jes goed voor elkaar. Hij werkt mo
menteel voor Pablo-platenbaas Nor
man Granz, de man die al decennia
lang met jazz'ers omgaat (en er ook
geen windeieren voorheeft gevangen i.
Op het Pablo-label verscheen eerlang
'The King', en dat slaat dan natuurlijk
op Carter, een man van grofweg ge
zegd hetzelfde kaliber als Johnny
Hodges (niet te verwarren met het feit
dat er stijlverschillen zijn). Die lang
speelplaat 'The King' dateert van fe
bruari dit jaar Carter speelt met 'ka
nonnen' als Milt. Jackson (vibrafoon).
Joe Pass (gitaar). Tommy Flanagan
(piano-alt is dat niet zo goed meer als
laat ons zeggen in de zestiger jaren).
John B. Williams (bas) en Jake Hanna
(slagwerk). Op de hoes staat vermeld
dat de eretitel 'The King' afkomstig is
van Ben Webster, terwijl Dizzy Gilles
pie en Clark Terry soortgelijke be
woordingen hebben gebruikt als het
carter betrof.
Alle nummers op deze toch wel goede
plaat zijn van de hand van 'The King'
zelf, met hulp van anderen in twee
nummers. Op 'My kind of trouble is
you' idat Paul Van der Voort II en op
'Green Wine' Leonard Feather, die ook
de tekst op de hoes heeft verzorgd (zijn
bijdrage aan het muziekstuk is beten
De nummers op deze Pablo-plaatzijn.
'A walkin' thing' (met ondermeer een
energieke solo van Pass en goed werk
van Carter en Jackson), het al eerdei
genoemde 'My kind of trouble is you'.
'Easy Money' teen nummer dat Carter
in 1961 schreef voor Count Basiei,
'Blue Star', 'I still love him so' (goede
soli van Carter. Jackson, Flanagan en
Pass). 'Green Wine' (een bossa nova-
achtig stuk muziek, wat flauwtjes
overkomend eigenlijk, maar met een
aardige solo van bassist Williams), Ma-
libu' (showtje van Bas en Carter) en
'Blues in D-flute'.
Datlaatste nummer werd spontaan in
de studio opgenomen, volgens Fea
ther op de hoes.
'The King' is overigens uitstekend op-
genome)! De geluidskwaliteit is 'af.
Met deze plaat - de eerste na zo onge
veer een decennium onderzijn naam -
bewust Benny Carter wel degelijk dat
'hij er nog bijhoort". De kwaliteit, van
zijn spel is natuurlijk met zoals dertig
jaar geleden. Geen elke blazer ont
komt een verval. Daar tegenoverstaat
een toename van de routine, maar dat
kan in de jazz nu juist weer funest zijn.
Mag de blaastechniek van 'The King'
dan wat achteruit zijn gegaan, deze
plaat is echt geen miskoop. Maar Car
ter is van 'king' toch wel een 'kingetje'
geworden.
Pablo 2310-768, Benny Carter The
King'.
CJp CBS verscheen de eerste - en een
uitstekende- lp gewijd aan Duke El
lington- 'The Bethlehem Years vol I
(Bethlehem BCP-6013). Een orkesl
onder leiding van Ellington met een
lameuze bezetung, en met opnamen
van 7 en 8 februari 1956. Bekende na
men: Ray Nance (trompet en viool).
Clark Terry i trompet). Quenin Jack
son (trombone). Johnny Hodges. Paul
Gonsalvesen Harry Carney (rieten) en
Sam Wooyard (slagwerk).
Het zijn voor de Ellington-kenner be
kende stukken die ten gehore worden
gebracht.
Het eerste nummer is East Saint
Louis Toodle-oo' met een goed op
dreef zijnde Ray Nance op koper in de
hoofdrol m. Het tweede nummer is ook
al een 'oudje', namelijk 'Creole Love
Call'.
Eens wat langer blijven staan bij het
derde nummer van kanteen. 'Stompy
Jones'. Dat is nu een schoolvoorbeeld
van hoe Ellington zijn orkest liet wer
ken. De begeleiding van het orkest
achter de solisten „dat is de oude en
helaas overleden meester ten voeten
uit. Hoge tonen specialist Cat Ander
son voert he t nummer op het eind naar
een climax in een drie chorussen du
rende solo. Zeer de moeite waard.
Het volgende nummer is 'The Jeep is
Jumpm' en als dat wordt gezegd of ge
schreven. is het logisch om daar
Johnny Hodges achter te denken. Die
gedachte komt ook nu uit Hodges
blaast het nummer zoals hij zo vaak
heeft gedaan, vol overtuiging, zeg
gingskracht en met klasse. Er is ook
een solo van bassist Jimmy Woode,
maar daaraan kunnen niet de superla
tieven worden gegeven die aan de solo
Hodges zijn gegeven.
In zijn tweede solo - in hel nummer
'Jack the Bear', komt Woode wat beter
voor de dag. terwijl Camey even laat
horen wat baritonsaxofoon spelen is.
Duke Ellington speelt zijn karakteris
tieke pianospel tijdens het begin van
'In a mellow Tone'
Kant twee heeft een minder goede
start. De uitvoering van 'Koko' is met
zo best. Daarna volgt 'MidrifT van de
onvergetelijke Billy Strayhom. Hoog
tepunt is de solo van Ray Nance. In
'Stomp, Look en Listen' is een hoofdrol
weggelegd voor de trompettisten
Nance en Anderson. terwijl de hele ko-
pergroep een fraaie intro speelt. Nance
en Anderson houden een boeiende dia
loog in dat nummer
Van 'Unbooted Character' valt te mel
den dat Ellington solieerl. Het num
mer eindigt abrupt. Het hele orkest is
op volle toeren als plotseling geen
klank meer is te horen, net als een co
lonne marcherende soldaten, die in
eens doodstil staal.
De laatste t'- ?e nummers van deze
mono-e -e is gelukkig geen ge
bruik gr ;t van de techniek om
van mc mamen een stereo plaat
te mat-n- dat gaataltijd ten koste van
de kwaVeïti zijn 'Lonesome Lullaby-
en 'Upper Manhattan Medical Group'.
Tav Nance laat in hel eerste nummer
vioolspel horen - zijn bekende pluk- en
strijkwerk, terwijl Willie Cook de solist
is in het tweede. Daaruit blijkt dan
weer de kracht die de Ellington-
orkesten altijd hebben gehad. Die
kracht is dan dat een minder op de
voorgrond tredende musicus toch een
daverende solo kan blazen.
Van recenter datum (1976) is een
plaat van bassist Jaco Pastorius. Pas-
torius is bekend van 'Wlieater Re
port'; een jazz-rock groep. Maar het
blijkt dat Pastorius van meer mark
ten thuis is. Hij speelt op 'Jaco Pasto
rius' met allerlei groepen allerlei
soorten muziek. Ilct is echter een
kleurloos geheel geworden. Pastorius
beschikt overeen benijdenswaardige
techniek - maar zo zijn er zoveel in
Amerika en ook elders - maar de pl aa t
kan niet overtuigen. Pastorius weet
niet wat swing is. tenminste op deze
plaat blijkt daar niets van. Het is een
kil, klinisch aandoend geheel. Dat
ondanks het feit dat toch enkele be
kenden zoals Herbie Hancock en Hu-
bert Laws meespelen.
Om nog even terug te komen op 'aller
lei stijlen'. De plaat begint met een
oud Parker nummer, 'Donna Lee'.
Vervolgens komt de soul om de hoek
kijken in 'Come on, come over met
het zangduo Sam and Dave.
Het zou best eens kunnen ddt Colum
bia met deze plaat mikt op een groot
publiek, maar overtuigend is liet niet.
CJaco Pas to rins' Epic PE 339491.
Peter Beye
Duke Ellington
COLE MAN HAWKINS
HORIZONTAAL: 1 bewaarkluis. 3 uit
cirkels bestaande open hemelglobe: 6
naaldboom: 11 delfstof. 12 wegkrabben:
13 speelgoed: 14 reeks van bij elkaar ho
rende dingen; 15 schijf vis: 17 telwoord;
19 luchtklep: 22 plaatsnijder: 25 vrijwil
lig afstaan: 28 bemoeienis; 30 Frans de
partement; 31 openbaar weeggebouw:
33 riet of stro als dakbedekking: 35
plaaggeest: 37 oppergezag; 39 laborato
riumglaswerk: 40 scharnier. 41 Australi
sche struis.
VERTIKAAL: 1 palmmeel: 2 iemand
lichtzinnig het hof maken. 4 vruchtbaar
5 binnenkort: 7 tijdkring: 8 sieraad: 9
nauw: 10 levenslucht; 16 elpenbeen: 13
grafltelder: 20 gesloten. 21 hoog aanzien;
23 snelle loop: 24 afgelegen. 26 broos: 27
in bezit nemen: 28 binnenkomst; 29 re
sidugesteente; 32 kwinkslag; 33 morsig;
34 laag onderhuids vet. 36 wettig be
wijsschrift.
Uitslag vorige puzzel: