BENNY CARTER van king tot kingetje 13 "S H jg if if Vogels PZC/. ia 'm gm i IN VOLIERES EN KOOIEN Even puzzelen oudjaar 1976 19 VRIJDAG 31 DECEMBER 1976 KRACHTDADIG OPTREDEN Met een daverende 16-4-overwinnïhg werd door de damclub 's Graven polder de hoop van de Souburgse dammers op een Zeeuws kampioen schap de bodem ingeslagen. Wel haast symbolisch voor dit kracht dadige optreden was de wijze, waarop Jan Blom - als in z'n beste dagen spelend - aan het tweede hord het jeugd-talent Heter van Splunler van het bord speelde. Reeds na 37 zetten zag deze het hopeloze van zijn stand in en staakte hij de strijd. Wit: P. van Splunler. Zwart: J. Blom. 1 34-29. 17-22: 2 39-34, 11-17: 3 44-39, 6-11. 4 50-44. 1-6: 5 31-26. 16-21. 6 32-28. 19-23:7 28x19. 14x23: 8 35-30. 11-16: 9 30-24. 7-11: 10 37-31. 10-14; 11 42-37. 5-10: 12 33-32. 21-27; 13 32x21. 16x27 14 43-38. 20-25: 15 24-20. 15x24 16 29x20 14-19: 1720-15.10-14: 18 48-43. 23-28: 19 40-35. 19-23. 20 44- 40. 14-19: 21 37-32. 28x37: 22 41x21. 11-16:23 34-29.16x27: 24 46-4123x34: 25 40x29. 6-11: 26 39-34. 19-23: 27 35- 30.23-28: 2843-38.11-16; 29 47-42, 2-7: 30 30-24. 17-21: 31 26x17, 12x21: 32 31-26, 7-12: 33 26x17, 12x21; 34 45-40, 21-26; 35 40-35, 9-14: 36 59-44,14-20: 37 44-40, 28-32 en wit geeft op. Tegen de volgende dreiging 18-32 is geen kruid gewassen, Zie diagram Bram Goethart in sterke hekstel- lingpartij. Een tweede voorbeeld van krachtig optreden leverde de Vlissinger A. C. Goethart in de wedstrijden om het persoonlijk kampioenschap tegen J. A. van Akkeren uit St. Maartensdijk. Deze ondervond aan den lijve, dat het toelaten van een gunstige hek stelling door de tegenpartij een zeei gevaarlijke kwestie kan zijn. Zij het dammen/I. anderson een zeer sterke hekstellingformatie at. 13 32-28'. 23x32: 14 38x27. 19-23; 15 34-30. 25x34: 16 40x29. 23x34; 17 39x30. 20-24. Bezorgt wit hiermee een nieuw combinatie-object Beter is 20-25. 13 30x19. 13x24. 19 43-39. 9-14; 20 48 43. 3-9: 21 45-40, 9-13: 22 40-34. 11-17: 23 42-38, 14-19: 24 34-30 zie diagram 16-21? en verloor na nog 18 zetten. VAN AKKEREN VAN èPLUNTER Stand na 3728-32. wal voorbarig offerde hij bij de 24e zei reeds een schijf om zich wat lucht te verschaffen. Maar een schijf ach terstand tegen Goethart staat prak tisch gelijk aan partijverlies.... Hij had daarom beter gedaan in de dia gramstand met 6-11 te vervolgen. Wit: A. C. Goethart. Zwart: J A. van Akkeren. 1 34-29. 19-23: 2 40-34. 14-19: 3 45-40. 10-14; 4 50-45. 5-10: 5 31-26. 17-21; 6 26x17, 11x22; 7 37-31. 20-24?: 8 29x20 14x25?; 9 41-37. 10-14. In plaats van het zwakke 20-24 en 14x25. waarvoor geen motief is te vinden, is 20-25 speeibaar. maar toch gaat de voorkeur eerst uit naar een aironding van de korte vleugel via 7-11 en 1-7. 1046-41.7-11: .ij -26.14-20? 1237-31. 1-7 Nu blijkt hoe fout de zaak voor zwart zit. 22-27 kan niet wegens 34-30. Door het opspelen van schijf 14 is de ver eenvoudiging door 22-28 enz. uitge sloten. Wit stevent nu regelrecht op i§ o .iH. GOETHART Stand na 24 34-30. Dat krachtig optieden niet alleen aan de mannen is voorbehouden be wees Michailowskaja in het dames kampioenschap van de Sowjet Unie Gligorewa-Mïchailowskaja 0-2 1. 34-29 19-23; 40-34 14-19:45-40 10-14; 50-45 5-10; 31-26 20-25. 6. 37-31 15-20: 41-37 19-24; 47-41 13-19: 31-27 8-13: 37-31 3-8: 11 41-37 17-22: 46-41 22-28: 33x22 24x33: 39x28 25-3035x15 14-20; 16.15x2419x50:28x19 50x17 en zwart woa BASISPRINCIPES Toen het volgende spel werd gespeeld in e< renwedstrijd verklaarde oost na afloop dat i der geluk had gehad dat de hartens drie-drie waardoor hij zijn contract van 3 SA met een slag had kunnen maken. Dat leek waar. maa had oost na afloop zijn partner moeten krili omdat deze één van de basisprincipes in de diging niet had opgcvolgd. s 7 5 4 3 h A B 4 r H 9 4 k A 8 bridge/T. Schipperheyn rtoch 'erde- s A 6 h H 9 8 2 r A V 3 k H 7 6 5 Zuid als gever (allen kwetsbaar) opende 1 SA, waarna noord de bieding besloot met 3 SA. West kwam uit met Sch H en vervolgde, toen de slag hem bleef, met de vrouw. Zuid nam het aas en speelde een kleine harten naar de boer. Ha A. waaronder 6 en 10 vielen, nog twee hartens, drieslagen in ruiten en twee in klaveren bracht het totaal vervoleens op 10. Watheefi west nu verkeerd gedaan? West'sfoutzat in het-bijspelen van Ha 10 in de tweede ronde. Een basisprincipe is nl. dat men. indien dit niets kan kosten, de kaart moet bijspelen waarvan bekend is dat men die bezit. Veronderstel dat west dus niet de tien, maar de vrouw bijspeelt. Zuid zou nu kunnen denken, en wie zal hem dat euvel duiden, dat oost nog de 7 en 10 heeft. Hij zal wellicht snijden door vanuit noord naar HA H 9 te spelen en dan zelfs nog down gaan ook. West kan weten dat het bijspelen van de vrouw niets kost. Uit het spelen blijkt dat zuid de heer heeft en derhalve vier slagen in die kleur maakt, behalve dan wanneer hem de kans wordt geboden het verkeerd te doen. Een ander (wat moeilijker) voorbeeld: s A B 8 4 3 h A H r H V 6 2 k 7 5 Het contract was opnieuw 3 SA. waartegen west startte met HA 4. Zuid nam en kon al heel makke lijk concluderen dat hij het van de klaverkleur moest hebben. Hij speelde de zeven en het die door lopen. zodat oost moest nemen met de vrouw. Oost speelde harten terug en zuid had geen andere keus dan de klaversnit te herhalen. Toen west de zes speelde legde zuid het aas en oost leverde grom mend de heer in. iets mompelend dat zuid tegen de kansrekening speelde. Zuid speelde evenwel cor rect. Hij mocht niet meer van slaf af en zijn enige kans was de klaverkleur zondder verder verlies te incasseren. Zou hij hebben gesneden met de boeren zou deze hebben gehouden, dan had west van huis uil KI H10 6 3 gehad en viel erin klaveren toch niets te beginnen. Het was opnieuw west die de blaam trof. Deze had in de tweede ronde KI 10 moeten spelen, de kaart waarvan bekend was dat hij deze bezat. Zuid zou in dat geval kunnen veronderstel len dat west was begonnen met KI H10 3 en oostdus met KI V 6. De grootste kans is nu te snijden ën dat is dan precies wat west beoogt. V ele mensen hebben een aver van vogels in kooien. Een vogel bool van de vrijheid, en een gekooide vogel ongeveer het symbool van de gevangenschap, de kerker. Die goedbe doelende mensen laten eventueel je kanarie los. en ver geten dat het dier binnen een dag verhongert, als liet dan al niet lang door een kat gepakt is. En eerder vergaat het een oorspronkelijk wilde vogel die ofwel hier niet thuis hoort, ofwel zó lang gekooid is geweest dat bij niet meer onmiddellijk overschakelen kan, om welke reden dan ook. Is een gekooide vogel 'ongelukkig"' Ik weet het niet. ik zou zeggen: een echte dieren Uefhebber merkt dat wel. Een vogel die aldoor tegen zijn tralies flad dert. zijn veren breekt, zich verwondt, die dikke pootjes krijgt door te harde, nooit meeverende zi („stokjes, niet zingt- schuw blijft, is heel stellig niet gelukkig. Maar een vogel die de levenslust zelf is. die aan zijn baas gehecht is. hem duidelijk begroet, die strak in de veren zit en lustig kwinkeleert, ach. ik geloof dat die zich niet zo beroerd voelt. En zeker in ruime, goed beplante volières met veel wegkruiphoeken en tochtvrije plaatsen hebben de vogels het best. Een vraagteken zet ik bij papegaaien die nooit uit hun kooi mogen (en die zijn er nog al wat), die dus ettelijke tientallen jaren door moeten brengen in zo'n enge stolp waarin ze hun vleugels nog niet kunnen uit- slaan. Hoewel ze vaak schitterend strak in de veren zitten. IINNEN lUITEN en je niets aan ze merkt, heb ik toch de gedachte dat die dieren ontzettend moeten afstompen. Maar verder geloof ik dat men in het algemeen vogels in kooien tc- zeer ver menselijkt, Daarbij zelfs vergetend dat heel veel mensen, al zijn ze dan niet gevangen, zich ook in een uiterst klein kringetje bewegen en zich daar volkomen wel bij voelen, en dat vele vrije vogels, zodra ze maar voldoende voedsel hebben, ook nauwelijks zich verplaatsen. En nogmaals, naar mijn idee is er van echte kwelling slechts sprake als de kooi al te klein of ondoelmatig is, als de verzorging te wensen over laat. of als men merkt dat het dier de gevan genschap niet verdraagt en zich zichtbaar onbehaaglijk voelt. In zo'n geval moet men een oplossing vinden om het voorzichtig, met begeleiding en op een geschikt terrein - vrij te laten als het een europese soort is. of het ergens onder te brengen in een grote volière als het een exotische soort betreft. Dan is er natuurlijk nog de grote hoeveelheid vogels die. soms al generaties lang. m gevangenschap geboren zijn. en die meestal hoegenaamd geen hinder van kooi of vo lière ondervinden. Voor liefliebbers van kooi- en volièrevogels wijs ik van daag op twee boeken: Trachtvïnken houden' van Thijs Vriends (L. J. Veen, Wageningen, 22,90) en 'Volièrevo gels in kleur' van de fotograven Dennis Avon en Tony Tilford, met beschrijvingen van Frank Woolham. (Kos mos, Amsterdam). De bioloog Thijs Vriends is een bekende figuur op het gebied van de vogelfokkelij. Hij heeft de meeste soorten die hij beschrijft niet enkel gehouden en eventueel ge kweekt, maar ook in de levende natuur bestudeerd tijdens zijn buitenlandse reizen. Hij behandelt in dit boek de 125 soorten die 'Prachtvinken' worden genoemd, dat zijn al lemaal tropische en sub-tropische soorten uit Afrika en Zuid- en Zuidoost Azië. Bij alle soorten wordt, veelal uit eigen ervaring, vermeld hoe ze te houden, te voeden, etc. en dat op een uitvoerige, grondige manier. Ieder, ook een ervaren prachtvinkenhouder. zal dan ook uit dit werk veel kunnen opsteken. Vriends vertelt dat de gemiddelde leeftijd van prachtvin ken in de vrije natuur slechts twee a drie j aar bedraagt. In gevangenschap bereiken ze gemakkelijk het dubbele en meer. Er zijn zelfs gevallen bekend dat zo'n klein diertje het twaalf a vijftien jaar uithield. Vriend experimenteert ook met het. loslaten van de paartjes als ze broeden en jongen hebben. In dat geval dient men natuurlijk wel een gegarandeerd kattenvrije tuin te hebben, en de vogels weer tijdig op te sluiten voor ze er met hun kroost van door gaan. Het boek is geïllustreerd meteen aantal goede kleu renfoto's. Die werden kennelijk in dezelfde kooi gemaakt, als de vogel op een bepaald stokje neerstreek. Ze zijn daardoor wat saai. en de vogels voelen zich niet erg op hun gemak, maar de belichting was wel goed uitgedokterd. Volièrevogels in kleur' geeft honderd, voor het merendeel bijzonder mooie, kleurenfoto's van vogels, gemaakt in een zo natuurgetrouw mogelijke omgeving. Sommige zijn werkelijk verrassend fraai, zoals de bandvink. purper glansspreeuw. turkooisparkieten prachtrosella Onbegrij pelijk is dan weer dat men geen beter exemplaar van tijgervink. zebravink. indigovink of mozambieksijs geko zen heeft! De beschrijvingen zijn beknopt, goed. maar zonder veel details. De grote aantrekkelijkheid van dit boek vormen de foto's. Postduiven Dr. J. W. E. Stam, hoofdmedewerker aan de afdeling vo- gelziekten van de kliniek voor kleine huisdieren te Utrecht, schreef een nieuw boek voor postduivenliefheb- bers: 'Moderne inzichten in dc postduivensport'. Thieme, Zutphen, gaf het uit. het kost. gebonden, ƒ22,50. Oor spronkelijk was dit boek opgezet als een uitvoerige leid- raad voor de aspirant-keurmeester van postduiven, maar het groeide uit tot een modem handboek voor alle post- duivenliefnebbers. De nieuwste inzichten en ontdekkin gen worden daarin op bevattelijke wijze behandeld. Ach tereenvolgens: Lichaamsbouw en functies. Erfelijkheid. Vliegkunst. Oriéntatievermogen. Het Weer. het Duiven hok. het Moderne vervoer per duivenauto. Ziekten, Voe ding. Tentoonstellingen. Keuringsreglement, het Keuren. Organisatie en Voorvallen uit de praktijk. Ik vermeld deze inhoud omdat de eventuele aspirant koper ook zou weten wat er niét in het boek behandeld wordt. Zeer duidelijke afbeeldingen en kleurenfoto's ver luchten dit graag aanbevolen postduivenboek. ]öenny Carter is een van de aller grootste altsaxofonisten die het jazz- wereldje kent. ol gekend heeft. Een rietblazer van de oude (swing- istempel. En nog steeds blaast hij zijn partijtje mee, naast de bekendsten van deze tijd, al moet gezegd dat het bekenden van al oudere jazzstijlen zijn. Ook vroeger heeft Carter met bekende musici gespeeld. Op twintigjarige leef tijd zathij met Coleman Hawkins in de rietsectie van McKinney's Cotton Pickers om een voorbeeld te noemen Overigens moet. gemeld dat Carter naast een uitstekend altsaxofonist ook een begenadigd trompetist is, en een kien zakenman. In tegenstelling tot zovelen heeft Car terzijn schaapjes op hetdroge. Als bit tere tegenstelling daartegenover het voorbeeld van de bekende jazzmusi cus van weleer die nu met het rijden van taxi's door de straten van New York zijn kosttje» moet verdienen. Een dergelijk lot is veel jazzmusici bescho ren geweest en dat zal nog wel een tijd zo doorgaan. Amerikaanse musici staan nog steeds te dringen om in Eu ropa te kunnen spelen. De verdiensten zijn hier beter per optreden. Wereldbe roemde jazzmusici moeten in de VS optreden voor dinerend pubhek. een weirug cultureel gebeuren. Maar om op Benny Carter terug te komen. Hij heeft financieel zijn zaak jes goed voor elkaar. Hij werkt mo menteel voor Pablo-platenbaas Nor man Granz, de man die al decennia lang met jazz'ers omgaat (en er ook geen windeieren voorheeft gevangen i. Op het Pablo-label verscheen eerlang 'The King', en dat slaat dan natuurlijk op Carter, een man van grofweg ge zegd hetzelfde kaliber als Johnny Hodges (niet te verwarren met het feit dat er stijlverschillen zijn). Die lang speelplaat 'The King' dateert van fe bruari dit jaar Carter speelt met 'ka nonnen' als Milt. Jackson (vibrafoon). Joe Pass (gitaar). Tommy Flanagan (piano-alt is dat niet zo goed meer als laat ons zeggen in de zestiger jaren). John B. Williams (bas) en Jake Hanna (slagwerk). Op de hoes staat vermeld dat de eretitel 'The King' afkomstig is van Ben Webster, terwijl Dizzy Gilles pie en Clark Terry soortgelijke be woordingen hebben gebruikt als het carter betrof. Alle nummers op deze toch wel goede plaat zijn van de hand van 'The King' zelf, met hulp van anderen in twee nummers. Op 'My kind of trouble is you' idat Paul Van der Voort II en op 'Green Wine' Leonard Feather, die ook de tekst op de hoes heeft verzorgd (zijn bijdrage aan het muziekstuk is beten De nummers op deze Pablo-plaatzijn. 'A walkin' thing' (met ondermeer een energieke solo van Pass en goed werk van Carter en Jackson), het al eerdei genoemde 'My kind of trouble is you'. 'Easy Money' teen nummer dat Carter in 1961 schreef voor Count Basiei, 'Blue Star', 'I still love him so' (goede soli van Carter. Jackson, Flanagan en Pass). 'Green Wine' (een bossa nova- achtig stuk muziek, wat flauwtjes overkomend eigenlijk, maar met een aardige solo van bassist Williams), Ma- libu' (showtje van Bas en Carter) en 'Blues in D-flute'. Datlaatste nummer werd spontaan in de studio opgenomen, volgens Fea ther op de hoes. 'The King' is overigens uitstekend op- genome)! De geluidskwaliteit is 'af. Met deze plaat - de eerste na zo onge veer een decennium onderzijn naam - bewust Benny Carter wel degelijk dat 'hij er nog bijhoort". De kwaliteit, van zijn spel is natuurlijk met zoals dertig jaar geleden. Geen elke blazer ont komt een verval. Daar tegenoverstaat een toename van de routine, maar dat kan in de jazz nu juist weer funest zijn. Mag de blaastechniek van 'The King' dan wat achteruit zijn gegaan, deze plaat is echt geen miskoop. Maar Car ter is van 'king' toch wel een 'kingetje' geworden. Pablo 2310-768, Benny Carter The King'. CJp CBS verscheen de eerste - en een uitstekende- lp gewijd aan Duke El lington- 'The Bethlehem Years vol I (Bethlehem BCP-6013). Een orkesl onder leiding van Ellington met een lameuze bezetung, en met opnamen van 7 en 8 februari 1956. Bekende na men: Ray Nance (trompet en viool). Clark Terry i trompet). Quenin Jack son (trombone). Johnny Hodges. Paul Gonsalvesen Harry Carney (rieten) en Sam Wooyard (slagwerk). Het zijn voor de Ellington-kenner be kende stukken die ten gehore worden gebracht. Het eerste nummer is East Saint Louis Toodle-oo' met een goed op dreef zijnde Ray Nance op koper in de hoofdrol m. Het tweede nummer is ook al een 'oudje', namelijk 'Creole Love Call'. Eens wat langer blijven staan bij het derde nummer van kanteen. 'Stompy Jones'. Dat is nu een schoolvoorbeeld van hoe Ellington zijn orkest liet wer ken. De begeleiding van het orkest achter de solisten „dat is de oude en helaas overleden meester ten voeten uit. Hoge tonen specialist Cat Ander son voert he t nummer op het eind naar een climax in een drie chorussen du rende solo. Zeer de moeite waard. Het volgende nummer is 'The Jeep is Jumpm' en als dat wordt gezegd of ge schreven. is het logisch om daar Johnny Hodges achter te denken. Die gedachte komt ook nu uit Hodges blaast het nummer zoals hij zo vaak heeft gedaan, vol overtuiging, zeg gingskracht en met klasse. Er is ook een solo van bassist Jimmy Woode, maar daaraan kunnen niet de superla tieven worden gegeven die aan de solo Hodges zijn gegeven. In zijn tweede solo - in hel nummer 'Jack the Bear', komt Woode wat beter voor de dag. terwijl Camey even laat horen wat baritonsaxofoon spelen is. Duke Ellington speelt zijn karakteris tieke pianospel tijdens het begin van 'In a mellow Tone' Kant twee heeft een minder goede start. De uitvoering van 'Koko' is met zo best. Daarna volgt 'MidrifT van de onvergetelijke Billy Strayhom. Hoog tepunt is de solo van Ray Nance. In 'Stomp, Look en Listen' is een hoofdrol weggelegd voor de trompettisten Nance en Anderson. terwijl de hele ko- pergroep een fraaie intro speelt. Nance en Anderson houden een boeiende dia loog in dat nummer Van 'Unbooted Character' valt te mel den dat Ellington solieerl. Het num mer eindigt abrupt. Het hele orkest is op volle toeren als plotseling geen klank meer is te horen, net als een co lonne marcherende soldaten, die in eens doodstil staal. De laatste t'- ?e nummers van deze mono-e -e is gelukkig geen ge bruik gr ;t van de techniek om van mc mamen een stereo plaat te mat-n- dat gaataltijd ten koste van de kwaVeïti zijn 'Lonesome Lullaby- en 'Upper Manhattan Medical Group'. Tav Nance laat in hel eerste nummer vioolspel horen - zijn bekende pluk- en strijkwerk, terwijl Willie Cook de solist is in het tweede. Daaruit blijkt dan weer de kracht die de Ellington- orkesten altijd hebben gehad. Die kracht is dan dat een minder op de voorgrond tredende musicus toch een daverende solo kan blazen. Van recenter datum (1976) is een plaat van bassist Jaco Pastorius. Pas- torius is bekend van 'Wlieater Re port'; een jazz-rock groep. Maar het blijkt dat Pastorius van meer mark ten thuis is. Hij speelt op 'Jaco Pasto rius' met allerlei groepen allerlei soorten muziek. Ilct is echter een kleurloos geheel geworden. Pastorius beschikt overeen benijdenswaardige techniek - maar zo zijn er zoveel in Amerika en ook elders - maar de pl aa t kan niet overtuigen. Pastorius weet niet wat swing is. tenminste op deze plaat blijkt daar niets van. Het is een kil, klinisch aandoend geheel. Dat ondanks het feit dat toch enkele be kenden zoals Herbie Hancock en Hu- bert Laws meespelen. Om nog even terug te komen op 'aller lei stijlen'. De plaat begint met een oud Parker nummer, 'Donna Lee'. Vervolgens komt de soul om de hoek kijken in 'Come on, come over met het zangduo Sam and Dave. Het zou best eens kunnen ddt Colum bia met deze plaat mikt op een groot publiek, maar overtuigend is liet niet. CJaco Pas to rins' Epic PE 339491. Peter Beye Duke Ellington COLE MAN HAWKINS HORIZONTAAL: 1 bewaarkluis. 3 uit cirkels bestaande open hemelglobe: 6 naaldboom: 11 delfstof. 12 wegkrabben: 13 speelgoed: 14 reeks van bij elkaar ho rende dingen; 15 schijf vis: 17 telwoord; 19 luchtklep: 22 plaatsnijder: 25 vrijwil lig afstaan: 28 bemoeienis; 30 Frans de partement; 31 openbaar weeggebouw: 33 riet of stro als dakbedekking: 35 plaaggeest: 37 oppergezag; 39 laborato riumglaswerk: 40 scharnier. 41 Australi sche struis. VERTIKAAL: 1 palmmeel: 2 iemand lichtzinnig het hof maken. 4 vruchtbaar 5 binnenkort: 7 tijdkring: 8 sieraad: 9 nauw: 10 levenslucht; 16 elpenbeen: 13 grafltelder: 20 gesloten. 21 hoog aanzien; 23 snelle loop: 24 afgelegen. 26 broos: 27 in bezit nemen: 28 binnenkomst; 29 re sidugesteente; 32 kwinkslag; 33 morsig; 34 laag onderhuids vet. 36 wettig be wijsschrift. Uitslag vorige puzzel:

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 53