Anton Snelders' postorderbedrijf Poster-oorlog GRATIS CADEAUTJES VOOR DE ZIEKEN K BE3 60fli pPE AOPOrn VRIJDAG 24 DECEMBER 1976 Nieuwendijk is een dorpje in West-Brabant van ruim 2000 zielen. Een gat waar volgens het geloof van alleman iedereen iedereen zou moeten kennen. Maar ook deze tot nog tóe onge schonden illusie is nu verdwenen. Hij werd doorgeprikt dooi de kastelein van het dorpscafé 'De Pelikaan', die me niet vertel len kon waar Anton Snelders woonde. Hij vroeg nog eens naai de naam, keek daarna gespannen door de grote ruit op de verla ten dijk en haalde toen hulpeloos zijn schouders op. Snelders was voor hem duidelijk de grote onbekende, hoewel hij al jaren hooguit honderd meter van het café vandaan woont. Snelders' huisje, Buitenkade nummer kamer van mijn dokter en las hoeveel vier. staat als een madeliefje tussen het onkruid. Vanuit de zolder waar Anton overdag zijn werk doet. kijkt hij uit op stapels bouwmaterialen. Wan neer hij het raampje openzet kan hij slechts ademen als de wind hem goed gezind is. Staat die verkeerd dan golft de doordringende stank van een nabu- rige plasticfabriek zijn kamertje bin nen. Op zo'n moment kunnen hem de spreuken en heiligenplaatjes op de muur ook niet meer helpen. De astma slaat toe en Anton is weer voor een poosje uitgeteld. Wat doet hij dan daar boven? Postzegels uitzoeken en sigarebandjes, bidprentjes, geboor tekaartjes. kalendertjes, speldjes, sleutelhangertjes. Want Snelders is een soort postorderbedrijf voor zie ken. Ze laten hem per brief of telefoon weten wat ze willen hebben en Anton zorgt voor de rest. Gratis. Van de spaarzame duiten die hij als wao'er ontvangt betaalt hij de portokosten van brieven en pakjes die dagelijks vanuit Nieuwendijk hun tocht over Europa beginnen. Het werkterrein van Snelders is niet alleen Nederland. Hoewel de meeste cadeautjes ergens tussen Maastricht en Groningen belanden, heeft hij zijn adresjes ook in België. Duitsland en Frankrijk Waarom doet hij dat alle maal'5 Om er zelf beter van te wor den". zegt Snelders eerlijk. Hij haalt een brief te voorschijn van een ziek meisje uit Maastricht. ..Allerliefste vriend", staat er boven. De briefis veiy sierd met schitterend gekleurde bloe men. De tekst krijg ik terecht niet te zien. Die zou ook weinig- meer toevoe gen aan hetgeen Snelders wil bewij zen. Het simpele feit, dat zieken erg blij zijn met wat hij doet, Daar heeft.hij zijn karig inkomen graag voor over. Hard werken „Ja, nou vraag je me wat. Hoe is het begonnen? Misschien moet ik daar voor wel erg ver in het verleden dui ken. meer dan vijftig jaar. Toen was ik elf. Mijn vader was dood en ik. zijn enig overgebleven zoon, had alleen de zorg over de slagerij. Vijftien man moesten er van eten. Veel tijd om te piekeren en te klagen over het on recht in de wereld was er niet. Werken moest je tot je zelf ook geen pap meer kon zeggen, zo was dat. Veel groter dan een meter zal ik niet geweest zijn. och wat was ik een krumel. Maar wel moest je maar zien hoe je een varken omver kreeg. Zo klein als ik was kon ik flinke bees ten slachten, uitbenen en aan de man brengen. Slachten aan huis deed ik ook. Voor een kwartje per keer. Als het dan op betalen aankwam gebeurde het vaak dat ze om uitstel vroegen. Of om afbetaling, vijf centen in de week. Ja man, dat was St-Willibrord een halve eeuw geleden. Het goede, oude Brabant, jaja. Uit mijn geboortedorp komen ook Wim van Est en Woutje Wagtmans. legendarische wielren ners. Woutje is nog getrouwd met een nicht van me. Maar goed. het was een tijd van hard werken weinig verdienen en toch klaar staan voor de mensen die het nog beroerder hadden dan jij. De slagerij groeide goed. Ik maakte er. een succes van, mijn zoon zou er een goudmijntje aan hebben gehad. Hij zocht echter een ander vak. want om vijf uur wilde hij zijn handen wassen en het klantje kunnen pakken. Dat kan in een slage rij niet veertien uur per dag werken is mks.Toen mijn vrouw stierf heb ik de zaak aan de kant gegooid Het hoefde voor mij niet meer. Ik heb daarna aller lei baantjes gehad. Toen ik zes jaar ge leden moest stoppen van de dokter was ik pompbediende. Thuis zitten valt ook niet mee hoor. je zoekt een bezigheid en die is er niet. Nee. daar is geen aardigheid aan. Mijn leven ver anderde door een boekje van Max Tail leur. 'Beter met Max' heette dat ding. Ik vond een exemplaar in de spreek- plezier zieken kunnen beleven aan postzegels. Max Dat verhaaltje van Max raakte ik niet meer kwijt. Ik verzamelde adressen van bedlegerige patiënten en begon ze wat zegeltjes te sturen. De reacties warenhartverwarmend. Ik kreeg niet alleen bedankjes. De zieken begonnen me lange brieven te schrijven waarin ze hun nood klaagden. Ja precies, ik voelde me soms een biechtvader. Mensen, die ik helemaal niet kende, schreven me tot in details hoe moei lijk ze het hadden met hun man ol kinderen. Wat ik ervan dacht en of ik een oplossing bij de hand had. Wat moet je dan? Ik heb weinig brie ven bewaard. Veel waren afkomstig van mensn die mij uitdrukkelijk ver zochten hun epistel na lezing te ver scheuren. Als ze er om vroegen gaf ik wel antwoord- Een vakman in ziele- roerselen ben ik niet. Uit de ervaringen die ik in mijn leven heb opgedaan, haalde ik mijn adviezen. Die hebben veel mensen blijkbaar wel goed ge daan. want ze bleven legen me aan leunen. Zoals een meisje uit Limburg. Eenentwintig is ze. Ze wacht al twee jaar op een oproep van een Utrechts ziekenhuis. Het kind moet namelijk hoognodig een hartoperatie onder gaan. Ze schrijft me trouw. Alles wat haar dwarszit-en daLis nogal wat- zet ze omstandig voor me uiteen. Wat zegt u? Instanties'? Meneer, dit land barst van de instanties. In theorie kan iedereen wel ergens terecht. Het gebeurt alleen niet. Misschien wel om dat de instantie te vee! instantie is, Of misschien zijn ze alleen toegankelijk voormensen die goed ter been zijn. Als je nauwelijks van het bed afkunt ko men zie je ëen bezoek aan een of ander bureau niet zo gauw zitten. Mensen zoeken contact. Mijn postzegeltjes kunnen nog zo mooi zijn. de zieken hebben er niet genoeg aan. Ze willen weten wie je bent. Je krijgt uitnodiging op uitnodiging om een keer langs te komen. En. meneer, je kunt niet alles naast je neer leggen. Het is met mijn werk zo. je begint met het verzenden van een sigarebandje en je eindigt met visites aan huis. Ziekenbezoek Mijn vrouw en ik gaan niet op vakan tie. In plaats daarvan trekken we in onze ouwe brik eenmaal per jaar door het land. Op ziekenbezoek. Man, wat een feest. De meesten gedragen zich of de koning van Lombardije op bezoek komt. We hebben een gezellig bab beltje samen en rijden dan weer door. Weet u wat mij nou zo opvalt? Dat zieken zo optimistisch kunnen zijn. Zelden heb ik er een ontmoet die zwaar op de hand was. Ze zitten mis schien gauw in de put, maar je praat ze er ook zo weer uit. Dat zou je niet zeggen als je hun brieven leest. Als het even kan onderhoud ik telefo nisch contact. De PTT maakt het met zijn tarieven zo bont. dat ik zuinig moet zijn met m'n post. Hier heb ik zeven dikke enveloppen. Gevuld met, ansichten, bidprentjes, postzegels en oude bankbiljetten. Dat zijn de meest gevraagde artikelen. Daar gaat voor een-man als ik heel wat geld in zitten. Gelukkig heb ik een goeie vrouw. Ze geeft mij per maand zeventig gulden zakgeld. Daarnaast krijg ik van deze en gene een tientje in de handen ge drukt, zodat ik honderd gulden kan besteden. Soms vraag ik de mensen of ze mij de verzendkosten willen ver goeden. Dat durf ik niet goed hoor. Anderen op kosten jagen is niet mijn sterkste kant. Nu we het toch over kosten hebben ik zit met een probleem. In Maastricht ligt een vrouw met een open been Ik verzamel lakens voor haai'. Maar hoe moet ik ze bij haar krijgen? Zelf kan ik ze niet brengen, de autokosten zijn niet te betalen. Per post is het ook niet te doen Zie je. dat vind ik nou zo verve lend. In dit soort gevallen moet ik wachten tot iemand die kant uit gaat. Ha, u hebt het alweer over instanties. Natuurlijk, als deze vrouw naar het Wit-Gele Kruis gaal gal ze best worden geholpen. Misschien heeft ze dat al ge probeerd. ik weet het niet. Het kan ook best zijn dal ze aan zoveel deuren heeft gebeld, dat de officiële helpers niet zo scheutig meer zijn. Ik houd er alleen maar rekening mee. dat ze dringend om lakens verlegen zit. Waarom zou ik haar met een kluitje in het riet sturen? Ze zit al twintig jaar met dat been te houden, bi.i mij heeft zo'n vrouw privileges. U vroeg me net waarom ik dit werk doe. Laat ik eerlijk wezen, ook om mij zelf wat om handen te geven. VVat dat be treft heb ik geen klagen. Ik lien zo druk als een klein baasje. Je hebt in dit land. geloof ik, meer verzamelaars zitten dan er mensen wonen. Ik kan dan ook tang' niet aan alle vraag vol doen. Gewoon te gek, wat wij Hollan ders allemaal willen bewaren. Maar het opsturen van suikerzakjes- doe ik niet alleen om druk bezig te zijn. Ik ben zelf lang genoeg ziek geweest om te weten hoe ellendig anderen zich kunnen voelen Het uitwisselen van ervaringen, schouderklopjes geven ol simpelweg luisterpaal zijn. geeft een diepe bevrediging- Ik heb wel eens ge dacht dat mijn zieken er meer mee ge diend zouden zijn als ik efficiënter ging werken. Die kans kreeg ik door een stichtinkje in Leeuwarden. Ik heb mijn hele adressenbestand ingebracht waarna ik via de richtlijnen van de 'centrale kon gaan werken. Dat is niks geworden. Ik heb daar geleerd dat een stichting, maar dat geldt denk ik ook voor een bureau of instantie, groot wil worden over de ruggen van de zieken. Ik bedoel zo'n stichting is zo kil. Pa tiënten die het huis niet uit kunnen, willen door de sigarebandjes heen een hand kunnen drukken Een borst om ui,t te huilen Gevaren Dat brengt natuurlijk ook gevaren het zich mee. Je kunt zo verdiept ra ken in andermans problemen dat je er zelf niet meer uitkomt. Dat heb ik ook een keer gehad. Een reisje met mijn vrouw heeft me er weer bovenop ge bracht. Ik moet mezelf in. de gaten houden hoor. zo'n sterke meneer ben ik ook niet. Het houdt niet over he, als je me zo ziet zitten. Een klein ka mertje. een bureautje. Een raampje waardoor ik tussen de bedrijven door naar buiten kan turen. Soms weet ik het niet meer. Dan kijk ik om me heen tot mijn blik valt op een spreuk. Hoe vind je die daar? „Wij leven in een woestijn, maar de bodem van alledag is wit van het Manna". Goed hè? Het leven te vergelijken met een woestijn vind ik zo raak. Wij weten immers toch allemaal soms niet waar we het zoeken moeten? Ik heb helemaal geen moeite met dat beeld. Als ik naar buiten kijk is het een en al treurigheid. Links de stank van een spuiterij, tegenover mij enorme hijskranen van een aannemer rechts een dikke schoorsteen van een oiiefabrièk- Dat is alleen al voldoende voor een rothumeur. Tel daar nog eens de dingen bij op die dagelijks op je ek sterogen vallen. Bij wijze van spreken dan. Wie zich door al die irritaties te pakken laat nemen leeft niet alleen in een woestijn, hij ervaart die ook. Zo'n man kan niet meer voor of achteruit. Waar blijft dan hetManna?Datïs erop hetzelfde moment als je het wilt zien. De goede kanten van het, leven. De na tuur, die vooral op 'n zonnige herfst dag onbeschrijflijk mooi kan zijn: De herinneringen aan goede gesprek ken met je vrouw of anderen. Ge schenken die je krijgt Daar hangt er een. Een kruisje aan een kettinkje. Dat heb ik gekregen van een oud nonnetje dat haast niet meer liggen kan van de reumatiek. Ze had dat kettinkje van haar moeder gekre gen. Door het mij te geven deed ze af stand van het beste wat ze had. Be grijp me goed. ik wil bet gesprek niet op de gelovige toer gooien. Mijn belij denis is dat je moet doen wat je kunt om andermans nood te verzachten. Daar hou ik het maar bij. Ik waag een poging via de verzending van oude lucifersmerken en eerste-dag- enveloppen. En door klederdracht poppetjes in mijn verzamelwinkel, mijn sterkste troef. Ik heb een vrouwtje gevonden m het Belgische Turnhout, die ze voor me maakt. Ze kosten zeven gulden pei stuk. Haast voor niks, waar of niet. Als je ziet hoe prachtig zij ze aankleedt. In de winkel betaal je er minstens het dubbele voor Ik stuur de poppetjes door aan mijn verzamelaars. Voor niks. Hoe lang nog. vraag ik me wel eens af. Tante Pos is duur en mijn middelen zijn zo beperkt. Afijn, daar hebben we het al over gehad, Misschien kun je in hel verhaal ook ergens kwijt dat ik zit tc springen om verzamelmateriaal. En kele dingen die vreselijk goed in dc markt liggen, zoals postzegels en an sichten. heb ik al genoemd. Maar ik ben ook erg blij met restjes wol, ka lendertjes. reproducties van Anton Pieck- schilderijen, legpuzzels enz Als ik maar vooruit kan. Laat ieder een dit heel goed weten: als je een zieke wat geeft, ook al is het een waardeloos postzegeltje, dan is het ef fect zeer ingrijpend. Zolang je maai zorgt dat aan de binnenkant van elk geschenk een stuk van jezelf zit". Zonder God is de weg breder. Mei veel lawaai jazz spelen op Gods woord. Dal is nodig om contact le houden met de jeugd. Eerst, gaan ze tot de aanval over met rijmen en na het rijmen mei de gebeden. Hl Door BirJi Ketting) et is ons allen sinds jaar en dag bekend: de politieke leiders van de Soiojet- Unie zijn niet verrukt van Kerk en Christen dom. En dat is dan nog maar zeer rustig uitgedrukt. Al wat de aandacht van het communisme kan afleiden, dient in de kiem te worden gesmoord. Dat is zo ongeveer de filosofie van het Kremlin. Stalin leek (on)aardig op weg om Kerk en christendom uit het Russische leven te bannen. In 1917, vlak voor de grote omwen- teling dus. telde de Russische kerk 100 miljoen gelovigen, 51.000 priesters, een kleine 100.000 religieuzen en zo'n 70.000 kerken. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog ivas Stalin er in geslaagd de deuren van vrijwel alle kerken te vergrendelen. De meeste geestelijken hadden een plaats i?i de gevangenis gekregen. Ondanks de geweldige tegenwerking die zijn kerk kreeg riep metropoliet Serge in de Tweede Wereldoorlog zijn mede gelovigen op de staat te steunen. Die hulp en houding is van groot belang voor het Kremlin geweest en na de oorlog kreeg de Russische kerk in zekere mate weer voet aan de grond. Maar de tijden van vóór de oktoberrevolutie kwamen in de verste verte niet meer terug. De laatste jaren is de werkzaam heid van de kerk (er zijn er ongeveer nog 10.000 in de Sowjet- ilnie) weer beperkt; zij ivordt niet veel meer dan gedoogd. De Sowjet-Unie probeert te voorkomen dat haar onderdanen de weg inslaan die naar een vorm van religieuze beleving leidt. De opvoeding van de jeugd is daar ook op gericht. Wie in Russische kerken een kijkje neemt, treft daar voorna melijk oudé vrouwen aan. Hier lijkt dus het proces van uit sterven aan de gang, maar ér. Albert van den Heuvel, secretaris-generaal van de Nederlandse Hervormde Kerk, heeft er onlangs nog op gewezen dat de zaak voor de Russi sche leiders toch niet zo eenvoudig ligt. „Sinds de revolutie zijn we in de Russische kerken al aan de vijfde generatie oude vrouwen toe". De spankracht van het christendom in de Soivjet- Unie is sterker dan ze, oppervlak kig gezien, lijkt. Belangwekkend is de wijze waarop het Russische systeem zich verzet tegen godsdienst en christendom. Een aanwijzing hoe dat toegaat, treft men aan in de bijgaande illustratie- reprodukties van grote posters, bedoeld voor basisscholen op het platteland. Markant is bij enkele posters de nadruk die komt te liggen op de verhouding grootmoeder-kleinzoon. Deze is vrijwel zeker terug te voeren op het feit dat man en vrouw in de Soiojet- Unie overdag buiten de deur werken en grootmoeder op cle kinde ren past. De hier afgedrukte illustraties zijn een keuze uit een serie van twintig („Oorlog voeren met een potlooddie in een boek handel in Leningrad iverd gekocht. ■DE SCHEEPING VAN HET KADER We gaan samen naar de kerk, kleinzoontje Je zult zien lioe heerlijk het daar is. Wal je nel is met .o eenvoudig. Hier hangen getekende ueiligeit Je moet altijd voor God bidden, opdat je geen ongeluk overkomen ~al. En jij zult God dienen. Dal werk zal je bevallen. Onderaan de posier staat: Hel is rampzalig als een oiule.janalieke vrouw haar kleinzoon m haar geest opvoedt" REISKLEDIJ EN... ONTKLEDING Kwaadaardig, vijandig agentschap iinlichtingendienst) Dit is een lesje om Le onthouden Wij laten buitenlanders met De grens passeren mei zo'n vrcicld

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 26