„Ik heb de Menten-
zaak niet onderschat"
Come-back van de Gaullist Chirac
DRIES VAN AGT
'I PZC/opinie
„DE KAMER DACHT DAT
IK WAT VERHEIMELIJKTE"
Georganiseerde
hulpverlening
in de landbouw
ZATERDAG 4 DECEMBER 1976
Minister Dries van Agt (45) beleefde twee weken la?ig wellicht
de moeilijkste periode uit zijn bijna 6-jarige ministerschap.
Kort na zijn aanwijzing tot lijsttrekker van het CDA zag hij
wegens de ontvluchting van oorlogsmisdadiger Menten „alle
hoeken van de Tweede Kamer", zoals een krantekop het de
volgende dag omschreef.
Begonnen als vrijwel onbekend vakminister op justitie is Van
Agt nu de man bij wie alle touwtjes van de Nederlandse poli
tiek lijken samen te komen. Mogelijke opvolger van Den Uyl
als minister-president n uitvinder van het ethisch reveil - een
zware stem bij de keuze van het CDA tussen PvdA en VVD.
Parlementair redacteur mr. Frans Kok interviewde hem over
de zaak-Menten, zijn aanwijzing tot lijsttrekkerzijn nieuwe
stijl van regeren als hij premier wordt en zijn twijfel over het
zedelijk peil van vandaag. Vandaag eerst de affaire-Menten
en de nasleep daarvan voor Van Agt.
en achtergrond
iDoor Frans Kok)
„Direct toen ik in Roemenië hoorde dat Menten met de noorderzon was vertrokken, begreep ik dat
het een ernstige zaak was die mij de grootste moeilijkheden zou opleveren. Toch houd ik staande
dat ik in de zaak-Menten niet heb gefaald, noch de situatie heb onderschat". Even verder, na een
lange stilte: „Het is wel de zaak, die mij in mijn loopbaan het meest heeft belast. Het is gewoon een
beroerde zaak, en dan doel ik niet op de schade voor het lijsttrekkerschap van het CDA. Menten had
natuurlijk nooit mogen ontvluchten. Hoe moet ik dat verklaren en verdedigen?"
Aan het woord minister Van Agt, twee weken na het geruchtmakende Menten-debat in de Tweede
Kamer. We praten met hem 's avonds in zijn werkkamer in een donker en verlaten departement. Van
Agt is wat huiverig om diep op de zaak-Menten in té gaan: ..Alles wat ik zeg. is brandstof voor mijn
tegenstanders. Er is al zoveel kritiek over me uitgestort, dit kan het alleen maar aanwakkeren. Het
lijkt me in het belang van de zaak beter als er wat rust over komt".
- De verblijfplaats van Menten is nog
steeds niet opgespoord. Veel mensen
vragen zich af hoe een man als hij zo
maar m de lucht kan verdioijnen. Bij
Interpol moet men toch al iets over zijn
vluchtroute te tveten zijn gekomen?
Van Agt: „Ik kan natuurlijk geen in
formatie geven over wat het onderzoek
naar zijn huidige verblijfplaats heeft
opgeleverd. Ik wil wel opmerken dat
we ons uitzonderlijk inspannen om
hem te vinden. Volgens de stand van
vanmiddag - u begrijpt dat ik de zaak
op de voet volg - zijn dertig recher
cheurs volledig voor de opsporing van
Menten vrijgemaakt. Er zijn tot dusver
zo'n 250 tips binnengekomen en onder
zocht. Er zijn volgploegen aan het werk
en er zijn buitenlandse contacten".
- Ook met Wtesenlhal?
„Ja, wal dacht u. dat spreekt vanzelf. En
natuurlijk gaat daarnaast het lopende
onderzoek verder naar wat hij in het
voormalige Polen misdreven zou heb
ben"
Somber
Van Agt is duidelijk somber over de
kans dat Menten nog ooit aan Neder
land wordt uitgeleverd, als hij al wordt
opgespoord. Na enig aarzelen geeft hij
toe dat de mogelijkheden tot uitlever
ing uiterst miniem zijn. Er is maar een
klein aantal landen waarmee Neder
land een uitleveringsverdrag heeft en
die gelden niet eens altijd voor oor
logsmisdaden. Op papier kan altijd nog
een uitleveringsverdrag ad hoe met een
land worden gesloten, maar Van Agt
maakt niet de indruk daar zelf hard aan
te geloven.
Het enorme vermogen van Menten was
in beheer bij de Hollandse Bank Unie in
Amsterdam waarmee Menten een zeer
intensief contact onderhield War hepfr
Menten geregeld met de HBU voor zijn
vertrek. Gaat dat beheer nog door en
denkt u ook aan het onder bewind stel
len van zijn vermogen'5
Van Agt. afwerend: „Nu komt u op ver
boden terrein, Zonder afbreuk te doen
aan het lopende onderzoek kan ik daar
over geen informatie geven U weet
trouwens van het bankgeheim dat al
leen door de rechter kan worden opge
heven"
- Ja. als de bank weigert vrijwillig in
lichtingen te geven. Is dat het geval?
Van Agt: .Daar zeg ik niets over".
- U zou het beter vinden als de zaak wat
uil de aandacht verdween, maar is dat
geen tjdele hoop. die kwestie leefl toch
nog volop''
Van Agt Dat betwijfel ik sterk. Ik heb
de indruk dat hij hier in het gesloten
cirkeltje van Het Binnenhof meer leeft
dan daarbuiten. Laat ik een vergelijking
maken met een andere zaak. van heel
andere aard trouwens, die mij niet lang
geleden heeft bezig gehouden, namelijk
de zaak-Bloemenhove. Daarover heb ik
ongeveer 4000 brieven gekregen en in
deze zaak ruim 300".
Hondsmoe
Van Agt doet nog eens uitvoerig uit de
doeken hoe alles zich na woensdag
middag één uur. toen de tijding van
Mentens vlucht hem in Roemenié be
reikte. heeft afgespeeld. Hoe hij
hondsmoe in Nederland arriveerde en
daar een geïmproviseerde persconfe
rentie moest houden. Hoe hij pas tegen
middernacht op zijn departement aan
kwam en daar de eerste informatie
over Menten kreeg. Dat hij nauwelijks
geslapen heeft „uit bezorgdheid hoe het
allemaal moest gaan" en de volgende
ochtend ..als een slaapwandelaar" op
het departement kwam.
„In uitzonderlijk slechte conditie had ik
toen enkele uren om het kamerdebat
voor te bereiden Bovendien merkten
wij pas in de loop van de ochtend dat er
een regeringsverklaring werd verwacht,
wij dachten nog dat het ging om de
beantwoording van mondelinge vragen.
Ik heb zo goed en zo kwaad het kon nog
wat getelefoneerd met het Openbaar
Ministerie, maar toen ik aan het kamer
debat begon, had ik mij niet voldoende
daarop kunnen voorbereiden. Als je zo
voor de leeuwen wordt gegooid, dan zijn
de condities om er op een redelijke ma
nier uit te komen, wel allerbelabberdst"
„In uitzonderlijk slechte conditie had ik
toen enkele uren om het kamerdebat
voor te bereiden. Bovendien merkten
wij pas in de loop van de ochtend dat er
een regeringsverklaring werd verwacht,
wij dachten nog dat het ging om de
beantwoording van mondelinge vragen
Ik heb zo góed en zo kwaad het kon nog
wat getelefoneerd met het Openbaar
Ministerie, maar toen ik aan het kamer
debat begon, had ik mij niet voldoende
daarop kunnen voorbereiden. Als je zo
voor de leeuwen wordt gegooiddan zijn
de condities om er op een redelijke ma
nier uit te komen, wel allerbelabberdst'
..Ach. laat ik maar ophouden hel wordt
anders een verhaal van zelfbeklag
Maar zegt Van Agt opverend. ..hel is
wel het echte verhaal. Zo is het en zo was
het".
- De informatie ove.r het nodeloze uitstel
van Mentens arrestatie naar maandag,
is dat er daardoor ook bij ingeschoten?
..Ik had die informatie gedeeltelijk en
daar begon de Kamer toen van alles
achter te zoeken. Die dacht dat ik wat
verheimelijkte. Een aantal leden
meende de zwakke plek te hebben ge
vonden en dachten: even doordrukken
en de ballon wordt doorgeprikt".
- Maar u ontkent toch niet dat. hei uit
stellen van de arrestatie een wezenlijk
onderdeel van de zaak was''
Van Agt: „Ik begrijp wel dat het in hun
gedachtengang een belangrijk punt
was maar dat was het in de mijne met
Ik houd nog steeds vol dat het niet de
taak is van een minister om zich te be
moeien met bijzonderheden als het be
palen van de datum van een arrestatie,
ook al gaat het om een oorlogsmisdadi
ger. Dat behoort hij over te laten aan het
OM. Voor mij was de beslissende vraag
waarom men het niet zo georganiseerd
had dat de arrestatie ook inderdaad op
maandag kon plaatsvinden, maar ik
slaagde er blijkbaar niet in dat de Ka
mer uit te leggen"
- Maar dat hangt toch ook samen met
het-verwijt dat u is gemaakt, dat u zich
directer met de zaak-Menten had moe
ten bezighouden. U wist toch dat het een
politiek gevoelige zaak zou zijn. er wa
ren bijvoorbeeld al kamervragen over
gesteld.
Van Agt: „Maar ik heb me ook intensief
met de zaak bemoeid. Het is hoogst on
gebruikelijk dat een bewindsman zich
met een individuele strafzaak bezig
houdt. maar gezien het bijzondere ka
rakter van deze zaak heb ik dat wel de
gelijk gedaan. Maar techniciteiten als
de datum van arrestatie moet een be
windsman overlaten aan het OM".
- Ook als hij op het punt staat een week
naar hel buitenland te gaan.
..Ja ook dan. Als je zegt: het OM mag de
datum bepalen, dan mogen ze dat ook.
ongeacht of de bewindsman in het land
is".
- Toch blijft het vreemd dal niemand,
ook secretaris-generaal Mulder niet. u
heef! gewaarschuwd dat de arrestatie
op handen was en dat een nota daar
over op uw bureau lag. Stond ei echt
..heden' op het dossier''
Van Agt: „Ja. dat stond er op. dal heb ik
later gezien. Waarom ik die nota over
hel hoofd heb gezien, weet ik niet. Wc
hebben gewoon pech gehad in deze
zaak".
- Maar ..heden" eiop betekent toch dal
de nota bijna letterlijk onder uw neus
moet worden gehouden, net zo lang dat
u hem inderdaad gaat lezen?
..Ja', maar er zijn zoveel dossiers (wijst
op de tafel vol paperassen) die zie je niet
altijd dadelijk".
- Maar u bent donderdagavond nog een
paar uur op uw bureau geweest om nog
wal zaken te legelen?
„Ja. soms leggen ze dossiers tegen de
rugleuning van mijn weikstoel. wat be
tekent: ga niet zitten voor jc het dossier
hebt ingekeken en dat kan dan ook niet
eens. Maar met het rapport-Menten is
dat niet gebeurd. Als ik ook maar even
het woord Menten erop had bespeurd,
was ik er zonder twijfel ingedoken".
Larie
Van Agt wijst met klem elke suggestie
van de hand dat de veel bekritiseerde
organisatie-opbouw van justitie mede
schuldig is aan de fouten in de zaak-
Menten. Zo.heeft oud-staatssecretaris
Glastra van Loon in zijn boek „Kanalen
Graven" gezegd, dat er op justitie te
weinig horizontale communicatie is en
dat er te veel schriftelijk wordt afge
daan.
Van Agts commentaar is ongewoon kort
en krachtig: „Larie, gewoon larie. Ik
praat veel met ambtenaren, heus niet
alleen met mr. Mulder, maar gesprek
ken zijn vaak tijdrovender dan het lezen
van nota's en je moet woekeren met je
schaarse tijd".
- Heeft u het boek van Glast ra van Loon
eigenlijk gelezen''
Van Agt .Ja".
- Wat vond u er van?
Van Agt (denkt even na)- „Laat ik zeg
gen dat ik van Glastra van Loon een
beter boek had verwacht".
- Toch heeft justitie in Den Haag de
naam het meest bureaucratisch en het
miiist open te zijn. Steekt (jat u?
Van Agt: „Men moet goed bedenken,
dat justitie de laatste jaren steeds meer
betrokken is bij allerlei tot de emoties
sprekende affaires. Op departementen
als. bijvoorbeeld, landbouw en verkeer
en waterstaat gebeurt nooit iets dat het
land in beroering brengt En als er eens
een blokkade van boeren of schippers is.
moet justitie het opknappen. Geen
wonder dat wij meer in de publiciteit
staan met al die politiek
maatschappelijke narigheid dan de de
partementen die in de luwte leven. Een
ander punt is. dat het hier vaak over
concrete mensen gaat en we zouden
geen knip voor onze neus waard zijn als
we daarover mededeelzaam zouden zijn.
Wij zijn het departement dat belast is
met de bewaking van de privacy. Dat
verplicht ons tot gereserveerdheid en
behoedzaamheid".
KVP
De rol van Van Agt in de zaak-Menten
was de laatste weken ook aanleiding
voor de pers om de houding van de KVP
ten aanzien van de berechting van oor
logsmisdadigers en de rol van promi
nente politici daarin opnieuw in herin
nering te brengen. De verdediging van
Menten door kamervoorzitter Korten-
horst (KVP) en hel gratiebeleid van on
der andere de KVP-minister van justi
tie Van Maarseveen stuitte in die tijd.
en nu opnieuw, op veel kritiek. Wat is
de mening van Van Agt daarover, die in
zijn beleid, onder andere ten opzichte
van de drie van Breda het woord barm
hartigheid hoog in het vaandei voert?
- Van Agt wil zich daar liever niet in
mengen: ..Ik mag niet verantwoordelijk
worden gesteld voor wat gebeurd is vóór
6 juli 1971. de datum dat ik minister
werd. Dat stel ik voorop. Een belang
rijke vraag uit de periode 45-'52 is, of
Menten protectie heeft gehad, daar
gaan die verhalen over. Ik weet dat niet.
ik heb daar zelf geen,aanwijzing voor. Ik
lees het allemaal en ik wil ook wel weten
hoe het werkelijk in elkaar zit. Maar we
moeten wel voorzichtig zijn. U hebt mis
schien gelezen dal prof Duvnstee in De
Telegraaf schrijft dat de toenmalige mi
nister Van Maarseveen overleden is op
een tijdstip dat niet alle beslissingen
over Menten zijn genomen en dat prof.
Belinfante een kenner bij uitstek van de
bijzondere rechtspleging, geen kwaad
woord wil horen over de KVP-minister
Wijers die na van Maarseveen gekomen
is"
Ik uit geen beschuldigingen maar ik
zeg ook niet met stelligheid dat er geen
kritikabele dingen zijn gebeurd Wat we
nu gaan doen is een historisch-
wetenschappelijk onderzoek opzetten
dat begint bij de bevrijding en doorloopt
tot de zomer van dit jaar. Dit zal be
schrijven wat het departement en de
magistratuur, zowel de zittende als de
staande, hebben gedaan of niet, gedaan
ih'deze zaak".
Zijn daar al mensen voor aangezocht?
Van Agt: „Nee. nog niet. Ik ben in nauw
beraad met collega's over de vraag wie
we daarvoor moeten hebben. Het, is niet
iets dat je er zomaar even tussendoor
doet".
- Is het niet iets voor Oorlogsdocumen
tatie''
„We denken natuurlijk ook aan het In
stituut voor Oorlogsdocumentatie, al
licht".
Loos
Even terugkerend naar de KVP. zou het
u verbazen als een kwalijke rol van de
KVP na de oorlog zou blijken. Ik vraag
dit in verband met de stelling die je vaak
hoort dat de katholieken relatief minder
aan het verzet hebben deelgenomen dan
andere groeperingen en daarentegen
juist in groten getale dienst hebben ge
nomen bij de Duitsers.
Van Agt- „Het lijkt me vrij loos gepraat
om je te begeven in veronderstelleingen
als dat de katholieken een gering aan
deel hebben gehad in de activiteiten van
het verzet en dat de KVP zich na de oor
log dus wel tot beschermheer van poli
tieke delinquenten, ja zelfs oorlogsmis
dadigers, zal hebben opgeworpen. Ik
wacht het resultaat van het in te stellen
onderzoek af'
- Een laatste vraag. U hebt al eerder
betoogd dat premier Den Uyl wat u be
treft terecht niet aanwezig was bij het
kamerdebat over Menten. Is daar eigen
lijk nog sprake van geweest? Heefl hij
het u aangeboden of heeft u erom ge
vraagd?
Van Agt: „Nee, in het geheel niet. We
hebben wel donderdagochtend teleto-
niseh contact gehad oyer enkele vragen
die in het kamerdebat zouden k;i:;nc:i
rijzen. Toen hebben we niet «esproken
over zijn eventuele aanwezigheid in
het debat. Overigens: de pnlilieke ver
antwoordelijkheid van een m.nister-
adinterim is dezelfde ais die van de
echte minister, maar zijn persoonlijke
verantwoordcliikheid zal allicht ge
ringer zijn. omdat van een tijdelijke
vervanger niet mag worden verlangd
dat bij zich even intensief met de zaken
van het departement inlaat als de ei
genlijke beheerder daarvan".
TH a de 2e wereldoorlog is er nogal wat veranderd in Nederland. Geldt dit voor tal
van bedrijfstakken, instellingen en ondernemingen, dat geldt wel speciaal voor
de Nederlandse landbouw. Het kalme veranderingspatroon dat al zo'n 50 jaar zich
bezig waste voltrekken ging dooreen reeks van faktorenover in welhaast revolu
tionaire veranderingen en wijzigingen. De draf ging over in galop. Door dit
stroomversnellingsproces in de landbouw is er enorm veel veranderd in dertig
jaar. De agrarische werknemers - toen landarbeiders genoemd - in vrij grote
getalen aanwezig op een boerderij van enige omvang, werden weggezogen naar
een industrie en dienstverlenende beroepen.
De mechanisatie nam in alle sektoren hand over hand toe. het schaalvergrotings
proces werd min of meer als inpliciel.doel van het beleid ingebouwd. De produktie is
in die dertig jaar enorm gestegen, de arbeidsprodukliviteit trouwens ook. Als totali
teit heeft Nederland en de Nederlandse landbouw nogal wat proüjt getrokken uit
dit stroomversnellingsproces. D'r zitten echter ook een aantal negatieve kantjes
aan die ontwikkelingen. Eén daarvan is de enorme kwetsbaarheid van de land
bouwbedrijven. De boeren zijn solisten geworden De werknemers zijn grotendeels
verdwenen en de ondernemer leidt meestal een eenmansbedrijf. Wat er echter ook
gebeurt, bij ziekte, vakantie of gezondheid het bedrijf moet doorgaan, de koeien
moeten iedere dag gemolken en gevoerd worden en het oogstbare graan of de rijpe
peren trekken zich niets aan van een zieke baas.
He, is met name die kwetsbaarheid geweest die een goeie 15 jaar geleden er toe
geleid heeft dat allerlei mensen uit de landbouw de koppen bij elkaar staken en een
georganiseerde vorm van boerenhulp op touw gezet hebben. Op zich was die boe-
renhulp niets nieuws. In allerlei buurtschappen en dorpen was er ook vroeger wel
iets in die aard - bij ziekte van een collega bestond er min of meer een morele plicht
om je buurman bij te springen. In sommige delen van Noord-Holland vieren vereni
gingen van enige vrijwillige onderlinge boeren- en tuindershulp dezer dagen hun
75-jarig bestaan. Een vorm van onderlinge dienstverlening avant la lettre. Maar
grotere regionale instanties die zich beroepsmatig en georganiseerd op bednjfshulp
richten, waren tot 1960 een onbekend verschijnsel. In de zestiger jaren echter met
een steeds teonemende kwetsbaa rheid van de bedrijven in de veehouderij, kwamen
de zgn. bedrijfsverzorgingsdiensten tot stand. Het waren regionale verenigingen
overkoepeld door provinciale en gewestelijke bonden van bedrijfsverzorgingsdien
sten. De verenigingen namen vaste, bekwame beroepskrachten in dienst - de be-
drijfsverzorgers. Er weid gezorgd voor een goede bijscholing van de bedrijfsverzor-
gers en men betaalde aantrekkelijke lonen. Een boer of tuinder die lid is van zulk
een vereniging kan ten alle tijde en tegen een zeer redelijke vergoeding een beroep
doen op de bedrijfsverzorgingsdienst.
Zowel bij ziekte als bij vakanties, zowel
als hij een keer op excursie wil of naar
een begrafenis of bruiloft moet.
Het instituut bedrijfsverzorging in de landbouw heeft zich binnen 15 jaar tot een
onmisbare instelling gemaakt. Natuurlijk waren er wel eens problemen en kinder
ziektes. Pieken en dieptepunten in vraag naar hulp doen zich nogal eens onver
wachts en abrupt voor. Bij een griep-epidemie heeft iedereen opeens hulp nodig.
Tijdens oogsttijden evenzo. D'r zijn ook periodes dat de bedrijfsverzorgers eigenlijk
te weinig werk hebben. Dan zijn het nogal dure jongens voor de leden van een
bedrijfsverzorgingsdiensc. Om hierin tegemoet te komen was er vroeger een ver
plichte roulatieregeling ingesteld. Gaandeweg zijn deze tourbeurten echter afge
schaft. Men streeft nu steeds meer naar specialisatie van de bedrijfsverzorgers. Ze
hebben klauwverzorging voor rundvee geleerd, ze hebben zich bekwaamd in aar-
dappelselektie en in metsel- en timmerwerk. Ze hebben voedermonsters leren ne
men, ze kunnen het vee schren en stalspuiten, ze kunnen .enfin noem ze maar op,
al die karwitjes die voor de meeste boeren nou net moeilijk genoeg zijn, de karwei
tjes waarvoor ze graag een mannetje vragen om te helpen. Op deze wijze worden èn
de boeren geweldig geholpen in een tijd dat de ambachtelijke dienstverlening voor
een groot deel hun "leegloop" opgevangen. Aldus heeft het instituut bedrijfsverzor
ging in de landbouw zih binnen korte tijd ontwikkeld tot een niet meer weg te
denken instelling, vooral in gebieden met veel veehouderijbedrijven - daar is de
afhandelijkheid het grootst.
A.lles dus boter tot op de bodem? Nou nee. dat nu ook weer met. Ook cie bedrijfs
verzorgingsdiensten kampen momenteel met moeilijkheden. De overheid i.e. het
Ministerie van Lanbouw en Visserij heeft het grote belang van goede bedrijfsvver-
zorgingsdiensten in land- en tuinbouw altijd onderschreven. Ze heeft in het verle
den een aantal subsidies en bijdragen verleend om de diensten goed op poten te
krijgen en om de boeren te stimuleren lid te worden. Tijdens de behandeling van de
landbouwbegroting voor 1977 heeft min. v. d. Stee zich echter zeer terughoudend
opgesteld tegenover verdere steunverlening.
Als de steun echter geheel zal wegvallen komen de bedrijfsverzorgingsdiensten in
grote moeilijkheden te worden de tarieven voor de boeren onaantrekkelijk hoog en
zal het hele instituut als zodanig wellicht schade gaan lijden. En dat in een tijd dat
het werkgelegenheidsaspekt in het beleid van de regering zo'n belangrijke rol
speelt. Het komst ons voor dat juist door de inzet van de bedrijfsverzorgingsdien
sten tot een beter verdeelde agrarische werkgelegenheid kan worden gekomen. Dat
is hard nodig in een tijd dat een 40-urige werkweek voor alle werknemers gemeen
goed is geworden. In de landbouw daarentegen maken de meeste boeren meer dan
60 uren per week. mét werk in liet week-encl. mètr onregelmatige werktijden en met
nauwelijks vakantie. Het instituut bedrijfsverzorging is een belangrijk middel niet
alleen tot verlichting van de agrarische ondernemer maar ook als instrument voor
verdeling van de werkgelegenheid in de agrarische sektor.
De stem van de overheid - vanuit welke hoek of welk ministerie ook - is daarbij
onmisbaar.
Mr. Gerard VV. Smalleqange.
.1 ARIJS - De oude partij van presi
dent De Gaulle zal zondag een nieuwe
naam en nieuwe impulsen krijgen op
een massale bijeenkomst in Parijs. Op
deze bijeenkomst zal oud-premier
Chirac worden uitgeroepen tot presi
dent van deze „Rassemblement des
Francais pour la RépubliqueHier
mee is de come-back van Chirac vol
tooid. nadat afgelopen zomer presi
dent Giscard hem had gevraagd om af
te treden.
De toeloop op deze bijeenkomst in Pa
rijs wordt enorm. Gerekend wordt op
minstens veertigduizend belangstel
lenden. Giscard zal onder twee gigan
tische portretten van De Gaulle en van
Pompidou zijn volgelingen toespreken
en hen nieuw enthousiasme inpompen
voorzijn gaullisme-nieuwe stijl. Vorige
week werd hel „manifest" bekend ge
maakt waarin Chirac zijn programma
voor de nieuwe partij uiteenzette
Om te beginnen is de rol van Chirac
als absoluut leider van de partij in
deze gedachtengang absoluut verze
kerd. Dat hij zich „president" zal la
ten noemen is geen toeval. Door deze
keuze wordt toegespeeld op het pre
sidentschap van de republiek, waar
van Chirac droomt het binnen afzien
bare tijd te bekleden.
In het manifest wordt er onder meer
van gesproken dat in Frankrijk de
privileges" moeten worden afge
schaft terwijl tegelijkertijd wordt er
kend dat er verschillen bestaan in ver
dienstelijkheden. competenties en
werkkracht Ongelijkheden die hun
oorsprong vinden in „de historie, ge
boorte of het lot" dienen echter onge
daan te worden gemaakt Het belas
tingsysteem zal geheel gemoderni
seerd dienen te worden en de bureau
cratie bestreden
In bet manifest wordt voor Frankrijk
een „onafhankelijke" rol bin
lien Europa en de rest van de wereld
ingeruimd, terwijl binnen de Euro
pese bondgenootschappen het land
zal moeten meewerken aan een sterk
en samenwerkend „ensemble". Over
een Europese confederatie wordt niet
meer gesproken. Om de onafhanke
lijkheid van Frankrijk te verdedigen
is een machtig leger noodzakelijk,
terwijl de verdediging op nucleaire
afschrikking zal dienen te berusten.
In het dagelijks werk dient de Fransen
„het gevoel van eigen verantwoorde
lijkheid te worden teruggegeven", al
dus gaat hel manifest verder en bo
vendien moet hun duidelijk worden
gemaakt dat het zin heeft zich in te
spannen want dit helpt de vooruit
gang van het. land.
In het algemeen is het manifest door
trokken van deze geest van een nieuw
elan. Zo opent het met de woorden-
„Nadat Frankrijk zich hernomen had
na de oproep van generaal De Gaulle,
aarzelt Frankrijk na achttien jaar van
inspanning en vooruitgang Alle ze
kerheden schijnen vandaag te verva
gen. terwijl de verleiding groter wordt
om het af te laten weten, om het ge
makkelijk aan te doen. Op de vragen
van de Fransen reageren de groepen
en partijen met uitvluchten en foute
antwoorden",
En ten slotte is de kern van het mani
fest de oproep aan de Fransen om
„met elkaar" aan het werk te gaan om
„voor elkaar' het land leefbaar en de
mocratischer te maken. Het volk moet
weer de energie vinden die het dikwijls
vroeger opbracht en waarmee het land
meer dan eens van de ondergang kon
worden gered.
Vreemd
Deze woorden en andere van dezelfde
strekking klinken natuurlijk vreemd
in de oren als men bedenkt dat de par
tij van Chirac de grootste regerings
partij is met een groot aantal minis
ters in het kabinet. Ze zijn dan ook een
openlijke aanklacht tegen het bewind
van president Giscard d'Estaing,
waarbij het de bedoeling van Chirac
is dat deze president ooit door Chirac
zelf zal worden vervangen. Op de par
tij vergadering vorige week waar het
manifest werd goedgekeurd, viel on
der de aanwezigen geen woord van
waardering aan het adres van presi
dent d'Estaing en de zinsnede in het
manifest waarin melding wordt ge
maakt van de verleiding om het te la
ten afweten en het, gemakkelijk aan te
doen worden opgevat als direct, tegen
het bewind van president Giscard ge
richt
Wanneer de nieuwe partij ertoe zou
besluiten het vertrouwen in president
Giscard op te zeggen, zou dit tot on
overzienbare consequenties leiden.
Politieke experts achten verrassingen
niet uitgesloten Ze achten op het
ogenblik „alles mogelijk" Bovendien
wordt beweerd dat pui tijleider Chirac
snel enige spectaculaire stunts zal
moeten uithalen, omdat anders het
„elan" en de fut wel weer eens heel
gauw uit de „rassemblement" zouden
kunnen wegzakken Dat de beweging
van Chirac een rechtse beweging is.
daar twijfelt niemand meer aan, De
UDR. de oude partij van De Gaulle,
plaatste men ook al aan de uiterst
rechtse kant van het Franse politieke
toneel.