Het einde van zes tijdperken: de
wereld schudt op zijn grondvesten
RIJK EN ARM,
CONSERVATIEF EN
PROGRESSIEF
IN LIBANON
DRIEMAAL IS
SCHEEPSRECHT
BEWOON
DE
WERELD!
De Wereld
van de Vogels
ZATERDAG 4 DECEMBER 1976
i.n de vorige aflevering van deze rubriek hebben wij gezien dat de machtsmodel
len waarbinnen onze maatschappij functioneert, in de tyd van ongeveer een
eeuw volslagen zijn omgekeerd. In plaats van het principe dal 'alle macht van
boven komt', gaatsinds Karl Marx het principe gelden, dat de macht vanaf het
grondvlak van de macntspiramide moet opstijgen. Volgens Marx en vele den
kers vóór en na hem. is de macht die vanaf het grondvlak opstijgt, niet corrupt-
Aangenomen wordt dat op dal grondvlak echt idealisme, echte offerbereidheid
echte solidariteit en ware menselijkheid leven. Vandaar dat christenen met een
marxistische inslag hopen, dat op dat grondvlak Jezus Christus te vinden is. Dat
hij. de Heer der ontrechten en der machtelozen, tenminste aan de kant van de
geknechten staat. En daarbij doet het er niets toe of deze geknechten worden
gevormd door het industrieproletariaat. gekleurde mensen, politiek vervolgden,
achtergestelde vrouwen of gevangenen Wie J ezus zoekt moet naar de machtelo
zen gaan.
In de vorige beschouwing hebben wij
ook getracht aan te tonen, dat de
machtsmodellen uit de vóór-
evangelische tijd en uit de perioden na
het leven van Jezus op aarde, een
beeld opleverden waarin Jezus als de
spil en de zingever van Gods schep
ping. niet actief voorkwam. Het
machtsmodel van Jezus, dat uitging
van het beginsel dat "macht moet die
nen' itot de dood erop volgt) heeft het
behoudens in de periode van de jonge
kerk. nooit gehaald. Het zoeken naar
evangelische volheid bij de ontrech
ten. de onderworpenen, de machtelo
zen van vandaag de dag. kan men dan
ook verstaan als een opnieuw zoeken
naar de Heer. Zo schokkend en zo
diep-ingrijpend zijn de processen die
dit zoeken vergezellen en vorm geven,
dat menigeen veronderstelt dat wij het
einde der tijden beleven. De chaos die
wy dagelijks om ons heen kunnen
waarnemen; de angst die de gemoede
ren verontrust; de wereldomvattende
vormen van verdwazing en onrecht en
de historische blunders waarvan wij
horen, doen velen denken da t alleen de
Heer zelf. terugkomend als heerser, de
zaken weer in orde zal kunnen bren
gen. De problemen zijn ons boven het
hoofd gegroeid. Het is uit!
Het is niet de eerste keer in de geschie
denis dat men veronderstelt dat het
einde der tijden is aangebroken en
onze westers-christelijke cultuur is
evenmin de enige waarin ondergangs-
gevoelens van tijd tot tijd de kop op
steken. Wel moet erkend worden dater
geen enkele periode in de geschreven
geschiedenis geweest is waarin zoveel
onheilspellende en diep-ingrijpende
tekenen van een einde zich tegelijker
tijd hebben afgetekend als nu. Van
daar dat heel wat christelijke denkers
en dichters ons duidelijk maken, dat
onze tijd zich wezenlijk onderscheidt
van elke andere periode in de historie.
Al was het alleen maar wegens het
adembenemende tempo waarin heden
ten dage de veranderingen zich vol
trekken.
Val van een president
In onze beschouwing over de wijzi
ging van de modellen waarbinnen de
macht in de samenleving functio
neert werd een ruim kader geschetst,
maar. dat was in hoge mate theore
tisch en schematisch. Hoe werkt het
wisselen van de macht nu in de prak
tijk uit?
Wij kunnen een aantal voorbeelden
noemen die 'dicht bij huis' liggen en
wijzen op de heenzending van ex-,
president Nixon - de machtigste func
tionaris op aarde - als gevolg van het
feit dat hij met een aantal slechte en
domme daden uit zijn presidentiële
verleden werd geconfronteerd door
een krant. Wij kunnen wijzen op het
geen prins Bernhard is overkomen.
Op de affaire rond de oorlogsmisda
diger Menten en de wijze waarop een
minister die wel genoemd wordt als
toekomstige regeringsleider, daar
voor ter verantwoording wordt ge
roepen.
Zonder in te gaan op de aard van de
beschuldigingen die 'het grondvlak'
aan het adres van de machtigen richt-
de wijze waarop het gebeurt en de con
sequenties ervan tonen al aan. dat de
macht niet meer als vanzelfsprekend
aan de top van de maatschappelijke
piramide zit. De macht kan ter ver
antwoording worden geroepen en in
dien zij om welke reden dan ook. er
niet in slaagt om moreel staande te
blijven, dan wordt zij ten val gebracht.
Dat is volstrekt nieuw. Deze enkele
voorbeelden, die met talloze zouden
kunnen worden uitgebreid, zijn symp
tomen van een aantal fenomenen die
de maatschappij op haar fundamen
ten doen schokken.
In zijn uiterst leesbare en knappe
boek 'Einde of een nieuw begin' ken
schetst dr. F. Boerwinkel, een cul
tuurhistoricus. deze fenomenen als 'de
zes eindes', die zo meent hij - te zamen
nog niet hét einde hoeven te beteke-
De mens van nu leeft in een periode
waarin zes belangrijke tijdperken te
gelijkertijd ten einde lopen. En men
behoeft niet bij Marx te rade te gaan
om te beseffen dat het einde van een
tydperk betekent dat onze sociale
werkelijkheid verandert. Laat staan
als zes tijdperken tegelijk ten einde lo
pen! Historische verbanden worden
uit elkaar gescheurd, mensen ver
vreemden van elkaar en van zichzelf,
en duidelijke toekomstperspectieven
ontbreken Het totale beeld is dat van
de chaos.
Ploegt de boer voort?
Welke tijdperken zijn wij momenteel
bezig achter ons te laten? Boerwinkel
volgend, kunnen wij de volgende ba
lans opmaken;
1. Het einde van het agrarisch tijd
perk. Dit tijdperk heeft tientallen
eeuwen ons leefpatroon bepaald. Het
berustte op traditie en de spil ervan
lag bij het vaderlijk (ook goddelijk-
vaderlijk) gezag. De normen lagen
vast, het tempo waarin men leefde
was rustig. De natuur bepaalde de be
grenzingen van 's mensen kunnen en
inspireerde hem tegelijkertijd. De
leefgemeenschappen waren klein.
Zelfs het stedelijk leven in het agrari
sche tijdperk was even overzichtelijk.'
even bedaard'en even kleinschalig als
dat op het platteland In het westen -
kijkt u maar om u heen in het Zeeuwse
land - is het agrarische tijdperk hoog
stens nog een bron van nostalgie De
boer jakkert met minder hard dan de
industrieel in de stad. Ook bij hem
staat 's avonds de tv aan en dringen
vreemde invloeden in een angstaanja
gend tempo binnen. De veranderingen
in de agrarische techniek hebben niet
alleen tot een andere levenswijze ge
leid. maar zij hebben ook afgerekend
met een agrarische cultuur. In landen
waar het agrarisch leegpatroon nog
overheerst, daar heerst ook de armoe
de. Zie naar de derde wereld.
2. Het einde van het Constantijnse
tijdperk. Dit tijdperk is begonnen in
hetjaar313. toen keizerConstantijnde
Grote, aan de christenen, die lange tijd
aan vervolging hadden blootgestaan
vrijheid van godsdienst gaf. Toen hij
vervolgens de kerk van de christenen
ging bevoorrechten en als het ware de
paus op zijn troon haalde, dachten tal
lozen dat nu het duizendjarig rijk van
de vredevorst begonnen was. Er ont-
4 Het tijdperk van de blanke supre
matie Ook dit tijdperk dateert van
ongeveei 1500. Het was de periode
waarin de westerse, blanke mensen
het als vanzelfsprekend in de wereld
voor het zeggen hadden en zonder
enige belemmering «integendeel; met
de morele steun van de kerk) de ge
kleurde volkeren, die categorisch tot
heidenen waren verklaard hun wil
konden opleggen Er zijn in het tijd
perk der kolonisatie, dat nu zijn einde
beleeft, periodes geweest waarin na
genoeg elk Europees land dat mee
wilde doen, zijn eigen koloniën had.
Vandaag de dag is het hebben van ko
loniën een anachronisme - iets dat. 'uit
de tijd' is en men loopt zelfs al storm
tegen menige vorm van neo
kolonialisme. Zie Rhodesië. Zuid-
Afrika. maar ook Chili, waar met eco
nomische middelen is geprobeerd om
het zuiver politieke systeem van kolo
nialisme in stand te houden. Ook in
sommige vormen van ontwikkelings
hulp en van marktbescherming (tol
muren en tariefmuren) ontwaart men
niet ten onrechte sporen van het neo
kolonialisme.
5. Het tijdperk van de mannensupre-
matie. Het begin van dit tijdperk ver
liest zich in de nevelen van de oudheid,
maar vandaag de dag nadert het zijn
einde. De tijd waarin voor de vrouw
gold dat zij haar levensvervulling al
leen maar had te zoeken in kerk, keu
ken en kinderen (de drie K's) loopt af.
6. Het tijdperk van de joodse balling
schap. Dit tijdperk kan historisch
nauwkeurig worden bepaald en het
ligt tussen het jaar 70 na Christus en de
oprichting van de staat Israël in 1948,
stond een zeer nauwe band tussen
'kerk' en 'staat'. Pas sinds vrij korte
tijd begint men alom in te zien hoeveel
kwade kanten er aan dat verbond tus
sen staatsmacht, kerkmacht en via de
laatste) Godsmacht zaten. Wij beleven
thans het einde van dit Constantijnse
tijdperk en krijgen oog voor de ramp
zalige gevolgen van de verbinding tus
sen een wereldse en een geestelijke
macht. De bloedige kruistochten, de
inquisitie, de kolonisatie - zij zouden
er zonder het verbond tussen kerk en
staat niet geweest zijn.
Blank en zwart
3. Het einde van het tijdperk der re
naissance. Dit tijdperk begon om
streeks 1500 en kenmerkend hiervoor
was het dogma van de individuele
vrijheid, onder andere op economisch
gebied in de vorm van de vrije concur
rentie. maai niet minder op geestelijk
gebied. Dit tijdperk kan men om
schrijven als individualistisch-
liberalistisch. De grondslagen ervan
worden aangetast door o.a. Marx.
Nieuw begin
Men kan, afgezien van deze zes eindes,
nog wel enkele andere eindes op
sommen, doch dat is in het beknopte
bestek van dit artikel onnodig. Het
gaat er slechts oin, duidelijk te maken
dat het eindigen van één tijdperk op
zichzelf al ingrijpend genoeg is, om
aanzienlijke spanning te veroorza
ken. Nu wij, aldus Boerwinkel - zes
eindes tegelijk beleven (die elkaar
over en weer in hun effecten beïn
vloeden) is het niet te verwonderen
dat veel mensen in verwarring en
angst geraken en het letterlijk niet
meer ziet zitten. De zelfmoordstatis
tieken bewijzen dat even duidelijk als
de omzetcijfers van de farmaceuti
sche concerns die ons van kal merende
middelen voorzien. De populariteit
van horoscopen toont het even scherp
aan als de verslavingscijfers en de
kunst toont het ons - voor het geval
wij ziende blind mochten zijn - nog
eens door een wereld te weerspiege
len die in scherven ligt en waarin al
les schreeuwt.
Boerwinkel en vele cultuurfilosofen
mét het waarschuwen met klem tegen
gevoelens van defaitisme. De mens
zo zeggen zij, is het enige schepsel op
aarde dat in staat is om vorm te geven
aan zijn eigen geschiedenis Het einde
van de zes tijdperken betekent met
'het' einde, maar de mogelijkheid om
een nieuw begin te maken; om te be
ginnen aan de architectuur van een
nieuwe samenleving die minder zeff-
vernietigend is dan de huidige.
Theologen met gevoel voor cultuur:
historie maken ons erop attent, dat in
die nieuwe architectuur nog altijd een
plaats zal zijn voor dat wat de kern van
het christelijk godsdienstig leven uit
maakt; het evangelie en met name de
persoon van Jezus Christus. Ook met
hém is er iets aan de hand Gedurende
de zes hier beschreven tijdperken viel
in verkondiging en beleving van het
geloof de nadruk op de goddelijkheid
van Jezus. De kerk bezong hem als
'Messias 'Heiland'. 'Heer Emma
nuel' enz enz. Vandaag de dag zoekt
de kerk hem als 'broeder Jezus', en
duidt zij hem aan als 'Jezus van Naza
reth waarmee het volle licht valt op
de menselijkheid van de gezalfde
Gods. De man uit Nazareth.
Nieuwe theologieën
Het zoeken naar de menselijkheid van
Jezus betekent dat ook godsdienst,
kerk en theologie in de stroomver
snelling zijn geraakt. Ook daar geldt,
dat wat eeuwen lang kritiekloos werd
aanvaard, zichzelf nu waar moet ma
ken. Het is niet zo wonderlijk dat ka
tholieken Paus Paulus XI vergelijken
met zijn voorganger. Johannes XXIII.
en dat protestanten hun voorgangers
vergelijken met Martin Luther King.,
Maar dit zijn nog slechts randver
schijnselen. Veel ingrijpender is dat
wat er gebeurt op het gebied van theo
logie, de kennis aangaande God.
Want ook God. de onaanraakbare en
onbereikbare, wordt in de kentering
der tijden object van onderzoek, en er
wordt gevraagd met wie Hij eigenlijk
solidair is. Door of vóór wie hij in ver
leden en heden is en wordt misbruikt.
Als vervolg op kritisch historisch on
derzoek zijn er zodoende ook kritische
theologieën ontstaan, wier uitingen
ons soms absurd voorkomen. Zo is er
de 'black theology', die zegt dat God
zwart is en dat zwart de kleur van de
genade en uitverkiezing is. Er is een
feministische theologie, die staande
houdt dat God een vrouw is. Er is een
theologie van de revolutie, één van de
bevrijding en er is er één die zegt dat
God dood is.
Al deze theologieën trekken het beeld
dat mensen van God hebben, scheef.
Maar de verontschuldiging daarvoor
is, dat dit gebeurt omdat het beeld in
het verleden eveneens scheef was - al
leen naar een andere kant! God voor te
stellen als een negerin komt ons uiter
aard als een dwaasheid voor Maar wat
te denken van een God die eruit ziet
als een blanke veldheer, een westerse
koning of een goedgeklede politicus?
Zijn dat niet evenzeer dwaasheden?
En toch is dat eeuwen en eeuwen lang
gebeurd en indianen, negers, maori's.
Chinezen en Tureken, om er slechts
enkele te noemen, hebben ervan gewe
ten! Evenals het nieuwe mensbeeld en
het beeld van de samenleving, is het
nieuwe Godsbeeld nog niet geboren.
Het is in beweging. Dat wel. Ook wat
dit betreft het einde van een tijdperk -
het tijdperk namelijk waarin God als
een statische grootheid werd be
schouwd. Wellicht is dit einde wel het
meest schokkende voor ons.
A. F. M. C. KOOPMAN
JJedreigde vogelsoorten in Europa is
de titel van een mooi plaatwerk op
groot formaat, uitgegeven door Het
Spectrum, te Utrecht. Het werd ge
maakt door Robert Hudson en Stan
ley Cramp, en het is gebaseerd op een
rapport van de Raad van Europa. In
dit boek worden 59 soorten vogels be
handeld en afgebeeld wier bestaan in
ons werelddeel bedreigd is. Daarvan
zijn er vijftien i!) roofvogel- en twee ui
lensoorten. en elf eend- en gansachti-
gen. Er zijn soorten bij die haast ieder
een kent, als de Lepelaar, de Flamin
go. de Rotgans en de Slechtvalk, maar
ook vogels waarvan zelfs belangstel
lenden in vogels mogelijk nooit ge
hoord hebben, als de Knobbelmeer
koet. de Terekruiter en de Kaffergier
zwaluw
De tekst van dit boek is voortreffelijk
en bevat veel nieuwe gegevens over
aantallen, broedplaatsen, verblijf etc.
Hij is helaas wat ongelijk gedrukt, al
thans in mijn exemplaar zijn er hier en
daar bladzijden die onduidelijk (te vet)
gedrukt zijn. Ook de foto's zijn onge
lijk van kwaliteit; er zijn sublieme op
namen bij. in de natuur onder moei
lijke omstandigheden gemaakt, en
ook foto's van dieren in gevangen
schap. geringd, geleewiekt en wel Of
van roofvogels met deerlijk gebroken
slagpennen in de vleugels (de Eleon-
ora's valk'.) Niettemin- een hoogst in
teressant. en aanbevolen boekwerk.
De in Vlissingen in 1939 geboren vo
gelschilder Ad Cameron is de illustra
tor van een bij Elsevier verschenen
boek op groot formaat: 'De Wereld van
de vogels'. De Engelsman dr. Chris
topher Perrins schreef de uitstekende
tekst. De pnjs is laag voor een boek
van dit formaat met meer dan 1500 af
beeldingen in kleur. nl. 29.50.
De eerste indruk van dit boek is ver
rassend. door het raffinement en de
fraaie kleuren van de tekeningen. Ga
je echter nauwkeuriger en kritischer
kijken, dan blijken talloze vogels deer
lijk mistekend te zijn. tot in het karika
turale toe. Het begint al met de putter-
tjes op de omslag, daar deugt niet veel
van. en van de putters op pag. 39 nog
minder. En zo zijn er helaas veel meer.
meeuwen lukken haast nooit, mussen
nog minder, het ergst is wel die op pag.
65. Dan die onderste waterspreeuw op
pag. 67. de parkiet, duif enrijstvogel op
pag. 153, de gedrochtelijke roodbors
tjes van pag. 103. en zo kun je door
blijven gaan Het is spijtig dat dit boek
een tweede, nadere beschouwing van
de illustraties niet verdraagt Een
strengere selectie zou het geheel zeer
ten goede zijn gekomen.
Va,
an twee van de deeltjes 'Vogels'
van Meindert de Jong verscheen een
herziene herdruk, namelijk van 'Vo
gels in het open veld' en van 'Vogels in
bos. park en stad'. In elk deel wordt
een 70-tal vogels behandeld en afge
beeld. De tekeningen zijn van Rein
Stuurman, de meeste ronduit slecht,
de kleurenfoto's naar dia's van Cees
CHR. PERRINS
k AD CAMERON
Scholtz, de meeste zeer goed. Het zijn
pretentieloze vogelboekjes, waar ik.
eerlijk gezegd het nutniet van in zie (er
zijn zoveel betere!) maar die kennelijk
toch m een behoefte voorzien, daar ze
herdrukt moesten worden
Van Holkema en Warendorl, Bussum.
gaf ze uit.
Oók al sullige, eigenlijk slechte, teke
ningen "sieren" de 'Jeugdvogelgids',
bestemd voor kinderen van 8 jaar en
ouder, door Plocgsma. Amsterdam,
voor/ 9.90 als pocket op de markt ge
bracht. 68 vogelsoorten kun je er uit
leren kennen; Jaap Loohuis schreef de
tekst. Kees de Kiefte maakte die teke
ningen. Ik betwijfel of er aan di t boekje
behoefte bestaat: juist voor de jeugd is
het beste nog niet goed genoeg, en dit
is gestuntel. De tekst is bruikbaar,
maar met meer dan dat. Wel leuk ïshet.
idee, de illustraties zó te maken dat.
kinderen ze in kunnen kleuren. Maar
waarom dan niet even iemand in de
arm genomen die vogels tekenen kan.
als Henk Slijper? Er staan een paar
zeer fraaie foto's in dit boekje, van Jan
de Kam.
Weblijven in mineur wat de afbeeldin
gen betreft: in Moussault's reeks 'Na-
tuurgidsen' verscheen een deeltje 'Vo
gels van Zee, meer en moeras', van
Henning Anthon, bewerkt door Den
Hoed (Moussaull. Baam, 23.50).
Henning Anthon maakt ook al stijve
plaatjes van vogels, wel ongeveer cor
rect. niet met van die gekke, onge-
kuride vertekeningen, maar zo dood
als een pier. en wat goor van kleur. En
dan wat heb je nu aan van die beper
kingen als 'zee. meer en moeras'. Een
papegaaiduiker en een rietgors Dan te
bedenken dat we een keur van vogel-
gidsen hebben waar vnjwel alles in
staat, met betere plaatjes en veel meer
details, voor minder of evenveel geld.
'Nachtgespenster'. Het is een verslag
van de fotojacht op uilen, in woord en
beeld Farber zwierf door heel Europa
en ook nog door Noord-Afrika en Tur
kije ivoor de steenuil, nota bene!i om
Uilen op de gevoelige plaat vast te leg
gen Die foto's zijn veelal frappant
doordat ze zo gewoon zijn: weinig
kunst- en vliegwerk, foto's van uilen
zoals je ze ziet (als je ze zieti in bomen,
op schoorstenen, aan rotswanden.
Neem die omlaagkijkende Bosuilen
tegenover pag. 33. fotografisch beslist
geen meesterwerk, maai' kostelijk! De
vertaling is niet vlekkeloos, een
'Sumpfohreule' is nu eenmaal geen
moerasooruil m het Nederlands, maar
een Velduil. Nïjgh en Van Ditmar, Den
Haag, gaf dit aardige, eigenzinnige ui-
lenboek uit, Konrad Lorenz schreef er
een inleidend woord voor.
H. W.
Onlangs heeft in enkele kerkelijke bladen van ons land een verzoek gestaan
van een oosters-orthodoxe aartsbisschop van Beiroet om niet meer te spreken
van rechtse c hristenen en linkse moslims wanneer men het had n\ er de burger
oorlog die er is in Libanon. Naar deze bisschop schreef zijn de verhoudingen in
zijn land veel ingewikkelder dan dat ze kunnen worden afgedaan met de noor
den rechts en links. Deze onderscheiding is veel te simpel. Bovendien wordt bij
deze onderscheiding rechts verbonden met rijkdom en links met armoede. Zo
krijgen we dan rijke rechtse christenen en arme linkse moslims. Hoewel de
bisschop van Beiroet er niet over sprak, gaat men in ons land nog verder door
de woorden conservatief en progressief voor Libanon in te voeren. En zo krij
gen we dan rijke, conservatieve rechtse christenen, tegenover arme progres
sieve linkse moslims. Voor degenen die van hel nu totaal verarmde landje
Libanon (nog geen 2 miljoen inu oners) verder niets weten en zich ook niet de
moeite geven er iets meer van te weten te komen, is de strijd aldaar, waaraan
dan nu door de Syrische 'vredesmacht' een ivoorlopigi einde is gekomen, zo
klaar als een klontje en voor menigeen zal de keus aan welke kant zijn sympa
thie moet liggen, dan ook niet moeilijk zijn.
H,
On,
nder de titel 'Nachtvogels' tens
lotte. verscheen in het Nederlands een
vertaling (van de hand van Elisabeth
Bekiust van Otto Farbers boek
Op gevaar af dal U zachtjesaan nu genoeg gaal krijgen van de Heilige bisschop Nicolaas van
Mpra i al hoopt u natuurlijk welgeuoeg van hem tekrijgen i wilde tku toch nog letsoverzijn
ikonografie vertellen, dal ts In gewone laai over de manier waarop hij steeds is afgebeeld
door de eeuwen heen
Vanouds vtndt men die beeltenis door heel ons oude werelddeel Niet alleen in de beroemde
Hagio Sophia van Constantmapel of m de kerken van het Kremlin, niet alleen m dc be-
jaamde mozatken van Ravenna of van liet Lateraan. maar ook in ontelbare andere ka
thedralen. kerkén of kerkjes over heel de christenheid Sint-Nicolaas is alomtegenwoordig,
maar vooral in de havensteden. Het schijnen aan ook ae seneepvarenae Grieken geweest te
zijn en later de gekerstende Noormannen die hem als hun patroonheilige overal hebben
'gepropageerd'
Niet zelden staat hij daarom afgebeeld met een schip erbij i Zo vindt men hem op een mooie
oude gevelsteen bij het schippershuisje achter Gruuthuse in de middeleeuwse havenmetro
pool Bruggei
We kennen ook de oude zegswijs driemaal is scheepsrecht. En daaraan moet ik wel denken
als ik de andere afbeeldinaen van bisschop Nicolaas bekijk. Want het is altijd met drie.. Drie
personen of drie dingen. Soms met driehonderd mannen, officieren, uit hun onrechtvaar
dige kerker door Nicolaas tvolgens de legendei bevrijd.
Soms met drie joiigemannen. van de terdoodveroordeling door Nicolaas gevrijwaard
Soms met dne meisjes, dooreen bruidsschat die Nicolaas bij hen 'gereden'had, behoed voor
een leven in een bordeel-
Soms met drie kinderen in een kuip. Ze waren dooreen herbergier ingekuipt en gepekeld als
provisie voor zijn restaurant, maar door St.-Nicolaas waarlijk weer gerestaureerd in het
leven Jc ziet ze dan ook monter over de kuiprand kijken
Ook heejl hij soms dne gouden kogels bij zich ide bruidsschat01 of drie appels ivoor de
kinderenof drie broden ivoor die gevangenen?i.
Vzult zelf wel eens gezongen hebben een ei is geen ei. twee zijn een half ei, drie eieren zijn een
paasei
Het drietal is het getal van gulheid, rorjaal en met karig zijn, van werkelijk overvloedige en
oprechte hulp Het drievoudige sluit alle twijfel uit Daarom zingen, we ook altijd een drie-
teerf hoera voor wie we onze sympathie betuigen willen
Zelfs door zijn ikonografie moedigt de bisschop.van Mg ra ons dus aan om echt van harte
goed te zijn voor medemensen. Vooral voor verdrukten en ongelukktgen.
Alle goede dingen in dneên
F. Bastiaensen,
Goes.
daarom goed dat die aartsbis
schoppelijke waarschuwing, waarvoor
de Wereldraad van Kerken extra aan
dacht heeft gevraagd, wat meer be
kendheid krijgt. De frontlijn in Liba
non heeft niet zomaar zonder meer ge
lopen tussen christenen en moslims,
tussen rijken en armen, tussen conser
vatieven en progressieven. Een burge
roorlog is daarom zo erg, omdat men
menigmaal gedwongen is partij te kie
zen, zonder dat men een vrije keus kan
maken. Bepaalde omstandigheden
brengen dikwijls mee dat men aan êen
kant komt te liggen. Mede daarom is
een burgeroorlog veel erger dan de
strijd tegen een buitenlandse vijand.
Bij dit alles kwam in Libanon nog de
aanwezigheid van een leger van gewa
pende Palestijnen die, weer volgens de
berichten, gestreden hebben aan de
zijde van de arme progressieve linkse
moslims. Dat het ook hier weer niet zo
vanzelfsprekend eenvoudig ligt, blijkt
wel weer uit de berichten die eveneens
in onze dagbladen hebben gestaan,
dat verschillende groepen Palestijnen.
dié van steeds zwaardere wapens wer
den voorzien door landen die hen wel
gezind waren en voor zichzelf voordeel
zagen in deze strijd, met elkaar in bot
sing zijn gekomen. We hebben ook
kunnen lezen dat 'vrijwilligers' uit an
dere landen met de strijdende partijen
hebben meegevochten. En zo wordt
het warnet van wat Libanon is geweest
(en ook nu nog wel zal zijn) steeds in
gewikkelder. Wanneer wij ons daar
over een oordeel zouden willen vor
men, een oordeel dat meer is dan het
afgaan op bovenvermelde leuzen, dan
zullen we toch wel iets meer moeten
weten van de verhoudingen zoals ze in
Libanon werkelijk zijn. Bij mij zelf
schiet deze kennis te kort. Wat moeten
wij er van denken wanneer we lezen
dat Jumblat, de leider van de arme -
progressieve moslims zelf een miljo
nair is? Of dit in werkelijkheid weer zo
is. weet ik niet. En wat moeten we den
ken van een bericht dat de Palestijnen
door deze burgeroorlog het meest van
al het kind van de rekening zijn ge
worden? In ieder geval lijkt het mij
verstandig goede notitie te nemen van
het verzoek van die aartsbisschop uit
Beiroet voortaan met meer te spreken
van rijke rechtse christenen en arme
linkse moslims.
Libanon is het enige landje in het
Midden-Oosten dat een meerderheid
van christenen had. Het was. wat het
getal betreft, een kleine meerderheid.
Of dit nu nog zo is, weet eigenlijk nie
mand. want een volkstelling heeft men
sinds de onafhankelijkheid in 1946,
niet goed meer durven houden, omdat
demogelijkheid bestond dat die kleine
meerderheid veranderd zou zijn in een
minderheid. De bevolkingstoename
schijnt bij de islamieten groter te zijn
dan bij de christenen. Bovendien zijn
er uit verschillende van de omrin
gende landen immigranten gekomen,
terwijl het vooral christenen zijn ge
weest die emigreerden naar niet-
islamitische landen. De Palestijnse
vluchtelingen moeten hier buiten be
schouwing blij ven, omdat in tegenstel
ling met andere landen. Libanon deze
nooit als staatsburgers heeft willen
accepteren, bang als men was voor het
wankele evenwicht.
Op grond van de geringe meerderheid
van christenen heeft men in 1946 een
'modus vivendi' getroffen, een wijze
om politiek met elkaar te leven, een
schikking voor wederkerige verdraag
zaamheid. De president van de repu
bliek zou altijd een christen moeten
zijn en de minister-president een isla
miet. En zo heeft men de belangrijke
en minder belangrijke functies in het
staatsbestel en in het openbare leven
verder verdeeld. Dat zulk een verde
ling in de praktijk de oorzaak kan zijn
van veel narigheid, is te begrijpen. Dit
heeft nog meer aanleiding tot wrijving
tussen de verschillende godsdienstige
schakeringen, alsook tussen de di
verse bevolkingsgroepen, nu men
vermoedt dat de christelijke meerder
heid van 1946 wel eens een minderheid
kan zijn geworden. Heel de 'modus vi-
vendi' raakt daardoor aan het wanke-
len. Steeds meer wordt er door ver-
schillende groeperingen op meerdere
rechten en voorrechten aangedron-
gen. omdat zij zich achtergesteld ge-
voelen.
Libanon heeft gelegen op een snij-
punt van eeuwenoude handelswegen.
Daaruit is te verklaren de vermenging
van volken die hier heeft plaatsgevon-
den. En eveneens is hieruit te verkla-
ren de verscheidenheid van godsdien-
sten Tyrus en Sidon, ook uit de bijbel
welbekend, waren grote handelsste-
den in de oudheid, van waaruit de
Phoeniciérs hun waren over zee verder
vervoerden. Izebel. de dochter van de
koning van Sidon, die de vrouw van
H! koning Achab werd. is ons welbekend
De islamieten vormden hier dan een
minderheid, maarhetis weer niet juist
dat zij een aaneengesloten blok vorm
den. De scheiding in de islam tussen
verschillende stromingen, hebben ook
in Libanon hun weerslag gehad. En j
dan vindt men hier een groot getal
Druzen. die hun rol hebben gespeeld
bij de menigvuldige strijd die zich door
de eeuwen heen in dit landje heeft af
gespeeld.
De christenen in Libanon zijn nog veel j
meer verdeeld. Van de bevolking re
kent 36 pet. zich tot de Maronieten, die
met Rome zijn geünieerd. Zij hebben
zich gesteld onder het gezag van de
paus, maar hebben behouden hun zeer
oude oosters-orthodoxe liturgie en zij
kennen een eigen kerkrecht. Ze beho
ren tot het patriarchaat van Antio-
chië. Tijdens het tweede Vaticaans
concilie waren zij ook vertegenwoor
digd en toen in de St,-Pieter de mis I
werd opgedragen dooreen van hun pa
triarchen, volgens hun liturgie, ge
voelden de bisschoppen uithetwesten
zich als vreemdelingen in eigen kerk.
Naast hen vinden we in Libanon
oosters-orthodoxen. 18 pet van de be
volking, die weer onderverdeeld is in
zeker vijf kerken met verschillende ri
ten. En naast ^eze alle zijn er hier aan
hangers van de Griekse Katholieke
Kerk, die weer eigen wegen gaan Bo-
vendien is er hier een klein percentage
protestanten, die weer onderverdeeld
zijn, zoals we dat in hetprotestantisme
gewoon zijn. Tenslotte zijn hier na de
eerste wereldoorlog, toen het grote lij
den van de Armeniërs begon, duizen
den van hun vluchtelingen terechtge
komen, die zich hier blijvend hebben
gevestigd en de Unie van de Anneni-
raakt er steeds meer van overtuigd
welk een warnet van godsdienstige
stromingen in Libanon te vinden is Ze
hebben alle hun overtuigingen en be
langen en wanneer een groep strijdt
voor eigen belangen, gaat het altijd
ten koste van andere.
Dit alles bedenkende zijn we geneigd
de aangehaalde aartsbisschop van
Beiroetbij te vallen wanneer hij vraagt
niet langer zo simpelweg te blijven
spreken van rechtse christenen en J
linkse moslims. Volgens hem is dit een
valse verdeling. Maar dan blijven nog I
die andere bijvoeglijke naamwoorden,
rijk tegenover ami en conservatief
tegenover progressief- Zijn die chris- I
tenen rijk en de islamieten arm? We
kennen Libanon met. en we kunnen er I
dus eigenlijk niet over oordelen, maar
het komt ons vreemd voor dat zij die I
de helft van de bevolking uitmaken, I
rijken zouden zijn Laten er proeents-
gewijs wat meer 'rijken' onder de
christenen zijn. vooral ook omdat zij I
iets meer mogelijkheden van onder- I
wijs hebben gehad, we kunnen ons I
toch moeilijk voorstellen dat dit zou I
gelden voor heel de helft van de bevol-
king. De aartsbisschop waarschuwt
ook-hier
Tenslotte de tegenstelling
conservatief-progrcssicf. Daarover
zegt de aartsbisschop uit Beiroet I
niets, maar we lezen het in onze dag- I
bladen. In verband met Libanon heeft
deze tegenstelling waarmee we in onze
westerse wereld telkens weer worden I
geconfronteerd, ons aan het denken
gezet Heeft men die tegenstelling ge- I
woon overgeplant naar Libanon? En I
kan dat zomaar? Het woordenboek I
vertelt ons dat conservatief behou- I
dend is Progressief blijkt meer bete- I
kenissen te hebben dan waaraan ik
ooit had gedacht, in de rekenkunde, in I
de muziek en ook in de economie. De
meest gangbare vertaling is wel: voor- I
uitstrevend En zo worden mensen en I
groeperingen m vakjes gestouwd. Ze I
zijn of conservatief of progressief, alsof I
met de werkelijkheid is dat ieder mens I
een stuk conservatisme heeft en tege-
lijk ook een stukfjei progressiviteit
Ieder mens wil graag behouden wat
hem aangenaam is en veranderen wat I
hem onaangenaam is. Ieder is immers I
gewoon het eerst en het meest aan I
zichzelf te denken. We kunnen hier ze- I
ker geen zwart-witschema van maken I
en we kunnen het in geen geval zomaar I
overplanten naar Libanon. Is de mos- I
limsamenleving aid aar zo progressief? I
Wie iets weel van andere islamitische I
landen, bijv. van Turkije, waarvan
Atatürk een modem, een op Europa I
gericht land heeft willen maken en wie I
eveneens iets weet van de tegenstand I
die hij daarbij van heel zijn islamitl- I
sche bevolking heeft ondervonden. I
kan zich moeilijk voorstellen, dat de
moslims m Libanon zo progressief zijn. I
Ik voor mij raak, over die twee woor-
den nadenkende, al meer verlegen met I
die tegenstelling conservatief-
progressief Maar daarover misschien I
een volgende keer. want ook in de ker- I
ken in ons land worden tegenwoordig
die woorden nogal eens gebruikt.
H.