De horizon nabij
I
WEB IN DE
VLEESHAL
KUNSTBOEKEN IN ZAKFORMAAT
PZC/k
3
PIANOCONCER TEN VAN HA YDN TOT BAR TOK
Een man
als ieder
ander
VRIJDAG 3 DECEMBER 1976
kunst
xXndreas LandshofT. de jonge uitgeverij met het specialistische en 'houdbare'
kunstfonds. heeft - op basis van samenwerking met enkele andere Europese uitge
vers - de reeks 'Horizon' op de Nederlandse markt gebracht. Ik heb eigenlijk wat
moeite met de aanduiding 'reeks'. De voorbeeldig uitgegeven boeken op pocket
formaat hebben alle weliswaar dezelfde Horizon-imprint, maar van een reeks
titels die - buiten de kwaliteit-ook uitgaan van een zekere eenheid van opzet in de
geest is geen sprake. De boekjes spelen ook niet in op wat eventueel een 'volledig
beeld' van de kunsthistorie zou kunnen heten. Ze dragen dan ook geen nummeren
wie wel naar zo'n deels sluitend deels overlappend, overzicht zoekt, zal aan deze
Horizon hiaten vinden. De boeken staan, om kort te gaan, op zich. als zelfstandige
en afgeronde produkties. Dat is, gezien het (goede) resultaat van deze ruime opzet
een gelukkig uitgangspunt
Er zijn tot nu toe elf titels verschenen,
stuk voor stuk boeiende studies, in de
oorspronkelijke uitvoeringen bij de
meer geïnteresseerden waarschijnlijk al
bekend. Landshoff heeft er. ten dienste
van zijn Nederlands initiatief, heel
handzame boeken van gemaakt, op
goed papieren - geletop de waarlijk niet
hoge winkelprijs - met verbazend goede
reproducties. Eindelijk eens een vrij
goedkope 'kunstsene' waar de zuinig
heid niet afdruipt, een reeks ook waarbij
je niet zo licht versukkelt omdat elk
boek zo anders van toon en aanpak is
dat de ban ongebroken blijft.
Die ongelijkheid van behandeling heeft
dus voordelen maar er zijn gelet op de
papierloewijzing, ook gedachten aan
over- en onderwaardering. Ik wijs
daarvoor hijvoorbeeld maar op één
heel boek voor de onvermijdelijke Van
Gogh en ook één deel voor zulke grote
en weidse begrippen als kubisme, futu
risme en constructivisme samen. Het
hoort bij de opzet, die onvermijdelijk
heden en verrassingen toelaat.
Horizon levert - tot op heden - het vol
gende beeld op:
kunstenaars Jheronimus Bosch, Pieter
Brueghel (de Oude), Rembrandt, Van
Gogh, Paul Klee en Magritte;stromin
genImpressionisme, symbolisme en art
nouveau, Kubisme, futurisme en con
structivisme. Dada en surrealisme een
beetje los daarvan Afrikaanse rots-
kunst.. Alleen al uit deze opsomming
blijkt nogal veel van het kaleidosco-
pisch geheel van de Ilorizon-reeks.
P rofessor Hans Hollander, bekend
vanwege zijn publikaties over aspecten
van het surrealisme, schreef een be
paald niet alledaagse en zeer indrin
gende studie over Jheronimus Bosch,
hetfenomeen dat in welke tijd ook blijft
boeien en om nieuwe heldere verklarin
gen blijft vragen. Helder is het boek van
Hollander alleszins, voortdurend refere
rend aan het. mensbeeld-toen en dat van
nu. Hollander is duidelijk op zoek naar
een afdoend antwoord op de vraag
waarom juist de mens uit, onze tijds
spanne zo geïntigreerd is door elemen
ten uit het werk van Bosch. Beeldana
lyse is daarbij onmisbaar, zo goed als
een speurtocht, naai" het voor zeer velen
onbekende leven dat Bosch moet heb
ben geleid. Detail-illustratie blijkt'veel
te verduidelijken en men is daarmee in
dit, boek niet spaarzaam geweest.
Pieter Bruegcl de Oude heeft door alle
tijden tot een groot publiek gesproken.
Zijn even eenvoudige als monumentale
kunst - de landschappen met hun
prachtig perspectief zo goed als zijn
volkstaferelen vol zinnebeelden, wijs
heden en schenkkannen - heeft eigenlijk
altijd alleen maar publiek gewonnen.
Ernst Gunther Grimme schreef over
deze kunstenaar een korte, puntige stu
die. in directe relatie met de van Bruegel
bekende werken.
Rembrandt, gederomantiseerd. teke
naar. etser en schilder. Dat, is wat en wie
overblijft in Bob Haak s bijdrage over de
met veel valse romantiek overladen Ne
derlandse meester. Het is een boek dal
ook niet.onmiddelhjk toeschrijft naarde
Nachtwacht, dat als alleenzaligmakend
ervaren hoogtepunt van de burger-
smaak. Er blijft in de studie van Haak
zowaar ook heel wat overeind van de
revolutionair die Rembrandt - op schil
derkunstig gebied - in zijn tijd was. Een
helder boek. dus. kan de conclusie zijn.
(zeer fraai geïllustreerd)
Veel over het leven en lang niet alles
over het werk van Vincent van Gogh is
samengebracht in de studie van Evert
van Uitert. Dat laatste is binnen hejt be
stek van een pocketboek ook niet wel
mogelijk. Van Uitert heeft wel - en goed -
André Oosthoek
KUNST TE BOEK
gebruik gemaakt van de mogelijkheid
om Van Gogh afgetekend in zijn tijd en
omgeving te plaatsen. Hij heeft daarvoor
ruim gebruik gemaakt van vooral het
indrukwekkende materiaal dat is neer
gelegd in brieven en anderssoortige ge
tuigenissen, de brieven van hemzelf, zijn
broer Théo, Anton van Rappard, Emile
Bernard. Paul Gauguin en anderen die
zijn leven (mede) hebben bepaald.
Hel Nellens-Casino van Knokke. een
klein zomerpaspoort. voor de wereld,
werd een waan bastion voor hem en hij
vond vorige propagandisten voor zijn
werk: zijn eigen intelligentie en onver
moeibare mannen als Waldberg. Scute-
naire en Soby. Schneede heeft zich. voor
wie naar kwaliteit wil kijken, met deze
studie in hun onmiddellijke nabijheid
geplaatst. Dit boek gaat Magritte 'te
buiten'. De lezer krijgt er 'ook) iets in
mee over het surrealisme in ruimere zin
en een vleugje dada René Magritte
heeft, geprobeerd het vastgeroeste den
ken over kunst te doorbreken en hij
heeft, door de dialoog over zin en/of on
zin te heropenen, ook aan het denken
gezet. Het boek hanteert deze zijde van
Magritte terecht als een van de uit-
gangspunten.
Be,
►emard Denvir schrijft, kort. en bon
dig over zulk een omvattend terrein als
de impressionistische kunst. Hij gaat
daarbij uit van een stelregel die ik met
anders dan met veel moeite over tik 'Het.
impressionisme is de belangrijkste ge
beurtenis in de Europese kunst sedert
de Renaissance, waarvan het de wijze
van zien heeft, verdrongen. Alle verdere
ontwikkelingen in de schilder- en
beeldhouwkunst zijn in feite op het. im
pressionisme geënten de basisprincipes
ervan hebben hun weerslag gevonden in
vele andere kunstvormen'. Ik noem dat -
met allerlei uitingen van hedendaagse
kunst voor ogen - een nogal manifeste
vorm van beperkt denken en ook van
stilstand. Toch zal zij of hij wier of wiens
behoefte aan informatie uitgaat naar
Ea
ien daad van betekenis is de verta
ling van Christian Geelhaar's monogra
fie over Paul Klee. Men zal Geelhaar on
getwijfeld kennen als de auteur van een
zo voortreffelijk boek als 'Paul Klee und
das Bauhaus'. De moderne kunst, de
hedendaagse kunstftlosofie en met
name hef maatschappelijk integratie-
streven daarin hebben zeer veel aan de
fascinerende kunstenaar-denker Klee
te danken. Klëe betekent 'samenhang'
in velerlei opzicht. Hef is geen geringe
verdienste om dat - als Geelhaar - zo in
telligent en to the point te verwoorden
als in dit kleine boek dat de Horizon
reeks extra-cachet geeft. Het illustra
tieve gedeelte is zonder meer verrassend
en past in het 'verspringend' beeld dat
Geelhaar schetst In dat beeld past ook
de mens Klee. Men kan er van leren.
René Magritte, de grote Belgische sur
realist, is in de reeks vertegenwoordigd
met een monografie over zijn leven en
werk die met zorg werd samengesteld
door Uwe M. Schneede. directeur van de
Hamburger Kunstverein en de auteur
van een studie over Max Ernst.
De naam Emst staat voor een begrip in
de wereld van het surrealisme, zoals die
van Magritte datdoet. Deze tweeachtik
met Yves Tangui - aanzienlijk hoger dan
bijvoorbeeld Dali. Het werk van Ma
gritte is zeer bekend geworden en dat
niet alleen in België. Hij is al bij zijn
leven - hij stierf zo'n tien jaar geleden -
rijkelijk geëerd met tentoonstellingen;
Neushoornjacht Ioorspronkelijk m roodiNauzerusiRotskunsi.afb.14i.
het'impressionisme als beweging-op-de-
kentering in dit boek veel bruikbaars
vinden.
Symbolisme en art nouveau staan de
laatste jaren opnieuw en zelfs verhevigd
in de belangstelling. Ik kan vrijuit zeg
gen dat het één noch het ander mij bij
zonder trekt. De meeste symbolistische
uitingen vind ik zelfs monsterlijk" zware
mystieke symboliek van germanen,
kerkse geesten en Zwitserse berggru-
wels, Een enkele maal gebeurt het dat er
iets wezenlijks overkomt. Eenzelfde
soort afkeer heb ik eigenlijk ook van de
art nouveau met zijn zo bejubelde sla
oliekronkels en volstrekt wezenloos
geïllustreer en gestileer.
Dat neemt niet weg dat het alles bestaat
en aandacht vraagt Alastair Mackin
tosh bundelde zijn gedachten over as
pecten van beide bewegingen in een
bandje. Hij gaat daarin uitvoerig in op
het hoe en het waarom, de geschiedenis
en geeft ook het belang van de stromin
gen (misschien in het geval van de art
nouveau zelfs wel 'stijl") aan.
Dat belang is het verliezen van oude
vormen en vormelijkheid in nieuw ge
vonden vormen. Helaas ging het in de
meeste gevallen ook geen stap verder.
Dat en wat er verder over gezegd kan
worden is literatuur. Mackintosh onder
streept dat in zijn somtijds wat exege
tisch aandoende beschrijvingen en ba-
nadenngen.
J. M. Nash perste Kubisme, futurisme
en constructivisme samen in een
Horizon-deeltje waarvan de grootste
helft uit illustraties bestaat. Het mag
dan ook een prestatie heten dat er van
het grote beeld dat. deze voor de mo
derne kunst bepaald belangrijke stro
mingen hadden den nog hebben, nog
vrij veel over blijft.
Duidelijk zal evenwel zijn dat een aantal
aspecten niet meer dan vrij vluchtig
aangeroerd kon worden. Ik vermijd met
nadruk hier te spreken van een 'ter
loopse benadering' of het en bagatelle
afdoen van gewichtige zaken. Nash laat
in feite niet zó veel belangrijks liggen en
wat hij aanroert verraadt, de kennis
waarmee het is gebeurd. Jammer, zeg ik
dan. dat hij er geen drie deeltjes voor
kreeg Hel constructivisme komt er het
magerst af.
Nash haalt wel en dat. bij voortduring
het constructivisme. het neo-
plasticisme en het elemantarisme door
elkaar zonder ze overigens alle bij hen
naam te noemen. Hij besteedt wel - en
terecht-aan dacht aan de Russen Bau
haus en Stijl maar vergeet de zo belang
rijke Polen rond Blok en Praesens te
noemen. Naar het waarom kan men gis
sen. Wat is nu eigenlijk de rol van bij
voorbeeld Cercle et Carré. NR Abstrac
tion Creation'' Wat moet men aan met
de presentatie van De Stijl als een louter
Nederlandse beweging als men kijkt
naar El Lissitsky. de Belg Vantongerloo
en - verder kijkend naarde dienaren van
dat neoplasticisme - de Engelse Marlow
Moss. Jean Gorin in Frankrijk, de Zwit
sers rond Max Billen Charmion von
Wiegand in Amerika (dat zijn er dan en
kele uit velen)?
Mag een 'zelfstandig' constructivist als
Nicholson ontbreken? Kortom een
boekje dat vragen openlaat, overigens
aardige aanduidingen geeft maar
ruimte noch aandacht heeft voor de
uitwerking ervan. Dat is op zijn minst
een beetje jammer.
Heel andere is Dawn Ades' behande
ling van Dada en surrealisme.
Het is een -ook- korte studie, maar een
afdoende. De schrijfster schetst dada
met bijkomende factoren als oorzaak
voor het ingrijpende gevolg dat surrea
lisme heet. het samengaan en de schei
ding der wegen. Dawn Ades begeeft zich
daarmee op een alleszins ingewikkeld
terrein dat echter betreden moet wor
den om. in het omvattender spel van
oorzaak en gevolg, toe te komen aan de
dag van vandaag. Ze brengt daarmee
ook wat aangename helderheid in een
wereld van (nog altijd) vaagheden.
Wat los van dit al staat het nieuwste
boek in de Horizon-reeks dat met zeer
weinig tekst en veel illustraties de Afri
kaanse Rotskunst behandelt. Emst en
Annelies Scherz moeten in hun boek
veel intrigerende vragen onbeantwoord
laten. Welke mensen hebben deze uit
erst vroege beeldtekens en uitingen van
cultuur vastgelegd? Het antwoord zal
wel nooit gegeven kunnen worden. Wel
kan men kennis nemen van onderzoek
en via de inventarisatie en de illustra
ties van de indrukwekkende rijkdom in
Namibië, fascinerend deel van Afrika.
Enkele van de titels uit deze reeks zijn
eigen producties van Andreas Lands
hoff. de grote rest bestaat uit verwor
venheden van co-producties met het
Duitse Dumont Verlag Keuleni en de
Engelse uitgevers Thames and Hudson
iLandeni. Men kan zich. op het gebied
van de kunstuitgeverij, mindere huizen
voorstellen
Jheronimus Bosch, Wereldvisie en Droom-
werk. 196 pp. ill kleur en zwart-wit. 13.50:
Pieter Bruegel de Oude. Leven en werk. 112
pp. ill. kleur en zwart-wit. 12,50:
Rembrandt. Leven en werk. 123 pp ill. kleur
en zwart-wit. 13.50:
Vincent van Gogh. Leven en werk. 136 pp ill.
kleur en zwartwit, 12.50;
Paul Klee. Leven en werk. Ill pp. ill. kleuren
zwart-wit. 12.50;
René Magritte. Leven en werk, 140 pp. ill.
kleur en zwart-wit. 13.50:
Impressionisme. 110 pp. ill. kleur en zwart
wit, 10,.
Symbolisme en Art Nouveau. 120 pp. ill. kleur
en zwart-wit, 10.-;
Kubisme, futurisme en constructivisme, 126
pp ill. kleuren zwart-wu. 10,-:
Dada en Surrealisme, 126 pp. ill. kleur en
zwart-wit, 10.-:
Afrikaanse Rotskust. 163 pp. ill. zwart-wit te
keningen zwart-wit tekeningen en zwart-wit
foto's, 13.50.
Ku,
unstenaarsgroep WEB exposeert in de Middelburgse Vleeshal. In het tentoon
stellingscollectief nemen ditmaal deel Corrie Blaas, Henny en Liesbeth Huster,
Jeroen, Inge van der Kooij, Joop Kroon, Robert Maaskant. Ramanandra, Lienke
Reynhoudt, Cor Ruissen. Jan van Westen en Wim Jonkman als gast.
Het is een tentooijstelling die - gerekend naar de objecten - aan de gave kant is.
Bijna alles klopt technisch en compositorisch mooi en goed, er is sprake van een
evenwichtige opbouw, er zijn heel fraaie zaken te bewonderen als gave kleurstellin
gen en op zich sterke zwart-witten.
„Kijkt zo heerlijk weg", las ik in het reactie-boek. Inderdaad, het kijkt allemaal
heerlijk en gemakkelijk weg: de bladen, doeken, panelen en keramische voorwer
pen zijn op zich keurig afgeronde objecten. Maar gebeurt er iets meer?, zou een
vraag kunnen zijn. Treden die objecten uit hun eigen kaders om - buiten de sfeer van
de pure decoratie - deel te hebben aan een watomvattender project of wereldbeeld?
Neen. er gebeurt eigenlijk helemaal niets. Ieder object blijft op zich staan als
decoratief ongetwijfeld aardige eenheid. En daar is dan een heleboel mee gezegd.
I k constateer het, waar het hier toch gaat om een in het algemeen jeugdige kunste
naarsgroep, met enige verbijstering. In de meeste gevallen geldt ook hier de waarde
van het plaatje om het plaatje. Er breekt weinig door van verbondenheid met
andere zaken, er blijkt ook weinig van achterliggende gedachten.
En daarmee levert het jonge WEB ditmaal in feite niet zo veel anders dan het beeld
van de gewone altmodische expositievereniging. Juist daarom kan gezegd worden
dat WEB (beslist niet onder hoeft te doen voor de gemiddelde exposerende kunst
kring, maar ik vraag me even beslist af of dal alleen maar positief moet klinken.
Iets van een andere geest iets van gedachte ook. klinkt door in het emmertjes-
project datbedachl werd door Jan van Westen, maardatde catalogus blijkbaar niet
mocht halen. Nu is ook dat op zich niet zo'n bijster originele vondst, dat ene
emmertje water uitde Westerschelde mengen methetandere uitde Oosterschelde.
Tenslotte zijn in hetzelfde Middelburg ook al een wat flesjes zand uit verschillende
streken door elkaar gebutst en heeft de in deze streken terecht niet onbekende
groep Mass Moving op indrukwekkender - en beter vastgelegde - manier aan 'geo
grafische overbrugging' en materiecompositie gedaan.
Bij WEB dus ditmaal geen verrassingen of daden die van enige samenhang
spreken of tot meebeleven uitnodigen.
Wél op zich aardige objecten in zo'n veelheid en verscheidenheid datmen met recht
van een 'schouwspel in de Vleeshal' kan spreken.
Tot 9 december: olieverf, grafiek, plastiek, keramiek.
V an de pianoconcerten van BélaBartók-daar hoor je ook
niet veel van in een Zeeuwse concertzaal. Wij herinneren
ons alleen in groepsverband een uitvoering op de plaat te
hebben meegemaakt, in de serie plaatconcerten, die een
aantal jaren geleden in de Zeeuwse hoofdstad werden geor
ganiseerd. Daarom: goed dat de plaat er is. Het maakt het
bijvoorbeeld mogelijk hier een nieuwe schijf te signaleren,
waarop het eerste en het derde Bartok-concert zijn samen
gebracht
Alleen al om het begin van het derde concertzou geen muzie
kliefhebber dit werk in zijn verzameling mogen missen: er is
in de muziekliteratuur nauwelijks een concert aan te duiden
dat zo fascinerend inzet. Philips bracht beide werken bijeen.
Stephen Bishop is de solist, het London Symphony Orche
stra staat onder Colin Davis - uiterst bekwaam - terzijde. Het
gaat om twee markante vertolkingen, de gehamerde moto
riek van het- eerste concert wordt even raak getroffen als de
bezonken sfeer van het derde. De vertolkingen worden in de
opname goed bediend, maar een minder ruimtelijk, wat dro
ger klankbeeld zou de concerten nog beter hebben gestaan.
(Philips 9500 043. stereo)
l asarv
Van Rachmaninov - de laatste der Romantici onder de com
ponisten - bracht DGG het eerste en tweede pianoconcert op
de plaat. De schijf zorgt voor een hernieuwd plaatoptreden
van Tomas Vasary. die in de jaren zestig opgeld deed als met
name Chopin-vertolker. maar rond wie het de laatste jaren
stil was. Het London Symphony Orchestra speelt ditmaal
onder leiding van de Rus Yuri Ahronovitch: een orkest,
waarop de solist, zich zéér kan verlaten, zoals ook uit deze
opname blijkt. Vasary gooit in de concerten hoge ogen. Hij
speelt zowel gloedvol als subtiel, is veel minder op pure show
uit dan Weissenberg op een EMI-plaat en nadert dicht het
niveau van Vladimir Ashkenazy, die de vier Rachmamnov-
concerten subliem voor Decca deed. Aan de opname-technici
mag lof niet worden onthouden zij zorgden voor een door
zichtig opnamekader, fraai van dynamiek - ook in het. tweede
concert, datop één kantzesendertigminuten muziek samen
brengt (DGG 2530 717, stereo).
Pollini
De pianoconcerten van Wolfgang Amadeus Mozart zijn nog
altijd zeer in en nieuwe opnamen blijven met regelmaat ver
schijnen. DGG en Philips hebben de laatste tijd de vertolkin
gen die men langzamerhand als toonaangevend mag be
schouwen Philips zet er Alfred Brendel en The Academy of
St.-Martin-in-the-Fields voor in. DGG werd met verschil
lende solisten. Van Friedrich Gulda kwamen afgelopen jaar
fraaie vertolkingen van vier concerten uit met de Wiener
Philharmoniker onder Abbado. ditmaal staat het Weense
klasse-orkest onder leiding van KarlBöhm in de begeleiding
van Mozarts concerten nummer 19 (kv 459 en 23 kv 4881
Maurizio Pollini is de solist en hij levert werkelijk zeldzaam
heldere uitvoeringen van beide werken: de muziek ademt
natuurlijk, klinkt uitéén stuk. en meteen perfecte technische
beheersing. Als u het ons vraagt: de meest aan te bevelen
versie van beide concerten, op deze DGG 2530 716. stereo
Annie-\Iarie Vera
In september trad de 11-jarige Anne-Maria Vera op in één van
Mozarts vroege pianoconcerten tijdens een concert in Rot
terdam. Philips zag in dal op treden aanleiding voor een
plaatopname; het Rotterdams Philharmonisch Orkest onder
leiding van Edo de Waardt begeleidt Anna Mana in Havdns
pianoconcert in D en Mozarts concert kv 246. Het gaat er hier
niet om of de soliste het kan opnemen tegen grootheden als
Van en voor de draaitafel
Pollini. Wel opmerkelijk is, dat er twee pittige uitvoeringen
tot stand kwamen, die met de term 'alleraardigst' laatdun
kend zouden worden aangeduid: er is - zonder aanziens des
persoons - sprake van respectabele, redelijke uitvoeringen,
waarbij de spitse begeleiding van het Rotterdamse orkest en
de gave opname extra verrassingen zijn. (Philips 6833 199.
stereo).
Rostropovitch
EMI. meester-ceUist Mstislav Rostropovitch en de Academy
of St-Martin-in-the Fields zetten zich in voor de beide cello
concerten van Joseph Haydn. Het welluidende concert in D
heeft, bij cellisten en muziekliefhebbers altijd al een hoge
notering gehad. Dat ligt anders bij het concert in C: het werd
twintig jaar eerder (1761) geschreven, maar pas vijftien jaar
geleden teruggevonden. De combinatie van beide werken is
dan ook uiterst zinvol. Men kan over het spel van Rostropo
vitch moeilijk anderedan in superlatieven schrijven: een man
met een womderlijke beheersing van zijn instrument Hij
draagt beide concerten magnifiek voor. hij legt in zijn uitvoer
ingen zoveel zwier, dat het geheel soms een rapsodisch karak
ter krijgt. Ook zonder Neville Marriner begeleidt de Academy
attent. Goede opname (EMI 5C063-02767. stereo*
Promotie
Bij het pakketje grammofoonplaten, dat dit najaar ter pro
motie van deze of gene is uitgegeven, zitten er drie. die de
ROSTROPOVITCH
aandacht van de muziekliefhebber zeer waard zijn. Pianiste
Alicia de Larrocha kreeg van Decca een 'bloemlezing' uit
eerder verschenen vertolkingen. The Academy of St.
Martin-in-the- Fields en gitarist Pepe Romero spelen voer
Philips - billijk geprijsd - twee concerten, en Karl Richter
vertolkt op DGG Johan Sebastian Bacb.
Hoe verschillend de platen o.ua muzikale inhoud ook mogen
zijn - ze hebben één belangwekkend element gemeen: ze bie
den échte bloemlezingen, en vrijwel geen stukjes en beetjes.
En ze worden hier kort gesignaleerd, omdat de uitvoeringen
stuk voor stuk memorabele zijn. Ook die van Karl Richter -
als men zijn Bach althans niet uitsluitend 'authentiek" wil
horen.
Alicia de Larrocha is mede dank zij de plaat de laatste tien
jaar als een opmerkelijke pianiste bekend geworden. Haar
meest bejubelde platenalbum tot nu toe bevat haar visie op
'Iberia' van Albinez. Haar promotieplaat nu biedt uit dat
werk drie magnifiek gespeelde delen, met de rituele vuur-
dans van De Falla als toegift op de ene plaatkant. Op de
andere zijde Bachs Italiaanse concert op de piano - maar zéér
smaakvol gespeeld - en de variations sérieuses van Mendels
sohn. i Decca 6835 621).
Twee gitaarconcerten op Philips: Rodrigo's 'Fantasia para
un gentilhombre' en 'introduktie, thema met variaties en
polonaise' opus 65 van Giuliani.
En dat laatste werk maakt de schijf tegelijk tot een waar
devolle voor liefhebbers van gitaarmuziek, omdat het - voor
zover na te gaan - een plaatpremière betreft. Vroeg romanti
sche muziek, door Romero flonkerend en meteen grote tech
nische beheersing tot uitvoering gebracht Een passens dan
sant gespeelde 'Fantasia' maakt het luisterplezier compleet.
De Acadamy begeleidt gedifferentieerd, de plaat klinkt, goed.
(Philips 6833 198 stereo)
Op de Bach-plaat van Richter en DGG vijf orgelwerken: de -
kennelijk onvermijdelijke - toccata en fuga in d-klein BWV
565, de koraalvoorspelen 'Wachtet auf, 'Kommst du nun,
Jesu'. 'Schmucke dich' en het preludium en fuga Es BWV 552,
Het kan zijn. dat men in de Bach van Richter iets van de
monumentaliteit mist, die Helmut Walcha het orgeloeuvre
van deze componist geeft, terwijl puristen de voorkeur zullen
geven aan met name Gustav Leonhardt. Richter speelt Bach
niettemin met veel autoriteit en de plaat klinkt uitstekend
(DGG)
C.
SIMENON VIA DE
BANDRECORDER
^)rie jaar geleden maakte Georges
Simenon. toen zeventig jaar. bekend
dat hij geen romans meer zou schrij
ven. De inspanning was hem, lijder
aan de ziekte van Parkinson, te zwaar
geworden. Daarmee lag zijn oeuvre,
ruim tweehonderd romans waarvan
tachtig Maigrets. als een afgerond ge
heel achter hem.
Maar de toekomst had toch nog enkele
Simenons in petto. Het hanteren van
pen en schrijfmachine mocht dan zijn
krachteif te boven gaan. er was nog
een andere mogelijkheid om boeken te
maken. Op zijn bureau kwam een
bandrecorder te staan en hij nam de
gewoonte aan om regelmatig vla de
microfoon op het apparaat in te pra
ten.
Geen romans, wel herinneringen. Er
moest immers nog een karwei worden
afgemaakt. In de oorlogsjaren had hij
(omdat een arts hem had verteld dat
hij nog maar twee jaar te leven had)
voor zijn zoon Mare de herinneringen
aan zijn jeugd opgeschreven, herin
neringen die later zijn uitgegeven on
der de titel Pedigreé.
Ditboek ging echter maar tot 1922, het
jaar waarin Simenon zijn geboortes
tad Luik verliet om zich in Parijs te
vestigen. „Einde van het eerste deel",
schreef hij aan het slot. Deel twee is
echter nooit gekomen. Tot op zekere
hoogte is „Een man als ieder ander"
(Bruna) te beschouwen als een voort
zetting van de memoires.
De structuur van dit boek is echter ge
heel anders dan die van Pedigreé. De
herinneringen die Simenon in het
nieuwe boek ophaalt, worden verteld
in vluchtige fragmenten. Alles wat
normaal gesproken tot het werk van
de schrijver behoort: het componeren
van het ruwe materiaal tot er een
„boek" ontstaat, moest hier achter
wege blijven.
Xk kan hier onmiddellijk hij aante
kenen, dat deze beperking mij bij de
lectuur geen ogenblik heeft gehin
derd. Integendeel, Simenon mag dan
de gebruikelijke vertelwijze nood
gedwongen hebben losgelaten, er is
een andere verhaaltrant voor in de
plaats gekomen. Simenon is uit de
hoek van de romanciers verhuisd
naar die van de egoisten, waar hij zich
in het benijdenswaardige gezelschap
bevindt van mensen als Stendhal en
Paul Leautaud. De romanvorm is hem
ontvallen, maar hij heeft ontdekt dat
men ook een doorlopende reeks me
dedelingen kan doen zonder dat men
de romanvorm nodig heeft.
De inhoud van het boek is. voor leder
die zich maar enigszins voor Simenon
interesseert, uitermate boeiend. Zijn
jaren in Parijs en op het Franse platte
land (o.a. als secretaris van een scha
trijke gTaafi. het begin van zijn schrij
versloopbaan als fabrikant van amu
sementslectuur. een tocht met een
boot naar Kiel en Delfzijl (waarde eer
ste Maigret ontstond), zijn huwelijken
en andere relaties met vrouwen, zijn
kinderen, men wordt er omstandig
over geinformeerd.
Simenon is al op zijn negentiende jaar
getrouwd met een schilderes die en
kele jaren ouder was dan hij i„Tigy"),
een vrouw van wie hij in 1945 is ge
scheiden. Al die jaren behoorde het
bordeelbezoek vrijwel tot zijn dage
lijkse bezigheden. Bovendien had hJJ
een seksuele verhouding met het
dienstmeisje Boule. Enigszins ont
hutst lezen we. dat Tlgy maar eéh ka
raktertrek had die hem tegenstond:
Als zij na twintig jaar ontdekt dat hij
regelmatig met Boule naar bed gaat,
komt het tot een scene, waarbij de
woorden „Zij weg of.ik weg" niet ont
breken. Het verslag van zijn tweede
huwelijk met de Canadese ,.D" wordt
ons onthouden, want dat heeft hij bij
nader inzien „met tegenzin" ge
schrapt
„Een man als ieder ander" brengt ons
Simenon als mens. maar ook als
schrijver aanzienlijk dichterbij dan
welk ander boek ook. Een man. oud
geworden, vertelt het verhaal van zijn
leven. Ik heb er af en toe ademloos
naar geluisterd.
De vertaling van Benjo Maso is heel
behoorlijk, op enkele vervelende tics
na. Hij schrijft bijvoorbeeld: „De man
waarin ik vertrouwen heb", in plaats
van „de man in wie" etc. Ook heeft
„pathetisch" bij ons een andere bete
kenis dan 'pathétique' in het frans. De
juiste vertaling is „aandoenlijk" of
„aangrijpend".
HANS VAN STRATEN