De horizon nabij I WEB IN DE VLEESHAL KUNSTBOEKEN IN ZAKFORMAAT PZC/k 3 PIANOCONCER TEN VAN HA YDN TOT BAR TOK Een man als ieder ander VRIJDAG 3 DECEMBER 1976 kunst xXndreas LandshofT. de jonge uitgeverij met het specialistische en 'houdbare' kunstfonds. heeft - op basis van samenwerking met enkele andere Europese uitge vers - de reeks 'Horizon' op de Nederlandse markt gebracht. Ik heb eigenlijk wat moeite met de aanduiding 'reeks'. De voorbeeldig uitgegeven boeken op pocket formaat hebben alle weliswaar dezelfde Horizon-imprint, maar van een reeks titels die - buiten de kwaliteit-ook uitgaan van een zekere eenheid van opzet in de geest is geen sprake. De boekjes spelen ook niet in op wat eventueel een 'volledig beeld' van de kunsthistorie zou kunnen heten. Ze dragen dan ook geen nummeren wie wel naar zo'n deels sluitend deels overlappend, overzicht zoekt, zal aan deze Horizon hiaten vinden. De boeken staan, om kort te gaan, op zich. als zelfstandige en afgeronde produkties. Dat is, gezien het (goede) resultaat van deze ruime opzet een gelukkig uitgangspunt Er zijn tot nu toe elf titels verschenen, stuk voor stuk boeiende studies, in de oorspronkelijke uitvoeringen bij de meer geïnteresseerden waarschijnlijk al bekend. Landshoff heeft er. ten dienste van zijn Nederlands initiatief, heel handzame boeken van gemaakt, op goed papieren - geletop de waarlijk niet hoge winkelprijs - met verbazend goede reproducties. Eindelijk eens een vrij goedkope 'kunstsene' waar de zuinig heid niet afdruipt, een reeks ook waarbij je niet zo licht versukkelt omdat elk boek zo anders van toon en aanpak is dat de ban ongebroken blijft. Die ongelijkheid van behandeling heeft dus voordelen maar er zijn gelet op de papierloewijzing, ook gedachten aan over- en onderwaardering. Ik wijs daarvoor hijvoorbeeld maar op één heel boek voor de onvermijdelijke Van Gogh en ook één deel voor zulke grote en weidse begrippen als kubisme, futu risme en constructivisme samen. Het hoort bij de opzet, die onvermijdelijk heden en verrassingen toelaat. Horizon levert - tot op heden - het vol gende beeld op: kunstenaars Jheronimus Bosch, Pieter Brueghel (de Oude), Rembrandt, Van Gogh, Paul Klee en Magritte;stromin genImpressionisme, symbolisme en art nouveau, Kubisme, futurisme en con structivisme. Dada en surrealisme een beetje los daarvan Afrikaanse rots- kunst.. Alleen al uit deze opsomming blijkt nogal veel van het kaleidosco- pisch geheel van de Ilorizon-reeks. P rofessor Hans Hollander, bekend vanwege zijn publikaties over aspecten van het surrealisme, schreef een be paald niet alledaagse en zeer indrin gende studie over Jheronimus Bosch, hetfenomeen dat in welke tijd ook blijft boeien en om nieuwe heldere verklarin gen blijft vragen. Helder is het boek van Hollander alleszins, voortdurend refere rend aan het. mensbeeld-toen en dat van nu. Hollander is duidelijk op zoek naar een afdoend antwoord op de vraag waarom juist de mens uit, onze tijds spanne zo geïntigreerd is door elemen ten uit het werk van Bosch. Beeldana lyse is daarbij onmisbaar, zo goed als een speurtocht, naai" het voor zeer velen onbekende leven dat Bosch moet heb ben geleid. Detail-illustratie blijkt'veel te verduidelijken en men is daarmee in dit, boek niet spaarzaam geweest. Pieter Bruegcl de Oude heeft door alle tijden tot een groot publiek gesproken. Zijn even eenvoudige als monumentale kunst - de landschappen met hun prachtig perspectief zo goed als zijn volkstaferelen vol zinnebeelden, wijs heden en schenkkannen - heeft eigenlijk altijd alleen maar publiek gewonnen. Ernst Gunther Grimme schreef over deze kunstenaar een korte, puntige stu die. in directe relatie met de van Bruegel bekende werken. Rembrandt, gederomantiseerd. teke naar. etser en schilder. Dat, is wat en wie overblijft in Bob Haak s bijdrage over de met veel valse romantiek overladen Ne derlandse meester. Het is een boek dal ook niet.onmiddelhjk toeschrijft naarde Nachtwacht, dat als alleenzaligmakend ervaren hoogtepunt van de burger- smaak. Er blijft in de studie van Haak zowaar ook heel wat overeind van de revolutionair die Rembrandt - op schil derkunstig gebied - in zijn tijd was. Een helder boek. dus. kan de conclusie zijn. (zeer fraai geïllustreerd) Veel over het leven en lang niet alles over het werk van Vincent van Gogh is samengebracht in de studie van Evert van Uitert. Dat laatste is binnen hejt be stek van een pocketboek ook niet wel mogelijk. Van Uitert heeft wel - en goed - André Oosthoek KUNST TE BOEK gebruik gemaakt van de mogelijkheid om Van Gogh afgetekend in zijn tijd en omgeving te plaatsen. Hij heeft daarvoor ruim gebruik gemaakt van vooral het indrukwekkende materiaal dat is neer gelegd in brieven en anderssoortige ge tuigenissen, de brieven van hemzelf, zijn broer Théo, Anton van Rappard, Emile Bernard. Paul Gauguin en anderen die zijn leven (mede) hebben bepaald. Hel Nellens-Casino van Knokke. een klein zomerpaspoort. voor de wereld, werd een waan bastion voor hem en hij vond vorige propagandisten voor zijn werk: zijn eigen intelligentie en onver moeibare mannen als Waldberg. Scute- naire en Soby. Schneede heeft zich. voor wie naar kwaliteit wil kijken, met deze studie in hun onmiddellijke nabijheid geplaatst. Dit boek gaat Magritte 'te buiten'. De lezer krijgt er 'ook) iets in mee over het surrealisme in ruimere zin en een vleugje dada René Magritte heeft, geprobeerd het vastgeroeste den ken over kunst te doorbreken en hij heeft, door de dialoog over zin en/of on zin te heropenen, ook aan het denken gezet. Het boek hanteert deze zijde van Magritte terecht als een van de uit- gangspunten. Be, ►emard Denvir schrijft, kort. en bon dig over zulk een omvattend terrein als de impressionistische kunst. Hij gaat daarbij uit van een stelregel die ik met anders dan met veel moeite over tik 'Het. impressionisme is de belangrijkste ge beurtenis in de Europese kunst sedert de Renaissance, waarvan het de wijze van zien heeft, verdrongen. Alle verdere ontwikkelingen in de schilder- en beeldhouwkunst zijn in feite op het. im pressionisme geënten de basisprincipes ervan hebben hun weerslag gevonden in vele andere kunstvormen'. Ik noem dat - met allerlei uitingen van hedendaagse kunst voor ogen - een nogal manifeste vorm van beperkt denken en ook van stilstand. Toch zal zij of hij wier of wiens behoefte aan informatie uitgaat naar Ea ien daad van betekenis is de verta ling van Christian Geelhaar's monogra fie over Paul Klee. Men zal Geelhaar on getwijfeld kennen als de auteur van een zo voortreffelijk boek als 'Paul Klee und das Bauhaus'. De moderne kunst, de hedendaagse kunstftlosofie en met name hef maatschappelijk integratie- streven daarin hebben zeer veel aan de fascinerende kunstenaar-denker Klee te danken. Klëe betekent 'samenhang' in velerlei opzicht. Hef is geen geringe verdienste om dat - als Geelhaar - zo in telligent en to the point te verwoorden als in dit kleine boek dat de Horizon reeks extra-cachet geeft. Het illustra tieve gedeelte is zonder meer verrassend en past in het 'verspringend' beeld dat Geelhaar schetst In dat beeld past ook de mens Klee. Men kan er van leren. René Magritte, de grote Belgische sur realist, is in de reeks vertegenwoordigd met een monografie over zijn leven en werk die met zorg werd samengesteld door Uwe M. Schneede. directeur van de Hamburger Kunstverein en de auteur van een studie over Max Ernst. De naam Emst staat voor een begrip in de wereld van het surrealisme, zoals die van Magritte datdoet. Deze tweeachtik met Yves Tangui - aanzienlijk hoger dan bijvoorbeeld Dali. Het werk van Ma gritte is zeer bekend geworden en dat niet alleen in België. Hij is al bij zijn leven - hij stierf zo'n tien jaar geleden - rijkelijk geëerd met tentoonstellingen; Neushoornjacht Ioorspronkelijk m roodiNauzerusiRotskunsi.afb.14i. het'impressionisme als beweging-op-de- kentering in dit boek veel bruikbaars vinden. Symbolisme en art nouveau staan de laatste jaren opnieuw en zelfs verhevigd in de belangstelling. Ik kan vrijuit zeg gen dat het één noch het ander mij bij zonder trekt. De meeste symbolistische uitingen vind ik zelfs monsterlijk" zware mystieke symboliek van germanen, kerkse geesten en Zwitserse berggru- wels, Een enkele maal gebeurt het dat er iets wezenlijks overkomt. Eenzelfde soort afkeer heb ik eigenlijk ook van de art nouveau met zijn zo bejubelde sla oliekronkels en volstrekt wezenloos geïllustreer en gestileer. Dat neemt niet weg dat het alles bestaat en aandacht vraagt Alastair Mackin tosh bundelde zijn gedachten over as pecten van beide bewegingen in een bandje. Hij gaat daarin uitvoerig in op het hoe en het waarom, de geschiedenis en geeft ook het belang van de stromin gen (misschien in het geval van de art nouveau zelfs wel 'stijl") aan. Dat belang is het verliezen van oude vormen en vormelijkheid in nieuw ge vonden vormen. Helaas ging het in de meeste gevallen ook geen stap verder. Dat en wat er verder over gezegd kan worden is literatuur. Mackintosh onder streept dat in zijn somtijds wat exege tisch aandoende beschrijvingen en ba- nadenngen. J. M. Nash perste Kubisme, futurisme en constructivisme samen in een Horizon-deeltje waarvan de grootste helft uit illustraties bestaat. Het mag dan ook een prestatie heten dat er van het grote beeld dat. deze voor de mo derne kunst bepaald belangrijke stro mingen hadden den nog hebben, nog vrij veel over blijft. Duidelijk zal evenwel zijn dat een aantal aspecten niet meer dan vrij vluchtig aangeroerd kon worden. Ik vermijd met nadruk hier te spreken van een 'ter loopse benadering' of het en bagatelle afdoen van gewichtige zaken. Nash laat in feite niet zó veel belangrijks liggen en wat hij aanroert verraadt, de kennis waarmee het is gebeurd. Jammer, zeg ik dan. dat hij er geen drie deeltjes voor kreeg Hel constructivisme komt er het magerst af. Nash haalt wel en dat. bij voortduring het constructivisme. het neo- plasticisme en het elemantarisme door elkaar zonder ze overigens alle bij hen naam te noemen. Hij besteedt wel - en terecht-aan dacht aan de Russen Bau haus en Stijl maar vergeet de zo belang rijke Polen rond Blok en Praesens te noemen. Naar het waarom kan men gis sen. Wat is nu eigenlijk de rol van bij voorbeeld Cercle et Carré. NR Abstrac tion Creation'' Wat moet men aan met de presentatie van De Stijl als een louter Nederlandse beweging als men kijkt naar El Lissitsky. de Belg Vantongerloo en - verder kijkend naarde dienaren van dat neoplasticisme - de Engelse Marlow Moss. Jean Gorin in Frankrijk, de Zwit sers rond Max Billen Charmion von Wiegand in Amerika (dat zijn er dan en kele uit velen)? Mag een 'zelfstandig' constructivist als Nicholson ontbreken? Kortom een boekje dat vragen openlaat, overigens aardige aanduidingen geeft maar ruimte noch aandacht heeft voor de uitwerking ervan. Dat is op zijn minst een beetje jammer. Heel andere is Dawn Ades' behande ling van Dada en surrealisme. Het is een -ook- korte studie, maar een afdoende. De schrijfster schetst dada met bijkomende factoren als oorzaak voor het ingrijpende gevolg dat surrea lisme heet. het samengaan en de schei ding der wegen. Dawn Ades begeeft zich daarmee op een alleszins ingewikkeld terrein dat echter betreden moet wor den om. in het omvattender spel van oorzaak en gevolg, toe te komen aan de dag van vandaag. Ze brengt daarmee ook wat aangename helderheid in een wereld van (nog altijd) vaagheden. Wat los van dit al staat het nieuwste boek in de Horizon-reeks dat met zeer weinig tekst en veel illustraties de Afri kaanse Rotskunst behandelt. Emst en Annelies Scherz moeten in hun boek veel intrigerende vragen onbeantwoord laten. Welke mensen hebben deze uit erst vroege beeldtekens en uitingen van cultuur vastgelegd? Het antwoord zal wel nooit gegeven kunnen worden. Wel kan men kennis nemen van onderzoek en via de inventarisatie en de illustra ties van de indrukwekkende rijkdom in Namibië, fascinerend deel van Afrika. Enkele van de titels uit deze reeks zijn eigen producties van Andreas Lands hoff. de grote rest bestaat uit verwor venheden van co-producties met het Duitse Dumont Verlag Keuleni en de Engelse uitgevers Thames and Hudson iLandeni. Men kan zich. op het gebied van de kunstuitgeverij, mindere huizen voorstellen Jheronimus Bosch, Wereldvisie en Droom- werk. 196 pp. ill kleur en zwart-wit. 13.50: Pieter Bruegel de Oude. Leven en werk. 112 pp. ill. kleur en zwart-wit. 12,50: Rembrandt. Leven en werk. 123 pp ill. kleur en zwart-wit. 13.50: Vincent van Gogh. Leven en werk. 136 pp ill. kleur en zwartwit, 12.50; Paul Klee. Leven en werk. Ill pp. ill. kleuren zwart-wit. 12.50; René Magritte. Leven en werk, 140 pp. ill. kleur en zwart-wit. 13.50: Impressionisme. 110 pp. ill. kleur en zwart wit, 10,. Symbolisme en Art Nouveau. 120 pp. ill. kleur en zwart-wit, 10.-; Kubisme, futurisme en constructivisme, 126 pp ill. kleuren zwart-wu. 10,-: Dada en Surrealisme, 126 pp. ill. kleur en zwart-wit, 10.-: Afrikaanse Rotskust. 163 pp. ill. zwart-wit te keningen zwart-wit tekeningen en zwart-wit foto's, 13.50. Ku, unstenaarsgroep WEB exposeert in de Middelburgse Vleeshal. In het tentoon stellingscollectief nemen ditmaal deel Corrie Blaas, Henny en Liesbeth Huster, Jeroen, Inge van der Kooij, Joop Kroon, Robert Maaskant. Ramanandra, Lienke Reynhoudt, Cor Ruissen. Jan van Westen en Wim Jonkman als gast. Het is een tentooijstelling die - gerekend naar de objecten - aan de gave kant is. Bijna alles klopt technisch en compositorisch mooi en goed, er is sprake van een evenwichtige opbouw, er zijn heel fraaie zaken te bewonderen als gave kleurstellin gen en op zich sterke zwart-witten. „Kijkt zo heerlijk weg", las ik in het reactie-boek. Inderdaad, het kijkt allemaal heerlijk en gemakkelijk weg: de bladen, doeken, panelen en keramische voorwer pen zijn op zich keurig afgeronde objecten. Maar gebeurt er iets meer?, zou een vraag kunnen zijn. Treden die objecten uit hun eigen kaders om - buiten de sfeer van de pure decoratie - deel te hebben aan een watomvattender project of wereldbeeld? Neen. er gebeurt eigenlijk helemaal niets. Ieder object blijft op zich staan als decoratief ongetwijfeld aardige eenheid. En daar is dan een heleboel mee gezegd. I k constateer het, waar het hier toch gaat om een in het algemeen jeugdige kunste naarsgroep, met enige verbijstering. In de meeste gevallen geldt ook hier de waarde van het plaatje om het plaatje. Er breekt weinig door van verbondenheid met andere zaken, er blijkt ook weinig van achterliggende gedachten. En daarmee levert het jonge WEB ditmaal in feite niet zo veel anders dan het beeld van de gewone altmodische expositievereniging. Juist daarom kan gezegd worden dat WEB (beslist niet onder hoeft te doen voor de gemiddelde exposerende kunst kring, maar ik vraag me even beslist af of dal alleen maar positief moet klinken. Iets van een andere geest iets van gedachte ook. klinkt door in het emmertjes- project datbedachl werd door Jan van Westen, maardatde catalogus blijkbaar niet mocht halen. Nu is ook dat op zich niet zo'n bijster originele vondst, dat ene emmertje water uitde Westerschelde mengen methetandere uitde Oosterschelde. Tenslotte zijn in hetzelfde Middelburg ook al een wat flesjes zand uit verschillende streken door elkaar gebutst en heeft de in deze streken terecht niet onbekende groep Mass Moving op indrukwekkender - en beter vastgelegde - manier aan 'geo grafische overbrugging' en materiecompositie gedaan. Bij WEB dus ditmaal geen verrassingen of daden die van enige samenhang spreken of tot meebeleven uitnodigen. Wél op zich aardige objecten in zo'n veelheid en verscheidenheid datmen met recht van een 'schouwspel in de Vleeshal' kan spreken. Tot 9 december: olieverf, grafiek, plastiek, keramiek. V an de pianoconcerten van BélaBartók-daar hoor je ook niet veel van in een Zeeuwse concertzaal. Wij herinneren ons alleen in groepsverband een uitvoering op de plaat te hebben meegemaakt, in de serie plaatconcerten, die een aantal jaren geleden in de Zeeuwse hoofdstad werden geor ganiseerd. Daarom: goed dat de plaat er is. Het maakt het bijvoorbeeld mogelijk hier een nieuwe schijf te signaleren, waarop het eerste en het derde Bartok-concert zijn samen gebracht Alleen al om het begin van het derde concertzou geen muzie kliefhebber dit werk in zijn verzameling mogen missen: er is in de muziekliteratuur nauwelijks een concert aan te duiden dat zo fascinerend inzet. Philips bracht beide werken bijeen. Stephen Bishop is de solist, het London Symphony Orche stra staat onder Colin Davis - uiterst bekwaam - terzijde. Het gaat om twee markante vertolkingen, de gehamerde moto riek van het- eerste concert wordt even raak getroffen als de bezonken sfeer van het derde. De vertolkingen worden in de opname goed bediend, maar een minder ruimtelijk, wat dro ger klankbeeld zou de concerten nog beter hebben gestaan. (Philips 9500 043. stereo) l asarv Van Rachmaninov - de laatste der Romantici onder de com ponisten - bracht DGG het eerste en tweede pianoconcert op de plaat. De schijf zorgt voor een hernieuwd plaatoptreden van Tomas Vasary. die in de jaren zestig opgeld deed als met name Chopin-vertolker. maar rond wie het de laatste jaren stil was. Het London Symphony Orchestra speelt ditmaal onder leiding van de Rus Yuri Ahronovitch: een orkest, waarop de solist, zich zéér kan verlaten, zoals ook uit deze opname blijkt. Vasary gooit in de concerten hoge ogen. Hij speelt zowel gloedvol als subtiel, is veel minder op pure show uit dan Weissenberg op een EMI-plaat en nadert dicht het niveau van Vladimir Ashkenazy, die de vier Rachmamnov- concerten subliem voor Decca deed. Aan de opname-technici mag lof niet worden onthouden zij zorgden voor een door zichtig opnamekader, fraai van dynamiek - ook in het. tweede concert, datop één kantzesendertigminuten muziek samen brengt (DGG 2530 717, stereo). Pollini De pianoconcerten van Wolfgang Amadeus Mozart zijn nog altijd zeer in en nieuwe opnamen blijven met regelmaat ver schijnen. DGG en Philips hebben de laatste tijd de vertolkin gen die men langzamerhand als toonaangevend mag be schouwen Philips zet er Alfred Brendel en The Academy of St.-Martin-in-the-Fields voor in. DGG werd met verschil lende solisten. Van Friedrich Gulda kwamen afgelopen jaar fraaie vertolkingen van vier concerten uit met de Wiener Philharmoniker onder Abbado. ditmaal staat het Weense klasse-orkest onder leiding van KarlBöhm in de begeleiding van Mozarts concerten nummer 19 (kv 459 en 23 kv 4881 Maurizio Pollini is de solist en hij levert werkelijk zeldzaam heldere uitvoeringen van beide werken: de muziek ademt natuurlijk, klinkt uitéén stuk. en meteen perfecte technische beheersing. Als u het ons vraagt: de meest aan te bevelen versie van beide concerten, op deze DGG 2530 716. stereo Annie-\Iarie Vera In september trad de 11-jarige Anne-Maria Vera op in één van Mozarts vroege pianoconcerten tijdens een concert in Rot terdam. Philips zag in dal op treden aanleiding voor een plaatopname; het Rotterdams Philharmonisch Orkest onder leiding van Edo de Waardt begeleidt Anna Mana in Havdns pianoconcert in D en Mozarts concert kv 246. Het gaat er hier niet om of de soliste het kan opnemen tegen grootheden als Van en voor de draaitafel Pollini. Wel opmerkelijk is, dat er twee pittige uitvoeringen tot stand kwamen, die met de term 'alleraardigst' laatdun kend zouden worden aangeduid: er is - zonder aanziens des persoons - sprake van respectabele, redelijke uitvoeringen, waarbij de spitse begeleiding van het Rotterdamse orkest en de gave opname extra verrassingen zijn. (Philips 6833 199. stereo). Rostropovitch EMI. meester-ceUist Mstislav Rostropovitch en de Academy of St-Martin-in-the Fields zetten zich in voor de beide cello concerten van Joseph Haydn. Het welluidende concert in D heeft, bij cellisten en muziekliefhebbers altijd al een hoge notering gehad. Dat ligt anders bij het concert in C: het werd twintig jaar eerder (1761) geschreven, maar pas vijftien jaar geleden teruggevonden. De combinatie van beide werken is dan ook uiterst zinvol. Men kan over het spel van Rostropo vitch moeilijk anderedan in superlatieven schrijven: een man met een womderlijke beheersing van zijn instrument Hij draagt beide concerten magnifiek voor. hij legt in zijn uitvoer ingen zoveel zwier, dat het geheel soms een rapsodisch karak ter krijgt. Ook zonder Neville Marriner begeleidt de Academy attent. Goede opname (EMI 5C063-02767. stereo* Promotie Bij het pakketje grammofoonplaten, dat dit najaar ter pro motie van deze of gene is uitgegeven, zitten er drie. die de ROSTROPOVITCH aandacht van de muziekliefhebber zeer waard zijn. Pianiste Alicia de Larrocha kreeg van Decca een 'bloemlezing' uit eerder verschenen vertolkingen. The Academy of St. Martin-in-the- Fields en gitarist Pepe Romero spelen voer Philips - billijk geprijsd - twee concerten, en Karl Richter vertolkt op DGG Johan Sebastian Bacb. Hoe verschillend de platen o.ua muzikale inhoud ook mogen zijn - ze hebben één belangwekkend element gemeen: ze bie den échte bloemlezingen, en vrijwel geen stukjes en beetjes. En ze worden hier kort gesignaleerd, omdat de uitvoeringen stuk voor stuk memorabele zijn. Ook die van Karl Richter - als men zijn Bach althans niet uitsluitend 'authentiek" wil horen. Alicia de Larrocha is mede dank zij de plaat de laatste tien jaar als een opmerkelijke pianiste bekend geworden. Haar meest bejubelde platenalbum tot nu toe bevat haar visie op 'Iberia' van Albinez. Haar promotieplaat nu biedt uit dat werk drie magnifiek gespeelde delen, met de rituele vuur- dans van De Falla als toegift op de ene plaatkant. Op de andere zijde Bachs Italiaanse concert op de piano - maar zéér smaakvol gespeeld - en de variations sérieuses van Mendels sohn. i Decca 6835 621). Twee gitaarconcerten op Philips: Rodrigo's 'Fantasia para un gentilhombre' en 'introduktie, thema met variaties en polonaise' opus 65 van Giuliani. En dat laatste werk maakt de schijf tegelijk tot een waar devolle voor liefhebbers van gitaarmuziek, omdat het - voor zover na te gaan - een plaatpremière betreft. Vroeg romanti sche muziek, door Romero flonkerend en meteen grote tech nische beheersing tot uitvoering gebracht Een passens dan sant gespeelde 'Fantasia' maakt het luisterplezier compleet. De Acadamy begeleidt gedifferentieerd, de plaat klinkt, goed. (Philips 6833 198 stereo) Op de Bach-plaat van Richter en DGG vijf orgelwerken: de - kennelijk onvermijdelijke - toccata en fuga in d-klein BWV 565, de koraalvoorspelen 'Wachtet auf, 'Kommst du nun, Jesu'. 'Schmucke dich' en het preludium en fuga Es BWV 552, Het kan zijn. dat men in de Bach van Richter iets van de monumentaliteit mist, die Helmut Walcha het orgeloeuvre van deze componist geeft, terwijl puristen de voorkeur zullen geven aan met name Gustav Leonhardt. Richter speelt Bach niettemin met veel autoriteit en de plaat klinkt uitstekend (DGG) C. SIMENON VIA DE BANDRECORDER ^)rie jaar geleden maakte Georges Simenon. toen zeventig jaar. bekend dat hij geen romans meer zou schrij ven. De inspanning was hem, lijder aan de ziekte van Parkinson, te zwaar geworden. Daarmee lag zijn oeuvre, ruim tweehonderd romans waarvan tachtig Maigrets. als een afgerond ge heel achter hem. Maar de toekomst had toch nog enkele Simenons in petto. Het hanteren van pen en schrijfmachine mocht dan zijn krachteif te boven gaan. er was nog een andere mogelijkheid om boeken te maken. Op zijn bureau kwam een bandrecorder te staan en hij nam de gewoonte aan om regelmatig vla de microfoon op het apparaat in te pra ten. Geen romans, wel herinneringen. Er moest immers nog een karwei worden afgemaakt. In de oorlogsjaren had hij (omdat een arts hem had verteld dat hij nog maar twee jaar te leven had) voor zijn zoon Mare de herinneringen aan zijn jeugd opgeschreven, herin neringen die later zijn uitgegeven on der de titel Pedigreé. Ditboek ging echter maar tot 1922, het jaar waarin Simenon zijn geboortes tad Luik verliet om zich in Parijs te vestigen. „Einde van het eerste deel", schreef hij aan het slot. Deel twee is echter nooit gekomen. Tot op zekere hoogte is „Een man als ieder ander" (Bruna) te beschouwen als een voort zetting van de memoires. De structuur van dit boek is echter ge heel anders dan die van Pedigreé. De herinneringen die Simenon in het nieuwe boek ophaalt, worden verteld in vluchtige fragmenten. Alles wat normaal gesproken tot het werk van de schrijver behoort: het componeren van het ruwe materiaal tot er een „boek" ontstaat, moest hier achter wege blijven. Xk kan hier onmiddellijk hij aante kenen, dat deze beperking mij bij de lectuur geen ogenblik heeft gehin derd. Integendeel, Simenon mag dan de gebruikelijke vertelwijze nood gedwongen hebben losgelaten, er is een andere verhaaltrant voor in de plaats gekomen. Simenon is uit de hoek van de romanciers verhuisd naar die van de egoisten, waar hij zich in het benijdenswaardige gezelschap bevindt van mensen als Stendhal en Paul Leautaud. De romanvorm is hem ontvallen, maar hij heeft ontdekt dat men ook een doorlopende reeks me dedelingen kan doen zonder dat men de romanvorm nodig heeft. De inhoud van het boek is. voor leder die zich maar enigszins voor Simenon interesseert, uitermate boeiend. Zijn jaren in Parijs en op het Franse platte land (o.a. als secretaris van een scha trijke gTaafi. het begin van zijn schrij versloopbaan als fabrikant van amu sementslectuur. een tocht met een boot naar Kiel en Delfzijl (waarde eer ste Maigret ontstond), zijn huwelijken en andere relaties met vrouwen, zijn kinderen, men wordt er omstandig over geinformeerd. Simenon is al op zijn negentiende jaar getrouwd met een schilderes die en kele jaren ouder was dan hij i„Tigy"), een vrouw van wie hij in 1945 is ge scheiden. Al die jaren behoorde het bordeelbezoek vrijwel tot zijn dage lijkse bezigheden. Bovendien had hJJ een seksuele verhouding met het dienstmeisje Boule. Enigszins ont hutst lezen we. dat Tlgy maar eéh ka raktertrek had die hem tegenstond: Als zij na twintig jaar ontdekt dat hij regelmatig met Boule naar bed gaat, komt het tot een scene, waarbij de woorden „Zij weg of.ik weg" niet ont breken. Het verslag van zijn tweede huwelijk met de Canadese ,.D" wordt ons onthouden, want dat heeft hij bij nader inzien „met tegenzin" ge schrapt „Een man als ieder ander" brengt ons Simenon als mens. maar ook als schrijver aanzienlijk dichterbij dan welk ander boek ook. Een man. oud geworden, vertelt het verhaal van zijn leven. Ik heb er af en toe ademloos naar geluisterd. De vertaling van Benjo Maso is heel behoorlijk, op enkele vervelende tics na. Hij schrijft bijvoorbeeld: „De man waarin ik vertrouwen heb", in plaats van „de man in wie" etc. Ook heeft „pathetisch" bij ons een andere bete kenis dan 'pathétique' in het frans. De juiste vertaling is „aandoenlijk" of „aangrijpend". HANS VAN STRATEN

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 13