Als machtsmodellen veranderen, verandert ook de geschiedenis BEWOON DE WERELD! Ethisch reveil T, De boom, die wordt hoe langer hoe dikker ZATERDAG 20 NOVEMBER 1976 ,ETiets is meer heilig. Alles lijkt in beweging te zijn gekomen. Maat schappelijke taboes verwisselen van de ene dag op de andere van positie. Wij leven in een dynamische tijd." Dit zijn enkele kreten die men tegenwoor dig in nagenoeg elke preek, toespraak of inleiding kan vernemen en waarmee sprekers van allerlei herkomst zich van de instemming der toehoorders verzekeren. Immers: ieder van ons heeft bewust of onbewust het gevoel dat de geschiedenis onder onze ogen aan het veranderen is, dat de mens heid wordt meegesleurd door een ge heimzinnige maalstroom die ons ang stig maakt omdat wij niet weten waar door zij wordt veroorzaakt. Als men een historicus of een socio loog vraagt wat het nu eigenlijk is waardoor de maalstroom wordt op gewerkt, dan zal hij antwoorden dat eropéénofanderemanierietsgaande is rondom 'de macht'. En dan weet men eigenlijk nog niet zoveel, want 'macht' is een vaag begrip. De vaagheid van het begrip 'macht' verhindert intussen niet, dat bijna ie dereen er de gevolgen van ondervindt. Als - bijvoorbeeld - de politieke macht in de wereld van positie verandert of als er rondom het bezit van de macht wordt gestreden, dan kan dat voor mil joenen een kwestie van dood of leven betekenen. De verbetenheid waar mee mensen of groepen zich van het behoud van macht willen verzekeren, betekent voor allen die van de macht afhankelijk zijn, dat zij in machteloos heid moeten leven. Worden de machte lozen zich van hun afhankelijke of ver nederende rol bewust dan kunnen zij besluiten om een greep naar de macht uit te voeren en dat betekent opnieuw een schokeffect in de geschiedenis. De macht verwisselt van plaats. De wijze waarop macht wordt uitgeoe fend is bepalend voor de aanvaard baarheid ervan voor degenen die on der een bepaalde machtsstructuur le ven. Er bestaan milde en onbarmhar tige vormen waaronder macht wordt uitgeoefend. De macht van de legen darische Engelse koning Arthur school in zijn zachtmoedigheid, die zijn onderdanen ertoe bewoog om hun wapens en de sleutels van hun huizen bij hem in te leveren als bewijs dat zij zich veilig en tevreden voelden. De macht van Stalin was voelbaar in de niets ontziende terreur die hij uitoe fende en in de dwang waaraan hij mil joenen van zijn onderdanen onder wierp. Schokgolven Het is duidelijk dat wijzigingen in de macht schokgolven teweegbrengen in de samenlevingen die zich in de wer king van de macht hebben gekoesterd of ervoor hebben gesidderd. De ge schiedenis verandert en de loop van het lot neemt een andere richting. Hoe ernstig de gevolgen daarvan voor velen ook kunnen zijn, bij 'gewone' machtswisselingen heeft men. socio logisch gezien met een oppervlakkig gebeuren te maken. De rollen van de genen die de mach t uitoefenen worden verwisseld en dat kan zegen of onheil betekenen, maar de macht als zodanig blijft wat hij altijd al was. Werkelijk wereldschokkende veran deringen hebben te maken met- wijzi gingen in de modellen waarbinnen de macht functioneert. Daarbij gaat het om de plaats van de macht als zodanig en principieel. Als zich zulke wijzigingen voordoen dan neemt niet alleen het lot van sa menlevingen. maar de loop van de ge hele geschiedenis en van de mensheid een keer. Vandaag de dag leven wij in een periode waarin er aan het model van de macht wordt gesleuteld en dat dit een gebeuren van wereldformaat is blijkt wel uit het feit dat de machts modellen zich, zolang de mensheid be staat. slechts enkele keren hebben gewijzigd. En elke keer dat er zoiets gebeurde leek het erop dat God zelf in de geschiedenis ingreep - zo groot en sterk was het effect van een wijziging van het machtsmodel. Een nieuw machtsmodel, zo kunnen wij zeggen, luidt een nieuw tijdperk in. Het voorgaande zal de lezer nogal ab stract voorkomen. Om één en ander te verduid elij ken wil ik in het vervolg van dit relaas enkele historische machts modellen vereenvoudigd schematisch weergeven. Macht uit magie 1. Het oudtestamentische machts model. In dit model, in de vorm van een pyramide berust de macht bij God die door koningen, profeten of zieners over het volk, dat aan de basis van de pyramide zit, wordt uitgeoefend. De koning ontleent zijn macht aan God en liij oefent de macht uit in de vorm van éénrichtingsverkeer. God en ko ning bevelen - het is als het ware hun zaak - en het volk gehoorzaamt zwij gend. Metditmodel, dattotop de hui dige dag voor velen van ons nog steeds als vanzelfsprekend geldt, ontspruit de macht aan het ongeziene en zij be rust grotendeels op magie. 2. Historisch gezien is met het oudtes tamentische machtsmodel afgere kend toen Jezus op aarde verscheen. In depyramide van de machtdie Jezus bedoelde, staat God nog altijd in het zenith, maar tussen God en de mens verschijnt Jezus als Messias - als heelmeester - en hij belichaamt het tweerichtingsverkeer tussen God en de mens. Hij noemt zichzelf'de weg, de waarheid en het leven." En zegt: „Niemand komt tot de vader dan door mij." Hij gaat aan de kant van de machtelozen staan en verwijdert zo wel de koning als de kerk van zijn da gen uit de machtspyramide. Koning en kerk staan, in plaats van in de top van de driehoek, ergens terzijde. Er is een specifieke verantwoordelijkheid van het volk ten opzichte van de ko ning. „Geef de keizer wat des keizers is, maar geef God wat. God toebehoort." zegt Jezus. De theologen van zijn tijd roept hij toe dat zijn gepleisterde gra ven zijn. addergebroed. Jezus brengt met dit machtsmodel iets fundamen teels tot stand, want hij kenschetst- zichzelf in dit model als de minste van allen. „Macht moet dienen." is zijn standpunt, terwijl in het oudtesta mentische model geldt, dat macht moet heersen. Reformatie 3. Het hier bedoelde model zou ik het vroeg-Romeinse willen noemen en het kreeg vorm op het moment dat de we reldmacht van het oude Rome zich op loste in de geestelijke macht van de kerk. Er ontstaat opnieuw een pyra mide. waarin als vanouds God aan de top staat en waarin wij ook de myste rieuze relatie tussen God en Jezus te rugzien. maar waarin nu ook de kerk haar plaats inneemt. Het tweerich tingsverkeer speelt zich af tussen God, Jezus en de kerk. Van de laatste uit gaat de macht wederom als éénrich tingsverkeer naar beneden werken. Dit verschijnsel wordt nog sterker als de kerkelijke macht zich gaat verbin den met de staatkundige macht. Kerk en koning nemen samen plaats in de top van het machtsmodel. In de prak- GOD KONUIG 1, macht i9 magisch 4. macht is heersen 2. macht is dienen 5« macht is delen GOD JEZUS+KERK+XOllEG g. macht is heersen ^S^nacfrthibeuege!^ tijk wordt de macht nu nóg sterker, want zij stoelt op een solied verbond aan de top. De reformatie was een wereldschok kende poging om de kerk uit de top van de pyramide te verwijderen en langzamerhand vreeswekkend ge worden invloed, een soort geweld af te tappen. De basis van de pyramide wilde het tweerichtingsverkeer met God. via Jezus, herstellen. Geen won der. dat kerk en staat, die zich zo nauw met elkaar verbonden hadden, op hun grondvesten wankelden en dat de klap nu nog nagalt. 4. In de 19e eeuw begon de betekenis van het koningschap in het machts model te tanen, maar een andere fac tor nam de plaats van het koning- meer een onderlinge strijd van belan- geduid als het kapitalisme. En we derom koos de kerk voorliet recht van de sterke. Het kapitaal werd toegela ten tot de top van de machtspyramide en het éénrichtingsverkeer werkte nu op een nog effectiever manier. 5. Het was Karl Marx, die deze situa tie analyseerde. Hij noemde de gods dienst opium voor het volk. omdat godsdienst, die zich in de kerk had georganiseerd, de mensen in een roes hield, die hen belette om te zien water nu werkelijk aan de top van het machtsmodel - de structuur - gaande was. Marx schrapte daarom koning. kerk. kapitaal en God uit zijn machtsmodel weg en vulde op die plaats het begrip 'staat' in. „Macht is delen was zijn stelling en in de ideale 'vorm zou de macht vanuit het grond vlak. het, volk. worden gedelegeerd aan een vertegenwoordiging van dat volk. een stel vertrouwenslieden, uit het midden van het volk gekozen. Mao's modeI 6. Een belangwekkende variant op het principe 'macht is delen', werd ontworpen door Mao Tse Toeng, die de gedachte propageerde dat de macht permanent in beweging moet zijn - zij moet steeds van plaats ver anderen om integer te kunnen blij ven. In zijn denksysteem moet degeen die de macht als heerser uitoefent, haar van tijd tot tijd ook als lijdend voorwerp kunnen ervaren en als dat niet spontaan gebeurt, dan moet er maar een kunstmatige revolutie voor worden opgewekt. Mao's weduwe die gemeend had de nalatenschap van de macht die Mao als een soort heilige genoot, te kunnen inpalmen, heeft de wrange vruchten van dat pogen moe ten ervaren. In communistisch China is macht een wegwerpartikel. De hier kort geschetste machtsmodel len kan men nog met enkele uitbrei den, zoals het ook mogelijk is om machtsmodellen m hun afgeleide vorm op te sporen, bijvoorbeeld in de vorm van een gezinshiérarchie oi'in de hiërarchie van bedrijven of andere or ganisaties. Voor dit betoog is dat evenwel niet van belang. Wat ik duidelijk wilde maken is, dat het machtsmodel van Jezus, dat de blauwdruk had moeten worden van een gelukkige en rechtvaardige sa menleving, in dc geschiedenis nimmer tot zijn recht is gekomen, al heeft men die ideale situatie een enkele maal wel een enkele maal benaderd. Men trof en treft haar het veelvuldigst aan in sommige typische heilsgemeen schappen. Nieuw heii? Het machtsmodel dat op dit ogenblik in onze wereld in wording is, vertoont de tekenen van hotsing en chaos. Heel eenvoudig voorgesteld ziet men in het huidige, dynamische model allerlei Van Verdi is de uitspraak, dat zijn muziek pas goed was, als slagersjon gens ze op hun ronde floten. Hij be reikte met zijn muziek slagersjongens en draaiorgels - een breed publiek dus. En de belangrijkste reden daar- loe ligt in de welluidendheid van zijn melodieën. In de tijd, dat in Zeeland brassbands nog gewoon fanfarekorp sen waren, stond Verdi nogal eens op het programma tijdens de jaarlijkse muziekuitvoering - en één keer heb ben we een gekweld koperblazer bij beraadslagingen over het concert programma eens horen verzuchten: „Ast me wil nie Rigoletto is". Verdi's muziek ligt vaak zéér aange naam in het gehoor - en daarom is het wat verwonderlijk, dat men in het pla- tenland slechts spaarzaam uitgaven met Verdi-ouverture tegenkomt Daar zijn best diepe verklaringen voor te geven, musicologen kunnen met klem van argumenten beiogen, dat de stuk ken nogal eens de symfonische kracht missen om een zelfstandig leven te kunnen leiden. En dan wordt er ver wezen naar Wagner, wiens ouvertures en voorspelen men inderdaad moeilijk symfonische allure kan ontzeggen. Maar prettig mee te neuriën wijsjes kan men in veel Verdi-ouvertures aan treffen en DGG heeft aan het gebrek aan opnamen in die sfeer wat gedaan. Vrijwel al de 'sinfonia's' en 'preludes' - zoals de componist ze zelf aanduidde - van Verdi zijn nu op twee platen aan gebracht, in uitvoeringen van de Ber liner Phïlharmoniker onder leiding van Herbert von Karajan. Via die uit gave blijkt, dat liet gebrek aan 'symfo nische allure" in veel voorspelen nog altijd geldt, maar het album biedt ook de mogelijkheid tot enige" incidente le correcties van dat globale beeld en tot een uitbreiding van het aantal Verdi-ouvertures. die het alleen, zon der de opera, best halen. Dat gold al voor 'La forza del Deslina' en voor 'La Traviata' bijvoorbeeld. Men zou er- nu in dit album ook veel onbekend werk tot klinken komt - zeer wel Verdi's al lereerste ouverture 'Oberto'. 'Gio- vanna d'Arco'. 'Luisa MiUer' Sici- liaanse Vesper en de voorspelen tot 'I Manadieri' (De rovers) en 'Aroldo' aan kunnen toevoegen. Verdi schreef zevenentwintig opera's, de ouvertures zijn duidelijk van de voorspelen te scheiden - potpourri- model, langer, meerdere onderdelen - maar de exacte begrenzing tussen voorspel en alleen-maar-orkestrale in zet van een opera ligt minder duide lijk. 'La Traviata' en 'Aida' hebben bij voorbeeld duidelijke preludes, maar de inleiding tot 'Othello' en 'Falstaff tellen niet meer dan dertien en zeven maten. Het voorspel tot T M3snadieri" is nog wel een duidelijk zelfstandig stuk mu ziek. 'Rigoletto' is een van de meest sprekende voorbeelden van een inlei ding, die voortreffelijk werkt als 'sfeermaker' voor de opera, maar als zelfstandig uitgevoerd werkje nauwe lijks beklijft. De twee DGG-platen be vatten negentien ouvertures en voor spelen en die selectie is-juist vanwege het al dan niet beklijven der werken - wel begrijpelijk. De Berliner Philhar- moniker zorgen onder Von Karajan voor somptueuze lezingen, die men best af en toe wat luidruchtig en ietsje zwaar aangezet mag vmden om ze toch te kunnen waarderen. Als DGG het ensemble, dat 'Macbeth' opnam - het orkest van de Scala Milaan en Abbado - aan het karwei had gezet, was hel resultaat, mogelijk nog levendiger en waarschijnlijk minder zwaarwichtig geweest. Maar ook met de Berliner Phïlharmoniker biedt "net album een goed doorkijkje in Verdi als leveran ciers van ouvertures - en de opname kwaliteit is gaaf iDGG 2707 000, stereo tweeplaten: ouvertu res en voorspelen van Verdi- Oberto, Een dag koning. Nabucco, Emani. De maagd van Orleans. Alzira, AtiUa. De rovers, Mac beth, De Corsair, De slag bij Legnano, Luisa MiUer, Rigoletto, La Traviata, Sicillaanse vesper, Aroldo, Een gemaskerd bal, De macht van het noodlot, Aidai. De vier symfonische gedichten, die Antonin Dvorak in 1896 schreef, vor men een soort cyclus, zij het dat de onderdelen minder samenhangen dan in 'Mijn Vaderland' van Dvoraks landgenoot Smetana. De watergeest, de middagheks, het gouden spinnewiel en de woudduif zijn de muzikale 'neerslag' van vier folklo ristische balladen. De muziek wordt gekenmerkt door een klein aantal thema-kernen - opmerkelijk bij de be gaafd melodieus Dvorak -. een njke harmonie en door Tsjechische volks muziek gekruide ritmen. De vier symfonische gedichten staan op twee DGG-platen met Rafael Ku- belik en het Symfonie-orkest van de Beierse Radio als uitvoerenden. De werken krijgen welsprekende, effec tieve vertolkingen, maar men mag van Kubelik in deze laatste orkestrale werken van Dvorak niet anders ver wachten- zijn uitvoeringen van de ne gen symfonieën en alle Slavische dan sen stonden er borg voor, dat hij de sfeer van deze programma-muziken raak zou treffen. Wat gebeurt. De toe gift waarmee Kubelik zijn opnamen van Dvoraks orkestmuziek met verve completeert zijn de symfonische va riaties over een oorspronkelijk thema opus 78 (DGG 2530 712 en 2530 713, stereo). De ouvertures van Verdi. de symfoni sche gedichten van Dvorak - men kan ze vangen onder de noemer van orkes trale 'theatermuziek'. Vier suites theatermuziek van één van de meest inventieve Engelse componisten uit de zeventiende eeuw - Henry Purcell - kan men vinden op een schijf uit het fonds van 'l'Oiseau lyre' uit het Decca-huis. 'The Academy of Ancient Musci' speelt suites uit Abdalezer,, Distresd Innocence, The married Beau en The Gordion Knol Untied en de sopraan Joy Roberts zingt - uitste kend - twee aria's. Het gaat om diver terende, onderhoudende muziekjes, in uitvoeringen van een ensemble, dat kiest voor authenciteit in de instru menten. Geanimeerde vertolkingen. Vivaldi Er gaat geen jaar voorbij zonder dat impulsen van het grondvl alt (het volk) opstijgen naar de top van de py ramide, waar de formele macht zetelt, die in de westerse wereld wordt beli chaamd door het kapitaal en haar uitvoerders: de managers. Wat er aan die top aan het gebeuren is, vinden wij ondoorzichtig, maar de effecten ervan zijn soms maar al te duidelijk en verontrustend. Denk maar aan massa-ontslagen of economische re cessies die schijnbaar zomaar uit de lucht vallen. Op de basis is de analyse van Marx geducht aan het werken. Het volk be gint macht te ontwikkelen en zo slaan wij momenteel de strijd tussen prole tariaat en kapitaal gade. Doordat deze strijd min of meer elegant, en met de mocratische wapens wordt uitgevoch ten, valt het ons zelden op dat het in feite een klassenstrijd is. De kerk en het evangelie bevinden zich ten dele in het strijdperk en voor een deel zitten zij erbuiten, aarzelend bij het kiezen van hun positie. Staat het evangelie (dus Jezus) aan de kant van het volk en is het streven naar macht datzich bij het volk ontplooitin werkelijkheid een soort heilsgebeu ren? Men weet het niet precies. Er is in de kerken wel een duidelijke stroming waarneembaar om de partij van het volk te kiezen, hoewel andere, conser vatief genoemde stromingen, juist de macht aan de top wensen te bevesti gen. Wij zien in elk geval dat - bewust of onbewust - in de kerken een zoeken gaande is naar de plaats waar de macht zich bevindt, en een streven om1 zich met die macht te verbinden. Het. is dit proces, het schokken en schudden van het machtsmodel, dat onze tijd zo verontrustend en ondoor zichtig maakt. Het lijdt geen twijfel dat het oude mo del zal bezwijken. Maar er zullen nog heel wat schokgolven door onze sa menleving gaan vooraleer een nieuw machtsmodel de geschiedenis zal gaan beheersen. De wens van alle vromen is, dat dit nieuwe machtsmo del eindelijk zal gaan lijken op de blauwdruk waarmee Jezus aan het werk toog. A. F. M. C. Koopman platenland een album met - bekende of onbekende Vivaldi-concerten aan biedt. Ditmaal is het de beurt aan Phi lips, aan I Musici, violist Salvatore Accardo en hoboïst Ilcinz Holiger. Zij legden de twaalf concerten opus 7 vast, tien vioolconcerten, twee hobo concerten. Geen authentiek getinte vertolkingen derhalve a la Concen- sius Wien, maar wel uitvoeringen met veel élan en zeer genietbaar voor wie 'zomaar' een Vivaldi-programma aan zijn verzameling wil toevoegen. Opus 7 - zo maakt Michel Ta lbot in zijn lezenswaardige documentatie bij het Philips-album duidelijk - hoort tot de groep van vijf sets concerten, die in Amsterdam verschenen en niet aan iemand zijn opgedragen. Men kan tus sen de groep niet in opdracht geschre ven concerten en de sets, die wel in opdracht werden gecomponeerd aan zienlijke verschillende verschillen be luisteren: deconcertimetbijnamen'La Stravanganza' opus 4. 'lEstro Armoni- co' opus3 bij voorbeeld zijn veel geprofi- leerder van karakter dan de andere, wier kwaliteit ook per stuk sterker wis selt, zoals ook in opus 7 blijkt. Waar schijnlijk - oppert Talbot - heeft de uitgever Vivaldi de hint gegeven de beide boeken van opus 7 te beginnen met een hoboconcert: ze dateren uit 1717, een paar jaar nadat Albininoni veel succes had met zijn 'concerti a cin que', waarin diverse hoboconcerten waren opgenomen. Vivaldi's opus 7 werd door Philips uitstekend opgeno men (Philips 6700 100, stereo twee pla ten). Illlllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllll IlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllIIIIlllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllll >oor de draaitafel van en voor de draaitafel van en voor de draaitafel van en voor de draaitafel van en voor de draaitafel van en vc L egenwoordig komen we telkens weer tegen de uitdrukking 'ethisch reveil,1 Wat bedoelt men daarmee? Vage voorstellingen zijn er in dezen natuurlijk wel, maar men vraagt zich af, of men er tegenwoordig toch niet wat anders met bedoelt dan dat men er, zeg maar vijftig jaar geleden mee kan hebben bedoel! We hebben kunnen lezen van het ethisch reveil van Van Agt, mede in verband met de abortuskwestie en de heibel rondom de Bloemenhovekliniek. Ruim een maand geleden was er in 'De Volkskrant' een uitvoerig vraaggesprek te lezen met onze minister-president. Daarboven was inet dikke letters de kop gezet: „Het etisch reveil van Den uyï, Wie en igszins de politieke ontwikkelingen in ons land gevolgd heelt, kan zo wo| vermoeden dat Van Agt en Den U.vl niet heizelfde denken bij die woorden, Douwe Trant van 'Vrij Nederland' begint er steeds meer mee verlegen te zitten en dat vooral sinds zijn zoontje naar school gaat en daar blijkbaar van zijn kameraadjes een praktijk leert die deze brave burgerlijke ambtenaar hem thuis niet heeft geleerd. De jonge Douwe blijkt er geen been in te zien, wanneer iiij met zijn vader boodschappen gaat doen, iets voor zich zelf uit een winkel weg te nemen waarin hij zin heelt en later ijskoud beweert dat hij het gekregen heeft. Eerst iets over die twee woorden. Ethisch is een woord dat wij aan de Grieken te danken hebben. Ethos be tekent zoiets als wat wij 'zede' noe men, de gewoonte. In de bijbel vinden we de uitdrukking: dat doet men met in Israël, waannee een bepaalde zede is aangeduid, Deze steunt op een al gemeen gevoel van wat mag en niet mag, waarach ter natuurlij k de wet van Mozes staat. Ethiek is wel eens gefor muleerd als een wetenschap niet van feiten, maar van nonnen, normen die in de samenleving voor algemeen geldend worden gehouden. Gij zult niet stelen is bijv. zulk een norm. Nu komt de vraag door wie die normen worden bepaald. Komen ze voort uit een algemeen volksgevoelen? Worden ze bepaald door een zeker godsdien stig bewustzijn en geloof? Dit geeft een niet gering onderscheid. Op welke basis steunt die zede, dat algemeen aanvaarde? Een Hindoe zal een andere ethiek, andere zedelijke normen heb ben dan een samenleving waar de ethische nonnen door het christen dom zijn bepaald, zoals dat in onze Eu ropese samenleving het geval was, waar een z.g.n, christelijke ethiek heeft geheerst. Maar in ieder geval heeft ethisch te maken met een wijze van leven en handelen. Vroeger kende men in ons land de uitdrukking 'ethische poli tiek'. Voor zover wij ons dat herinne ren werd deze uitdrukking toen alleen gebruikt in verband met de koloniën. Ze moest aanduiden een politiek welke direct gericht was op hetwelzijn van de inheemse bevolking. Tegenwoordig wordt deze uitdrukking 'ethische politiek' ook gebruikt, maar nu heeft ze toch wel een veel wijdere strekking, waarbij niet alleen de bui tenlandse, maar ook de binnenlandse politiek betrokken is. Reveil is oorspronkelijk een Frans woord, dat ontwaking, herleving, we deropwekking betekent. Sinds onge veer 1830 hebben wij in ons land het Reveil gekend, een godsdienstige be weging in de protestantse kerken. Enige tientallen jaren voordien was ze in Frans Zwitserland ontstaan en vandaar is de naam overgenomen. Het Reveil in ons land wilde allereerst ver nieuwing, opwekking in het geestelijk leven zijn. Maai' ze wilde meer. De vrouwen en mannen van het Reveil hadden ook oog voor heel het maat schappelijk bestel in ons land. Talloze zijn de stichtingen, verenigingen, in richtingen die uit het Reveil zijn voortgekomen. Zij hebben zich niet te ruggetrokken in samenkomsten van gelijkgezinden, maar ze hebben wel degelijkoog gehad voor heel ons volks leven, We moeten dit tot hun eer er kennen, ook al zouden we het tegen woordig dan niet meer doen zoals zij het hebben gedaan. Maar de tijd van 140 jaar geleden was een andere dan wij nu beleven. Ditwordtnogwel eens vergeten bij vergelijkingen. erug naar het heden. Zoals uit het bovenstaande reeds blijkt kunnen de gedachten bij de woorden 'ethisch re veil' in verschillende richting gaan. Den Uyl zou de mensen kritisch willen laten denken over hun eigen behoef ten, over wat echt voor ze van belang is. „De mensen hebben sociale rechten gekregen, maar de mensen zelf zijn er te weimg bij betrokken geweest om ook een eigen verantwoordelijkheid te kunnen dragen." Wordt onze maat schappij, zoals het nu gaat, nietsteeds met een onderlinge strijd van belan gengroepen? Het 'groepsegoïsme op immense schaal' blijkt voor hem wel een benauwende zaak. Hij weert af de stelling: wat in het volk leeft is goed en gezond'. Eveneens is het gevaarlijk mensen een absolute vrijheid te laten. „Zeker, mensen moeten de vrijheid krijgen hun eigen persoonlijkheid te ontplooien, maar dan toch wel voort durend in relatie met de vraag wat de gevolgen zijn voor anderen, de samen leving." Alle nadruk legt hij op het aanvaarden van deze verantwoorde lijkheid. Daartoe is ook de regering voortdurend bezig met nieuwe 'nor meringen'. Aan hetslotvan het vraag gesprek krijgen we een samenvatting van wat onze minister-president denkt over het Ethisch reveil. „Maar ik vind dat linkse actie, socialistische actie, progressiviteit, uitsluitend gemoti veerd kan worden - en ook alleen maai doeltreffend kan zijn - vanuit solidari teit, een stukje verheviging van waar debesef, van watje voor mekaar bete kent." Van Van Agt hebben we, voor zovet mij bekend, zulk een vraaggesprek niet, maai' we kunnen wel enigszins vermoeden in welke richting zijn ethisch reveil gaat De achtergrond van het denken van Den Uyl is zijn socialistische overtuiging en geloof De achtergrond van het denken van Van Agt zal zijn de moraal van de kerk waartoe hij behoort. Natuurlijk zal hij instemmen met veel wat Den Uyl heeft I gezegd over 'gemeenschapszin'. Als minister van justitie en als kerkelijk denkend mens zal bij hem veel meer de vraag opkomen wat er van onze sa-1 menleving terecht moet komen wan neer de vrijheid voor de mens om zelf te bepalen wat hij wil doen en laten, als het hoogste goed wordt gepropageerd. De vraag is telkens weer gesteld of we in ons land niet in een morele chaos terechtkomen wanneer op die vrijheid zoveel nadruk gelegd wordt. Laat onze regering de zaak niet te veel lopen, zodat ze uit de hand loopt? Milieuvra- gen zijn in de regering aan de orde ge weest, maai'komt ze toe aan de vragen van het geestelijk milieu? En dat is in onze tijd waarachtig ook wel eens no dig. Zo ongeveer was een uitspraak van iemand die kerkelijk, voorzover ik het kan beoordelen, weinig gebonden 1 is, maar die toch vindt dat het nu de spuigaten uitloopt. De criminaliteit wordt steeds erger. Het druggebruik neemt steeds meer toe, alsook de mis daad die hiermee samenhangt. Het egoïsme viert hoogtij. Dagelijks lezen we van dieistallen, overvallen, ver- j krachtingen enz. Is het huwelijk meer dan een zakelijk contract tussen men sen dat zomaar verbroken kan wor den? Het gaan samenleven zonder 'bo terbrief] e' neemt steeds meer toe. Worden hiermee niet aangetast de grondslagen van onze samenleving? He, Let gaat hier niet om het denken van behoudzuchtigen, die alleen maar in het verleden hun ideaal kunnen zien. Strenge bevoogding kan het omgekeerde uitwerken van wat ze be doelt. Maar, kan een samenleving enige bevoogding missen en is de overheid daartoe ook niet geroepen"! Door het achterlicht aan onze fiets wil zij ons beschermen en terecht. Maar verder? Wanneer er geroepen wordt om een ethisch reveil in de zin van Van Agt-, is deze tenslotte niet te bereiken met maatregelen van de regering al leen; dat weten we wel. Maar kan de regering met de handen in de schoot gaan zitten en zeggen dat ieder het maar voor zich zelf moet uitmaken? Uiteindelijk zal het aan moeten komen op een basisverantwoordelijkheid van heel de samenleving. Maar is politiek dan niet het geven van een vorm aan die samenleving? Het abortus-debat in de tweede kamer is een voorbeeld waaruit blij kt dat een regering haar verantwoordelijkheid over geestelijke en zedelijke zaken niet kan ontlopen. Naar ons gevoel is het haar toen uit de hand gelopen. Wanneer het gaat om ons ethisch den ken ten dat nemen nu in de ruimste betekenis die deze woorden kunnen hebben) laten we dan wel weten dat er een nauwe verbinding is en zal blijven tussen ethiek en godsdienst. Een bepaald zedelijk gedrag is in vele gevallen godsdienstig gebonden. Wanneer het gaat om een handeling die wij al of niet verrichten, wordt de beslissing in dezen dan niet mede be paald door geloofsnoties of het ont breken daarvan. Wie het bijv. over 'ge rechtigheid' heeft (dat woord valt tegenwoordig ook nog al eens) en daarin wil handelen, zal de inhoud van het bijbelse begrip niet kunnen ontlo pen. Wanneer men met de basis van ons volksleven rekening wil houden (ook daarover hebben de progressieve partijen het nogal eens) dan zal men ook rekening moeten houden met een bepaald geloofsdenken (we spreken hier niet van kerkelijk denken) dat er is en waarvan het ons pijn doet wan neer daarover smalend wordt gespro ken. h. Morgen is het de laatste zondag van hel kerkelijk jaar. Volgende week beginnen de Ad- vencsweken. Dat zijn de weken waarin we uitzien naar het Kerstfeest, de viering van de komst van onze Heer. Morgen is het dus de kerkelijke Oudejaarsdag De kerkheeft zo haar eigen kalender. De tijd ïs gelukkig voorbij dat de kerk aan desameme- vingeen kalender dwingend oplegde. Die eigen jaarkalender speelt alleen een rol binnen de gemeente. Die geelt daar een ritme aan, Binnen de kring van dit jaar viert de christelijke gemeente alles wat God voor de wereld ged aan heelt. In de Adventsweken vieren we Gods voorbereidende werk vóór Hf) zijn Zoon stuurde. In de weken daarna vieren we alles wat God in Jezus Christus gedaan heeft tot en met zfjn Hemelvaart en Pinksteren. Na Pinksteren lijkt het stil te worden in de kerk. Een tijd zonder feesten. Een gewone tijd. Daar is de heilstijd samengevallen met onze tijd. Een tijd waarin het Koninklijk in stilte uitgroeit. Jezus heeft zijn rijk eens vergeleken met een mosterdzaadje. Dat is een klein, nietig zaadje waaruit een grote boom groeit Die groei gaat geleidelijk en in stilte. Je kunt die groei niet steeds aanwijzen. Maar na een tijdje zeg je: Kijk hij is duidelijk weer wat gegroeid'. Als we in de gemeente het jaar afsluiten zeggen we: De kringloop is weer ten einde. We zijn weer een jaar dichter bij het eind van deze geschiedenis, wanneer onze Heer terugkomt om alles te voltooien. Op zo'n dag kijken we ook terug op een jaar. Dan zeggen we: Het was weer een jaar van Gods goedheid. Hij heeft de wereld In stand gehouden. Hij heeftonsnog bewaard. Endegenen die ons ontvielen gedenken we. Ze zijn niet weg, maar veilig bij God, in wie ze geloofd hebben. Zo schuiven de generaties door. Gods werk gaat door. Van jaar tot jaar. Van eeuw tot eeuw. De boom groeit. Hij heeft er weer een jaarring bijgekregen. Hij wordt hoe langer hoe dikker', E, Hoogerwerf, Vlisslngen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 20