Als machtsmodellen veranderen,
verandert ook de geschiedenis
BEWOON
DE
WERELD!
Ethisch reveil
T,
De boom, die wordt
hoe langer hoe dikker
ZATERDAG 20 NOVEMBER 1976
,ETiets is meer heilig. Alles lijkt in
beweging te zijn gekomen. Maat
schappelijke taboes verwisselen van
de ene dag op de andere van positie.
Wij leven in een dynamische tijd." Dit
zijn enkele kreten die men tegenwoor
dig in nagenoeg elke preek, toespraak
of inleiding kan vernemen en waarmee
sprekers van allerlei herkomst zich
van de instemming der toehoorders
verzekeren. Immers: ieder van ons
heeft bewust of onbewust het gevoel
dat de geschiedenis onder onze ogen
aan het veranderen is, dat de mens
heid wordt meegesleurd door een ge
heimzinnige maalstroom die ons ang
stig maakt omdat wij niet weten waar
door zij wordt veroorzaakt.
Als men een historicus of een socio
loog vraagt wat het nu eigenlijk is
waardoor de maalstroom wordt op
gewerkt, dan zal hij antwoorden dat
eropéénofanderemanierietsgaande
is rondom 'de macht'. En dan weet
men eigenlijk nog niet zoveel, want
'macht' is een vaag begrip.
De vaagheid van het begrip 'macht'
verhindert intussen niet, dat bijna ie
dereen er de gevolgen van ondervindt.
Als - bijvoorbeeld - de politieke macht
in de wereld van positie verandert of
als er rondom het bezit van de macht
wordt gestreden, dan kan dat voor mil
joenen een kwestie van dood of leven
betekenen. De verbetenheid waar
mee mensen of groepen zich van het
behoud van macht willen verzekeren,
betekent voor allen die van de macht
afhankelijk zijn, dat zij in machteloos
heid moeten leven. Worden de machte
lozen zich van hun afhankelijke of ver
nederende rol bewust dan kunnen zij
besluiten om een greep naar de macht
uit te voeren en dat betekent opnieuw
een schokeffect in de geschiedenis. De
macht verwisselt van plaats.
De wijze waarop macht wordt uitgeoe
fend is bepalend voor de aanvaard
baarheid ervan voor degenen die on
der een bepaalde machtsstructuur le
ven. Er bestaan milde en onbarmhar
tige vormen waaronder macht wordt
uitgeoefend. De macht van de legen
darische Engelse koning Arthur
school in zijn zachtmoedigheid, die
zijn onderdanen ertoe bewoog om hun
wapens en de sleutels van hun huizen
bij hem in te leveren als bewijs dat zij
zich veilig en tevreden voelden. De
macht van Stalin was voelbaar in de
niets ontziende terreur die hij uitoe
fende en in de dwang waaraan hij mil
joenen van zijn onderdanen onder
wierp.
Schokgolven
Het is duidelijk dat wijzigingen in de
macht schokgolven teweegbrengen in
de samenlevingen die zich in de wer
king van de macht hebben gekoesterd
of ervoor hebben gesidderd. De ge
schiedenis verandert en de loop van
het lot neemt een andere richting.
Hoe ernstig de gevolgen daarvan voor
velen ook kunnen zijn, bij 'gewone'
machtswisselingen heeft men. socio
logisch gezien met een oppervlakkig
gebeuren te maken. De rollen van de
genen die de mach t uitoefenen worden
verwisseld en dat kan zegen of onheil
betekenen, maar de macht als zodanig
blijft wat hij altijd al was.
Werkelijk wereldschokkende veran
deringen hebben te maken met- wijzi
gingen in de modellen waarbinnen de
macht functioneert. Daarbij gaat het
om de plaats van de macht als zodanig
en principieel.
Als zich zulke wijzigingen voordoen
dan neemt niet alleen het lot van sa
menlevingen. maar de loop van de ge
hele geschiedenis en van de mensheid
een keer. Vandaag de dag leven wij in
een periode waarin er aan het model
van de macht wordt gesleuteld en dat
dit een gebeuren van wereldformaat is
blijkt wel uit het feit dat de machts
modellen zich, zolang de mensheid be
staat. slechts enkele keren hebben
gewijzigd. En elke keer dat er zoiets
gebeurde leek het erop dat God zelf in
de geschiedenis ingreep - zo groot en
sterk was het effect van een wijziging
van het machtsmodel. Een nieuw
machtsmodel, zo kunnen wij zeggen,
luidt een nieuw tijdperk in.
Het voorgaande zal de lezer nogal ab
stract voorkomen. Om één en ander te
verduid elij ken wil ik in het vervolg van
dit relaas enkele historische machts
modellen vereenvoudigd schematisch
weergeven.
Macht uit magie
1. Het oudtestamentische machts
model. In dit model, in de vorm van
een pyramide berust de macht bij God
die door koningen, profeten of zieners
over het volk, dat aan de basis van de
pyramide zit, wordt uitgeoefend. De
koning ontleent zijn macht aan God
en liij oefent de macht uit in de vorm
van éénrichtingsverkeer. God en ko
ning bevelen - het is als het ware hun
zaak - en het volk gehoorzaamt zwij
gend. Metditmodel, dattotop de hui
dige dag voor velen van ons nog steeds
als vanzelfsprekend geldt, ontspruit
de macht aan het ongeziene en zij be
rust grotendeels op magie.
2. Historisch gezien is met het oudtes
tamentische machtsmodel afgere
kend toen Jezus op aarde verscheen.
In depyramide van de machtdie Jezus
bedoelde, staat God nog altijd in het
zenith, maar tussen God en de mens
verschijnt Jezus als Messias - als
heelmeester - en hij belichaamt het
tweerichtingsverkeer tussen God en
de mens. Hij noemt zichzelf'de weg, de
waarheid en het leven." En zegt:
„Niemand komt tot de vader dan door
mij." Hij gaat aan de kant van de
machtelozen staan en verwijdert zo
wel de koning als de kerk van zijn da
gen uit de machtspyramide. Koning
en kerk staan, in plaats van in de top
van de driehoek, ergens terzijde. Er is
een specifieke verantwoordelijkheid
van het volk ten opzichte van de ko
ning. „Geef de keizer wat des keizers is,
maar geef God wat. God toebehoort."
zegt Jezus. De theologen van zijn tijd
roept hij toe dat zijn gepleisterde gra
ven zijn. addergebroed. Jezus brengt
met dit machtsmodel iets fundamen
teels tot stand, want hij kenschetst-
zichzelf in dit model als de minste van
allen. „Macht moet dienen." is zijn
standpunt, terwijl in het oudtesta
mentische model geldt, dat macht
moet heersen.
Reformatie
3. Het hier bedoelde model zou ik het
vroeg-Romeinse willen noemen en het
kreeg vorm op het moment dat de we
reldmacht van het oude Rome zich op
loste in de geestelijke macht van de
kerk. Er ontstaat opnieuw een pyra
mide. waarin als vanouds God aan de
top staat en waarin wij ook de myste
rieuze relatie tussen God en Jezus te
rugzien. maar waarin nu ook de kerk
haar plaats inneemt. Het tweerich
tingsverkeer speelt zich af tussen God,
Jezus en de kerk. Van de laatste uit
gaat de macht wederom als éénrich
tingsverkeer naar beneden werken.
Dit verschijnsel wordt nog sterker als
de kerkelijke macht zich gaat verbin
den met de staatkundige macht. Kerk
en koning nemen samen plaats in de
top van het machtsmodel. In de prak-
GOD KONUIG
1, macht i9 magisch
4. macht is heersen
2. macht is dienen
5« macht is delen
GOD JEZUS+KERK+XOllEG
g. macht is heersen
^S^nacfrthibeuege!^
tijk wordt de macht nu nóg sterker,
want zij stoelt op een solied verbond
aan de top.
De reformatie was een wereldschok
kende poging om de kerk uit de top
van de pyramide te verwijderen en
langzamerhand vreeswekkend ge
worden invloed, een soort geweld af te
tappen. De basis van de pyramide
wilde het tweerichtingsverkeer met
God. via Jezus, herstellen. Geen won
der. dat kerk en staat, die zich zo nauw
met elkaar verbonden hadden, op hun
grondvesten wankelden en dat de klap
nu nog nagalt.
4. In de 19e eeuw begon de betekenis
van het koningschap in het machts
model te tanen, maar een andere fac
tor nam de plaats van het koning-
meer een onderlinge strijd van belan-
geduid als het kapitalisme. En we
derom koos de kerk voorliet recht van
de sterke. Het kapitaal werd toegela
ten tot de top van de machtspyramide
en het éénrichtingsverkeer werkte nu
op een nog effectiever manier.
5. Het was Karl Marx, die deze situa
tie analyseerde. Hij noemde de gods
dienst opium voor het volk. omdat
godsdienst, die zich in de kerk
had georganiseerd, de mensen in een
roes hield, die hen belette om te zien
water nu werkelijk aan de top van het
machtsmodel - de structuur - gaande
was. Marx schrapte daarom koning.
kerk. kapitaal en God uit zijn
machtsmodel weg en vulde op die
plaats het begrip 'staat' in. „Macht is
delen was zijn stelling en in de ideale
'vorm zou de macht vanuit het grond
vlak. het, volk. worden gedelegeerd
aan een vertegenwoordiging van dat
volk. een stel vertrouwenslieden, uit
het midden van het volk gekozen.
Mao's modeI
6. Een belangwekkende variant op
het principe 'macht is delen', werd
ontworpen door Mao Tse Toeng, die
de gedachte propageerde dat de
macht permanent in beweging moet
zijn - zij moet steeds van plaats ver
anderen om integer te kunnen blij
ven. In zijn denksysteem moet degeen
die de macht als heerser uitoefent,
haar van tijd tot tijd ook als lijdend
voorwerp kunnen ervaren en als dat
niet spontaan gebeurt, dan moet er
maar een kunstmatige revolutie voor
worden opgewekt. Mao's weduwe die
gemeend had de nalatenschap van de
macht die Mao als een soort heilige
genoot, te kunnen inpalmen, heeft de
wrange vruchten van dat pogen moe
ten ervaren. In communistisch China
is macht een wegwerpartikel.
De hier kort geschetste machtsmodel
len kan men nog met enkele uitbrei
den, zoals het ook mogelijk is om
machtsmodellen m hun afgeleide
vorm op te sporen, bijvoorbeeld in de
vorm van een gezinshiérarchie oi'in de
hiërarchie van bedrijven of andere or
ganisaties.
Voor dit betoog is dat evenwel niet van
belang.
Wat ik duidelijk wilde maken is, dat
het machtsmodel van Jezus, dat de
blauwdruk had moeten worden van
een gelukkige en rechtvaardige sa
menleving, in dc geschiedenis nimmer
tot zijn recht is gekomen, al heeft men
die ideale situatie een enkele maal wel
een enkele maal benaderd. Men trof en
treft haar het veelvuldigst aan in
sommige typische heilsgemeen
schappen.
Nieuw heii?
Het machtsmodel dat op dit ogenblik
in onze wereld in wording is, vertoont
de tekenen van hotsing en chaos. Heel
eenvoudig voorgesteld ziet men in het
huidige, dynamische model allerlei
Van Verdi is de uitspraak, dat zijn
muziek pas goed was, als slagersjon
gens ze op hun ronde floten. Hij be
reikte met zijn muziek slagersjongens
en draaiorgels - een breed publiek
dus. En de belangrijkste reden daar-
loe ligt in de welluidendheid van zijn
melodieën. In de tijd, dat in Zeeland
brassbands nog gewoon fanfarekorp
sen waren, stond Verdi nogal eens op
het programma tijdens de jaarlijkse
muziekuitvoering - en één keer heb
ben we een gekweld koperblazer bij
beraadslagingen over het concert
programma eens horen verzuchten:
„Ast me wil nie Rigoletto is".
Verdi's muziek ligt vaak zéér aange
naam in het gehoor - en daarom is het
wat verwonderlijk, dat men in het pla-
tenland slechts spaarzaam uitgaven
met Verdi-ouverture tegenkomt Daar
zijn best diepe verklaringen voor te
geven, musicologen kunnen met klem
van argumenten beiogen, dat de stuk
ken nogal eens de symfonische kracht
missen om een zelfstandig leven te
kunnen leiden. En dan wordt er ver
wezen naar Wagner, wiens ouvertures
en voorspelen men inderdaad moeilijk
symfonische allure kan ontzeggen.
Maar prettig mee te neuriën wijsjes
kan men in veel Verdi-ouvertures aan
treffen en DGG heeft aan het gebrek
aan opnamen in die sfeer wat gedaan.
Vrijwel al de 'sinfonia's' en 'preludes' -
zoals de componist ze zelf aanduidde -
van Verdi zijn nu op twee platen aan
gebracht, in uitvoeringen van de Ber
liner Phïlharmoniker onder leiding
van Herbert von Karajan. Via die uit
gave blijkt, dat liet gebrek aan 'symfo
nische allure" in veel voorspelen nog
altijd geldt, maar het album biedt ook
de mogelijkheid tot enige" incidente
le correcties van dat globale beeld en
tot een uitbreiding van het aantal
Verdi-ouvertures. die het alleen, zon
der de opera, best halen. Dat gold al
voor 'La forza del Deslina' en voor 'La
Traviata' bijvoorbeeld. Men zou er- nu
in dit album ook veel onbekend werk
tot klinken komt - zeer wel Verdi's al
lereerste ouverture 'Oberto'. 'Gio-
vanna d'Arco'. 'Luisa MiUer' Sici-
liaanse Vesper en de voorspelen tot 'I
Manadieri' (De rovers) en 'Aroldo' aan
kunnen toevoegen.
Verdi schreef zevenentwintig opera's,
de ouvertures zijn duidelijk van de
voorspelen te scheiden - potpourri-
model, langer, meerdere onderdelen -
maar de exacte begrenzing tussen
voorspel en alleen-maar-orkestrale in
zet van een opera ligt minder duide
lijk. 'La Traviata' en 'Aida' hebben bij
voorbeeld duidelijke preludes, maar
de inleiding tot 'Othello' en 'Falstaff
tellen niet meer dan dertien en zeven
maten.
Het voorspel tot T M3snadieri" is nog
wel een duidelijk zelfstandig stuk mu
ziek. 'Rigoletto' is een van de meest
sprekende voorbeelden van een inlei
ding, die voortreffelijk werkt als
'sfeermaker' voor de opera, maar als
zelfstandig uitgevoerd werkje nauwe
lijks beklijft. De twee DGG-platen be
vatten negentien ouvertures en voor
spelen en die selectie is-juist vanwege
het al dan niet beklijven der werken -
wel begrijpelijk. De Berliner Philhar-
moniker zorgen onder Von Karajan
voor somptueuze lezingen, die men
best af en toe wat luidruchtig en ietsje
zwaar aangezet mag vmden om ze toch
te kunnen waarderen. Als DGG het
ensemble, dat 'Macbeth' opnam - het
orkest van de Scala Milaan en Abbado
- aan het karwei had gezet, was hel
resultaat, mogelijk nog levendiger en
waarschijnlijk minder zwaarwichtig
geweest. Maar ook met de Berliner
Phïlharmoniker biedt "net album een
goed doorkijkje in Verdi als leveran
ciers van ouvertures - en de opname
kwaliteit is gaaf
iDGG 2707 000, stereo tweeplaten: ouvertu
res en voorspelen van Verdi- Oberto, Een
dag koning. Nabucco, Emani. De maagd
van Orleans. Alzira, AtiUa. De rovers, Mac
beth, De Corsair, De slag bij Legnano, Luisa
MiUer, Rigoletto, La Traviata, Sicillaanse
vesper, Aroldo, Een gemaskerd bal, De
macht van het noodlot, Aidai.
De vier symfonische gedichten, die
Antonin Dvorak in 1896 schreef, vor
men een soort cyclus, zij het dat de
onderdelen minder samenhangen dan
in 'Mijn Vaderland' van Dvoraks
landgenoot Smetana.
De watergeest, de middagheks, het
gouden spinnewiel en de woudduif zijn
de muzikale 'neerslag' van vier folklo
ristische balladen. De muziek wordt
gekenmerkt door een klein aantal
thema-kernen - opmerkelijk bij de be
gaafd melodieus Dvorak -. een njke
harmonie en door Tsjechische volks
muziek gekruide ritmen.
De vier symfonische gedichten staan
op twee DGG-platen met Rafael Ku-
belik en het Symfonie-orkest van de
Beierse Radio als uitvoerenden. De
werken krijgen welsprekende, effec
tieve vertolkingen, maar men mag van
Kubelik in deze laatste orkestrale
werken van Dvorak niet anders ver
wachten- zijn uitvoeringen van de ne
gen symfonieën en alle Slavische dan
sen stonden er borg voor, dat hij de
sfeer van deze programma-muziken
raak zou treffen. Wat gebeurt. De toe
gift waarmee Kubelik zijn opnamen
van Dvoraks orkestmuziek met verve
completeert zijn de symfonische va
riaties over een oorspronkelijk thema
opus 78 (DGG 2530 712 en 2530 713,
stereo).
De ouvertures van Verdi. de symfoni
sche gedichten van Dvorak - men kan
ze vangen onder de noemer van orkes
trale 'theatermuziek'. Vier suites
theatermuziek van één van de meest
inventieve Engelse componisten uit
de zeventiende eeuw - Henry Purcell -
kan men vinden op een schijf uit het
fonds van 'l'Oiseau lyre' uit het
Decca-huis. 'The Academy of Ancient
Musci' speelt suites uit Abdalezer,,
Distresd Innocence, The married Beau
en The Gordion Knol Untied en de
sopraan Joy Roberts zingt - uitste
kend - twee aria's. Het gaat om diver
terende, onderhoudende muziekjes, in
uitvoeringen van een ensemble, dat
kiest voor authenciteit in de instru
menten. Geanimeerde vertolkingen.
Vivaldi
Er gaat geen jaar voorbij zonder dat
impulsen van het grondvl alt (het
volk) opstijgen naar de top van de py
ramide, waar de formele macht zetelt,
die in de westerse wereld wordt beli
chaamd door het kapitaal en haar
uitvoerders: de managers. Wat er aan
die top aan het gebeuren is, vinden
wij ondoorzichtig, maar de effecten
ervan zijn soms maar al te duidelijk
en verontrustend. Denk maar aan
massa-ontslagen of economische re
cessies die schijnbaar zomaar uit de
lucht vallen.
Op de basis is de analyse van Marx
geducht aan het werken. Het volk be
gint macht te ontwikkelen en zo slaan
wij momenteel de strijd tussen prole
tariaat en kapitaal gade. Doordat deze
strijd min of meer elegant, en met de
mocratische wapens wordt uitgevoch
ten, valt het ons zelden op dat het in
feite een klassenstrijd is.
De kerk en het evangelie bevinden
zich ten dele in het strijdperk en voor
een deel zitten zij erbuiten, aarzelend
bij het kiezen van hun positie. Staat
het evangelie (dus Jezus) aan de kant
van het volk en is het streven naar
macht datzich bij het volk ontplooitin
werkelijkheid een soort heilsgebeu
ren? Men weet het niet precies. Er is in
de kerken wel een duidelijke stroming
waarneembaar om de partij van het
volk te kiezen, hoewel andere, conser
vatief genoemde stromingen, juist de
macht aan de top wensen te bevesti
gen.
Wij zien in elk geval dat - bewust of
onbewust - in de kerken een zoeken
gaande is naar de plaats waar de
macht zich bevindt, en een streven om1
zich met die macht te verbinden.
Het. is dit proces, het schokken en
schudden van het machtsmodel, dat
onze tijd zo verontrustend en ondoor
zichtig maakt.
Het lijdt geen twijfel dat het oude mo
del zal bezwijken. Maar er zullen nog
heel wat schokgolven door onze sa
menleving gaan vooraleer een nieuw
machtsmodel de geschiedenis zal
gaan beheersen. De wens van alle
vromen is, dat dit nieuwe machtsmo
del eindelijk zal gaan lijken op de
blauwdruk waarmee Jezus aan het
werk toog.
A. F. M. C. Koopman
platenland een album met - bekende
of onbekende Vivaldi-concerten aan
biedt. Ditmaal is het de beurt aan Phi
lips, aan I Musici, violist Salvatore
Accardo en hoboïst Ilcinz Holiger. Zij
legden de twaalf concerten opus 7
vast, tien vioolconcerten, twee hobo
concerten. Geen authentiek getinte
vertolkingen derhalve a la Concen-
sius Wien, maar wel uitvoeringen met
veel élan en zeer genietbaar voor wie
'zomaar' een Vivaldi-programma aan
zijn verzameling wil toevoegen.
Opus 7 - zo maakt Michel Ta lbot in zijn
lezenswaardige documentatie bij het
Philips-album duidelijk - hoort tot de
groep van vijf sets concerten, die in
Amsterdam verschenen en niet aan
iemand zijn opgedragen. Men kan tus
sen de groep niet in opdracht geschre
ven concerten en de sets, die wel in
opdracht werden gecomponeerd aan
zienlijke verschillende verschillen be
luisteren: deconcertimetbijnamen'La
Stravanganza' opus 4. 'lEstro Armoni-
co' opus3 bij voorbeeld zijn veel geprofi-
leerder van karakter dan de andere,
wier kwaliteit ook per stuk sterker wis
selt, zoals ook in opus 7 blijkt. Waar
schijnlijk - oppert Talbot - heeft de
uitgever Vivaldi de hint gegeven de
beide boeken van opus 7 te beginnen
met een hoboconcert: ze dateren uit
1717, een paar jaar nadat Albininoni
veel succes had met zijn 'concerti a cin
que', waarin diverse hoboconcerten
waren opgenomen. Vivaldi's opus 7
werd door Philips uitstekend opgeno
men (Philips 6700 100, stereo twee pla
ten).
Illlllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllll IlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllIIIIlllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllll
>oor de draaitafel van en voor de draaitafel van en voor de draaitafel van en voor de draaitafel van en voor de draaitafel van en vc
L egenwoordig komen we telkens weer tegen de uitdrukking 'ethisch reveil,1
Wat bedoelt men daarmee? Vage voorstellingen zijn er in dezen natuurlijk wel,
maar men vraagt zich af, of men er tegenwoordig toch niet wat anders met
bedoelt dan dat men er, zeg maar vijftig jaar geleden mee kan hebben bedoel!
We hebben kunnen lezen van het ethisch reveil van Van Agt, mede in verband
met de abortuskwestie en de heibel rondom de Bloemenhovekliniek. Ruim een
maand geleden was er in 'De Volkskrant' een uitvoerig vraaggesprek te lezen
met onze minister-president.
Daarboven was inet dikke letters de kop gezet: „Het etisch reveil van Den uyï,
Wie en igszins de politieke ontwikkelingen in ons land gevolgd heelt, kan zo wo|
vermoeden dat Van Agt en Den U.vl niet heizelfde denken bij die woorden,
Douwe Trant van 'Vrij Nederland' begint er steeds meer mee verlegen te zitten
en dat vooral sinds zijn zoontje naar school gaat en daar blijkbaar van zijn
kameraadjes een praktijk leert die deze brave burgerlijke ambtenaar hem
thuis niet heeft geleerd. De jonge Douwe blijkt er geen been in te zien, wanneer
iiij met zijn vader boodschappen gaat doen, iets voor zich zelf uit een winkel
weg te nemen waarin hij zin heelt en later ijskoud beweert dat hij het gekregen
heeft.
Eerst iets over die twee woorden.
Ethisch is een woord dat wij aan de
Grieken te danken hebben. Ethos be
tekent zoiets als wat wij 'zede' noe
men, de gewoonte. In de bijbel vinden
we de uitdrukking: dat doet men met
in Israël, waannee een bepaalde zede
is aangeduid, Deze steunt op een al
gemeen gevoel van wat mag en niet
mag, waarach ter natuurlij k de wet van
Mozes staat. Ethiek is wel eens gefor
muleerd als een wetenschap niet van
feiten, maar van nonnen, normen die
in de samenleving voor algemeen
geldend worden gehouden. Gij zult
niet stelen is bijv. zulk een norm.
Nu komt de vraag door wie die normen
worden bepaald. Komen ze voort uit
een algemeen volksgevoelen? Worden
ze bepaald door een zeker godsdien
stig bewustzijn en geloof? Dit geeft
een niet gering onderscheid. Op welke
basis steunt die zede, dat algemeen
aanvaarde? Een Hindoe zal een andere
ethiek, andere zedelijke normen heb
ben dan een samenleving waar de
ethische nonnen door het christen
dom zijn bepaald, zoals dat in onze Eu
ropese samenleving het geval was,
waar een z.g.n, christelijke ethiek heeft
geheerst.
Maar in ieder geval heeft ethisch te
maken met een wijze van leven en
handelen. Vroeger kende men in ons
land de uitdrukking 'ethische poli
tiek'. Voor zover wij ons dat herinne
ren werd deze uitdrukking toen alleen
gebruikt in verband met de koloniën.
Ze moest aanduiden een politiek
welke direct gericht was op hetwelzijn
van de inheemse bevolking.
Tegenwoordig wordt deze uitdrukking
'ethische politiek' ook gebruikt, maar
nu heeft ze toch wel een veel wijdere
strekking, waarbij niet alleen de bui
tenlandse, maar ook de binnenlandse
politiek betrokken is.
Reveil is oorspronkelijk een Frans
woord, dat ontwaking, herleving, we
deropwekking betekent. Sinds onge
veer 1830 hebben wij in ons land het
Reveil gekend, een godsdienstige be
weging in de protestantse kerken.
Enige tientallen jaren voordien was ze
in Frans Zwitserland ontstaan en
vandaar is de naam overgenomen. Het
Reveil in ons land wilde allereerst ver
nieuwing, opwekking in het geestelijk
leven zijn. Maai' ze wilde meer. De
vrouwen en mannen van het Reveil
hadden ook oog voor heel het maat
schappelijk bestel in ons land. Talloze
zijn de stichtingen, verenigingen, in
richtingen die uit het Reveil zijn
voortgekomen. Zij hebben zich niet te
ruggetrokken in samenkomsten van
gelijkgezinden, maar ze hebben wel
degelijkoog gehad voor heel ons volks
leven, We moeten dit tot hun eer er
kennen, ook al zouden we het tegen
woordig dan niet meer doen zoals zij
het hebben gedaan. Maar de tijd van
140 jaar geleden was een andere dan
wij nu beleven. Ditwordtnogwel eens
vergeten bij vergelijkingen.
erug naar het heden. Zoals uit het
bovenstaande reeds blijkt kunnen de
gedachten bij de woorden 'ethisch re
veil' in verschillende richting gaan.
Den Uyl zou de mensen kritisch willen
laten denken over hun eigen behoef
ten, over wat echt voor ze van belang
is. „De mensen hebben sociale rechten
gekregen, maar de mensen zelf zijn er
te weimg bij betrokken geweest om
ook een eigen verantwoordelijkheid te
kunnen dragen." Wordt onze maat
schappij, zoals het nu gaat, nietsteeds
met een onderlinge strijd van belan
gengroepen? Het 'groepsegoïsme op
immense schaal' blijkt voor hem wel
een benauwende zaak. Hij weert af de
stelling: wat in het volk leeft is goed en
gezond'. Eveneens is het gevaarlijk
mensen een absolute vrijheid te laten.
„Zeker, mensen moeten de vrijheid
krijgen hun eigen persoonlijkheid te
ontplooien, maar dan toch wel voort
durend in relatie met de vraag wat de
gevolgen zijn voor anderen, de samen
leving." Alle nadruk legt hij op het
aanvaarden van deze verantwoorde
lijkheid. Daartoe is ook de regering
voortdurend bezig met nieuwe 'nor
meringen'. Aan hetslotvan het vraag
gesprek krijgen we een samenvatting
van wat onze minister-president denkt
over het Ethisch reveil. „Maar ik vind
dat linkse actie, socialistische actie,
progressiviteit, uitsluitend gemoti
veerd kan worden - en ook alleen maai
doeltreffend kan zijn - vanuit solidari
teit, een stukje verheviging van waar
debesef, van watje voor mekaar bete
kent."
Van Van Agt hebben we, voor zovet
mij bekend, zulk een vraaggesprek
niet, maai' we kunnen wel enigszins
vermoeden in welke richting zijn
ethisch reveil gaat De achtergrond
van het denken van Den Uyl is zijn
socialistische overtuiging en geloof
De achtergrond van het denken van
Van Agt zal zijn de moraal van de kerk
waartoe hij behoort. Natuurlijk zal hij
instemmen met veel wat Den Uyl heeft I
gezegd over 'gemeenschapszin'. Als
minister van justitie en als kerkelijk
denkend mens zal bij hem veel meer de
vraag opkomen wat er van onze sa-1
menleving terecht moet komen wan
neer de vrijheid voor de mens om zelf
te bepalen wat hij wil doen en laten, als
het hoogste goed wordt gepropageerd.
De vraag is telkens weer gesteld of we
in ons land niet in een morele chaos
terechtkomen wanneer op die vrijheid
zoveel nadruk gelegd wordt. Laat onze
regering de zaak niet te veel lopen,
zodat ze uit de hand loopt? Milieuvra-
gen zijn in de regering aan de orde ge
weest, maai'komt ze toe aan de vragen
van het geestelijk milieu? En dat is in
onze tijd waarachtig ook wel eens no
dig. Zo ongeveer was een uitspraak
van iemand die kerkelijk, voorzover ik
het kan beoordelen, weinig gebonden 1
is, maar die toch vindt dat het nu de
spuigaten uitloopt. De criminaliteit
wordt steeds erger. Het druggebruik
neemt steeds meer toe, alsook de mis
daad die hiermee samenhangt. Het
egoïsme viert hoogtij. Dagelijks lezen
we van dieistallen, overvallen, ver- j
krachtingen enz. Is het huwelijk meer
dan een zakelijk contract tussen men
sen dat zomaar verbroken kan wor
den? Het gaan samenleven zonder 'bo
terbrief] e' neemt steeds meer toe.
Worden hiermee niet aangetast de
grondslagen van onze samenleving?
He,
Let gaat hier niet om het denken
van behoudzuchtigen, die alleen maar
in het verleden hun ideaal kunnen
zien. Strenge bevoogding kan het
omgekeerde uitwerken van wat ze be
doelt. Maar, kan een samenleving
enige bevoogding missen en is de
overheid daartoe ook niet geroepen"!
Door het achterlicht aan onze fiets wil
zij ons beschermen en terecht. Maar
verder? Wanneer er geroepen wordt
om een ethisch reveil in de zin van Van
Agt-, is deze tenslotte niet te bereiken
met maatregelen van de regering al
leen; dat weten we wel. Maar kan de
regering met de handen in de schoot
gaan zitten en zeggen dat ieder het
maar voor zich zelf moet uitmaken?
Uiteindelijk zal het aan moeten komen
op een basisverantwoordelijkheid van
heel de samenleving. Maar is politiek
dan niet het geven van een vorm aan
die samenleving?
Het abortus-debat in de tweede kamer
is een voorbeeld waaruit blij kt dat een
regering haar verantwoordelijkheid
over geestelijke en zedelijke zaken niet
kan ontlopen. Naar ons gevoel is het
haar toen uit de hand gelopen.
Wanneer het gaat om ons ethisch den
ken ten dat nemen nu in de ruimste
betekenis die deze woorden kunnen
hebben) laten we dan wel weten dat er
een nauwe verbinding is en zal blijven
tussen ethiek en godsdienst.
Een bepaald zedelijk gedrag is in vele
gevallen godsdienstig gebonden.
Wanneer het gaat om een handeling
die wij al of niet verrichten, wordt de
beslissing in dezen dan niet mede be
paald door geloofsnoties of het ont
breken daarvan. Wie het bijv. over 'ge
rechtigheid' heeft (dat woord valt
tegenwoordig ook nog al eens) en
daarin wil handelen, zal de inhoud van
het bijbelse begrip niet kunnen ontlo
pen. Wanneer men met de basis van
ons volksleven rekening wil houden
(ook daarover hebben de progressieve
partijen het nogal eens) dan zal men
ook rekening moeten houden met een
bepaald geloofsdenken (we spreken
hier niet van kerkelijk denken) dat er
is en waarvan het ons pijn doet wan
neer daarover smalend wordt gespro
ken.
h.
Morgen is het de laatste zondag van hel kerkelijk jaar. Volgende week beginnen de Ad-
vencsweken. Dat zijn de weken waarin we uitzien naar het Kerstfeest, de viering van de
komst van onze Heer. Morgen is het dus de kerkelijke Oudejaarsdag
De kerkheeft zo haar eigen kalender. De tijd ïs gelukkig voorbij dat de kerk aan desameme-
vingeen kalender dwingend oplegde. Die eigen jaarkalender speelt alleen een rol binnen de
gemeente. Die geelt daar een ritme aan,
Binnen de kring van dit jaar viert de christelijke gemeente alles wat God voor de wereld
ged aan heelt. In de Adventsweken vieren we Gods voorbereidende werk vóór Hf) zijn Zoon
stuurde.
In de weken daarna vieren we alles wat God in Jezus Christus gedaan heeft tot en met zfjn
Hemelvaart en Pinksteren.
Na Pinksteren lijkt het stil te worden in de kerk. Een tijd zonder feesten. Een gewone tijd.
Daar is de heilstijd samengevallen met onze tijd. Een tijd waarin het Koninklijk in stilte
uitgroeit.
Jezus heeft zijn rijk eens vergeleken met een mosterdzaadje. Dat is een klein, nietig zaadje
waaruit een grote boom groeit Die groei gaat geleidelijk en in stilte. Je kunt die groei niet
steeds aanwijzen. Maar na een tijdje zeg je: Kijk hij is duidelijk weer wat gegroeid'.
Als we in de gemeente het jaar afsluiten zeggen we: De kringloop is weer ten einde. We zijn
weer een jaar dichter bij het eind van deze geschiedenis, wanneer onze Heer terugkomt om
alles te voltooien.
Op zo'n dag kijken we ook terug op een jaar. Dan zeggen we: Het was weer een jaar van Gods
goedheid. Hij heeft de wereld In stand gehouden. Hij heeftonsnog bewaard. Endegenen die
ons ontvielen gedenken we. Ze zijn niet weg, maar veilig bij God, in wie ze geloofd hebben. Zo
schuiven de generaties door.
Gods werk gaat door. Van jaar tot jaar. Van eeuw tot eeuw. De boom groeit. Hij heeft er weer
een jaarring bijgekregen. Hij wordt hoe langer hoe dikker',
E, Hoogerwerf,
Vlisslngen.