„De meerderheid van het volk kan zo veel willen... ABRAHAM MALJAARS: 7ATERDAG 6 NOVEMBER 1976 4" zaterdagkrant -- GOES - Een trouwfoto uit 1944. Stevig gearmd blikken ze plechtig in het oog van de camera. Abraham in een zwart pak, Catharina Dingemanse uit Grijpskerke in Walcherse klederdracht. „Die klederdracht draagt ze allang niet meer. Daar heb ik na ons trouwen op aangedrongen. Het raakte hoe langer hoe meer uit de mode. De meeste vrouwen gingen gewone kleren dragen. Ik vond, dat Catharina dat ook maar moest doen. Ze mocht best gezien worden". Hij lacht een beetje verlegen. Klein, gedrongen, de bril is naar het puntje van z'n neus gegleden, donkergrijs kostuum, wit overhemd, zwarte stropdas, een sigaar tussen twee vlezige vingers geklemd. Dit is Abraham Maljaars. Voorzitter van de fracties van de Staatkundig Gere formeerde Partij in de gemeenteraad van Goes en in de provinciale staten van Zeeland. Het wordt een zeer moeizaam gesprek. Maljaars wordt door velen een ouwe rot in het politieke vak genoemd. Maar Koning Klant zou onmiddellijk in ac tie komen, als je hem het etiket "vlotte babbelaar' opplakte. „Ik praat niet zo makkelijk over mezelf. Ik weet het, ik ben gesloten. Ik ben niet iemand, die zich zo makkelijk bloot geeft. Maar ja, zo ben ik nu een maal. Ik kan d'r ook niks aan doen". Het klinkt ver ontschuldigend. Abraham en Catharina Maljaars kregen zes kinderen. Vier jongens en twee meisjes. Dit jaar stierf één van zijn dochters. Op zesentwintigjarige leeftijd. „Ze had leu kemie. Ze heeft veel geleden. We zagen het natuurlijk allang aankomen. Maar het was toch een hele slag. Ik heb het echter over kunnen geven in de wetenschap, dat God boven alles staat, en ook in leven en dood Zijn hand heeft En het is vandaar, dat ik bewaard ben gebleven voor opstand. Maar het valt niet mee. Op zulke momenten heb je het toch moeilijk om het te accepteren. Ze wordt toch van je hart gescheurd". Een paar maanden na de dood van zijn dochter werd Abraham Maljaars benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. „Dat heeft me wel goed gedaan. Je weet dan, datje werk gewaardeerd wordt. Maar ik heb wel 's gedacht, al die ridderordes't ls een soort automatisme geworden. Iemand, die veertig jaar in dienst is geweest bij een baas. krijgt goud. Maar ie mand, die ook veertig jaar heeft gewerkt bij twee ba zen, en minstens zo goed, die krijgt niks. Maar het is voormij toch wel eensteuntje in deruggeweest,ja Abraham Maljaars werd op 7 december 1911 in het Walcherse Serooskerke geboren. Streng gerefor meerde ouders. Vader Maljaars was een keuterboertje. Het gezin telde zes kinderen. Een tijd vol armoede en grote werkloosheid. „Ik kon goed leren. Ik had graag door willen gaan, maar dat was er in die tijd niet bij. Geen geld, en het was eigenlijk ook niet de gewoonte. Vader had me hard nodig op het bedrijf. Als jongen van elf jaar stond ik 's morgens al om vijf uur op het land. Na de lagere school heb ik drie jaar avondcursus ge daan. Maar ja, ik had toch die drang naar leren en ik ben vrij spoedig met boekhouden begonnen. Ik heb in de loop der jaren verschillende boekhouddiploma's gehaald. Ik heb ook nog in de Haagse dierentuin geze ten voor SPD, maar (verontschuldigend lachje) daar slaagde ik niet voor. Ik had op dat moment al enkele kinders, en ik had niet de moed om het nog een keer te doem Daarna heb ik, gewoon uit liefhebberij, want ik had het voor mijn werk niet nodig, de hele opleiding gevolgd voor MO-staatsinrichting. Maar daar heb ik geen examen voorgedaan. Ik had me ingeschreven, en toen (weer dat verontschuldigende lachje) kreeg ik net een griepje. Ik heb het later maar niet meer gedaan, maar ik heb er in de politiek wel gemak van". Bijzonder moment „Al vanaf de lagere school was ik in de politiek geïn teresseerd. Alles wat met 1925 te maken heeft, de nacht van Kersten dus, heeft me bijzonder aange sproken. Ik wil niet zeggen, dat ik anders geen lid van de SGP geworden zou zijn. maar dit was toch wel een heel bijzonder moment. Er is een kabinetscrisis uit voortgevloeid, die tot maart van het volgende jaar duurde. Toen werd aangetoond, dat een kleine partij ook nog wel 's daden kan verrichten, die verstrek kende gevolgen kunnen hebben". Even een geheugensteuntje: dominee Gerrit Hendrik Kersten stichtte in 1918 de Staatkundig Gerefor meerde Partij. Zijn grootste triomf was de opheffing van het Nederlandse gezantschap ("de nacht van Ker sten') bij de Heilige StoeL "Dat leidde tot het aftreden van het eerste kabinet-Colijn. Kersten heeft in Yerseke gewoond. Hij had in Abraham Maljaars een vurig be wonderaar. „Ik heb hem persoonlijk gekend. Het was een dominerende figuur, waar veel gezag vanaf straal de. Een man, wiens stem in onze kring van grote bete kenis was. Het was een sterke persoonlijkheid, die voor geen kleintje vervaard was". Maljaars werkte op het bedrijfje van zijn vader, werd landbouwersknecht, belandde in militaire dienst, con troleerde voor de politieke recherche afdeling collabo ratie de boekhouding van mensen die aan.de Wehr- macht geleverd hadden, vervolgens de dienst weder opbouw Middelburg, in 1947 voor het eerst op de loon lijst van de voormalige ruilverkavelingsdienst Mid delburg en uiteindelijk administrateur bij de cultuur techmsche dienst in Goes. Hij staat nu op wachtgeld. „De laatste tijd was er bij de directie een beetje de tendens om de dienst te verjongen. Ik had het er de laatste jaren wegens een reorganisatie met meer zo naar mijn zin. Toen kreeg ik de mogelijkheid om met wachtgeld te gaan. En daar heb ik gebruik van ge maakt. Ik heb er nog geen ogenblik spijt van gehad. Ik weet me toch wel bezig te houden. Ik werk wat in een tuinderij m Kapelle-Biezelinge, bramen plukken en zo. Ik puzzel graag, 't liefst van die doorlopers. Ik houd van tuinieren en dan de politiek natuurlijk. In de zomer maanden, als het wat slap is met de politiek, dan ver veel ik me eigenlijk wel een beetje". Maar als ik hem vraag, wat hij dan zo boeiend aan die politiek vindt, weet hij het niet. „Dat zou ik niet kun nen zeggen. Ik denk, dat het komt (weer datzelfde glimlachje) door, ja, wat zal ik zeggen, doordat ehik me van jongsafaan voor de politiek geïnteresseerd heb. Maar om nu bepaalde feiten te noemen, waarom ik het zo boeiend vind, nee, daar zie ik geen kans voor". Zoals de één van voetballen houdt, zo houdt Maljaars van politiek? „Nou eh ja, bij wijze van spreken Abraham Maljaars is nu 64 jaar. „Ik ga door zolang ze me nog willen hebben en zolang de gezondheid het toelaat". Hij komt soms teleurgesteld thuis na een raadsvergadering ('met de theateraccommodaties bijvoorbeeld, ik was ernstig teleurgesteld in de slechte verdediging van het voorstel door het colle ge') en zegt een hekel te hebben aan ellenlange debat ten. „Daar kan ik me wel 's aan ergeren. Er wordt over het algemeen veel te veel gepraat. Misschien maak ik me d'r zelf ook schuldig aan. Maar dat kan een ander beter beoordelen". Principiële zaken Maljaars kwam in 1962 in de raad van Goes terecht. „Ik was bestuurslid van de kiesvereniging. Jarenlang se cretaris. Ze zetten me op de lijst, en zo kwam ik in de in een persoonlijk gesprek met meneer Van Poelje over gehad. Wij denken natuurlijk zo geheel verschillend. Kijk, dat de overheid een dienaresse Gods is. dat is voor mij een vaststaand feit. Daaraan valt niet te tor nen, Dat is mijn vaste overtuiging. Maar ehja, ver der kan ik me heel goed indenken, dat een humanist als meneer Van Poelje totaal niet begrijpt wat wij voor staan". Kwestie van wennen „Wij streven naar meer erkenning van het Godsgezag. Het wordt nu allemaal om de mens gespeeld. Een er kenning van God, die boven alle dingen staat, alles regeert en bestuurt, daar is zo weinig van te merken". En: „Het beoefenen van sport op zondag is in strijd met het vierde gebod. En daar hebben we ons maar aan te houden. Het is voor ons geen kwestie van wat de meer derheid van het volk wil. Doorslaggevend is de eis Gods in deze. Vandaar, dat wij ons er tegen verklaren, zonder er rekening mee te houden, dat de meerderheid van het volk het wel wil. Het gebod Gods gaat boven alles. En dan kan de meerderheid van het volk zo veel willen We praten over kinderen. Hij kan zich voorstellen, dat het voor kinderen uit een streng gereformeerd gezin wel eens moeilijk kan zijn, als ze hun vriendjes 's zondags op straat zien spelen, terwijl ze zelf alleen de deuruitmogen als het kerktijd is. „De ouders moeten trachten dat op te vangen. Door ze uit de bijbel te vertellen of zo. Ik kan me indenken, dat kinderen zoiets misschien hard vinden. Daar zijn het kinderen voor. Maar het is voor die kinderen ook een kwestie van wennen natuurlijk. Ik heb het er zelf vroeger nooit moeilijk mee gehad. Nee, dat kan ik me niet herinneren. En met mijn kinderen heeft het ook nooit problemen opgeleverd". Stropdas Tekst: Wilem J. van Dam Foto: Charles Strijd raad". Abraham Maljaars mocht zich met een fractie voorzitter noemen; de SGP had maar één raadszetel. Jarenlang werkte hij zeer nauw samen met de confes sionele fracties in de Göese raad. Aan die hele dikke vriendschap is een eind gekomen. „In 1973 heeft wet- houder Roose (Christelijke Groepering Goes) eens ge zegd, ik weet niet meer precies in welke bewoordingen, dat er eigenlijk geen samenhang zou kunnen bestaan tussen zijn groepering en de SGP. En toen ls er door een aantal mensen van de SGP gezegd, tja, wat doe je daar eigenlijk nog. En ook het feit, dat de CGG zich weinig of nooit schaarde achter de SGP, als het om principiële zaken ging, zat een aantal mensen van ons hoog". De SGP en haar principes. Het PvdA-statenlid M. J. van Poelje heeft eens gezegd: „Ik begrijp niet, hoe in de omgang aardige en verstandige mensen als Maljaars met verbijsterende zekerheid dingen kunnen verkon digen. waarvan ik zeg: hoe kun je dat weten? Alsof je een hotrüne naar onze lieve Heer hebt", Maljaars veert op: „Ha. ik had wel verwacht, dat je daar mee zou komen. Wat zal ik ervan zeggen. Ik heb heter later nog zeer traditioneel ingestelde katholieken. En toch stemmen ze in Goes op een partij met een sterk anti papistische gezindheid? „Sja, daar kunnen wij ook niks aan doen. Het is natuurlijk wel zo, dat wij ten aanzien van de zedelijkheidswetgeving en sommige andere punten op dezelfde lijn zitten als de RKPN. Ze voelen zich waarschijnlijk aangesproken door de be ginselen die de SGP ten aanzien van de zedelijk heidswetgeving uitdraagt. En omdat hun aantal hier te klein is om met een eigen kandidaat te komen, zullen ze wel hun stem op de SGP uitbrengen". Frustrerend Een heel ander onderwerp: „Meneer Maljaars, ik heb U nog nooit met een fleurige stropdas gezien. Waarom kleden de meeste SGP-ers zich toch zo somber?". Hij kijkt verbaasd, „Nou. ik wil niet zeggen, dat ik me somber kleed. Nee, ik ga helemaal niet somber gekleed moet ik zeggen. Ik ben nu in de rouw hè Dat is ook zoiets, wat er tegenwoordig afgaat. Maar ik ben van oordeel, dat het een gepaste uiting van rouw is, om rouwkleding te dragen". We komen op de groei van het aantal SGP-aanhangers in de gemeente Goes. Maljaars begon in z'n eentje, bij de laatste verkiezingen behaalde de SGP twee raads- zetels en hij hoopt op een derde. „De gereformeerde gemeente in Goes groeit snel. Onze bijbelse politiek slaat bij een zeker deel van onze bevolking wel aan. Ook bij mensen, die niet tot de gereformeerde ge meente behoren. En dam1 komt nog bij: de zedelijk heidswetgeving. Abortus bijvoorbeeld. Ik vind het zeer bedenkelijk, dat men tegenwoordig bestaande wetten zo gemakkelijk negeert Men licht met de bestaande wetten de hand, om aan de geest van de tijd tegemoet te komen. Met de wet op de crematie was dat ook al zo. Crematie werd toegestaan, voordat die wet er was. Ik vind dat allemaal bedenkelijke ontwikkelingen. Zeer bedenkelijk, ja:En die ontwikkelingen bewegen zelfs rooms-katholieken hier in Goes er toe om op de SGP te stemmea Je zou je kunnen afvragen, hoe is het moge lijk. Maar het zijn waarschijnlijk aanhangers van Beu ker". Nu is het mijn beurt om een verbaasd gezicht te trek ken. De RKPN van Beuker is toch een partijtje van De SGP, een minderheidsgroepering. Politieke tegen standers plegen altijd zeer begrijpend te knikken, als de SGP haar principiële standpunten naar voren brengt. Maar het blijft bij dat geknik. Verder niets. Is dat nou niet frustrerend? „Ja beslist Het is wel 's een beetje frustrerend. Maar je went natuurlijk aan alles. En daar wen je ook aan. Ze zeggen je standpunt wel te respecteren, maar ze gaan toch weer vrolijk verder. Zo is dat nu eenmaal. Maar als dat je zou weerhouden, dan kun je als SGP, als politieke minderheid, geen politiek bedrijven". De SGP streeft bij de volgende raadsverkiezingen naar drie zetels. Als dat lukt, komt de SGP dan in het col lege van b. en w.? „Daar heb ik het nog niet met mijn collega over gehad. Maar die mogelijkheid is niet ultr gesloten. Wij zijn van oordeel, dat het college van bur gemeester en wethouders zoveel mogelijk een afspie gelingscollege moet zijn. En dat zou dus betekenen, dat wij misschien ook wel een wethouderszetel clai men". Wethouder Maljaars? „Nou, dat weet ik nog niet..". Gedeputeerde zal Abraham Maljaars in elk geval niet meer worden. „Kwestie van leeftijd. Bij de volgende statenverkiezingen ben ik 66. En dat is toch wel een beetje te oud om in het college van g.s. te gaan zitten". In 1974 stond voor Maljaars een g.s.-zetel klaar. Maar de SGP liet haar principes prevaleren boven een ver tegenwoordiger in het college. „Wij konden niet an ders. Wij hebben als voorwaarde gesteld, dat wij slechts steun zouden verlenen aan die partijen, die bij de ambtsaanvaarding de ambtseed afleggen, omdat we daarin de erkenning zien van een Goddelijk gezag. Dat was voor ous het criterium. Maar de PvdA wilde daar niet aan. En het is voor ons heel moeilijk om samen te werken met mensen, die dat niet doen". Minder consequent Een consequente houding, dat wel. Minder consequent gaat de SGP te werk, als de strijd in de stemlokalen begint. Het vrouwenkiesrecht; dat is in strijd met de SGP-beginselen. Toch zal Maljaars het niet in zijn hoofd halen de vrouwen op te roepen zo ver mogelijk uit de buurt van de stembussen te blijven. „Mee, inder daad, dat doen we niet. Vroeger wel. In de tijd van dominee Kersten werd maanden van tevoren gewaar schuwd, dat de vrouwen niet mochten gaan stemmen. En nog steeds staat er in het beginselprogramma van de SGP, dat het vrouwenkiesrecht strijdig ls met de roeping van de vrouw. Het berust op bijbelse gegevens, datde vrouw in hetopenbare leven niet werkzaam mag zijn. Het is een bepaling, waar ik nog achter sta. De bijbel is niet aan tijd gebonden. Wat toen fout was, is nu ook fout En ik erken, dat er een zekere inconse quentie in rit Maar het is ook zo moeilijk. Want we willen toch graag veel stemmenEn Catharina? „Nee, zij doet het niet. Zij heeft nog nooit gestemd".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 17