Echeverria van Mexico wil
Waldheim bij YN opvolgen
Von Meyenfeldt
nieuwe gouverneur
van de KMA
PELOTON EN
KOPLOPERS
PZC/o
'Leiding geven geen kwestie
meer van sterren en strepen'
'IK ZOU EEN STERK VOORVECHTER DERDE WERELD ZIJN'
ZATERDAG 10 JULI 1976
opinie en achtergrond
Boeren zijn geen eiland-bewoners. Letterlijk gesproken zijn ze dat in som
mige streken van ons land nog wel. Maar figuurlijk is de landbouw geen apart
eiland in de maatschappij. Vroeger werd er in de landbouw nogal eens vanuit
het eiland-isolemenl gedacht en gesproken. De landbouw gedroeg zich wel eens
als Engeland voor de aansluiting bij de E.E.G. Die splendid isolation is voor
Engeland en de landbouw - als ze voor de laatste ooit wel echt heeft bestaan -
voor bij.
Voorgoed voorbij. Boeren en tuinders zijn met al de vezels van hun bestaan
verbonden met de huidige maatschappij. Piet Bukman, de voorzitter van de
C.B.T.B. en hetlandbouwschap, zei op een recent gehouden algemene vergader
ing van de C.B.T.B. hierover zo ongeveer het volgende: Wie ooit de gedachte
gehad mocht hebben datdesektorland- en tuinbouw een eiland-positie inneemt
in onze samenleving, is de laatste jaren wel wijzer geworden. Het Europese
land bouwbeleid kraakt in z'n voegen, niet vanwege de boeren zelf. maar vanwege
de monetaire onrust, en vanwege de neiging van de lidstaten om in tijden van
recessie nationale oplossingen te zoeken voor wat in wezen internationale pro
blemen zijn De bereidheid van de regeringen om het landbouwbeleid te financie
ren stelt grenzen aan de inkomensondersteuning door dit beleid Zie de discussie
over de financiële mede-verantwoordelijkheid van de boeren Ruilverkaveling is
geen boerenzaak meer zoals vroeger. Boer en brandgans zijn eikaars konkunren-
ten geworden. Alle bomen zijn heilig, als waren het wodanseiken En wee de
mens. wiens boerderij een monument is In stilte-gebieden zal de stilte beklem
mend worden, doordat de boer alleen op z'n lenen door eigen land mag lopen
Boer en tuinder zijn gevoeliger geworden voor de effekten van de fiskale en
sociale wetgeving. De glastuinder ziet Yamani's olie-aktiviteiten in een hoge
aardgasprijs enzijnboomkwekerijkollega merkt het aan den lijve als gemeenten
het wat rustiger aan gaan doen met de openbare groenvoorziening.
M., dit alles voor ogen tracht het landbouwbedrijfslevcn de belangen van de
boeren en tuinders te behartigen. Het toekomstige land- en tuinbouwbeleid zal
rekening moeten houden me de huidige ontwikkelingen en stromingen in de
maatschappij.
We leven in een industriële samenleving waarin de ekonomie stagneert. Er is een
fikse werkloosheid en een onbehoorlijke inflatie. In die laatste twee zinnen zitten
vier gegevens waar de landbouw mee te maken heeft We leven in een industriële
maatschappij - dat wil voor de landbouw zeggen dat ze niet ambachtelijk moet
blijven denken, anders wordt ze binnen
korte tijd folklore - ze wordt dan inge
deeld bij de Oudhollandse toeristische
evenementen - klompendansen, schaap
herders. boogschieten en geitebreiers
Leuk om te zien. maar van een voorbije
periode Het is jammer voor de romantische stedelingen die zich op het platte
land vestigen en die daar 19-eeuwse taferelen denken te vinden, maar die tijd is
voorbij. De landbouw past zich aan bij de hedendaagse technische en maat
schappelijke ontwikkelingen.
Tweede gegeven - de ekonomie in de huidige westerse landen stagneert. De groei
is er wat uit. De koopkracht is relatief gezien aan het dalen. De overheid moet
gaan besnoeien - ook in haar eigen uitgaven. Dat heeft mogelijkerwijs gevolgen
ook voor het budget van het Ministerie van Landbouw. Het is natuurlijkmogelijk
dat de regering in een vlaag verstandig handelen de landbouw ongemoeid laat.
Gezien de schriele toewijzing van overheids-gelden naar de sektor land- en tuin
bouw gedurende de laatste jaren zou dat zelfs een daad van zeer verstandig
handelen zijn. Maar optimistisch zijn we wat dat betreft beslist niet. Reden te
meer om de verdelingen de besteding van de gelden vooral binnen het ministerie
van landbouw op de voet te volgen. Sterker nog: we willen erg graag meebabbe-
len over de verdeling en de besteding van de geldpot En liefst op een tijdstip voor
de pap gestort is
Derde en vierde gegeven waar de landbouw en dus de landbouwpolitiek sterk
rekening mee moet houden: de hoge werkeloosheid en de doorgaande inflatie
Lagen enkele jaren geleden een legio kansen te wachten op de boeren die ermee
ophielden, datiser nu niet meer bij: Je kunt je als ex-boer voegen bij hetlegervan
werklozen. Een stimulans tot schaalvergroting is daarmee foetsie Trouwens de
voortwoekerende inflatie had toch al een stuk van de stimulans tot het alsmaar
groter groeien weggenomen
Welke landbouwpolitiek moet tot stand komen in een tijd waarin de ge
schetste grote vier als het ware dczuilenzijn, waarop het economisch bouwsel
hangt? Ons inziens moet er dan een landbouwpolitiek gevoerd worden voor
iedereen. Daarmee bedoelen we: geen structuurbeleid uitsluitend gericht op
snelle schaalvergroting en geen sociaal beleid alleen gericht op wie er mee
ophouden. Meer kansen voor meer mensen in de landbouw.
Om het in aktuele wieler-termen te zeggen - meer aanaaent op net grote peloton
en minder voor de spektakulaire koplopers. Dat betekent geen bevriezing van
het geheel, het betekent wel een aanpassing. Het landbouwbedrijfsleven is mo
menteel druk bezig met het formuleren van dat beleid. Het lijkt erop dat de
nationale overheid een klein beetje in onze richting denkt (gaat denken) maar bij
de E G. gaat men blijkbaar rustig verder met het oude (verouderde) beleid.
Recente uitlatingen van Lardinois wijzen althans daarop. Wellicht is nog wat
meer druk en aandrang nodig. Dat kan: ondanks hitte en droogte die burgers
maar vooral boeren en beesten teisteren vindt het beleidswerk gewoon door
gang. met warme handen maar met een koel hoofd - dat laatste is hard nodig bij
het begeleiden van een ontwikkelingsproces dat zonder die begeleiding grote
spanningen zou oproepen in de landbouw.
Mr. Gerard W. Smallegange
terzake
Vandaag in Breda kolonel Af. H. von Meyenfeldt gein-
sialleera als de nieuwe gouverneur van de Koninklijke
Militaire Academie. Hij volgt in die functie generaal-
majoorW. K. van Brederodeop.dïeperl augustus met
pensioen gaat. Kolonel Von Meyenfeldt wordt gelijk
met zijn benoeming bevorderd tot generaal-majoor.
Von Meyenfeldt (541 kwam na de oorlog als vrijwilliger
in het leger, volgde de officiersopleiding in Indonesië,
waar hij tot 1953 bleef. Daarna ging hij studeren aan de
Hogere Krijgsschool. Achtereenvolgens was hij adju
dant van defensie-staatssecretaris J. C. E. Haex. do
cent aan de Hogere Krijgsschool, weer adjudant van
Haex, directeur van het Studiecentrum voor Militair
Leiderschap en commandant van de legerplaats Oir-
schot.
Von Meyenfeldt is voor de AR lid van de defensiecom
missie van het CDA en zit bovendien in het Interkerke
lijk Vredesberaad. Ook levert hij bijdragen over mili
taire zaken aan de PZC
(Door Hans de Bruijn)
Leidinggeven is geen kwestie meer van sterren en strepen. Je kunt niet alles afdwingen. Er moet
meer ruimte gecreëerd worden voor het zelf nemen van beslissingen. Men gaat langzamerhand zien
dat gezag niet meer op die sterren en strepen stoelt. Het is geen kwestie van commanderen meer,
maar zorgen dat de mogelijkheden van de mensen er zelf uitkomen".
Deze ontwikkeling naar een wat maat-
schappelijker krijgsmacht worden
door de nieuwe gouverneur van de Ko
ninklijke Militaire Academie in Breda,
(nog) kolonel M. H. von Meyenfeldt,
toegejuicht, „Toch is het moeilijk om
op die ontwikkelingen vooruit te lo
pen". zo zegt hij. „De jongeren kun je
makkelijker begeleiden, maar voor de
ouderen zijn al die veranderingen vaak
moeilijk bij te houden".
Het is vooral de dominante plaats van
de techniek binnen de krijgsmacht die
de aanpassing aan maatschappelijke
ontwikkelingen vertraagt. „Organisa
torisch is het een proces van mechanisa
tie. en zo'n proces duurt een generatie",
zo zegt Von Meyenfeldt in zijn kamer in
het Bredase kasteel, dat al sinds men
senheugenis de KMA herbergt. ..Als je
bedenkt dat we werken met onvrijwil
lige werknemers, dan verbaas ik me er
soms wel eens over dat het nog zo rustig
is binnen de krijgsmacht'.'.
Kritiek
Von Meyenfeldt spreekt uit een rijke
ervaring. Zowel in theorie (als docent
aan de Hogere Krijgsschool en als di
recteur van het Studiecentrum voor
Militair Leiderschap) als in de praktijk
(als commandant van de legerplaats
Oirschot) heeft hij de ontwikkelingen
binnen het leger op de voet kunnen vol
gen. Ondanks zijn persoonlijke voor
keur voor het dienen bij de „parate
troep", werd hij eind vorig jaar be
noemd als opvolger voor generaal-
majoor Van Brederode. Een benoeming
die sommige mensen de wenkbrauwen
heeft doen fronsen.
Von Meyenfeldt is in militaire kringen
een wat controversiële figuur. Zijn kriti
sche publikaties over het functioneren
van de krijgsmachten zijn felle afwijzing
van de kemwapenstrategie riepen aver
sies op.
..Door het feit dat je schtijft. dat je je
mening geeft, word je meteen in een
hoek geplaatst alsof je links of progres
sief bent. In feite benikoer-conservatief.
maar ik vind datje in dingen die met je
beroep te maken hebben, moet durven
praten. Je moet als je ontwikkelingen
ziet. je bezorgdheid uitspreken. Maar er
zijn mensen die dat als een bedreiging
ervaren. Misschien is het omdat het in
strument dat je hanteert een dreiging
inhoudt".
Von Meyenfeldt noemt de verhalen over
zijn kritische opstelling overigens „in
dianenverhalen". Hij gelooft ook niet
dat de twijfels over zijn benoeming een
algemeen gevoelen uitdrukken. Ook in
de tijd dat hij bij het Studiecentrum
voor Militair Leiderschap werkte, waren
er al wat probleempjes om enkele van
zijn artikelen in dagbladen. Volgens
sommigen werd hij daarom in 1971 door
de toenmalige WD-defensieminister H.
de Koster van zijn post ontheven.
Von Meyenfeldt zegt tegen de achter
grond van deze gedachten over hem.
zijn benoeming bij de KMA lang te heb
ben overdacht „Het is een heel belang
rijke functie. J e moe t het zo zien: ze gaan
de KMA aan mij toetsen. Denken ze
slecht over mij. dan denken ze ook
slecht over de KMA. Er wordt veel ge
dacht dat mensen die veel nadenken
wat zweverig zijn. Maar dat ben ik niet,
ik ben ook een doener. Ik heb in Oir
schot bewezen dat ik niet alleen kan
praten, maar ook een oefening met 3000
man kan leiden".
De nieuwe gouverneur zegt zich niet te
rekenen tot de groep militairen als Miog
en Uyen. die zich binnen politieke par
tijen zijn gaan afzetten tegen hun omge
ving. „Daar heb ik geen behoefte aan. ik
wil geen polarisatiemodel. Dat werkt
niet" Von Meyenfeldt stelt overigens,
zich wel wat in zijn publiciteitsdrift te
zullen matigen, „omdat het hoe langer
hoe makkelijker wordt om radicale din
gen te zeggen. Er is eigenlijk maar eén
radicale oplossing, en dat is de Roel-
van-Duyn-oplossing. Als je daar niet
voor kiest, moetje wat matigen, een wat
militair oordeel hebben".
Ondergraven
Von Meyenfeldt is ervan overtuigd
dat je er niet op uit mag zijn de krijgs
macht te ondergraven. „De problemen
liggen voor mij vooral in de maat
schappij. Ik voel me veel meer als
staatsburger betrokken. Zolang er geen
beter systeem is, moet je dit in stand
houden. De tijd is voorbij dat alle ze
kerheden weggeschopt werden".
Volgens de nieuwe KMA-chef (gezien
het wetenschappelijke karakter van de
KMA een functie die te vergelijken valt
met een rector-magnificus van een uni
versiteit) wordt de krijgsmacht niet on
dergraven door de mensen zelf, maar
wordt de effectiviteit veeleer aangetast
door de financieel-economische ver
houdingen. „Als je ziet dat we 400 com
bi's besteld hebben, maar dat er geen
geld is om de stoelen erin te kunnen ko
pen. en dat die wagens ongebruikt blij
ven. dan functioneert de zaak niet. Daar
heb ik ernstige twijfels over. Dat knibbe
len aan de marge is buitengewoon frus
trerend voor het personeel. De dienst
plichtige maalt daar niet zo om, maar de
beroepsmensen voelen zich veel meer
verantwoordelijk voor hun werk".
Ondergeschikt
Von Meyenfeldt maakt zich ernstig
zorgen over de houding van het gewone
publiek tegenover de krijgsmacht. En
quêteresultaten, waarin uitgesproken
wordt dat op de defensie het eerst be
zuinigd moet worden en waaruit blijkt
dat defensie de minste prioriteit heeft,
verontrusten hem. „Ik vind het vooral
voor de samenleving erg vervelend dat
ze het leger een ondergeschikte priori
teit geven. Er is een onverschilligheid,
zoals je ook eigenlijk niet denkt aan het
slot op je deur. De politieke keuze is
zoek. De mensen omvatten de ontwik
kelingen niet meer. En dat is nu juist
een van de redenen dat ik me met mijn
publicitaire activiteiten buiten de
krijgsmacht richt".
Hetzelfde speelt bij de gedachten over
de vorming van een vrijwilligersleger.
De doorsnee-burger zal gauw geneigd
zijn te zeggen: vrijwilligersleger? Ja. dan
hoef ik niet meer in dienst.
Von Meyenfeldt is een sterke voorstan
der van de dienstplicht, „al wordt die
steeds moeilijker hanteerbaar. Ze krij
gen meer geld, ze moeten korter dienen
nu gaan ze weer voorzieningen treffen
voor gehuwden. Het systeem wordt z:
aangetast. Er is geen tijd meer om d-
dienstplichtige behoorlijk op te leiden
Daardoor ontstaat een versterkt gevoë
van: dan maar vrijwilligers. Ik zou de-
jammer vinden, omdat er dan nóg min
der politieke betrokkenheid is. De s&
menleving mag militairen de ontwikke
lingen binnen de krijgsmacht niet ver
wijten. Die heeft ze zelf tot stand ge
bracht".
Stap terug
Kolonel Von Meyenfeldt noemt zip)
atoom-pacifïsme „geen kwestie var1
een keuze tussen goed en slecht, fff
hebben als samenleving - niet bewas
overigens - voor dit systeem gekozen
Niet bewust omdat we toen het einde
nog niet konden zien". Hij noemt hel
een gebrek aan solidariteit als jej:
daar nu aan optrekt. „Het gaat eroo
dat we alternatieven zoeken om daa
uit te komen. Van binnenuit en nit!
door uit het systeem te stappen". I
Hij is een fervent voorstander van hs
kemwapenvrij maken van Europas
stelt dat de Ontwapeningsnota vanm-
nister Van der Stoel daarin best ver®
had mogen gaan. „Maar er zijn nu ïnti
geval voorwaarden om deze ontwikt
lingen terug te dringen". Von Meja
feldt vindt dat het Westen bereid me
zijn om risico's te nemen door eenzijè
een stapje terug te doen, „maar alls
als een meerderheid dat wil".
„We staan nu eenmaal tegenover t
ander systeem, dat er duidelijk op zzi
een andere orde te scheppen. Ik gela,
niet datje langs evoluerende weg tot6
kaar komt. We moeten in elk geval nu
denken dat we nooit een gevecht zullr,
hoeven te leveren".
MG NOG
rë— wó^T
(Van een medewerker)
Het is een publiek geheim dat
Luis Echeverria, de per 1 de
cember aftredende president
van Mexico, graag Kurt Wald
heim zou opvolgen als
secretaris-generaal van de
Verenigde Naties. Ook Wald
heim moet dit jaar aftreden. In
september van dit jaar komt
de kwestie van de opvolging
van Waldheim voor de Alge
mene Vergadering. Het is ech
ter waarschijnlijk dat Wald
heim zich kandidaat zal stellen
voor een tweede ambtsperio
de.
Op de vraag hoe zijn kansen lagen en
hoe hij zichzelf zag als secretaris-
geraal van de VN, antwoordde Eche
verria ronduit: „Mijn vooruitzichten
zijn zeer slecht. Tenzij de VN beslui
ten het roer om te gooien en een meer
humane politiek te gaan voeren en de
Veiligheidsraad, die wordt gedomi
neerd door de rijke landen, de politiek
van de Derde Wereld zou overnemen".
Echeverria: „Ik zou met inzet van mijn
gehele persoonlijkheid achter de arme
landen gaan staan Er zijn landen waar
de mensen letterlijk sterven van de
honger. Er bestaan landen waar men
niet eens de meest simpele wegen kan
aanleggen of hun onderwijzers beta
len. Er zijn zelfs hele staten die op het
punt staan te verdwijnen".
„Zo ziet u, wanneer ik secretaris
generaal zou worden, dan zou mijn
strijd zeker niet onpartijdig zijn. Door
te proberen de rijke landen te bewegen
zich eens wat meer aan te trekken van
de arme landen, zou ik niet de rol van
onpartijdig onderhandelaar kunnen
spelen en proberen wrijving te vermij
den ten koste van meer dan 100 landen
die op het punt staan ten onder te
gaan. De rijke landen moeten ertoe
worden gedwongen de diverse cultu
ren van de arme landen te respecteren
en te beschermen".
W oordvoerder
Er bestaat dus geen twijfel over dat
Echeverria's kandidatuur grote
weerklank zal vinden in de landen
van de Derde Wereld. De 53-jarige,
charismatische jurist heeft in de loop
der jaren de reputatie opgebouwd de
belangrijkste woordvoerder van de
Derde Wereld te zijn en een voorvech
ter van het minder bevoorrechte deel
van de wereldbevolking,
In een recente toespraak voor de Ver
enigde Naties zei een wat verbitterde
Echeverria in zeer duidelijke termen,
dat de geïndustrialiseerde wereld re
kening zal moeten houden met geweld
vanuit de derde wereld wanneer niet
aan de behoeften van deze laatste lan
den zou worden tegemoetgekomen.
Zijn internationaal imago is dat van
een soort moderne Robin Hood, doch
veel van zijn Mexicaanse politieke
tegenstanders beweren echter, dat dit
imago kunstmatig wordt opge
schroefd om de aandacht af te leiden
van zijn zes jaar binnenlandse politiek,
zijn zogenaamde „revolutionaire or
de". teineinde in Mexico de grote so
ciale verschillen wat te nivellereren.
Volgens de Mexicaanse oppositie
worden de rijken in dat land steeds rij
ker en de armen steeds armer.
In Mexico staat Echeverria bekend als
een typisch produkt van de upper
class. Dit blijkt uit vrijwel alles; van
zijn goed gesneden kostuums tot het
veel gefotografeerde presidentieel pa
leis - een werkelijk vorstelijk bouw
werk, dat op smaakvolle wijze is gede
coreerd met prachtig Mexicaans
handwerk.
Allende
Luis Echeverria werd geboren in
Mexico-City. Zijn vader, Rodolfo
Echeverria, was ambtenaar bij de be
lastingdienst en zijn moeder, Catli-
lina Alvarez, huisvrouw. (In Mexico is
het gebruik als achternaam die van de
beide ouders te gebruiken. Die van de
vader als eerste, hoewel die van de
moeder vaak wordt weggelaten). Na
dat hij op 23-jarige leeftijd aan de Na
tionale Universiteit van Mexico zijn
rechtenstudie met succes had afge
rond, studeerde hij nog een jaar aan
de universiteit van Chili, waar hij be
vriend raakte met een andere jonge
student, Salvador Allende. Deze
vriendschap duurde voort tot Allen-
de's dood in 1973. Echeverria bracht
enige tijd door aan de balie, kreeg een
leerstoel politicologie aan de univer
siteit en werd lid van de Revolutio
naire Institutionale Partij (PRI).
Binnen deze partij - In Mexico de enige
met werkelijke politieke macht, sinds
1928 aan de regering en momenteel in
het bezit van 85 procent van de zetels
m het Mexicaanse Congres - schoot
Echeverria als een komeet omhoog. In
1964 werd hij benoemd tot minister
van binnenlandse zaken, een post die
in Mexico een soort voorportaal vormt
voor het ambt van president.
Audiënties
Echeverria staat bekend als een man
van „extreme zelfdiscipline en grote
fysieke energie". Hij begint 's
morgens om acht uur met zijn werk en
gaat vaak door tot 's nachts twee uur.
Het liefst werkt hij in het presidentile
paleis, Los Pinos, dat gelegen is in het
grote Chapultepec-park in Mexico-
Stad. Los Pinos staat echter ook be
kend als Casa del Pueblo (Huis van
het Volk). Dit omdat Echeverria ge
woonlijk twee keer per week audiên-
tie houdt, waarbij niet alleen de intel-
kigentsia. doch ook de armste boe
renarbeider wordt ontvangen.
In de Zuidamerikaanse politiek is hij
een factor van belang gebleken bij de
bestrijding van de totalitaire macht
van de multinationale ondernemin
gen. In Panama werd verleden jaar een
voorstel van Echeverria om te komen
tot een organisatie die ervoor zou moe
ten zorgen dat een betere verdeling tot
stand zou komen van de winsten die
multinationals maken in de landen
waar zij opereren, ondertekend doorl9
Zuidamerikaanse landen. Dit voorstel
resulteerde in het opzetten van de SE
LA. het Zuidamerikaanse Economisch
Systeem.
Ook Cuba is lid van de SELA. Mexico
is het enige Zuidamerikaanse land dat
sinds de rakettencrisis in de jaren zes
tig ononderbroken diplomatieke ban
den met Cuba heeft onderhouden.
Echeverria heeft een constante druk
uitgeoefend op de lidstaten van de
OAS om him diplomatieke betrekkin
gen te herstellen.
Al moge Echeverria's internationale
politieke loopbaan „van vreemde
smetten vrij zijn", in zijn binnen
landse politieke agenda komen toch
wel enige forse inktvlekken voor. En
daarbij dan niet in dc laatste plaats
de dood van honderden studenten bij
de onlusten van 1968, toen hij minis
ter van binnenlandse zaken was.
Daarbij komt nog, dat dc langzame -
volgens sommigen zelfs achter
waartse - pas van de Revolutie een
aanzienlijk guerrilla-leger heeft doen
ontstaan, dat vooral actief is in de
staat Guerrero. In dit gebied ligt het
luxueuze toeristenparadijs Acapulco
-een gegeven dat Echeverria wel eens
zou kunnen afhouden van zijn tweede
ambitie: het winnen van de Nobel
prijs voor de Vrede.