HET WARSCHAUPACT LAAT
DE NAVO NIET ONBEROERD
Neuzen te kort
BUITENLANDSE POLITIEK JIMMY CARTER
WEINIG VERRASSEND OF ORIGINEEL
Sommige
leden
verhogen
gevechts
kracht
'V
D„
Bebalgrijk
Wk
ZATERDAG 26 JUNI 1976
ar-
i-
(Van onze militaire medewerker M. H. von Meyenfeldt)
Den haag - De militaire ontwikkelingen binnen het War
schaupact laten de NAVO niet onberoerd. De verdere uitbouw
van het conventionele militaire machtspotentieel, met name
tegenover West-Europa, is voor sommige leden van de organisa
tie aanleiding geweest om de gevechtskracht van hun strijd
krachten te verhogen.
van deze organisatie is: de NAVO-
eenheden te beschermen tegen aan
vallen in de rug door amfibische
strijdkrachten en luchtlandingseen
heden van net Warschaupact. Voor
deze taak zijn of komen beschikbaar
parate veiligheidstroepen en mobili
sabele eenheden voorzien van tanks,
artillerie en tankbestrijdingsmidde
len.
Waar de NAVO zich in het bijzonder
zorgen over maakt, is het groeiend
tankbestand van de Pact
strijdkrachten (19.000 in 1975 tegen
over 14.000 in 1970) en de verbetering
van de versterkingsmogelijkheden
van de Russische troepen in Oost-
Europa door uitbreiding van de
luchttransportcapaciteil. Het aantal
militairen dat bij de halfjaarlijkse af
lossing van Russische eenheden door
de lucht wordt getransporteerd, is
sinds 1971 verviervoudigd (nu plus
minus 100.000). Duurde in 1972 een
dergelijke aflossing nog veertig da
gen, in mei van dit jaar werd de ope
ratie in veertien dagen voltooid.
De ontwikkelingen die de mogelijkhe
den van de Oostbloklanden om snel en
verrassend op te treden aanzienlijk
hebben verbeterd, stellen hoge eisen
aan de paraatheid en effectiviteit van
de NAVO-strijdkrachten.
!De reactie van de NAVO op deze
ontwikkelingen is niet gering. Zo heeft
Amerika zijn gevechtspotentieel in
Centraal-Europa (onder andere hel
zevende Amerikaanse leger: plus mi
nus 180.000 militairen) uitgebreid met
twee brigades (een brigade is 3000 tot
4000 militairen). Een van deze briga
des zal worden gestationeerd in de
kwetsbare Noordduitse laagvlakte
waar in tijd van oorlog ook het Neder
landse legerkorps is opgesteld. Dat
minister Vredeling een financiële bij
drage wil leveren voor de instandhou
ding van deze brigade is begrijpelijk.
Wij kunnen immers niet garanderen
dat in crisissituaties onze eenheden
tijdig hun oorlogsopstellingen zullen
bereiken. En met de plaatsing van een
brigade in de omgeving van Bremen
nemen de Amerikanen in feite een deel
van onze verantwoordelijkheid over.
De Amerikanen hebben de uitbreiding
van hun gevechtskracht vooral be
reikt door uitdunning van de organi
satie achter de operationele eenheden.
Een dergelijke exercitie lijkt mij voor
Nederland ook wel de moeite waardIk
heb stellig de indruk dat bij ons het
aandeel van de parate NAVO-
eenheden in de totale organisatie aan
het afnemen is.
Belangrijke militaire ontwikkelingen
voltrekken zich ook in West-
Duitsland. De defensieplannen voor
de komende vijf jaren voorzien in een
uitgebalanceerde strijdmacht waarin
voor wat betreft de landstrijdkrachten
de nadruk ligt op de bestrijding van
tanks en gemechaniseerde voertuigen.
Het aantal legerbrigades wordt van 33
gebracht op 36 (16 tank-, 17
pantserinfanterie- en 3 luchtlandings
brigades). Opvallend is ook de toe
name van het aantal anti-
tankraketsystemen (545 naar 2500),
tanks (2052 naar 2700) en stukken ge
mechaniseerde artillerie (540 naar
594).
e opzet om de belangrijkste wa
pensystemen voortdurend paraat be
schikbaar te hebben. Naast deze voor
de NAVO bestemde 36 brigades is de
Duitse legerleiding al bezig met de
verbetering van de territoriale verde
digingsorganisatie. De hoofdopdracht
De meest opmerkelijke verandering
voltrekt zich wellicht in Frankrijk.
Naar verluidt heeft de Franse regering
onlangs besloten de defensiebegroting
in zes jaar te verdubbelen (nu plus mi
nus 10 miljard dollar) cn tc brengen
van 17 procent op 20 procent van de
overheidsuitgaven. De regering
beoogt handhaving van de kemwape-
nafschrikkingsmacht en verhoging
van de gevechtskracht van de in het
verleden sterk verwaarloosde conven
tionele strijdkrachten.
Het is niet uitgesloten dat dit ambi
tieuze defensieprogramma stoelt op
een wijziging in de strategische opvat
tingen van de Franse politieke en mili
taire leiders. Werd tot nu toe het
Franse beleid vooral bepaald door de
..alles of niets' -politiek bij een directe
bedreiging van het Franse grondge
bied, de nieuwe koers wijst op een be
reidheid om het defensiebeleid te
plaatsen in een Europees perspectief.
Tegenstanders van de regeringsplan
nen zullen de beleidsvoornemens dan
ook willen zien als een eerste stap op
de weg terug naar de militaire organi
satie van de NAVO en als een aantas
ting van de nationale zelfstandigheid.
Zij tonen daarmee weinig begrip te
hebben voor de politiek-strategische
realiteit die leert dat, nu Rusland het
Westen op het gebied van de kernbe
wapening heeft ingehaald, de natio
nale zelfstandigheid niet meer te
handhaven valt door te blijven leunen
op atoomstrijdkrachten. Mijns inziens
is de grote betekenis van de Franse
plannen dat zij voorwaarden bieden
om de rol van kernwapens in de wes
terse strategie terug te dringen. Tot
voor kort heeft de Franse regering een
op dat doel gericht beleid altijd in de
weg gestaan.
Tot slot een tweetal opmerkingen.
De versterking van de as
Washington-Parijs-Bonn weerhoudt
Nederland er niet van om door te gaan
met een beperking van de defensie
uitgaven. Weliswaar is het nog niet zo
ver dat wij naar de NAVO moeten om
kwantitatieve verminderingen aan te
melden, maar de kwaliteit van onze
defensie-inspanning lijkt wel te wor
den aangetast. Ik denk in dit verband
aan de invloed van beperkingen op al
lerlei gebied, op de geoefendheid van
het personeel, de verzorging van het
materieel en de uitrusting van de mili
taire eenheden. De vraag is welke ge
volgen deze uiteenlopende handelwij
zen binnen de NAVO voor ons land zal
hebben.
Ten slotte, de verhoging van de
defensie-inspanning door sommige
NAVO-landen maaktduidelijk, datwij
nog steeds gevangen zitten in het
actie-reactieproces op het gebied van
wm mmsk# -
Het nieuwste Russische landingsvaartuig, de Ropucha, dat ongeveer 250 man kan vervoeren en ca. 2500 ton meet
de bewapening waarvan niemand de
afloop kan voorspellen. De pogingen
om dit proces onder controle te krij
gen, zijn tot nu toe weinig succesvol
geweest. De gesprekken tussen Ame
rika en Rusland over de beperking van
de strategische bewapening en tussen
NAVO en Warschaupact over weder
zijdse troepenreducties, hebben nog
maar weinig opgeleverd.
De militaire ontwikkelingen in Ame
rika, Frankrijk en Wesl-Duitsland,
hoe noodzakelijk ook, mogen er niet
toe leiden dat wij uit het oog verliezen
dat onze veiligheid tenslotte alleen
maar kan worden verzekerd door de
inspanning van Oost en West. oro voor
wat betreft de belangrijkste wapen
systemen tot overeenstemming te
komen over onder andere gemeen
schappelijke plafonds, vervangings-
voorwaarden en kw aliteitseisen. Vei
ligheid door meer bewapening alleen,
blijft een wankele zaak.
ELKOM IN BELGRADO OM
AANLEIDING VAN EUROPEES
CUP IN VOETBAL. Zo luidde de
charmante aanhef van een klein
drukwerkje dat ten behoeve van
de Nederlandse gasten bij hel Eu
ropees voetbalkampioenschap
was vervaardigd, en wel door de
Toeristishe Maatschappij van
Belgrado. „Welgeerd onze gasten.
Onze wens is dat uw verblijft in
Belgrado prettig zijn en beter
kennis maken met onze stad.
Daarom wij habben deze informa
ties voor uw voorbereiden met ad-
resen van information centrum,
maatschappijen en instelingen,
waar kunnen uw alle informaties
krijgen".
Een handig werkje dus met hoofd
stukjes als „Bebalgrijk telefoonen
en adressen" en „Rijden regime",
immers „in dags van opening half-
finale en finale een man moet voor
volgende veranderingen weten",
zoals „aanplaken prijs voor auto
bussen 200 din. en voor wagens 150
din. zijn".
De aandacht wordt onder meer ge
vestigd op het uitgaanscentrum
Skadarlije:
„In avond tijd - „Skadarlije" - een
oude boemen deel van de stad. in
deze dags bijzonder interessant wil
een rijke programa en grote keuze
van huiselijk voedsel specialiteiten
uitstrekken".
Ve,
ertalingen zijn op hun best met
de verkeerde kant van gobelins te
vergelijken, is een uitspraak die
zowel aan Dante als aan Cervantes
wordt toegeschreven. En Dolf Ver
spoor heeft eens gezegd: „De verta
ler is iemand die bij een keus van
vijf equivalenten voor het zesde
kiest". In het bovenstaande geval
lijkt, de vertaler pas voor de ne
gende oplossing te hebben geko
zen, en in ieder geval heeft h(j niet
naar punt 2 van de Erecode van het
Nederlands Genootschap van Ver
talers gehandeld, dat als volgt
luidt: „Zij nemen slechts opdrach
ten aan waartoe zij de vereiste ken
nis bezitten".
Moeten we dan aannemen dat het
nobele werk in dit geval door een
beunhaas is gedaan, door een gas
tarbeider die twee jaar in ons land
heeft gewerkten zich erop beroemd
heeft dat iedereen in Rotterdam
hem uitstekend kon verstaan?
Informatie bij de heer Roeffen van
de Nederlandse ambassade in Bel
grado leerde me, dat er van beun
hazerij geen sprake was (helaas).
Hij had ook al geinrormeerd
waarom de „Toeristishe Maat-
schappij van Belgrado" niet even
bij de ambassade was langsgeko
men, dan had men daar gratis en
voor niks vooreen deugdelijke ver
taling gezorgd, maar het verbaasde
antwoord was, dat de vertaling
door het officiële Genootschap
(Drustvo) van Vertalers in Bel
grado was vervaardigd. Niet alleen
genoemd drukwerkje overigens,
maar ook het officiële programma
verraadt dezelfde vaste hand van
vertalen. Dr. Artemio Franchi, pre
sident van de UEFA, schrijft hierin
het volgende:
„Europees Kampioenschap is een
personificatie van voetbal in het
Oud Vasteland geworden. Toe-
schouvers geven groot aandacht en
vertrouwen aan, en press, radio en
televisie vergroten belang en
steeds meer verbreden het omvang
van dit wedijveren. In één woord,
voetbal geeft een nieuwe stimulans
gekrijgen, en wij ook samen met
hem. Na Wereld Kampioenschap,
Europees Kampioenschap is een
groot voetbal gebeurtenis gewor
den, bij belang tweede in het wereld
- eerst in Europa,
Als de president van UEFA, ik
wens tegroeten en teuitspreken
welkom aan het vertoogen van
West-Duitsland, Nederland,
Tsjecho-Slowakije en Joegoslavië,
welke zijn in het eind gedeelt van
Kampioenschap van Europa 1976.
Ik wet dat zijn weg tot succes niet
gemakkelijk omdat het voetbal
krachten in Europa zijn meer ekvi-
valent.
Gefeliciteerd ik de FSJ (Voetbal
Bond van Joegoslavië) niet allein
om de succes van zijn vertoog,
maar ook uitsprekt bedankt aan
verantwoordelijke leiding, bijzon
der aan general secretaris Vasa
Stokovic en zijn medewerkers, op
het grote moeite izgezet in het or
ganisatie van het finale.
Met ongeduld vervaht ik het aan
vang van wedstrijden, voor welke
ik hoopt dat zij echt uitdrukking
waarheid van sportief strijden en
fair play. Honderd duizend toe
schouwers op stadionen van Za
greb en Belgrado, als miljoenen
sportmaniaken over de heel Eu
ropa en wereld getuigenis zal ge
worden".
•NICO SCHEEPMAKER
Met de heer Schakel praatte ik
donderdag in het restaurant van
de Tweede Kamer nog even na over
het Oosterscheldedebat dat een
dag eerder werd gehouden. De an
tirevolutionair zag er monter uit en
tevreden sprak hij over het aan
nemen van zijn motie, waarin de-
regering de boodschap krijgt dat
het nu maar eens afgelopen moet
zijnen dat niet nog eens 260 miljoen
gulden extra mag worden uitgege
ven voor de Oosterschelde. De
heer Schakel had de motie inge
diend, zo verklaarde hij, omdat het
parlement aan zichzelf verplicht is
de regering aan gemaakte afspra
ken te houden. De afspraak waar
het hier om draaide, was dat voor
de bouw van een stormvloedkering
in de monding van de Ooster
schelde een bepaald bedrag mocht
worden uitgegeven. Als alsnog 260
miljoen gulden zou worden be
steed, zou dat naar de mening van
de ARP-woordvoerder te ver gaan.
Tijdens het debat liet hij trouwens
binnenhoffelijk
weten dat de kosten waar de Ka
mer uiteindelijk mee akkoord zou
gaan, eigenlijk al te hoog lagen.
De minister moest dat nog maar
eens precies uitleggen, zei de heer
Schakel, en hij sprak van een exa
menonderdeel „eenvoudig reke
nen". Nadat de minister had ge
sproken, zei de antirevolutionair
dat de christendemocratische frac
ties tot de slotsom waren geraakt
dat de bewindsman geslaagd was.
Donderdag vertélde de heer Scha
kel hoe dat in zijn werk is gegaan.
De drie confessionele partijen
kwamen na het antwoord van de
heer Westerterp gezamenlijk bijeen
om een oordeel te vellen over diens
rekenkundige vaardigheden. De
meerderheid vond dat het er best
mee door kon. „Ik had een andere
concept-motie, waarin werd vast
gesteld dat de regering boven de
toegestane kosten was uitgegaan
en dus niet aan de afgesproken
voorwaarden had voldaan. De mi
nister had mij niet overtuigd. Maar
als meer dan acht leden van het
CDA die motie niet wilden steunen,
zou ik hem niet indienen. Het was
dus eigenlijk niet meer discussië
ren, maar eenvoudig neuzen tellen.
En ik kwam neuzen te kort. Omdat
ik generlei behoefte had aan een
venvorpen motie, heb ik die niet in
gediend", zei de heer Schakel.
Waaruit maar weer eens moge blij
ken welk een boeiend gebeuren het
is op het Binnenhof.
Dat de Oosterschelde nu gedeelte
lijk openblijft, is overigens niet
voor iedereen reden om. vertrou
wen te hebben in de toekomst. Het
ministerie van cultuur, recreatie en
maatschappelijk werk zond mij
donderdag een persbericht met
deze aanhef: „De Commissie voor
Natuurbeschermingseducatie
heeft staatssecretaris W. Meijer
van cultuur, recreatie en maat
schappelijk werk het „Advies in
zake een beleidsplan voor de edu
catie betreffende het natuurlijk mi
lieu en het waardevolle cultuur
landschap" aangeboden. En wat
staat er in dat advies? Dat voor
lichtende en educatieve activitei
ten moeten worden ontplooid. De
commissie vindt namelijk dat „een
mentaliteitsverandering bij de be
volking ten opzichte van natuur,
landschap en milieu teweegge
bracht moet worden". Het zal roei
waar zijn. Maar het is ook waar dat
staatssecretaris Meijer op korte
termijn een commissie moet instel
len die hem kan adviseren inzake
een beleidsplan voor de educatie
betreffende het gébruik van een
voudige taal voor eenvoudige din
gen.
Tot slot: dit was de laatste rubriek
„Binnenhoffelijk". Om de simpele
reden dat ik mijn werk op dat Bin
nenhof ruil voor arbeid in het
Zeeuwse. Het zal me een ware
vreugde zijn daar te mogen volgen
hoe het gaat met de mentaliteits
verandering. A. J. SNEL
van onze correspondent)
Washington - Het is zeer de
vraag of de bondgenoten van de
Verenigde Staten in West-Europa
en Japan zeer hebben opgekeken
van de plannen die democratisch
kandidaat Jimmy Carter heeft voor
de buitenlandse politiek, indien hij
in november tot president wordt
gekozen.
Carter heeft dinsdag in New York voor het
genootschap voor buitenlandse zaken ont
huld, dat hij meer openheid in het beleid wil,
gebaseerd op breder geschaald overleg met
de bondgenoten. Op die manier wil hij een
einde maken aan hun bezorgdheid over het
feit dat de Verenigde Staten over hun
hoofden heen zaken doen met een andere su
permacht, de Sowjet-Unie, waarbij de
bondgenoten zeer betrokken zijn, doch
waarover zij niets hebben te zeggen.
Carter heeft wat dit betreft de stemming in
met name Europa goed gepeild, want een
klachtenlijst omtrent gebrek aan consultatie
behoorde al enkele jaren tot het standaar
drepertoire van bijvoorbeeld de vergaderin
gen van de NAVO-raad. En bij de EEG kan
men zich nog zeer wel herinneren hoe de Ver
enigde Staten zonder enig overleg een einde
maakten aan de uitvoer van sojabonen (es
sentieel element voor veevoederproduktie in
Europa), een maatregel die ook in Japan
schrik teweegbracht, omdat sojabonen daar
een belangrijk bestanddeel van het dagelijks
menselijk voedselpakket uitmaken.
Ander voorbeeld: het stilleggen van de ex
port van verrijkt uranium vanwege een Ame
rikaanse reorganisatie. Op zichzelf kon het
de Verenigde Staten niet kwalijk worden ge
nomen dat zij waarborgen wilden scheppen
tegen misbruik van dat uranium (India ge
bruikte het voor de vervaardiging van een
atoombom), maar Europese kerncentrales
kwamen plotseling te staan tegenover een
dreigend brandstoftekort.
.L/eze voorbeelden illustreren niet alleen
Amerikaans falen in het overleg. Zij maken
tevens duidelijk hoezeer onder andere Eu
ropa in sommige opzichten met handen en
voeten aan de Verenigde Staten is gebonden.
Carter zei in New York dat de afspraken die
de Verenigde Staten met de Russen maken in
zo ruim mogelijke mate de opvattingen van
de bondgenoten moeten weerspiegelen om
bij de geallieerden de indruk te vermijden dat
we hun belangen veronachtzamen.
Carter voorziet een deelgenootschap tussen
de Verenigde Staten, West-Europa en Japan,
dat kennelijk nieuw leven moet blazen in de
reeks van bondgenootschappelijke afspra
ken, die voor Amerika in het recente verleden
nauwelijks aanleiding zijn geweest tot meer
overleg dan nodig was om hetritueel van wat
Kissinger betitelde als „handje vasthouden"
te voltooien.
In de verkiezingsstrijd die tussen republi
keinen en democraten na de officiële benoe
ming van de kandidaten gaat losbarsten zal
de buitenlandse politiek naar men mag aan
nemen een rol gaan meespelen. Carter heeft
weliswaar Kissinger niet bij name genoemd,
doch zijn uitvallen naar de geheimzinnige
eenmanspolitiek en de export van kostbaar
wapentuig (zoals gevechtsvliegtuigen) naar
Zaire en Kenya lieten zich niet misverstaan.
De aanstaande democratische voorvechter
maakt zich ook zorgen over de moraliteit van
de buitenlandse politiek: hoe kan een land
terzelfder tijd wapens verkopen en kampioen
van de vrede zijn?
Ecl
ichter, de vraag is in hoeverre Carters be
nadering werkelijk nieuw Is. Kissinger, in zijn
nadagen als bewindsman, heeft de laatste
maanden alle mogelijke moeite gedaan om
de buitenlandse politiek van de Verenigde
Staten een ander gezicht te geven en klach
ten van de bondgenoten te ondervangen. Hij
heeft de Derde Wereld voorgehouden dat de
Verenigde Staten solidair zijn met de pro
blemen van de ontwikkelingslanden. Boven
dien waar Carter pleit voor een herziening
van de NAVO-strategie met het oog op het
geldverslindend gebrek aan standaardisatie
en een mogelijk moderniseren van het arse
naal. weten de NAVO-bondgenoten dat de
nieuwe NAVO-bevelhebber, Alexander Haig,
juist op die punten zijn aandacht heeft geves
tigd.
En als Carter zegt dat Japan en West-Europa
gereed zijn om een rol van meer betekenis te
gaan spelen in de internationale politiek, dan
moet daar althans wat Europa betreft sterk
aan worden getwijfeld. Evenwel, Carter aan
vaardt het feit dat in een democratie soms
een bewind kan ontstaan dat anders is getint
dan de Verenigde Staten graag zouden zien.
Hij heeft uiteraard pijlsnel gebruik gemaakt
van de kans om Kissinger vastte nagelen aan
zijn uitspraken omtrent de consequenties
van een meeregeren van de communisten in
Italië.
We moeten leren leven met verscheidenheid,
riep Carter uit. Zijn internationale bood
schappenlijst bevat weinig concreets even
wel en pas de praktische toepassing van de
beginselen die hij voor een toekomstig bui
tenlands beleid heeft blootgelegd, moet de
waarde ervan bepalen. Het is in elk geval
opmerkelijk dat in zijn rede de verhouding
met de bondgenoten centraal stond en niet
zoals gewoonlijk de relatie met de Sowjet-
Unie.
Carter is ervan overtuigd dat hij tot president
wordt gekozen. De opiniepeilingen geven
hem gelijk. Terwijl hij zich volop en met suc
ces wijdt aan het bijeenbrengen van de de
mocraten onderzijn banier, verliezen Ford en
Reagan in hun onderlinge strijd steeds meer
terrein op de man die dinsdag in New York
zei: buitenlandse politiek moet geen samen
zwering zijn van de machtigen, maar een
overleg tussen de vrije landen.