PORTUGAL LOOPT NIET WARM VOOR KOMENDE PRESIDENTSVERKIEZINGEN Politieke tegenstellingen in Italië nog verder verscherpt Rechtsbescherming met nieuwe wet verder uitgebreid Legerstaf chef Banes voor velen al winnaar (Door onze juridische medewerker mr. Thom Holterman) Den HAAG - De rechtsbescherming tegen beschikkingen van de Neder landse overheid wordt binnenkort uitgebreid. Dan treedt namelijk de Wet Administratieve Rechtspraak Overheidsbeschikkingen (kortweg wet-Arob) in werking. Wat behelst deze wet? Al vorens daar nader op in te gaan moeten eerst enkele gebruikte termen verduidelijkt worden. Rechtsbescherming is een woord dat gebruikt wordt om aan te geven dat tegen bepaalde handelingen van mensen of overheidsorganen bescherming is te ver krijgen. Het is een bescherming die in wetten is neergelegd. Rechtsbescherming kan bijvoorbeeld worden gezocht door een bezwaarschrift bij een bepaalde in stantie in te dienen en daarbij in beroep te gaan. Als het gemeentebestuur iemand aanschrijft om de gevaarlijke toestand waarin zijn huis verkeert te her stellen', dat staat tegen die aanschrijving een beroep op de gemeenteraad open. Wil de gemeente geen uitkering verlenen in het kader van de Algemene Bij standswet, dan kan tegen de (negatieve) beschikking bij Gedeputeerde Staten in beroep worden gegaan. Degene tegen wie de aanschrijving en of de beschikking is gericht, kan dus bescherming zoeken bij een hoger orgaan. Het vervelende is dat er beschikkingen afgegeven kunnen worden waartegen deze beroepsmogelijkheid niet bestaat. De wet-Arob gaat ook voor die gevallen werken. De belangrijkste uitbreiding is echter dat deze wet niet alleen zo'n beroep openstelt Legen beschikkingen van de centrale overheid, maar ook tegen de lagere overheden, bijvoorbeeld de gemeente. De wet-Arob noemt een beschikking „het besluit van een administratief orgaan gericht op enig rechtsgevolg" (art. 2). De gemeenteraad en het college van Bur gemeester en wethouders (b. en w.) zijn zulke organen. B. en w. zijn onder meer belast met het afgeven van bouwvergunningen. Besluiten B en W tot het verle nen van een vergunning om ergens een schuur te bouwen, dan geven zij daaimee een beschikking af. Het besluit wordt in een brief vervat, welke brief de naam beschikking draagt. Natuurlijk kunnen b. en w. ook weigeren om vergunning te verlenen. Dan be schikken b. en w. negatief. Tegen ccn dergelijke weigering kan bezwaar worden gemaakt bij de gemeenteraad. De wet-Arob noemt dit een bezwaarschriftproce dure. In bedoelde zaak is de gemeenteraad het hoogste orgaan dat een uitspraak kan doen. Het is heel goed mogelijk dat de gemeenteraad het college van b. en w. in het gelijk stelt. Degene die door de, door de gemeenteraad bekrachtigde, negatieve beschikking wordt getroffen, kan eerst dan krachtens de wetrArob verhaal zoeken by een nieuwe rechterlijke instantie, namelijk de afdeling recht> spraak van de Raad van State. Voordat ik aan dit nieuwe orgaan aandacht besteed, vat ik eerst het voorgaande samen. De procedure is als volgt. Iemand vraagt om de afgifte van een bouwvergun ning. Het college van b. en w. weigert die vergunning af te geven. Tegen deze weigering kan bezwaar worden aangetekend bij de gemeenteraad. Wanneer ook de eemeenteraad weigert kan de getroffene in beroep gaan bij de afdeling recht spraak van de Raad v. State. De wet-Arob schrijft voordat, als er 'n bezwaarschrift procedure mogelijk is. eerst die pro cedure afgewikkeld moet worden. Kan zo'n bezwaar niet worden gemaakt door de afwezigheid van een dergelijke pro cesgang, dan is het mogelijk direct een beroep in te stellen bij de afdeling recht spraak. Deze regeling geldt voor wat we de „lagere overheden" hebben genoemd. Voor beschikkingen van de centrale overheid ligt het anders. Daar ga ik niet op in. Wel is het van belang dat er nog Iets anders wordt vermeld. Tot nu toe hebben we hetsteeds gehad over degene die de beschikking ontvangt. Het is duidelijk dat iemand die iets vraagt en niet krijgt zich in zijn belang aangetast zal voelen. Maar stel dat hij wèl krijgt waarom hij vraagt. De vergun ning om bijvoorbeeld een schuur te bouwen wordt wel verleend. De buren van de bouwaanvrager kunnen betogen dat zij rechtstreeks iri hun belangen worden aangetast. Zij kunnen niet bij de gemeenteraad in beroep gaan. Het is nu zo geregeld dat zij direct naar de afdeling rechtspraak kunnen stappen om in beroep te gaan tegen het verlenen van de bouwvergunning. Tegelijk met het invoeren van de wet-Arob wordt er een nieuwe rechterlijke instantie in het leven geroepen. De instantie is de reeds verschillende malen genoemde „afdeling rechtspraak van de Raad van State". In vroegere tijden Was de Raad van State een adviesorgaan van de koning persoonlijk Later werd het een adviesorgaan van wat bekend staat als de Kroon, welk instituut de koning samen met zijn ministers voorstelt. De Raad van State kende een „afdeling van geschillen van bestuur". Ook deze afdeling was, net als de raad zelf, een adviesorgaan. Een adviesorgaan, het ligt al in het woord, kan geen zelfstandige beslissingen nemen. De uitspraken die de afdeling in geschillen van bestuur deed, waren dus telkens adviezen. Om hier verandering in te brengen is een nieuw orgaan geschapen, namelijk de afdeling rechtspraak. Deze nieuwe afdeling functioneert naast de oude en nog bestaande afdeling. Een beroep dient aanhangig gemaakt te worden door het insturen van een geschrift (in tweevoud) naar de afdeling rechtspraak. Om bij die afdeling gehopr te krijgen moet men binnen 30 dagen 25 gulden betalen op de secretarie van op Raad van State (in Den Haag). De uitspraak die de afdeling doet - aangenomen dat het beroep ontvankelijk is - richt zich direct tot de procespartijen. Stel dat in het geval van de verleende bouwvergunning voor de schuur de buren het winnen. Dan zal het lagere overheidsorgaan met inachtneming van de uit spraak van de afdeling rechtspraak eventueel opnieuw moeten beschikken. Houdt het lagere overheidsorgaan zich niet aan de uitspraak, dan kunnen de buren de afdeling rechtspraak verzoeken hen een (schade-)vergoeding toe te kennen of het desbetreffende overheidsorgaan met een dwangsom tot andere gedachten pogen te brengen. terzake VRIJDAG 25 JUNI 1976 PZC/opinie en achtergrond 4! r - rmr.rr- (Door Reinier van de Loo) UTRECHT - „we hebben geen linkse president nodig en geen rechtse; we hoeven geen burger president en geen militair - wat wij in Portugal nodig hebben is waardigheid, politiek fatsoen. De naam en de status van het nieuwe staatshoofd kunnen me weinig schelen". Bijna 60 was ze, een van die Portugese kiezers, die ik op 25 april tijdens de eerste vrije parlementsverkiezingen bij een Lissabons stembureau sprak: Aurora Costa Boavida, vroeger ge vierd fado-zangeres, straatarm nu, en getekend met de diepe groeven van een verleden dat, zoals voor zoveel Portugezen, ook voor haar onder de fascistische heersers en hun PIED- terreur louter teleurstelling, angst en armoe betekende. Angst, want de kittige kleine Aurora was al ver vóór de bevrijding van 1974 communiste. En een over tuigde. Niet zoals al die duizenden die zich plotseling daags na de anjer revolutie van april 1974 „links" noem den, omdat de politieke wind dat wen selijk maakte. Ze is nóg communiste, maar eigen lijk meer nog een van die vele Portuge zen die het politieke touwtrekken om de macht moe zijn, die eigenlijk alleen nog maar rust willen na alle coups en contra-coups, na alle bomaanslagen en alle verkiezingsslogans, die werk, geld, brood en een schijntje van een menswaardig bestaan zoeken. Daarom zegt Aurora dat het haar ei genlijk geen zier kan schelen wie er komende zondag president wordt: „Waardigheid hebben we nodig, en een menswaardig bestaan". Apathie Ze is niet de enige die de keuze van een staatshoofd niet zo bar meer interes seert. In Lissabon en ver daarbuiten heerst momenteel een politieke apa thie. En een tropische hitte. Na de luidruchtige verkiezingscampagne voor het parlement van 25 april jl. hoeft de nieuwe stembusgang, zo kort na de vorige, voor velen niet meer zo erg. Da Costa Gomes (de huidige pre sident) deed het niet slecht, hoewel hij voor de mensen rechts van het midden wat te veel marxistisch dacht. En zijn opvolger is immers nu al feitelijk be kend, redeneren anderen. Maar deze derde vrije stembusgang in ruim een jaar - na die voor de Grond wetgevende vergadering in april 1975 en de parlementsverkiezingen van jl. Pasen - is belangrijker dan de huidige apathie in de hete straten van Lissa bons oude binnenstad doet vermoe den: natuurlijk, legerstafchef Antonio Ramalho Eanes (spreek ongeveer uit als „Ramaljoe Ejénnesj") spreekt enerzijds totaal niet tot de verbeelding vanwege zijn uitgesproken stram- militaire saaiheid en de obscuriteit van zijn politieke overtuiging: en hij is aan de andere kant eigenlijk al bij voorbaat tot winnaar uitgeroepen, omdat de drie grootste partijen van het land (Soares' socialisten. Sa Car- neiro's Volksdemocraten en do Ama- rals rechtse centrumdemocraten) ach ter zijn kandidatuur staan. Maar in de nieuwe president wordt door veel Portugezen een soort won derdokter voor alle kwalen gezien. Wat hij ecliter nooit kan zijn. De grondwet geeft hem een machtspositie die het midden houdt tussen de nogal „cere moniële" Westduitse Bondspresident en de zeer invloedrijke Franse presi dent; hij kan onder meer het parle ment ontbinden (zij het na raadple ging van datzelfde parlement), maar kan bijvoorbeeld niet rechtstreeks mee regeren zoals een Amerikaans staatshoofd. Sterke man Onder de Portugezen leeft, echter na een halve eeuw dictatuur nog altijd veel sterker dan bijvoorbeeld bij ons, de „sterke-man-idee". Salazar was een soort monument van persoonlijke al macht, Caetano ook, zij het wat „libe raler", en zelfs de anjer-revolutionair De Spinola mikte op die verlichte dictator-positie. Tot hij in september 1974 door het linkse deel van het leger aan de kant werd gezet. Eanes lijkt niet op de grandeur-figuur De Spinola, maar heeft wel diens star- rechtlijnige politieke ideeën. In Lissa bon gaat dezer dagen het volgende grapje rond: „Waarom draagt Eanes altijd een zonnebril? - Om zijn mono cle te verbergen". Bovendien bestaat er wantrouwen tegen de generaal door de uitgespro ken steun die hij geniet van beide „rechtse" partijen, de PPD en de sinds kort weer uit de schuilhoeken gekro pen CDS. De grootste steun krijgt de 41-jarige militair echter van Mario Soares. Als Eanes president wordt zondag, wordt Soares kabinetsforma teur en vermoedelijk minister president. Die zaak is al vrijwel be klonken. Gezicht van steen Veel Portugezen zijn vóór Eanes, niet omdat ze hem zo erg mogen (een ge vleugeld woord is momenteel: Soares wil een „socialisme met een menselijk gezicht, maar met Eanes krijg je een socialisme met een gezicht van steen"), maar omdat ze bang zijn voor de andere kandidaten. Eanes wordt gezien als een verklaard tegenstander van de communisten, hij ziet ze al thans als de grootste bedreiging van de stabiliteit in Portugal. „Ik streef naar een compromisloze verdediging van de nationale onaf hankelijkheid en verzoening, ik wil een democratisch pluralisme en een rechtvaardige maatschappij zoals in de grondwet omschreven", zei hij on langs. Nu is die grondwet puur socia listisch (en zeker niet, zoals veel Wes teuropeanen denken, van een mild sociaal-democratisch karakter). Daarom moet Eanes, als hij zo par mantig achter die Constitutie gaat staan, ook beslist niet als een stroman van rechts worden gezien. Nee, hij ziet domweg het communisme niet zitten, dat is zijn enige uiting van „rechts heid": tegen een AP-man zei hij on langs: „Ik ben een christen, ik heb con tacten gehad met het marxisme en ik vind het een interessante methode, maar niet meer dan dat". Universitair geschoold is Eanes niet. Hij was op de militaire academie, streed in drie voormalige Portugese kolonies in Afrika en deed actief mee aan de grote revolutie van 1974 om tenslotte pas echte bekendheid te krijgen door zijn optreden tegen de ultra-linkse putchisten van november vorig jaar. Volgens de opiniepeilers krijgt Antonio Ramalho Eanes zondag meer stemmen dan zijn drie tegen standers samen. Als niemand de abso lute meerderheid zou krijgen, volgt een tweede verkiezingsronde tussen de twee hoogst geëindigde kandida ten. De anderen Wie kan er nummer twee worden en wie zijn dan wel die gevreesde alterna tieven? In de eerste plaats is er de hui dige premier José Pinheiro de Azeve- do, anti-communist, admiraal, per soonlijke krachtfiguur maar zonder de verklaarde steun van ook maar één po litieke partij. Toch schijnt hij nog op zo'n 14 procent van de kiezers te mo gen rekenen. Hij leidde het zesde pro visorische kabinet door de woelingen van november, weerstond daarvóór al de tientallen volksopstanden van links Lissabon tegen zijn politieke aanpak, die zo sterk verschilde van de over-geëmotioneerde marxist Vasco Gongalves, en kan rekenen op grote sympathie binnen het leger, dat nog altijd een grondwettelijk gegaran deerde „waakhondfunctie" bekleedt. Geheel kansloos lijkt vervolgens de tweede man van de communistische party, Octavio Pa to, die als niet zo sta linistisch te boek staat als zyn baas Alvaro Cunhal, maar volgens de opin iepeilers nooit hoger kan komen dan 5 procent. Otelo Het enige echte gevaar voor Eanes, en vermoedelijk voor Portugal, schuilt in de vierde en laatste kandidaat: vrou wenidool en salon-communist Otelo Saraiva de Carvalho. De in november afgegane Copcon-chef, die sedert zijn deelneming aan de mislukte linkse putch tot majoor werd gedegradeerd en huisarrest had. is, ondanks het feit dat hy nog nooit een letter Marx heeft gelezen, ondanks het feit dat hij zich na een bezoek aan Cuba ooit belachs- lyk maakte door te pleiten voor en massale executie in de Lissabones stierenvechtersarena van militaire e; civiele „slapjanussen" en ondanks hg feit dat hij bekend staat als een poli tieke draaitol, zomaar gepromoveeri tot het idool van ultra-links en c; „werkende klasse". Waarom weet eigenlijk niemand, maa „Otelo" heet nu ineens linkser das Cunhal. En Otelo is erg populair. He; zou me niets verbazen als deze bril jante strateeg, want dat is hij, nog es- onverwachte tweede plaats achter Eanes kan halen. Het gevaar dat hij, zelfs op een twéé plaats, belichaamt, ligt in de kamt?; hernieuwde confrontatie tussen lirïs en rechts. Op straat en in hoger sfera Otelo's aanhangers staan zo extreem en lijnrecht tegenover die van Eanes (de zwygende meerderheid plus de niet zo zwijgzame rechterzijde), dat Portugal bij een confrontatie tussei deze beide kandidaten en hun aan hang opnieuw ongewenst uitstel van zijn uiteindelijke genezing moet vre zen. Otelo gaf deze week via de Portugese televisie ongeveer aan waar hy naai toe wil: „Als Eanes president wordtis geweld onvermijdelijk; wij zitten in een klassenstrijd en ik vind dat er hier basisorganisaties, zoals buurt- en ar beiderscomités moeten bestaan naast de parlementaire democratie, totdat de arbeiders werkelijk aan de mach: zijn". En even verder: „De democratie zoaL' West-Europa die kent zal hier moete ophouden te bestaan; we moeten on! ook bevrijden van de sterke invloec van de Verenigde Staten en Wes? Europa, want die geven nooit hui; zonder rente en zonder dat wy ona onafhankelijkheid ervoor in ruil mor 'ten geven; wij moeten ons oriëntere op de Derde Wereld". Tot zover Otelo. Welke president Por tugal zondag ook krijgt, hij zal het moeilijk hebben tegen avonturiers als deze majoor. Nog afgezien van de problemen rond de komende kabi netsformatie. Om van Portugals ech te, sociaal-economische ziekte nog maar helemaal te zwijgen. (Van onze correspondent, Rudolf Bakker) Rome - Na de opwinding van de laatste weken zal Italië na de uitslag van de verkiezingen voor Kamer en Senaat voorlopig terugzinken in de politieke vergetelheid. De christen-democraten, die na de Tweede Wereldoorlog constant aan de regering zijn geweest, hebben hun bastion niet alleen weten te be houden, maar ook weten te verster ken. Dat zij tegenover de andere partijen echter meer geisoleerd zijn geraakt, zal zich in de toekomst dramatisch manifesteren. De communisten zullen niet aan de regering deelnemen. Hun opmars zet zich voort, maar is op hun weg naar de overwinning gestuit op de taaiheid van hun christen democratische opposanten. Hiermee is een groot deel van de belangstelling bij de bui tenlandse waarnemers verdwenen. Ook de Amerikaanse regering zal verlicht adem ha len. In feite blijft de toestand in Italië even dramatisch als ooit en verdient zij een on verminderde belangstelling van buitenaf. Dat de communisten in de Kamer een winst boekten en omhoog gingen van 27,1 tot 34,9 procent van de stemmen en ook in de Senaat vooruit gingen, hebben zij te danken niet aan de overlopers uit het christen-democratische kamp. waarop zij aanvankeüjk hadden ge hoopt. maar de vroegere aanhangers van de ongeveer vijfjaar geleden uiteengevallen so cialisten en sociaal-democraten. He, zijn vooral de socialisten die voor de kiezers van links hun gezicht verloren had den door herhaaldelijke deelname aan rege ringscoalities met de christen-democraten, terwijl het de sociaal-democraten van oud president Saragat aan een duidelijk omlijnd links program ontbrak. Socialistenleider De Martino heeft nu verklaard een regering te wensen „zonder uitsluiting van links". In de nu afgelopen verkiezingsstrijd had De Mar tino geheel op een coalitie met de communis ten gewed. Zo staat het compromis en een verder verlies van geloofwaardigheid voor de socialisten voor de deur, terwy 1 hun rol bij de vorming van een komende regering van doorslaggevende betekenis is. Tegelijkertijd kan men stellen, dat aan het bruikbare bestaan van Saragats SPDI een eind gekomen is. Onder de dreiging van de verkiezingen had een groep jongere politici links van het midden gepoogd een nieuwe beweging op te richten waarin een aantal kleinere partijen werden samengevoegd om als alternatief te dienen voor de communisti sche uitdaging. Op typisch Italiaanse manier liep dit initiatief dood op de stijfhoofdigheid van oudere politici als Saragat, die bang wa ren voor links en hun eigen positie. Een verklaring voor het succes van de christen-democraten kan zijn geweest de angst voor de Verenigde Staten en de, over igens afnemende, macht van de kerk. De (Amerikaanse minister van buitenlandse za ken. Henry Kissinger, had de indruk gewekt datdedollarstroom naar Italië zou ophouden in geval van een communistische overwin ning. Italianen hebben zoveel familie in de VS, dat een aantal van hen er bang voor moet zijn geweest dat de vele banden met dit land na een communistische stembusoverwin ning wel eens verbroken zouden kunnen worden. De teruggang van de vele kleinere partijen, met name de opzienbarende teruggang van de neo-fascisten, zal de polarisatie in het Ita liaanse politieke leven in de hand werken en de mogeUjkheid tot compromissen doen af nemen. Commentatoren hebben vóór de uit slag van de verkiezingen al gesteld dat een rol van de communisten als de enige grote oppo sitiepartij een wellicht grotere heilzame in vloed zal hebben op de ontwikkeling ln het land dan wanneer zij deel van de regering zouden hebben uitgemaakt. In ieder geval staat vast, dat een nieuwe regering, waarin de christen-democraten de meerderheid bezitten, niets zal kunnen uit richten zonder de althans stilzwijgende steun van de communisten. Het is echter de vraag of de groei van de PCI zich bij volgende ver kiezingen zal continueren wanneer de christen-democraten inderdaad kans zouden zien zich uithun lethargie en zelfvoldaanheid te bevrijden, en onder de druk van de com munistische oppositie in staat zyn zich ge loofwaardiger te maken. Dat ze dit wel zullen moeten doen, is des te duidelijker wanneer de oppositie zich omlijnder weet te manifeste ren. Een vereiste voor de christen democraten is ook dat zij zich definitief ont doen van een aantal oude circuspaarden, wier optreden alleen nog met een schouder ophalen by de kiezers wordt afgedaan. Het solo-optreden van de oudgediende Amintore Fanfani op de beeldbuizen maan dagavond gaf weinig hoop op een christen democratisch besef voor de overlevingskan sen die zy maandag nog een keer gekregen hebben. Terwijl de zomerwarmte met de dag toe neemt en de vakanties met de daarmee sa menhangende vlucht uit de grote steden be ginnen, zal de kabinetsformatie op zich laten wachten onder een steeds verder teruglo pende belangstelling van het publiek. ItalTis dan ook voorlopig weer even ver als toen de verkiezingscampagne begon.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 4