Afrikareis van Kissinger kost Ford stemmen Montedison paste by haar plannen jaar lang een tactiek van 'haast en vertraging' toe LEVEN OP HET LAND GRIJS RIJK EN ARM PZC/o ANTI-COMMUNISTISCH FRONT IN Z.-AMERIKA WOENSDAG 12 MEI 1976 Ein E« opinie en achtergrond ,4 iiind aprii hebben de Zeeuwse Staten een debat gehouden over een rapport van de provinciale planologische dienst getiteld: 'Bewoningspatronen'. In dat rapport - we zullen dat neutrale woord maar aanhouden want het was volgens de kom- mentaren noch diskussienota, noch beleidsnota - wordt gefilosofeerd over de huidige maar vooral de toekomstige funkties en het karakter van de steden en het platteland in Zeeland. De dorpen en steden worden in dit rapport ingedeeld in een vijftal kategorieèn: groeikernen, kernen met een aanvullende woonfunk- tie. opvangkemen in landelijk gebied, plattelandskernen en konsolidatiekernen. Deze indeling vinden wij eerlijk gezegd bar ingewikkeld. Van verschillende zijden werd in de Staten gepleit voor een eenvoudiger indeling. Een driedeling bijvoor beeld: stedelljker gebieden, groeikernen op het platteland en overige kernen We kunnen ons in dat laatste wel vinden. Als we de steden buiten beschouwing laten, lijkt een platteland met groeikernen en overige plattelandskernen aan vaardbaar. Mits er tenminste gestreefd wordt naar het leefbaar en bewoonbaar houden van al die kernen - de Zeeuwse dorpen. Met het lelijke woord konsolida- tiekem hebben we grote moeite. We begrijpen dat daarmee bedoeld wordt dat van hogerhand de ontwikkeling van een dorp wordt stopgezet. Een kern wordt dan bevroren. In feite betekent dit dat zo'n dorp langzaam maar zeker m een dodelijke wurggreep komt Geen enkel initiatief in zo'n dorp zal nog gehonoreerd worden. De vooraieningen worden worden minder en mensen gaan wegtrekken. Geen aanlokkelijk beeld. We zijn van mening dat zo'n beleid geheel vermeden moet worden. Wat wij bepleiten is dat 't Zeeuwse platteland zo goed mogelijk leefbaar blijft. Dat de dorpen een redelijke voorzieningsgraad houden, zowel aan materiële za ken als levensmiddelen, garages en kappers als zeker ook aan niet-materièle voorzieningen zoals onderwijs, gezondheidszorg en een goed florerend vereni gingsleven. Kort gezegd er moet naar gestreefd worden een dorp, een kem, zo levend mogelijk te houden, het moet een funk donerende leefgemeenschap zijn; (zo zei Eversdijk het in de Staten en dat leek ons zeer juist getypeerd). In dat licht bezien lijkt het ons eerder juist te streven naar het handhaven van allerlei kernen (onder meer door het in stand houden van b.v. onderwijsvoorzieningen) door het bevriezen (consolideren) van leefgemeenschappen. Laten we niet verge ten dat een ontvolkend platteland en leeglopende dorpen de aanzet zijn van ver waarlozing en achteruitgang van een plattelandsgebied. Het doet ons genoegen dat in het genoemde rapport zoveel aandacht geschonken wordt aan het begrip leefbaarheid van de dorpen en steden. Als die leefbaarheid dan ookmaar toege past gaat worden op vrijwel alle dorpen in het Zeeuwse en er niet 'n grote selec tie vooraf plaats gaat vinden van de dor pen die in de diepvries moeten. Gelukkig heeft gedeputeerde Boersma aangekondigd dat hij zeer terughoudend zal zijn om het begrip konsolidatiekem toe te passen. (Van onze correspondent) W ASHINGTON - Ver weg in Afrika heeft Henry Kissinger zijn president Gerald Ford geen dienst bewezen. Integendeel: de verkiezingsmanagers van het Amerikaanse staatshoofd (wanhopig op zoek naar verontschuldigingen voor de bittere nederlagen die hun voorman in Texas en Indiana heeft moeten lijden) vinden dat Kissingers uitspraken ten gunste van de zwarte meerderheid in bijvoorbeeld Rhodesië, de president in het zuiden van de VS kostbare stemmen heeft gekost. Volgens doorgewinterde politieke Afrikaanse verlangens (naar zelfstan- minderheid, in de schaarse Afrikaanse digheid). Amerikaanse commentato ren merken echter op dat een dergelijk standpunt weliswaar bij de presi dentsverkiezingen voor Ford. enige vrucht kan afwerpen, maar dat het bar weinig bijdraagt aan Fords politieke standpunten tegenover zijn zeer rechtse republikeinse tegenstander Ronald Reagan. lien goed beleid sluit aan bij de wensen van de inwoners. Wat de mensen uit de Zeeuwse dorpen willen is duidelijk, ook via een enquête in opdracht van een aan tal Zeeuwse instellingen uit eind 1974. Deze enquête die ook in de Zeeuwse Sta ten voortdurend ter sprake kwam is nog steeds niet officieel beschikbaar. De re sultaten van dit onderzoek echter wel bekend. Het komt er op neer dat de inwoners over het algemeen met genoegen in hun dorpen wonen. Ze willen er ook graag blijven wonen als er genoeg voorzieningen zijn of komen - winkels voor de dingen die je dagelijks nodig hebt; kleuterscholen,basisscholen.redelijk openbaar vervoer. De mensen stellen het op prijs als het rustige, landelijke karakter van him dorp gehandhaafd blijft. Stilstand is achteruitgang, vandaar dat de meeste inwoners zijn voor een rustige en matige uitbreiding van hun dorp, genoeg om vooral de jonge mensen in het dorp te houden. Vergrijzing is een schrikbeeld van veel dorpen. Een apart probleem tenslotte vormen de tweede woningen op vele van onze dor pen. Een beperkt aantal komt ons als akseptabel voor. Maar niet te veel alstu blieft. Voor je het weet woon Je in een spookdorp waar alleen in de weekends gedurende de zomer nog wat leven in de brouwerij is. Liever permanente vesti ging van niet-autochtonen en van niet Zeeuwen. De input van nieuwe geluiden en gedachten werkt over het algemeen verfrissend op een samenleving die heel lang vrij beslóten is geweest. De binnenkomers (immigranten) in zo'n gemeen schap moeten dan wel bereid zijn zich enigermate aan te passen aan de geneug ten en ongeneugten van zo'n plattelandssamenleving. Gelukkig is er in Zeeland heel weinig sprake van botsingen tussen autochtone en imporLmensen (sorry voor die rare term). Dat is heel anders in sommige delen van ons land. Vooral uit het Noorden en Oosten hoor je nogal eens wilde verhalen wat dat betreft. Hope lijk blijft de goede verstandhouding tussen Zeeuwen en niet-Zeeuwen op ons goede platteland in de toekomst bewaard; daar kan het beleid van de provincie in belangrijke mate aan toe- of afdoen. Mr. Gerard W. Smallegange waarnemers is het zeer de vraag of Ford, overspoeld door verkiezings problemen, wel bij machte zal zijn om kracht bij te zetten aan de nieuwe Afrika-politiek die z(jn minister van buitenlandse zaken bezig is te ontrol- 'len. Met andere woorden: het binnen landse politiek gebeuren in de Ver enigde Staten heeft een rechtstreekse invloed op hetgeen elders in de wereld gebeurt. En wanneer conservatieve zuiderlingen in de VS Kissingers poli tieke onthullingen ombuigen tot een reden om Ford niet te steunen in zijn poging om voor het eerst tot president te worden gekozen, dan is het maar zeer de vraag of deze regering Ford de stoffering zal willen leveren voor het stuk verbale politiek dat de minister van buitenlandse zaken tijdens zijn Afrikaanse reis heeft prijsgegevaj^m Wederom gaan dan ook te Washing ton stemmen op dat voor Kissinger de tijd van vertrekken is aangebroken. Voor Gerald Ford zijn de namen Texas, Indiana, Alabama en Georgia merktekens geworden die niet kunnen worden misverstaan. De resultaten in die staten bij de republikeinse voor verkiezingen dreigen over te vloeien naar nog zes andere staten in de ko mende maanden. Het is zeer de vraag of Ford en zijn politieke entourage het' wel verstandig vinden om met zo'n •deerlijk gehavend jasje voor de natio nale conventie in Kansas City te ver schijnen. En het gaat Fords critici er dan vooral om dat Kissingers reis uit ver kiezingsoverwegingen op een ver keerd ogenblik is gekomen. Het uitstel dat sommige republikeinen bepleitten voor Kissingers ontdekkingsreis in Af rika (dr. Kissinger I presume?) was we liswaar technisch mogelijk, doch het zou weinig uitmaken aangezien er toch steeds nieuwe voorverkiezingen in het nabije verschiet zouden liggen. Het is ook voor de hand liggend dat de 23 miljoen zwarte Amerikanen een gegronde reden vormen voor Kissin gers uitspraken omtrent een histori sche vereenzelviging van de VS met landen waar dit nog gebeurt. En dit levert het onsmakelijke schouwspel op dat men zich in Repu blikeins Washington het hoofd breekt over de vraag of Afrikaanse vrijheid wel valt te verenigen met Fords aspi raties om zijn verblijf in het Witte Huis met vier jaar te verlengen. On, 'ngeveer de helft van de automobilisten boven de 50 jaar heeft een twijfe lachtige tot slechte gezichtsscherpte. Dit bericht van de ANWB grijp ik dank baar aan om nog eens de anekdote te vertellen over Ko Arnoldi, die in 1964 op 81-jarige leeftijd overleed Hij was een eminent acteur, met hoofdrollen in „De dood van een handelsreiziger". „De vrek", en noem maar op. Tot op hoge leeftijd bestuurde hij zelf zijn auto. Op een avond, toen de schemenng al was ingevallen, reed hij wat te veel en te lang op de linkerkant van de weg, waardoor hij pas op het laatste nippertje zijn stuur kon omgooien om een tegenligger te ontwijken. Met zijn kraakstem zei hij toen enigszins verongelijkt tegen degeen die naast hem zat: „Ja, hoor eens, grijze auto's zie ik niet meer aankomen op dit uur van de avond". woorden: „Maar jullie jagen de rijken wel jullie land uit'1 In een ingezonden stuk in De Volkskrant van zaterdag vertelt Wil lem Mullepad datOtelo de Carvalho, de uiterst linkse, inmiddels op dood spoor gerangeerde Portugese officier die na de omwenteling een sleutelpo sitie innam in het Portugese leven, tijdens een bezoek aan Zweden tegen de Zweedse premier Olof Palme zei: „Binnen een jaar hebben wij in Por tugal alle rijken afgeschaft!", waarop Palme geantwoord moet hebben: „Nou, wij hebben alleen maar de ar men afgeschaft". Een mooie wise-crack. Maar gezien de belastingperikelen rond Ingmar Bergman, Bibi Andersson en Astrid Lindgren, die wat moeite hebben met het feit dat je in Zweden blijkbaar aangeslagen kan worden voor 102 procent van je inkomen (dus van elke 100 gulden die je verdient, moetje 102 gulden aan de belasting afdragen) had Otelo de Carvalho. als hij dat toen al geweten had, kunnen ant- Olof Palme had dan kunnen zeg gen: „Ja, ze vluchten naar zuidelijke landen als Portugal waar de belas tingdruk minder is", waarop Otelo de Carvalho weer snedig had kunnen antwoorden dat hij er dus wel voor zou zorgen dat zij binnen een jaar tot de ex-rijken zouden behoren. Palme had dan kunnen zeggen: „Dan krij gen wij ze weer als armoedzaaiers te rug", en dan had Otello de Carvalho kunnen repliceren: „Maar die heb ben jullie afgeschaft, dus dan zijn ze binnen een jaar weer rijp voor ons", en zo pendelen rijk en arm in een per petuum mobilêeuwigtussen Zweden en Portugal heen en weer... NICO SCHEEPMAKER Amerikaanse politieke strategen zijn ietwat teleurgesteld over het uit- blijven van meer aanmoediging voor de nieuwe benadering van een nieuw Afrika uit de zwarte bevolkingsgroep. En wanneer president Ford zich ook in de komende maanden zou laten ver leiden zijn verkiezingsbeleid te base ren op het ontkennen van beschuldi gingen die Reagan losjes uit de mouw schudt, dan is het tamelijk zeker dat er van de nieuwe Afrikapolitiek in de praktijk weinig terecht kan komen. Als de VS het ernstig menen met hun veroordeling van het blanke min derheidsregime in Rhodesië, zal Ford moeten proberen het Congres over te halen tot het herroepen van het zoge naamde „amendement Byrd", dat de VS toelaat kostbare grondstoffen als chroom uit Rhodesië te importeren in weerwil van de VN-boycot die tegen Rhodesië is uitgevaardigd. En de kan sen daarop zijn met de verkiezingsuit slagen kleiner geworden. Het Huis van Afgevaardigden heeft ook in het verle den een striktere toepassing van de economische boycot van Rhodesië tegengehouden. Ford, die aan zijn nederlaag in Texas niet minder dan bijna drie miljoen gulden aan propagandageld.ten koste heeft gelegd, staat nu voor de keus: of hij gaat zichzelf aanprijzen dan wel hij blijft doorgaan Reagans beschuldi gingen te weerleggen. Henry Kissinger blijft zo valt te vrezen, hangen tussen de kaken van. het kiesmonster. Om puur binnenlands Amerikaanse rede nen, die niets te maken hebben met het feit dat het voor de VS als politieke gigant na tientallen jaren van stilzwij gen tijd werd zich uit te spreken tegen voortdurende onderdrukking van een zwarte meerderheid door een blanke (Van onze correspondent) MONTEVIDEO - Door de val van het peronisme in Argentinië en de koerswijziging van de Peruaanse buitenlandse politiek is Latijns-Amerika ten zuiden van de evenaar een anti communistisch blok aan het worden. KB Hl Hl Hl N OVER WRT VOOR WËT^RRBT HET CV Steeds meer brengen staatshoofden en regeringsleiders in Brazilië, Bolivia, Chili, Paraguay en Uruguay bezoeken aan elkaar om te proberen een ge meenschappelijk beleid te voeren tegen het zich gestaag uitbreidende communisme. Nog niet zo lang geleden werd gene raal Pinochet van Chili als een vorst ontvangen bij zijn bezoek aan Monte video. Al eerder werd in Santiago, de hoofdstad van Chili, president Stroessner van Paraguay ontvangen. En dezer dagen brengt premier Bor- dabery van Uruguay een staatsbezoek aan La Paz. de hoofdstad van Bolivia. Daarentegen kan de Argentijnse pre sident Vileda, die Isabel Peron is op gevolgd, zich niet met de buren be moeien omdat hij het in eigen huis nog te druk heeft. Van generaal Vileda is bekend, dat hij sterk anti communistisch is. Peru neemt ideolo gisch een aparte plaats in, maar zijn humanistisch socialisme staat mijlen verwijderd van het communisme. Bij dergelijke dictatoriale regimes geldt het woord „dictatuur" als een verboden scheldwoord als het henzelf betreft. Liever verklaren ze hun anti- marxistische houding juist met de be wering dat het communisme een dic tatuur vormt. Stroessner verklaarde herhaaldelijk dat in Paraguay de meest volmaakte democratie ter wereld bestaat, omdat het boogt op pluralistische partijen, een parlement en een sterke afkeer van geweld. Bordaberry zei bij het bezoek van Pinochet: „Democratie, vrijheid, so ciale rechtvaardigheid: we laten ons deze idealen niet afpakken, omdat ze van onszelf zyn en omdat alleen de in vrijheid levende mensen deze kunnen hebben". Al deze presidenten praten onophoudelijk over „democratie". Ze beweren dat ze door de afzette rege ring z(jn beschuldigd en misbruikt, om een karikatuur van hen te maken. De nieuwe Chileense grondwet zal over vloeien van bepalingen over de „Handhaving van de mensenrechten", de uitbreiding van het „habeas cor pus" en de „Waarde van het individu". Brazilië vormt een typisch voor beeld van de institutionele structuur. Na meer dan tien jaar verborgen ge houden militaire dictatuur sprak pre-, sident Geisel over „democratisering", waardoor in november vrije gemeen teraadsverkiezingen mogelijk zullen worden. Hij manipuleert zijn rege ringspartij Arena op dezelfde manier als Stroessner het doet met zijn Colo- rados. Maar toen twee kandidaten van de oppositiepartij MDB er op stonden, dat de militairen hun macht opgaven, ontnam hij hen voor tien jaar alle poli tieke rechten. Maar daardoor voldoet het welis waar op en top aan het Westeuropese en Noordamerikaanse concept, dat politiekevrijheid toestaat tot op het punt waarop de grondslag van het re gime niet in opspraak wordt gebracht. De marxistische partijen zijn niet al leen verboden, maar hun - ook vroe- het merendeel verboden, maar het so cialistische partijorgaan La Vanguar- dia verschijnt weer, evenals de vroe gere communistische krant Nuestra Palabra en Tribuna Popular. Dat de strijd alleen geldt voor de pe ronisten en niet voor de communisten, zal wel zijn oorsprong vinden in het feit dat de SowjetrUnie veruit de beste af nemer is van de Argentijnse export. In de Pan-Amerikaanse situatie treedt dit blok op als actieve tegenspeler var Cuba. Toch zullen op de OAS- bijeenkomst, waarvoor ook Kissinger begin juni in Santiago wordt ver wacht. alleen maar waarschuwingen worden gehoord, omdat Castro ver klaart steun te verlenen aan nationale bevrijdingsbewegingen, maar geen plannen te hebben voor interventies op het continent. De Peruaanse president. Juan Velasco Alvarado. had zich als vriend van Fidel Castro geïdentifi ceerd met de politiek van de Derde Wereld en aan de communisten een aanzienlijke invloed in de politieke en economische organisatie, en vooral ook in de pers. verleend. Zijn opvolger, generaal Francisco Morales Bermu- dez, beriep zich in een recente rede voering steeds weer op het christen dom en het humanisme, waarbij hij het fascisme evenzeer afwees als het communisme. De pro-communistische redacteu ren van de (door de staat overgeno men) kranten werden ontslagen. De president verklaarde, dat Peru zich weer moest oriënteren op het Ameri- continent en speciaal gere - activisten worden momenteel Latijns-Amerika. Deze koerswijziging als onmensen vervolgd. Daarbij heb ben de communisten, in zoverre zij Moskou aanhangen, en zeer speciaal de socialisten, zich tegenover de guer rilla's opgesteld, echter met de midde len van de klassenstrijd, vooral poli tieke stakingen, verstoringen van het economische leven en samenwerking met trotzkistische parlementariërs. Alleen in Argentinië zijn weliswaar de talrijke linkse groeperingen voor hangt samen met de verandering v het regime in Argentinië, waarop Peru volgens traditie steunt. Toen Peron aan het roer stond, tapte Velasco Alvarado uit hetzelfde pro-Castro-vaatje. Na de val van Pe ron kwam Peru totaal alleen te staan. En dus moest het aansluiting zoeken bij het anti-marxistische front. Voor Latijns-Amerika is de „koude oorlog" nog niet afgelopen. let twee troeven in handen heeft Montedison het afgelopen jaar in Noord west Europa de 'markt' van industrieter reinen verkend voor de vestiging van een betrekkelijk groot chemisch complex. Het concern wilde: 1. een zo groot mogelijk in vesteringssubsidie van de betrokken rege ling en 2. de garantie dat er na een beslis sing ook inderdaad snel met de produktie zou kunnen worden begonnen. In het Belgi sche industriegebied bij Feluy (ten zuiden Brussel) zijn die voorwaarden van het Ita liaanse bedrijf zelf kennelijk ingewilligd. Vandaar de beslissing om er een fabriek te bouwen (samen met de Belgische oliemaat- schappij Petrofina), die 150.000 ton poly- propyieen per jaar moet gaan produceren en die als het eerste stadium van een aan zienlijk chemisch complec wordt be schouwd, De termijnen, die bij de beslissing worden genoemd om met de produktie van start te kunnen gaan (1978 eerste fase en 1979 tweede fase), geven aan dat Monte dison niet bang hoeft te zijn voor lang sle pende procedures. Ui, lit de bedrijfspolitiek van Montedison als aankomend multinational (de meeste fa brieken staan nog steeds in Italië) op de in ternationale aantrekkende chemiemarkt tegenover de grote concurrenten elders in de wereld is duidelijk geworden dat men snel zijn slag wil slaan. Daarbij was de tak- tiek dat de mededingers in de competitie zo lang mogelijk in onzekerheid zouden wor den gelaten over het produktiepakket, waarmee Montedison in het Europa ten noorden van de Alpen op de markt wilde komen. Maar tegelijk wilde men wèl snel, ef ficient en met een grote spreiding van risi co's kunnen handelen. En dat alles lijkt min stens zo gewichtig als de vestigingsfactoren diesindsheteerstestadium van de besprekin gen en onderhandelingen steeds tegen elkaar zijn afgewogen: ligging aan diep vaarwater, goed e aanvooer- en a fvoerlij n voor de produk tie. het voordeel van de aanwezigheid van andere chemische industrieën in de directe omgeving, een hoog niveau van scholing voor toekomstig personeel. Tegenover het Sloegebied bij Vlissingen heeft Montedison steeds als andere ves tigingskandidaten opgevoerd industriege bieden waar de condities niet zo heel ver afweken: het Noordduitse Wllhelmshafen en een industriegebied aan de Engelse oost kust. Feluy. waar Montedison nu neerstrijkt is een industrieel complex in het Waalse binnenland. De Belgische regering is er kennelijk veel aan gelegen om daar - na een snelle ontwikkeling van de laatste jaren - tot een verdergaande industrialisatie over te gaan en heeft Montedison daarbij duide lijk zodanig de hand toegestoken dat de Ita lianen er voordelenelderslij ken teg'eritè willen inruilen. E» in dan de nieuw opgebouwde samenwer king met de Belgische oliemaatschappij Pe trofina in de vorm van een 'joint-venture'. In de onderhandelingen met de Neder landse autoriteiten is er nooit zo sterk de nadruk opgelegd dat Montedison er de voorkeur aan gaf om haar activiteiten in het noordwesten van Europa te delen met an dere gegadigden in de chemische indus triële wereld. Er is sprake van geweest dat de Italianen voor een eventuele tweede fase van het bedrijf in het Sloegebvied (de bouw van een kraakinstallatie) naar interesse hengelde bij Hoechst Holland voor een mo gelijke gezamenlijke aanpak. Maar die zaak is steeds in het vage gebleven. In haar expansiepolitiek van de laatste ja ren heeft Montedison het overigens bijzon der sterk gezocht in deelnemingen in an dere bedrijven. De 'verkoop' van technolo gie en ervaring bij de opzet, bouw en instal latie van chemische fabrieken speelde daarbij een belangrijke rol. Vooral in de richting van de Oostbloklanden (Rusland. Roemenië, Bulgarije) en de ontwikkelings landen. En die technologische 'poot' van het concern was dan vaak weer een goede mogelijkheid om in het binnen- en buiten land voet aan de grond te krijgen bij andere produkties en export vanuit Italië. In de be trekkelijke kleine Belgische oliemaat schappij Petrofina heeft Montedison nu kennelijk een geschikte partner gevonden om beter in de Noordwest-Europese markt te kunnen penetreren. Het officiële commu niqué dat in Milaan werd uitgegeven over de activiteiten die men samen in Feluy start, sprak van mogelijkheden 'om een be tere economische basis te bereiken en on derlinge ervaringen te kunnen uitwisselen'. las in het allerlaatste stadium van de onderhandelingen (nu al weer sinds vorig jaar juni-juli aan de gang) heeft Montedison het Nederlandse ministerie van economi sche zaken en het havenschap Vlissingen op de hoogte gebracht van de extra voordelen die België in Feluy had aan te bieden. In hoever men daarin in Milaan een poging mee. heeft willen ondernemen om met name 'Den Haag' onder druk te zetten voor een hogere investeringspremie dan van die kant al was aangeboden, is niet duidelijk. Even min de aanvankelijke zwijgzaamheid van de topleiding van het concern over de vraag of het besluit tot vestiging in België nu ook 'betekent dat de plannen voor het Sloege bied van de baan zijn. Misschien heeft het te maken met de ondoorgrondelijke taktiek van haast en vertraging die Montedison al die tijd heeft toegepast. KEES VAN DER MAAS.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 4