Zuidelijk Afrika
bezorgd over
situatie Rhodesië
On ver-k wik-kely k
WEG MET DE
DREMPELS
OFFEREN
WE MOETEN ALLEMAAL WAT VAN ONS INKOMEN
Drs. H. van der Schalie (middelbaar en hoger personeel):
ZATERDAG 28 FEBRUARI 1976
Het is alles Mont Edison wat de klok slaat in ons zuidelijk gewest Persoonlijk
voel ik me wat overvoerd door alle publikaties rondom de petro-chemische fa
briek die wellicht zijn tenten komt opslaan in het Sloegebied. Het Intrigeert me
overigens hoe je de naam van dit concern nu schrijft en uitspreekt. Daar is nogal
wat schrijf- en spraakverwarring over Is het Mont Edison, Montedison. Monte
Edison, of moet er zelfs een streepje tussen Hoe spreek je het uit: op zijn Neder
lands, Italiaans of Engels? Je hoort en
leest van alles, je hebt blijkbaar inter
pretatie naar eigen keuze. Naast die
- ik geef het toe, weinig belangrijke -
onduidelijkheden, zijn er andere duis
tere aspecten die de landbouw in Zee
land verontrusten. Dus toch nog een keer, metuw goedvinden, Mont Edison (op deze
spelling houd ik het voorlopig) in de schijnwerpers en op de korrel.
He pijlers van de Zeeuwse samenleving zijn landbouw, industrie en recreatie.
Dat is geen stelling van mij, maar een vaak naar voren gebrachte drie-deling door
vertegenwoordigers van overheid en bedrijfsleven. Welke pijler het belangrijkste
is, valt niet te zeggen, dat is in feite ook niet relevant, de sectoren vullen elkaar
aan. De presentie van industrie is belangrijk voor de landbouw die een overschot
aan arbeidsplaatsen had en nog heeft. Drs. Eversdijk, fractievoorzitter van de
CDA in de staten van Zeeland, zei hierover vorige week tijdens de debatten: ,,Tot
diep in de vijftiger jaren was Zeeland de betrekkelijk industrie-arme provincie.
Als gevolg daarvan konden de vertrekoverschotten. met name vanuit de land
bouw niet in de Zeeuwse industrie worden opgevangen, terwijl mede door het
ontbreken van een gevarieerde industrie ook de dienstensector gering was. Deze
situatie leidde ertoe dat tot 1966 onze provincie een expulsiegebied was. met
soms zeer aanzienlijke vertrekoverschottenHet is dan ook niet verwonderlijk
dat zowel rijk als provincie het stelsel van de regionale industrialisatie op gang
wensten te brengen. Voor Zeeland betekende dit beleid het instellen van het Ha
venschap Vlissingen-Oost' Met die opmerkingen ga ik graag akkoord. Anderzijds
kunnen industrie en recreatie niet zonder landbouw. De aanwezigheid van goed
verzorgd fraai agrarische cultuurlandschap - Zeeland is er zeer rijk aan - is on
misbaar én voor de industrie (bufferzones) én voor de recreatie (aantrekkelijk
landschap achter de zee en duinenrug) Er is sprake van onderlinge afhankelijk
heid en wisselwerking, all,hans zo kijken wij daar als landbouw tegenaan.
•Apriori geen bezwaar dus tegen een vestiging als in het Sloe als bijvoorbeeld
Mont Edison. Anders wordt het wanneer op een tijdstip dat de pap gestort lijkt,
plotseling blijkt dat er kwik zal vrijkomen dank zij het toekomstige produktie-
proces. Daarnaast ook nog neerslag van het weinig leuke spul dat vinylchloride
wordt genoemd. Dat alles bleek uit de rapportering van de technische werkgroep
ad hoc van de provinciale waterstaat. Een clubje, nota bene, waarin een aantal
sectoren vertegenwoordigd was, maar niet een belangrijke pijler als landbouw die
toch als eerste en directe belanghebbende hierbij betrokken is, De landbouwver-
tegenwoordiger voor dit soort zaken, dr. Tesink, een nationaal erkend deskun
dige had hier een zeer belangrijke inbreng kunnen geven. Maar de aanwezigheid
van Tesink was blijkbaar niet noodzakelijk. Ondertussen heeft laatstgenoemde
zijn ongerustheid omtrent de gevaren nader uiteengezet zie PZC woensdag 25
februari jongstleden.
Het is bekend dat kwik en vinylchloride zeer gevaarlijk voor mens en dier zijn.
Uiterst kleine hoeveelheden van (an(organische kwikverbindingen zijn zeer giftig
voor dieren, vooral schapen en runderen. Het is ondertussen bekend dat na de
vestiging van Mont Edison onder andere kwik zal vrijkomen (hoeveel wij weten
er niets van). Als we goed zijn ingelicht zal omstreeks 1978 ook het Hoechstr
concern een produktie starten waarbij kwik de vrije lucht in gaat. Die twee sa
men kunnen dan voor aardig wat uitstoot van die troep zorgen. Dat is voor de
landbouw zeer verontrustende gedachte. Het kan groot nadeel brengen aan men
sen en dieren. Iets anders dan deze vage onrustgevoelens kunnen we niet spuien.
Landbouw is niet geraadpleegd in dezen. Wij weten als grote belanghebbenden
alleen iets via de persmedia. Eerlijk gezegd vinden we dat nogal kras. Het Land
bouwschap zei recentelijk in een open brief: „wij voelen ons gepasseerd". Ik sluit
me daar graag bij aan. Het minste dat je verwachten mag is dat er alsnog op
snelle termijn in een rapport opening van zaken wordt gegeven over de gevolgen
voor de landbouw over deze hele kwikzaak. Tenslotte wil ik er nog eens aan her
inneren dat het gebruik van kwik als ontsmettingsmiddel (bij schimmels) in de
landbouw verboden is. Terecht, mijns inziens. Me dunkt dat dan een zelfde ver
bod voor de industrie moet gelden. Je mag als overheid niet tegen de ene bevol
kingsgroep zeggen 'Gij zult niet vervuilen' en tegen de andere 'De vervuiler be
taalt'. Dat is meten met twee maten. Al met al komt de hele affaire rondom het
kwik en dergelijke van Mont Edison de landbouw in Zeeland tot nu toe als
onver-kwik-kelijk voor.
Mr. Gerard W. Smallegange (CBTB)
(Door Carl Breyer)
«JOHANNESBURG - Met grote bezorgdheid let zuidelijk Afrika op de laatste ontwikkelingen in
Rhodesië. Ondanks het feit, dat donderdagavond Joshua Nkomo van de gematigde ANC en
minister-president Ian Smith een twee uur durend gesprek hebben gevoerd en dit maandag zullen
voortzetten, staan de voorpagina's van de kranten in zuidelijk Afrika vol met berichten over een.
toenemende guerrilla-oorlog in Rhodesië.
•Kariboj
■Meer
!>Kariba
Zawi
Sjamva
SALISBURY^
hankie RHODESIE'
QueQueloReddiffX.
GwelojU*-^ Oemtali/
Boelawajo
W» 1
Xt.&Victoria lo"!
BOTSWANA'!
West Nicholson^Pend'
Waarnemers zijn van mening dat de
Rhodesische strijdkrachten sinds en
kele dagen met een tweede front te
maken hebben, dat zuidelijk van de
stad Chipinga ligt. Een reeks van ge
beurtenissen rondom deze stad be
wijst. dat de guerrillastrijdkrachten
vanuit Mozambique hier inderdaad
sinds ongeveer een maand een grotere
activiteit aan de dag leggen. De laatste
weken liepen verscheidene voertuigen
op landmijnen die hier gelegd waren en
waarbij enkele personen gewond raak
ten,
Ook hebben de guerrillastrijders een
plantage in brand gestoken. Vanuit
Mozambique werd ook het vuur op pa
trouillerende soldaten aan deze kant
van de grens geopend. De belangrijk
ste militaire gebeurtenis van de laatste
weken was echter het feit, dat Rhode
sische veiligheidstroepen een groep
terroristen tot over de grens in Mo
zambique achtervolgden en ten minste
24 guerrillero's op Frélimo-gebied
doodden. Een Rhodesische soldaat
verloor daarbij het leven.
Deze actie wordt gezien als het ant
woord van Salisbury op de dreigende
redevoeringen die Samora Mochel de
laatste dagen in verschillende steden
aan de grens hield en waarin hij de
mensen van Mozambique opriep de
strijd tegen het regime-Smith te be
ginnen. Ook wordt dit beschouwd als
een reactie van Salisbury op berichten
over een toenemende wapenhulp van
de Sowjet-Unie aan ANC-guerrillero's
in de vroegere Frelimokampen aan de
grens.
Engelse afgezant
Rhodesië wil blijkbaar aan de eigen
bevolking en ook aan de buitenwereld
bewijzen, dat de regering niet onder de
indruk is geraakt van bedreigingen
vanuit Mozambique en dat zij elke ter-
reuraanval met een tegenactie tot op
vreemd grondgebied zal beantwoor
den.
Inmiddels heeft de Engelse gezant, ba" (de groene mamba is een van de
Lord Greenhill (62), donderdag zijn gevaarlijkste gifslangen in zuidelijk Af-
eerste gesprek met minister-president rika). Lord Greenhill was tijdens de
Ian Smith gehad. Hij was achteraf niet demonstratie niet in zijn hotel,
bereid enig commentaar te geven. In
elk geval bewijst zijn aanwezigheid in °ok jp rechtse kringen in blank
Salisbury - hoewel Lord Greenhill een Rhodesie werd inmiddels Lord Green
gepensioneerd diplomaat is en om di- hills aanwezigheid in dit land scherp
plomatieke redenen niet officieel het bekritiseerd. Men beschouwt deze
standpunt van het Britse ministerie aanwezigheid als een laatste poging
van buitenlandse zaken vertegenwoor- van Engeland om Rhodesië een meer-
digt - de grote bezorgdheid die ook in derheidsregering op te dringen. Lord
Londen over de ontwikkelingen in Greenhill heeft echter geen enkele
Rhodesië heerst. volmacht en zal aan de gesprekken
tussen Nkomo en Smith dan ook niet
Engeland, dat in theorie nog steeds deelnemen,
verantwoordelijk'is voor de afgevallen
vroegere kolonie, vreest uiteraard bij Een scherpe aanval richtte ook de
een openlijk ingrijpen van Cubaanse of Rhodesische minister van informatie
Russische troepen of „adviseurs" partij tegen de pers in Zuid-Afrika, die niets
voor Rhodesië te zullen moeten kiezen anders zou doen dan „paniekberich-
en zodoende bij een oorlog in Afrika ten" te publiceren. Deze berichten
betrokken te worden. zouden geinspireerd zijn door de En
gelse maatschappij Lonhro, die tal
rijke belangen in Afrika heeft en geïn
teresseerd is in het onmiddellijk in-
Ongeveer 600 aanhangers van bis- stalleren van een zwarte meerder-
schop Abel Muzorewa's ANC demon- heidsregering. Deze bewering werd
streerden donderdag tegen de aanwe- door de directeuren van Zuidafri-
zigheid van Lord Greenhill in Salisbu- kaanse Engelstalige kranten alsmede
ry. Zij droegen borden mee met tek- door de directeur van Lonhro in Lon-
sten als: „Witte varkens, weg uit Zim- den, R. W. Re-wlaDd, van de band ge-
babwe" en „Greenhill - groene mam- wezen.
4
opinie en achtergrond
gebouwen van de Tweede
Kamer worden beter toegankelijk
gemaakt voor rolstoelrijders Van
de week Is begonnen met het aan
brengen van wat veranderingen,
die het mogelijk moeten maken
dat Invaliden zonder moeilijkhe
den het parlementsgebouw kun
nen binnenkomen. Dat schreef de
voorlichter van de Tweede Kamer,
de heer Van Mlerlo. dinsdag in zfjn
persmededelingen
Een schokkend bericht is het
niet, maar wel belangrijk. Op het
ogenblik Is het voor mensen die in
een rolstoel rijden een haast on
begonnen zaak om het gebouw te
bezoeken, waarin de openbare
vergaderingen van de Tweede
Kamer worden gehouden. En als
ze. met hulp van anderen, kans
zien toch door te dringen tot nabij
de vergaderzaal, dan komen ze tot
de ontdekking dat op de publieke
tribune geen plaats voor hen is
omdat de brandweer het gevaar
lijk vindt dat looppaden versperd
worden, dat ze geen gebruik kun
nen maken van telefoons omdat
die in te krappe cellen en op oog
hoogte zijn aangebracht en dat
toiletruimten te klein zijn.
Evert Heilbron kan niet lopen.
Hij ls verslaggever van het blad
Interval van de Algemene Neder
landse Invaliden Bond. Regelma
tig laat hij zich in zijn rolstoel het
kamergebouw lnsjouwen, omdat
hij daar zijn werk wil doen. Vorig
jaar merkten zijn collega's dat hij
erg veel moeite had om met zijn
stoel de perskamer in te komen,
domweg omdat die een te hoge
drempel had. Van de week sprak
ik de heer Heilbron. Hij vertelde:
„Van die drempel is toen wat ge
zegd en dat is verbeterd. Het ging
om een investering die in het to
taal zes gulden beliep. Een mooi
begin, maar eigenlijk had alleen ik
er wat aan. De Kamer moet toch
voor iedereen toegankelijk zijn,
niet? Daar wordt nu van alles aan
gedaan. En ik moet zeggen, be
hoorlijk vlug, want we zijn er nog
niet zo lang geleden over begon
nen".
Hoe gaat dat nu op dit moment,
als iemand in een rolstoel de
volksvertegenwoordiging wil be
zichtigen. De heer Heilbron: „Om
te beginnen kun je als je aankomt
niet zelf by de bel. Als iemand an
ders je daarmee geholpen heeft,
moeten een paar mensen je bin-
nentillen. Dan kun je met de lift
naar boven en als je een beetje
uitkijkt, kom je zonder vallen de
drempels over. Weet je wat ook
een ellende is? Als je naar het toi
let moet. Dat kan hier niet met
een rolstoel. Ik zit hier soms helt
dagen voor mijn werk en ik gadan
maar met een taxi naar het tollet
Nee, in ernst. Ik moet dan het w
bouw uit en dan laat ik me im
een taxi naar een benzinestation
in de buurt brengen. Nou gaatfc»
niet om mij. maar het is toch te
gek dat mensen in een rolstoelen
loopgestoorden hier niet behoor
lijk binnen kunnen als ze een ka-
merdebat willen volgen".
In de Tweede Kamer is snel ge-
hoor gegeven aan de wensen vaj
rolstoelrijders. De heer Heilbron!»
wat dat betreft dik tevreden. May
hij zou willen dat in alle mogelijk
openbare gebouwen voorzierQ.
gen worden getroffen, waarc»
die gebouwen voor iedereen cp»!
baar zouden worden. „We wEjj
niet buitenspel gezet worden os.
dat we in een rolstoel zitten. 5s
wilt in een gemeentehuis zelf';;
zaakjes kunnen regelen. Als je niét
of heel moeilijk en alleen met hulp
binnenhoffelijk
van anderen in een openbaar ge
bouw kunt binnenkomen, dan ver
lies je op dat punt een stukje con
tact met de samenleving", zegt
hij.
„Je ontmoet nogal eens mis
plaatst medeleven. Dat willen we
juist niet; we willen gewoon kun
nen meedraaien in het maat
schappelijk bestel en de gehandi
capte jeugd wil dat in de toe
komst. Vorig jaar heeft de rege
ring in het totaal vijfentwintig
miljoen gulden beschikbaar g£
steld voor het verbeteren van ge
bouwen, zodat wij er goed kunnen
binnenkomen. Met dat geld is wel
het een en ander gedaan, maar
lang niet overal is de situatie in
orde. Er zijn nog heel wat stadhui
zen, musea, provinciehuizen en
andere openbare gebouwen, waar
wat verbeterd kan wordea Het is
meestal helemaal geen onwil, dat
zie je hier in de Kamer. Vaak ge
beurt er niets, omdat het om pro
blemen gaat waar je niet w
denkt als je gezond van lijf en le
den rondloopt. Het is prima ais op
die dingen, die voor ons het leven
normaal maken, de
wordt gevestigd".
Vandaar dit stukje.
BRB5 9V..WIE IN EEN SCHRIKKSWflPR OP EEN WEEKLOON STflffT, VERDIENT DIT JPBP
EEN DRGIOCN EKSTRREUH?? EN MENjSEN METEEN MRRNDSBLRRIS KR96EN
GEWOON TWRRLT MRRNDEN
QisYtfUM/p/rty
Den haag - De vraag
die aan de orde komt, is of
we allemaal wat van ons in
komen moeten gaan offeren
in de komende jaren. Steeds
zijn we gewend geweest aan
jaarlijkse loonstijgingen.
Maar nu is het belangrijker
alles te doen voor behoud en
uitbreiding van werkgele
genheid. Bovendien kunnen
wij in het Westen wel wat
bescheidener zijn, ook in het
belang van anderen, bij
voorbeeld in de landen van
de Derde Wereld.
Dit zegt drs. H(enk) van der Scha
lie (52). voorzitter van de Raad van
Overleg voor Middelbaar en Hoger
Personeel, in een gesprek naar aan
leiding van het feit dat deze organi
satie vorige week vrijdag werd toege
laten tot de Sociaal-Economische
Raad. De RMHP. bundeling van ze
ven organisaties, krijgt één zetel en
daarop neemt Van der Schalie per 1
april plaats. Zyn plaatsvervanger
wordt Atntoon) Hubben, voorzitter
van de Unie BLHP.
De kanttekening over mogelijke
inkomensdaling plaats Van der
Schalie tegen de achtergrond mede
van de sombere prognoses over de
toekomstige economische ontwik
keling. Hij is trouwens van mening
dat het middelbaar en hoger perso
neel al veel heeft bijgedragen aan de
inkomensnivellering. „We hebben
een zeer duidelijke daling onder
vonden in onze reële bestedingsmo
gelijkheden".
Van der Schalie wil hiermee niet
zeggen dat de categoriën die hij
vertegenwoordigt (veelal werkne
mers boven de zogenaamde wei
standsgrens, die nu om precies te
zijn f35.600K is) nu verder gesp
aard moeten blijven. „Maar we
moeten met zijn allen offers bren
gen naar draagkracht. Altijd heb
ben we gepraat over verhogingen,
misschien moet het straks over
verlagingen gaan. al dan niet in
procenten of centen".
Toen de RMHP in april 1974 werd
opgericht, werd Van der Schalie
meteen voorzitter. Hij was er als het
ware gereed voor als full-time voor
zitter van de strijdbare Nederlandse
Centrale van Hoger Personeel, die
een snelle groei tot ruim 35.000 le
den doormaakte. Van der Schalie is
nog voorzitter van deze centrale, die
een eerder verzoek als lid tot de
SER te worden toegelaten, afgewe
zen zag.
Met de NCHP vormt de Unie
BLHP (even groot) de getalsmatige
meerderheid van de 130.000 leden
der zeven bij de RMHP aangesloten
organisaties. De voornaamste
grondslag voor lidmaatschap van
deze verenigingen is de inhoud van
de functie, die dan weer verbonden
is aan het inkomen.
Na tien jaar
Het SER-lidmaatschap, zegt Van
der Schalie, is nu verkregen na een
strijd van tien jaar; eerst van het
hoger personeel in de NCHP alleen,
later van de raad van overleg. Se
dert 1968 heeft de NCHP zich voort
durend, als de samenstelling voor
een nieuwe tweejaarlijkse SER-
periode aan de orde kwam, officieel
aangemeld. Juist twee jaar geleden,
in februari 1973. werd de laatste af
wijzing ontvangen.
Enige concessie was, dat de
NCHP haar stem bij bepaalde on
derwerpen in de vergadering mocht
laten horen. De RMHP heeft na
haar oprichting het streven naar het
lidmaatschap overgenomen. Vrij
dag, by de behandeling van het ad
vies, zei Spit van de Federatie Ne
derlandse Vakbeweging, dat de
aanwezigheid van de RMHP duidt
op een gesplitste vakbeweging. Wat
is het commentaar van Van der
Schalie daarop?
„Ik vond dat een pessimistisch
betoog", zegt de RMHP- voorzitter,
„er is geen sprake van een splitsing,
maar van een verrijking. We voegen
met onze zetel een deel van de
werknemers toe. dat voorheen niet
aan de beraadslaging en advisering
in de Sociaal-Economische Raad te
pas kwam". Van der Schalie vindt
bovendien dat zyn organisatie aan
trekkingskracht heeft omdat zij po
litiek en confessioneel neutraal
is.
Hoe zal de RMHP zich opstellen,
vooral op het vlak der inkomenspo
litiek?
Van der Schalie: Over de nivelle
ring kunnen we geen ruzie krijgen
met anderen als het gaat om objec
tieve, wetenschappelijke aanpak.
De zaak is namelijk veel ingewik
kelder dan zij lijkt. Er is bijvoor
beeld lang geen gemeenschappe
lijke opinie over de aanvaardbare
verhoudingen tussen maximum en
minimum. Maar er is naar onze me
ning geen polarisatie nodig.
W erknemersstem
Het aanstaande SER-lid haast
zich te zeggen dat de RMHP een
duidelijke werknemersorganisatie
is. „Het is toeval dat we wel eens
de schijn met ons dragen met een
werkgeversstem te praten. Mis
schien omdat onze standpunten
niet zo extreem zijn. Maar in de
SER zullen wij geen extra steun
betekenen voor de werkgeverszij
de, laat men dat niet denken. Wel
willen we met iedereen goede ver
houdingen hebben".
In dat verband rijst de vraag: hoe
staat de RMHP tegenover het CNV,
gezien de regelmatige contacten
met het bestuur van die vakcentra
le?
Van der Schalie: Op bepaalde ge
bieden lijken onze visies op die van
het CNV. bijvoorbeeld op de ter
reinen van vermogensaanwasdeling
en medezeggenschap (onderne
mingsraden). We staan beiden pal
voor het harmoniemodel, maar wat
het inkomensbeleid betreft is er
nogal veel verschil. Er is wel eens
gezegd dat wij met het CNV zouden
gaan federeren, maar daar breng ik
tegenin dat dit moeilijk is, gezien
het bijbelse uitgangspunt van het
CNV en onze neutraliteit. Als het
kan zou ik ervoor zijn gemeen
schappelijke standpunten naar bui
ten te brengen. En nogmaals: wij
zijn bereid met iedereen te praten
en te overleggen, mits in redelijk
heid.
In dit verband stelt Van der Scha
lie dat de toelating tot de SER voor
de RMHP een „brevet van be
kwaamheid" is. Deze stap geeft
weer opening naar vertegenwoordi
ging in andere publiekrechtelijke
organen van het bedrijfsleven, zoals
produktschappen en bedrijfsschap-
pen, Kamers van Koophandel.
Wens: bij overleg
Welke wens is er op dit gebied
nog?
Van der Schalie: Natuurlijk zou
den wij graag in de Stichting van de
Arbeid willen, maar dat is een pri
vaatrechtelijk orgaan en vele moei
lijkheden staan toetreding in de
weg. Maar zij zouden al tevreden
zijn partner te kunnen worden in
het brede overleg van bedrijfsleven
met regering over kwesties als de
sociaal-economische ontwikkelin
gen (lonen en prijzen) en eventuele
voorbereidingen voor maatschappe
lijke akkoorden.
De RMHP-voorzitter heeft goede
hoop dat dit er van zal komen, ge
zien ook de behandeling in de
Tweede Kamer van de
initiatiefwet-Nypels (D'66) om orga
nisaties van middelbaar en hoger
personeel bij overleg in te schake
len. Maar eerst is nu de aandacht
gericht op de SER. „Wij zullen
graag de lasten met de lusten mee
nemen. We denken met onze zetel
een belangrijke inbreng te kunnen
hebben", aldus Van der Schalie.
VAN DER SCHALIE