WE LATEN GEEN RENOVATIEWALS DOOR MIDDELBURG DRAMMEN Hunkeren naar de repetitie J. Tevel, directeur van een woningbouw vereniging in de greep van de 'vernieuwbouw': DIRIGENT K0 DEN TOONDER ZATERDAG 21 FEBRUARI 1976 PROVINCIALE ZEEUWSE COURAN I 17 Het vernieuwde Bagijnhof MIDDELBURG - Met ingeto gen enthousiasme en de ken nersblik van een bouwkundi ge, inspecteert J. Tevel, direc teur van de woningbouwver eniging Middelburg, het die dag opgeleverde renovatie woninkje in de Middelburgse Oosterscheldestraat, vroeger - in de tijd dat het leven nog goed was, maar het comfort minder - Lageweg geheten, zoals nog niet eens zo oude Middelburgers zich nog weten te herinneren. Het uit 1920 daterende woninkje is-in een serie van zestien - plots ver rijkt met een open keukentje, centrale verwarming en dou che. De benepen bovenruimte heeft door een nieuwe dak constructie aanzienlijk aan vloeroppervlakte gewonnen. De oude regenbak is, zoals bij alle zestien woninkjes, op uit drukkelijk verzoek van de overwegend tot 'vijfenzestig- plus' behorende bewoners in ere gelaten. Renovatie: het nieuwe fenomeen in de Nederlandse volkshuisvesting, in Middelburg zeer waarneembaar door de activiteiten van de in 1971 uit drie "kleintjes" gevormde woningbouwver eniging. Een vereniging die na de landelijk opgevallen renovatie van het uit 1920 daterende Bagijnhof en gezien haar nieuwe renovatieplannen in de Zeeuwse hoofdstad, gerust het predikaat 'vernieuwbouwvereniging' verdient. 'Vernieuwbouw': een term die nog op het ministerie van volks huisvesting moest worden uitgevon den toen de Middelburgse woning bouwvereniging er al mee bezig was. En mee doorgaat, gezien de positieve ervaringen van de honkvaste, be jaarde Bagijnhofbewoners na terug keer in hun herboren woninkjes. Even heeft de woningbouwvereniging 'pas op de plaats' gemaakt om het ef fect in het Bagijnhof af te wachten. Toen werd een inventarisatielijst op gemaakt. Daaruit vloeide een ambi tieus renovatieprogramma voort dat de meer of minder grondige vernieu wing van maar liefst 1097 (woning wetwoningen binnen vier a vijf jaar omvat. Voor het merendeel vooroor logse woningen, verspreid door de hele stad en gemeente Woningcom plexen die ln bouwstijl en comfort niet meer acceptabel zijn. naar de ei sen van deze tijd „Weg met die lelijke gebroken kap Het hele straatbeeld knapt er van op", constateert directeur Tevel op die januaridag in de Oosterschelde straat tevreden, temidden van een gezelschapje bouwkundigen van de vereniging en de bouwfirma 'De Del- ia'. die ook het totale renovatiepro gramma in de komende jaren mag gaan uitvoeren. De woningbouwver eniging ls met deze firma in zee ge gaan omdat een teamverband met een en hetzelfde bouwbedrijf de beste waarborgen biedt voor een goede kwaliteit. De ervaring met dit soort projecten en een begripvolle werk wijze ten opzichte van de bewoners- huurders, die dit alles min of meer lijdzaam moeten ondergaan, zijn voor de woningbouwvereniging de belang rijkste overwegingen tot deze meer duurzame samenwerking geweest. Gevaar Hoewel directeur van een ln dit op zicht voortvarende woningbouwver eniging. gaat de heer Tevel niet ge bukt onder een bewustzijnsvernau- wend hobbyisme. Hij is voor zichzelf en voor buitenstaanders bereid tot een afstandelijke beschouwing over de 'renovatiewoede' van de vereni ging- Later, vanachter zijn bureau in het kantoor aan de Middelburgse Bier kaai, zal hij hardop de vraag stellen: „Hoe komt het nu dat plotseling ie dereen van de daken begon te schreeuwen dat er gerenoveerd moest worden?", om vervolgens zelf de ver klaring te geven „Eeuwenlang is nieuwbouw en verbouw een automa tisch. evenwichtig proces geweest, met het accent op verbouwing en vernieuwing Maar na de oorlog en de daarop volgende bevolkingsexplosie werd alle aandacht op nieuwbouw gericht. In de afgelopen dertig jaar heeft niemand nog tijd gehad om te denken aan groot onderhoud en ver nieuwing. Die achterstand moet nu worden ingehaald". Maar er is een tweede motief voor de roep om reno vatie: het op peil houden van de werkgelegenheid in de bouw. nu de nieuwbouw - in evenredigheid met het bevolkingscijfer - stagneert Maar daarin schuilt naar de mening van de heer Tevel het levensgrote gevaar dat te hard wordt 'doorgehold naar de stadsvernieuwing, omdat de be staande bouwcapaciteit zo nodig moet worden benut En dat kan ertoe leiden dat het middel tot doel wordt verheven: renoveren om te renoveren, dus om de bouwcapaciteit te hand haven. met ook het gevaar van kapi- taalverslinding. De heer Tevel vindt dat onverstan dig: „Het zal toch echt nodig zijn de bouwcapaciteit terug te brengen, want over een jaar of tien zou dat hele renovatieproces ook welcens een eind bekeken kunnen zijn". Het uitgangspunt bij renovaties moet zijn en blijven, aldus de heer Tevel, „dat je het doet ten behoeve van de bewoners die graag een goed woon comfort willen en in hun eigen om geving willen blijven wonen". Niettemin loopt de Middelburgse woningbouwvereniging voorop in het versnellingsproces van de renovaties De directeur: „Ik geef toe dat we ook in Middelburg moeien oppassen dat het niet te snel gaat Ook in deze re gio zou misschien eigenlijk de bouw capaciteit wat moeten worden inge krompen" De activiteiten van de Middelburgse woningbouwvereniging - zoals daar zijn de renovatie van het Bagijnhof en restauratie van de Bellinkstraat - bewijzen volgens de heer Tevel wel dat het samengaan van woning bouwverenigingen van groot nut is voor de volkshuisvesting en voor de bewoners-huurders in het bijzonder Ook in andere steden zou een derge lijke bundeling van krachten nodig zijn Hij tekent er evenwel onmiddel lijk bij aan „dat de kracht van de re novaties in Middelburg zit in de kleinschaligheid van deze stad". „Dat is gewoon een gegeven waar we hier van profiteren Het is duidelijk dat in een stad ais Amsterdam de proble men vele malen groter zijn". bouwprijs. Maar aan de andere kant: als Je de woning sloopt, betekent dit dat de huidige bewoners dan niet meer in hun omgeving kunnen terug keren. Want de huur van een nieuw bouwwoning ligt meestal toch wel vier a vijf maal hoger dan de huur van de woning in oude staat. Dal is voor de meesten toch met op te bren gen Als de woning wordt gereno veerd. is het ln hel algemeen zo dal slechts 2'i a 3 procent van het geïn vesteerde bedrag ln de huurverho ging hoeft te worden ingebracht. Het restant komt dan uit de rijksbijdra gen Op die manier krijg je zeer rede lijke huren. Daarom kén de woning bouwvereniging het z'n huurders ge woon haast niet aandoen om van deze gunstige regeling geen gebruik te maken" De huurders krijgen bo vendien nog - zoals in de Ooster scheldestraat - 3.000.- vergoeding voor verhuis- en herinrichtingskosten en een huurgewennlngsbijdrage van anderhalf maal de jaarlijkse huurver hoging. uitgesmeerd over drie jaar Als na die one jaar hun inkomen nog onvoldoende is. kunnen ze ook nog aanspraak maken op de individuele huursubsidie. Bij een totale verbouwing moeten de bewoners tijdelijk verhuizen, wat vooral ook uit sociaal oogpunt - te- TEKST: PAUL DE JONGE FOTO'S: DICX FABER EN CHARLES STRIJD meer daar het meestal om oudere mensen gaat - geen kleinigheid is. Al sinds de renovatie van het Ba gijnhof biedt de woningbouwvereni ging deze bewoners onderdak ln de leegstaande woningen van de toren flats in Middelburg-Zuid, waardoor deze leegstand nog een geluk bij een ongeluk is geworden. De verhuizings operaties vereisen een grote zorgvul digheid in de voorbereidingen, waarin de gemeente, sociale dienst en de maatschappelijke instellingen van gezinsverzorging een onmisbare bij drage leveren „Maakt u zich geen zorgen u hebt het uiteindelijk zelf voor het zeggen of het gebeurt of niet", een eerste brief van deze strekking krijgen de bewoners van de complexen waarop de vereniging het 'renovatie-oog' heeft laten vallen. Daarna een eerste gezamenlijk gesprek, waarbij een schetsplan aan de bewoners wordt voorgelegd, daarna verdere gesprek ken. nog eens een schriftelijke en quête en - als het om omvangrijke complexen gaat - de bouw van een modelwoning. Pas daarna wordt van de bewoners een definitieve uit spraak voor of tegen verwacht Tot nu toe betoonde 75 a 100 procent van de onderhavige bewoners instem ming met de plannen De heer Tevel: „Wij dwingen abso luut niet- wêl proberen we druk uil te oefenen op degenen die nee zeggen. En het is al herhaalde malen gebeurd dat de meest fervente tegenstanders een maand later de grootste enthou siastelingen worden Dat komt mijns inziens doordat we de bewoners zo'n grote vrijheid laten. Er wordt weieens gezegd dat ln Nederland eerst een wijk-actiegroep moet worden opge richt voordat er Inspraak komt. Maar aan actiegroepen blijkt tn ons geval helemaal geen behoefte te bestaan" De woningen van degenen die uitein delijk toch niet willen meewerken, worden - als tenminste hel totale buitenaanzicht daarmee niet wordt geschaad - voorlopig ongemoeid ge laten. Tevel: „Wij vinden dat het renova tieplan moet doorgaan als tenminste zestig procent bereid is mee te wer ken en die medewerking is dus tot nu toe erg meegevallen. Als niet ie dereen instemt, komen we natuur lijk wel in een moeilijke situatie te recht, want dan blijf je renoveren in zo'n complex, iedere keer als er een nog niet aangepakte woning leeg komt. We kunnen dus in principe ie dere bewoner dwingen tot mede werking - door het ministerie wordt daar zelfs op aangedrongen - maar we doen het niet. Want dat zou bete kenen dat we gewoon een renova- tiewals door Middelburg laten drammen en daar voelen we heus niets voor". De wonlngbouwdirecteur tot slot: „Tegenstanders van renovatie in den lande zeggen wel - op deze manier schepen we de twintigste eeuw op met deze toch oudere woningen. Ver nieuwde woningen zijn toch nooit te vergelijken met nieuwe. - Dat is op zich misschien juist, maar als je het aspect van de hele woonomgeving en het sociale milieu erbij betrekt, dan heeft renovatie duidelijk voordelen boven nieuwbouw. Het is misschien best zinnig dit allemaal eens weten schappelijk te onderzoeken. Uit dat oogpunt kunnen deze negatieve ge luiden beslist geen kwaad" Geldverspilling De renovaties zijn niet allemaal even ingrijpend De werkzaamheden varie ren van een nieuwe keukeninventaris tot een algehele inwendige uitbraak, met als belangrijkste doel hel verbe teren van het wooncomfort En wel zodanig - aldus Tevel - dal dit voor de eerste dertig jaar voldoende is. zo dat ook de volgende generatie er nog van profiteert. „Renoveren moet je beslist niet doen als je daar alleen de sloop maar tien jaar mee uitstelt. Dat is pure geldverspilling". Komt nu elk complex min of meer verouderde woningen in aanmer king? Tevel: „Nee. Ik vind hei wei eens zorgelijk als je ziet dat 'renova ties 60.000 tot 65 000 gulden gaan kosten. Ik vraag me af of er dan. m relatie met de nieuwbouwprijs. niet teveel met geld wordt gesmeten. Ik geef toe dat het moeilijk is om een prijsgrens vast te stellen Als vuistre gel zou ik willen hanteren dat reno vatie verantwoord is als het niet meer kost dan tweederde van de nieuw- Ko den Toonder is er breed uit voor «aan zitten, iu eft de ar men op de leuningen van z'n clubfauteuil gelegd. Hij zit met z'n rug naar de straat, naar de Prinses Irenestraat. in Kloetin- ge, waar op de gevel van z'n woning bet huisnummer 36 in ge glazuurde siersteen prijkt. In z'n woonkamer, links van z'n stoel de attributen van een muziek-minnend mens: bandre corder. radio, platenspeler, grammofoonplaten. Langs een an dere wand rijen banden voor de recorder Terwijl z'n vrouw de koffie brengt, kijkt Ko ons wat cildaieiid aan. met de zelfde blik, die hij heeft na een geslaafd conroiiisnur..»ier: de onbewogen gelaatsuitdrukking van de veldheer, die wei heeft geweten dat hij de «,1a* zou winnen, met iets van triomf in de ogenKom «naar op:..." zegt hij uitnodi gend. Dan neemt hij zelf het woord. En de man. die de naam heeft een hoogst bekwaam dirigent te zijn. maar niet direct een briljant redenaar, is de vol gende tweeëneenhalf uur vrijwel onafgebroken aan hel woord... Jacobus den Toonder. Kloetlnger, di rigent van drie bekende Zeeuwse amateur-blaasorkesten: de Konink lijke fanfare Accelerando van Slnt-Annaland, de fanfare Euterpe te Heinkenszand. en de brassband Excelsior" te KloeUnge Orkesten, die de bezoeker van concoursen en concert herkent als ensembles die meestal vanwege hun muzikale pres taties ln de hogere en hoogste waar deringsafdelingen terecht komen Ko den Toonder, ook secretaris van de Zeeuwse bond van muziekvereni gingen (sedert 1946 tn het bestuurt, de bond dje de dubbel-naam van 'Af deling Zeeland van de Koninklijke Nederlandse Federatie' voert. Zoals het er nu voor staat zal hij dit laatst genoemde ambt er dit voorjaar aan geven: „Bij de KNP is de regel dat je met je 65ste uit het bestuur treedt, al kun je soms nog wel een jaartje aanblijven. Dat hebben ze mij ook gevraagd. Maar ik denk niet dat ik het doe. Ze zeggen: „Ko. het gaat toch nog goed? Dat is het 'm nou net Ik wil opstap pen juist als het nog goed gaat. niet wachten tot je gaat afoakken... H 'Mij niet gezien' Vijf en zestig ls Den Toonder, al se dert april vorig jaar. Zijn drie mu ziekverenigingen bereidden hem toe - mede in verband met zijn veer tigjarig dirtgentschap - een enorme huldiging. Ko den Toonder nam toen ook afscheid bij de drukkerij Ooster- baan Le Colntre in Goes waar hij al op z'n veertiende werkte. „Ik ben er nog niet terug geweest", vertelt hij. als we 't hem vragen. „Ik heb er met plezier gewerkt, maar dat is voorbij Je kunt daar nu nog wel wekelijks of dagelijks een praatje gaan maken. Maar hoewel het m'n zaak niet was. heb ik eens zomaar uitgerekend dat er gepensioneerden waren die zowat iedere week de mensen een paar uur van hun werk hielden. Ik vind dat dat niet klopt. Ik heb wel eens meege maakt dat een baas tegen zo Iemand zei: „Nou ls 't wel tijd dat je gaat." Ik heb altijd gedacht: dat zal mi] niet overkomen... Dacht Den Toonder veel aan de mu ziek tijdens z'n dagelijks werk? „Nee. dat kon ik me niet permitte ren. Ik werkte op de boekbinderij, was snijder. Dat betekende millime terwerk, dus oppassen en je niet la ten afleiden, je hoofd bij Je werk houden. Maar als het dagelijks kar wei was afgedaan, en het liep zo tegen half vijf. dan kon ik hunkeren naar de muziek, naar de repetitie..." Brengt de gepensioneerde werkne mer en muziekliefhebber nu al zijn dagen door met die geliefde muziek? „Dat zeker niet. Ik sta vroeg op. 's Zomers al om half vijf 's morgens, 's winters wat later. Ik ga ook vrij laat naar bed. Zo tegen twaalf uur. Op die manier leef je langer, heb je meer aan de tijd. vind ik. Als 't weer 't maar even toelaat, ga ik s morgens vroeg fietsen of wandelen. De polderwegjes op Mooi is dat. Stil Je komt geen mens tegen. Met die enkele, die ik tegenkom maak lk dan Wel eens een praatje. Ik ben wel 's morgens om zes uur al ln Ovezande geweest, of op de Kattenöieksen Diek. Je ziet dan vo gels. konijnen, hazen Ik houd van de natuur. Op m'n fiets zit ik dan te zingen: passages uit de orkestpar tijen, waarvan ik vind dat ze er nog beter tn moeten komen. Laatst reed me een man achterop, zegt. „Jei nogél goeie zin. wantje ziengtWas Ik in m n eentje een concoursnummer aan het doorzingen. een bestuurslid van toen nog de har monie 'Hosanna uit Goes. Hij flout marsen. Als h., een regeltje had geflo ten. vulde ik hem aan „Waar ken Je me van?" vroeg hij. Ik vertelde dat ik die marsen hoorde van het muziek korps 'Excelsior' dat we toen ook al in KloeUnge hadden Hij vroeg of ik niet bi] 'Hosanna wilde komen Dat heb ik gedaan. Ik kreeg die kleine L-om. het mooiste instrument dat er voor een jongen oestaat En een pet... Daar moesten eerst kranten in. anders zakte die tot over m'n oren... Onze buurman op Kloetinge. barito- nlst ln Excelsior1 vond het maar zo zo- dat ik tn een Goes' muziekkorps speelde Hij zag me liever ook in 'Ex celsior" Bij 'Hosanna' had ik een oud bugeltje op de kop getikt De toon ladder kon :k al aardig blazen. Met m'n maat Holiestelle ging ik eens naar de Kloetingse repeutle fcijken. Ik kreeg van de dirigent een instru ment in de handen gedrukt, moest er op blazen Hij was enthousiast dat ik de toonladders al kendeIn 'Ex celsior' ging ik bugel spelen, later ook cornet, banton, tuba flosanna-Goes ben ik toch nog een paar jaar trouw gebleven..," Dirigent Ko den Toonder onderbreekt z'n verhaal, vraagt z'n vrouw of er iets anders is. Hij zet defies jonge klare en de glaasjes tussen ons in. schenkt in. neemt de draad weer op. „Dirigent in Kloetinge was een ze kere Manhardt, Franciscus Xavier Manhardt. een Oostenrijker, ook di rigent van het symfonieorkest dat ze in Goes toen nog hadden." „Hem trof het ongeluk dat voor Pa sen 1932 zijn vrouw overleed. Vroeger moest je dan 13 weken 'zware rouw' voeren Dat wil zeggen, nergens naar toe. ook niet naar de repetitie. We za ten voor een concours.. Of ik er zo lang voor wilde gaan staan als diri gent. Nou Ja. we haalden op dat con cours m Kapelle een le pnjs met een Belgische compositie: 'La Montagne d'Argent', de Zilverberg Ook Man hardt dik tevreden. Later is hij weg gegaan. Dat zat zo. Hij ging met va kantie Ik moest hem weer vervan gen. „Maar niet met het korps buiten optreden had-ie nadrukkelijk tegen het bestuur gezegd. Het geval wiJ dat juist in die tijd de Ambachtsvrouwe naar haar buiten in Kloetinge kwam. voor enkele weken maar. Die vroeg aan het bestuur of het korps niet voor haar en haar gasten kon op treden. Het bestuur vond het een moeilijke zaak. maar wilde toch niet neen zeggen De muzikanten dach ten aan de wjjn en de sigaren, die daar altijd rijkelijk werden rondge deeld... We speelden toch buiten.. Manhardt kwam terug. Niet te over tuigen. We hadden geen woord ge houden. vond hij. Hij wilde niet meer dirigeren. We wilden hem toch zo maar niet laten gaan. Terwij) hij waardig in de deur stond, hebben we hem nog de door De Rooy gecompo neerde 'Manhardtmars toegespeeld.. Daama hebben we hem nooit meer gezien Ze zetten een advertentie voor een opvolger. Er kwam nie mand Toen hebben ze inij maar diri gent gemaakt..." Marsen fluiten Hoe is Ko den Toonder bij 'de mu ziek' terecht gekomen, muzikant en dirigent geworden? „Als veertienjarige j -n floot lk onder mijn werk. L losterbaan werkte toen ook ene enwaarde. Studie Het conservatorium heeft Ko den Toonder niet bezocht Hoe studeerde hij dan verder? „Ik las elk handboek over directie wat ik maar te pakken kon krijgen. Ook over muziektheorie en zo voort. Maar dat vond ik niet voldoende. Twee Jaar heb Ik toen directie ge studeerd bij Piet van Mever. zelf be roepsdirigent, componist en jury lid." Beroepsmensen krijgen vaak een ge degen opleiding. Amateurs kunnen ze ker tegenwoordig ook via de muziek scholen goede begeleiding krijgen. Wat is volgens Den Toonder nodig voor een amateur om muzikaal een goed peil te bereiken'' Ko aarzelt niet lang met het ant woord „Doorzettingsvermogen. Dat is het belangrijkste Muzikanten mei een gemiddeld muzikaal talent heb ben heel wat bereikt door vol te hou den. door dagelijks te oefenen op moeilijke passages en niet op te wil len geven voor het er tn zat En en thousiasme voor de muziek. Ik heb ln 'Excelsior' een hoornist gekend, toen we nog de fanfarebezetting hadden Geestdriftige jongen Wild van die boom! Haalde overal platen van hoomconcerten van Mozart vandaan, wilde die naspelen... Je slaat bekend als een streng dirigent, die tijdens de repetities de mensen weinig rust gunt. ..Ja. Dat heb Ik geleerd bij Govaerts van 'Hosanna', die daar dirigent des tijds was. Een oud staf-muzikant Op de repetitie beoefenen we het samen spel. Daar hamer ik sieeds op. op dat samenspel. Maar zelden laat ik eens een muzikant een passage indivi dueel. alleen spelen Heb Ik leergeld mee betaald t Is psychologisch niet altijd juist Ik zit er wel op dat ze hun partijien thuis instuderen. Maar op de repetities zeg ik: „niet Je tijd ver praten, maar werken, samenspelen E6n van je drie orkesten - 'Excelsior' is toch wel het meest bekend Het Ls bovendien de enige brassband van de 'trie, hoewel het vroeger toch ook een fanfare was Hoe komt dat? „Die muzikanten daar hadden ook al in de fanfare-U>d voor een groot deel een Engelse klank weten te bereiken Als er een EngeJ.se band. of een band van het Leger des Hells op bezoek kwam. gingen ze er naar toe. Ze luis terden vaak naar radio-uitzendingen, grammofoonplaten van brassbands Lr zijn er die thuis banden vol brass- bandmuzlek hebben, die ze - nu nog - aldraaien en naspelen, om die klank- kipur maar te bereiken... Toen kon den we in 1969 naar het nationale concours in Engeland. Na die UJd - we hadden toen nog niet helemaal de Engelse bezetting - zijn we conse quent overgeschakeld op de brass- bezettlng Maar niet ieder orkest heeft daar de feeling voor Beter een goede fanfare, of harmonie dan een slechte brassband, vind lk al geel tk de voorkeur aan brass. Luister je nooit naar andere muziek? ..Natuurlijk wel Ik heb daarvoor nu ook meer tijd. Vroeger schreef ik soms wel 's nachts tot vier uur toe ar rangementen Dat. kan nu overdag. Ais ik gewandeld of gefietst heb - dat sla ik geen dag over - neem lk de UJd om met m'n vrouw samen te praten, samen koffie te dnnken. ergens naar toe te gaar. Maar er is nu ook meer gelegenheid om de platen en banden en de radio te beluisteren. Kijk. :k ga ai sinds 1956 naar Londen, naar de nationale brassband-concoursen tn de Albert Hall. Maar lk heb daar ook wel de concerten van het Londena Philharmoni8Ch Orkest bezocht. Ge weldig!" Lievelingsmuziek Wat ls je lievelingscompositie en je lievelingscomponist? „Dat Is Journey Into freedom' van Eric Ball. Zijn muziek, daar houd ik hei meeste van. Ik heb Erie Ball eenmaal persoonlijk ontmoet Hij was toen in Amsterdam, repeteerde daar met de Leger des HeiJs stal Band." Als jij voor je orkesten staat, maak je altijd een stoïcijnse, erg kalme, be heerste indruk. Is dat ook zo? „Uiterlijk wel. Maar ze kunnen nlei van bmnen kijken. Daar trilt en beeh het wel eens Maar lk laat het nlei merken. Er valt na een goede ultvoe ring of concours wel wat van me af. Den Toonder vertelt dan dat hij ziel. over t algemeen wel een gelukki, mens voelt, die samen met z'n vrouv geniet van het pensioen; blij ls dat c- kinderen en verdere familieleden ook muzikaal zijn. in de band meespeler, of meegespeeld hebben; dat hij vee: vriendschap ondervindt... „Maar er is een ding dat tk spijtig vind. Dat is de jaloezie. Als je suecc> hebt met je muzikanten, een goed re sultaat baalt op een concours, dar zijn er veel collega's die je felicile ren. Er tlju er ook die je voorbij lo pen, een gelukwens je niet op fcunnei. brengen. Dat hindert me wel eens Dat begrijp ik niet. We maken toch allemaal muziek voor ons genoegen? Bij muziek horen geen lelijke gevoe lens. Maar ik lig er niet van wakker. Ik lig trouwens nooit wakker. Twee minuten nadat ik In bed ben ge»tapt Gerard C. van Loo slaap Ik..."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 17