„Ik mod het doen zoals ik het doe" HENK JUKKEMA NEEMT DEEL AAN SOLO-ZEILRACE OVER DE OCEAAN OMSTREDEN ARCHITECT PIET BLOM: ZATERDAG 31 JANUARI 1976 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 19 MONNICKENDAM - Piet Blom (42) is architect. „Een maal per halfjaar neem ik mijn kinderen mee naar de Bijlmer. We spelen en rennen tussen die op elkaar gestapelde honing raten; gaan allerlei liften in. Niet om me zelf te kwellen (het is wel een kwelling), maar het maakt je denken weer helder. Even tussen die flats lopen on derstreept die dingen waar je in gelooft, waardoor je twijfelt, waarvoor j e op je donder krij gt. Het is de grootste bevestiging: ik moet het doen zoals ik het doe. Ik kan het iedereen aan raden: de waarheid onder ogen zien. Piet Blom, ffij bewoont in Mon- nickendam de oude gereformeerde kerk, is een omstreden architect. In de Kasbah in Hengelo bouwde hij een hele serie woningen op palen; in Hel mond plaatste hij woonkubussen op één punt, zette ze op een betonnen paal en noemde deze experimentele huizen woonbomen. Drie verdiepin gen, de bovenste heet „loofhut". De cement was nog niet droog of Piet Blom riep weer bewondering en ern stige afkeuring over zich al De ene dag kan hij ergens lezen dat hij de ge niaalste architect van Nederland is, de dag erop wordt bericht dat hij gek is. althans uiterst krankzinnig omspringt met subsidiegeld. Hij is nu bezig om voor de stad .Gro ningen een nieuwe kunstacademie te ontwerpen. Als de plannen doorgaan, komt aan de Zuiderkuipen, in het schijnsel van de prostitutie, een serie gebouwen die samen de nieuwe aca demie vormen. Bestaande panden worden onderdeel van het project, winkels en woonhuizen blijven zoveel mogelijk bestaan en worden opge knapt. Door het geheel komen allerlei steegjes te lopen. Piet Blom; „Het moet bijna gênant zijn om er binnen te gaan, net zoals bij een hofje of een hoerenbuurt: twijfel of je zo naar binnen kunt stappen. Die kunstacademie moet er enorm voel baar zijn, dingetjes die uit de ramen hangen te drogen. Ik denk aan een berg van acht meter, waar kinderen op kunnen spelen, en bovenop heb je uit> zicht op de zonnige kant van de stad. Ik hoop ook dat de dingen die ze er binnen maken op straat terecht ko men, dat er tekeningen blijven slinge ren. Maar de hoeren zullen er we! weg moeten. Binnenkort gaan we weer met de buurt praten" Woorden Piet Blom beschikt over een enorm ar senaal woorden. Praten met hem is een zeer onstuimig gebeuren „Vergeet niet", roept hij plotseling, „dat in zo'n kunstacademie de confrontatie met de puberteit op zijn hevigst is". Eén pa gina verder in mijn aantekeningen staat plotseling: „Maar het zijn toch echt prachtige vogelnesten gewor den". En we praten over zijn experi mentele woonbomen in Helmond. „Gisteravond heb ik nog met Jan Schaefer, de staatssecretaris, zitten bekvechten over de mensen die zeg gen: het is toch ook schandalig dat die Piet Blom met steun van het rijk zo veel malligheid kan uithalen. Maar is het niet geweldig dat het gelukt is zo'n kinderlijk, feestelijk stuk hoop over eind te krijgen daar in Helmond, ter wijl Nederland op het randje staat en nog net niet failliet is". - Zonet noemde u de woonbomen vo gelnesten. U hebt ook eens gezegd: „De mooiste droom uit onze jeugd was het bouwen van hutten in bomen. Waarom moet eens mens die droom verliezen als hij ouder wordt?" Mijn vraag is nou: lukt het u met mensen over dat soort dingen te praten, of vin den ze het alleen maar gek? Piet Blom: „Met kunstenaars kun je erover praten, maar ook met bouw vakkers. De mannen die nu in de bouwput in Helmond bezig zijn met het storten van beton voor een speel huis, hebben er geen enkele moeite mee timmeren en spelen te combine ren. In Nederland is er een enorme scheiding tussen ernst en spel, tussen je jeugd en je werk. Maar die bouw vakkers in Helmond merken dat ze be zig zijn een prachtig gebouw te maken. Als ik op de bouw kom, geven we me kaar een arm en draaien we een rondje, en maken we grappen over het enorme kunstwerk dat we aan het bouwen zijn". Prikkeldraad „Vergeet niet: ik kom uit de bouw. Mijn eerste werk was het aanbrengen van prikkeldraad rond een bouwput". „Werken is niet plezierig. Maar als je werkloos bent. zou je toch graag sa men een keer willen kankeren. Samen op de tocht staan, dat is iets. En elke maandagmorgen tot aan de eerste schaft fantaseren over de voetbalto to". - Maar er is in Nederland nogal wat werk waar het spelelement moeilijk in valt te ontdekken. „Ja. als een meisje bij Verkade koekjes inpakt, blijft er weinig anders over dan tijdens de arbeidsvitamines erover praten met wie je de vorige avond naar bed bent geweest". „Dat spel ontdekken, dat kunnen we trouwens ook niet meer. Kijk eens hoeveel Nederlanders ziek worden van hun werk. en vergelijk daarmee eens het elan waarmee een gastarbeider loopt te slepen". Na mijn aarzeling: „Ik weet ook wel hoe rottig ons vak is geworden. Mijn overbuurman, prima timmerman, heeft gesolliciteerd bij de grote bouw. Drie weken lang is hij elke dag bezig geweest cement in een vloer te wrijven. Er zijn j ongens die dag in dag uit alleen maar deuren afhangen" „Ik ben zelf de zoon van een van de armste groenteboeren uit de Amster damse Jordaan. Toen ik bp de mts zat. ging ik 's morgens om vijf uur eerst met mijn vader naar dc markt, met een kleine bakfiets over al die bruggen. Als de trappers in de hoogste stand ston den. kon ik over de kisten heenkijken. Om negen uur waren we klaar, ik mocht dan een kwartier te laat op school komen. En 's avonds boenden we het graniet in de winkel". „Mijn vader is nu gesaneerd. Drie jaar geleden kon hij nog met een mud aar dappels op zijn nek lopen, nu is hij bijna dood omdat hij niks meer te doen heeft. En nu is er een supermarkt". Met stemverheffing: „Maar hoe ver rekte hard het werk ook was, wij wis ten nog wel wat we verkochten; we hadden 13 soorten aardappelen. In zo'n supermarkt kunnen ze geen pruim meer van een aardbei onder scheiden. Zeg nou zelf: alles is enorm gekelderd. En dat frusteert ons allen op een eigen manier. Ik verbaas me over deze tijd". „Maar als ik niet blijf praten en mijn poten met blijf uitsteken, betekent het dat ik beken dat mijn vak kapot gaat Nergens is meer werkloosheid dan bij ons. En ik kan een jongen die werkloos is ook alleen maar aanraden de gore moed te hebben om te gaan beunha zen. Aannemers doen daar altijd erg bezorgd over. Maar ze moeten mij nog eens aantonen dat het vak erdoor wordt bedorven. Als je dakkapel weg waait, is er niemand die dat even snel kan repareren Terwijl we stikken in de werklozen Ernst Piet Blom loopt door de kamer, gaat voor het raam staan Uitzicht op kool- planten en kippen. „Ik wil nog verder met je praten over die scheiding van spel en ernst. Kinderen worden op school gefrustreerd omdat ze alleen maar intellectueel worden gevormd. Dat betekent dat een heel geslacht ge frustreerd raakt. Want wat hebben kinderen nodig: veiligheid. Dat is: die dingen leren waarmee je jezelf kunt redden. Leren timmeren, groente ver bouwen, leren met je lichaam om te gaan. Het klinkt heel elitair, maar dat zijn de dingen waardoor ze zich veilig voelen" „Mijn zoon kan hartstikke goed leren, en hij is bewust naar de ambachts school gegaan. Mijn dochter zit op het gymnasium. Maar die jongen is geluk kiger. De dochter komt straks in de spil van de werkloosheid terecht, voor die jongen hoeft dat met. Het klinkt vreselijk ouderwets, maar hij kan zijn beide handen gebruiken. En ik praat hier niet als een idioot, maar als een verstandige vader, die zelf op de am bachtsschool heeft gezeten. En die in de visconserven gaat werken als hij voor een gebouw te veel concessies moet doen". En dan ineens: „Waarom kletsen jullie allemaal zo. waarom zou ik met op recht zijn? Ik heb de buik vol van men sen die steeds over arbeid en recht vaardigheid praten, maar niet weten wat werk is: gehoorzamen en dingen doen waar je geen zin in hebt. Iemand gehoorzamen die zegt. breng dat pak- kie even weg. Dat is arbeid" - Maar hoe rijm je dat dan met het combineren van werken en spelen? „Dat zijn de spelregels. Spelen is niet altijd lachen en liefde, in elk spel zit een natuurlijke grimmigheid, kanke ren over je vader, je baas. Kijk maar naar het ganzebord. er is altijd een put bij en andere vuile rotdingen". „Dat is de vraag: wat doet Piet Blom voor de gewone man. Door mijn in vloed zijn hier in de hele buurt stukjes bij de huizen gebouwd. Als ik een ma quette maak, komt de hele buurt hel pen". - Het klinkt erg zuur: de buurt helpt maquettes bouwen, maar alleen de hogere salarisgroep kan erin wonen „Je weet toch ook wel: het maken van gewone betaalbare huizen, waarin je ook nog kunt leven, is onmogelijk. Dat kan alleen politiek opgelost worden" „Over de Kasbah-huizen in Hengelo ben ik door het dolle heen geweest van woede. Toch te duur. Als je het aan de ploeg bouwvakkers vroeg die er werk te, zeiden ze: nou Piet. ik woon in dat en dat dorp. en daar heb ik wat tuin met sla erop. In Helmond is het nog schrijnender: 110 000 gulden, daar gaat een arbeider niet eens op af. Contact „De dingen die ik bouw, hebben met sociaal contact te maken. Je probeert zo te bouwen dat mensen beter con tact met elkaar kunnen krijgen. Wie hebben het daar vaak nog het makke lijkste mee: de laagstbetaalden. En hen bereik ik nooit. Ze stemmen zelfs tegen mij. Arbeiders lopen in Helmond wel naar die woonbomen te kijken. En degene die erin woont, maakt het mo gelijk dat ze er staan. „Het is een enorm conflict. Maar ik ga er niet de les uit leren dat ik me matig in het maken van prachtige din gen". „In de Jordaan hoef ik niet meer te bouwen, daar kopen mensen nu hui zen voor een kwart miljoen. Maar in een stad als Helmond, altijd arm ge weest, daar moeten alle registers open worden getrokken. En dat moet ge beuren door iemand die goed orgel kan spelen. En veel gein erbij, het spel er bij. Anders zou ik er kapot aan gaan". Cruijff „Maar ook al zitje met die prijzen, vind je dat een reden om het niet te doen? Als Johan Cruijff uit solidariteit naast de bal zou gaan trappen, waar zijn we Schrik - In Helmond staan nu drie van jc woonbomen. Hoe voel je je als je en- naar staat te kijken? „Ik schaam me er nog altijd voor, ik voel me in m'n onderbroek staan. Piet, wat heb je je laten kennen. Ik moet er vaak zijn, maar iedere keer als ik de hoek om kom, schrik ik. Ik ben bang: wat sta je in je hemd. Ik heb zo hoog gegrepen en het is niet meer weg te denken". „Je begint ermee en je kimt niet meer terug. Je vóelt dat. Je wordt bekeken „Ik ga nu drie maanden aan de Kun stacademie voor Groningen werken. Mensen hebben er geen benul van hoe je daar zelf tegenover zit. De koorts van jaren, het ternauwernood zelf dur ven. De angst dat je een hele aanslag op je ziel pleegt, terwijl het misschien toch voor niks is geweest. En steeds maar weer proberen meer aap te zijn" - Wat bedoel je daarmee? „Meer aap-zijn is een heleboel tegelijk. Een aap, een dier, heeft meer hart. ook al is zijn gedrag onbegrijpelijker Min der remmen op je hart zetten, dat doet een dier. Wij mensen zijn bezig om aan alle kanten tc bezuinigen op het leven. Veel dieren zijn verdwenen, mensen zijn ervoor in de plaats gekomen, en wat doen ze, terwijl ze kunnen dansen en vrijen: stil zitten op hun eigen geld en eigen zekerheid. Veel mensen doen eigenlijk niks, hè". Piet Blom springt overeind, zwaait zijn ene been hoog op: „Dat is toch eigenlijk ongelooflijk dat je dat kunt. Ik kan er niet omheen dat ik een aap wil zijn, juist omdat ik bang ben om ■ook in dit vak een ambtenaar te wor den". ATLANTISCHE OCEAAN als een knappe en beroemde meneer. je werkt in een koorts, het is bijna niet te bedenken, op papier kan het nog wel, maar hoe kun je zoiets maken Je had die smoelen moeten zien toen ik in Helmond met de eerste maquette aankwam. Ik werd bang. het lukt niet. Iedereen rekent erop dat het Piet lukt". h== - Wou je halverwege nog terug? „Ik ben er nu blij mee. maar dat is nog maar heel kort zo Er zit een enorme zorg aan vast. Had ik maar iets ge- woons gedaan, dan had ik het nu nog gezellig gehad. Nou heb ik het idee dat ze je elke dag voor je raap kunnen schieten, want het heeft veel losge- =S maakt: je hebt iets op je geweten. Maar ik ben er enorm bezeten mee bezig ge- weest" Na enige stilte: „De verwachtingen die opdrachtgevers vanje hebben, worden steeds hoger. Daar heb je mee te ma- ken: je doet het, of je krabbelt terug. Als je je erin stort, accepteer je de ver- wachtingen. Je moet doelpunten sco- ren, bent er blind mee bezig, je drinkt er echt een pilsje minder om. Niet om- dat ik zo'n strenge man ben, maar je =5 hebt de zorgen op je nek" - Ik wou het nu graag hebben over de voornaamste kritiek op je werk: Piet Blom kom t zelf uit een milieu vol geld- PIETER BLOM zorgen, wat doet Piet Blom nu aan so- ciale woningbouw? Dc komende zomermaanden wordt weer de Single- handed Transatlantic Race gehouden, dat is de be roemde race voor solozeilers dwars over de Atlantische Oceaan. De wedstrijd is eens in de vier jaar. De laatste keer deed daaraan als enige Nederlander mee de bekende zeezeiler Gerard Dijkstra, die ook nu weer aan de start verschijnt. Een nieuwe Nederlandse deelnemer is evenwel de 29- jarige (ekenleraar-grafisch ontwerper Henk Jukkema. woonachtig in Enschede, die wil proberen aan te tonen dat het ook mogelijk is aan deze race mee te doen in een „gewoon" schip, dat wil zeggen zo'n schip als er tegen woordig bij honderden in de Nederlandse jachthavens zijn te vinden. Jukkema zeilt in de Contest 28. een acht en een halve meter lang schip. De wedstrijd start in het Pinksterweekeinde van 5 en 6 juni in het Engelse Plymouth en eindigt in Newport, Amerika. Jukkema schat dat de tocht 30 a 50 dagen zal De redactie van deze krant is inmiddels met de heer Jukkema overeengekomen dat uitgebreid verslag van het verloop van deze wedstrijd zal worden gedaan. De zeiler Jukkema zelf zal de lezers op de hoogte houden van de voorbereidingen en het verloop van deze eenzame, maar avontuurlijke tocht. (Van onze correspondent) ENSCHEDE - Wat bezielt een man om mee te willen doen aan zo'n mon- stertocht als die race voor solozeilers over de oceaan is? Wat is de aantrek kingskracht van dat onmetelijke wa ter. het overgeleverd-zijn aan de ele menten en het bloot komen te staan aan zware psychische druk. Waarom doet een mens zoiets? Solozeiler Henk Jukkema daar over: „Om weer eens te ervaren wat het is opgenomen te worden in de na tuur en jezelf terug te vinden op een grote zee. onder een wijde hemel, in een kleine boot". Het is voor Henk Jukkema namelijk niet de eerste keer dat hi j zijn leven op de oceaan waagt. Twee jaar geleden maakte hij voor het eerst kennis met hetzeezeilen, toen hij samen met twee vrienden op een oud zeilschip de oceaan overstak om vervolgens solo met een klein jachtje naar Zweden te rug te zeilen. Beleefde hij op de heenreis toen al de meest onwaarschijnlijke avonturen, de terugreis alleen met dat kleine zeil- jachtje bezorgde hem zijn nieuwste droom: ooit nog eens mee te mogen doen aan de beroemde Singlehanded Transatlantic Race. Dat is dezelfde race als waaraan vier jaar geleden als enige Nederlander deelnam de zeiler Gerard Dijkstra, maar die toen ruim schoots halverwege de strijd moest staken, omdat de mast van z'n schip brak. Dij kstra doet nu weer mee. J ukkema heeft inmiddels verscheidene contac ten met Dijkstra gehad en krijgt veel adviezen van hem. Het verschil tussen Dijkstra en Jukkema zal evenwel zijn dat de race voor eerstgenoemde een vrijwel professionele aanpak heeft, waarbij behoort de bouw van een spe ciaal voor dit doel ontworpen schip, terwijl Jukkema hoopt aan te tonen dat het ook mogelijk is deze race mee te doen in een „eenvoudig" schip, dat wil zeggen dat type schepen dat tegenwoordig steeds meer bij de wa tersporters op onze eigen grote wate ren in gebruik is. Aanvankelijk wilde Jukkema een schip in eigen beheer bouwen, ook met de nadruk op het „low-budgetr aspect", maar toen het niet haalbaar bleek, nam hij contact op met Neder landse werven met het verzoek of een van hen een schip beschikbaar wilde stellen. Als „bewijsmateriaal" voor z'n capaciteiten gebruikte hij daarbij het inmiddels van zijn hand verschenen boek Reis door het Blauw, waarin de ervaringen van z'n eerste oceaanreis, op zeer boeiende wijze zijn beschre ven. De werf Conyplex in Alkmaar zag het met Jukkema wel zitten. De werf toonde zich bereid voor de race een schip te lenen (een Contest 28), dat toch voor een eigenaar in Amerika be stemd zou worden. Gewoonlijk gaat zo'n schip per vrachtboot over. nu mag Jukkema hem als het ware overvaren, zij het dat er voor zo'n belangrijke wedstrijd uiteraard heel wat bij de uit rusting van zo'n schip komt kij ken. De Contest 28 is een 8,5 meter lang zeiljacht. Op de andere technische as pecten gaan we in dit bestek niet in. omdat de schipper dat te zijner tijd zelf zal doen. Voorwaarde Jukkema heeft inmiddels een zeil tocht met zijn toekomstig schip op het IJsselmeer gemaakt en dat is hem zeer goed bevallen. Hij zal overigens nog heel wat meer met dezelfde boot moe ten varen alvorens aan de race te kun nen meedoen- Een van de voorwaarden voor in schrijving is namelijk dat de deelne mer met her schip, waarmee hij mee doet. ten minste 500 mijl moet hebben solo-gezeild. Jukkema heeft dan ook het plan deze 500 verplichte mijlen omstreeks eind maart te gaan afleg gen. Waarheen die tocht gaat. is nog niet bekend Mogelijk wordt het Scan dinavië, maar daar heerstdan wellicht nog winter: misschien wordt het de Golf van Biscaje, doch een probleem daar kan zijn het stormweer, dat veelal in het voorjaar heerst. Jukkema houdt HENK JUKKEMA ons wat dit betreft ook zelf op de hoog te. Het is de bedoeling van Henk Juk kema het schip zo eenvoudig mogelijk uit te rusten, maar dat neemt niet weg dat een en ander wel aan alle eisen moet voldoen. De nadruk zal daarbij gelegd worden op de veiligheidsmid delen, zoals een opblaasbare redding boot met uitrusting. Andere belangrijke zaken zijn uiter aard de tuigage, de proviandering, een geneesmiddelenpakket, maar ook de communicatiemiddelen. waaraan vooral wij zwaar tillen, omdat we zo veel mogelijk contact willen zien te houden met Jukkema. Mochten er in dit verband lezers zijn die suggesties hebben voor een even tuele vorm van sponsoring, dan mag men ons dat best laten weten. Juk kema beschikt nu eenmaal niet zeli over alle middelen. Hij moet zogezegd even worden voortgeholpen om deze unieke kans waar te maken. Winnaars Inmiddels ook heeft Jukkema zich officieel laten inschrijven voor de race. die in 1960 voor het eerst werd gehou den, zulks op initiatief van de Engelse kolonel H. G. (Blondiei Hasler en de Engelse krant The Observer De af stand bedraagt ongeveer 3000 zeemijl, dat is plusminus 5500 kilometer. Zoals gezegd wordt de tocht eens in de vier jaar gehouden. De winnaars totdusver zijn: - 1960: Sir Francis Chichester met Gipsy Motto H. lengte 11.70 meter, in 40 dagen; - 1964: Erie Tabarley met Pen Duick II. lengte 13.20 meter, in 27 dagen. - 1968: Geoffrey Williams met Sir Thomas Lipton, lengte 17 meter, in 25 dagen, - 1972: Alain Colas met Pen Duick IV, lengte 20 meter, in 20 dagen. Voor 1976 laat Alain Colas een vier- master bouwen van 71.50 meter lengte met 1204 m2 zelloppervlak. kosten circa 2.8 miljoen gulden. Toch is er altijd nog een groep zeilers die gehoor geven aan de uitdaging zonder een schijn van kans te hebben om te winnen. Zij varen in gewone bo ten. die niet speciaal voor de race ont worpen en gebouwd worden. Tot die laatste categorie behoort duidelijk Henk Jukkema. Maar hij is zeker niet van plan er een „drijfpartij" van te maken en wel te zien wanneer hij over is. Integendeel. In de zgn. handicap klasse wil hij proberen zo hoog moge lijke ogen te gooien, dat betekent dat wel degelijk alle zeilen moeten worden bijgezet om zo'n goed mogelijk resul taat te behalen. Zoals gezegd duurt de tocht naar schatting 30 tot 50 dagen, dat hangt erg af van de wind. De deelnemers aan de race kunnen kiezen uit een aantal routes. Jukkema is van plan de zgn. grootcirkelroute te varen, dat is de kortste afstand, maar niet de gerief lijkste. omdat de te verwachten win den meestal tegen zullen zijn. In totaal zullen op 5 en 6 juni in Plymouth ongeveer zo'n 130 schepen aan de start verschijnen, allemaal bemand met solozeilers, die afkom stig zijn uit verscheidene landen. Na deze aankondiging houden we u voortaan zoveel mogelijk op de hoogte van de gang van zaken en tegen Pasen zal Jukkema u zelf vertel len over z'n voorbereidingen, waarbij de ervaring van de 50(1 mijlstocbt die voorwaarde is. DE CONTEST 28

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1976 | | pagina 19