SPREEKWOORDELIJKE
RUST IN
OOSTERLAND
„D'R ZIJN HIER VEEL VERMELDENSWAARDIGHEDEN"
ZATERDAG 21 DECEMBER 1974
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
17
Mevrouw Bolle-Kwaak en winkelmeisje Mieneke de Bruyne L. A. Capelle ...Veel vermeldenswaardigheden- Het pleintje rond de kerk is bij regenweer bijna helemaal verlaten.
De Nederlands hervormde kerk is een enigszins merkwaardig geheel. Bij een brand bleef de toren, die eerst aan de kerk
vastzat, gespaard De eigenlijke kerk staat er zo'n twintig meier vandaan. In de ruimte ertussen :s een schoot gebouwd.
De school is ook nog als gemeentehuis in gebruik geweest.
dorpsgemeenschap, die het op gezet
te tijden nuttigen van een pilsje of
een borreltje niet ongepast vinden-
Bovendien fungeert het cafetaria
min of meer als clubhuis van de
sportvereniging Duiveland. Na af
loop van de voetbalwedstrijden ko
men de plaatselijke sportlieden en
hun supportérs hun lichaamsvocht
in het cafetaria op peil brengen.
Eigenaar A. Dorst doet zijn best om
het zoveel mogelijk mensen in 'Neffen
d'eule' naar de zin te maken. „Op
vrijdagavond ben ik bijvoorbeeld
langer open," vertelt hij. „Dat is dan
speciaal bedoeld voor echtparen, die
eens een avondje weg willen. Dan
ben ik tot één uur open. Maar het
wordt dan ook nog wel eens later."
's Zondags is het cafetaria gesloten.
Eigenaar Dorst: „Je kimt dan ge
woon niet open blijven. En boven
dien zou ik het ook niet willen
doen." De meeste gasten van het
cafetaria behoren tot de autochtone
bevolking van Oosterland of tot de
mensen, die er weer een paar jaar
wonen. „Neen, de mensen, die hier
nog maar pas zijn komen wonen,
komen niet zo gemakkelijk naar bin
nen. Dat zijn vaak ook oudere men
sen. Ik zie dat goed als ik in het
dorp de toto- en lottoformulieren
ophaal. Je kijkt hier en daar dan
wel eens binnen en dan blijken toch
vrij veel oudere mensen in de
nieuwbouw te wonen," vertelt
Dorst.
Veel inwoners van Oosterland vin
den het wel jammer dat ze door de
komst van de nieuwe inwoners niet
iedereen meer kennen. „Vroeger ken
de ik ieder kind en ik wist wie zijn
vader en moeder waren. Maar dat is
er tegenwoordig niet meer bij", ver
telt iemand, die overigens wel grif
toegeeft, dat. de nieuwbouw een im
puls betekent voor het leefbaar hou
den van Oosterland. Een belangrijk
verschil met vroeger is ook de ver
anderde mentaliteit van de bevol
king. Wat. dart. betreft is er sinds de
dertiger jaren heel wat veranderd.
De twee evacuaties (in de oorlog en
tijdens de watersnood) hebben daar
in belangrijke mate toe bijgedragen.
Tot in de dertiger jaren was Duive
land mede door de geïsoleerde lig
ging echt een afgelegen gebied, waar
het bezitten van een eigen huisje als
een toppunt van gelukzaligheid werd
beschouwd.
„D'r zit volgens mij een mooi ver
haal in Oosterland. Want er zijn veel
vermeldenswaardigheden", aldus oud
aannemer en dagbladcorrespon
dent L. A. Capelle, die Oosterland en
de geschiedenis ervan op zijn duim
pje kent. Hij vertelt over gebeurtenis
sen uit het verre verleden alsof hij
er zelf bij is geweest. Veel van zijn
kennis heeft Capelle neergeschreven
in een boekje met oude ansichten
over de dorpen in de gemeente Dui
veland. Als een wandelend geschiede
nisboek dreunt hij op in welke jaren
de kerk gebouwd, verwoest en weer
hersteld werd. Jammer vindt hij het
dat het Marktplein zijn oude aanzien
volkomen verloren heeft, doordat
het. in 1740 gestichte dorpshuis, dat
later hotel werd, is afgebroken sa
men met alle opstallen aan de
noordkant van het plein. De Sint-
Jocstdijk is nu recht door getrok
ken.
Ook voor andere zaken vraagt Ca
pelle de aandacht, zoals voor de
korenmolen, de landbouwvereniging
Door Eendracht Sterk, de sportvere
niging Duiveland en het muziekgezel
schap 'Oosterlands Fanfare.' „Die
fanfare zouden we echt niet meer
kunnen missen," vindt de heer Ca
pelle, „Dat. vindt dacht ik wel de
hele bevolking, want. als er eens een
bazaar wordt gehouden of een ande
re actie voor het uniformenfonds.
dan wordt daar altijd flink aan
gegeven." De fanfare werd in 1398
opgericht door burgemeester J. C.
van der Have ter gelegenheid van de
kroning van koningin Wilhelmina.
.De burgemeester vond dat Ooster
land bij dat bijzondere feest een
eigen muziekgezelschap moest heb
ben," weet Capelle te vertellen. „Tot
dan tee kwamen er steeds muziekge
zelschappen uit Brabant als er iets
bijzonders te doen was. Blaespoepen
werden die genoemd."
Oosterland is al eeuwenlang een am
bachtsheerlijkheid. De verschillende
ambachtsheren en -vrouwen hebben
onder meer het dorpshuis, het gast
huis, de korenmolen en het jacht
slot Het Heerenhof, dat in de oorlog
is verwoest, omdat de Engelsen
dachten dat er Duitsers in zaten. C.
Baron Schimmelpenninck van der
Oye uit Wassenaar is thans nog
ambachtsheer van Oosterland. Hij
heeft nog verscheidene bezittingen,
zoals een paar boerderijen, enkele
woningen, de korenmolen, een een-
dekooi en grond, waaronder het na
tuurgebied De Aanwas. De baron
komt nog geregeld naar Oosterland.
met name in het voorjaar als er in
het natuurgebied veel vogels te zien
zijn. Hij is namelijk een groot na
tuurliefhebber, in tegenstelling tot
veel vroegere ambachtsheren, die
juist in De Heerenhof kwamen om
te gaan jagen. De heer Capelle is
min of meer beheerder van de bezit
tingen van de ambachtsheer. „Maar
schrijf dat er maar niet bij," zegt Met. achttiende eeuwse gasthuis, dat werd geslicht door ambacht xm m
hij, „want zoveel stelt dat nu ook zanna Maria Loncque
niet voor. Ik houd alleen maar een
heel klein oogje in het zeil."
De huisvrouwen, die het principe maandag-wasdag nog aanhangen, moeten om een uur of één hals
over kop de tuin in: het begint weer eens te regenen. In een mum yan tijd zijn de lakens, de onder
broeken, de overhemden enz. van de waslijnen verdwenen. Er zijn alleen twee dikke wollen kniekou
sen blijven hangen: een donkergrijze en een donkerblauwe.
Het is stil in Oosterland, wat op zich overigens niet zo verwonderlijk is op een maandagmiddag in
december. Maar bovendien is het koud en nat en dat maakt een wandeling door Oosterlands straten
nu niet direct een pretje. Er zijn meer mensen, die er zo over denken. Want je komt maar een paar
haastig voortstappende mensen tegen. De fotograaf heeft haast. Het is nog wel vroeg in de middag,
maar het ziet er naar uit dat het erg vroeg donker zal zijn en dan is er niet veel meer te maken, zoals
fotografen dat noemen. „Nou, dat wordt waarschijnlijk één grote grijze regensluier", moppert hij.
„In een donkere kamer met een kaars heb ik meer licht".
want recreatie en toerisme hebben
Oosterland (nog) links laten liggen.
De meeste Oosterlanders zijn daar
zelf best gelukkig mee. Ze krijgen
alleen met de recreatie te maken als
toeristen 's zomers een ritje over
het eiland maken en dan ook even
door Oosterland rijden, 's Zondags
is het volkomen stil in het dorp.
Het afvuren van een kanon zou dan
alleen maar het bewegen van een
paar witte gordijntjes als resultaat
hebben. De zondagsrust staat nog
hoog in aanzien en vrijwel iedereen
heeft daar vrede mee.
Van oorsprong is Oosterland een
agrarisch dorp. De meeste bewoners
waren vroeger landarbeider of had
den ldcine stukjes grond. Daar is
met name na de dertiger jaren flink
verandering in gekomen. Velen van
de landarbeiders en de kleine boeren
stichtten aannemersbedrijfjes of
gingen gladiolen kweken. Toch zit
het agrarisch karakter er nog duide
lijk In. De mensen voelen zich nauw
betrokken bij de landbouw. Er rijdt
af en toe een tractor door de stra
ten en laat een spoor vettige slik
achter. BLi de firma Timmer in de
Korte Achterweg wordt een lading
winterwortelen gelost. De trekker,
die de wortelen heeft gebracht, staat
bijna midden op de weg. Er is nog
maar een klein gaatje, waardoor
auto's kunnen passeren, maar nie
mand gaat heftig claxoneren. Dit is
nu eenmaal een van de kleine onge
makken, die het wonen in een agra
risch dorp met zich meebrengt.
Opvallend is dat een vrij groot per
centage van de mensen, die zich de
laatste jaren in Oosterland hebben
gevestigd, tot een wat oudere leef
tijdscategorie behoren. Dat zijn dan
veelal mensen uit de randstad, die
wel eens wat rustiger willen wonen.
Dat ook jonge gezinnen zich in Oos
terland vestigen blijkt wel uit het
feit dat het leerlingental van de
openbare lagere en kleuterschool de
laatste jaren sterk is toegenomen.
Problemen tussen de autochtone en
de nieuwe bevolking zijn er eigenlijk
niet. De nieuwkomers passen zich
over het algemeen goed aan aan het
heersende leefpatroon in Oosterland,
hoewel ze niet meteen in de dorps
gemeenschap - opgenomen worden.
Maar dat laatste ligt. ook vaak aan
de nieuwe inwoners zelf. De midden
stand pikt. van de vestigingen in
Oosterland een graantje mee. Me
vrouw Bolle-Kwaak, (die vreemd op
kijkt als je haar mevrouw noemt,
want iedereen zegt vrouw Bolle)
van de Centra-zelfbedieningswinkel
zegt.: „Ach ja, voor ons is het na
tuurlijk altijd v/el fijn als er mensen
bij komen wonen. Je merkt, het aan
je omzet. Ik heb nooit problemen
gehad met die nieuwe mensen."
Cafetaria "Neffen d'eule' (wat zoveel
betekent als 'naast de geul') is de
enige horeca-gelegenheid in Ooster
land als je de wegrestaurants 'Pleis
terplaats Oosterland' en 'De Blauwe
Keet.' even niet meetelt. Het is dan
ook het. trefpunt van diegenen in de
higdige Oosterlanders in de Weststraat.
Oosterland is groter dan je zou
vermoeden. Het telt een kleine ne
gentienhonderd inwoners en het
heeft een verrassend grote nieuw
bouwwijk. Na Nieuwerkerk Is het
het grootste dorp van de gemeente
Duiveland. De rust is er bijna
spreelcwoordelijk. Ook 's zomers,
3e Molenweg met de bijbehorende korenmolen
f aaaaa
■a MKn
aa puk
ranmi
I asanas!
naaf
Even buiten Oosterland staan nog twee palen van een hek. dat bij De Heerenhof behoorde