ENERGIEK MET AARDWARMTE Zaak Wiersinga: Een leertuchtproces zit er gelukkig niet in Slechts in stilte. ZATERDAG 15 JUNI 1974 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT (Van een onzer redacteuren) REYKJAVIK Wat een verkwikkend land moet dat zijn voor men sen die zich doorlopend kopzorgen maken over milieuvervuiling en grondstoffenuitputting, denk je in het vliegtuig bij het doorbladeren van de kleurenfolders over IJsland. Met slagzinnen in kapitale letters wordt het je toegeroepen: "Land zonder luchtverontreiniging. Land van hete bronnen en geysirs." Wanneer de DC-8 van Loftleidir zich na een vlucht van vijf uur vanuit New York in de vochtige och tend aan de grond zet op het vliegveld Kaflavik probeer ik er meteen wat van op te snuiven. Op trip tussen twee continenten boordevol energieproblemen sta je daar aan de rand van de Poolzee plotseling in een soort stilte-oase, waar al zo'n veertig jaar zonder veel ophef energievorm is ingeburgerd die op het ogenblik op veel plaatsen als een alternatief voor de toekomst wordt beschouwd: geothermi sche energie oftewel aardwarmte. Een uurtje later" in mijn hotel kamer in Reykjavik wijs ik er mezelf even nadrukkelijk op dat de radiator van de centrale verwarming is aangesloten op warme bron nen. Op een heuvel even buiten de stad slaan vijf witte tanks zoals we die hier i raffinaderijcomplexen veel linden, vormen samen het pompstation voor de centrale stadsverwarming, waarop praktisch ieder huis voor zo'n slordige vijftig gulden per drie maan den is aangesloten. Het water uit de hete ondergrondse bronnen heeft een temperatuur van 105 graden als het opborrelt, nog boven het kookpunt be reikt het via een langgerekt leidingen- systeem het pompstation om tenslotte bij 88 graden op zijn bestemming te tomen bij de consument. Trouwens het blijft niet bij wat je jou kunnen noemen de sociale ver warming. De hete bronnen bij Reykja vik brengen ook drie openluchtzwemba den op een aangename temperatuur, ze zorgen voor een plezierig klimaat in de stedelijke sauna's. En dan worden de toeristen graag meegesleurd naar al die andere plaatsen waar je leunt zien wat IJsland allemaal met zijn warm water doet. Naar het stadje Hveragerdi bij voorbeeld, waar het hele economische leven op de natuurlijke stoom is inge steld. Tussen de huizen kringelen overal pluimen omhoog als je het van de omringende bergwegen benadert. Hveragerdi is een vallei met tropische ïassen en warenhuizen, die eigenlijk vrijwel kosteloos van energie worden voorzien. Er worden daar tomaten, si naasappelen en zelfs bananen gekweekt, het hele jaar door. In hetzelfde stadje staat ook een sanatorium, waar wordt gewerkt met heet water- en modderba den van natuurlijke oorsprong. En dan is er natuurlijk het verplichte nummer van het bezoek aan de plaats waar de beroemdste van alle hete bronnen heeft gespoten, die van de grote Geysir. Alle andere' hete spuitzuilen ter wereld zijn er naar genoemd en menige huisvrouw noemt ongemerkt die naam als ze in de keuken even een keteltje water vult. Al enkele jaren is die bijzonder specta culaire witte kolom van 50 meter hoog te hier niet meer te zien, maar in de directe omgeving spoot, toen ik daar in dat merkwaardige berggebied met oude kraters en lavasteen wat ronddoolde om de drie minuten sissend een wat bescheidener fenomeen omhoog. HEKLA springt bijna ieder stadje, dorp of ge hucht er onmiddellijk uit omdat de inwoners de golfplaten daken van hun huizen in kakelbonte kleuren hebben geverfd. Alsof men de dominerende na tuurelementen hier en daar een speelse toets heeft willen meegeven. IJsland is een land zonder leger, maar de meeste heibel in de politiek gaat over militaire zaken, over de vraag of men nog wel langer de Amerikaanse bases moet toestaan die daar in NATO-verband zijn gevestigd. Voor de Amerikanen is het daar in het uiterste noorden een uiterst strategisch punt. In dit land van de midzomemacht wordt het 's winters nauwelijks licht en gaat in de zomer de zon praktisch niet onder. Wil je nog een oog dicht doen, dan moet je de gordijnen van de slaapkamer goed slui ten. Af en toe lijkt het erop dat de Vikingen van destijds met opzet de contrasten groter hebben gemaakt, ze zelfs hebben doorgetrokken in de na men. Wie de naam IJsland hoort denkt aan Siberische kou, aan een oord waar de ijspegels aan je neus hangen. „Het enige echte koude, waarover je hier zou kunnen praten is de naam van ons land," is de standaarduitdrukking op de toeristenbureaus. En als je de naam van de hoofdstad Reykjavik letterlijk vertaalt in 'baai van rook', dan vloekt dat, ook nogal met die toeristische trekken dat IJsland 'een land zonder luchtverontreiniging is.' ning Meinesz Laboratorium in Utrecht iri een verhandeling in het maandblad 'A- toomenergie'. Een ervan is dat op niet al te grote diepte een magma een gesmolten silicaatgesteente aanwezig is. Deze magma's hebben temperaturen van rond de 1000 graden Celcius. Hoe bruikbaar deze velden zijn voor het winnen en benutten van de geprodu ceerde warmte hangt er van af, hoe het hete water of de stoom naar boven wordt getransporteerd. De Unesco houdt zich in verschillende ontwikke lingslanden bezig met de exploratie naar geothermische energie. De bekend ste velden waaruit tot nu toe ook de meeste kennis en ervaring is geput bevinden zich in Toscane in Italië, ook al zo'n oord van stoomspuiters en war me bronnen. Er zijn daar verschillende streken waar elektrische centrales op geothermische energie draaien. Op be perkte schaal gebeurt dat ook elders. In Noord-Califomië levert zo'n centrale bijvoorbeeld al 411.000 kilowatt aan vermogen. In Nieuw-Zeeland heef: men plannen om deze 'alternatieve energie' te gebruiken bij de papierproöuktie. In Hongarije wil men het net als op IJsland gaan toepassen bij de ver warming van groentekassen. 'STUWKRACHT' IJsland met zijn geothermische energie is een van de meest vulkanische gebie den ter wereld. Wie herinnert zich niet dat hij op school de naam van de Hekla moest opdreunen, een van de drie vulkanen in Europa. In de middel eeuwen dachten de IJslanders dat het de poort naar de hel was. Eeuwenlang waagde men het niet om deze berg, vaak gehuld in een laag hangende wolk, te beklimmen. Anderhalf jaar geleden is IJsland enke le weken in het wereldnieuws geweest met de uitbarsting van vuur en lava op het Vestmannaeyer-eilandje Hcimaey aan de zuidkust. Een natuurlijk kleu- renspektakel van de eerste orde. De bevolking moest worden geëvacueerd toen as en lava het vissersstadje ver zengend begonnen te naderen. Het ge beurde allemaal goed georganiseerd, zonder veel paniek. Langzaam maar zeker zijn de vissers met hun gezinnen er teruggekeerd, zijn de huizen zoveel mogelijk weer bewoonbaar gemaakt Maar steeds houdt men er daar in Heimaey rekening mee dat liet opnieuw vluchten wordt voor het vuur. VISSERIJ IJsland, drie keer zo groot als Neder land maar met niet meer inwoners (tegen de 300.000) dan er in Zeeland wonen, is een land waar vuur en water voortdurend met elkaar in conflict zijn. Aardwarmte en warme golfstroom wed ijveren er met zo'n uitgestrekte witte vlakte als de Vatnajökull, de grootste gletscher van Europa, waarin het ijs hier en daar meer dan een halve mijl dik is. Een inspirerend land met. grote natuurlijke tegenstellingen, waarop de bevolking met een wonderlijke Scandi navische nuchterheid reageert en in- speelt. Als je over het ruige landschap yljl k/\|\1|SMF met zijn bruinige lavakorsten vliegt Hoe dan ook men heeft zich van a tot z op al die buitenissige natuurlijke omstandigheden ingesteld. En is er al tijd op uit geweest daarvan maximaal profijt te trekken. De visserij of liever: de visindustrie is daarvan het duidelijkste voorbeeld. De hoge levens standaard in IJsland is met name terug te voeren naar de bijzonder rijke vis gronden rondom het eiland. Met moder ne vistechnieken en een hoog gekwalifi ceerde verwerkende industrie heeft men zich opgewerkt tot een belangrijk exportland. Niet voor niets hebben de IJslanders al vele jaren slaande ruzie met andere landen over de omvang van de territoriale wateren: de visserij was de sleutel naar de welvaart. Tussen het eind van 1945 en 1972 groeide het bruto nationaal produkt gemiddeld met 4,2 procent, per jaar. Wat het inkomen per hoofd van de bevolking betreft kan IJsland met 3000 dollar per jaar zich gerangschikt, zien onder óe twaalf hoogst genoteerde landen. Natuurlijk heeft zo'n economische structuur die vrijwel uitsluitend op één tak van bedrijf en op één exportpro- dukt is gericht pok zijn zwakke kanten en gevaren. Dat hebben de IJslanders intussen wel geleerd. Daarom zoeken ze naar mogelijkheden om hun economie te verbreden en te verdiepen, het palet van het bedrijfsleven wat meer kleuren mee te geven. En opnieuw zijn er die aparte natuurlijke condities, die nog verder uitgebuit kunnen worden: water kracht en geothermische energie in de vorm van stoom. Het nog actieve vulkanisme zou dus wel eens een nog veel belangrijker rol kunnen gaan spelen in de toekomst van IJsland. Vulkanisme, dat een grote hoe veelheid warmte uit het binnenste van de aarde tot heel dicht bij de opper vlakte brengt. De geothermische velden die op het ogenblik in de wereld bereik baar zijn om er energie uit te putten, zijn zeldzaam. Ze bestaan bij de gratie van een combinatie van niet alledaagse geologische voorwaarden, zo schreven onlangs twee deskundigen van het Ve- Er wordt op het ogenblik noga! wat wetenschappelijk onderzoek verricht om na te gaan of het- mogelijk is aardwarmte ook exploitabel te maken in niet-vulkanische gebieden. Veel me thodes en technieken worden daarbij overgenomen uit de olie-industrie. Het. gaat er daarbij om diep weggestopte natuurlijke 'warmtevelden' aan te boren of te stimuleren. De ontwikkeling staat overigens nog maar in het beginstadi um. Voorlopig kan er alleen in de zogenaamde jong-vulkanisehe gebieden van een economische interessante on derneming worden gesproken. De kos ten voor bijvoorbeeld de opwekking van elektriciteit zijn daar per geleverd kilowattuur erg laag. Alleen sommige zeer gunstig gelegen waterkrachtcentra les kunnen ermee concurreren. IJsland beschikt over beide. Anders dan in landen als Zwitserland is er nog tame lijk veel 'witte steenkool'. „De belangrijkste kans om variatie in onze economie te brengen ligt in de ontwikkeling van onze rijke energie bronnen." schrijft dr. Johannes Nordal. directeur van de Centrale Bank in het jubileumnummer van de 'Iceland Re- view'. En hij voegt er veelbetekenend aan toe: „Die ontwikkeling kan ons in de komende twintig jaar eenzelfde soort stuwkracht bezorgen als de visse rij sinds de eeuwwisseling heeft ge daan." Met de natuurlijke energie volop ver krijgbaar wil IJsland op de industriële toer. Het is begonnen met een uitgroei van enkele traditionele bedrijfstakken zoals die van de wol en de huiden. Hun gang in de richting van de exportmarkt heeft het tempo aanzienlijk versneld. Op het ogenblik heeft de IJslandse regering een project onder handen, waarbij die geothermische energie waarschijnlijk op korte termijn in een veel hogere versnelling van exploitatie zal worden gebracht: de bouw van een aluminiumsmelter. Zo'n bedrijf 'vreet' elektriciteit. Het kan de stap zijn naar een andersoortig Usland. Of het daar halverwege twee met milieu- en ener gieproblemen kampende continenten dan nog lang kan adverteren in slagzin- ne als 'land zonder luchtverontreini ging' is een vraag vol natuurlijke en tegennatuurlijke tegenstrijdigheden. Maar op IJsland hebben ze voor hetere vuren gestaan. KEES VAN DER MAAS Dp generale Synode van de Geref Kerken heeft de vorige week voor de zoveelste maal gespro ken over de zaak van dr. H. Wiersinga. studen- lenpredifcant te Amsterdam en ze is weer niet tot een beslissing gekomen, wat misschien maar gelukkig is ook. Wie de verslagen van de synode zittingen leest, krijgt de indruk dat men over heel de linie in deze kerken huiverig i* voor een proces waarbij het gaat over hel staan in de belijdenis van de kerk. Dat Is te begrijpen ook. Men heeft in die kerken heel wal leergeld In dezen betaald. Wanneer er veroordelingen vallen, worden er martelaars gemaakt, die steevast hun aanhang krijgen, ook wanneer ze die tevoren nog bijna niet hadden. Een leertuchtproce# lost uiteindelijk nooit veel op. Het maakt wel dat er hele hoofden en koude harten komen. Het vorige jaar vroeg een lid van de geref. kerken ons wie op dat ogenblik in zijn kerk de grootste autoriteit was. Na ons schouderophalen beant woordde hij zijn eigen vraag en we kregen te horen dat dit. naar zijn mening dr. Buskes was. die in 1926 bij het leertuchtproces Geelkerken ook als een van de slachtoffers viel. Of dit zo is. kunnen we natuurlijk niet beoordelen, maar op gezag van onze zegsman geloven we graag dat er in zeer vele gezinnen van de geref. kerken dc radio of televisie wordt aangezet wanneer Bus- kes staat aangekondigd. Zo zie je maar! Zoals u hebt kunnen leaen is op de laatste sitting van de synode de zaak Wiersinga voorlo pig geëindigd met het aannemen van een voor stel waarbij besloten werd op dr. Wiersinga een ernstig beroep te doen om zich te willen bezin nen op de vraag 'of zijn confessionele en theologische positiekeuze niet herziening be hoeft'. waarbij men ver-vacht dat hij in zijn ambtelijk werk het belijden van de kerk niet zal weerspreken. Verder werd aan de deputaten voor kerk en theologie opgedragen 'de onderha vige kwestie in bespreking te nemen en daarbij dr. H. Wiersinga te betrekken'. In 16 vergaderin gen. die gezamelijk 70 uur hebben geduurd, hebben deputaten die door de synode van Dor drecht voor deze zaak waren genoemd, reeds met dr. Wiersinga gesproken. Nu wordt de zaak overgeheveld naar de deputaten voor kerk en theologie en kunnen de besprekingen met. een fris team en met frisse moed opnieuw beginnen. Evenals we dat me: vroegere kerkelijke leer- tuchtprocessen hebben meegemaakt, kunnen we ook nu constateren dat de gemeenteleder., in wier naam de geref. synode bijeenkomt, moeilijk duidelijk kunnen maken waarom het nu precies gaat in de kwestie Wiersinga. Natuurlijk weet men wel te vertellen ca: het gaat om het verzoenende werk van Christus en :n dezer, zou dr. Wiersinga het niet eens zijn me: de belijde nis van de kerk. zoals die is vastgelegd in de drie formulieren van enigheid, de Ned. Geloofs belijdenis, de Heidelbergse Catechismus en de Artikelen van Dordrecht 1618-19 tegen de Remon stranten, maar veel verder komen we hier al vragende op het grondvlak van deze kerken, aan toch niet. In ieder geval krijgen we soms wel het gevoel dat men dit als een zeer ernstige zaak rekent, want de verzoening door het offer van Christus is zo'n belangrijk stuk van he* belijden der kerk (niet alleen van de Geref. Kerken) dat we mogen spreken van het har- van het christelijk geloof, het rustpunt van het onrustige hart. Maar ik kan het me bes- begrij pen dat het gemiddelde gemeentelid in ai die besprekingen, rapporten en synodezittingen, nie* zo gemakkelijk de weg weet te vinden. He: is ook een vrij ingewikkelde kwestie waarom he*. hier gaat. Het zal nu ongeveer tweeëneenhalf jaar geleden zijn dat as. Wiersinga promoveerde tot doctor in de theologie, na verdediging van een proefschrift: „De verzoening in de theologi sche discussie'. Hij heeft in dat boek niet alleen een overzicht gegeven van wat er zoal in de loop der eeuwen op dit punt is verhapstukt, maar h:j heeft ook een eigen mening gesteld. Daarbij heeft hij uitgesproken dat het schema van Gods gerechtigheid en Gods barmhartigheid, zoals wij dat telkens vinden in de drie formulieren van enigheid en waarbij Christus Jezus in z:jn kruis dood aan de eis van Gods gerechtigheid voor ons heeft voldaan, niet óe bijbelse voorstelling van de verzoening is. Volgens dr. Wiersinga wordt de mens op Golgotna geconfronteerd met rijn eigen boosaardigheid, zijn hebzucht, zijn egoïsme, zijn moordzucht en wat er nog meer ir. een mensenhart kan huizen. Dat moet hem zodanig aan het schrikken brengen, dat hij schuldbewust het hoofd buigt en zich verootmoe digt. Op de geref. synode kwam natuurlijk de vraag of de uitspraken van dr. Wiersinga niet. in strijd zijn met de belijdenisgeschriften van de kerk ja. meer nog. of ze ook niet in strijd zijn met duidelijke uitspraken van de H. Schrift zelf. Geeft het standpunt van dr. Wiersinga voldoende weer wat de belijdenisgeschriften pogen uit te drukken en waarvan we lezen in de H. Schrift Van bepaaide zijde, met name van de vcrontru* ten, ts geroepen om oen duidelijke uitspraak van dc synode. Volgens hen lag de zaak hier duid*- lijk genoeg. Dr. Wiersinga doet trie*. z:Jn opvat tingen tekort aan het belijden van de kerk «n weer volgens hen. is deze zaak de proef op d'- som* of de synode van de Geref Kerken de belijdenis van dc kerk wil handhavenwan: wanneer leder bij een zo centraal ---.uk belijden als waarom het hier gaat, maar kan denken «i zeggen -A-at hem goeddunkt, waar zal dan he em de zijn? Komen we dan niet terecht jn eer kerk waar de belijdenis formeel nog we! wordt gehandhaafd, maar in werkelijkheid buiten furv ue is gesteld? De deputaten die gedurende 70 uur met dr. Wiersinga hebben gesproken, rappor teren dat hij 'wel van de belijden» afwijkt, maar dat het uiteindelijke resultant, loc-h duid/- lijk wijst in de richting dat de geloofsverbonden beid met. dr. Wiersinga, ondanks zijn afwijkend'* mening op een belangrijk dool van het belijden is blijven bestaan'. In October 397! heef- d> synode der Geref. Kerken een 'boodschap inzake de verzoening* doen uitgaan. Dr. Wiersinga blee-: zich hier mee te kunnen verenuren. w;»: woe- was tot verbazing van menig synodelid. ?.l«i har. verwacht da; hij ook hier met bezwaren r/> komen. Er is dus we! degelijk een gemeenschap peiijke basis voor een gesprek en de depuaton constateren in hun rappor, van de samonspre kingen met dr. Wiersinga. dat de orereenstemmtrii- wat betreft de belijdenis groter is dan he verschil. Maar waarom ligt deze zaak nu zo zwaar op de maag van de geref. synodeleden? Natuurlijk omdat er toch ergens getornd wordt ;utn een stuk leer van de kerk en hier gaat het dus om een zeer centraal stuk. Doch de grote verlegen heid waarin men zit. komt voort uit het fe:t da- dr. Wiersinga niet aanvaardt de wijze waarop d«- verzoening door het bloed van Christus in de belijdenisgeschriften onder woorden gebracht De antwoorden na de vragen 11-17 van d<- Heidelbergse Catechismus kan h:; zo met sum vaarden en evenmin de artikelen 20 en 21 van cu Ned. Geloofsbelijdenis en de desbetreffende stukken uit de Artikelen van Dordrecht Daarin is op juridisch-logische wijze uiteengezet welk een verlosser wij nodig hebben en hoe Christu- Jezus aan Gods gerechtigheid en Gods barmhs.- tizheid tegelijk heeft beantwoord. We moeten zeggen dat we de bezwaren van ar. Wiersinga tegen de formuleringen die hier .staan, ook hebben en de deputaten die met hen hebber, gesproken, kunnen deze zijn bezwaren ook w' begrijpen. Maar die drie formulieren van enig heid hebben in de geref. kerken steeds eert elger. plaats ingenomen en wel een zeer voorname plaats. Daarin stond zo ongeveer het laatste woord. Daarin iag stevig verankerd de ba-.:*. var het geloof der kerk. Ambtsdragers moesten die formulieren van enigheid ondertekenen De He: delbergse Catechismus was vroeger het leerboek bij uitnemendheid. Over de artikelen -.-an de Ned. Geloofsbelijdenis werden verhandelingen ge houden op mannen- en j onge'.ingsveremgingen En de Synode van Dordrecht heeft voor de Geref. Kerken altijd nog al hoog in de markt gelegen als een lichtend voorbeeld van uitbanning van betgeen strijdig is met de leer van de kerk. Da' wat er staat in. de drie formulieren van enigheid heeft een vast fundament betekend. Daar kor. men terecht, wanneer men antwoorden zocht. Een van de moeilijkheden waarmee de synocr- nu zit is. dat men die antwoorden en formule zo niet meer accepteert. Dr. Wiersinga, er. veler met hem. zegt: Ik kan niet meer zo denken er n:j voegt er aan toe dat hij deze w:,-ze var denken ook niet bijbels ach-, wanneer het g-r- om de verzoening. De moeilijkheid zal altijd wel blijven hoe wij eer. stuk van ons christelijk geioof onder woorden moeten brengt--, Alle geloof is een mysterie, een geheimnis dat w: mensen niet kunnen doorgronden en wanneer wij trachten het onder woorden te brengen, zal het steeds een stamelen zijn. Zo kunnen we de )ude belijdenissen aanvaarden, ook zonder da' we met de formuleringen overal erg gelukkig behoeven te zijn. Omdat men me*, die oude formuleringen niet zo erg gelukkig meer was. kwam ook op de geref. synode de vraag op naar ren hedendaags belijden, waarop de hoogleraren. Berkhouwer en Ridöerl»as hun 'proeve van eer. parig geloofsgetuigenis' hebben geschreven. Op een andere wijze wilde men gezegd hebben wat ne*. oude belijden der kerk tegenwoordig kan zijn. Toen deze proeve op de hervormde synode werd behandeld kwamen er bezwaren, o.a. uit de hoek van de Geref. Bond dat de dubbele uitver kiezing er niet in stond, een stukje logica -.-an het menselijk verstand. Mogen we de here God binden aan deze logica? En dat geschiedt in de drie formulieren van enigheid nog al ééns. ook dan wanneer het gaat over de verzoening. De zaak Wiersinga is op de geref. synode nie* afgesloten. We krijgen er nog meer over te horen. Maar de theologische deputaten zullen er wel met grote zorgvuldigheid voor waken da- deze zaak geen leertuchtproces wordt. Een van de hoog opspuitende geysers. Het pompstation voor de centrale stadsverwarming van Reykjavik, waarheen hel water van de hete ondergrondse bronnen wordt gepompt. Nieuwe ontwikkelingen over spoelen de mens. Inzichten wijzigen zich, meningen bot sen. allerlei noden dringen zich op. Tijd voor rust en bezinning schijnt onverant woord. Deze tijd vraagt de totale inzet en geen bespiege lingen. zegt men. Zou het mogelijk zijn dat de onzekerheid en de onrust, die allerwegen ervaren wordt, juist voortkomt uit gebrek aan diepte en bezinning? Het valt telkens weer op hoe de grootsten onder ons juist \n de meest apocalytische tij den een oase van rust bete kenden voor vele anderen. Denk aan een Paulus. Als schijnbaar alles in het hon derd loopt, als zijn apostolaat- onmogelijk schijnt gemaakt te worden door schipbreuk, steni ging. gevangenschap, misken ning en vervolging, dan is er één vast punt in zijn leven: de zekerheid van zijn sterkte in Christus. 2 Kor. 11 en 12. Johannes schrijft zijn mooiste passages over de vrede in de Heer in een tijd. dat Domiiia- nus de christenen bij honder den opjaagt, arresteert, te rechtstelt en afmaakt Zelfs in de concentratiekam pen weren er steeds die ruin evenwicht konden bewaren en nog een steun en troost voor anderen waren. Temidden van die wervelwind en storm van schokkende en gruwelijke gebeurtenissen hiel den zij contact met Iemand boven zich. met God. Ze er voeren dat er ondanks alles een God was. die hen liefhad die hun situatie aanvoelde, die begaan was met hun lot. 'r. Vader. Wanneer een ouder m zijn zorgen om zijn kinderen, een gelovige in zijn twijfel over de toekomst van de Kerk. een geëngageerde' ongerust om het zich steeds opnieuw manï- testerende onrecht en de nog immer groeiende nood van de ■jrmsten der armen, alleen door eigen inspanning staande meent te blijven, ter geel hij de lijn. die ons optrekt, die waarlijk kracht kan geven, die ons bereid en beschikbaar houdt, de lijn die Christus wees: de Vader Maar deze verbondenheid m geloof en liefde kan alleen ir. suite ontkiemen en tot bloei komen. V/ie tobt is doof voor de stem van Gods Geest, die in hem wil spreken. Hij geeft Se Geest geen kans. Ooi: de moderne mens heef. rust er. stille nodig om ont vankelijk te zijn voor Gods B. 1. J. de long. Axel Vopnafprdu^ K^jubEprkldusïur- iOEM.Af

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1974 | | pagina 21