ENERGIEK MET AARDWARMTE
Zaak Wiersinga:
Een leertuchtproces
zit er gelukkig niet in
Slechts in stilte.
ZATERDAG 15 JUNI 1974 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
(Van een onzer redacteuren)
REYKJAVIK Wat een verkwikkend land moet dat zijn voor men
sen die zich doorlopend kopzorgen maken over milieuvervuiling en
grondstoffenuitputting, denk je in het vliegtuig bij het doorbladeren
van de kleurenfolders over IJsland. Met slagzinnen in kapitale
letters wordt het je toegeroepen: "Land zonder luchtverontreiniging.
Land van hete bronnen en geysirs." Wanneer de DC-8 van Loftleidir
zich na een vlucht van vijf uur vanuit New York in de vochtige och
tend aan de grond zet op het vliegveld Kaflavik probeer ik er meteen
wat van op te snuiven. Op trip tussen twee continenten boordevol
energieproblemen sta je daar aan de rand van de Poolzee plotseling
in een soort stilte-oase, waar al zo'n veertig jaar zonder veel ophef
energievorm is ingeburgerd die op het ogenblik op veel plaatsen
als een alternatief voor de toekomst wordt beschouwd: geothermi
sche energie oftewel aardwarmte. Een uurtje later" in mijn hotel
kamer in Reykjavik wijs ik er mezelf even nadrukkelijk op dat de
radiator van de centrale verwarming is aangesloten op warme bron
nen.
Op een heuvel even buiten de stad
slaan vijf witte tanks zoals we die hier
i raffinaderijcomplexen veel linden,
vormen samen het pompstation
voor de centrale stadsverwarming,
waarop praktisch ieder huis voor zo'n
slordige vijftig gulden per drie maan
den is aangesloten. Het water uit de
hete ondergrondse bronnen heeft een
temperatuur van 105 graden als het
opborrelt, nog boven het kookpunt be
reikt het via een langgerekt leidingen-
systeem het pompstation om tenslotte
bij 88 graden op zijn bestemming te
tomen bij de consument.
Trouwens het blijft niet bij wat je
jou kunnen noemen de sociale ver
warming. De hete bronnen bij Reykja
vik brengen ook drie openluchtzwemba
den op een aangename temperatuur, ze
zorgen voor een plezierig klimaat in de
stedelijke sauna's. En dan worden de
toeristen graag meegesleurd naar al die
andere plaatsen waar je leunt zien wat
IJsland allemaal met zijn warm water
doet. Naar het stadje Hveragerdi bij
voorbeeld, waar het hele economische
leven op de natuurlijke stoom is inge
steld. Tussen de huizen kringelen overal
pluimen omhoog als je het van de
omringende bergwegen benadert.
Hveragerdi is een vallei met tropische
ïassen en warenhuizen, die eigenlijk
vrijwel kosteloos van energie worden
voorzien. Er worden daar tomaten, si
naasappelen en zelfs bananen gekweekt,
het hele jaar door. In hetzelfde stadje
staat ook een sanatorium, waar wordt
gewerkt met heet water- en modderba
den van natuurlijke oorsprong. En dan
is er natuurlijk het verplichte nummer
van het bezoek aan de plaats waar de
beroemdste van alle hete bronnen heeft
gespoten, die van de grote Geysir. Alle
andere' hete spuitzuilen ter wereld zijn
er naar genoemd en menige huisvrouw
noemt ongemerkt die naam als ze in de
keuken even een keteltje water vult.
Al enkele jaren is die bijzonder specta
culaire witte kolom van 50 meter hoog
te hier niet meer te zien, maar in de
directe omgeving spoot, toen ik daar in
dat merkwaardige berggebied met oude
kraters en lavasteen wat ronddoolde
om de drie minuten sissend een wat
bescheidener fenomeen omhoog.
HEKLA
springt bijna ieder stadje, dorp of ge
hucht er onmiddellijk uit omdat de
inwoners de golfplaten daken van hun
huizen in kakelbonte kleuren hebben
geverfd. Alsof men de dominerende na
tuurelementen hier en daar een speelse
toets heeft willen meegeven. IJsland is
een land zonder leger, maar de meeste
heibel in de politiek gaat over militaire
zaken, over de vraag of men nog wel
langer de Amerikaanse bases moet
toestaan die daar in NATO-verband zijn
gevestigd. Voor de Amerikanen is het
daar in het uiterste noorden een uiterst
strategisch punt. In dit land van de
midzomemacht wordt het 's winters
nauwelijks licht en gaat in de zomer de
zon praktisch niet onder. Wil je nog
een oog dicht doen, dan moet je de
gordijnen van de slaapkamer goed slui
ten. Af en toe lijkt het erop dat de
Vikingen van destijds met opzet de
contrasten groter hebben gemaakt, ze
zelfs hebben doorgetrokken in de na
men. Wie de naam IJsland hoort denkt
aan Siberische kou, aan een oord waar
de ijspegels aan je neus hangen. „Het
enige echte koude, waarover je hier
zou kunnen praten is de naam van ons
land," is de standaarduitdrukking op de
toeristenbureaus. En als je de naam
van de hoofdstad Reykjavik letterlijk
vertaalt in 'baai van rook', dan vloekt
dat, ook nogal met die toeristische
trekken dat IJsland 'een land zonder
luchtverontreiniging is.'
ning Meinesz Laboratorium in Utrecht iri
een verhandeling in het maandblad 'A-
toomenergie'. Een ervan is dat op niet
al te grote diepte een magma een
gesmolten silicaatgesteente aanwezig
is. Deze magma's hebben temperaturen
van rond de 1000 graden Celcius. Hoe
bruikbaar deze velden zijn voor het
winnen en benutten van de geprodu
ceerde warmte hangt er van af, hoe het
hete water of de stoom naar boven
wordt getransporteerd. De Unesco
houdt zich in verschillende ontwikke
lingslanden bezig met de exploratie
naar geothermische energie. De bekend
ste velden waaruit tot nu toe ook de
meeste kennis en ervaring is geput
bevinden zich in Toscane in Italië, ook
al zo'n oord van stoomspuiters en war
me bronnen. Er zijn daar verschillende
streken waar elektrische centrales op
geothermische energie draaien. Op be
perkte schaal gebeurt dat ook elders.
In Noord-Califomië levert zo'n centrale
bijvoorbeeld al 411.000 kilowatt aan
vermogen. In Nieuw-Zeeland heef: men
plannen om deze 'alternatieve energie'
te gebruiken bij de papierproöuktie. In
Hongarije wil men het net als op
IJsland gaan toepassen bij de ver
warming van groentekassen.
'STUWKRACHT'
IJsland met zijn geothermische energie
is een van de meest vulkanische gebie
den ter wereld. Wie herinnert zich niet
dat hij op school de naam van de
Hekla moest opdreunen, een van de
drie vulkanen in Europa. In de middel
eeuwen dachten de IJslanders dat het
de poort naar de hel was. Eeuwenlang
waagde men het niet om deze berg,
vaak gehuld in een laag hangende wolk,
te beklimmen.
Anderhalf jaar geleden is IJsland enke
le weken in het wereldnieuws geweest
met de uitbarsting van vuur en lava op
het Vestmannaeyer-eilandje Hcimaey
aan de zuidkust. Een natuurlijk kleu-
renspektakel van de eerste orde. De
bevolking moest worden geëvacueerd
toen as en lava het vissersstadje ver
zengend begonnen te naderen. Het ge
beurde allemaal goed georganiseerd,
zonder veel paniek. Langzaam maar
zeker zijn de vissers met hun gezinnen
er teruggekeerd, zijn de huizen zoveel
mogelijk weer bewoonbaar gemaakt
Maar steeds houdt men er daar in
Heimaey rekening mee dat liet opnieuw
vluchten wordt voor het vuur.
VISSERIJ
IJsland, drie keer zo groot als Neder
land maar met niet meer inwoners
(tegen de 300.000) dan er in Zeeland
wonen, is een land waar vuur en water
voortdurend met elkaar in conflict zijn.
Aardwarmte en warme golfstroom wed
ijveren er met zo'n uitgestrekte witte
vlakte als de Vatnajökull, de grootste
gletscher van Europa, waarin het ijs
hier en daar meer dan een halve mijl
dik is. Een inspirerend land met. grote
natuurlijke tegenstellingen, waarop de
bevolking met een wonderlijke Scandi
navische nuchterheid reageert en in-
speelt. Als je over het ruige landschap yljl k/\|\1|SMF
met zijn bruinige lavakorsten vliegt
Hoe dan ook men heeft zich van a
tot z op al die buitenissige natuurlijke
omstandigheden ingesteld. En is er al
tijd op uit geweest daarvan maximaal
profijt te trekken. De visserij of
liever: de visindustrie is daarvan het
duidelijkste voorbeeld. De hoge levens
standaard in IJsland is met name terug
te voeren naar de bijzonder rijke vis
gronden rondom het eiland. Met moder
ne vistechnieken en een hoog gekwalifi
ceerde verwerkende industrie heeft
men zich opgewerkt tot een belangrijk
exportland. Niet voor niets hebben de
IJslanders al vele jaren slaande ruzie
met andere landen over de omvang van
de territoriale wateren: de visserij was
de sleutel naar de welvaart. Tussen het
eind van 1945 en 1972 groeide het bruto
nationaal produkt gemiddeld met 4,2
procent, per jaar. Wat het inkomen per
hoofd van de bevolking betreft kan
IJsland met 3000 dollar per jaar zich
gerangschikt, zien onder óe twaalf
hoogst genoteerde landen.
Natuurlijk heeft zo'n economische
structuur die vrijwel uitsluitend op één
tak van bedrijf en op één exportpro-
dukt is gericht pok zijn zwakke kanten
en gevaren. Dat hebben de IJslanders
intussen wel geleerd. Daarom zoeken ze
naar mogelijkheden om hun economie
te verbreden en te verdiepen, het palet
van het bedrijfsleven wat meer kleuren
mee te geven. En opnieuw zijn er die
aparte natuurlijke condities, die nog
verder uitgebuit kunnen worden: water
kracht en geothermische energie in de
vorm van stoom.
Het nog actieve vulkanisme zou dus
wel eens een nog veel belangrijker rol
kunnen gaan spelen in de toekomst van
IJsland. Vulkanisme, dat een grote hoe
veelheid warmte uit het binnenste van
de aarde tot heel dicht bij de opper
vlakte brengt. De geothermische velden
die op het ogenblik in de wereld bereik
baar zijn om er energie uit te putten,
zijn zeldzaam. Ze bestaan bij de gratie
van een combinatie van niet alledaagse
geologische voorwaarden, zo schreven
onlangs twee deskundigen van het Ve-
Er wordt op het ogenblik noga! wat
wetenschappelijk onderzoek verricht
om na te gaan of het- mogelijk is
aardwarmte ook exploitabel te maken
in niet-vulkanische gebieden. Veel me
thodes en technieken worden daarbij
overgenomen uit de olie-industrie. Het.
gaat er daarbij om diep weggestopte
natuurlijke 'warmtevelden' aan te boren
of te stimuleren. De ontwikkeling staat
overigens nog maar in het beginstadi
um. Voorlopig kan er alleen in de
zogenaamde jong-vulkanisehe gebieden
van een economische interessante on
derneming worden gesproken. De kos
ten voor bijvoorbeeld de opwekking
van elektriciteit zijn daar per geleverd
kilowattuur erg laag. Alleen sommige
zeer gunstig gelegen waterkrachtcentra
les kunnen ermee concurreren. IJsland
beschikt over beide. Anders dan in
landen als Zwitserland is er nog tame
lijk veel 'witte steenkool'.
„De belangrijkste kans om variatie in
onze economie te brengen ligt in de
ontwikkeling van onze rijke energie
bronnen." schrijft dr. Johannes Nordal.
directeur van de Centrale Bank in het
jubileumnummer van de 'Iceland Re-
view'. En hij voegt er veelbetekenend
aan toe: „Die ontwikkeling kan ons in
de komende twintig jaar eenzelfde
soort stuwkracht bezorgen als de visse
rij sinds de eeuwwisseling heeft ge
daan."
Met de natuurlijke energie volop ver
krijgbaar wil IJsland op de industriële
toer. Het is begonnen met een uitgroei
van enkele traditionele bedrijfstakken
zoals die van de wol en de huiden. Hun
gang in de richting van de exportmarkt
heeft het tempo aanzienlijk versneld.
Op het ogenblik heeft de IJslandse
regering een project onder handen,
waarbij die geothermische energie
waarschijnlijk op korte termijn in een
veel hogere versnelling van exploitatie
zal worden gebracht: de bouw van een
aluminiumsmelter. Zo'n bedrijf 'vreet'
elektriciteit. Het kan de stap zijn naar
een andersoortig Usland. Of het daar
halverwege twee met milieu- en ener
gieproblemen kampende continenten
dan nog lang kan adverteren in slagzin-
ne als 'land zonder luchtverontreini
ging' is een vraag vol natuurlijke en
tegennatuurlijke tegenstrijdigheden.
Maar op IJsland hebben ze voor hetere
vuren gestaan.
KEES VAN DER MAAS
Dp generale Synode van de Geref Kerken heeft
de vorige week voor de zoveelste maal gespro
ken over de zaak van dr. H. Wiersinga. studen-
lenpredifcant te Amsterdam en ze is weer niet
tot een beslissing gekomen, wat misschien maar
gelukkig is ook. Wie de verslagen van de synode
zittingen leest, krijgt de indruk dat men over
heel de linie in deze kerken huiverig i* voor een
proces waarbij het gaat over hel staan in de
belijdenis van de kerk. Dat Is te begrijpen ook.
Men heeft in die kerken heel wal leergeld In
dezen betaald. Wanneer er veroordelingen vallen,
worden er martelaars gemaakt, die steevast hun
aanhang krijgen, ook wanneer ze die tevoren
nog bijna niet hadden. Een leertuchtproce# lost
uiteindelijk nooit veel op. Het maakt wel dat er
hele hoofden en koude harten komen. Het
vorige jaar vroeg een lid van de geref. kerken
ons wie op dat ogenblik in zijn kerk de grootste
autoriteit was. Na ons schouderophalen beant
woordde hij zijn eigen vraag en we kregen te
horen dat dit. naar zijn mening dr. Buskes was.
die in 1926 bij het leertuchtproces Geelkerken
ook als een van de slachtoffers viel. Of dit zo is.
kunnen we natuurlijk niet beoordelen, maar op
gezag van onze zegsman geloven we graag dat
er in zeer vele gezinnen van de geref. kerken dc
radio of televisie wordt aangezet wanneer Bus-
kes staat aangekondigd. Zo zie je maar!
Zoals u hebt kunnen leaen is op de laatste
sitting van de synode de zaak Wiersinga voorlo
pig geëindigd met het aannemen van een voor
stel waarbij besloten werd op dr. Wiersinga een
ernstig beroep te doen om zich te willen bezin
nen op de vraag 'of zijn confessionele en
theologische positiekeuze niet herziening be
hoeft'. waarbij men ver-vacht dat hij in zijn
ambtelijk werk het belijden van de kerk niet zal
weerspreken. Verder werd aan de deputaten
voor kerk en theologie opgedragen 'de onderha
vige kwestie in bespreking te nemen en daarbij
dr. H. Wiersinga te betrekken'. In 16 vergaderin
gen. die gezamelijk 70 uur hebben geduurd,
hebben deputaten die door de synode van Dor
drecht voor deze zaak waren genoemd, reeds
met dr. Wiersinga gesproken. Nu wordt de zaak
overgeheveld naar de deputaten voor kerk en
theologie en kunnen de besprekingen met. een
fris team en met frisse moed opnieuw beginnen.
Evenals we dat me: vroegere kerkelijke leer-
tuchtprocessen hebben meegemaakt, kunnen we
ook nu constateren dat de gemeenteleder., in
wier naam de geref. synode bijeenkomt, moeilijk
duidelijk kunnen maken waarom het nu precies
gaat in de kwestie Wiersinga. Natuurlijk weet
men wel te vertellen ca: het gaat om het
verzoenende werk van Christus en :n dezer, zou
dr. Wiersinga het niet eens zijn me: de belijde
nis van de kerk. zoals die is vastgelegd in de
drie formulieren van enigheid, de Ned. Geloofs
belijdenis, de Heidelbergse Catechismus en de
Artikelen van Dordrecht 1618-19 tegen de Remon
stranten, maar veel verder komen we hier al
vragende op het grondvlak van deze kerken, aan
toch niet. In ieder geval krijgen we soms wel
het gevoel dat men dit als een zeer ernstige
zaak rekent, want de verzoening door het offer
van Christus is zo'n belangrijk stuk van he*
belijden der kerk (niet alleen van de Geref.
Kerken) dat we mogen spreken van het har- van
het christelijk geloof, het rustpunt van het
onrustige hart. Maar ik kan het me bes- begrij
pen dat het gemiddelde gemeentelid in ai die
besprekingen, rapporten en synodezittingen, nie*
zo gemakkelijk de weg weet te vinden. He: is
ook een vrij ingewikkelde kwestie waarom he*.
hier gaat. Het zal nu ongeveer tweeëneenhalf
jaar geleden zijn dat as. Wiersinga promoveerde
tot doctor in de theologie, na verdediging van
een proefschrift: „De verzoening in de theologi
sche discussie'. Hij heeft in dat boek niet alleen
een overzicht gegeven van wat er zoal in de loop
der eeuwen op dit punt is verhapstukt, maar h:j
heeft ook een eigen mening gesteld. Daarbij
heeft hij uitgesproken dat het schema van Gods
gerechtigheid en Gods barmhartigheid, zoals wij
dat telkens vinden in de drie formulieren van
enigheid en waarbij Christus Jezus in z:jn kruis
dood aan de eis van Gods gerechtigheid voor
ons heeft voldaan, niet óe bijbelse voorstelling
van de verzoening is. Volgens dr. Wiersinga
wordt de mens op Golgotna geconfronteerd met
rijn eigen boosaardigheid, zijn hebzucht, zijn
egoïsme, zijn moordzucht en wat er nog meer ir.
een mensenhart kan huizen. Dat moet hem
zodanig aan het schrikken brengen, dat hij
schuldbewust het hoofd buigt en zich verootmoe
digt. Op de geref. synode kwam natuurlijk de
vraag of de uitspraken van dr. Wiersinga niet. in
strijd zijn met de belijdenisgeschriften van de
kerk ja. meer nog. of ze ook niet in strijd zijn
met duidelijke uitspraken van de H. Schrift zelf.
Geeft het standpunt van dr. Wiersinga voldoende
weer wat de belijdenisgeschriften pogen uit te
drukken en waarvan we lezen in de H. Schrift
Van bepaaide zijde, met name van de vcrontru*
ten, ts geroepen om oen duidelijke uitspraak van
dc synode. Volgens hen lag de zaak hier duid*-
lijk genoeg. Dr. Wiersinga doet trie*. z:Jn opvat
tingen tekort aan het belijden van de kerk «n
weer volgens hen. is deze zaak de proef op d'-
som* of de synode van de Geref Kerken de
belijdenis van dc kerk wil handhavenwan:
wanneer leder bij een zo centraal ---.uk belijden
als waarom het hier gaat, maar kan denken «i
zeggen -A-at hem goeddunkt, waar zal dan he
em de zijn? Komen we dan niet terecht jn eer
kerk waar de belijdenis formeel nog we! wordt
gehandhaafd, maar in werkelijkheid buiten furv
ue is gesteld? De deputaten die gedurende 70
uur met dr. Wiersinga hebben gesproken, rappor
teren dat hij 'wel van de belijden» afwijkt,
maar dat het uiteindelijke resultant, loc-h duid/-
lijk wijst in de richting dat de geloofsverbonden
beid met. dr. Wiersinga, ondanks zijn afwijkend'*
mening op een belangrijk dool van het belijden
is blijven bestaan'. In October 397! heef- d>
synode der Geref. Kerken een 'boodschap inzake
de verzoening* doen uitgaan. Dr. Wiersinga blee-:
zich hier mee te kunnen verenuren. w;»: woe-
was tot verbazing van menig synodelid. ?.l«i har.
verwacht da; hij ook hier met bezwaren r/>
komen. Er is dus we! degelijk een gemeenschap
peiijke basis voor een gesprek en de depuaton
constateren in hun rappor, van de samonspre
kingen met dr. Wiersinga. dat de orereenstemmtrii-
wat betreft de belijdenis groter is dan he
verschil.
Maar waarom ligt deze zaak nu zo zwaar op de
maag van de geref. synodeleden? Natuurlijk
omdat er toch ergens getornd wordt ;utn een
stuk leer van de kerk en hier gaat het dus om
een zeer centraal stuk. Doch de grote verlegen
heid waarin men zit. komt voort uit het fe:t da-
dr. Wiersinga niet aanvaardt de wijze waarop d«-
verzoening door het bloed van Christus in de
belijdenisgeschriften onder woorden gebracht
De antwoorden na de vragen 11-17 van d<-
Heidelbergse Catechismus kan h:; zo met sum
vaarden en evenmin de artikelen 20 en 21 van cu
Ned. Geloofsbelijdenis en de desbetreffende
stukken uit de Artikelen van Dordrecht Daarin
is op juridisch-logische wijze uiteengezet welk
een verlosser wij nodig hebben en hoe Christu-
Jezus aan Gods gerechtigheid en Gods barmhs.-
tizheid tegelijk heeft beantwoord. We moeten
zeggen dat we de bezwaren van ar. Wiersinga
tegen de formuleringen die hier .staan, ook
hebben en de deputaten die met hen hebber,
gesproken, kunnen deze zijn bezwaren ook w'
begrijpen. Maar die drie formulieren van enig
heid hebben in de geref. kerken steeds eert elger.
plaats ingenomen en wel een zeer voorname
plaats. Daarin stond zo ongeveer het laatste
woord. Daarin iag stevig verankerd de ba-.:*. var
het geloof der kerk. Ambtsdragers moesten die
formulieren van enigheid ondertekenen De He:
delbergse Catechismus was vroeger het leerboek
bij uitnemendheid. Over de artikelen -.-an de
Ned. Geloofsbelijdenis werden verhandelingen ge
houden op mannen- en j onge'.ingsveremgingen
En de Synode van Dordrecht heeft voor de Geref.
Kerken altijd nog al hoog in de markt gelegen
als een lichtend voorbeeld van uitbanning van
betgeen strijdig is met de leer van de kerk. Da'
wat er staat in. de drie formulieren van enigheid
heeft een vast fundament betekend. Daar kor.
men terecht, wanneer men antwoorden zocht.
Een van de moeilijkheden waarmee de synocr-
nu zit is. dat men die antwoorden en formule
zo niet meer accepteert. Dr. Wiersinga, er. veler
met hem. zegt: Ik kan niet meer zo denken er
n:j voegt er aan toe dat hij deze w:,-ze var
denken ook niet bijbels ach-, wanneer het g-r-
om de verzoening. De moeilijkheid zal altijd wel
blijven hoe wij eer. stuk van ons christelijk
geioof onder woorden moeten brengt--, Alle
geloof is een mysterie, een geheimnis dat w:
mensen niet kunnen doorgronden en wanneer
wij trachten het onder woorden te brengen, zal
het steeds een stamelen zijn. Zo kunnen we de
)ude belijdenissen aanvaarden, ook zonder da'
we met de formuleringen overal erg gelukkig
behoeven te zijn. Omdat men me*, die oude
formuleringen niet zo erg gelukkig meer was.
kwam ook op de geref. synode de vraag op naar
ren hedendaags belijden, waarop de hoogleraren.
Berkhouwer en Ridöerl»as hun 'proeve van eer.
parig geloofsgetuigenis' hebben geschreven. Op
een andere wijze wilde men gezegd hebben wat
ne*. oude belijden der kerk tegenwoordig kan
zijn. Toen deze proeve op de hervormde synode
werd behandeld kwamen er bezwaren, o.a. uit de
hoek van de Geref. Bond dat de dubbele uitver
kiezing er niet in stond, een stukje logica -.-an
het menselijk verstand. Mogen we de here God
binden aan deze logica? En dat geschiedt in de
drie formulieren van enigheid nog al ééns. ook
dan wanneer het gaat over de verzoening. De
zaak Wiersinga is op de geref. synode nie*
afgesloten. We krijgen er nog meer over te
horen. Maar de theologische deputaten zullen er
wel met grote zorgvuldigheid voor waken da-
deze zaak geen leertuchtproces wordt.
Een van de hoog opspuitende geysers.
Het pompstation voor de centrale stadsverwarming van Reykjavik, waarheen hel
water van de hete ondergrondse bronnen wordt gepompt.
Nieuwe ontwikkelingen over
spoelen de mens. Inzichten
wijzigen zich, meningen bot
sen. allerlei noden dringen
zich op. Tijd voor rust en
bezinning schijnt onverant
woord. Deze tijd vraagt de
totale inzet en geen bespiege
lingen. zegt men.
Zou het mogelijk zijn dat de
onzekerheid en de onrust, die
allerwegen ervaren wordt,
juist voortkomt uit gebrek
aan diepte en bezinning?
Het valt telkens weer op hoe
de grootsten onder ons juist
\n de meest apocalytische tij
den een oase van rust bete
kenden voor vele anderen.
Denk aan een Paulus. Als
schijnbaar alles in het hon
derd loopt, als zijn apostolaat-
onmogelijk schijnt gemaakt te
worden door schipbreuk, steni
ging. gevangenschap, misken
ning en vervolging, dan is er
één vast punt in zijn leven: de
zekerheid van zijn sterkte in
Christus. 2 Kor. 11 en 12.
Johannes schrijft zijn mooiste
passages over de vrede in de
Heer in een tijd. dat Domiiia-
nus de christenen bij honder
den opjaagt, arresteert, te
rechtstelt en afmaakt
Zelfs in de concentratiekam
pen weren er steeds die ruin
evenwicht konden bewaren en
nog een steun en troost voor
anderen waren.
Temidden van die wervelwind
en storm van schokkende en
gruwelijke gebeurtenissen hiel
den zij contact met Iemand
boven zich. met God. Ze er
voeren dat er ondanks alles
een God was. die hen liefhad
die hun situatie aanvoelde, die
begaan was met hun lot. 'r.
Vader.
Wanneer een ouder m zijn
zorgen om zijn kinderen, een
gelovige in zijn twijfel over de
toekomst van de Kerk. een
geëngageerde' ongerust om
het zich steeds opnieuw manï-
testerende onrecht en de nog
immer groeiende nood van de
■jrmsten der armen, alleen
door eigen inspanning staande
meent te blijven, ter geel hij
de lijn. die ons optrekt, die
waarlijk kracht kan geven, die
ons bereid en beschikbaar
houdt, de lijn die Christus
wees: de Vader
Maar deze verbondenheid m
geloof en liefde kan alleen ir.
suite ontkiemen en tot bloei
komen. V/ie tobt is doof voor
de stem van Gods Geest, die
in hem wil spreken. Hij geeft
Se Geest geen kans.
Ooi: de moderne mens heef.
rust er. stille nodig om ont
vankelijk te zijn voor Gods
B. 1. J. de long.
Axel
Vopnafprdu^
K^jubEprkldusïur-
iOEM.Af