ca terkste man b hij die alleen staat" WILLEM VAN DER HOOFT, DIRECTEUR ZEEUWS TECHNISCH INSTITUUT IjjT!RDAG 23 MAART 1974 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT iliilliaüiiiiiiÉLilimyil' Het lijkt weer herfst. Het is grijs en typisch zondag buiten. „Lekker hè, zo'n houtvuurtje", zegt de oude heer vanuit zijn fraaie clubfauteuil. Hij staat op en^stopt zijn pijp. Hij doe het vaak die middag en steeds gaat dat opstaan verge eld van-de woorden 'sorry, even een pijpje stoppen'. Om half drie heeft hij thee gezet 'omdat het daarvoor toch wel ongeveer tijd is'. Ziin kopje heeft hij een plaatsje gegeven op de schoorsteen een meter boven hem. Een leuk schouwspel, op gezette tijden grijpt de grote hand naar het schoteltje; tegen de verwachting in kletst er nooit wat thee over de rand. Het lijkt een eindeloos herhaalde circusact. De oude heer Willem H. J. van der Hooft. Zevenenzeventig jaar en di recteur van de enige school in Ne derland, die het midden houdt tus sen hts en mts. Het Zeeuws Tech nisch Instituut bestaat al tweeën vijftig jaar. Dit jaar voor het laatst, want Van der Hooft wordt een dag je ouder. Tweeënvijftig jaar lang bracht hij op de leerlingen zijn eigen kennis over in een gebouw dat hij zelf neerzette, uit een boek dat hij zelf herzag, alles op zijn manier Op de 'Van der Hooft-manier'. Het ZTI levert weg- en waterbouwkundigen en is bestemd voor jongens die tech nisch hoofdambtenaar willen wor den bij rijkswaterstaat, provinciale waterstaat of een waterschap. De of ficiële onderwijsinstellingen nebben het 7.TT nooit, zo erg zien zitten. .Het zal wel jaloezie zijn, want via mij werden ze altijd weer geconfron teerd met een leemte in hun onder wijspakket", zegt Van der Hooft lachend. Een man, die helemaal op zichzelf is iiilffesteJd. Voor de mensen in zijn omge- vine is hij moeilijk te volgen, hij heeft weinig behoeftr aan hen, hij heeft alleen behoefte aan het ZTI en als dat straks dichtgaat, dan zal hij denken „het was het beste systeem dat er op dit gebied is geweest." Een experimtent dat ruim vijftig jaar duurde, door heel Nederland geroemd werd, maar altijd een experiment is geble ven. Als Van der Hooft gewild had, was het ZTI nu misschien een van de grootste particuliere onderwijsinstellingen in Neder land Maar hij wilde niet. De school in Goes, vlak bij het station, wilde hij ook niet uitbreiden, want dan was de gezellig heid weg geweest, het intensieve contact met de leerlingen. Dan had Van der Hooft zich helemaal kapot gewerkt. „Ik kon wel dertig uur lesgeven maar geen zestig en dat zou in zo'n geval gemoeten hebben", zegt hij. Want het draaide ai die jaren helemaal om hem. Er lopen heel wat Goesenaren rond, die Van der Hooft 'een ouwe gek' noemen. Daar maakt hij het ook wel een beetje naai Als zevenenzeven tig jarige werkt hij nog bijna dagelijks van half acnt mor gens tot soms twee uur in de nacht. De bak ker, die een paar jaar terug met pensioen ging, riep op gezette tijden naar de direc- teur „Stop er maar eens mee, je heb nu heel je leven al gewerkt. Die bakker bezorgde hem wekelijks ruim een kilo brood, vier ons wit, vier ons bruin en vier ons krentenbrood. Daar leeft hij van. Warme maaltijden zijn er nauwelijks bij. „Als ik zin krijg, bel ik naar hotel Terminus op de hoek en dan moet die biefstuk er om vijf over half acht staan, dat weten ze Vijf minuten later ben ik dan weer weg." Hij scharrelt er hele dagen en soms halve nachten rond, in het ZTI-gebouw. Tiental len uren per week staat Willem van der Hooft voor de klas en anders is hij te vinden in de gezellige leraarskamer of in zijn studeerkamer met in de boekenkast alle standaardwerken over weg- en water bouwkunde. „Bouwkunde van Watjes ver oudert nooit," zegt hij wijzend naar een zeer oud gebonden boekwerk m een hoek je van de kast. De leraarskamer heeit alles van een ouwerwetse huiskamer. Een open haard, antieke kastjes beladen met stoffige flessen drank en een stolp gevuld met Grand Mamier voor de heer des huizes zelf. Ook staat er een divan, waarop een van de jongere leerkrachten, die steeds op de fiets van Hansweert naar school snelt, vlak na de finish even uitrust. Aan de muren 'door de hele school hangen tientallen foto's, schilderijen en tekenin gen. Zijn boot, d- Anna-Marie. genoemd naar zijn twee dochters, komt op opval lend veel werkjes voor. Dit jaar wil hij die echte Zeeuwse schuit wegdoen, want het ZTI loopt op z'n eindje en hij gebruik te hem vooral voor zijn school. De laatste leerlingen worden afgewerkt en dan is er alleen nog tot 1976 het examen Zeeland Dan is het allemaal voorbij en dan kan Willem van der Hooft zich gaan wijden aan het schilderen en aan het lezen van wetenschappelijke boeken én Elsevier. „Naar de nieuwsberichten luister ik nooit Ik zet 's morgens de radio aan om te weten hoe laat het is. Die ellende, die je via de nieuwsberichten krijgt voorgescho teld, kan ik ook de volgende dag in de krant lezen. Er liep hier een leraar rond, die vertelde dat hij alleen naar het nieuws luistert en verder niet. Hoe is het toch mogelijk. Die man keek 's ochtends trouwens in de krant om te weten wat voor weer het was. Ik heb me rot gela chen en die man er op gewezen dat je ook naar buiten kunt kijken om te zien wat voor weer het is Tweenvijftig jaar ZTI. Nu Willem van der Hooft wat terug kijkt, kan hij luchtig :onstateren dat hij weinig echte vrienden heeft. De meesten heeft hij trouwens over leetd. Veel behoefte aan goeie vrienden ïeeft hij nooit gehad, zolang hij het ZTI naar had. Daarom zeggen ze nu: Als Van der Hooft doodgaat., gaat het ZTf mee Hoewel doodgaan het is een taaie, want hij heeft, vertelde zijn moeder hem een jaar lang de borst gehad en dat is zééééér gezond Vader van der Hooft heeft een goeie boterham, daar in het zeer rustige dorpje Sint-Kruis in Zeeuwsch-Vlaandcren. Dage lijks houdt hij zich bezig met eerbied afdwingende arbeid als gemeentesecretaris en als ontvanger-griffier van verschillende polders en de doopsgezinde gemeente. Een graag gezien persoon in het dorp. hoewel hij even verderop in de gemeente Aarden- burg woont. Het is 1896. Er wordt een zoontje gebo ren En omdat dat in Zeeiiwsch-VIaande- ren gebruik is. krijgt het ventje de naam van grootvader Willem. Moeder is trots. Ze heeft 'Ouders van Nu' gelezen en ont dekt dat het een heel gezonde kerel kan worden als ze Wim een jaar lang de borst geeft. En Wim groeit voorspodig op. Tekenaars lopen dagelijks bedrijvig heen en weer in het mooie huisje. In de achter kamer staan grote tafels, waarop zij de nieuwe rijksweg van Breskens naar de Belgische grens in kaan brengen. Tussen die tafels duikt af en toe het kortgeknipte bolletje van Wim op. Hij vindt het prach tig allemaal en af en toe mag hij zelfs helemaal alleen een lijntje >angs een prachtig houten lineaal trekken En als later het grote moment is geko men. d3t hij een beroep mag kiezen, roept Willem trots door de klas: „Ik wil opzich ter worden bij rijkswaterstaat De andere jongens in de klas roepen "boeh" en "bèh over zoveel eigendunk. Zij worden stuk voor stuk schoolmeester, zij neboen het wel bekeken. Maar Wim zet door en wordt opzichter... Zo zou dat eerste hoofdstuk kunnen gaan. Het boek moet nog maar eens uitgegeven worden want het leven van Willem van der Hooft, zou het goed doen als een Zeeuwse streekroman. Op die grijze zondag vertelt hij het zo „Ik zei op school dat ik opzichter wilde worden bij njkswaterstaat De reacties waren verbluffend. „Opzichter van een schictuus zeker", riepen ze. want als je iets ander wilde wörden dan schoolmees ter. was je een verwaande gek IK kon een pak op m'n donder krijgen. Maar ik bleef er bij. Toen ik de MULO gedaan had. is mijn vader naar school gegaan en daar heeft-ie met de onderwijzer gesproken. Het hoofd van de school zei- „Ga maar eens met de opzichter van waterstaat in Breskens praten en vraag hem maar eens of een jongen met een normaal verstdnd opzichter bij rijkswaterstaat kan worden. Het kon. Ik leerde bij die opzichter de technische vakken en bij het hoofd van de school kreeg ik wiskunde. En zo "neb ik in 1916 mijn examen Zeeland gedaan, m 1919 mijn examen rijkswaterstaat en toen ben ik technisch ambtenaar geworden." Van der Hooft midden op het toneel aantreffen. En dan komen er uiteindelijk de plannen voor de school, het eigen gebouw. We hijsen ons uit de fauteuils en snellen naar de ingang van de school, waar een oude tegel meldt dat de school is gesticht door de heren J. van der Meulen, Bosma, P Kakebeeke, en W. H. J. van der Hooft. De oude directeur herinnert het zich weer; hij heeft jaren langs die tegel gelopen zonder dat het ding hem opviel Op de terugweg staan we stil bij de foto's die in grote lijsten aan de muur hangen. Op al d:e foto's toont de heer Van der Hooft dezelfde glimlach én hetzelfde kosruum „Ik kocht nooit iets nieuws, want ik moest toch iets eten", legt hij vriendelijk lachend uit. De fauteuils en de rest van de geschie denis. „Ik zou door rijkswaterstaat worden over geplaatst naar Haarlem. Maar ik wcu aan de cursus verbonden blijven en ik heb gekozen voor Goes. Stom eigenlijk, want anders was ik nu al lang met pensioen geweest De verdiensten op school waren toen in elk geval hoger dan bij waterstaat. Daar kreeg ik maar 208 in de maand, terwijl die zelfde functie nu 45.000 per jaar opbrengt- In elk geval, toen de school er eenmaal stond, heb ik hem in 1937 helemaal alleeen overgenomen met een schuld, die ik niet durf noemen." MOEILIJK uit de Betcnmaat.schappij. Toen was hij veel geld kwijt, maar de ervaring var. het bouwen van zeker dertien bruggen ta gewa oeton in Bractt. rijxer ,J>at geld is goed besteed", zegt de 77-jarige Van der Hooft tevreden. Het ZTI groeide He» groeide uit tot een merkwaardig instituut waar de leerkrach ten nooit meer wilden verdienen dan vier of vijf gulden per uur en waar de leerlin gen aan een strenge discipline werden onderworpen- Geen disciplines zoals mari niers die schijnen te kennen. Wél was alle» strak georganiseerd. .M'n vaste gewoonte is dat ik aan het eind van de les een opgave meegeef Een week later inleveren Houden ze zich daar niet aan, dan krijgen ze geen cijfer.... Ik vind mezelf niet streng, ik ga gewoon met de jongens om, maar ze moeten geen flauwekul uithalen, daar kan ik niet tegen. Dat weten ze dus dat doen ze niet. Vroe ger. toen ik ook les gaf aan de mls-hts .n Vlissitmn ontbraken er weieens als :k een repetitie gaf Dan kregen ze gewoon e«n nul. Als het repetitie :.s dan zorg je dat je er bent. ik ben er ook en die flauwekul van ziek zijn is er niet l.ij. Als je ziek bent, ga je dood.... Goed, goed soms zie ik er zelf ook wel tegen op om met een beroerd gevoel voor de kias te gaan staan, maar ais :k eenmaal bezig ben voel ik dat allemaal niet meer. Als ik op zo'n moment ambtenaar was, zou ik we, zie* zijn. denk ik ZEUREN BOEK Het boek over het leven van Willem van der Hooft. Laten we het de titel 'De Rechtlijnige' meegeven en nu het eerste hoofdstuk schrijven 'Wiflems jeugd': Het bakje thee is op. Van der Hooft vertelt zijn verhaal, over zichzelf en dus over het ZTI. Toen hij in 1922. na om zwervingen door heel Zuid-Nederland, in opdracht van rijkswaterstaat in Goes werd geplaatst was hi j daar zeer gelukkig mee. Maanden had hij erover lopen zeu ren. want hij wilde naar Zeeland terug. In Goes word hij aangezocht om mee te werken aan de oprichting van een cursus voor het examen Zeeland, een opleiding tot waterbouwkundige Hij zegt ja en er volgt een cursus in de ambachtsschool. Na een controverse („we groeiden te hard en misschien was dat wel een doorn in het oog van de heren van die school") volgt er een nieuw onderkomen, de Prins van Oranje Toevallige bezoekers kunnen daar 's zaterdagsmiddag een groep vlijtige leer lingen onder leiding van de jongeheer Mensen, die naar het ZTI gingen, troffen er altijd Willem van der Hooft. Hij woon de er eigenlijk. „Het was een enorm moeilijke tijd. Het gebeurde weieens dat om twee uur of half drie de politie aanklopte. Dan zagen ze mij daar zitten en dan was het goed. Maar het moest ge woon, want ik gaf niet alleen les. ik moest ook werk nakijken, connecties me*, een groot aantal mensen aanknopen, in lichtingen over de school verstrekken pn dan maakte ik ook nog betonberekenin- gen voor een aannemer om een beetje te kunnen leven, een beetje te eten. Ik had in "39 een aanslagbiljet waarop een zuiver inkomen van ƒ1140,- stond en daarover moest ik 6.76 belasting betalen." Van der Hooft lacht er nu om, Nu heeft hij wel wat geld. bijeengespaard door jarenlang als kluizenaar in zijn schooige bouwtje te leven. En voor zichzelf nam hij eigenlijk ook wel de gedaante aan van een vrek Leuk voor die streekroman „Ik had eigenlijk niks, maar maakte altijd minder op dan ik ontving. Op die manier kom je er toch wel bovenop." Een ijzeren logica, die vooral onze nationale banken enorm moet aanspreken. Willem van der Hooft betaalde veel leer geld om zijn vak helemaal onder de knie te krijgen. Want hij stichtte de Zeewse Betonmaatschappij. Op die manier wilde hij de Zeeuwen bekendmaken me» he: bouwen met beton. Hij had grote plannen met Goes, maar de burgemeester dacht er anders over. Deze man had een doeltref fende methode uitgedacht om de werkloos heid buiten de deur te houden. ..Dat doen we niet, want als je dan eens zonder werk komt te zitten, hebben we er dertig werklozen bij", sprak de zwaar be- snoroe burgervader, toen Van der Hooft nem verzocht om een stukje grond langs net kanaal om er een betonfabriek voor dertig werklui neer te tellen. De jonge jndejnemer mokte niet. doch stapte op net rijwiel en koerste richting lemmingen. Bij het gehucht Vlake langs het Kanaal door Zuid-Beveland staan nu nog de bouw vallen van wat eens zijn betonfabriek werd. Daar mocht het wel. In 1937, toen het Zeeuws Technisch Instituut Van der Hooft helemaal aan zich bond., stapte hij LAATSTE gaan peinzen over wat ik h'er allemaN achterlaat zegt hij wat zachter, lie lange in vulte coltrui rewtnkrn InsU- tuutlelder «.print op uit d«- fauteuil en iaat dlr zaak van het afscheid vallen. Er moet gedronken worden. In een stoffig glaa. dat vele opgedroogde druppels vertoon! tan al te gulzige drinkers, wordt een bijzonder sterke cognac aangeboden. Met tr.nien In de ogen wordt het pittige vocht naar i.inn-ii gewerkt. I it r«-n klein glaa vie drinkt hij 7«-|f een likeurtje. Het gaat snel. het gesprek wordt geanimeerder. In snel tempo worden allerlei zaken afgewerkt. Zijn auto's bijvoorbeeld „Ik heb vanaf mijn ach'egde jaar motor en auto gereden. Nu heb Ik een apen Ford en een Chrysler. Destijds had ik een f'itroeo ui. - er mee rear Zwitserland, maar al in België bij Dinant, kon Ik nog niet eens tegen een helling op Ik dacht ca: ik de handrem er nog op had staan— Met die auto ben :k heel Zwitserland doorge sukkeld. Later heb ik het met de Pontiac nog eens overgedaan en dat was een lust". Tot de prestaties op autogebied behoort ook de overwinning in een onverwachte race naar Zeeland met de Goese tandarts r Op de weg ter hoogte van Breda probeerde een Lancia de snelle auto van V der H"oft in te hslen- Jk dacht, verdomme dat zal niet gebeuren en :k b«m rem'dd.-ide snelheid van honderdveertig kilometer tot in Goes voor gebleven. Dat zat de tandarts .me', lekker. Toen hij een paar maanden later een kien boorde bij de ZTI-directeur heeft hij het er nog eens over gehad Aan het pind van dit cursusjaar vertrek ken dë laatste leerlingen van net Zeeuws Technisch Instituut. Bijna twee jaa- gele den zat de directeur met enkele mensen in restaurant De Braakman in Zeeuwsch- Maanderen. Plotseling zei hij: „Hebben jullie weieens aan m'n leeftijd gedacht; het wordt tijd dat er eens bekeken wordt, wat er gebeurt ais ik het allemaal niet meer kan. Ik wil ermee stoppen... Zijn tafelgenoten waren perplex en de KAPOT TEKST: WOUT BARKMAN FOTO: WIM RIEMENS aardappelen smaakten plotseling melig. Er kwam heel erg snel een actie op gang. Kopstukken uit de weg- en waterbouwwe reld staken de koppen bij elkaar en von den dat het ZTI gered moest worden. De politieke partijen waren het er allemaal over eens. er moest geld komen om het ZTI voor Zeeland :e behouden. Maar al snel bleek dat een echte directeur tiendui zenden guldens zou vrager, voor een be trekking bij bet instituut. De provincie en het rijk waren plotseling me: meer zo happig op de school van Van der Hooft en dat betekende het einde. Van der Hooit stopt ermee en daar helpt geen actie, zelfs onder leiding van Willem Duys of Mies Bouwman meer aan. „Ik denk er maar liever niet zo bij na, want dan zou :k weieens te veel kunnen De westerse wereld gaat langzamerhand aan zichzelf kapot, vindt Willem van der Hooft. Hij heeft er weinig fantasie voor nodig om allerlei voorbeelden te geven van het verval. ..Rome is op een bepaald moment ook kapotgegaan aan zijn cultuur. Prostituees hebben we hier al bij tiental len de schandknapen zullen ook wc! niet lang meer op zich laten wachten." Hij heeft een hele studie gemaakt van het ontstaan en de ontwikfceilnc van de mensheid. Alle boeken van de vermaar de Utrechtse professor Van Moerkerk over de 'Geschiedenis der Menshied' heeft hij in zijn fotografisch geheugen opgenomen. „Als ik ergens een probleem zie. ga ik er van alles over .ezen. om me op die manier zelf een oordeel te kunnen vormen. Als ik me ergens voor interesseer, rust ik niet voordat ik er alles van af weet. Ik heb een doel voor ogen en dat wil ik kost wat kost bereiken. Daarin ben ik zeer rechtlij nig En zo kwan het dat Van der Hooft weliswaar een gezin stichtte (met twee dochters), maar eigenlijk een huwelijk aanging met het ZTI Het gaat zeker wel ten koste van m'n naasten, maar Ja..." We bekijken rijn atelier. Op de ezel staat rijn jongste schilderwerk. Met veel blauw ;s rijn zeilschip de "Anna-Marie" op het doek gezet. Vender hangen er wat coekeo met daarop fruitschalen, een boerderij en een knotwilg. Ieder doek roept een sfeer van stilte en eenzaamheid op. Het past bij Van der Hooft, als je die levensloopbaan er op naslaat „Ik heb altijd alleen gestaan. In bet to neelstuk "Brand" van Ibsen komt een dok ter voor. die ontdekt dat het water van de hadplaats niet goed is. Die man zegt dat. maar als straf wordt hij door de bevol king in de hoek geschopt. Dan zegt hij tegen zijn vrouw: „De sterkste man is hij die alleen staat..." Als ik voel rlat lx doodga, stap ik misschien op m'n schip en vaar weg. Dan zien ze me nooit meer terug

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1974 | | pagina 29