11950
Vroeger waren er geen bejaarden
Oud wordt bejaard
Het taalgebruik in de na-oorlogse jaren verandert Vroeger sprak men over .ouden
van dagen', een begrip waarin een haast bijbels respect voor de ouderdom doorklonk
In een tijd echter, waarin steeds snellere aanpassingen worden vereist gaat men de
ouderdom anders bekijken. Het woord .oud" wordt impopulair, het zou teveel kunnen
wijzen op een soort onaangepastheid en dat wil men kennelijk vermijden, want
geestelijke soeplesse staat hoog genoteerd. Zo komt de uitdrukking .bejaarde" in zwang,
een uitdrukking waarvan het gebruik tevens duidt op een nieuwe instelling van de
maatschappij jegens diegenen die niet meer in het arbeidsproces zijn opgenomen
In de medische wereld wordt dat eveneens duidelijk: de gerontologie ontstaat als
eigen tak ven de medische wetenschap. In Zeeland is men zich van zijn verant
woordelijkheden voor de ouderwordende mens scherp bewust geworden in deze jaren
de bejaardenzorg komt snel op gang
Rusthuis „Ter Hooge"
officieel geopend
Blijde dag voor Stichting Rusthuizen
Walcheren
werd
Hoewel Zeeland de laatste jaren vestigingsoverschot
ten kon noteren is het nog steeds een provincie met
naar verhouding veel bejaarden. Met name in de vijf
tiger jaren en ook nog in hef begin van de zestiger
jaren verlieten veel jonge mensen de provincie om
elders emplooi te zoeken. De oorzaken zijn bekend.
De mechanisatie in de landbouw deed veel arbeids
plaatsen verdwijnen, terwijl er aanvankelijk jn andere
sectoren nauwelijks nieuwe arbeidsplaatsen bijkwamen.
Tel daarbij op, aat geleidelijk aan steeds meer jonge
mensen voortgezet onderwijs gingen volgen en het
beeld wordt duidelijk. Per 1 januari 1969 waren er in
Zeeland 39.622 mensen 65 jaar en ouder. Uit de ruim
twee jarer geleden verschenen nota 'Bejaardenzorg
in Zeelan van t nt provinciaal opbouworgaan Stich
ting Zee' d bli dat in verhouding tot de gehele
bevolking Zeelü; van alle provincies het hoogste
percentac bejc den bezit. Per 1 januari 1969 was
dat percentage 13,1 terwijl het landelijk percentage
toen 10 was. Anders gezegd: hef aantal bejaarden
in Zeeland is naar verhouding eenderde hoger dan het
landelijk gemiddelde. Hoewel het percentage bejaar
den per gebied in Zeeland sterk uiteen loopt, is het
overal boven het landelijk gemiddelde. De hoogste
percentages bejaarden zijn te vinden in gebieden, die
vrijwel geheel van de landbouw afhankelijk zijn:
West Zeeuwsch-Vlaanderen en Schouwen-Duiveland;
Tholen en Sint Philipsland en de Bevelanden komen
op de derde en vierde plaats, terwijl de meest geïndu
strialiseerde gebieden Oost Zeeuwsch-Vlaanderen en
Walcheren naar verhouding de minste bejaarden
tellen. In de eerder genoemde nota van de Stichting
Zeeland wordt het aantal bejaarden in 1980 geraamd
op 44.800. In diezelfde nota wordt er op gewezen, dat
de gemiddelde levenskans van de 65-jarigen nog
voortdurend toeneemt door verbetering van de leef
omstandigheden en de medische wetenschap. Een
65-jarige man in 1910-1920'had gemiddeld nog twaalf
jaar te leven, terwijl een vrouw van die leeftijd toen
nog een gemiddelde levenskans had van nog een half
joar méér. In het begin van de zestiger jaren waren
de levenskansen voor 65-jarigen aanzienlijk vergroot
Voor mannen veertien jaar en voor vrouwen zestien
jaar. Voor de tweede oorlog was het woord 'bejaarde'
bij de meeste mensen onbekend. Betrekkelijk weinig
mensen hadden pensioenrechten en dus zat er vaak
niet anders op dan maar te blijven werken tot dat vol
strekt onmogelijk was. De bejaarden werden eigenlijk
pas in de loop van de vijftiger jaren een bijzondere
categorie van de bevolking. Een categorie, die steeds
meer aandacht krijgt. Dat proces is eigenlijk pas goed
op gang gekomen na het in vVerking treden van de
noodwet-Drees. In steeds sneller tempo werden ook in
Zeeland bejaardentehuizen ingericht. Een van de ak-
tiefste organisaties op dit gebied was wel de pro
testantse Stichting Rusthuizen Walcheren. De ontwikke
ling van deze stichting, die op 24 mei 1959 het aan de
Koudekerkseweg bij Middelburg gelegen buitengoed
'Ter Hooghe' als rusthuis in gebruik nam, is kenmer
kend voor de ontwikkeling van de bejaardenzorg in
Zeeland._ Thans bestaat de Stichting Rusthuizen Wal
cheren niet meer. Het is geworden: Stichting Verpleeg-
en Rusthuizen Zeeland. Niet alleen is net gebied,
waarin deze stichting werkt groter geworden, maar
ook de basis werd breder. Het predikaat 'proteslants'
past niet meer. Vorig jaar besloot het algemeen be
stuur om vertegenwoordigers van andere kerkgenoot
schappen op basis van gelijkwaardigheid op te nemen.
Waf voor de bejaarden wellicht het belangrijkste is
betreft de manier van werken. In 1950 nog gold, dot
een rusthuis zo'n beetje hef neusje van de zalm was
op hef gebied van bejaardenzorg. Achteraf bekeken is
de stichting van rusthuizen in een landelijke omgeving
buiten de bebouwde kom niet in overeenstemming
gebleken met de behoeften van 'de' bejaarden. De
Stichting Verpleeg- en Rusthuizen Zeeland heeft de
laatste jaren aan ook krachtig gewerkt aan een zekere
variatie, afgestemd op de behoeften van groepen
bejaarden. Immers, hef oordeel over de mensen, die
bejaard heten, is in de afgelopen twintig jaar drastisch
veranderd. Steeds meer is de gedachte veld gaan win
nen, dat ook een bejaarde een volwaardig lid van de
samenleving is en niet slechts iemand, die tussen
pensionering en sterven onderdak en verzorging moei
hebben. Toch zou de huidige ontwikkeling onmogelijk
zijn geweest zonder de initiatieven, die onder meer
leidden tot de inrichting van 'Ter Hooghe' als rusthuis.
In feite betekenden die initiatieven een doorbreking
van de situatie, die bejaarden geen enkele mogelijk
heid bood zichzelf te zijn. Burgerlijke armbesturen
en kerkelijke diaconieën hadden ook al lang voor de
oorlog hier en daar rusthuizen gecreëerd. Maar met
name in de kleinere leefgemeenschappen werd het
toentertijd als een schande ervaren om daarvan ge
bruik te maken. Normaal was, dat men, als men af
hankelijk werd van de hulp van anderen, introk bij
een van de kinderen, ledereen vond dot normaal. Er
werd verder niet gesproken over de druk, die daarmee
op gezinnen werd gelegd of op de betutteling, die de
inwonenden hadden te verduren. Met de komst van
meer rusthuizen kregen ook meer bejaarden de kans
om gedurende een aantal jaren min of meer hun eigen
leven te leiden. Het zou tot het begin van de zestiger
jaren duren voor op brede schaal aandacht kwam
voor andere bejaardenvoorzieningen. Tot die tijd vond
men in rusthuizen mensen bijeen met geheel uiteen
lopende mogelijkheden. Omdat veel rusthuizen met
wachtlijsten werkten sporadisch gebeurt dat nog
wel vond men er bejaarden, die nog zeer vitaal
waren en eigenlijk nog zeer goed in staat waren zelf
standig te wonen. Die namen dan vaak de plaats in
van mensen, die veel meer de verzorging van een rust
huis nodig hadden, maar toevallig wat lager op de
wachtlijst stonden. Bovendien waren de rusthuizen
niet ingesteld op de verpleging van chronisch ziek
geworden bejaarden. Opgepord door het initiatief
van particulieren is de overheid zich steeds meer met
de bejaordenzorg gaan bemoeien. Zowel bij particu
lieren als bij de overheid gaat men er steeds meer van
uit, dat mensen zo lang mogelijk in staat moeten wor
den gesteld de persoonlijke zelfstandigheid te bewa
ren. Het is nog lang niet volmaakt allemaal. In de
bejaardenzorg wordt nog steeds te veel langs elkaar
heen gewerkt en zijn veel aktiviteiten al te incidenteel
van aard. Steeds weer blijkt het van toevallige aktivi
teiten af te hangen of een bepaald stuk dienstver
lening ook een vervolg krijgt. Hoe wordt een bejaarde
opgevangen, die weliswaar genezen, maar toch van
hulp afhankelijk, uit het ziekenhuis terug naar huis
gaat? Wie stelt vast wanneer een bejaarde inderdaad
niet meer zelfstandig kan wonen? En moet die be
jaarde dan naar een bejaardentehuis of kan men nog
wel in een bejaardenwoning? Na lange jaren van
discussie lijkt dan ook in Zeeland een gesloten circuit
van voorzieningen voor bfejaarden van de grond te
kunnen komen. Hierbij krijgen zogeheten sociaal-ge
riatrische diensten een voorzorgs- en doorsfrornings-
funcfie. Bij het bestaan van een dergelijke dienst zul
len de verschillende instellingen, die beïaardenwonin-
gen, verzorgingstehuizen en verpleegtehuizen exploi
teren, een deel van hun autonomie moeten prijsgeven.
Binnen een gesloten circuit moet het mogelijk zijn de
bejaarden daar een plaats te geven, wacr zij op arond
van medisch 'en sociale indicatie het meest recht op
kunnen doen gelden. Steeds meer aandacht krijgt het
aspect van de zelfstandigheid van de bejaorden. In
verschillende plaatsen in Zeeland bestoan al sinds
vele jaren organisaties die meerdere keren per week
aan bejaarden warme maaltijden verschaffen. In som
mige gevallen zijn dat professioneel werkende organi
ses, zoals bijvoorbeeld in Vlissingen, waar op drie
plaatsen in de gemeente dienstencentra voor bejoar-
den zijn. Via deze dienstencentra kunnen bejaorden
ook andere dienstverleningen ontvangen. Zo zijn een
aantal complexen bejaardenwoningen toegerust met
alarmtelefoons, die verbinding geven met een dien
stencentrum. Huishoudelijke hulp is vaak een brandend
probleem. Deze wordt gegeven via de instellingen
voor gezinshulp. Maar oangezien deze instellingen
ten gevolge von een van regeringswege ingestelde
personeelsstop en vorig jaar zelfs een vccciurestop
sterk onderbezet zijn, is de toch al te beperkte moge
lijkheid van huishoudelijke hulp nog verkleind. Be-
jaardensociëfeifen zijn in praktisch olie plaatsen te
vinden. In een groot oantol gevcllen dateren deze
instellingen, die vaak dagelijks zijn geopend, uit de
vijftiger jaren. De bejaordenbonden hebben er veel
toe bijgedragen, dat deze sociëteiten van de grond
kwamen (en bleven!). De Nederlandse Bond van Be-
joarden doet meer don alleen aan gezelligheid in
sociëteifsverband. Opmerkelijk zijn met name de akti
viteiten van deze bond op net gebied van her 'om-
budswerk'. In tal van plaatsen proberen hiermee
bejaarden hun leeftijdgenoten met raad en daad bij
te staan, vooral als hef gaat om uitkeringen via-de
gemeentelijke sociale diensten of van pensioenfondsen
en dergelijke. De bejaardenbonden zijn ook in tal van
commissies en werkgroepen voor open bejaardenwerk
vertegenwoordigd. Ondanks de hierboven genoemde
participatie van de bejaardenbonden is hun inbreng
in het totaal van het bejaardenwerk veel kleiner dan
deze zou kunnen zijn; Alles wijst er echter op, dat de
betrokkenen zelf steeds meer zeggenschop zullen krij
gen over het beleid, dof voor hen wordt gevoerd.
Initiatieven zoals het adviseren bij aanvrogen bij so
ciale diensten zijn een begin. Evenals de bewoners
commissies, zoals die in sommige bejaardentehuizen
bestaan, en waarvan er geleidelijk meer komen.
o-cm
15 moorti
Opening von het nieuwe gebouwen
complex van de Coöperotieve
Veilingsvereniging Walcheren aan de
Nieuwe Vlissingseweg te Middelburg
8 april:
Vergunning voor deb cuw van een
protestants ziekenhuis in Terneuzen
1 mei:
De veerboot 'Prins Bernhord',
in 1939 door 'De Schelde' op siape!
gezet, wordt officieel overgedragen
aan de Provinciale Stoomboofdiensien
in Zeeland
24 mei:
Burgemeester A. H. S. Stemerding
van Oost- en West Souburg opent als
voorzitter van de Stichting Rusthuizen
Walcheren het rusthuis Ter Hooghe
bij Middelburg
1 juni:
Start van de inning von veergeld op
de Westerschelde
25 juli:
Opening van hef nieuwe polderhu's
te Oostburg van het waterschap
'Het Vrije van Sluis'
19 augustus:
Het stadhuis in Middelburg wordt
officieel geopend
21 december:
Het waterschap 'Polder Walcheren'
betrekt zijn nieuwe .polderhuis
in Middelburg
Foto: Kef slof Ter Hooghe
Wim Riemens
provinciale
zeeuwse
courant
bijlage t.g.v. ingebruikneming
64 zijdige rotatiepers
vrijdag 6 april 1973
W