ER IS GEEN WEG OF DIJKJE IN MIDDEN- ZEELAND OF TONNIE HENDRIKSE KENT HET HENK DE MOET: OLYMPIA'S RONDE FUNEST VOOR DE RONDE VAN MIDDEN-ZEELAND via stichting contact sponsor karavaanleider van de ronde van midden-zeeland kan onverhoopte omleidingen gemakkelijk en snel aangeven secretaris overkleeft: slecht weer 'drijft' ploegen weg boosdoener rigoureus PRODUCTIELEIDER PRAAT VOOR BEPAALD AANTAL EVENEMENTEN „Voordat ik een parcours uitzet heb ik het al in mijn hoofd" Veel gevaarlijker Niet veel hij Dertig kaarten Variëteiten EMM-successen JONDEHDAG 1 JUNI 15172 EXTRA PAGINA RONDS VAN MIDDEN-ZEELAND PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 19 GOES Henk de Moet, de 46-jarige ambtenaar van de Be scherming Bevolking in Goes met de functie van algemeen sectorcommandant en de portefeuille van BB-oefeningen, is niet alleen voorzitter van het comité Ronde van Midden- Zeeland, maar hij is ook produktieman. Voorzitter van het comité wil de oud-infanterist wel graag blijven, maar die produktie wil hij kwijt, als het maar even kan. „De produk- tieleider", aldus Henk de Moet, „verzorgt de contacten met de sponsors. En dat moet eigenlijk een figuur zijn, liefst een vertegenwoordiger, die via zijn werk op pad kan zijn om con tracten te sluiten." Hij voegt er aan toe: „En dat laatste nu, kan ik net niet. Ik ben teveel aan het BB-rayon gebon den om hele dagen de pad op te kunnen gaan. de zaak rond en de sponsor Is van alle gesoebat al". „Maar", vervolgt voorzitter De Moet, „de meeste organisatoren van evenementen willen er niet aan. Ze zijn te bang, dal ze geen baas in eigen huis blijven. En dat komt eigenlijk omdat ze wild enthousiast zijn voor de organisa tie van het spul. maar geen in zicht hebben in de financiële bu siness. Ze willen in hur. bepaalde stramien blijven doorotteren", merkt Henk de Moet op, daarbij zijn Gelderse afkomst (Velp) blootgevend. „Ik doe graag crganisatiewark", zegt Henk de Moet tijdens het gesprek. ..Improviseren en organi seren. stilzitten kan ik amper". Zijn huidige BB-werkzaamheden brengen dat wel mee, evenals zijn militaire achtergrond. Amper 13 jaar trad de jonge Henk de Moet in dienst bij de Arnhemse hulppolitie, die in de door de oorlogshandelingen geteisterde Gelderse hoofdstad plunderingen moest voorkomen. Vervolgens werkte De Moet anderhalf jaar bij de bom- en mijnopruimings- dienst, waarbij hij de Walcherse kust („Daar lagen er ontzettend veel') en het vliegveld Woens- drech: van mijnen vrijmaakte. Over dit werk zegt hij: ..Er was sen enorm risico aan verbonden, maar als je die spullen maar wantrouwde kon je niets gebeu ren". Als OVW'er (oorlogsvrijwil- .ïger) diende Henk de Moet tot oktober 1949 als sergeant in In- die (waar hij een granaatscherf door zijn scheenbeen kreeg, over igens zonder dat hij voor de militaire dienst werd afgekeurd) tenslotte (na een beroepsoplei ding) zijn militaire loopbaan in 1957 (eervol) af te sluiten aan de kaderschool infanterie in Den Bosch, waaraan hij zes jaar een opmerkelijk kundig instructeur was. Het brede scala van werkzaamhe den bij de infanterie vond Henk de Moet bij de BB terug. Hij houdt zich bezig met coachen, begeleiden en instructeursoplei dingen van de reddings-, de ge neeskundige en de ABC-dienst. „Ik zit hier in Goes eigenlijk In mijn oude vak", oordeelt de co- mitcvoorzitter van de Midden- Zeeuwse ronde. Aan het slot van hei gesprek hamert hij nog eens op de pro duktie van zo'n ronde, één van de moeilijkste taken. „Bij de spon sors moet je de middelen loswe ken om gezond te kunnen draai en met zo'n wielerspektakel". Henk de Moet wil eerlijk beken nen. dat je in het wiclcr-produk- tdevak wel eens blind wordt. „Vooral in de levensmiddelen branche heersen soms heel ande re gedachten daarover en dat kan de wielersport vaak ten goede komen", aldus De Moet, die na Ad Verhulst. Piet van Hese. en Jan Van Stee de vierde voorzitter van het comité Ronde van Mid den-Zeeland as er. da: voorlopig stellig nog wel een tijdje zal blijven. MIDDELBURG Maak Tonnie Hendrikse uit Middelburg 's nachts midden in zijn diepste slaap wakker en hij zal desgevraagd zonder mankeren de route van de Ronde van Midden-Zeeland (met zijwegen) afratelen. Want deze 33- jarige assistent-administrateur bij de stedelijke scholenge meenschap (met 900 leerlingen) in Middelburg kent, dank zij een ronde-ervaring van tien jaar, alle wegen, wegjes, dijk jes en paadjes in Midden-Zeeland als zijn broekzak. Er kan dan ook eigenlijk morgen (vrijdag) en zaterdag niets op het traject gebeuren (een ingezakte dijk of een toch nog plotseling opgebroken of geteerde weg) want Tonnie Hendrikse kan snel een beslissing nemen voor een omleidingsroute. „Nu na al die jaren weet je meteen waar de provincialewegen en binnen wegen op uitkomen en kun je direct aansluitingsroutes vinden als er iets misgaat", verzekert de Middelburgse karavaanleider (de man in de Ronde van Midden-Zeeland, die het parcours uitzet, de vergunningen be handelt, voor de auto's voor jury en pers zorgt enz.) die voor de wie- lercomites van Inter-Scaldis (inmiddels opgeheven) Zuid-Beveland en Walcheren vaak op verzoek routes uitgezet heeft. Hendrikse: „Voordat Ik in dergelijke gevallen aan het uitzetten van het parcours begin heb Ik de route al in m'n hoofd." _heid met de midden-Zeeuw se wegen en wegjes, vooral in de zak van Zuid-Beveland kronkelend als bij na nergens ter wereld, heeft Tonnie Hendrikse juist voor deze dertiende ronde veel gemak opgeleverd. Want volgens de nieuwe richtlijnen wegwed strijden 1971 van de provincie Zee land moest de rondekaravaan op grond van de verkeersveiligheid name lijk het grootste deel van de voorheen benutte provinciale wegen mijden. Tot aan deze ronde', zo verduidelijkt Tonnie Hendrikse, „benutten we onge veer 70 procent provinciale wegen in de route. Dat is nu door die nieuwe maatregelen van de provincie terugge lopen tot een percentage van 10, zo dat ik voor 60 procent vroeger ge bruikte wegen alternatieven moest zoeken". Dat impliceerde vooral een grondige wijziging van het traject over Walcheren, waar de ronde voor heen via de provinciale wegen van Vlissingen naar Westkapelle, Domburg en Serooskerke gedirigeerd werd. Hendrikse- .Dat hele noordelijke stuk van Walcheren is er uitgevallen. In olaats V3n een hele lus over dit eiland "moest ik terugvallen tot een halve lus binnendoor, via Valkenisse naar Big- gekerke. Die verloren ruimte van on geveer 15 kilometer moest ik terug vinden in de zak van Zuid-Beveland, waar het traject nu een soort S- s'i^er volgt, die bovendien nog extra dometeis lang is omdat de ronde als gebed ianger is dan de vorige jaren". We varen meestal rond 160 km lang (met uilzondering van één van de eerste ronden, die ongeveer 240 kilo meter mat) maar Tonnie Hendrikse beeft JOVWU-coach Joop Middelink ge mard or Iiij de dertiende ronde van Midden-Zeeland kon uitbreiden tot rond 190 Ion. Hendrikse licht toe: „Dat heb ik gedaan om de renners voor ie bereiden op de buitenlandse wedstrijden, die meestal 200 tot 220 kilometer lang zijn. De heer Midde link, die vorig jaar de Ronde van Midden-Zeeland volgde, ging akkoord met dit plan, zodat ik nu een par- tours van 195 in elkaar gezet heb". Overigens is dat wegvallen van de provinciale wegen volgens Tonnie Hendrikse de verkeersveiligheid be slist niet. ten goede gekomen. „Vroeger at je op die wegen, maar nu moet je er steeds op om er noodgedwongen sen eindje gebruik van te maken en dat is veel gevaarlijker voor het nor male verkeer". Dat geldt onder meer voor de Sloeweg, waar dd renersmeu- te onder Ritthem even op en af moet. „We hebben", aldus het relaas van karavaanleider Hendrikse, „daar bo vendien nog een voor de renners zeker niet gemakkelijke opgaaf, maar voor het verkeer veiliger mogelijkheid geschapen om de achter het peloton rijdende automobilisten even een paar minuten de gelegenheid te geven onge hinderd hun weg voort te zetten". Het is overigens niet voor de eerste maal, dat de verkeersveiligheid op de Zeeuwse provinciale wegen optimaal verzorgd wordt. Want ook voorheen was net bij gebruik van de provincia le wegen een eerste vereiste om zo weinig mogelijk linksaf te slaan met de rondekaravaan om het tegemoetko mende verkeer niet te hinderen. Kara vaanleider I-Iendrikse heeft er overi gens alle begrip voor. dat door de steeds toenemende 'vakantiedrukte de verkeersveiligheid op de provinciale wegen (en trouwens ook op de ande re wegen) voorop moet staan. Via een 15 kilomeier kleinere route op Walcheren en circa 35 kilometer er bij in de Zuïdbevelandse zak en nog wat extra kilometers op andere tra jecten heeft Tonnie Hendrikse de 195 km voor de 13e Ronde van Midden- Zeeland bereikt. „Veel meer kan er overigens niet bij, anders ga je wegen kruisen en dat is niet de bedoeling", hebt de Middelburgse karavaanlcider nog toe. Slechts een maand of vijf heeft Hen- onkse geen bemoeienis met de Mid- aemeeuwse ronde. „Normaal begin ik in oktober, dus zo'n zeven maanden van tevoren, met de voorbereidingen, zo omstreeks de bietentijd", voegt hij er veelbetekend aan toe. Ongeveer zes weken van tevoren is Hendrikse ge reed met de globale route. Die kan nog tot enkele dagen voor de ronde veranderen. „Er worden soms straat namen veranderd, in Veere werden tot kort voor de wedstrijd naambord jes weggehaald, ergens anders is een weg opgebroken, dan weer een stuk zojuist opnieuw geasfalteerd of zelfs buiten gebruik voor enkele dagen of wekenlaat Hendrikse weten. Ve definitieve route gereden wel rin?r moet Tonnie Hendrikse routekaarten opnieuw teke- "et eerste plan gaat, na overleg met Zeeuws sportcommissielid Arjaan de Schipper over speciale eisen van de KNWU en na toestemming ge vraagd te hebben aan de burgemees ters van de gemeenten waar de ronde doorkomt, naar de politie, die voor treffelijk samenwerkt met de kara vaanleider. Deze zegt: „Het mooiste van de ronde vind ik de samenwerking met de politie. Als je je aan haar aanwijzin gen houdt gaat het zonder meer op rolletjes. Meestal gaat de gemeente en de rijkspolitie slechts na of er aan mijn wensen voldaan kan worden en zo niet, dan heeft men er wel gegronde redenen voor". Er komt een fors deel van het Zeeuw se politieapparaat in het geweer om de rondekaravaan veilig langs alle moeilijke punten in de route te lood sen. De stedelijke korpsen van Goes, Middelburg en Vlissingen zijn die dag zelfs op volle sterkte met reservisten in de weer en de Walcherse stedelijke korpsen assisteren elkaar bovendien. Van de poütie-autoriteiten weet Ton nie Hendrikse. dat het begeleiden van de ronde steeds zwaarder voor de Hermandad zal worden. De volledige politiesterkte in het gebied van de ronde zal in de toekomst beschikbaar moeten zijn om een veilige en vlotte doorkomst te garanderen. Tonnie Hendrikse zoekt zoveel moge lijk naar een veilige route: „Je moet in ieder geval een route zoeken, waar het leven van de renners niet in gevaar komt. Ik heb het in de Ronde van Zuid-Holland meegemaakt, dat de renners over een tramrails gestuurd werden. Zoiets zal hier niet voorko men". Drie dagen voor de ronde krijgt Hen drikse gewoonlijk de vergunningen voor de route binnen en dan is het nog even druk werk om de tijdsche ma's te versturen. „Op de minuut af heb ik drie schema's meestal rondge- kregen", kan Tonnie met gepaste trots beweren. „In één minuut rijden de renners gemiddeld 800 meter, dat is 48 kilometer per uur, op moeilijke gedeelten niet meer dan 35 kilometer, maar op de Veerse Gatdam bijvoor beeld met de wind in de rug worden soms wel onvoorstelbare snelheden bereikt van tegen de 70 kilometer. Daar worden clan ook meestal de beslissingen in de ronde geforceerd, omdat daar de 120 kilometer wordt bereikt, een afstand die meestal gere den wordt, terwijl op dat moment de besten hun reserves in de strijd wer pen". Slechts één keer is de meute geduren de de jaren, dat Tonnie Hendrikse zich met de karavaanleiding bemoeit, een kwartier te vroeg geweest, maar die voorsprong werd later weer teniet gedaan. Vanzelfsprekend moet Hendrikse steeds, naar variëteiten zoeken. Het zou gèmakkelijk zijn om een directe weg van bijvoorbeeld Goes naar Vlis singen te kiezen, maar dan kwam de rennersmeute compact in de Schelae- stad aan. Dit jaar heeft de karavaanleider met de gewijzigde situaties op Walcheren en in de Zak van Zuïd-Beveland al ruimschoots variëteiten in de route verwerkt en voor volgend jaar heeft hij alweer enkele nieuwigheden op het oog. ..Ik ben van plan een deel van de Bevelandse Zakwegen weg te laten om dan een nieuw stuk route door De Piet te vinden als ik maar boven de spoorlijn kan blijven. Dit jaar heb ik, dacht ik, een mooi stuk natuurgebied in de route betrokken, namelijk de Phoenixweg langs de Noordbevelandse kant van het Veerse Meer in de omgeving van Kamperland". Tonnie Hendrikse vindt niet, dat de route er moeilijker op geworden is in vergelijking met vorige ronden. De zeedijk bij Westkapelle is er niet meer om een schifting te veroorzaken en het altijd lastige vervolg naar Domburg mist hij ook. „Het komt nu nog veel meer aan op de behendigheid van de renners, van wie v.ooral in Zuid-Beveland met z'n dijkjes af en op met onmiddellijk scherpe bochten er op volgend stuurmanskunst ge vraagd wordt", meent Hendrikse. Zoals gezegd: de karavaanleider van de ronde 'doet' dit spektakelstuk voor de tiende maal. Hij begon als chauf feur bij de algemene dienst, er via Lex de Koning bijgehaald, hij verzorg de een jaar het premiesprintklasse- ment en tufte een jaar op de scooter mee als assistent-karavaanleider van Piet van Hese uit Middelburg. Toen Van Hese rond zes jaar terug bij de gemeente Middelburg in dienst trad. nam Tonnie Hendrikse zijn taak als karavaanleider over. Hij doet dat nu nog steeds zonder assistent, maar door zijn enorme ervaring en routine voelt hij dat niet als een groot be zwaar. Op de racefiets heeft Tonnie nooit plaatsgenomen. Van sportorigine is hij handballer, bij EMM. Vanaf 1965 begeleidde hij ae meisjesjunioren van de Middelburgse ploeg, die onder zijn bekwame leiding in 1968 na zuidelijk districtskampioen te zijn geworden tweede werden in de strijd om de nationale juniorentitel! PROBLEEM van de (zater)dag voor karavaanleider Tonnie Hendrikse is: zorgen, dat de renners hem blijven volgen! Een enorm probleem is het overigens niet: in vrijwel alle gevallen is het uitstekend gelukt. Slechts één maal kwam Tonnie in de ronde een groep Engelse renners tégen: ze wa ren de verkeerde weg ingeslagen en werden dus noodgedwongen uit de ronde genomen. Voor Tonnie Hendrik se zijn de-problemen er na zijn werk als rondeman bij de technische dienst in Middelburg plus daarbij meerdaag se wedstrijden en de publiciteitskara- vaan beslist eenvoudiger op geworden. Niettemin blijrt voor hem een grote verantwoordelijkheid voor een goede en veilige route, een verantwoording, die hij echter dankzij zijn enorme ervaring, opgebouwd in tien ronden Midden-Zeeland, makkelijk op zich kan nemen. MIDDELBURG De moeilijk heden, waarmee de organisato ren van (vooral) de dertiende Ronde van Midden-Zeeland ge confronteerd worden, dan wel de grootste zorgen van Kees Overkleeft uit Middelburg lopen als rode draden door het relaas van de bijna 48-jarige secretaris van het ronde-comité. Over- kleefts problemen zijn in feite terug te voeren tot het ditmaal wel erg gedund rennersveld (zorg I), het vooral dit jaar ont zettend slechte weer tijdens vrij wel elke wielerkoers, die er tot nu toe in Nederland gereden is en waardoor het enthousiasme bij vele volgers en zelfs bij een fiks aantal renners langzamer hand tot een minimum is losge weekt (zorg II) en de overdaad aan grote wielerevenementen vlak voor de Midden-Zeeuwse ronde (zorg III). De grootste zorg voor Overkleeft en de andere organisatoren van de Ronde van Midden-Zeeland is eigenlijk, dat ze er zo bitter weinig tegen kunnen doen. De comité-secretaris was vorige week zaterdag nog naar Limburg ge togen om te proberen tijdens de ron de in deze zuidelijkste provincie het rennersveld voor de Midden-Zeeuwse ronde, dat toen dertien ploegen groot was (normaal kunnen er 22 ploegen tot de klassiekers, dat is 132 renners, toegelaten worden) wat op te vijze len. „De stemming daar bij de volgers was", volgens Overkleeft. „verschrik kelijk". Hij vervolgt: „De lust is er gewoon uit. De ene na de andere koers krijgen de rondekaravanen te maken met ontzettend nat en koud De grootste boosdoener is echter Glympia's Ronde door Nederland, zo meent Kees Overkleeft. „Wie daar achter zit met zijn ronde is de pineut. En dat doen wij met Midden-Zeeland. Bovendien hebben we nog enkele an dere klassiekers voor ons, de Omloop van de Kempen en de Ronde van Liburg". De comitésecretaris meent dan ook: „Als we naar een echt geanimeerd rennersveld toe willen moeten we toch van onze datum be gin juni af". Maar Kees Overkleeft is realist ge noeg om te bekennen dat dit idee niet zo maar verwezenlijkt kan worden. ..Alle organisatoren van wielerevene menten zijn gewend aan him eigen datum, wij immers ook. En welke datum moeten we anders kiezen? Aan het begin van het seizoen hoef je een ronde niet vast te stellen, want dan komt er geen hond naar kijken, en over een nieuwe datum helemaal ach terin in het seizoen zijn de meningen ook nog al verdeeld". Om er dan resoluut op te laten vol gen: „Maar als ze niet willen komen, dan moet het maar niet. Ik ga niet voor bedelaar spelen. Overigens moet ik er wel bij zeggen, dat we een stel goede ploegen met een aantal sterke renners hebben". Op onze vraag of het per se nodig is om met zo'n stuk o£ twintig ploegen aan de start te komen nu er van steeds smallere wegen gebruik moet worden gemaakt (immers, dit jaar moet de Ronde van Midden-Zeeland 60 van 70 procent provinciale wegen net waarover de route voorheen ging. missen moet Kees Overkleeft dan ook bekennen: „Het is hier in Zeeland inderdaad heel lastig geworden wat betreft de wegen. Ik heb elders infor maties over de verkeerssituatie inge wonnen en op meerdere plaateen wordt- het wel moeilijker zonder dat er echter overwegende bezwaren van de kant van de politie zijn. Maar ik dacht, dat de betreffende autoriteiten de zaken in Zeeland wat rigoureus aangepakt hebben, waar door weekeindwedstrijden voor onder meer wielren-, motor- en autosport in de periode van 15 april tot 15 septem ber hoegenaamd onmogelijk gemaakt worden". Comitésecretaris Overkleeft heeft nu zijn hoop gevestigd op de regeling, waarbij iedere sponsor van te voren opgeeft aan welke vijf ritten hij zal deelnemen, daarbij ƒ500 neertelt bij de KNWU (wielerunie) die dan bij ontvangst van de inschrijfformulieren 100 per ploeg overmaakt aan het betreffende comité. Kees Overkleeft filosofeert optimis tisch: „Het zou zo moeten zijn, dat we in januari met de 27 of 28 spon sors. die er zijn, rond de tafel gaan zitten en dan de verdeling van de ploegen gaan coördineren. Overigens is de comitësecretaris er wel van overtuigd, dat aan dat laatste de nodi ge haken en ogen vastzitten. Mogelijk kan in dit verband ook het bestuur van de 'organisatoren grote wedstrijden', waarvan Overkleeft ook al secretaris is (voorzitter Henk de Moet: „de man neemt wel eens te veel liooi op de vork") enige uitkomst bieden. Deze organisatie is, zo licht Kees Overkleeft toe, hoofdzakelijk op gericht om een beter contact tussen de KNWU-sportcommissie en de ama teursponsors te bewerkstelligen". Het kwam vorig jaar nog niet helemaal uit de bus. maar we hebben er pretti ge contacten mee, verzekert Over kleeft. Het is overigens niet de eerste maal, dat de comitësecretaris achter ren ners aan moet: vaker stapte hij in de auto om te trachten het veld te vergroten. Kees Overkleeft is nog een van die figuren voor wie het autorij den ontspanning betekentAls dat niet meer zo was, als het dwang zou betekenen, dan mogen ze mijn rijbe wijs direct afnemen", verzekert liij. Genudaeld rijdt Overkleeft zo'n 70.000 tot 75.000 kilometer per jaar. Daarbij bevinden zich er er al 45.000 Ion. op Walcheren: als Overkleeft niet in zijn zaak (café De Geere in de Langeviele te Middelburg) te vinden is, dan ver zorgt hij onder andere voor de firma Blanker het vervoer van de kinderen van het dagverblijf van Vijvervreugd en dat vergt elke week zo'n 1.000 kilometer. Om duidelijk te illustreren, dat hij hoegenaamd niet aan sport heeft ge daan (niet heeft kunnen doen na een boofdoperatie op 5-jarige leeftijd, die hem van elke actieve sportbeoefening uitsloot) antwoordt Overkleeft op onze vraag of hij ooit op de racefiets gezeten heeft: „Nooit, man, ik wist niet eens wat het was".... Toen de uit het Westland 's-Gravendeelafkomsti ge comitësecretaris eenmaal in Zee land terechtgekomen was („Ik bleef hier hangen na meegewerkt te hebben aan de bouw van de Olmenlaanscho- len) werd bij meegetroond naar de Antwerpse zesdaagse en zo kwam bij ongeveer acht jaar terug terecht bij het wielercomité Middelburg (later Wal cheren). Na contacten met de Zeeuwse jaar beurs in Goes werd Overkleeft 'ge strikt' voor de Ronde van Midden- Zeeland: via de reclamekaravaan naar het secretariaat. „Het organiseren heeft me altijd aangetrokken", aldus de secretaris, die van oordeel is, dat een dergelijke wielerronde bij de ont wikkeling van Zeeland behoort. „En als je eenmaal in de wielersport zit, dan is dat een chronische ziekte" omschrijft Overkleeft zijn vele doen en laten voor de wielercomités Walche ren en Midden-Zeeland. Kees Overkleeft heeft voor zaterdag één wens: „Ik hoop, dat de sponsors, die niet kwamen opdagen, het zullen betreuren, dat ze niet in Zeeland za ten. Dat het, anders gezegd, goed wielerweer Z3l zijn". Wie hoopt dat niet. na al die verregende criteria en klassiekers... Het ziet er in de verste verte eigenlijk nog niet naar uit, dat het rondecomité spoedig verrijkt zal worden met een produktielei- der. Integendeel: Henk de Moet is allang blij, dat het comité na enkele 'sluimerende' jaren weer enigszins op sterkte is gebracht voor de dertiende Midden-Zeeuw se ronde. In de afgelopen jaren zag het eertijds twaalf man ster ke comité Ronde iMdden-Zeeland zeven tot acht man uit zijn mid den vertrekken, onder wie oud- comitévoorzitter Piet van Hese (die bij de gemeente Middelburg in 'dienst' ging). Arjaan de Schipper (die als sportcommis sielid van de KNWU afscheid van het comité moest nemen). Ben Mulder (die zich als consul niet meer met de organisatie mocht bemoeien) en Wim Jeremiasse (voor wie het als wedstrijdleider helemaal moeilijk was zich aan het comité te blijven binden). Er bleven eigenlijk maar drie comitéleden over (voorzitter Henk de Moet. secretaris Kees Overkleeft en karavaanleider Ton nie Hendrikse) en ze hadden het niet makkelijk: twee jaar terug hadden ze veel te weinig tijd, zodat de ronde geïmproviseerd in elkaar gezet moest worden en vorig jaar dreigde de ronde bij gebrek aan financiën bijna niet door te gaan, maar he: gedunde comité slaagde er toch nog in voldoende sponsors en met name de gemeente Goes .bereid te vin den zodanig bijdragen te fourne ren, dat de twaalfde ronde kon doorgaan. Voor ae dertiende ronde bleven de drie niet alleen: na overleg met Henk Simons, de voorzitter van het comité Walcheren, werd besloten, dat de twee organisaties zouden gaan samenwerken. Voor zitter De Moet: „Ieder bracht de ervaring op zijn eigen terrein mee, terwijl de Walcherse comi téleden zich dit j3ar op de hoog- :e kunnen stellen van onze werk wijze". Hij laat er op volgen „Na de koers zullen we de taken verdelen. Wellicht komt er dan ook de produktieman uit de bus. maar zo niet. dan doe ik dat werk wel weer". Eerdere pogingen om het comité te versterken struikelden meerde re malen op het feit, dat eventue le kandidaten zich niet aanspra kelijk wensten te stellen voor een eventueel verlies, dat een ronde zou kunnen lijden. Henk de Moet: „Dat- hef je natuurlijk op met een stichting. Ook voorheen hebben we het er wel eens over gehad om een overkoepelende or ganisatievorm te kiezen. Dat le vert twee voordelen op: geen hoofdei yke aansprakelijkheid en de proauktieleider kan voor een bepaald aantal evenementen met sponsors gaan praten". Enthousiast gaat Henk de Moet verder: „Nu komt ieder voor zijn eigen koers praten, m3ar als je een stichting bent kun je een contract sluiten voor allemaal en dat is voor iedere sponsor veel gemakkelijker. Een gesprek van, zeg anderhalf, twee uur, maakt

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1972 | | pagina 19