Woningstichting bouwt
dit jaar in Borsele
minstens 110 huizen
1*11
ZELANDICA
In Borssele klagen
de mensen niet meer
15
•atfXsswi-a
asj'-tssrsris
ssflSS-SV
Drees: „Besluit
luchthaven kan
niet eerder"
v»4' K\ldKK"'
--sSKs»
TO^a?Snto''^°lS',tol,asld' dnl
Internationale
conferentie
bij 'De Schelde'
„ONS AUTOPARK ZAL BINNEN
TIEN JAAR VERDUBBELD ZIJN"
Hengel wedstrijd
van Belgisch
Loodswezen
DRIE TALEN
BIJ DE DOKTER
WOENSDAG 26 APRIL 1972
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
IN HEINKENSZAND, 'S-HEERENHOEK EN 'S-GRAVENPOLDER
PLANNEN
BIJNA ROND
BORSSELE De plannen voor
sociale woningbouw in 1972 in
de gemeente Borsele zijn prak
tisch rond. De woningstichting
Borsele gaat dit jaar in ieder
geval bouwen in de kernen Hein-
kenszand, 's-Gravenpolder en
's-Heerenhoek. Voor Heinkens-
zand staan 50 woningwetwonin- j
gen en 20 premie-corporatiewo
ningen op het programma, die
voor het overgrote deel neerge
zet zullen worden in plan 'Wa
tervliet I'. In 's-Heerenhoek zijn
10 woningwetwoningen gepland,
die niet in het pas door gedepu
teerde staten goedgekeurde be
stemmingsplan 'Oost II' komen,
maar in de omgeving van de
Markt, in plan 'Oost I'.
De woningstichting heeft van het con
tingent 1972 dan nog 20 prciniecorpo-
ratiewoningen en vermoedelijk 10 wo
ningwetwoningen te verdelen. Een
aantal zal in 's-Gravenpolder gebouwd
worden, maar dat wordt geen grote
hoeveelheid. Dr. ir. J. Nijman, voorzit
ter v3n de woningstichting: „We voor
zien in 's-Gravenpolder dit jaar geen
groot contingent. Als het bestemings-
plan 'Buitenleven' gereed is en er is
vraag, dan komt volgend jaar de
grote hap in 's-Gravenpolder*. Over de
plaats naar de rest van de huizen
komen, moet nog beslist worden.
Bij de keuze van de woningstichting,
wil men zoveel mogelijk rekening pro
beren te houden met de wensen van
de toekomstige bewoners. „We zouden
zo verschrikkelijk graag van de bevol
king willen weten, waar ze echt willen
wonen. Anders moeten we gokken en
dat kan alleen maar fout gaan", zegt
ir. Nijman. Zoals gemeld, heeft de
gemeente Borsele voor de jaren 1973
tot en met 1976 een woningtoewijzing
gekregen van ruim 900 huizen: In de
sociale sector 273 woningwet- en 150
premiecoyporatiewoningen en verder
360 particuliere premiewoningen en
150 eigen bouw. De woningstichting
verwacht van het contingent jaarlijks
giooaai zo n 50 premie-corporatie- en
90 woningwetwoningen te kunnen bou-
'w ,n 140 huizen 's een belang-
f (ongeveer de helft) bestemd
in l m verva"g|ng van oude huizen
to dt diverse kerneni Van ,]et resta]lt
zal een nume portie toevallen aan de
selpB 1°TP0 'il de gemeente Bor-
Bezwaar
;LW?nn^ticht,ns 'S met de keuze
I* PtaTnS ,ST52e
to" torn 2000 inwoners, verspreid
gesteld dat ,e|» S?der andD™
tonsstiditine. B in w J w°"
ton bet daar met mee eèns 80"e"
"n
van de vele b™!! - aamvcz'8hrid
«Men en L ,»d"s'rt' het
to bel m"eV t?. K"1" "'tod
•«westichS „V" S d «to
leT Nijman in dp 'Rens voorzit-
gericht zijn om 1 J" p,aa,s op
,vat er in dp L- s1,,nd te houden
0^Isjenangende woningbouw' fode
J* aismedeH' JrocS«^Van
Sloffelen Pn Va„ dc Lsnc'alislcn
minister Dices teverlppr" hebhen '»U
wn snellere besflssK8 Ke,,,oit voor
luchthaven. Het prohipon een nieuwe
Paciteit van Schinhn va" c,e ca-
Jet nJk in studie nm nog Kl:eec,s bij
®?ngeven wanneer hel ur 'e k,lnne"
cies 'vol' zal ziinrJ vlleKveld pre-
SehtohM "«"totonilbrm.
™d'&wS™h™tnt d0 geluidshinder
S"* Min'mPLrS
verbeteren en d^kIlmP'ocedures te
K taSebMk ««"nwt
jP oe toekomst, kan 1 verscherpen
de geluidsoverlasf r. mindorinE van
ran de fngehrnUf worden ver
I® u'g'ypen au hP d11® van ">eu-
de Douglas DC-io, de B°eing-747 en
s"llf»tol
oude kernen noodzakelijk, zodat het
totale woningbestand niet vermindert.
Het heeft ook een economisch voor
deel: de algemene middelen die in een
kern geïnvesteerd zijn, straten, riole
ring. verlichting, enzovoort, blijven in
gebruik en een kern zal niet uitdro
gen", aldus ir. Nijman.
Een tweede zaak waar de woning
stichting nauw mee geconfronteerd
wordt, is de groei van de totale
gemeente. Dr. ir. Nijman: „Het streek
plan van 1966 zegt ervan dat Hein-
kenszand en 's-Gravenpolder de groei
polen moeten zijn. Maar sinds 1966
zijn de kaarten wel wat anders ge
schud, het verschil zie je in het
streekplan van 1966 en de ontwikke-
lingsschets uit 1971. Daar komt uit
dat de bevolking van Borsele zal
groeien met lVs procent per jaar, dat
is ongeveer de helft minder dan het
streekplan aangaf". Voor de voorzitter
van de woningstichting zijn deze cij
fers factoren waar hij nadrukkelijk
rekening mee wil houden. „Je moet
heel voorzichtig zijn dat je niet teveel
bouwt en oppassen voor lege huizen.
Daarom proberen wij een methodiek
te vinden om tegelijk in verschillende
kernen contingenties van 10 te bou
wen. Kleinere huizen, met een aan
vaardbare huurprijs voor het jonge
gezin".
Voorspellen
Ir. Nijman vindt het 'onverantwoord'
om voor bepaalde dorpen in de ge
meente Borsele een geweldig grote
groei te voorspellen. Hij ziet de ker
nen Heinkenszand en 's-Gravenpolder
niet uitgroeien tot dorpen van elk
zo'n 8000 inwoners, en dat hoeft voor
hem overigens niet zo nodig. „Laten
we niet proberen om van Heinkens
zand een grote stad te maken. Het
platteland is per definitie een stuk
van Nederland waar de minste voor
zieningen zijn. Maar het is per defini
tie ook dat deel waar de meeste
mensen gelukkig wonen. Er moeten in
de gemeente Borsele kernen blijven
waar niks gebouwd, waar je heel
voorzichtig moet opereren. Instand
houden: ja dat wel. Maar de Zak van
Zuid-Beveland is echt niet zo'n achter
gebleven gebied". Waarbij ir. Nijman
dan nog aantekent dat hij voor Hein
kenszand een duidelijk tertiaire kern
functie ziet. „En die zal 's-Gravenpol
der nooit krijgen, dat is een typisch
forensendorp".
De voorzitter van de woningstichting
constateert ook dat er in de gemeente
voor wat betreft de woningzoekenden
weinig achterstand is. „Er was een
lijst van woningzoekenden van over
de 300. We hebben gezegd: we willen
een echte lijst. Er is nu een nieuw
systeem ingesteld, waarbij iemand een
waarborgsom moet storten van 25.
Krijgt men een luiis in een andere
gemeente, dan wordt er 15 terugbe
taald en anders wordt het met de
huur verrekend. We hebben nu een
lijst van dik onder de 200. Per 1
januari 1972 lag het in de buurt van
de 160 tot 170. Wat natuurlijk belang
rijk blijft, is dat je weet waar de
mensen willen wonen, dan kun je er
met de planning rekening mee hou
den", aldus ir. Nijman.
„ZILVEREN BR00DMAND
VOOR VERDIENSTEN
NA RAMP VAN 1953
DEN HAAG (ANP) Maandagmiddag
is in Den Haag de 'zilveren brood-
mand' uitgereikt aan ir. J. A. P. Fran
ke, oud-directeur-generaal van de voed
selvoorziening bij het ministerie van;
landbouw en visserij.
De 'zilveren broodmand' is een onder
scheiding. die de Nederlandse Vereni
ging van Meelfabrikanten ten hoogste
éénmaal per jaar de vorige keer was!
in 1969) pleegt, toe te kennen aan per
sonen of instellingen die zich naar;
haar oordeel in bijzondere mate ver-I
dienstel ijk hebben gemaakt voor de'
voedselvoorziening.
De huidige voorzitter der vereniging
ir. P. Taselaar. eerde de heer Franke
onder meer omdat hij met name na de
watersnoodramp in febnv ri 1953 ge
toond heeft wat er met doortastend
heid en improvisatievermogen te be
reiken viel om de levensomstandighe
den in de getroffen gebieden te nor
maliseren.
Op 2 en 3 mei vindt te Vlissingen een
conferentie plaats over schecpstand-
wieloverbrengingen.
Ongeveer 35 experts uit Duitsland,
Engeland. Frankrijk. Zweden. Noorwe
gen, Duitsland en de Verenigde Staten
van Amerika zullen tezamen met
luin collega's bi.j de Koninklijke Maat
schappij 'De Schelde ervaringen
uitwisselen op dit specialistische ter-
rein van scheepsmachinebouw.
De conferentie van deze groep wordt
voor de 8e maal gehouden, waarbij
ditmaal 'De Schelde' als ontvangende
en organiserende partij optreedt.
'De Schelde' behoort tot de zeer wei
nige fabrieken in de wereld, die zich
op dit gebied gespecialiseerd hebben.
De KMS heeft hiermee een internatio
nale reputatie verworven.
De tandwieloverbrengingen, waarom
het hier gaat, dienen om het toerental
van de sneldraaiende voortstuwings
turbines van een schip te reduceren
tot op het veel lagere toerental van
de scheepsschroef- Vermogens van
ettelijke tienduizenden paardekrachten
en tandwieldïameters van 4 tol 5 me
ter zijn hierbij eerder regel dan uit
zondering. Bovendien dient daarbij
nog vermeld te worden dat de tanden
met snelheden van 300 kilometer per
uur en hoger elkaar grijpen, hetgeen
een uitermate hoge nauwkeurigheid
van de bewerkingen vereist. Om hier
aan te kunnen voldoen zijn niet alleen
speciaal ontworpen machines nodig,
doch bij 'De Schelde' ziin deze bo
vendien in een afzonderlijke fabrieks
hal opgesteld, waarin het gehele jaar
een gelijkblijvende temperatuur wordt
gehandhaafd.
De tandwielkasten worden in com
pleet samengebouwde staat door De
Schelde afgeleverd en per schip naar
hun bestemming in binnen- en buiten
land verzonden. Bijgaande afbeelding
van een tandwielkast met cci. gewicht
van 130.000 kg geeft een idee van de
indrukwekkende afmetingen van dit
bijzondere Schelde-produkt.
WERELDOMROEP MAAKT
OPNAMEN VAN DIENST
IN GROTE KERK GOES
GOES Zondagmorgen wordt in de
Maria Magdalena- Grote Kerk in Goes
een kerkdienst gehouden die wordt
uitgezonden door de Wereldomroep.
In deze dienst wordt in het raam van
de Unctad-conferentie in Chili aan
dacht besteed aan de problematiek'
van arm en rijk.
Het thema van de dienst luidt: 'Be
vrijdend heil en bindend recht'. Het
informatiecentrum voor ontwikke
lingssamenwerking te Goes en de her
vormde werkgroep werelddiakonaat
zullen in de dienst voorlichting geven
De dienst wordt zal de dienst om half
vijf Nederlandse tijd, dit is half vier
Greenwich-tijd, uitgezonden naar Afri
ka, het Midden-Oosten, Zuid-Azië en
Europa.
Ir. H. Wierenga te Middelburg:
Een normale
ontwikkeling
MIDDELBURG „Wij zijn overrom
peld door de massa-motorisering en
het heeft oi.'s in een toestand van ver
legenheid gebracht. We moeten er re
kening mee houden dat ons autopark
in 19811 verdubbeld zal zijn en in hel
jaar 2000 het drievoudige van nu zal
zijn". Deze uitspraken deed de heer
ir. H. Wierenga, hoofdingenieur-direc
teur van de provinciale waterstaat te
Zwolle, vrijdagavond tijdens de jaar
vergadering van de gereformeerde po
litieke jeugdsludieclub Midden-Zeeland
ir.' het gebouw 'De Schakel' te Middel
burg, waar hij sprak over het onder
werp 'Verkeer in de toekomst'.
Ir. Wierenga wees er op dat alle be-,
staande prognoses in Nederland onbe
trouwbaar zijn gebleken. Hij meende
dat men daarom moet afgaan op de
vergelijkende cijfers in andere landen.
Daaruit blijkt dat de autodichtheid in
Nederland in 19GG gelijk was aan die
in Amerika in de jaren 1924-.1941 en
gelijk aan Zweden in 1958. „We lopen
achter bij Amerika en andere landen,
maar we lopen niet in. Wat bij ons nu
gebeurt is de normale ontwikkeling en
we weten dus wat we behoudens
onvoorziene omstandigheden verwach
ten kunnen", stelde de heer Wierenga.
Hij meende dat factoren als de lengte
..Wie waren de watergeuzenHeel algemeen gezegd, waren
'zij 'kapers' en om de inname van Den Bricï te begrijpen
moet men eerst iets iceten van het verschijnsel kaapvaart".
Nu de herdenkingen van Den Briel en Vlissingen achter de rug zijn en
in sommige opzichten weer nieuwe dingen aan de beeldvorming zijn
toegevoegd, heeft het wellicht zin een artikel aan te halen dat wijst op
het groeien van een legende. In Spiegel historiael van april heeft C.
Wilson een artikel gepubliceerd over Den Briel 1572. Wilson is professor
in de moderne geschiedenis aan de Universiteit van Cambridge en heeft
boeken geschreven over de republiek en de beschaving in de 17e eeuw en
over koningin Elizabeth en de opstand in de Nederlanden. Maar eerst
iets over de kaapvaart en de geuzen, De Fransen, Engelsen en de
Nederlanders hielden zich van de 16e tot de 18e eeuw hiermee bezig. De
staat, koning of landsvorst bezaten in de beginperiode zelf geen schepen
en verstrekten aan particuliere scheepseigenaren vergunningen of kaper
brieven, die machtiging gaven om in hun naam te handelen. De kapers
moesten de scheepvaart van de vijand bestoken en tevens droegen zij bij
tot de staatsinkomsten omdat zij een bepaald bedrag moesten betalen
van de buitgemaakte goederen. In de jaren voor 1572 was er altijd wel
sprake geweest van een invasie op een of ander punt door de
watergeuzen. Het was een denkbeeld van Lodewijk van Nassau en de
geuzen-admiraals, maar het werd gedwarsboomd door gebrek aan
voorraden, organisatie, discipline en verbindingen.
Wilson vraagt zich af of de landing bij Den Briel volgens plan of
toeval geschiedde. Het is bijna een vraag naar de zin van de historie.
Lumey uit de Engelse havens verdreven op last, van Elizabeth, had
voedsel en water nodig. Den Briel lag er minder opvallend, minder
belangrijk en minder versterkt dan Vlissingen of Enkhuizen. Maar toen
de stad eenmaal veroverd was, vormde het een strategisch bruggehoofd.
U kent. het vervolg: Vlissingen van binnen uit, sleutel van de Schelde,
Enkhuizen volgde, sleutel van de Zuiderzee, Verder volgden een aantal
Hollandse steden en niet te vergeten Veere. De inneming van Den Briel
was volgens Wilson het onderdeel van een vage strategie, die onvrucht
baar was 'totdat zij door een waarachtig toeval werd getroffen'. Wij
volgen de geschiedschrijver Motley niet: meer na die Den Briel met de
slagen bij Marathon of Thermopylae vergelijkt.
Nog op een andere wijze worden wij gewezen op de geschiedenis van
Den Briel. Vlissingen en Veere. namelijk in de vie romancée van
Jaap ter Haar: Jacob Simonsz. de Rijk. Watergeus, die kort geleden is
verschenen. Ter Haar is de laatste tijd vooral bekend om zijn
vaderlandse geschiedenis in vier delen, die voor feiten en entourage door
geleerden van naam omringd wordt. De roman over de geuzen, waarin
vrijwel alle personen in werkelijkheid hebben geleefd, is een boeiende
geschiedenis geworden, die ons verplaatst in wat de mensen heeft
bezield. Bezield is het goede woord. Ons inlevingsvermogen is beperkt.
Wat de wetenschapsman dikwijls niet kan de man die alleen
wetenschap bedrijn, is soms voorbehouden aan de romancier. Ik heb.
om een voorbeeld te noemen, nooit meer begrepen van Fouché, de man
van alle politiezaken onder Napoleon, dan uit het boek van Zweig. Op
een bepaald punt moeten wetenschap, verbeelding en de kunst van
schrijven elkaar de hand reiken. Helemaal inleven in 1572 zal en kan
niemand gegeven zijn.
VVVWSA/VWVWVVV\*A/VVVVWVVVVVWV\A/V>A'VvVVWWsAA/VVV
van het wegennet, bevolkingsdichtheid,
inkomen enzovoorts geen remmende,;
factoren zijn. Wel is volgens hem de:
conjunctuur van enige invloed.
„Men heeft niet onderkend dat het
aantal auto's in ons land zich op Ame
rikaanse wijze zou ontwikkelen en
daarom lopen we ver achter bij onze
planning", zo zei hij. Ir. Wierenga ging
ook na wat de functie van het open
baar vervoer kan zijn: het streekver
voer en de spoorwegen zitten met. het
personenvervoer in de rode cijfers en,
er zit geen groei meer in. Er zijn wel:
prognoses waarbij men aanneemt dat
het bouwen van steden langs spoor
wegen het openbaar vervoer zal stimu-|
leven, maar de heer Wierengfi ver-;
wacht daar niet veel van. Het openbaar
vervoer kan volgens hem nooit zo com-i
fortabel zijn dat het de auto-uitbrei-1
ding afremt. Zoekende naar een ver
gelijkbaar voorbeeld met ons land.;
meende hij dat te hebben gevonden in
de staat New-Jersey bij New York.!
waar men een zelfde ontwikkeling
kent.
Bij het bespreken van de vraag wat
gedaan kan worden om de ontwikke-,
ling af te remmen, stelde spreker dat
het zwaarder belasten van de auto
vooral de economisch zwakkeren treft.
Hij meende dat het beter is de tweede1
auto zwaar te belasten.
„We dienen er ook rekening mee te1
houden dat de leeftijd van de auto snel
terugloopt. In 1955 werd een auto nog
12 jaar oud. nu is hij na 7 jaar oud en
na 9 jaar een wrak. Gezien het aantal
draai-uren is een auto snel versleten",
aldus ir. Wierenga. die ook inging op
de bezwaren tegen het autogebruik als
stank, geluidshinder, onveiligheid en
gebruik van de openbare weg.
„Ieder verwacht het van zijn buurman
en daarom zullen alleen strenge wette
lijke maatregelen iets uithalen om het
dodencijfer in ons land te drukken. In
Amerika rijdt men anders, daar is men
met de auto geboren", aldus ir. Wieren
ga.
Sociaal kwaad
Parkeren noemde de inleider in feite
een sociaal kwaad. ,„41s er i'iet gepar
keerd werd, zouden de straten veel
veiliger en breder zijn. Alen heeft niet
tijdig onderkend dat de auto niet op
straat hoort, maar in een garage. Dit
kan zo niet doorgaan. De oplossing is
alleen dc bouw van grote parkeergara
ges", zo zei hij.
Bij de bouw van wegen voert men nu
plannen uit van soms tien jaar gele
den en daarom lopen we ver achter, zo
stelde ir. Wierenga. Hij pleitte daarom
voor de aanleg van ruime dubbelbaans-
wegen met brede bermen, zonder ob
stakels.
Ir. Wierenga had voor de aanvang van
zijn lezing stencils verstrekt met diver
se tabellen, zodat de aanwezigen hem
op de voet konden volgen wanneer hij
vergelijkingen maakte met andere lan
den.
Na de pauze was er gelegenheid tot
het stellen van vragen. De vergadering
stond onder leiding van de heer M. K.
Smit.
Zaterdag werd de tweede hengelwed-
strijd vanaf het strand gehouden voor
het kampioenschap van de hengelvere-
niging van het Belgisch Loodswezen
te Vlissingen. Er werden in totaal 29
vissen gevangen. Uitslag: 1 Hans van
Geersdaele 389 punten. 2 Erik Nie-
rynck 361. 3 Ronny Hamers 231. 4 F.
van Geersdaele 165. 5 F. Roman 164. 6
J. van de Kreeke 159. 7 Rudy Hamers
156. 8 Y. Luca 155. 9 L. Nierynck 131,
10 L. Debeen 126. De derde hengelwed-
strijd voor dit kampioenschap wordt
gehouden vanaf het strand bij de i
derde overgang (Huvers) op zondag
14 mei, aanvang 9.00 uur.
ADVERTENTIE J
BLOtt-KAPEUE HOME BEST VOORUWONNENHUS
SHOWROOM BIEZELINGSESTRAAT 2 - TEL. 01102-1200
HET DORP LEERT LEVEN MET INDUSTRIE
BORSSELE Vraag iemand in Borssele hoe het leven
er na de komst van de industrie is, en negen van de tien
keer zal het antwoord zijn: „We mogen niet mopperen,
het valt allemaal wel mee." Want de inwoners van het
Zuidbevelandse plattelandsdorpje Borssele klagen niet
meer. Men heeft vrijwel zonder morren aanvaard dat de
agrarisch getinte omgeving in weinig jaren veranderde in
aen gebied voor de zeehavenindustrie, compleet met roken
de schoorstenen en 'eeuwige vlammen'. De mensen in het
dorp leren leven met de industrie: „En bovendien zorgt
het voor werk en meer mensen",zeggen ze in Borssele mon
ter. Een blik op de cijfers leert dat voor het eerst sinds
een reeks van jaren het inwonertal van het dorp steeg,
met 40 mensens in 1971. Men kwam van 1525 op 1565.
Boogert), deKorstanjes, Wittes
en de Huizens na de oorlog lange
jaren doorkabbelen. „Er was een
bloeiend verenigingsleven, met
muziek, zang, korfbal en latei-
voetbal. Er was een verbouwd
verenigingsgebouw en een open
bare en een bijzondere school",
weet Boogert. „Van 1945 tot zo
1965 was het een heel normaal
dorp, zonder problemen en zon
der voordelen op andere dorpen,
behalve dan dat de twee bedrij
ven er zaten om voor 't loonzak
je te zorgen".
Er gebeurde dus weinig schok
kends in Borssele. evenals in zo
vele andere specifieke platte
landsgebieden. Men werkte er,
ontspande zich via de vele vereni
gingen en men ging er naar de
kerk. vrij frequent, want Borssele
was (en ïsu een sterk kerks
dorp. Vooral de gereformeerde
gemeente is fors vertegenwoor
digd, gevolgd door de gerefor
meerde kerk en zo'n 500 tot 600
hervormden. De katholieke inwo
ners trof men vooral in de bui
tengebieden aan. ongeveer 250.
En die waren dan voor wat het
geloof betreft gericht op de paro
chie 's-Heerenhoek.
Veel van de nieuwe inwoners zijn
arbeiders die werken aan de op
bouw van de industrieën in het
nabije Sloegebied. Fransen, Duit
sers en Joegoslaven. Daar passen
de autochtonen in Borssele zich
wat voor aan: niets voor niets
werkte vorige zomer in de super
markt een deel van de week een
gastarbeider die Joegoslavisch
sprak. En de camping 'Estancia'
aan de Catalijneweg, die het an
ders van de verdwaalde toerist
moest hebben, is nu het hele jaar
volop bezet met de huizen op
wielen van arbeiders aan fabriek
of kerncentrale.
Het lijkt er zowaar op dat het
dorp, genoemd naar Bor. de god
van de waterbeheersing, een
nieuw bloeitiidje beleeft. En ou
dere Borsselenaren vinden dat
fijn: zij denken nog met huiver
aan de crisisjaren toen er in de
landbouw geen droog brood te
verdienen viel. De gemeentesecre
taris van de gemeente Borsele
met één s). M. F. Boogert,
kwam in die tijd (1937) als se
cretaris naar Borssele. „Het was
toen een puur agrarisch dorp.
met rond de 1.500 inwoners. In
de winter hadden we maanden
lang 100 tot 200 inwoners die
kwamen stempelen en met een
weekloontje van acht gulden naar
huis gingen. Achteraf gezien was
dat een bijzonder droevige toe
stand. Het feit dat er morgens
waren dat er zo'n 180 man kwa
men stempelen was verschrikke
lijk". zegt Boogert (57). „Mis
schien kan men daardoor begrij
pen in deze tijd met brood op
de plank door de industrie dat
de mensen die de 'goeie oude
tijd' hebben meegemaakt, blij
zijn met de ontwikkelingen. Jon
gere mensen hebben die tijd niet
meegemaakt en het is begrijpe
lijk dat die wat andere opvattin
gen hebben over de industrie".
Boogert vertelt dat hij zelf de
puur-agrarische tijd, met veel
werklozen, niet zo lang heeft
meegemaakt. „In de oorlog kreeg
.ie de verplichte burgerinzet, de
bunkerbouw en dergelijke. Wat
belangrijk was puur econo
misch gezien voor het huishoud
boekje dat er ineens belang
rijk hogere lonen betaald werden,
De ellende van het stempelen
was in de eerste oorlogsjaren
gauw verdwenen".
Verandering
kerncentrale, in de geest van 'dat
is als het ware een atoombom'.
Deze ongerustheid lieert een aan
tal jaren intern de gemoederen
bezig gehouden, maar het heeft
niet tot acties geleid".
Volgens Boogert wist het ge
meentebestuur aan de bevolking
duidelijk te maken dat een dorp
als Borssele niet gesloopt kan
worden, waardoor acties voorko
men werden. „Borssele is inder
tijd wel ongerust geweest, maar
het is nooit zo nadrukkelijk naar
buiten uitgedragen dat men zelf
verwachtte dat het dorp onleef
baar zou worden. Gelukkig maar,
want wie van zichzelf uitroept
'het is hier onleefbaar', verpest
de eigen zaak, zonder dat het
nodig is. Zoiets leidt ertoe dat de
mensen van buiten niet meer ko
men". Dat de inwoners van Bors-
sele toch wel graag wilde weten
wat er te gebeuren stond, blijkt
uit de ernome belangstelling voor
een hoorzitting over de kerncen
trale-bouw. PZEM. Siemens en
gemeentebestuur informeerden er
de burger. Boogert: „Het was
enorm druk. In de hele tijd dat
ik in Borssele woon, heb ik nooit
zoveel mensen in het verenigings
gebouw opgepropt gezien". Hij
stelt dat de hele zaak tijdens die
hearing zo 'openlijk en duidelijk'
uit de doeken is gedaan, dat
vanaf die avond de ongerustheid
in Borssele over de kerncentrale
tot een 'paskwil' is teruggevallen.
Ook nu anno 1972 is die
ongerustheid over de aanwezig
heid van een kerncentrale bij de
keukendeur voor de inwoners
van Borssele niet actueel, ver
haalt Boogert. „Ik heb er van
niemand iets over gehoord en als
er werkelijk ongerustheid zou
zijn, dan had ik dat wel verno
men ik dacht niet dat er reden
tot ongerustheid was. Er is bij
voorbeeld een technisch verschil
tussen Dodewaara en Borssele
in Dodewaard staan nogal wat
instrumenten en machines binnen
de reactorruimte, in Borssele is
alies wat mogelijk was buiten ae
reactor gehouden".
Bedrijven
En ook na de oorlog bleef Bors
sele de narigheid van veel winter
werklozen bespaard. „We hadden
het geluk dat er twee bedrijven
in het dorp kwamen, die van niks
wat geworden zijn", meent Boog
ert. Dat zijn het autobedrijf van
Bram de Muynck en de machine
fabriek'constructiebedrijf van
Toon van den Ende. Bedrijven
die nu goed zijn voor een paar
honderd man. waarvan de mees-
ten in Borssele wonen. „Deze be
drijven hebben ervoor gezorgd
dat Borssele een dorp van 1.500
inwoners gebleven is en dat het
niet terugviel tot de helft daar
van. En dat is voor een van
wat", vindt secretaris Boogert.
Zo bleef het dorp van de Wal-
houts („We hebben ze eens geteld
en kwamen tot in de 200", vertelt
De veranderingen in het woon- en
leefklimaat tekenden zich geleide
lijk af, zo'n 12 jaar geleden ver
scheen een schets van econoom
drs. M. C. Verburg. waarin spra
ke was van een industriegebied
langs de noordelijke oever van
de Westerschelde. Secretaris
Boogert werd er als één van de
eersten bewust mee geconfron
teerd. wat later ontstond ook bij
de bevolking belangstelling voor
de plannen. ..De reactie in Bors
sele op die schets was tweezijdig:
het ene gedeelte zei 'dan gaan we
vooruit, er komt werk. laat maar
komen' en een ander deel zei
'jammer, we waren content met
de landbouw en een paar bedrij
ven'. Wat de grootste groep was.
viel niet te zeggen, in beide kam
pen waren wat extreme menin
gen, met. een grote tussengroep
ertussen", herinnert Boogert zich.
Volgens hem was de visie van
het. gemeentebestuur in die tijd
er één van afwachten en zien wat
het wordt. „Toen gold alleen
maar de economie, iedereen wil
de de welvaart verbeteren, er
moest industrie komen. Pas veel
later is men aan cle nadelen van
de industrie gaan denken. Maar
toen we aan de nadelen van de
rokende .schoorstenen gingen den
ken, hadden we al leren leven
met, de voordelen van de indus
trie, die er al stond", constateert
Boogert.
Na de schets van econoom Ver
burg. werden de industrieplannen
zij het nog in langzaam tempo
wat concreter: er werd een
Sloehaven gegraven, de werf van
de Schelde kwam op gang en ook
in Borssele waren er vooral
jongere mensen die zich op die
ontwikkelingen, nok qua oplei
ding. afstemden. Dè grote veran
deringen kwamen rond 1965. liet
moment dat ook het ontwerp
voor de PZEM-kerncentralc van
cle tekentafels rolde. Secretaris
Boogert: „Er was daardoor wel
wat ongerustheid, mede omdat er
berichten de ronde deden dat
Borssele door de bulldozer ge
sloopt zou worden. Ook was er
onzekerheid over de houw van de
Toekomst
Terug van de kerncentrale naar
het Borssele van nu. In het dorp
zelf lijkt weinig veranderd voor
cie oppervlakkige toeschouwer, zij
het dat het decor niet meer be
staat uit bomen en grazende
koeien, maar uit de staketsel van
de i chemische i industrie. De in
woners zelf zien wel vernaderin
gen: de plaatselijke arts zet met
een vrij weekeinde in drie talen
op ae deur wie vervangt en er
zijn nieuwe gezichten bij geko
men. Ook is het verenigingsleven
teruggelopen, onder meer werd
de fanfare opgeheven. „Maar dat
heeft hoegenaamd niets me: de
industrie te maken", stelt Boo
gert. „Er zijn andere leefgewoon
ten in de maatschappij gekomen,
zoals televisie en een betere ver
plaatsbaarheid".
Autochtonen vertellen dat het
nog steeds prettig wonen is in
Borssele en dat men alleen bij
noord-westenwind iets merkt van
de nabijheid van concerns als
Hoechst en Pechiney. „Borssele
ligt gunstig op de windrichting,
het geluid en de rook waaien
allemaal van ons af", is een veel
gehoorde opmerking in het, dorp
dat ongeveer 4 kilometer van
Hoechst en zo'n 1.5 kilometer
van de kerncentrale vandaan ligt.
Hoe ziet Boogert de toekomst
van liet dorp, dat al in 732 na
Christus in de kronieken ge
noemd werd? „Sloe II hoeft
voorlopig niet te komen. Komt
het wel, dan zie ik nog niet zo
gek veel veranderen in Borssele.
Ik geloof niet dat ze Borssele op
gaan ruimen of dat het onleef
baar wordt en dan moeten ze
natuurlijk niet dc industrie tegen
de kerktoren aanbouwen. Ik
\norzie dat Borssele de grootte
die het nu heeft met een
gematigde groei om de autochto
ne bevolking op te vangen zal
houden. Ook in de laatste struc
tuurschets van de provincie
wordt hel niet als een dood dorp
aangemerkt".
Foto: Borssele: een dood dorp?