DE VASTEKOEKEN VAN SLUIS
EN DE VASTENSPISE VAN BRUGGE
Hoe klein Brugge was en
hoe arm in zijn rijkste tijd
SLUIS 'k Heb er vorig .jaar over
geschreven: in Sluis, bij één bakker,
mijn goeie vriend René Thomaes. ver
kopen ze in deze 'vastentijd' nog vas-
tekoeken. Héél merkwaardig. Tc Heb
re nooit ergens buiten Sluis aange
troffen. Niet In werkelijkheid, ook
niet 'zwart op wit' in boeken over
gebak of volkskunde in 't algemeen,
toch niet: met vermelding van de
plaats waar men ze vond of vindt:
die ronde koeken met een gat erin,
een 'ring1 van licht gezoet en wat ge
kruid gebak, dat enigszins doet den
ken aan de 'mastellen' ('bestellen'
zegt men in 't Land van Cadzand).
maar daarvan maakt men. overlangs
doorgesneden en de bakkersoven ge
droogd: ronde beschuiten. AI smaken
re vers ook zéér goed. Ze kunnen
echter niet tippen aan de uitzonder-
lijke heerlijkheid van de (Sluise)
vastekoeken.
Ach ja, éénmaal vond ik ze genoemd,
met geen andere aanduiding (en die
was toch kostbaar voor mij!) dan dat
deze verrukkelijke broodjes, buiten
de vastentijd absoluut onvindbaar, en
zover als ik 'terug kan denken'
alléén gemaakt, door 'roomse bak
kers', een overblijfsel zijn van Tiei-
dens' of 'germaans offerbrood', vlak
voor 't komen van het voorjaar opge
dragen, meen ik, aan de godin Frya,
de 'echtgenote van Wodan', die de
vruchtbaarheid schonk. In dit spe
ciale geval is het zachte, ronde brood
je met een gat erin Tiet symbool van
de vrouwelijke vruchtbaarheid' ge
weest!
Vastekoeken zijn er dus nog. Nie
mand verplichte je echter ze te eten
in deze weken tussen vastenavond en
Pasen, zoals heel de vasten zuiver
een .vrijwillig dervan van vlees' is
geworden. Dank ik aan 'de vasten in
Sluis', vijftig jaar geleden, dan wès
die zelfs een hele gebeurtenis. In
West-Vlaanderen, dat ik evengoed
ken. niet minder. Hóe streng de vas-
ten-voorschriften waren, zal ik met
een even trachten te vermelden. Maar
men kon ze zélf nog vrijwillig uitbrei
den. In deze tijd van 't jaar, als op
zachte avonden, al in februari zelfs,
als nu, mijn lieve houtduifjes koeren
in de bossages en bomen achter mijn
huis. en de merel, op 't dak van het
schuurtje naast-aan gezeten, of op
het muurtje, zo welluidend fluit
(mijn moeder zei: 'de mërelaars flui
ten om regen'), houd ik er van de
oude histories van de vasten te le
zen. En dan zie ik in 't boek "Heule'
van Stijn Streuvels, dl. I van zijn
jeugdherinneringen, hoe zijn ouders
en de vrienden van zijn ouders de
"versterving' die voor iedereen gold.
nog niet voldoende vonden. Stijns
vader klopte op vastenavond zijn ste
nen pijpje voorzichtig uit. Evenzo
deed zijn vriend, die elke avond
kwam "buurten', een eenzaat die
nota bene zijn brood verdiende met
tabak-snijden! Met een zucht legden
die hartstochtelijke rokers hun pijp
jein de vogelkooi, opdat zij 't
niet zouden zien, 40 dagen lang.
GEZONDHEID!
Ook Stijn Streuvels' zuster. Louisa
Lateur, nicht van Guido Gezelle, die
huisbewaarster was van het Gezelle-
voor en in de jongste wereldoorlog
musenm te Brugge, en bij wie ik
dood-graag kwam. omdat zij 't liefste
oude wijfje was dat ik ooit heb ge
kend. en omdat zij kon 'vertellen als
*n boek'!, sprak mil over "t dérvan
vah den toeback' door heur vader en
z'n vrienden.
Wijs zei ze eens: Tegenwoordig
(het was in 1938) verstaan de mensen
dat zo niet meer, die vasten. Ze pein
zen dat 't een domme dwangmaatre
gel is van de kerkemaar Styn
heeft mij gezeid hoe 'n verstandige
geplogenheid (gewoonte) 't was en
nog is. Gezond, weet-je, zei Louisa
Lateur„je bloed 's góed zuveren
in 't voorjaar, geen vet eten. geen
züvel allenigg magere patatjes en
gezondheid met lepels is, en foert!
of met de toch zó gezonde ajuun-
sause (saus van uienen water,
normaal mét kaantjes spek, maar
dan niet natuurlijk) en 's avonds
een goe' tellore kerrepap (karnemelk-
sepap)'k zéggen ie dat het de
gezondheid met lëpel is. en foert!
kan je zeggen tegen de docteurs en al
hunder comedimentjes (medicamen
ten).
't Verwonderlijke is, de bevesti
ging van Louisa's 'ixplicatie*. dat ik
in '39 eenartikel in 'n Engels
medisch tijdschrift las, waarin 'n
orofessor Burns (meen ik toch), die
zichzelf als 'vrijdenker' introduceer
de, het. minstens drie. maar liever zés
weken 'vasten in 't vroege voorjaar'
aanprees als een der voortreffelijkste
en goedkoopste middelen om tot op
hoee leeftijd gezond te blijven. Ge
vrijwaard te worden zelfs voor tal
van ziekten, kwalen en (zoals Lowie-
zetje Lateur ook nog zeil: „bevryd te
zyne van de malagnen van den oeden
dag, surtout voor dezen, die 'te dikke
van bloed' zyn".
NA VASTENAVOND
Ik kende niet alleen Louisa Lateur. ik
ken nog 'ieffrouwe' Magda Cafmeyer
van Sinte Kruis bij Brugge. Die 'l
oude én 't hedendaagse volksleven uit
de streek tussen Ede en Heille, via
Moerkerke, Sint-Kruis, Brugge en tot
aan Oudenburt toe!, kent als geen an
der En zij vertelt in haar schrifturen
(ook in 't vorig jaar verschenen
boek: 'Van Aschwoensdag tot Licht
mis'i over die oude vasten en hoe die
begon. Met vasteavond-viering. Op
de boerderijen vooral. Als de bazinne
de vastelavondkoeken biek bak
te), in 'n grote kasserolle. Van ter-
webloem met melk, eieies, suiker,
brouwersgist en 'n snuifje kaneel.
Fijnproevers weekten in 't nog natte
deeg eenmastelle of twee. Over
de grens (West Zeeuwsch-Vlaande-
ren) hielden ze meer van boekweite-
blomme als voornaamste bestand
deel.
Och en dan herleefde nog éénmaal,
na zo heel veel eeuwen, de traditie
van branden van de vastenavond-
vuren. Hier en daar bestaan ze nog
fDranouter en Loker, bij leper); ze
zijn waarschijnlijk 'overblijfselen
uit voor-christelijke tijden, bedoeld
om de vruchtbaarheid over akkers en
weiden af te smeken".
Maar dan hè!, de vasten zélf. met.
t,wèè 'visdagen te weke', met de ver
plichting: maar één keer per dag
'zjjn bekomst" te eten aan overigens
magere kost, met z'n verbod om
vlees te eten en dierlijke vetten, en
met 'derving' zelfs van eieren, boter
kaas en volle melk. De speciale 'vas-
tenkost' was toen. tussen 1900 en
1920. al geheel verloren gegaan.
Maar
VIJGEN EN NOTEN
Maar in 't rijke oude-Brugge. althans
voor de welgestelde poorters, voor de
adel, voor de vreemde handelaars en
'de capiteynen van de Duutsche
kogghen' (kapiteins van de koggen,
waarmee de Hanzeaten. 14e en 15e
eeuw, uit Lübeck, Bremen, Rostock,
enz. naar 't hart van Vlaanderen ge
varen kwamen) bestond, evenals
voor de meest aanzienlijke ambachts
lieden de speciale 'vastenspise'.
Iedere dag van de week vond men
op de Brugse Markt altijd wel een of
andere 'marktdag', maar in de vasten
was een speciaal hoekje bestemd
voor de kramen met 'vastenspise', die
elke dag goed voorzien waren van
een beetje van de 'uitheemse rijk
dommen' die in die tijd werden inge
voerd. Men noemde die markt 'de
Fyghemaerct' of ook 'de Neute-
maerct', want die vastenspise bestond
vooral uit: vijgen, dadels, gedroogde
druiven, diverse soorten vreemde no
ten, ook olijven en olijfolie, amandel,
'n soort fruit-siropen' en tot gedroog
de appelen en peren toe, die uit Zuid-
Frankrijk. Spanje, Italië, zelfs uit 't
noorden van Afrika werden aange
voerd.
Ook sommige winkels verkochten die
(dure) heerlijkheden, die de armen
zich niet konden permitteren. Zij
aten droog brood, 'n moes van erw
ten of bonen, wat er nog was aan
wortels (aardappelen hebben in
West-Vlaanderen pas op z'n vroegst
rond 1640-1660 hun intrede gedaan),
en dan wat vërse jonge 'groenseltjes':
molsla of veldsla, en waterkers bij
voorbeeld.
Brood was het hoofdvoedsel. Toch
ook wel mondjesmaat, want in 't
voorjaar raakten de oude voorraden
tarwe, rogge en gerst (zeer ge
zond gebleken, toen al) op.
Misschien stamt uit die tijd wel 't
gezegde dat men nog in Brugge kent:
wat is vasten? Vasten dat is
byten op 'n kaste (korst). Oostendse
spotters maakten ervan, zeggen 't nu
nog: Vasten? Dat is zeven stuten
(boterhammen) eten en 'n kaste. Of
nog: Vasten is zeven stuten eten
en naar den achtsten tasten.
En over die "Fyghemaerct' gesproken.
Gij kent wel de spreuk "het zijn vij
gen na Pasen', met andere woorden:
'daar moet je nu niet meer mee voor
de dag komen'. Begrijpelijk: na 40
dagen vijgen eten kon men geen vij
gen meer zién!
PRUIMEN
In het Brugse rijksarchief berust 'n
opgave van een inboedel die in 1470
'aangeslagen werd door de wet', we
gens schulden van een winkelierster
'die handel dreef in vis en in vasten
spise'.
De voorraden in winkel en pakhuis
bestonden uit: 31 volle vaten vijgen
en rozijnen, een mand appelsienen,
drie tonnen pekelharing, drie tonnen
droge haring (bokking), een halve
ton kappers, een vat pruimen uit Da-
mas (gedroogde pruimen, vermoede
lijk uit. Damascus ingevoerd). En dan
ook nog krenten, dadels en 'natte
olyven'.
Bij wijze van merwaardigheid voeg
ik er aan toe. dat de 'aerme ofte sim
pele lieden', die geen dure vastenspijs
betalen kondeneen 'vermaak'
hadden, al zullen zij daar met 'n
lege maag wel niet zo erg van geno
ten hebben. Er waren voor hén in
de vastentijd in Brugge vasten-ker-
missen. Gezelle heeft gesproken over
zéven, in zeven verschillende kwartie
ren van stad. maar vermoedelijk wa
ren 't er niet meer dan vijf. Nog
maar enkele jaren geleden werden
de laatste afgeschaft: die aan het,
klooster van de Potterie en die 'an
't Bagynhof'. In zekere zin bestaat
'de Zothuuskermesse' nog: zij is, op
het Zand, er vlakbij (Boeveriestraat),
de voorjaarskermis geworden. Nu...
die kermissen muntten nog in de 16e
eeuw uit door misbruiken allerhande.
Tijdens de kerkdiensten verkochten
onbetrouwbare handelaartjes allerlei:
waren, die door de stedelijke bepa-:
lingen verboden waren. En... buiten
de kerk en op en rond de 'vastenker-
missen' werd er 'getuyscht', gedob
beld, om de laatste schamele koperen
muntjes van de armen.
P0MMES
Het zal u wel opgevallen zijn. Bij de
aangeslagen 'vastenspise' uit de win
kel van 1470 vond men ook appelsie
nen!
Een duur, want spoedig aan bederf
onderhevig importartikel. Toen ik
destijds daarover gelezen had. ben ik
op zoek gegaan. En ik vond, dat die
peperdure 'pommes dorenges', pom-
mes d'orange, reeds in 1377 in Vlaan
deren werden aangebracht. In heel
kleine hoeveelheden. Zeer rijke koop
lieden schonken in dat jaar de uit
zonderlijke vruchten, in 't hartje van
de winter, aan de graaf van Vlaande
ren: Lodewijk van Namen. Andere
vermeldingen (i.vjn. met een geschil
tussen Brugge en Sluis!) tonen, hoe
in 1441 te Sluis reeds werden aange
voerd: "oranjeappelen die men poma
de arangian' of ook 'd'araigna'
noemt, granaatappels, citroenen, me
loenen. rozewater. sucade, geconfijte
Oosterse vruchten, medicinale krui
den, enz.
SLUNSE
In 1421 ontving de hertog van Bour-
gondië, graaf van Vlaanderen: Filips
de Goede, die zich in mei van dat
jaar in Arras bevond, bericht van het
hof van de Franse koning. Karei de
Vierde. De hertog werd meegedeeld,
dat de koning zeer koortsig was. kou
de rillingen had, en lijdende was aan
hevige hoofdpijnen.
Een stévige griep, zouden wij nu
zeggen, of, zoals men 't in Vlaande
ren nog noemt "een brokke van de
slunse (influenza)'.
Tja, en de chimrgyn des konings
vond, dat Karei absoluut... oranje
appelen en granaatappelen moest
eten, maar die waren onvindbaar in
Parijs.
Om een lang verhaal kort te maken:
hertog Filips de Goede zond een ijl
bode naar Sluis, naar Berthelmi de
Vooght, 't hertogs 'waterbalieu '(wa
terschout), en ook nog een bood
schap aan de schout van Brugge, Da
niel de Huusman, met het bevel: die
genoemde zuidvruchten op te kopen.
wij bevelen u, dat gij zoveel moge
lijk vergaart en koopt, tot 2 of 300
'pommes dorenges' en nog 40 tot 50
goede 'grenades', waar gij die ook
vinden kunt. en dat gij die. wèl inge
pakt. tot Arras laat brengen, van
waar wij ze zullen verzenden naar
Parijs.
Reeds in julimaand arriveerden
in Arras mandjes met 130 'appeltjes
van oranje' via Sluis in Vlaande
ren ingevoerd. De schout van Brugge
had voor de anti-griep-zendingen ne
gentig goudguldens betaald, vijftien
pond courant geld.
Vergis ik mij niet, dan moogt gij de
tegenwoordige waarde gerust op zo
wat 1500 gulden schatten.
Koning Karei zal twee maanden na.
z'n 'slunse' heus wel al van de griep
genezen geweest zijn. Hertog Filips
heeft van schrik over de kosten mis
schien wel 'n griepje opgedaan
Och nee, toch niet, denk ikIn
onze klinkende munt omgerekend,
heeft Filips voor 't vieren van z'n
bruiloft, kleine tien jaar later, zowat
een miljoen uitgegeven. Tommes
dorenges' inbegrepen, en iets wat nog
kostbaarder was: gebraden pauwen
tongetjes in madeirasaus.
EMILE BTJYSSE
SAS VAN CENT
Heemkundige Kring
bekeek diarama
over
industrialisatie
SAS VAN GENT Een honderdtal
belangstellenden heeft maandag in het
cultureel centrum 'De Speye' te Sas
van Gent gekeken en geluisterd naar
twee diarama's van de heer A. Men-
schaert uit Gent. Voor de pauze kre
gen de bezoekers een beeld van de
grote veranderingen die zich in het
industriegebied Gent-Temeuzen heb
ben voltrokken. Aan de hand van
dia's, een gesproken woord van de
heer A. Menschaert, en muziek pas
seerden de grote werken in dit gebied,
de kanaalverbreding, de bouw van de
grote zeesluis in Terneuzen en de
industrievestigingen de revue.
Na de pauze vertoonde de heer Men
schaert het diarama: 'Scheldebode,
mijn geboortedorp'; een serie die het
geboortedorp van de heer Menschaert
belichtte. De bijeenkomst was georga
niseerd door de heemkundige kring
uit Sas van Gent. In zijn openings
woord had de voorzitter van de vere
niging, F. Puylaert de enorme groei
van de vereniging gememoreerd. Hij
deelde mee dat de heemkundige kring
op dit moment 380 leden heeft.
Bijeenkomst van
bejaardencomité
Onder voorzitterschap van de heer C.
van Aert, hield het 'Comité reis ouden
van dagen' uit Sint-Jansteen een bij
eenkomst, waarop de datum van de
jaarlijkse bejaardenreis werd vastge
steld. Op 31 mei zullen de bejaarden
een bustocht maken langs de Delta-
projecten.
Bestuursmutaties
duivensociëteit
De duivensociëteit 'De Zwaluw', geves
tigd bij de heer Ed. Otjes te Sint-
Jansteen, heeft door verschillende mu
taties een ander bestuur gekregen.
Voorzitter is Cyr. Blommaert, secreta
ris R. Vermorken, penningmeester Th.
Kints; bestuursleden, C. van Helsland,
E. de Kind, P. van Rooy, V. Ivens. G.
Durinck en W. Verstraeten.
Naast de 'grote vismarkt' had men
voor 1914 ook nog de kleine Vis
markt', op de Huidevettersplaats.
Daar kochten de armen hun goedko
pe visjes, vooral in de vastentijd. En
daar werd de vis niet per kilo ver
kocht, maar 'per barreltje'- een bar-
reltje was een plankje van een zeke
re lengte. De prijs werd bepaald naar
mate het aantal visjes dat naast
elkaar op 'l 'barreltje' kon liggen....
De armsten vroegen, 'een barreltje
'an de kleintjies, osjeblief'..
SINT-JANSTEEN
'Zondags vermaak'
won van 'Zwaantjes'
In café-restaurant 'Sport' te Si-Jan
steen speelde de Steense biljartclub
'Zondags Vermaak' tegen "De Zwaant
jes' uit Hamme. Zondags Vermaak
won met 12-8. De uitslag luidde: Zon
dags Vermaak-De Zwaantjes: A. Jan-
sen-J. van de Bossche 1-1; A. Vinck-P.
van de Bossche 0-2; H. van Looy-W.
van Remortel 0-2; J. de Weduwe-F.
van Puijerbroeck 2-0; W. Verstraeten-
M. van de Broek 0-2;- A, Sturm-F. van
Rooijen 2-0; J. d'Haens-H. Verspecht
2-0; P. d'Hont-L. Malfliet 2-0; J. Pieters
A. de Schrijver 1-1: E. Verschueren-
F. Huijlenbroeck 2-0.
Jaarmarkt in
Sint-Jansteen
SINT-JANSTEEN Donderdag
wordt in Sint-Jansteen de traditionele
veejaarmarkt gehouden. Het jaar
marktcomité staat onder leiding van
de heer P. van Esbroeck. Voor de
algemeen kampioen heeft het gemeen
tebestuur van Hulst een beker be
schikbaar gesteld.
Door een aantal particulieren worden
zeven bekers beschikbaar gesteld. Na
de keuring volgt in café "De Kroon'
de prijsuitreiking, die om ongeveer
twee uur "s middags begint. Op de
dag van de jaarmarkt worden in café
E. Ottjes twee schietingen op de
liggende wip gehouden en in café
'Sport' bij de heer P. van Coolegem
een schieting op de staande wip.
Jaarvergadering
zeehengelclub
'ZHC Sas'
SAS VAN GENT Onder voorzitter
schap van Walter dc Meyer hield de
zeehengelclub 'ZHC SAS' uit Sas van
Gent de algemene jaarvergadering in
het lokaal 'Reseda' te Sas van Gent.
Bij de bestuursverkiezing werd de
heer A. de Pouw met algemene stem
men tot nieuwe voorzitter gekozen.
De heer W. Soethaert. werd als be
stuurslid gekozen. De heer De Pouw
dankte de scheidende voorzitter de
heer De Meyer voor het vele onver
moeibare werk dat hij voor de zeevis
serij in het belang voor de vereniging
heeft gedaan.De heer De Meyer moest
zijn voorzitterschap door te drukke
werkzaamheden opgeven.
Op het programma voor dit seizoen
staan 5 wedstrijden voor het club
kampioenschap 1972, alsmede enkele
bootvistochten op de Westerschelde.
Ook ligt het in de bedoeling binnen
een bepaalde tijd naar Ierland te
gaan hengelen. Na dit. gedeelte werden
door de heer Van Aerde. havenmees
ter uit Sas van Gent enkele kleuren-
filmpjes gedraaid die op diverse wed
strijden van de club zijn geno
men.
4ARDEi\'B(/RG
Uitvoeringen van
Aardenburgse fanfare
AARDENBURG De koninklijke mu
ziekvereniging 'Aardenburgse Fanfare'
gaf op twee achtereenvolgende avon
den de jaarlijkse uitvoering in de zaal
van de algemene Aardenburgse socië
teit. Onder leiding van directeir A.
Verschuur, werden voor de pauze een
zestal nummers gespeeld, zoals de
door de heer Verschuur gecomponeer-
Je Trico-Noble-mars, opgedragen aan
de familie Van Turenhout. Na een
>ptreden van de jeugdmuzikanten en
een show van de majorettes, werd het
blijspel in twee bedrijven Trouwen
per televisie' opgevoerd, onder regie
van de heer W. van Helden. Vier
muzikanten kregen de eerste avond de
zilveren spel van de mzuekfederatie
voor het 25-jarig lidmaatschap van de
vereniging: J. Houg, G. Tiersen, A.
Leenhouts en O. de Vriend. De avon
den werden besloten met bal.
Foto van een deel van hét volkskwar
tier 'oij uitstek in Brugge: de Bal
straat in het z g. Carmerskwartier,
rond 1890. De allergrootste armoede
in deze rabeidrswijk was dan al voor
bij. Van de 48 000 inwoners van de
stad behoefden dan nog 'slechts' 9000
mensen permanent te worden 'on
derhouden door de liefdadigheid'. De
huisjes rechts zijn die. waarin de
schoenmakers hun arme oude dag
sleten. De woninkjes werden ge
bouwd. 16e of 15e eeuw. door het
schoenmakersambacht. Zit fair.
nog de naam van 'de Schoenmibcl
rente - maar sij wordenthus
taal gerestaureerd: het Bruit ft ;;-.
remuseum zal van september-oh-*-
af in dat woninkjescompiez •-■ari-
ondergebrachL
BRUGGE Het is bijna 100 jaar
oud. Het boekje dat ik pas 'verwor
ven' heb. Antiek hoor en kostbaar,
zo lees ik nu. De rage in Amerika is:
het bezitten van oude Baedekers.
Men betaalt er tientallen dollars
voor. Nu is 't aantal oude reisgids
jes niet groot genoeg om alle lief
hebbers te gerieven. Gevolg: me»
maakt er fac simile's van. Die wor
den gekocht als verse broodjes.
Maar mijn boekje is echt. 'België.'
handboek voor reizigers, met reis
kaarten en plattegronden. Naar ei
gen aanschouwing en naar de beste
bronnen bewerkt, 'n Nederlands
voorlopertje misschien zelfs al van
Baedeker. Want het is 'n uitgaafje
van P. Plantenga Bzn, 1877, le druk,
Zutphen.
Mooi boekje. Maar ze stuurden, die
reisgidsjes, bun lezers toch wel
schrikbarend met allerlei kluitjes in
'l riet. Hetgeen Plantenga en consoor-
ten vergeven is. Zij wisten niet be
ter. Lees ik in 't hoofdstuk Brugge,
dan zou ik 't wel willen declameren.
Bijvoorbeeld dit: Maar de 1
sehoone dagen van het vcrledene
zijn niet voor haar teruggekeerd: de
stad is stil cn ontvolkt, de straten
zijn ledig, de handel is vernietigd, de
armoede groot. Men schatte het aan
tal ingezetenen, -100 jaar geleden, op
200.000; alleen al de verschillende
gilden waren destijds 50.000 man
sterk.
Slechts eén aanhaling, in drie delen,
is juist. 'De stad is stil, dc handel is
vernietigd, de armoede groot.' Hoe
langer ik Brugge's historie bestu
deer. hoe meer gegevens ik krijg
over 'de' traditie van Brugge, dooi
de eeuwen heen: die van de ontzag
lijke armoede. In de rijkste tijd,
rond 1350-1400, bestreed de magi
straat die armoede op 'n naar onze
begrippen hemeltergende wijze. Men
schonk de armen het recht om te
bedelen. Men gaf hen een bedelpen-
ning van lood, die duidelijk zicht
baar gedragen moest worden. En
dan beschouwde 'de stad' de zaak
wel zo ongeveer als opgelost. De
rest moest de kerk maar doen. En
de kerk gaf één of tweemaal per
week de armsten (niet de 'gewone
armen', hun aantal was té groot):
een 'dischpenning,' van lood ol' van
leer.
Ik kan in een bijdrage geen enigs
zins volledig beeld geven over die
eeuwenlange Brugse armoede. Ik
moet bovendien meteen naar 'n an
der onderwerp gaan. Maai-: ook nog
op het einde der vorige eeuw be
stond 'de disch.' Naast de openbare
liefdadigheid. Ik moet er later eens
apart over schrijven. Nu zeg ik er
alleen nog van, dat het dieptepunt,
van de ellende van het volk van
Brugge lag; m 1850-1860. In andere
Belgische steden kwam de nijver
heid op. Kwam daarmee ook: 'stads-
proletariaat' der fabrieken die hon-
gerloontjes betaalden. Maar in Brug
ge was praktisch geen nijverheid.
Het Brugse proletariaat was er nog
slechter aan toe. Op een bevolking
van 47.800 werden in 1850 bijna
22.000 mensen 'gesteund.' En zo
bleef het nog jaren: bijna de helft
der bevolking was "behoeftig." En
geestelijk was de toestand al even
erg. Neen: nog erger. 56 procent der
Bruggelingen kon lezen noch schrij
ven. Er was maar 'overvloed' op tién
gebied: er waren in die tijd rond de
achthonderd kroegjes.
TRADITIE VAN
DE LEUGEN
Er was nog een andere 'Brugse
traditie.' die van 'de historische leu
gen.' Die is achterhaald, maar duikt
regelmatig toch nog eens op. Ik
bedoel de fantasie over het aantal
inwoners van Brugge (en andere
Vlaamse steden) in de gouden tijd.
14e eeuw en tot ongeveer 1450.
Men begon rond 1840-'50 ernstig aan
'geschiedvorsing' te doen. Ilet, verle
den werd verheerlijkt. De armoede
werd weggemoffeld. En waar men
de onzin vandaan heeft gehaald,
weet ik niet. maar op 'n zeker
ogenblik is de historische leugen
ontstaan, die gij in Plantenga's reis
gidsjes ook lezen kunt, namelijk dat.
Brugge in z'n rijkste tijd 200.000
inwoners telde. En de een schi-eef
braaf de ander na. De historicus
Warnkönig vond dat wellicht toch
wel wat overdreven. Maar die
schreef, rond 1865 denk ik, toch nog
dat Brugge in 1350 en water: 135.000
mensen binnen z'n wallen had wo-
een boekje over Tlandern', omdat
een boekje over 'Flanderen,' omdat
'k nieuwsgierig was naar de neo-
germaanse opvattingen Vlaanderen
betreffende, van sommige liedpn
over de Rijn. Ja hoor, zij hadden
Herrn Professor brkaf gelezen en
geloofd en die '135.000' Bruggelingen
waren er nog.
'k Heb meer van die glorieus-klin
kende getallen. Damme? Wel 35.000
inwoners rond dezelfde tijd. In 'n
Frans reisgidsje vond ik zelfs mijn
dierbaar Sluis, met wel 20 tot 23.000
mensen. Ach. wat!, als het er in 1400
misschien 2500 geweest zullen zijn,
is het véél. 'k Zou eerder denken: 15
tot 1800 Gij moet niet. vergeten, dat
Sluis altijd duchtig in toom werd
gehouden door Brugge. Dat bepaal
de: hoeveel ambachtslieden men er
hebben mocht, om van eventuele
Sluise concurrentie geen last te heb
ben. Het kan derhalve geen sprake
zijn van zoveel volk! zelfs als
men liet. aantal scheepslossers en
'schiplieden' in 'n optimistische
droom overschat. Het aantal sche
pen dat in Sluis na 1400 arriveerde,
om er de goederen te laten overla
den in kleinere 'schuitjes,' die de
import naar Damme en Brugge
brachten, was ook al veel kleinere
dan de historie van onze rijkdom en
roemruchtigheid ons vaak zou willen
doen geloven. Er zijn in 'de grote
tijd' jaren geweest, goede jaren
overigens, dat er 73 vreemde sche
pen het Zwin tot Sluis opgevaren
kwamen... En dat. waren dan 'zee
schepen'... die in die tijd niet groter
waren dan een klein binnenschip
van thans, 4 tot 500 ton was véél!
EEN OP VIJF
Benehix-landen plu? een poot ski
van Noord-Franktift, it et
schatting, zeer recent un prof V»;
Houtte. In 1525 zouden die 'm
Nederlanden' ongeveer i.SSO.OM In
woners gehad hebben, Hetzelfde ge
bied heeft er thans derlien mi
zoveel of ongeveer HMM,
Laat mij terugkeren tot Bragge. Dr
Jos de Smet heelt berekend dit er
in déze stad, zogoed als m de inde-
re Vlaamse steden, ongeveer een
inwoner op elke vijf 'soldaat' moes:
zijn, 'in tydens vsnder haraart en-
de bewapeningke.' En zijn 'oefe
ning bracht hem tot een luiste opga
ve van het aantal Biuggebagen fl
1340.
BESCHERMEN
Het leger van het graafschap Vlaan
deren was in die tijd, midden 14e
eeuw, ook daarvoor al, samengesteld
uit 'stedelijke militie' én 'soldater.
van den buiten.' Zo'n leger was bij
voorbeeld in 1302 opgetrokken naar
Kortrijk. waar op 11 juli de GuM»
sprenzege bevochten werd. door am
bachtslieden en buitenmensen, p
wat ruiterij welke onder nwr F
vormd werd door de rijke pcores
die zelf over een paard bescnikto.
De grootte van dat Vlaamse 'ft?
van 1302 is niet bekend Wel «B
men in de kronieken: dat bet uit
trok 'omme tlant te beschenw*-
Voor wat Brugge betreft; er be»
een rekening, uniek stuk', betreffen
de de krijgstochten, in 1338 en 1W
door deze stad ondernomen,
alle weerbare mannen met naam
toenaam zijn vermeldlVoor detx
naar Doornik, juli 1340. die W
duurde, werden, zegt dr De Sa-
alle weerbare mannen die W»
stad waren opgeroepen, as
zekerheid gTenzende waarso,-
heid weet men aldus nc*£0t«
Brugse leger was. De poorters iwr
den. met nog enkele antoerjw
erbij (van de adel I tajWW»;
579 man. De ambachten o465 w-
de meeste infantensten kwames i-'
de belangrijkste ambacht®
lijk. bijvoorbeeld 910 vMK
349 lakenscheerders,
- 355 maxeiiiV
Wijlen mijn goede vriend, dr Jos de
Smet. oud-conservator van het rijks
archief van Brugge, helaas op 11
februari jongstleden gestorven, was
een zéér nuchter man. Gelukkig. Van
hem heb ik geleerd, dat er in Brug
ge in 1340 niet meer dan 35.000
inwoners geweest kunnen zijn. Ar
chivaris Maddens van Kortrijk acht
het. mogelijk, dat het er kort voor
1400 misschien 'n 38.000 waren.
Bij wijze van interessante vergelij
king geef ik van dr Maddens nog
enkele andere cijfers. In 1340 kan
Gent, dat toen een van de zes belang
rijkste steden 'van de wereld' was
er ongeveer 56.000 hebben gehad. Nu
wonen er 160.000. Gent was dé be
langrijkste stad van de Nederlanden,
maar werd in de 15e eeuw al in de
schaduw gesteld door Antwerpen. In
1374 waren er nog geen -5000 Ant
werpenaars; in 1560, op het toppunt
van zijn bloei, waren er iets minder
dan 100.000. Né Parijs was de Schel-
destad dan toch de belangrijkste
van West-Europa, of: van Europa
ten noorden van de Alpen. leper,
men wéét dat over het algemeen
niet: leper beleefde in en kort na
1300 zijn 'rijkste tijd,' met mogelijk
wel oen 25.000 mensen. In 1412 wa
ren het er nog maar ruim 10.500. Op
't eind van de 15e eeuw: niet. meer
dan 7600. Kort nadien zelfs nog geen
6000. Ook voor Gent was 'de grote
tijd' gedaan: er woonden einde 16e
eeuw geen 27.500 mensen meer. On
geveer emen....weinig als in Brugge
in 1590! Om die aantallen te kunnen
vergelijken met. het, totaal van de
bevolking der Nederlanden, en die
omvatten dan ongeveer: de huidige
volders. »-
schoenmakers-
Het aantal weerbare
droeg ui
een poorter op elke iu amo™
den. De poorten) leverde 9.6 |W
de weerbare mannen, en oe *--■*-
ten 90.4 pet.
Nu wist dr De Smet, door*»®
stellingen
ners waren
Aangenoma
Brugge als
verdediging
maximum
leverde. En
weerbare B.-o»
vijfhonderdtal vree:
-Vn* ..QCIP
ierdtal wanna
man die bet vaste garn^
stad vormden. Dus. tot
weerbare mannen.
Vijfmaal dat aantalgeeft
voor Brugge een totale oer^*
7000 man voor een atsc w
Nuhreft 'Groot-Brug?^
1970 eraan toegevoegde
te ongeveer 106XWOinwoners^
Ik kan daar 35.000 stele
die 7000 soldaten op öe zo
lingen. zonder straal
mii ï-JÊ'i Sï»?LÜiïS
men, die heel nei j»
worfen °"a5hïS»!, •IP4*
BrvE-Ss!*-"-
oudt elf jaeren. eMILE BüysSS