DRS. CAREL
VAN DEN BERG
PROTEST!
PLUIMEN
ZELF KUNSTAAS
MAKEN
NIET STIL ZITTEN
ZATERDAG 10 JULI 1971
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
17
IN MEMORIAM
Drs Carel van den Berg, internationaal
meester en één der bekwaamste publicisten
uit de geschiedenis van het Nederlandse
schaak, is dezer dagen plotseling tenge
volge van een hartverlamming overleden.
Als meesterschare, waartoe hij zo nadruk
kelijk behoorde, stonden we mede aan de
groeve in Leiden woordloos, verbijsterd,
zonder verweer. Als een onrechtvaardigheid
was het bericht van zijn dood overgeko
men; .onaanvaard' ondergingen we de ter
aardebestelling.
Carel van den Berg werd '17 jaar. Hij had reeds
meer dan 25 jaar zijn immens grote schaakgaven in
dienst van honderdduizenden gesteld; de 12-deelt.jes
openingen van Euwe in meer dan één taal ver
schenen zijn in niet geringe mate aan Van den
Berg te danken; .de losbladige schaakberichlen' be
geleidde hij van uur tol uur; zijn rubriek-journa
listiek en zijn toernooi-verslaggeving verdienen te
worden, gebundeld. Van den Berg was een begrip,
want zelden heeft enige publicist zó gewetensvol
elke regel, elke suggestie, geformuleerd en doorge
geven als juist hij. We weten niet hoe hem voor de
vergetelheid te behoeden. Zijn werk zal jarenlang
blijven spreken; zijn persoonlijkheid zal door velen
niet worden gekend. Van den Berg was natuurlijk
,een groot schaker', doch wie ooit met hem als per
soon relatie heeft mogen hebben, weet, dat hij als
mens een grootmeester zou dienen te worden ge
noemd. Laten we als schakers zo aan hem pogen te
blijven denken.
Carel van den Berg, wiens gezondheid dikwijls te
wensen overliet, was een imponerend praktisch spe
ler, zij het. dat zijn gevoelige kunstenaars-ik slechts
tot grote hoogte steeg, als alle uiterlijke omstandig
heden elk stofje aan storing ondervingen. Dal is bij
toernooien niet altijd het geval. Het was wél zo. ter
gelegenheid van de eerste ronde van het wereld-
schaaktoernooi in Amsterdam 1950, toen Carel van
den Berg die in die tijd de rechterhand van
(prof.) dr Max Euwe was tegen dé bekwam-
Joegoslavische grootmeester Petjar Trifunovie moest
spelen. Hij lootte zwart en schiep een monument
van schaakkunst.
We brengen onderstaande partij te zijner ere. De ana
lyses ontlenen we, met diens toestemming, aan pro.
fessor Euwe, die in het desbetreffende toernooiboek
aan deze creatie zo ruim aandacht en waardering
schonk.
door berry j. withuis
Wit: dr P. Trifunovie
Zwart: drs c. B. v. d. Berg
WercldschaaMoernooi
1950
Eerste ronde.
Anti-Meraner-Gambiet
1. d4
prn
2. c4
efi
3. Pf3
dó
4. Pc3
c6
5. Lg.ï
ricl
6. c4
bó
7. al
(Destijds nieuw, red.)
7.
Db6
8. Lffi:
(De consequentie van het gevolgde
systeem; Pf6 wordt onschadelijk ge
maakt, omdat anders b5-b4 een
voortdurend gevaar blijft voor pion
e4. Een klein nadeel van de tekstzet
is, dat zwart langs de open g-lijn
aanvalskansen kan krijgen)
8. gffi:
9. Le2 Ll)7
10. 0-0 at»
11. d5
(De pointe van wits opzet)
I
1
4
l
v
l
i
jG
1
i 5)
s
- z
"M
H
11.— cdS:
12. ed5: Pd7
(Na 12. b4 13, de6:, bc3: 14.
ef7: -!•K17: 15. Lc4: krijgt wit
fraaie aanvalskansen voor het geof
ferde stuk)
13. ab5: ab5:
14. Ta8:+ La8:
15. dcfi:
(Gaat regelrecht op het doel af
herovering van de gambiet-pion
en onderschat de ressources van de
tegenstander. Juist was 15. Pd4'.
Lc5 16. Pdbó:, Pe5!. waarna het pleit
open is)
13. fe6:
16. Pd4 Lc5
17. Pdbó:
ZIE DIAGRAM LINKSONDER
17. Pe5!
(Hier blijkt het nadeel van wits 15de
zet: de diagonaal a8-g2 is open geko
men en zwart dreigt reeds met on
middellijke beslissing door 18.
Tg8)
18. Da4?
(De beslissende fout. Wit moest on
verwijld 18. Khl spelen om f3, met
onderbreking van de lange diagonaal,
mogelijk te maken. Daarop was 18.
Lf2niet mogelijk geweest we
gens 19. Lh5 Zwart had dan even
eens met 18. Ke7 voortgezet en
een veelbelovende, zij het niet be
slist gewonnen, stelling - overgehou
den)
(Nu kan wit zich nog een poosje
verdedigen. Na 26. Tdl-"- 27.
Kh2. Lel! was het meteen uit ge
weest)
28. Kh2 Lel
29. Pe3
(Het tijdelijk reddende paard)
29. Td3
30. Pf 1 Lf4
(Beide partijen verkeerden in nij
pende tijdnood)
31. g3 Lg5
32. h4 Lh6
33. Kgl Kd7
'De zwarte koning gaat zijn aan
dacht wijden aan het afgesneden
paard)
34. Ta2 Kc6
35. Pa3
(35. Pa Kb7 36 Pb5, Kb6 leidt
tot dezelfde opstelling, daar 37. Tb2,
faalt op 37. Lg")
Tc3
an het paard)
35. -
(Definitieve opsluiting
36. Kf2
37. Ke2 Kb l
38. Pb5 Khö
39. Ta7 f4
40. gf4: Lf4:
41. Te7 e5
42. Td7 Lg2
Wit geeft het op, want 43. Th7:, kost
na 43. Tc2+ nog een tweede stuk.
18. -
Kc7
Lf2:
19. Khl
20. Da3+ Lc5
21. Pa4
(Leidt tot een hopeloos eindspel,
maar wit heeft niet beter)
ZIE DIAGRAM RECHTSONDER
21. La3:!
22. Pb6: Lb2:
23. Lel:
(23. Pc4 Pc4: 24. Lc4:, Tc8! leidt
eveneens tot een snelle beslissing)
23. Le4
24. Tel f5
25. Te2 TdS!
26. Ii3 Pc4:(?)
1
i
i
W
i i
1
1
2-
KI
r
s
De tijd is weer aangebroken dat zeebaars en makreel ln de
kustwateren aanwezig zijn. Een verrukkelijk stuk vissport is het
bevissen van deze vissoorten met kunstaas en in het bijzonder met de
pluim. De pluimen, die in het water uitzwellen en de vorm van een
visje krijgen, hebben een formidabele vangkracht waar zelfs haaien,
tarbotten en gullen mee gevangen zijn. Bij het vissen met pluimen op
makreel is, indien er volop makreel aanwezig is, de lol er vlug af. Dan
ziet men bij een veren paternoster met 6 haken regelmatig dat meer
dan 50 procent bezet is. Het vissen op makreel is takelwerk waarbij
vangsten van een paar honderd makrelen normaal zijn. Bij het vissen
op zeebaars is het verstandiger om maar met 2 of 3 pluimen te
vissen. Het klinkt voor sommigen misschien ongeloofwaardig, maar
aan een veren paternoster met 6 haken moest ik op een gegeven
moment 3 zeebaarzen en 2 horsmakrelen naar binnen halen.. Had ik
even geluk dat de zeebaarzen niet zwaarder wogen dan ruim een pond
per stuk. Dit jaar zijn de zeebaarzen zwaarder van stuk dan vorig
jaar en daarom zijn twee pluimen ruim voldoende
Koop ook geen veren paternoster voor de zeebaars die bevestigd zijn
aan een onderlijn dunner dan 0.50 mm Toevallig overkwam mij
vorige week nog een onfortuinlijke geschiedenis. Een flinke zeebaars
die op de pluim sprong, ging zo te keer dat de lijn (0.35 mm dik) op
de knoop van de paternoster afbrak. De zeebaars zit dikwijls bij
scholen dicht onder de watervlakte of een andere keer op een
steenachtige bodem Plaatsen met een steenachtige bodem of andere
obstakels, zijn de favoriete woonoorden van dé zeebaars. Deze
plaatsen moet men met de paternoster als het ware aftasten waarbij
men dan de zeebaarzen op de pluim voelt springen. Dit aftasten gaat
dan ook veelal samen met veel materiaalverlies.
Dit materiaalverlies kan eep kostbare geschiedenis zijn en het is
daarom goed om u op de mogelijkheid te wijzer, om zelf kunstaas te
maken. Ik weet niet hoe het u vergaat, maar zeif heb ik altijd gebrek
aan allerlei hengelsportartikelen. Het is daarom zeer aangenaam om
zelf iets te fabriceren waarmee men nog lis kan vangen ook. De
pluim kan men namelijk maken van oerlonkooru Dit gevlocn-
ren perlonkoord knipt men in stukjes va:; ;ieo a twaalf
centimeter, waarna men dit uitrafelt. Men neemt twee sirengeltjes
van deze perion en steekt deze door het oog van een flinke haak.
bijvoorbeeld een gulhaak en de uiteinden van de s:iengeltjes pakt
men nu samen terwijl men ze onder het oog van de vishaak
vastmaakt met rood zelfklevend plakband Rood blijkt volgens
proeven aantrekkingskracht op de vissen uit te oefenen. Voor her
maken van pluimen is het voorts van belang dat u een perion koord
neemt en geen nylon. De perion gaat in het water uit elkaar zodat er
een aantrekkelijke vlok ontstaat, terwijl de nylon in elkaar gaat en
zodoende veel minder aanlokkelijk is voor de vissen. Het schenkt veel
zelfvoldoening als men een zeebaars of een andere vis voelt toehap
pen om hem even later in het leefnet te stoppen.
Het, vissen met pluimen en met kunstaas is iels waarbij men niet stil
moet zitten. Men moet het kunstaas bespelen zodat de vis de indruk
krijgt dat het visjes zijn die op de vlücht gaan. De roofvis gunt zich
geen tiid om alles eens rustig te bekijken maar flitst, op zijn prooi
toe, want deze mag niet; ontsnappen. Als men de pluimen zo maar
laat. hangen, dan komt de vis de situatie op zijn gemak bekijken en
ziet dat hij bedot wordt. Daarom is de kans op sukses bij het vissen
met de pluim, in de eerste plaats afhankelijk van de aktie die men er
zelf aan geeft. De hengelaar moet trachten met zijn kunstaas of
pluim, een levend visje na te bootsen.
In Venlo wonnen de Polen het open viertal lentoernooi, zij be
zetten de eerste drie plaatsen in het grote parentoernooi en
Polen-A versloeg Nederland-A in 32 spellen met 17 mp. ver
schil. Daar konden de bijna 500 Nederlandse bridgers het dan
mee doen en er is dan ook heel wat over te doen geweest. Di
verse Nederlanders konden de Poolse successen slecht prui
men en dan doet weer de roddelpraat over rare biedsyste-
men en dubieuze uitkomsten de ronde. Het kinderachtige ge
kwek, ontstaan uit achterdocht omdat men de vreemde taal
niet verstaat, te weinig van bridge-systemen afweet en een
goed doordachte uitkomst als een vorm van vals spel ziet.
Er waren enkele protesten tegen de PooLse bledsystemen en in een
daarvan had het Nederlandse paar in principe wel gelijk. Het volgende
had zich argespeeld. Bij het begin van een ronde <4 spellen) had het
Nederlandse NZ-paar aan zijn Poolse OW-tegenstanders gevraagd, welke
biedmethode zij gebruikten. De Polen waren hun systeemkaart kwijt
geraakt en legden in gebroken Engels uit, dat hun openingsbiedingen
'behalve één klaver) vrijwel .naturel' waren. Het Nederlandse paar had
een, in het Nederlands geschreven systeemkaart. waarvan de Polen
uiteraard vrijwel niets konden begrijpen. Zo stond daar op: .één klaver
12/14 punten, kan voorbereidend zijn, ongeacht de kaartverdeling'.
Het bieden van een spel ging nu: zuid één klaver west één ruiten
noord één harten - oost één schoppen - zuid paste - west twee schoppen
noord doublet allen pasten Het contract werd gewonnen, maar wat het
Nederlandse NZ-paar verdroot was, dat de westspeler geen enkele ruiten
had. Zijn bod van één ruiten was conventioneel geweest, aangevende een
soort zwak informatiedoublet een bepaald geen ongewone conventie in
diverse landen buiten Nederland. Daar de Polen echter deze conventie
niet uitgelegd hadden en evenmin dus een systeemkaart konden overleg
gen, had het Appèlcomité geen enkele moeite met het principiële gelijk
van het NZ-paar
Een andere kwestie was de correctie der score. De Polen hadden met
twee gedoubleerde schoppen praktisch een topscore behaald. In hoeverre
moest deze gewijzigd worden? Men is het tenslotte eens geworden, de
score op 50" o te bepalen. Daarbij liet het appélcomité zich leiden door
begrip voor taalmoeilijkheden der Polen en mede door de gedachte
dat het bepaald niet de eerste keer geweest zou zijn. wanneer een
.interessante' systeemkaart door één of andere bridge-fan tijdens een
toernooi werd verdonkeremaand.
Maar niet alleen die overwegingen golden. Het Nederlandse paar had de
Polen dus verweten onaangekondigd een bepaalde conventie te gebruiken.
Zoals ik boven zei .gebruikten' de NZ de .voorbereidende klaver, 12/14
punten, willekeurige verdeling'. Nu is het interessant het zuidspel ta
kennen:
schoppend harte V ruiten VB 108753 klaver AB 92:
Op dit spel nu had zuid geopend met... één klaver! Bridgetechnisch is dat
natuurlijk een lachertje, maar wat het comité vaststelde was, dat dit
géén '12 tot 14' doch slechts 10 punten waren. Nu mag men zo'n
monsterlijke klaver-opening wel gewoon vinden in de bridgeclub van
Kleidijkersteeg. zij vormt géén bewijs van eigen kraakheldere onschuld
wanneer men deze tijdens een internationaal toernooi aan vreemdelingen
opdient. Het blijft, kennelijk, voor bridgers moeilijk de balk in eigen oog
te onderkennen.
ERIDGEVRAAG VAN DEZE WEEK:
Zuid gever, niemand kwetsbaar, viertallenwedslrijd. Zuid heeft:
schoppen A 108753 harten A 4 ruiten H 1087 klaver 5.
Zuid één schoppen - west past - noord twee schoppen (6-9 punten met
troefsteun) - oost past. Wal moet zuid doen? Antwoord elders op deze
pagina.
■wrnrn
De eindcijfers van het te Bolzano gehouden Europees ploegen-
kampioenschap '71 spreken een duidelijke taal. In dit dubbelron-
dig toernooi versloeg Rusland alle concurrenten twee maal en
eindigde aldus met de maximale score van 16 punten. Nederland
werd twee met 12 punten. België moest met 7 punten genoegen
nemen met de derde plaats, terwijl Zwitserland en Italië niet
verder kwamen dan een onderling robbertje vechten, waarbij
de Zwitsers hun zuiderburen met één puntje de baas bleven. In
het persoonlijk klassement was Gantwarg de grote man. Hij won
alle acht partijen. Koeperman en Wiersma behaalden elk veer
tien punten. Sybrands verzamelde er dertien; Andreiko twaalf;
Oscar Verpoest tien en Pieter Bergsma negen. Tenslotte enige
totaal bordpunten. Rusland 42-6; Nederland 36-12; België 21-27;
Zwitserland 11-37; Italië 10-38.
Dezelfde spelers ontmoetten elkaar tweemaal Andreiko versus Sybrands en
Koeperman versus Wiersma leverden uitsluitend remises op Overigens met
name van Wiersma een goed resultaat. Nederland verloor de strijd echter in
de derde linie, waar Bergsma moest opereren tegen Gantwarg. Dit nu was
een ongelijke stritd. Met 4-0 ging de Friese onderwijzer ten onder. Hier
volgt het verloop van beide partijen
In de eerste partij werd Bergsma strategisch volledig in de hoek gedrukt,
zodat hij bij de 46e zet reeds moest capituleren in een zes om zes stand. De
P. Bergsma - A. Gantwarg 0-2.
I. 32—28
6. 40—35
II. 39—33
50—45
21.
-34
26. 43—38
31. 32x21
36 36—31
51 40—34
46 30—25
19—23
5—10
28x39
10—14
19X28
6—11
19x28
37—41
1. 32—28
6. 42—38
11. 40x29
16. 37—31
21. 49—44
26. 39x28
11. 48—43
16. 17—21
51. 31X 2
56. 29—24
51. 17x26
19—23 28x19
2— 8 41-37
20—25 29x20
21—26 41—37
19—23 34—29
10—14 43—39
9—14 40—34
26X17C 28—23
3—8d? 37—32
17—22 28x17
8—12 2—11
14X23
10—14
25X14
17—22
23X34
5—10
14—20a
18x29
6—11
12x21
19—23
37—32 13—19 33—28 20—24
4(541 14—20 47—42 4—10
45—40 17—22 28X17 12x21
40—34 7—12 50-45 1— 7
40x29 20—24 29x20 14x25
38—33 14—19 42—38 19—24
34—30 25X34 39x19 13x24
35—30 24X35 33 x24 20x29
39—33el5—20 33—29 11—17
36—31 25—30 31—26 30x19
1133 en zwart geeft op.
38—33 8—13
34—29 23X34
31—27 11—17
44—40 15—20
33—28 22x33
4440 10—15
43—39b 8—13
38—33 29x27
32—28 20—25
26x17 16—21
Opmerkingen:
a. Indien 14-19. 27-21 26x17,
•22 17en28, 32x14 en wint.
B. Te speculatief. Winst geeft waarschijnlijk 27-22 18x27, 31x22 gevolgd door Hj
C. Op 16x27 volgt 32x21 26x17, 28-23 18x29 en nu eerst 35-30. etc. met winst
voor wit.
D. Bergsma zag de remise met 6-11. 2x24 3-8. 24x2 15-20 etc wel maar
speelde op winst, omdat Wiersma iets voordeel had en alleen volle winst
Nederland nog aan een titel kon helpen.
E. Niet 32-28? wegens 12-18 en dreiging 18-23.
Stand na 35e zet van zwart 813.
Bergsma
28x19 14X23 37—32 10—14 35—30 20—25 33—29 14—19
4137 9—14 46—41 3— 9 45—40 23—28 32x23 19x28
44x33 16—21 31—26 21—27 43—39 17—22 48—43 14—20
29—23 18x29 33x24 20x29 34x23 25x34 40x29 13—19
38—32 27x38 43x23 22—27 49—43 11—17 45-^50 9—13
37—32 11—16 32x21 16x27 41—37 7—11 37—32 13—19
42—37 28—33 21—16 33x31 16x18 31—37 18—13 8x19
47x36 14—20 31—27 20—24 29x20 15x24 34—30 4— 9
36—31 9—14 27—21 7—12 31—27 1— 7 21—16 12—18
en wit geeft het op.
In de revanchepartij toonde de Rus andermaal zijn bijzondere klasse.
Gantwarg bepaalde het beeld van de partij en won verdiend. Het vijftal
kanttekeningen is van de hand van Sybrands.
9 1
9
55 3
3
3
Met dit probleem werd D. Vuurboom
uit Enschede nationaal kampioen
1948. Oplossing zie elders op deze pa
gina.
9 9
r- m 1
38-32 36x40; 32x1 40-45; 1x15
28-32 gedw.; 33-28 22x44; 15-38
32x43; 48x50!»
Zuid moet vier schoppen bieden
Het is natuurlijk niet zeker dat hij
die zal maken, maar elke lagere
actie draagt het gevraag in zich dat
OW alsnog in de bieding komen.
Want waar zitten de punten?! Noord
heeft niet veel. zuid heeft 11 punten.
Wellicht zijn de OW-kaarten zo ver
deeld. dat een tegenstander eerst
besluit te bieden als hij hoort dat
NZ niet sterk zijn. Of NZ-het con
tract winnen of downgaan, het zal
in elk geval een goede score voor
NZ zijn. Temeer, dat OW een direct
vierbod vermoedelijk niet zullen
doubleren.
HORIZONTAAL: 1 mensen die graag anderen laten betalen;
6 kapot; 10 seizoen; 11 onmstig; 12 bord bij kansspel; 13 uni
form; 15 opgerolde zure haring met augurk; 17 oplossing; 19
griezels; 21 kameraden: 22 hoeveelheid; 24 woon- en verblijft
plaatsen 27 met verering; 28 bloem; 29 beest; 30 ontheffen;
VEkTIKAAL: 1 rustig; 2 bekoorlijk; 3 scheel; 4 plotseling; 5
sierplanten; 7 koningszetel; 8 geest van uitsluiting; 9 naar hefc
Westen; 14 zonderlingheid; 16 ongedurig; 18 aantal omwen
telingen; 20 molenas; 21 vliegtuigen van Frans fabrikaat; 23
reeks; 25 adellijk landgoed in Friesland; 26 Ierland.