ELLSBERG BEKENT EN MELDT
ZICH IN BOSTON
België wil zeehaven industrieterrein
van 6640 ha op linker Schelde-oever
NS leden in 1970 verlies van f 142 miljoen
NS VRAGEN EEN MEERJARIG OPENBAAR
VERVOERPLAN
Doodvonnissen
in VS nietig
verklaard
Vandaag
in de
krant...
VOORONTWERP GEWESTPLAN VOOR HET WAASLAND
Modulen)-
sctiels
214e jaargane - no. 149
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
WAARIN OPGENOMEN DE M ID D ELBU RG SE, VLI SSI N G S E, GOESE, BRESKENSE COURANT EN VRIJE STEMMEN
•dv 01186 584, «xp 27S1
6140 (ba s 'M
iibMra M «401 (Intl. 4 S
Dinsdag 29 juni 1971
Ciro JSJ300 I
HOOGGERECHTSHOF STELT RECES VIT
WASHINGTON (AFP) Daniel Ellsberg heeft maandag, toen hij zich bij de federale autoriteiten
meldde, met enige trots erkend, dat hij wel dege lijk de man is, die de geheime documenten van het
Amerikaanse ministerie van defensie over het betrokken raken van de VS bij de oorlog in Vietnam,
waarvan de publikatie door de pers de afgelopen weken grote deining in Amerika heeft veroor
zaakt, heeft laten uitlekken. Op hetzelfde ogenblik besloot het Amerikaanse hooggerechtshof
zijn reces uit te stellen om zich de tijd te gunnen, een uitspraak te doen over het recht van de rege-
ring-Nixon, om de New York Times en de Washington Post een verbod op te leggen tot voortzet
ting van de publikatie van staatsgeheimen. Een Amerikaanse federale .grand jury' beschuldigde
maandag Ellsberg van onrechtmatig bezit van geheime regeringsdocumenten en het zich toeëige-
nen van deze documenten ten eigen nutte. Op elk van de twee beschuldigingen kan hij veroordeeld
worden tot maximaal 10 jaar gevangenisstraf en tot een boete van 10.000 dollar.
Daniel Ellsberg arrtieert hier mid
den van verslaggevers en publiek
bij het justitiegebouw in Boston.
Toen hij maandagochtend arri
veerde bij het federale gerechts
hof in Boston om zich aan een
zaterdag tegen hem uitgevaar
digd arrestatiebevel te onder
werpen, verklaarde de 40-jarige
Daniel Ellsberg, hoogleraar aan
het technologisch instituut van
Massachusetts, tot een 150-tal
mensen, die zich verzameld
hadden om hem toe te juichen:
,Ik ben bereid alle gevolgen van
mijn daad te dragen'.
Ellsberg voegde er aan toe, het te
betreuren, dat hij niet eerder besloten
had aan de New York Times uittrek
sels toe te spelen van de 47 delen van
de geheime geschiedenis van de oor
log in Vietnam, aan de redactie waar
van hij in 1967, op verzoek van de
toenmalige Amerikaanse minister van
defensie, Robert McNamara, had mee
gewerkt. Ellsberg vertelde nog, dat hij
in de herfst van 1969 vóór de senaats
commissie voor buitenlandse zaken
zich gebaseerd heeft op een deel van
de geheim e inlichtingen vervat in de
documenten van het Pentagon. .Nadat
nog 9.000 Amerikanen waren gesneu
veld. kon ik het slechts betreuren niet
tegelijkertijd deze informatie aan het
Amerikaanse publiek onthuld te heb
ben'.
Borgsom
Nadat Ellsberg maandag een samen
komst had gehad van een uur met de
federale rechter Peter Princi, werd hij
door deze rechter op een borgsom
van 50.000 dollar op vrije voeten ge
steld, hoewel de vertegenwoordiger
van de federale regering geëist had,
dat de borgsom op 100.000 dollar zou
worden vastgesteld, .vanwege de ernst
van het vergrijp waarvan Ellsberg
wordt beschuldigd'. De rechter heeft
Ellsberg maandag niet gevraagd, of
hij zichzelf schuldig oi niet-schuldig
zal verklaren wanneer hij op 15 juli
weer voor de rechter verschijnt
Vele waarnemers zijn het er intussen
over eens, dat hoe ook de beslissing
van het hooggerechtshof over de pu
blikatie van de Pentagon-documenten
uitvalt, het weinige dat eruit reeds
door de pers onthuld is, de druk van
het congres en de openbare mening
op president Nixon zal versterken,
sneller een eind aan de oorlog in
Vietnam te maken.
Met een meerderheid van 5 tegen 4
hebben de leden van het Amerikaanse
hooggerechtshof zaterdag geweigerd,
het voorlopige verbod op de publika
tie van de geheime documenten op te
heffen. Vóór dat een definitief besluit
zou zijn genomen aangaande het ver
zoek van de regering, het verbod
definitief te maken. President Nixon
en zijn minister van justitie, John
Mitchell, zijn van oordeel, dat publika
tie van zekere documenten uit de
geheime geschiedenis van de oorlog in
Vietnam ,een ernstig en onmiddellijk
gevaar oplevert voor de nationale vei
ligheid van de Verenigde Staten'.
De voormalige Amerikaanse onder-mi
nister van buitenlandse zaken George
Ball, die een van de architecten is
geweest van het Vietnamese beleid
van de regering-Johnson, in 1964 en
1965, de periode die bestreken wordt
door de onthullingen van de New
York Times en van de Washington
WASHINGTON f RTR) - Het Ameri
kaanse hooggerechtshof heeft maan
dag de doodstraffen van 35 mensen
nietig verklaard. Onder de veroordeel
den bevindt zich Richard Speck, die,
ter dood werd veroordeeld door mid-|
del van de elektrische stoel wegens'
moord op acht verpleegsters in Chica
go in 1966.
H^ hof zal in zijn volgende zittings
periode in de herfst beslissen of de
dogdstraf in strijd met de grondwet
Nieuws uit Zeeland op
pagina 2,4 en 5
Binnen- en buitenland op
pagina 3 en 6
Sport op pagina 7
Radio en tv op pagina 9
Beurs en financiën pag. 11
Post, heeft daarentegen zondag tij-1
dens een televisie-uitzending ver
klaard, dat het goed is de geheime
documenten over de escalatie van de
oorlog in Vietnam te publiceren. Ball
meent, dat dit de regering-Nixon zal
nopen, van meer oprechtheid blijk te
geven in de uitvoering van haar Viet-
namse politiek. Wanneer uitspraak ge
daan zal worden in de zaak tussen
het Amerikaanse ministère van justi
tie enerzijds en de New York Times
en Washington Post anderzijds, is nog
niet te zeggen.
De negen rechters van het Ameri
kaans hooggerechtshof zijn het afgelo
pen weekeinde bezig geweest met het
lezen van de 7.000 bladzijden tellende
47 delen van de geheime Pentagon-
analyse. In een vergadering van 2''2
uur hebben de advocaten van beide
partijen de rechters hun argumenten
(Zie slot pag. 6 kol. 4)
UTRECHT (GPD) De'NS
hebben over 1970 een verlies
van 142 miljoen gulden ge
leden. Dat is ruim 60 min
meer dan het voorafgaande
jaar (80,3 min), ondanks ho
gere opbrengsten uit het rei
zigers- en goederenverkeer.
Oorzaak: de sterke kosten
stijging.
De bedrijfseconomische winst- en
verliesrekening van de spoorwe
gen komt op 142 miljoen uit na
aftrek van een rijksbijdrage van
70 miljoen voor bedrijfsvreemde
lasten (in verband met verplich
tingen van openbare dienst) en
van 30 miljoen voor rente op
leningen gesloten voor financie
ring van de verliezen. Het totale
verliessaldo op de balans is nu
opgelopen tot 514 miljoen gulden.
Ten opzichte van 1969 stegen de
totale opbrengsten in 1970 met
rond 59 miljoen tot 874 miljoen
gulden. De opbrengst uit liet rei
zigersverkeer steeg r el 23 mil
joen. die uit het goederenvervoer
met 32 miljoen. De totale kosten
stegen met 151 miljoen: perso
neel 76 miljoen, onderhoud 22
miljoen- energie 9 miljoen, af
schrijvingen 16 miljoen, overige
kosten 28 miljoen.
Van de hogere personeelskosten
was 13 miljoen het gevolg van de
400 guldenuitkering. 25 miljoen
kan worden toegeschreven aan
personeelsvermeerdering en 38
miljoen aan de ontwikkeling van
lonen en sociale kosten.
De beschikbare middelen zijn vo!
doende om de behoefte aan liqui
de middelen in 1971 voor een
deel te dekken. Nu de in 1968 tot
stand gekomen garantiewet afge
lopen is (eind 1970) zal voor de
verdere behoefte aan liquide mid
delen in 1971 een nieuwe garantie
van de overheid nodig zijn
De groep busbedrijven die tot het
NS-concern behoren boekten over
1970 een verlies van 11 miljoen
gulden. Uit de streekvervoerspost
van de rijksbegroting werd daar
van ruim 5 miljoen vergoed, zo
dat het busaandeel in het totale
NS-verlies rond I 6 miljoen is.
Voor 1971 zijn de verwachtingen
niet beter. De NS-directie voor
spelt toeneming van de verliezen,
ook al door aanpassing van de
lonen in het streekvervoer aan
die in het stadsvervoer. De rijks-,
begrotingspost van 25 miljoen
gulden voor het streekvervoer is
daarom door de regering al met
15 miljoen gulden verhoogd
MAATSCHAPPELIJKE WINST HEEFT EEN NIEUW SOORT MEETLAT NODIG
UTRECHT (GPD) De Nederlandse Spoorwegen zien als een van
de voornaamste oorzaken van de moeilijke positie waarin het
openbaar vervoer in het algemeen en het NS-concern in het bijzon
der zich op het ogenblik bevinden in het ontbreken van een meer
jarig openbaar-vervoerplan. Er zal tegen moeten worden gewaakt
dat het bestaan van een rijkswegenplan (tot 1978, met een door
trek naar 1985) en het ontbreken van een meerjarig openbaar
vervoerplan op een onevenwichtig verkeers- en vervoersbeleid leidt
aldus de hoofddirectie van de NS in het jaarverslag over 1970.
maken waarmee die baten en offers
becijferd en vastgelegd zullen worden.
Wil de overheid tot verantwoorde af
lezing komen dan is naar de mening
van de NS-hoofddirectie ook een wij
ziging nodig van de bestuurlijke ka
ders die' zich met verkeer eci vervoer
bezighouden. Op het ogenblik zijn dat
rijk. provincie en gemeenten en het
zijn technische en geografische facto
ren die bepalen wie wat doet. Nu de
samenhangen toenemen en de grenzen
vervagen, pleit het NS-jaarverslag
voor indeling van de bestuursvorm
naar vervoersfuncties: stadsgeweste-1
lijk, regionaal, nationaal (intercity) en:
internationaal
Prioriteiten
Er moet nu begonnen worden niet het
ontwikkelen van een verkeers- en ver
voerbeleid. waarin particulier en open
baar vervoer in samenhang met el
kaar worden beoordeeld en bekostigd.
Die plannen moeten in de openbaar
heid tot ontwikkeling worden ge
bracht, zodat inspraak verzekerd is
wat kan helpen een goede afstemming
te krijgen van de vervoersvoorzienin
gen op de behoefte van de bevolking.
De taakverdeling tussen de verschil
lende overheden moet daarbij herzien
worden, aldus de NS-directie. Maar
voor alles is er grote behoefte aan
een normenstelsel om de maatschap
pelijk verlies- en winstrekening van
verkeer en vervoer te kunnen vaststel
len.
Het geïntegreerde verkeers- en ver
voerbeleid zoals dat de NS-directie
voor ogen staat is meer dan alleen
een afstemming op elkaar en regeling
van het particulier verkeer en het'
openbaar vervoer. Het beleid moet op
zijn beurt gezien worden in een nog
weer ruimer kader waarin het be rei-
kon van doelstellingen in het vlak van
planologie, ecologie, welstand en wel
zijn voor ogen staat.
Nu nagenoeg alle vervoerondememin-
gen in de rode cijfers zitten zou
handhaving van het oude winststreven
dat tot voor kort de grondslag van de
Nederlandse vervoerspolitiek vormde
tot liquidatie leiden van grote delen
van het openbare vervoer. Dat zou
maatschappelijk onaanvaardbaar zijn
en daarom moet d- overheid nu de
openbare vervoervoorziening vaststel
len in samenhang met die post parti
culier vervoer door de baten en offers
van die twee tegen elkaar af te we
De vervoerwetenschap heeft nog een
paar jaar nodig om de meetlat te
Bij de formatie van het vorige kabi
net heeft het openbaar vervoer, mede
door het ontbi-eken van gegevens, niet
de prioriteit gekregen die voor lopen-
de- en toekomstige taken nodig was-
aldus het jaarverslag. Er was niet
voldoende ruimte in het overheidsbud
get voor de exploitatieverliezen van
de NS. Dat heeft er ook toe geleid j
dat geen beslissing genomen is overj
de Schiphollijn.
De komende jaren is teveel geld nodig
voor het dekken van exploitatietekor
ten en voor uitbreidingsinvesteringen.
Voor die laatste acht de hoofddirectie
van NS leningen op de kapitaalmarkt
mogelijk. Voor de overige Investerin-I
een en voor de exploitatietekorten
lijkt het de directie mogelijk de totale
lasten van verkeer en vervoer te dek
ken door een samenhangend stelsel
van heffingen, bestaande uit de dooi
de gebruiker van openbaar vervoer te'
betalen vervoerprijs en uil belastingen
op het gebruik van particuliere ver
voermiddelen.
Ook in het verleden week het totaal
van de heffingen op particulier en
openbaar vervoer niet veel af van de
totale lasten. Verdere offers in de
toekomst zullen door hogere heffin
gen bestreden kunnen worden, eventu
eel aangevuld met financiering uit de
sfeer van bepaalde maatschappelijke
belangen die door verkeer en vervoer
mede worden gediend, aldus de NS-
directie. Men kan bovendien deze hef
fingen laten verschillen naar de plaats;
of de functie van het genoten vervoer
'zowel particulier als openbaar)
Daardoor ontstaat een stuurmechanis-
me in de richting van het maatschap
pelijk kosten-baten evenwicht
dingsbehoefte. uitbreiding van com
merciële activiteiten, voorbereiding
van automatisering, voorkomen van
verlofachterstand) en voor Spoorslag
'70 was uitbreiding met enkele hen
derden mensen nodig van het rijdend
en onderhoudspersoneel. In 1970 wa
ren er bij NS 1423 buitenlanders in
dienst tegen 981 een iaar tevoren.
Heizigers
Personeel
Onmiddellijk in aansluiting op de al
gemene beschouwingen besteedt, her
NS-jaarverslag aandacht aan het per
soneel en de organisatie, waarbij de
hoofddirectie begint met grote waar
dering uit te spreken voor het feit dat
de NS-medewerkers over de hele linie
zich hebben ingezet om Spoorslag '70
te doen slage-n.
Het aantal NS-ers is in 1970 gestegen
van 26.036 tot 27.610. Die stijging met
1574 is voor een deel (725 man)
ontstaan door arbeidstijdverkorting,
stijging van het ziektepercentage
'waarbij de spoorwegen overigens on
der het landelijk gemiddelde zitten)
en uitbreiding van het vertegenwoor
digend overleg. Interne oorzaken vroe
ger 1200 man meer (verhoogde oplei-
Over het reizigersvervOer zegt het NS-
jaarverslag dat in het spoorslagjaar
1970 NS voor het eerst de 8 miljard
reizigers kilometers overschreed, een
cijfer dat pas voorzien was voor 1972.
De totale nieuwe dienstre
gelingen. samen met de actieve ver-
kooppolitiek en de vernieuwde presen
tatie zijn bij het publiek goed aange
slagen. Uit een enquête is gebleken
dat het intercity-net. de verhoogde
treinfrequentie en de daardoor ver-j
hoogde reissnelheid het hoogst ge
waardeerd werden: de opgetreden ver-;
tragïngen waren het belangrijkste ne
gatieve aspect.
Speciale maatregelen hebben geleid
tot vermindering van het aantal ver
tragingen. Moderne verkeersleiding op
knooppunten als Amsterdam, Utrecht,
Roosendaal en Haarlem zal daar de
capaciteit verhogen. Ook de vrije spo-
renkruisïng die in Utrecht in aanbouw
is draagt daartoe bij.
De vervoersgroei komt op rekening
van toeneming van het gebruik van
trajectabonnementen (in voorgaande;
jaren steeds dalende geweest )van aej
(Zie slot pag. 6 kol. 6)
BUFFERZONES
VAN SLECHTS
500 METER
TERNEUZEN Belgie wil op
korte termijn in Noordoost-
Waasland (vlak langs de Neder
landse grens) op de linker
Schelde-oever een zeehavenin
dustriegebied van 6640 hectare
creëren. Van de totaal opper
vlakte is 1640 hectare bestemd
voor water, wegen en kustwer-
ken, 1180 hectare voor een groe
ne bufferzone, die met een
breedte van 500 meter het hele
gebied moet omringen, 3300 hec
tare voor industriële voorzienin
gen en 700 hectare voor een ha
ven- en opslaggebied. Twee Bel
gische dorpjes zullen vrijwel ge
heel door industrieën omgeven:
worden: Kallo en Doel. Net in;
de bufferzones liggen de plaat
sen Kieldrecht en Verrebroek
en de Nederlandse dorpskern
Nieuw Namen (gemeente
Hulst).
Industriegebied en bufferzone komen
vlak langs het Verdronken Land van
Saeftinge, de Hedwig-Prosper- en
Saeftingepolder te lopen. De gegevens
staan vermeld in het voorontwerp-
gewestplan Sint Niklaas-Lokeren. dat
in opdracht van liet Belgische ministe
rie van openbare werken is samenge
steld. Het plan is afgestemd op de te
verwachten ontwikkelingen tot het
jaar 1980.
De uitbreiding van de zeehavenindus-,
trie 'voornamelijk chemisch, metal
lurgisch en petrochemisch) op de lin
ker Schelde-oever is volgens de sa
menstellers van het voorontwerp-plan
dringend noodzakelijk,
omdat de havenuitbreiding van Ant
werpen vast zitten. In het noorden
heeft men vrijwel de Nederlandse
grens bereikt, terwijl op de rechteroe
ver de beschikbare ruimte is opgesou
peerd. .Gezien de ligging mag net;
daarom wel verbazing wekken dat1
niet reeds veel vroegei een zone op
de linkeroever van de Schelde werdl
uitgebouwd met zeehavenvoorzienin
gen'. merkt men in het rapport op.
Verwacht wordt dat de ontsluiting
van de linker Schelde-oever voor ha
venactiviteiten en industrie een door
slaggevende factor zal zijn voor de
verdere ontwikkelingen van het Waas
land. Volgens de Belgen staat het
.alleszins reeds vast' dat zich ener
zijds op de linker Schelde-oever een
zeer belangrijke uitstralingspool ont
wikkelt, terwijl anderzijds de Gentse
kanaalzone in belangrijke mate haar'
invloed laat gelden in het westen van
het Waasland
Functie
In het voorontwerp wordt gesteld dat
men in de toekomst rekening moet
houden met een tweedelige functie
van het Waasland:
het oostelijk deel aan de Schelde:
industriehaven en daaraan gebonden
oasismj verheden
het centrum en het westen- vesti
ging van verwerkende activiteiten, on
der meer afgeleid van de zones rond
de Zeeschelde en de Gentse kanaalzo
ne.
Men wijst erop dat het Waasland niet
gezien mag worden als een uitsluiten
de vestigingsplaats voor diverse indus
triële bedrijven. ,Het gewest moei. in'
eerste instantie een leefbaar woonge
bied worden voor de snel-groeiende
bevolking'. Daarom wil men de woon
gebieden zodanig plannen, dat ze niet
gehinderd worden door de .maritieme
industrie'. Een moeilijk te ontwijken
hindernis vormt daarbij de in het
Waasland frequent voorkomende lint
bebouwing Om te zorgen dat indus
trie. wonen, verkeer en recreatie har
monieus opgebouwd worden, hebben
de samenstellers van het gewestplan
een aantal basisprincipes opge
steld.
Industrie
De industrieterreinen zijn te onder
scheiden in zeehavenindustrieën, ver
werkende en ambachtelijke industrie-
en. De planning moet in eerste instan
tie voldoende ruimten ontwerpen, zo
wel aan de Scheldeoevers (Kallo-
Doel), als in de rest van het noorden
van het Waasland, dat met hel oog op
toekomstige uitbreidingen naar het
westen toe (eventuele aansluiting op
'iet Gentse industriegebied). Verwer
vende industrieën moeten voorzien
worden bij de grote bevolkingscentra
St Niklaas-Temse (uitbreiding van 280
ha met 25 ha). Lokeren (uitbreiding
van 95 ha met 100 ha) en eventueel
bij Stekene (50 ha ambachtelijke zo-
Zie slot pag. 4 kol. 5\ j
puteerde Boer&ma in de
Prov'nciale -sleten mee. dat
Ic-éS*' hel noB weI enl(?e "W du'
ren vóór de nieuwe ontwik-
kelingsschets zal verschijnen.
Alleen de KVP-fractie deed
somber over deze mededeling, maar
verder was er weinig kritiek: .Beter
een gedegen stuk van een nota, die
niet goed is voorbereid', vonden de
overige fracties. Dat was een welwil
lende houding van de statenleden,
want er was aangekondigd dat de
schets nog deze zomer het licht zou
zien. Bovendien was bekend, ciat het
stuk ambtelijk al helemaal klaar was
en zelfs in gedeputeerde staten was
geweest. Misschien was dat juist de
reden van de vriendelijke houding bij
de meerderheid van de statenfractie*
de schets is kennelijk nog niet in die
vorm gegoten, dat gedeputeerden er
mee naar buiten willen of durven ko
men. In een dergelijke situatie geldt
inderdaad- .Beter even gewacht totdat
er een goed stuk gereed is'.
Ter verduidelijking: met do .ontwik-
kelingsschets' wordt de nota van
gedeputeerde staten bedoeld, waarin
in grote lijnen moet worden aangege
ven hoe het provinciaal bestuur zich
de toekomstige ontwikkeling van Zee
land ziet. Vier jaar geleden is een der
gelijke schets eveneens gepubliceerd,
een stuk dat een be
langrijke rol heeft f
gespeeld in de dis- L
cussies van de afge-
lopen jaren. Het
toenmalige college
van gedeputeerde staten werd destijds
echter verweten té eenzijdig de nadruk
te hebben gelegd op de economische
ontwikkeling van Zeeland. Eén hoofd
stuk was vergeten: het sociaal-culture
le beleid, een kapittel dat overigens
achteraf wél werd geschreven. Er
kwam een speciale nota. gebaseerd op
deelstudies van instellingen als cultu
rele raad. jeugdraad, sportraad enz.
Inmiddels bleek de behoefte groot, aan
een nieuwe totale ontwikkelingsschets,
vooral omdat zich na 1967 enorm veel
had gewijzigd.
Die wijzigingen laten zich in drie
hoofdlijnen onderbrengen. In de
eerste plaats is er een interne discus
sie binnen Zuidwest-Nederland ge
weest over een taakverdeling bij de
economische ontwikkeling. Aan deze
discussie heeft ook de regering deel
genomen en dat heeft er toe geleid,
dat een aantal standpunten zijn vast
gelegd, die met elkaar de ruimtelijke
structuur in het zuidwesten bepalen.
Deze standpunten betekenen in menig
opzicht een correctie op vroeger aan
vaarde meningen en dat is ook van
invloed op de Zeeuwse ontwikkeling.
In de tweede plaats zijn de studie
technieken verdiept en verfijnd, met
name waar het gaat om de waarde-
aanduiding van die factoren, die vroe
ger minder sterk de aandacht kregen,
zoals bijvoorbeeld de milieu-hygiëne.
Tenslotte was er sprake van een
vergeleken bij de periode van vóór
1967 betere meningsvorming bij de
bevolking. Zij uitte zich in een inten
sieve deelneming aan debatten over de
ruimtelijke ordening in Zuidwest-Ne
derland. Al deze ontwikkelingen zijn
vooral net laatste jaar duidelijk aan
het licht getreden
We willen daarvan twee voorbeel
den noemen. Voorbeeld één: het
ontwerp-streekplan Oost-Zeeuwsch-
Vlaanderen. De discussie daarover is
de afgelopen maanden met een onge
wone intensiteit gevoerd en daarbij
zijn allerlei opvattingen naar buiten
gekomen, die zonder twijfel tot een
andere opzet van het plan zullen lei
den. Dat houdt echter in. dat de nieu
we ontwikkelingsschets daarvan de
invloed ondergaat. Uitstel wordt daar
door begrijpelijk. Het tweede voor
beeld: de publikatie in april van dit
jaar van het rapport van de rijkspla
nologische commissie: .De ontwikke
ling van Zuidwest-Nederland', een stuk
dat om meer dan éen reden van belang
is voor de ontwikkelingsschets. In glo
bale lijnen geeft het aan hoe men in
Den Haag de toekomst van het delta
gebied in hoofdzaken ziet. Voorts is
het een uitmuntend voorbeeld van wat
een ontwikkelingsschets eigenlijk moet
zijn
Juist ook met het oog op du laatste
punt geloven we. dat gedeputeer
den er goed aan hebben gedaan het
hun aangeboden ambtelijke stuk nog
weer terug te nemen en tevens op
dracht te verstrekken de nota te her
schrijven. Het zou een vervelende gang
van zaken zijn geweest als met een
verwijzing naar het rapport van de
rijksplanologische commissie gezegd
had moeten worden: .Waarom niet ook
een dergelijk helder en overzichtelijk
ingedeeld stuk?' Er komt nog bij, dat
een ontwikkelingsschets naar buiten
vooral interessant is als het een aantal
alternatieve mogelijkheden aangeeft
waarover gedebatteerd kan worden.
De debatten over het ontwerp-streek
plan Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen heb
ben bijvoorbeeld duidelijk gemaakt,
dat een industrialisatie van Ossenisse
niet direct de instemming heeft van
iedereen in het gebied zelf Wat echter
is het alternatief? Industrie langs
Baalhoek1 Een sneller gereedmaking
van het plan Sloe II? Vragen als deze
moeten in een ontwikkelingsschets
worden aangegeven in modellen, voor
zien van een duidelijke aanduiding
van alle consequenties. Over die mo
dellen die dus tevens alternatieve
mogelijkheden zijn kan in Zeeland
worden gedebatteerd, zodat de staten
tenslotte de definitieve lijn kunnen be
palen. We hebben begrepen, dat gede
puteerden aan een dergelijke .model-
lenschets' denken. Een goede gedachte.
Daarom is uitstel niet zo heel erg;
men kan nu op een beter stuk rekenen.
Een .modellen-schets' kan een .model-
schets' zijn.