ELLSBERG BEKENT EN MELDT ZICH IN BOSTON België wil zeehaven industrieterrein van 6640 ha op linker Schelde-oever NS leden in 1970 verlies van f 142 miljoen NS VRAGEN EEN MEERJARIG OPENBAAR VERVOERPLAN Doodvonnissen in VS nietig verklaard Vandaag in de krant... VOORONTWERP GEWESTPLAN VOOR HET WAASLAND Modulen)- sctiels 214e jaargane - no. 149 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT WAARIN OPGENOMEN DE M ID D ELBU RG SE, VLI SSI N G S E, GOESE, BRESKENSE COURANT EN VRIJE STEMMEN •dv 01186 584, «xp 27S1 6140 (ba s 'M iibMra M «401 (Intl. 4 S Dinsdag 29 juni 1971 Ciro JSJ300 I HOOGGERECHTSHOF STELT RECES VIT WASHINGTON (AFP) Daniel Ellsberg heeft maandag, toen hij zich bij de federale autoriteiten meldde, met enige trots erkend, dat hij wel dege lijk de man is, die de geheime documenten van het Amerikaanse ministerie van defensie over het betrokken raken van de VS bij de oorlog in Vietnam, waarvan de publikatie door de pers de afgelopen weken grote deining in Amerika heeft veroor zaakt, heeft laten uitlekken. Op hetzelfde ogenblik besloot het Amerikaanse hooggerechtshof zijn reces uit te stellen om zich de tijd te gunnen, een uitspraak te doen over het recht van de rege- ring-Nixon, om de New York Times en de Washington Post een verbod op te leggen tot voortzet ting van de publikatie van staatsgeheimen. Een Amerikaanse federale .grand jury' beschuldigde maandag Ellsberg van onrechtmatig bezit van geheime regeringsdocumenten en het zich toeëige- nen van deze documenten ten eigen nutte. Op elk van de twee beschuldigingen kan hij veroordeeld worden tot maximaal 10 jaar gevangenisstraf en tot een boete van 10.000 dollar. Daniel Ellsberg arrtieert hier mid den van verslaggevers en publiek bij het justitiegebouw in Boston. Toen hij maandagochtend arri veerde bij het federale gerechts hof in Boston om zich aan een zaterdag tegen hem uitgevaar digd arrestatiebevel te onder werpen, verklaarde de 40-jarige Daniel Ellsberg, hoogleraar aan het technologisch instituut van Massachusetts, tot een 150-tal mensen, die zich verzameld hadden om hem toe te juichen: ,Ik ben bereid alle gevolgen van mijn daad te dragen'. Ellsberg voegde er aan toe, het te betreuren, dat hij niet eerder besloten had aan de New York Times uittrek sels toe te spelen van de 47 delen van de geheime geschiedenis van de oor log in Vietnam, aan de redactie waar van hij in 1967, op verzoek van de toenmalige Amerikaanse minister van defensie, Robert McNamara, had mee gewerkt. Ellsberg vertelde nog, dat hij in de herfst van 1969 vóór de senaats commissie voor buitenlandse zaken zich gebaseerd heeft op een deel van de geheim e inlichtingen vervat in de documenten van het Pentagon. .Nadat nog 9.000 Amerikanen waren gesneu veld. kon ik het slechts betreuren niet tegelijkertijd deze informatie aan het Amerikaanse publiek onthuld te heb ben'. Borgsom Nadat Ellsberg maandag een samen komst had gehad van een uur met de federale rechter Peter Princi, werd hij door deze rechter op een borgsom van 50.000 dollar op vrije voeten ge steld, hoewel de vertegenwoordiger van de federale regering geëist had, dat de borgsom op 100.000 dollar zou worden vastgesteld, .vanwege de ernst van het vergrijp waarvan Ellsberg wordt beschuldigd'. De rechter heeft Ellsberg maandag niet gevraagd, of hij zichzelf schuldig oi niet-schuldig zal verklaren wanneer hij op 15 juli weer voor de rechter verschijnt Vele waarnemers zijn het er intussen over eens, dat hoe ook de beslissing van het hooggerechtshof over de pu blikatie van de Pentagon-documenten uitvalt, het weinige dat eruit reeds door de pers onthuld is, de druk van het congres en de openbare mening op president Nixon zal versterken, sneller een eind aan de oorlog in Vietnam te maken. Met een meerderheid van 5 tegen 4 hebben de leden van het Amerikaanse hooggerechtshof zaterdag geweigerd, het voorlopige verbod op de publika tie van de geheime documenten op te heffen. Vóór dat een definitief besluit zou zijn genomen aangaande het ver zoek van de regering, het verbod definitief te maken. President Nixon en zijn minister van justitie, John Mitchell, zijn van oordeel, dat publika tie van zekere documenten uit de geheime geschiedenis van de oorlog in Vietnam ,een ernstig en onmiddellijk gevaar oplevert voor de nationale vei ligheid van de Verenigde Staten'. De voormalige Amerikaanse onder-mi nister van buitenlandse zaken George Ball, die een van de architecten is geweest van het Vietnamese beleid van de regering-Johnson, in 1964 en 1965, de periode die bestreken wordt door de onthullingen van de New York Times en van de Washington WASHINGTON f RTR) - Het Ameri kaanse hooggerechtshof heeft maan dag de doodstraffen van 35 mensen nietig verklaard. Onder de veroordeel den bevindt zich Richard Speck, die, ter dood werd veroordeeld door mid-| del van de elektrische stoel wegens' moord op acht verpleegsters in Chica go in 1966. H^ hof zal in zijn volgende zittings periode in de herfst beslissen of de dogdstraf in strijd met de grondwet Nieuws uit Zeeland op pagina 2,4 en 5 Binnen- en buitenland op pagina 3 en 6 Sport op pagina 7 Radio en tv op pagina 9 Beurs en financiën pag. 11 Post, heeft daarentegen zondag tij-1 dens een televisie-uitzending ver klaard, dat het goed is de geheime documenten over de escalatie van de oorlog in Vietnam te publiceren. Ball meent, dat dit de regering-Nixon zal nopen, van meer oprechtheid blijk te geven in de uitvoering van haar Viet- namse politiek. Wanneer uitspraak ge daan zal worden in de zaak tussen het Amerikaanse ministère van justi tie enerzijds en de New York Times en Washington Post anderzijds, is nog niet te zeggen. De negen rechters van het Ameri kaans hooggerechtshof zijn het afgelo pen weekeinde bezig geweest met het lezen van de 7.000 bladzijden tellende 47 delen van de geheime Pentagon- analyse. In een vergadering van 2''2 uur hebben de advocaten van beide partijen de rechters hun argumenten (Zie slot pag. 6 kol. 4) UTRECHT (GPD) De'NS hebben over 1970 een verlies van 142 miljoen gulden ge leden. Dat is ruim 60 min meer dan het voorafgaande jaar (80,3 min), ondanks ho gere opbrengsten uit het rei zigers- en goederenverkeer. Oorzaak: de sterke kosten stijging. De bedrijfseconomische winst- en verliesrekening van de spoorwe gen komt op 142 miljoen uit na aftrek van een rijksbijdrage van 70 miljoen voor bedrijfsvreemde lasten (in verband met verplich tingen van openbare dienst) en van 30 miljoen voor rente op leningen gesloten voor financie ring van de verliezen. Het totale verliessaldo op de balans is nu opgelopen tot 514 miljoen gulden. Ten opzichte van 1969 stegen de totale opbrengsten in 1970 met rond 59 miljoen tot 874 miljoen gulden. De opbrengst uit liet rei zigersverkeer steeg r el 23 mil joen. die uit het goederenvervoer met 32 miljoen. De totale kosten stegen met 151 miljoen: perso neel 76 miljoen, onderhoud 22 miljoen- energie 9 miljoen, af schrijvingen 16 miljoen, overige kosten 28 miljoen. Van de hogere personeelskosten was 13 miljoen het gevolg van de 400 guldenuitkering. 25 miljoen kan worden toegeschreven aan personeelsvermeerdering en 38 miljoen aan de ontwikkeling van lonen en sociale kosten. De beschikbare middelen zijn vo! doende om de behoefte aan liqui de middelen in 1971 voor een deel te dekken. Nu de in 1968 tot stand gekomen garantiewet afge lopen is (eind 1970) zal voor de verdere behoefte aan liquide mid delen in 1971 een nieuwe garantie van de overheid nodig zijn De groep busbedrijven die tot het NS-concern behoren boekten over 1970 een verlies van 11 miljoen gulden. Uit de streekvervoerspost van de rijksbegroting werd daar van ruim 5 miljoen vergoed, zo dat het busaandeel in het totale NS-verlies rond I 6 miljoen is. Voor 1971 zijn de verwachtingen niet beter. De NS-directie voor spelt toeneming van de verliezen, ook al door aanpassing van de lonen in het streekvervoer aan die in het stadsvervoer. De rijks-, begrotingspost van 25 miljoen gulden voor het streekvervoer is daarom door de regering al met 15 miljoen gulden verhoogd MAATSCHAPPELIJKE WINST HEEFT EEN NIEUW SOORT MEETLAT NODIG UTRECHT (GPD) De Nederlandse Spoorwegen zien als een van de voornaamste oorzaken van de moeilijke positie waarin het openbaar vervoer in het algemeen en het NS-concern in het bijzon der zich op het ogenblik bevinden in het ontbreken van een meer jarig openbaar-vervoerplan. Er zal tegen moeten worden gewaakt dat het bestaan van een rijkswegenplan (tot 1978, met een door trek naar 1985) en het ontbreken van een meerjarig openbaar vervoerplan op een onevenwichtig verkeers- en vervoersbeleid leidt aldus de hoofddirectie van de NS in het jaarverslag over 1970. maken waarmee die baten en offers becijferd en vastgelegd zullen worden. Wil de overheid tot verantwoorde af lezing komen dan is naar de mening van de NS-hoofddirectie ook een wij ziging nodig van de bestuurlijke ka ders die' zich met verkeer eci vervoer bezighouden. Op het ogenblik zijn dat rijk. provincie en gemeenten en het zijn technische en geografische facto ren die bepalen wie wat doet. Nu de samenhangen toenemen en de grenzen vervagen, pleit het NS-jaarverslag voor indeling van de bestuursvorm naar vervoersfuncties: stadsgeweste-1 lijk, regionaal, nationaal (intercity) en: internationaal Prioriteiten Er moet nu begonnen worden niet het ontwikkelen van een verkeers- en ver voerbeleid. waarin particulier en open baar vervoer in samenhang met el kaar worden beoordeeld en bekostigd. Die plannen moeten in de openbaar heid tot ontwikkeling worden ge bracht, zodat inspraak verzekerd is wat kan helpen een goede afstemming te krijgen van de vervoersvoorzienin gen op de behoefte van de bevolking. De taakverdeling tussen de verschil lende overheden moet daarbij herzien worden, aldus de NS-directie. Maar voor alles is er grote behoefte aan een normenstelsel om de maatschap pelijk verlies- en winstrekening van verkeer en vervoer te kunnen vaststel len. Het geïntegreerde verkeers- en ver voerbeleid zoals dat de NS-directie voor ogen staat is meer dan alleen een afstemming op elkaar en regeling van het particulier verkeer en het' openbaar vervoer. Het beleid moet op zijn beurt gezien worden in een nog weer ruimer kader waarin het be rei- kon van doelstellingen in het vlak van planologie, ecologie, welstand en wel zijn voor ogen staat. Nu nagenoeg alle vervoerondememin- gen in de rode cijfers zitten zou handhaving van het oude winststreven dat tot voor kort de grondslag van de Nederlandse vervoerspolitiek vormde tot liquidatie leiden van grote delen van het openbare vervoer. Dat zou maatschappelijk onaanvaardbaar zijn en daarom moet d- overheid nu de openbare vervoervoorziening vaststel len in samenhang met die post parti culier vervoer door de baten en offers van die twee tegen elkaar af te we De vervoerwetenschap heeft nog een paar jaar nodig om de meetlat te Bij de formatie van het vorige kabi net heeft het openbaar vervoer, mede door het ontbi-eken van gegevens, niet de prioriteit gekregen die voor lopen- de- en toekomstige taken nodig was- aldus het jaarverslag. Er was niet voldoende ruimte in het overheidsbud get voor de exploitatieverliezen van de NS. Dat heeft er ook toe geleid j dat geen beslissing genomen is overj de Schiphollijn. De komende jaren is teveel geld nodig voor het dekken van exploitatietekor ten en voor uitbreidingsinvesteringen. Voor die laatste acht de hoofddirectie van NS leningen op de kapitaalmarkt mogelijk. Voor de overige Investerin-I een en voor de exploitatietekorten lijkt het de directie mogelijk de totale lasten van verkeer en vervoer te dek ken door een samenhangend stelsel van heffingen, bestaande uit de dooi de gebruiker van openbaar vervoer te' betalen vervoerprijs en uil belastingen op het gebruik van particuliere ver voermiddelen. Ook in het verleden week het totaal van de heffingen op particulier en openbaar vervoer niet veel af van de totale lasten. Verdere offers in de toekomst zullen door hogere heffin gen bestreden kunnen worden, eventu eel aangevuld met financiering uit de sfeer van bepaalde maatschappelijke belangen die door verkeer en vervoer mede worden gediend, aldus de NS- directie. Men kan bovendien deze hef fingen laten verschillen naar de plaats; of de functie van het genoten vervoer 'zowel particulier als openbaar) Daardoor ontstaat een stuurmechanis- me in de richting van het maatschap pelijk kosten-baten evenwicht dingsbehoefte. uitbreiding van com merciële activiteiten, voorbereiding van automatisering, voorkomen van verlofachterstand) en voor Spoorslag '70 was uitbreiding met enkele hen derden mensen nodig van het rijdend en onderhoudspersoneel. In 1970 wa ren er bij NS 1423 buitenlanders in dienst tegen 981 een iaar tevoren. Heizigers Personeel Onmiddellijk in aansluiting op de al gemene beschouwingen besteedt, her NS-jaarverslag aandacht aan het per soneel en de organisatie, waarbij de hoofddirectie begint met grote waar dering uit te spreken voor het feit dat de NS-medewerkers over de hele linie zich hebben ingezet om Spoorslag '70 te doen slage-n. Het aantal NS-ers is in 1970 gestegen van 26.036 tot 27.610. Die stijging met 1574 is voor een deel (725 man) ontstaan door arbeidstijdverkorting, stijging van het ziektepercentage 'waarbij de spoorwegen overigens on der het landelijk gemiddelde zitten) en uitbreiding van het vertegenwoor digend overleg. Interne oorzaken vroe ger 1200 man meer (verhoogde oplei- Over het reizigersvervOer zegt het NS- jaarverslag dat in het spoorslagjaar 1970 NS voor het eerst de 8 miljard reizigers kilometers overschreed, een cijfer dat pas voorzien was voor 1972. De totale nieuwe dienstre gelingen. samen met de actieve ver- kooppolitiek en de vernieuwde presen tatie zijn bij het publiek goed aange slagen. Uit een enquête is gebleken dat het intercity-net. de verhoogde treinfrequentie en de daardoor ver-j hoogde reissnelheid het hoogst ge waardeerd werden: de opgetreden ver-; tragïngen waren het belangrijkste ne gatieve aspect. Speciale maatregelen hebben geleid tot vermindering van het aantal ver tragingen. Moderne verkeersleiding op knooppunten als Amsterdam, Utrecht, Roosendaal en Haarlem zal daar de capaciteit verhogen. Ook de vrije spo- renkruisïng die in Utrecht in aanbouw is draagt daartoe bij. De vervoersgroei komt op rekening van toeneming van het gebruik van trajectabonnementen (in voorgaande; jaren steeds dalende geweest )van aej (Zie slot pag. 6 kol. 6) BUFFERZONES VAN SLECHTS 500 METER TERNEUZEN Belgie wil op korte termijn in Noordoost- Waasland (vlak langs de Neder landse grens) op de linker Schelde-oever een zeehavenin dustriegebied van 6640 hectare creëren. Van de totaal opper vlakte is 1640 hectare bestemd voor water, wegen en kustwer- ken, 1180 hectare voor een groe ne bufferzone, die met een breedte van 500 meter het hele gebied moet omringen, 3300 hec tare voor industriële voorzienin gen en 700 hectare voor een ha ven- en opslaggebied. Twee Bel gische dorpjes zullen vrijwel ge heel door industrieën omgeven: worden: Kallo en Doel. Net in; de bufferzones liggen de plaat sen Kieldrecht en Verrebroek en de Nederlandse dorpskern Nieuw Namen (gemeente Hulst). Industriegebied en bufferzone komen vlak langs het Verdronken Land van Saeftinge, de Hedwig-Prosper- en Saeftingepolder te lopen. De gegevens staan vermeld in het voorontwerp- gewestplan Sint Niklaas-Lokeren. dat in opdracht van liet Belgische ministe rie van openbare werken is samenge steld. Het plan is afgestemd op de te verwachten ontwikkelingen tot het jaar 1980. De uitbreiding van de zeehavenindus-, trie 'voornamelijk chemisch, metal lurgisch en petrochemisch) op de lin ker Schelde-oever is volgens de sa menstellers van het voorontwerp-plan dringend noodzakelijk, omdat de havenuitbreiding van Ant werpen vast zitten. In het noorden heeft men vrijwel de Nederlandse grens bereikt, terwijl op de rechteroe ver de beschikbare ruimte is opgesou peerd. .Gezien de ligging mag net; daarom wel verbazing wekken dat1 niet reeds veel vroegei een zone op de linkeroever van de Schelde werdl uitgebouwd met zeehavenvoorzienin gen'. merkt men in het rapport op. Verwacht wordt dat de ontsluiting van de linker Schelde-oever voor ha venactiviteiten en industrie een door slaggevende factor zal zijn voor de verdere ontwikkelingen van het Waas land. Volgens de Belgen staat het .alleszins reeds vast' dat zich ener zijds op de linker Schelde-oever een zeer belangrijke uitstralingspool ont wikkelt, terwijl anderzijds de Gentse kanaalzone in belangrijke mate haar' invloed laat gelden in het westen van het Waasland Functie In het voorontwerp wordt gesteld dat men in de toekomst rekening moet houden met een tweedelige functie van het Waasland: het oostelijk deel aan de Schelde: industriehaven en daaraan gebonden oasismj verheden het centrum en het westen- vesti ging van verwerkende activiteiten, on der meer afgeleid van de zones rond de Zeeschelde en de Gentse kanaalzo ne. Men wijst erop dat het Waasland niet gezien mag worden als een uitsluiten de vestigingsplaats voor diverse indus triële bedrijven. ,Het gewest moei. in' eerste instantie een leefbaar woonge bied worden voor de snel-groeiende bevolking'. Daarom wil men de woon gebieden zodanig plannen, dat ze niet gehinderd worden door de .maritieme industrie'. Een moeilijk te ontwijken hindernis vormt daarbij de in het Waasland frequent voorkomende lint bebouwing Om te zorgen dat indus trie. wonen, verkeer en recreatie har monieus opgebouwd worden, hebben de samenstellers van het gewestplan een aantal basisprincipes opge steld. Industrie De industrieterreinen zijn te onder scheiden in zeehavenindustrieën, ver werkende en ambachtelijke industrie- en. De planning moet in eerste instan tie voldoende ruimten ontwerpen, zo wel aan de Scheldeoevers (Kallo- Doel), als in de rest van het noorden van het Waasland, dat met hel oog op toekomstige uitbreidingen naar het westen toe (eventuele aansluiting op 'iet Gentse industriegebied). Verwer vende industrieën moeten voorzien worden bij de grote bevolkingscentra St Niklaas-Temse (uitbreiding van 280 ha met 25 ha). Lokeren (uitbreiding van 95 ha met 100 ha) en eventueel bij Stekene (50 ha ambachtelijke zo- Zie slot pag. 4 kol. 5\ j puteerde Boer&ma in de Prov'nciale -sleten mee. dat Ic-éS*' hel noB weI enl(?e "W du' ren vóór de nieuwe ontwik- kelingsschets zal verschijnen. Alleen de KVP-fractie deed somber over deze mededeling, maar verder was er weinig kritiek: .Beter een gedegen stuk van een nota, die niet goed is voorbereid', vonden de overige fracties. Dat was een welwil lende houding van de statenleden, want er was aangekondigd dat de schets nog deze zomer het licht zou zien. Bovendien was bekend, ciat het stuk ambtelijk al helemaal klaar was en zelfs in gedeputeerde staten was geweest. Misschien was dat juist de reden van de vriendelijke houding bij de meerderheid van de statenfractie* de schets is kennelijk nog niet in die vorm gegoten, dat gedeputeerden er mee naar buiten willen of durven ko men. In een dergelijke situatie geldt inderdaad- .Beter even gewacht totdat er een goed stuk gereed is'. Ter verduidelijking: met do .ontwik- kelingsschets' wordt de nota van gedeputeerde staten bedoeld, waarin in grote lijnen moet worden aangege ven hoe het provinciaal bestuur zich de toekomstige ontwikkeling van Zee land ziet. Vier jaar geleden is een der gelijke schets eveneens gepubliceerd, een stuk dat een be langrijke rol heeft f gespeeld in de dis- L cussies van de afge- lopen jaren. Het toenmalige college van gedeputeerde staten werd destijds echter verweten té eenzijdig de nadruk te hebben gelegd op de economische ontwikkeling van Zeeland. Eén hoofd stuk was vergeten: het sociaal-culture le beleid, een kapittel dat overigens achteraf wél werd geschreven. Er kwam een speciale nota. gebaseerd op deelstudies van instellingen als cultu rele raad. jeugdraad, sportraad enz. Inmiddels bleek de behoefte groot, aan een nieuwe totale ontwikkelingsschets, vooral omdat zich na 1967 enorm veel had gewijzigd. Die wijzigingen laten zich in drie hoofdlijnen onderbrengen. In de eerste plaats is er een interne discus sie binnen Zuidwest-Nederland ge weest over een taakverdeling bij de economische ontwikkeling. Aan deze discussie heeft ook de regering deel genomen en dat heeft er toe geleid, dat een aantal standpunten zijn vast gelegd, die met elkaar de ruimtelijke structuur in het zuidwesten bepalen. Deze standpunten betekenen in menig opzicht een correctie op vroeger aan vaarde meningen en dat is ook van invloed op de Zeeuwse ontwikkeling. In de tweede plaats zijn de studie technieken verdiept en verfijnd, met name waar het gaat om de waarde- aanduiding van die factoren, die vroe ger minder sterk de aandacht kregen, zoals bijvoorbeeld de milieu-hygiëne. Tenslotte was er sprake van een vergeleken bij de periode van vóór 1967 betere meningsvorming bij de bevolking. Zij uitte zich in een inten sieve deelneming aan debatten over de ruimtelijke ordening in Zuidwest-Ne derland. Al deze ontwikkelingen zijn vooral net laatste jaar duidelijk aan het licht getreden We willen daarvan twee voorbeel den noemen. Voorbeeld één: het ontwerp-streekplan Oost-Zeeuwsch- Vlaanderen. De discussie daarover is de afgelopen maanden met een onge wone intensiteit gevoerd en daarbij zijn allerlei opvattingen naar buiten gekomen, die zonder twijfel tot een andere opzet van het plan zullen lei den. Dat houdt echter in. dat de nieu we ontwikkelingsschets daarvan de invloed ondergaat. Uitstel wordt daar door begrijpelijk. Het tweede voor beeld: de publikatie in april van dit jaar van het rapport van de rijkspla nologische commissie: .De ontwikke ling van Zuidwest-Nederland', een stuk dat om meer dan éen reden van belang is voor de ontwikkelingsschets. In glo bale lijnen geeft het aan hoe men in Den Haag de toekomst van het delta gebied in hoofdzaken ziet. Voorts is het een uitmuntend voorbeeld van wat een ontwikkelingsschets eigenlijk moet zijn Juist ook met het oog op du laatste punt geloven we. dat gedeputeer den er goed aan hebben gedaan het hun aangeboden ambtelijke stuk nog weer terug te nemen en tevens op dracht te verstrekken de nota te her schrijven. Het zou een vervelende gang van zaken zijn geweest als met een verwijzing naar het rapport van de rijksplanologische commissie gezegd had moeten worden: .Waarom niet ook een dergelijk helder en overzichtelijk ingedeeld stuk?' Er komt nog bij, dat een ontwikkelingsschets naar buiten vooral interessant is als het een aantal alternatieve mogelijkheden aangeeft waarover gedebatteerd kan worden. De debatten over het ontwerp-streek plan Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen heb ben bijvoorbeeld duidelijk gemaakt, dat een industrialisatie van Ossenisse niet direct de instemming heeft van iedereen in het gebied zelf Wat echter is het alternatief? Industrie langs Baalhoek1 Een sneller gereedmaking van het plan Sloe II? Vragen als deze moeten in een ontwikkelingsschets worden aangegeven in modellen, voor zien van een duidelijke aanduiding van alle consequenties. Over die mo dellen die dus tevens alternatieve mogelijkheden zijn kan in Zeeland worden gedebatteerd, zodat de staten tenslotte de definitieve lijn kunnen be palen. We hebben begrepen, dat gede puteerden aan een dergelijke .model- lenschets' denken. Een goede gedachte. Daarom is uitstel niet zo heel erg; men kan nu op een beter stuk rekenen. Een .modellen-schets' kan een .model- schets' zijn.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1971 | | pagina 1